Gasunie Geluk is een werkwoord Powerpoint Dag 2 B

• Sartre; je moet je losmaken van alle invloed van
alle anderen. “De hel dat zijn de anderen.”
• Zo ver gingen we niet maar wel; “Wat vind je er
zelf van?”
• Autonomie als hoogste goed!
Spiegelneuronen
• Tot voor kort Theory of mind; Ik heb kennis en
bewustzijn over andermans gedrag en
interpreteer gedrag op basis daarvan. Ik kan op
basis van een oordeel iets met dat gedrag doen.
• Nu Spiegelneuronen; Eerst imitatie op onbewust
niveau en pas dan eventueel begrijpen van
andermans gedrag.
Maieutiek
• We zijn eerst groepswezens en pas daarin
ontstaat gevoel van ‘zelf’ en ‘ik’.
• We imiteren en gaan op basis van onze vroegste
imitatie al voorkeuren ontwikkelen ook voor de
mensen door wie we ons later meer of minder
laten beïnvloeden.
• Jezelf zijn is dus altijd gekoppeld aan je
omgeving.
Maieutiek
Leren en begrijpen van
anderen
Maieutiek
Spiegelneuronen en het ‘jezelf
zijn’
• Neuronen (we hebben er miljarden)
• Spiegelneuronen niet anders dan andere
neuronen, maar andere activiteit. Reageren op
gedrag van anderen alsof degene zelf dat gedrag
vertoont.
• Onderzoek toont aan dat zelfs bij foto’s gedrag
(gelaatsuitdrukking) wordt nagebootst.
Maieutiek
Wat zijn spiegelneuronen?
Ik-bewustzijn of wij-bewustzijn
• Tot nu toe altijd autonoom subject
• Ik wil mijzelf kunnen zijn.
• Ik maak me los van wat anderen van mij
vinden.
• Ik bevrijd me van mijn opvoeding.
• Spiegelneuronen onderzoek brengt het zelf terug
in de omgeving waarin we leven.
Maieutiek
Sartre en de zestiger jaren
1
Probleem van
verantwoordelijkheid
•
•
•
•
Sartre-generatie in nieuw
perspectief
•
Geen “de hel dat zijn de anderen”.
Wel eerst existentie en dan essentie.
Mijn zelf wordt gevormd in contact met
anderen.
In tweede instantie onstaat ruimte voor eigen
keuzes.
Maieutiek
Voorbeelden van onbewuste invloed,
Primen speelt grote rol,
Spiegelneuronen bevestigen het wij-gevoel,
Wij leren sneller van O.S.M. wij-bevestiging.
Werk en spiegelneuronen
Maieutiek
•
•
•
• Interactie, aanleg, omgevingsfactoren spelen
grote rol.
• Daaruit ontstaat toch een zelf-verantwoordelijk
autonoom subject dat vrije keuzes kan maken, of
niet?
• Rol van omgeving blijft sterk aanwezig!
Maieutiek
Interactie en aanleg is dat alles ?
Maieutiek
• Is er nu eerst en vooral aanleg die
verantwoordelijk is voor wat wij kunnen
waarnemen, onze reactie op prikkels enz?
• Of is er eerst en vooral omgeving die maakt dat
we op een bepaalde wijze leren reageren op
prikkels?
• Of kunnen wij zelf kiezen?
• We hebben herkenning, empathie t.o.v. emoties
van anderen doordat we de gelaatsuitdrukkingen
(en ander gedrag) spiegelen/nabootsen en
daarna geeft de insula dat door aan het limbisch
systeem zodat we letterlijk kunnen ‘meevoelen’
• Empathie is invoelen, maar invoelen kun je voor
van alles aanwenden!
• De echte pestkop is ook empatisch!
• Uren in omgeving met anderen maakt je een ander zelf.
Hoe groot is verschil werk-thuis?
• Invloed van anderen is belangrijk. Van wie trek jij je iets
aan?
• Invloed op anderen is groot. Wie beïnvloed jij?
• Wie is jouw spiegel?
• Zoek je steeds o.s.m. of kun je uit jouw ‘spiegelzone’
komen?
• Jeuken je handen en zo ja, wat doe je daar dan mee?
• Hoe zit het met jouw invoelend vermogen? Is het een
zegen of een vloek?
Maieutiek
• Idee was; herkennen, beeld vormen en nadoen.
• Nu; nadoen, beeld vormen, herkennen.
• Met name relatie tussen emoties en imitatie
liggen nu dicht bij elkaar.
Empathie = invoelen
Maieutiek
Eerst nadoen dan herkennen
2