Begroting 2015 en jaarverslag 2013 gemeenschappelijke regeling

pagina 1 van 1
Lijst van mededelingen en ingekomen stukken gemeenteraad 5 juni 2014
H. Cimtay - Doorgest.: Begroting 2015 en jaarverslag 2013
gemeenschappelijke regeling GGD-RR
Van:
Aan:
Datum:
Onderwerp:
Bijlagen:
griffie
Cimtay, H.
Maandag 28 April 2014 11:45
Doorgest.: Begroting 2015 en jaarverslag 2013 gemeenschappelijke regeling GGD-RR
140428 Begroting GGD-RR 2015 -DEF.pdf; 140428 GGDRR Jaarverslag 2013 DEF.pdf
>>> "Quak C. (Kees)" <[email protected]> 11:22 28-4-2014 >>>
Geachte griffier/medewerker van de griffie,
Hierbij stuur ik u namens de secretaris (de heer V. Roozen) de begroting 2015 van de gemeenschappelijke
regeling GGD Rotterdam-Rijnmond toe. Deze is afgelopen donderdag jl. akkoord bevonden in de
vergadering van het algemeen bestuur. Zoals te doen gebruikelijk sturen wij u deze begroting niet langer in
gedrukte vorm maar digitaal toe.
Conform de Wet op de Gemeenschappelijke Regelingen wordt deze begroting door het algemeen bestuur
naar de raden van alle deelnemende gemeenten gestuurd zodat de raden hun zienswijze over deze
begroting kenbaaar kunnen maken. Conform dezelfde WGR hebben de raden hiervoor 6 weken de tijd. Wij
willen u vragen om voor 19 juni uw eventuele zienswijze aan ondergetekende te doen toekomen zodat deze
meegenomen kunnen worden bij de definitieve vaststelling van de begroting in het AB van donderdag 26
juni en conform voorschriften toegezonden kunnen worden aan de gedeputeerden van de provinciale
staten voor 15 juli a.s.
Tevens zend ik u het jaarverslag 2013 toe, zoals eveneens afgelopen donderdag door het algemeen bestuur
is vastgesteld. Anders dan bij een begroting wordt het jaarverslag, eveneens conform de genoemde Wet op
de Gemeenschappelijke Regelingen slechts ter kennisname toegezonden.
Wellicht ten overvloede wil ik u laten weten dat de gemeenschappelijke regeling van de GGD-RR geen
balans en andere financiële staten kent om in de begroting en jaarverslag op te nemen aangezien alleen de
gemeente Rotterdam eigenaar is van de organisatie. Personeel en eventuele risico’s zijn daarmee voor
rekening van de gemeente Rotterdam. De gemeenschappelijke regeling GGD-RR regelt in materiele zin
slechts de inkoop van producten. Daarmee is de gemeenschappelijke regeling financieel “leeg”, dus zonder
bezittingen, waardoor er ook geen balans is. Het financiële risico voor deelname aan de regeling is voor
regiogemeenten dus ook niet aanwezig.
Met vriendelijke groet,
Kees Quak
directieadviseur regio / gemeenschappelijke regeling GGD-RR
Gemeente Rotterdam
Cluster Maatschappelijke ontwikkeling / Staf directie PG&Z
GGD Rotterdam-Rijnmond
Schiedamsedijk 95
Postbus 70032
3000 LP Rotterdam
Telefoon 010-4339289
Website www.ggdrotterdamrijnmond.nl
Taken van de GGD Rotterdam-Rijnmond worden krachtens een gemeenschappelijke regeling door de gemeente Rotterdam uitgevoerd.
Vindt u deze informatie onduidelijk? Wij geven graag een toelichting.
Geef het door aan de afzender wanneer deze e-mail niet voor u is en verwijder dit bericht.
file://C:\Temp\XPGrpWise\535E3F3DMidgard1Pk1210016238341BA841\GW_00001... 29-4-2014
Begroting 2015
Basistakenpakket
Gemeenschappelijke regeling GGD-RR
Begroting 2015
Basistakenpakket
Gemeenschappelijke regeling
GGD-RR
Ontwerp-begroting vastgesteld in het Algemeen Bestuur GGD-RR van 24 april 2014
2
INHOUDSOPGAVE
blz.
1.
Inleiding
4
2.
De producten
7
3.
Gemeentelijke bijdragen
11
4.
Verantwoording
16
Bijlage 1: Tarieven 2015
Bijlage 2: Variabelen voor de berekening van gemeentelijke bijdragen
Bijlage 3: Uitsplitsing Nissewaard naar Bernisse en Spijkenisse
3
17
18
19
1. INLEIDING
Gemeenschappelijke regeling GGD-RR
Aan de gemeenschappelijke regeling GGD Rotterdam-Rijnmond (GR GGD-RR) nemen alle gemeenten in de regio Rijnmond deel : Albrandswaard, Barendrecht, Brielle, Capelle aan den IJssel, GoereeOverflakkee, Hellevoetsluis, Krimpen aan den IJssel, Lansingerland, Maassluis, Nissewaard, Ridderkerk, Rotterdam, Schiedam, Vlaardingen en Westvoorne. De gemeente Nissewaard ontstaat per 1
januari 2015 na een fusie van de gemeenten Spijkenisse en Bernisse.
De GGD Rotterdam-Rijnmond (GGD-RR) voert een uniform pakket van basistaken uit voor het gehele
werkgebied.
Omdat de begroting van de gemeenschappelijke regeling GGD Rotterdam-Rijnmond alleen de bijdrage van de deelnemende gemeenten regelt en geen eigen balans kent (de bijdrage van de gemeenschappelijke regeling is een onderdeel van de begroting van de Gemeente Rotterdam) is dit geen
formele begroting in de zin van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten
(BBV). Dit is ook met de Provincie Zuid-Holland, als toezichthouder op gemeenschappelijke regelingen, afgestemd.
Wet publieke gezondheid
De Wet publieke gezondheid (wet PG) is het kader waarbinnen de GGD namens de gemeenschappelijke regeling de basistaken uitvoert voor de deelnemende gemeenten. De kern van de wet is dat deze het college van burgemeester en wethouders van alle gemeenten opdraagt om de totstandkoming
en de continuïteit van en de samenhang binnen de publieke gezondheidszorg, en de afstemming ervan met de curatieve gezondheidszorg en de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen
te bevorderen.
Ter uitvoering van de bij wet opgedragen taken draagt het college van burgemeester en wethouders
zorg voor de instelling en instandhouding van een gemeentelijke gezondheidsdienst.
Ter uitvoering van de in het eerste lid bedoelde taak draagt het college van burgemeester en wethouders in ieder geval zorg voor:
a. het verwerven van, op epidemiologische analyse gebaseerd, inzicht in de gezondheidssituatie
van de bevolking,
b. het elke vier jaar, voorafgaand aan de opstelling van de nota gemeentelijke gezondheidsbeleid, bedoeld in artikel 13, tweede lid, op landelijk gelijkvormige wijze verzamelen en analyseren van gegevens over deze gezondheidssituatie,
c. het bewaken van gezondheidsaspecten in bestuurlijke beslissingen,
d. het bijdragen aan opzet, uitvoering en afstemming van preventieprogramma’s, met inbegrip
van programma’s voor de gezondheidsbevordering,
e. het bevorderen van medisch milieukundige zorg,
f. het bevorderen van technische hygiënezorg,
g. het bevorderen van psychosociale hulp bij rampen,
h. het geven van prenatale voorlichting aan aanstaande ouders.
Specifiek voor de uitvoering van de algemene infectieziektebestrijding worden in de wet vervolgens de
onderstaande taken genoemd:
a. het nemen van algemene preventieve maatregelen op dit gebied,
b. het bestrijden van tuberculose en seksueel overdraagbare aandoeningen, inclusief bron- en
contactopsporing,
c. bron- en contactopsporing bij meldingen
Het merendeel van de algemene taken (a t/m g) en de taken op het terrein van infectieziektenbestrijding vormen de kern van het basistakenpakket dat de gemeenschappelijke regeling GGD-RR uitvoert.
Overigens is de wet PG in de tweede helft van 2013 nog aangevuld door het aanmerken van de infectieziekte MERS-CoV als behorende tot groep A waardoor er voortaan een wettelijke meldingsplicht
betreffende deze infectieziekte geldt.
4
Daarnaast worden in de wet specifiek nog de taken voor de jeugdgezondheidszorg en de ouderengezondheidszorg opgenoemd.
Voor de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg zijn dit:
a. het op systematische wijze volgen en signaleren van ontwikkelingen in de gezondheidstoestand van jeugdigen en van gezondheidsbevorderende en -bedreigende factoren,
b. het ramen van de behoeften aan zorg,
c. de vroegtijdige opsporing en preventie van specifieke stoornissen, met uitzondering van het
perinatale onderzoek op phenylketonurie (PKU), congenitale hypothyroïdie (CHT) en adrenogenitaal syndroom (AGS) en het aanbieden van vaccinaties voorkomend uit het Rijksvaccinatieprogramma,
d. het geven van voorlichting, advies, instructie en begeleiding,
e. het formuleren van maatregelen ter beïnvloeding van gezondheidsbedreigingen.
In de regio Rotterdam-Rijnmond is de stichting CJG Rijnmond in het leven geroepen voor de uitvoering van de doelstellingen op het terrein van de jeugdgezondheidszorg.
Voor de uitvoering van de ouderengezondheidszorg worden in de wet PG de volgende taken omschreven:
a. het op systematische wijze volgen en signaleren van ontwikkelingen in de gezondheidstoestand van ouderen en van gezondheidsbevorderende en -bedreigende factoren;
b. het ramen van de behoeften aan zorg;
c. de vroegtijdige opsporing en preventie van specifieke stoornissen als comorbiditeit;
d. het geven van voorlichting, advies, instructie en begeleiding;
e. het formuleren van maatregelen ter beïnvloeding van gezondheidsbedreigingen.
In hoofdstuk 2 wordt nog nader ingegaan op de taken rond de ouderengezondheidszorg.
In de wet Publieke Gezondheid wordt tevens omschreven dat alle gemeenten binnen twee jaar na
openbaarmaking van de landelijke gezondheidsnota een nota gemeentelijk gezondheidsbeleid vaststellen. Een ander belangrijk deel van de wet PG richt zich op allerlei bepalingen rond de uitbraak van
infectieziekten en de controle daarop rond havens en vliegvelden. Voorts regelt de wet de samenhang
met de omvang van de veiligheidsregio’s en het hanteren van een meldcode voor huiselijk geweld
voor GGD’en.
Basistakenpakket
Bij de opstelling van de begroting 2015 worden nieuwe afspraken gemaakt omtrent de omvang van
het pakket basisproducten dat de GGD Rotterdam-Rijnmond voor alle gemeenten uitvoert. De omvang van het basispakket wordt steeds voor vier jaar vastgesteld en zal gelden voor de periode van
2015-2018. Aanpassingen in het basispakket vinden slechts plaats indien alle gemeenten hiermee
akkoord gaan. In de werkgroep rond de begrotingsvoorbereiding 2015-2018 is uitgebreid gesproken
over de ouderengezondheidszorg. In hoofdstuk 2 wordt hier nog kort op ingegaan. De conclusie was
dat dit niet als apart product zal worden opgenomen in het basistakenpakket. De essentiële onderdelen voor deze taak maken reeds onderdeel uit van andere basistaken. Verder zijn met name de preventieve onderdelen verschillend per gemeente bij lokale partners belegd of kunnen desgewenst bij
de GGD als plusproduct worden ingekocht.
Gemeenten kunnen verder bilateraal afspraken maken met de GGD-RR over de inkoop en uitvoering
van plusproducten, zoals die staan beschreven in het digitale productenboek. Uiteraard blijft ook
maatwerk altijd mogelijk. Hierover kunnen altijd bilaterale afspraken tussen gemeente en GGD worden
gemaakt. De plusproducten maken geen deel uit van de begroting en vallen formeel ook niet onder de
gemeenschappelijke regeling GGD-RR.
Een korte omschrijving van het basistakenpakket is te vinden in hoofdstuk 2. Het productenboek wordt
jaarlijks geactualiseerd. Het productenboek is de inhoudelijke bijlage bij de begroting. De beschrijving
van de basistaken is hierin ook terug te vinden.
5
Financieel kader begroting 2015
Conform de jaarlijkse brief van de Kring van Gemeentesecretarissen van alle gemeenten in het werkgebied bedraagt de prijsindexatie voor de begroting 2015 + 0,50% ten opzichte van 2014. Er is in deze brief voor 2015 geen taakstelling afgegeven.
Zie hoofdstuk 3 voor de uitkomsten van de doorrekening voor de begroting 2015, die ondanks het
ontbreken van een taakstelling toch resulteert in een neerwaartse aanpassing van de inwonerbijdragen voor het vaste deel van het basistakenpakket.
6
2. DE PRODUCTEN
Samenstelling van het basistakenpakket
Het basistakenpakket wordt in dit hoofdstuk kort omschreven. Een uitgebreide beschrijving van de
productclusters en de afzonderlijke producten is opgenomen in het (digitale) productenboek.
De gemeenschappelijke regeling GGD-RR kent een basistakenpakket dat in omvang beperkt blijft tot
een verantwoord wettelijk minimum. Deze omvang kan worden uitgedrukt in het aantal taken en in het
niveau waarop individuele taken worden uitgevoerd.
Met betrekking tot het aantal taken blijkt uit een benchmark die in de voorbereiding voor deze begroting is uitgevoerd (zie hoofdstuk 4) dat het basistakenpakket van veel andere GGD’en uitgebreider is
dan dat van GGD-RR. Zo hebben veel GGD’en taken rond beleidsadvisering, preventie en forensische geneeskunde etc. nog in hun pakket. Dat soort taken zit niet (meer) in het basistakenpakket van
GGD-RR.
Rond de wettelijke taak ouderengezondheidszorg is in de voorbereidende ambtelijke en bestuurlijke
werkgroepen geconcludeerd dat deze taak reeds in een aantal bestaande producten is verwerkt,
waaronder de integrale gezondheidsmonitor, de volksgezondheidstoekomstverkenningen (VTV) en de
informatieverstrekking (hitteplan). In andere onderdelen van deze wettelijke taak is reeds lokaal voorzien door eigen gemeentelijke inzet, al dan niet ingekocht bij bijvoorbeeld welzijnsorganisaties.
Wat betreft het niveau waarop de taken worden uitgevoerd, is het huidige niveau naar het oordeel van
GGD-professionals rond bijvoorbeeld medische milieukunde voldoende om in geval van calamiteiten
(denk aan Moerdijk) adequaat te kunnen optreden. Hierbij hoort de kanttekening dat dit altijd inschattingen blijven op basis van ervaringen uit het verleden en dat harde normen ontbreken. De kracht van
de gemeenschappelijke regeling GGD-RR is dat in geval van calamiteiten er een grote infrastructuur
beschikbaar is in de vorm van de gemeentelijke organisatie van Rotterdam.
GGD Nederland is momenteel met VWS samen aan het verkennen of er hardere normen of minimumvereisten zijn te formuleren rond de taken in het basistakenpakket. Of en op welke termijn dit tot
meer duidelijkheid zal leiden is nog niet te zeggen.
Het basispakket is samengesteld uit de volgende producten. Hieronder een korte omschrijving per
product.
Ondersteuning en beleidsvoorbereiding bestuur gemeenschappelijke regeling
• Het bieden van inhoudelijke en bedrijfsmatige ondersteuning aan het bestuur van de gemeenschappelijke regeling. Ook het lidmaatschap van GGD Nederland valt hieronder. GGD Nederland is de landelijke ondersteuningsorganisatie voor alle GGD’en in Nederland die onder andere de landelijke lobby rond publieke gezondheidszorg en de belangen van GGD’en vertegenwoordigt.
Informatieverstrekking
• Vergroten van de kennis van burgers en organisaties over gezondheid, gezond gedrag en
zorg door middel van social media en de website (o.a. de rubriek gezondheid A t/m Z ).
Integrale gezondheidsmonitor 0-100 jarigen en VTV
• Het in kaart brengen en op systematische wijze volgen en signaleren van ontwikkelingen in de
gezondheidstoestand en gezondheidsbevorderende- en bedreigende factoren van de inwoners van het werkgebied van de GGD Rotterdam-Rijnmond.
• Het adviseren over gemeentelijk volksgezondheidsbeleid op basis van een integrale analyse
van de gezondheidssituatie in de gemeenten.
7
GROP
• Het onderhouden en operationeel zijn van een GGD Rampen OpvangPlan, waarmee de GGD
vorm geeft aan goed getraind crisismanagement en in staat is om complexe incidenten slagvaardig en adequaat af te handelen
Infectieziektebestrijding
• Het voorkomen van introductie en (verdere) verspreiding van infectieziekten en waar nodig
bestrijden van infectieziekten.
• Het via surveillance monitoren van de ontwikkeling van infectieziekten, beleid op dit terrein
ontwikkelen en waar nodig de bestrijding van infectieziekten coördineren.
Tuberculosebestrijding
• Het voorkomen van introductie en (verdere) verspreiding van tuberculose in het werkgebied
door het vroegtijdig opsporen en behandelen van tuberculose en tuberculose-infecties, surveillance van de verspreiding van tuberculose en het ontwikkelen van beleid.
Soa/hiv-preventie en –bestrijding
• Het voorkomen van introductie en (verdere) verspreiding van seksueel overdraagbare aandoeningen (soa) en hiv en waar nodig bestrijden van soa/hiv.
• Het via surveillance monitoren van de ontwikkeling van soa/hiv, beleid op dit terrein ontwikkelen en waar nodig de bestrijding van soa/hiv coördineren.
Technische hygiënezorg
• Technische hygiënezorg vindt plaats in situaties waar veel mensen van gemeenschappelijke/collectieve voorzieningen gebruik maken. Dit zijn veelal specifieke doelgroepen die op basis van bijvoorbeeld leeftijd en gezondheid extra risico kunnen lopen op infectieziekten.
Inspectie kinderopvang en peuterspeelzalen
• Toezicht op de kwaliteit van kinderopvang en peuterspeelzaalwerk op de aspecten hygiëne,
veiligheid en pedagogisch beleid
Medische milieukunde
• Het beschermen en bevorderen van de gezondheid van burgers door het contact met milieuverontreiniging te beperken en een veilige omgeving te bevorderen.
Organisatie en coördinatie kleinschalige incidenten en zedenzaken
• Het voorkomen van maatschappelijke onrust bij kleinschalige incidenten en zedenzaken (die
niet onder de Gripprocedure van de GHOR vallen).
• Daarnaast wordt ingezet op vermindering van de met het kleinschalig incident of de zedenzaak samenhangende psychosociale klachten/gezondheidsproblemen
Prestaties en kengetallen 2015
In het productenboek worden voor alle producten kengetallen en prestatie-indicatoren vermeld. Deze
vormen de basis voor de verantwoording over de uitvoering van de producten in 2015. Waar mogelijk
worden voor producten specifieke prestatieafspraken 2015 gemaakt. In geval van kengetallen betreft
dit de verwachte productie in 2015. De prestatie-indicatoren, kengetallen en prestaties 2015 zijn
weergegeven in de tabel hieronder.
Basisproduct
Ondersteuning bestuur
Informatievoorziening
Integrale monitor 0-100 jarigen
Omschrijving prestatieindicator/kengetal
•
aantal adviezen algemeen bestuur
•
Up to date informatie over gezondheid van A t/m Z op de website www. ggdrotterdamrijnmond.nl
•
Website/gezondheidsatlas waar
alle informatie digitaal beschikbaar is
8
Prestatie/kengetal 2015
•
ca. 30 adviezen
•
•
Actuele rubriek A t/m Z
Aantal bezoekers website algemeen en rubriek
A t/mZ specifiek
Na elk monitormoment
worden de gegevens via
de website “gezondheidsatlasrotterdamrijn-
•
Basisproduct
GROP
Infectieziektebestrijding
Omschrijving prestatieindicator/kengetal
•
Aantal schoolrapportages (voor
scholen voor voortgezet onderwijs)
•
Voor elke gemeente een rVTV
rapportage
•
Aantal presentaties/adviezen
gemeenten
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Tuberculosebestrijding
•
Organisatie en coördinatie
kleinschalige incidenten en
zedenzaken
Eens in de vier jaar
•
•
•
•
•
•
Aantallen op basis van
vragen
5 trainingen
2 oefeningen
2 paraatheidstesten
1.100 meldingen
125 outbreaks
•
275
•
150
•
2
•
95%
•
150 meldingen
•
•
•
> 80%
•
15.000 mensen bereikt
•
•
•
lijst van basisvoorzieningen
•
•
aantal adviezen/inspecties technische hygiënezorg
Percentage inspectie t.o.v. de
planning
Gemiddelde inspectietijd van de
realisatie t.o.v. de planning.
aantal meldingen
aantal adviezen
aantal afgehandelde casussen
•
•
300 groepsvoorlichtingen
lijst van basisvoorzieningen
200 adviezen/inspecties
technische hygiënezorg
100% van de ingekochte
aantallen
13 uur per inspectie
•
•
•
450 meldingen
400 adviezen
12 casussen*
•
•
•
Medische milieukunde
•
•
•
Inspectie kinderopvang en
peuterspeelzalen
mond.nl” ontsloten.
Eens in de vier jaar
percentage TBC-patiënten dat
behandeling voltooit
percentage geïnfecteerde personen dat preventieve behandeling voltooid
aantal mensen bereikt met voorlichtingen
aantal groepsvoorlichtingen
•
Technische hygiënezorg
•
17.500 cliëntcontacten
11.000 longfoto’s en
2.500 mantouxtesten,
300 IGRA testen en
1.800 BCG vaccinaties
> 85%
•
•
Soa/hiv-preventie en –
bestrijding
Trainingen
Oefeningen
Paraatheidstest
aantal meldingen;
aantal outbreaks van infectieziekten en wijze van opvolging;
aantal beroepsgebonden besmettingsaccidenten
aantal particuliere besmettingsaccidenten.
oefeningen ter voorbereiding op
grootschalige uitbraken infectieziekten
Snelheid meldingen: percentage
meldingen dat conform landelijke
richtlijnen op tijd is.
aantal meldingen van tuberculosepatiënten en registraties van
tuberculose-infectie;
aantal cliëntcontacten;
aantal longfoto’s, Mantoux testen, IGRA-testen en BCGvaccinaties.
Prestatie/kengetal 2015
•
•
•
•
* in de begroting is rekening gehouden met 12 casussen. Specifiek voor dit product geldt dat, wanneer er gedurende minstens
drie opeenvolgende jaren meer dan 12 casussen zullen zijn, de financiering opnieuw besproken zal worden in het algemeen
bestuur.
Een uitgebreid aanbod plusproducten
In het productenboek is een groot aantal plusproducten beschreven. De producten dragen, aanvullend
op de basisproducten, bij aan het volksgezondheidsbeleid van de gemeenten of aan het gemeentelijk
beleid in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. In het productenboek zijn de plusproducten algemeen beschreven. Gemeenten en GGD maken in bilateraal overleg afspraken over de
9
inhoud en bijbehorende kosten van een plusproduct voor een gemeente. Zo ontstaat een plusproduct
op maat. De afspraken worden vastgelegd in een offertebrief.
10
3. GEMEENTELIJKE BIJDRAGEN
Aanpak nieuwe begrotingscyclus 2015-2018
In de tweede helft van 2013 hebben de gemeente Rotterdam en vertegenwoordigers van de deelnemende gemeenten in de GGD-RR een intensief traject doorlopen om de begroting 2015-2018 voor te
bereiden. Met een ambtelijke en een bestuurlijke werkgroep is de begroting voor de basistaken doorgelicht met het oog op de periode 2015-2018.
Voor het opstellen van de basistakenbegroting GGD-RR ziet de rekensom er voor elke basistaak als
volgt uit:
Inwonerbijdrage =
aantal uur personele inzet (Q) * uurtarief (P) + eventuele materiële kosten
aantal inwoners in Rotterdam-Rijnmond
Bij het bepalen van de uurtarieven (P) wordt uitgegaan van integrale tarieven, waarbij deelnemende
gemeenten niet alleen betalen voor de directe personeelskosten, maar ook naar evenredigheid meebetalen aan overhead en huisvesting. Als basis voor de uurtarieven dienen de uitkomsten van het
kostprijsmodel dat samen met KPMG is opgesteld voor de basistakenbegroting 2011-2014. Die uitkomsten zijn herijkt op basis van een vergelijking van interne dienstbegrotingen van de toenmalige
gemeentelijke dienst GGD van 2011 en 2013, waarbij werd gekeken óf en met hoeveel procent de
uurtarieven kunnen dalen.
Tevens is voor iedere basistaak doorgerekend welke personele inzet (mede aan de hand van tijdschrijfgegevens) en materiële kosten benodigd zijn. Daarmee kon de hoeveelheid (Q) van de producten worden bepaald.
Gewijzigde presentatie van de basistaak ‘inspecties kinderopvang’
De behandeling van de basistaak ‘inspecties kinderopvang’ is met ingang van dit begrotingsjaar vereenvoudigd. Voorheen was de omvang van deze basistaak bevroren op het niveau van begrotingsjaar
2010, terwijl er sindsdien volop groei en krimp was geweest van het aantal locaties. Denk aan de opkomst van gastouders, de invoering van het onderscheid tussen A-, B- en C-locaties en nieuw beleid
m.b.t. peuterspeelzalen. Inspecties die niet in het basistakenpakket zaten, werden als plusproduct afgenomen. Hierdoor werd ten onrechte de indruk gewekt dat die inspecties niet wettelijk verplicht zouden zijn. Omdat deze extra inspecties alsnog als plusproduct werden afgenomen en er werd afgerekend per verrichting, waren de werkelijke kosten in de regel hoger dan wat in het basistakenpakket
was opgenomen.
Vanaf dit begrotingsjaar worden de inspecties kinderopvang volledig als basistaak gepresenteerd. We
brengen een onderscheid aan tussen het vaste deel van het basistakenpakket, waarvoor iedere gemeente een vast bedrag per inwoner betaalt. Dit betreft alle basistaken behalve kinderopvanginspecties. Laatstgenoemde vormt het variabele deel van het basistakenpakket. Dit variabele deel zal verschillen per gemeente, omdat het aantal locaties en het gewenste aantal inspecties per gemeente uiteenloopt. Financieel is er geen verschil met de oude situatie, omdat uiteindelijk alleen wordt betaald
voor de verrichte inspecties. De gewijzigde presentatie is derhalve budgettair neutraal voor iedere
deelnemende gemeente.
Uitkomsten
De organisatiekosten van de toenmalige gemeentelijke dienst GGD zijn in de periode 2011-2013 sneller gedaald dan de uitvoeringskosten, vooral vanwege forse bezuinigingen op de stafafdelingen en in
huisvestingskosten. Deze besparing leidt tot een verlaging van de uurtarieven (P) met 3,9%.
Wanneer rekening wordt gehouden met het toegestane indexpercentage van +0,5%voor 2015, zoals
afgegeven door de werkgroep ‘verbetering financiële sturing gemeenschappelijke regelingen’, (de
Kring van Gemeentesecretarissen van de gehele regio Rotterdam-Rijnmond), dan dalen de uurtarieven in 2015 t.o.v. 2014 per saldo met 3,4%. Zie bijlage 1 voor de nieuwe uurtarieven 2015, die zowel
voor het basistakenpakket als voor plusproducten gelden.
11
De tariefdaling van 3,9% ligt vast voor de begrotingsperiode 2015-2018, waardoor het jaarlijkse indexpercentage de enige variabele is die tussentijds nog tot wijzigingen in de uurtarieven kan leiden.
Naast deze wijziging in de uurtarieven zijn er ook wijzigingen in de Q: de personele inzet en eventuele
materiële kosten. Er is sprake van verschuivingen tussen individuele taken, waarbij de ene taak duurder wordt en de andere goedkoper. Per saldo blijken de plussen en minnen in de ureninzet en materiele kosten echter vrijwel in balans te zijn. De belangrijkste aanpassingen zijn als volgt:
Code
Naam basisproduct
Toelichting grootste verschillen in de Q
A1
A2
Ondersteuning bestuur gemeenschappelijke regeling
Informatieverstrekking
B2
Tuberculosebestrijding
C1
D1
Technische hygiënezorg
Organisatie en coördinatie
van kleinschalige incidenten
en zedenzaken (KIZ)
Kosten van GGD-NL ad. € 145.000 zijn als materiële kosten opgenomen (i.p.v. als onderdeel van de overhead)
Taak is breder dan bij bezuiniging 2014 was verondersteld; te drastische bezuiniging wordt nu deels teruggedraaid
De benodigde personele inzet is herrekend met behulp van cijfers van
de laatste paar jaar. Er is een daling te zien in het aantal gevallen en de
benodigde inzet. De absolute daling van de productiecijfers (bijv. het
aantal cliëntcontacten) is aanzienlijk. Hier wordt een forse besparing
gerealiseerd als gevolg van de genoemde daling in de caseload en
verder toegenomen efficiency in de uitvoering
Verschuiving van hoger naar lager ingeschaald personeel
Inzet ketenregisseur en -coördinatoren was voorheen te laag begroot.
Een van de redenen voor de stijging in de personele inzet is dat casussen steeds vaker betrekking hebben op zedenzaken op scholen. Deze
zaken vereisen relatief meer begeleiding dan andere zaken.
Gerekend is met 12 casussen per jaar, het gemiddelde van de afgelopen jaren.
Bovenstaande resulteert in een daling van de gemiddelde bijdrage per inwoner voor het vaste deel
van het basistakenpakket van € 5,28 in 2014 naar € 5,10 in 2015. Als we de prijsindexering buiten
beschouwing laten, betekent dit een daling van de inwonerbijdrage van 3,9%. De daling van de inwonerbijdrage wordt - zoals hierboven uitgelegd - gevonden in de P en niet in de Q.
N.B. Bedragen zijn afgerond op hele centen, waardoor afrondingsverschillen kunnen ontstaan.
Ook de inspecties kinderopvang - het variabele deel van het basistakenpakket - worden goedkoper,
omdat de uurtarieven (P) dalen met 3,4% (-3,9% bezuiniging en 0,5% indexatie). De uitwerking hiervan per gemeente is te vinden op pagina 13 e.v.
Confrontatie uitkomsten met bestuurlijke afspraken over budgettair kader
Binnen de gemeenschappelijke regeling GGD-RR wordt in de regel het budgettair kader gehanteerd
dat jaarlijks wordt afgegeven door de Kring van Gemeentesecretarissen van de regio RotterdamRijnmond. In de brief voor het begrotingsjaar 2015 wordt alleen een indexpercentage (+0,5%) genoemd, in tegenstelling tot voorgaande jaren waarin tevens een taakstelling werd opgelegd. Het bud-
12
gettair kader voor 2015 bedraagt daarmee € 5,,28 + 0,5% = € 5,31 per inwoner voor het vaste deel
van het basistakenpakket. De uitkomsten van de herijking van de begroting voor basistaken 20152018 passen derhalve ruimschoots binnen het budgettair kader: een besparing van 3,9% (gelijkblijvend prijspeil) bij een taakstelling van 0,0%.
In de vergadering van 23 januari 2014 van het Algemeen Bestuur van de GGD-RR is in dit kader afgesproken dat toekomstige taakstellingen voor 2015 en latere jaren allereerst met deze bezuiniging
van 3,9% worden verrekend.
Kosten basistakenpakket per gemeente voor 2015
De kosten van de basisproducten zijn vermeld in de onderstaande tabel waarbij per individuele gemeente is uitgewerkt wat zowel het totaalbedrag als de bijdrage per inwoner is. Deze bedragen zijn
berekend met de inwoneraantallen van 1 januari 2014.
De bedragen voor het variabele deel van het basistakenpakket zijn indicatief, want uiteindelijk wordt
afgerekend op het werkelijke aantal verrichte inspecties. Ter indicatie is – zoals overeengekomen met
de ambtelijke werkgroep – nu gekozen voor de meest actuele benadering van het totaal aantal inspecties 2015, t.w. het afgesproken aantal inspecties voor 2014 (inkoopafspraken, gemaakt in najaar
2013).
Productcode
A1
A2
A3
A4
Productnaam
Ondersteuning bestuur gemeenschappelijke regeling
Informatieverstrekking
GGD Rampen opvangplan (GROP)
Integrale Gezondheidsmonitor Rijnmond
Totaal algemeen productenaanbod
B1
Infectieziektebestrijding
B2
Tuberculosebestrijding
B3
Soa/hiv preventie en bestrijding
Totaal infectieziektebestrijding
C1
Technische hygienezorg
C3
Medische milieukunde
Totaal milieu en hygiëne
D1
Organisatie en coördinatie KIZ
Totaal persoonsgerichte zorg
Totaal vaste deel basistakenpakket 2015
Vaste inwonerbijdrage per gemeente 2015
Albrands- Baren-drecht
Brielle
waard
€
5.910 € 11.167 €
3.844
€
793 €
1.498 €
516
€
2.617 €
4.945 €
1.702
€ 11.692 € 22.091 €
7.603
€ 21.012 € 39.702 € 13.665
€ 50.403 € 95.234 € 32.777
€ 24.714 € 46.697 € 16.072
€ 11.323 € 21.394 €
7.363
€ 86.439 € 163.325 € 56.213
€
3.544 €
6.697 €
2.305
€ 14.165 € 26.764 €
9.212
€ 17.709 € 33.461 € 11.517
€
2.691 €
5.085 €
1.750
€
2.691 €
5.085 €
1.750
€ 127.852 € 241.573 € 83.144
€
5,10 €
5,10 €
5,10
Capelle a/d
IJssel
€
15.607
€
2.094
€
6.911
€
30.874
€
55.486
€
133.096
€
65.262
€
29.899
€
228.257
€
9.359
€
37.405
€
46.764
€
7.106
€
7.106
€
337.613
€
5,10
C2
Inspecties kinderopvang (aantal locaties 2010, tegen uurtarief 2015)
C2
Inspecties kinderopvang (extra inkoop 2014, tegen uurtarief 2015)
Variabel deel basistakenpakket (indicatief) 2015
Variabele inwonerbijdrage (indicatief) per gemeente 2015
€
€
€
€
€
€
€
€
Productcode
A1
A2
A3
A4
Ondersteuning bestuur gemeenschappelijke regeling
Informatieverstrekking
GGD Rampen opvangplan (GROP)
Integrale Gezondheidsmonitor Rijnmond
Totaal algemeen productenaanbod
B1
Infectieziektebestrijding
B2
Tuberculosebestrijding
B3
Soa/hiv preventie en bestrijding
Totaal infectieziektebestrijding
C1
Technische hygienezorg
C3
Medische milieukunde
Totaal milieu en hygiëne
D1
Organisatie en coördinatie KIZ
Totaal persoonsgerichte zorg
Totaal vaste deel basistakenpakket 2015
Vaste inwonerbijdrage per gemeente 2015
GoereeOverflakkee
€ 11.374
€
1.526
€
5.037
€ 22.499
€ 40.436
€ 96.993
€ 47.559
€ 21.789
€ 166.342
€
6.820
€ 27.259
€ 34.079
€
5.178
€
5.178
€ 246.035
€
5,10
Hellevoetsluis
€
9.183
€
1.232
€
4.067
€
18.167
€
32.649
€
78.315
€
38.401
€
17.593
€ 134.308
€
5.507
€
22.009
€
27.516
€
4.181
€
4.181
€ 198.655
€
5,10
Krimpen a/d
IJssel
€
6.795
€
912
€
3.009
€
13.442
€
24.159
€
57.950
€
28.415
€
13.018
€
99.382
€
4.075
€
16.286
€
20.361
€
3.094
€
3.094
€ 146.996
€
5,10
Lansingerland
€
13.464
€
1.806
€
5.962
€
26.634
€
47.865
€ 114.816
€
56.298
€
25.793
€ 196.906
€
8.074
€
32.267
€
40.341
€
6.130
€
6.130
€ 291.243
€
5,10
C2
Inspecties kinderopvang (aantal locaties 2010, tegen uurtarief 2015)
C2
Inspecties kinderopvang (extra inkoop 2014, tegen uurtarief 2015)
Variabel deel basistakenpakket (indicatief) 2015
Variabele inwonerbijdrage (indicatief) per gemeente 2015
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
Productnaam
13
22.750
5.922
28.672
1,14
32.001
18.793
50.795
1,05
€
€
€
€
54.406
23.467
77.873
1,64
21.219
21.193
42.412
1,09
€
€
€
€
7.537
6.690
14.227
0,87
28.432
21.721
50.153
1,74
69.943
21.221
91.164
1,38
62.406
31.990
94.397
1,65
Productcode
A1
A2
A3
A4
Productnaam
Maassluis
Nissewaard
Ondersteuning bestuur gemeenschappelijke regeling
Informatieverstrekking
GGD Rampen opvangplan (GROP)
Integrale Gezondheidsmonitor Rijnmond
Totaal algemeen productenaanbod
B1
Infectieziektebestrijding
B2
Tuberculosebestrijding
B3
Soa/hiv preventie en bestrijding
Totaal infectieziektebestrijding
C1
Technische hygienezorg
C3
Medische milieukunde
Totaal milieu en hygiëne
D1
Organisatie en coördinatie KIZ
Totaal persoonsgerichte zorg
Totaal vaste deel basistakenpakket 2015
Vaste inwonerbijdrage per gemeente 2015
€
7.565
€
1.015
€
3.350
€
14.966
€
26.896
€
64.516
€
31.634
€
14.493
€ 110.643
€
4.537
€
18.131
€
22.668
€
3.444
€
3.444
€ 163.651
€
5,10
€
20.018
€
2.685
€
8.865
€
39.599
€
71.167
€ 170.711
€
83.706
€
38.349
€ 292.765
€
12.004
€
47.976
€
59.980
€
9.114
€
9.114
€ 433.027
€
5,10
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
10.664
1.431
4.723
21.096
37.914
90.944
44.593
20.430
155.967
6.395
25.559
31.954
4.855
4.855
230.690
5,10
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
145.752
19.552
64.544
288.324
518.172
1.242.948
609.462
279.220
2.131.630
87.403
349.313
436.715
66.360
66.360
3.152.877
5,10
C2
Inspecties kinderopvang (aantal locaties 2010, tegen uurtarief 2015)
C2
Inspecties kinderopvang (extra inkoop 2014, tegen uurtarief 2015)
Variabel deel basistakenpakket (indicatief) 2015
Variabele inwonerbijdrage (indicatief) per gemeente 2015
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
24.605
27.797
52.401
1,16
€
€
€
€
595.936
350.412
946.347
1,53
€
€
€
557.697
557.697
0,90
31.818
3.18228.635
0,89
52.897
44.016
96.913
1,14
Ridderkerk
B2
Tuberculosebestrijding
Extra bijdrage van de gemeente Rotterdam aan het basistakenpakket
Extra inwonerbijdrage gemeente Rotterdam 2015
Rotterdam
De uitsplitsing van de nieuwe gemeente Nissewaard naar de huidige gemeenten Bernisse en Spijkenisse is te
vinden in bijlage 3.
Productcode
A1
A2
A3
A4
Productnaam
Schiedam
Vlaardingen
Ondersteuning bestuur gemeenschappelijke regeling
Informatieverstrekking
GGD Rampen opvangplan (GROP)
Integrale Gezondheidsmonitor Rijnmond
Totaal algemeen productenaanbod
B1
Infectieziektebestrijding
B2
Tuberculosebestrijding
B3
Soa/hiv preventie en bestrijding
Totaal infectieziektebestrijding
C1
Technische hygienezorg
C3
Medische milieukunde
Totaal milieu en hygiëne
D1
Organisatie en coördinatie KIZ
Totaal persoonsgerichte zorg
Totaal vaste deel basistakenpakket 2015
Vaste inwonerbijdrage per gemeente 2015
€
18.012
€
2.416
€
7.976
€
35.632
€
64.037
€ 153.606
€
75.319
€
34.507
€ 263.431
€
10.801
€
43.169
€
53.970
€
8.201
€
8.201
€ 389.639
€
5,10
€ 16.744
€
2.246
€
7.415
€ 33.122
€ 59.527
€ 142.788
€ 70.014
€ 32.076
€ 244.879
€ 10.041
€ 40.129
€ 50.169
€
7.623
€
7.623
€ 362.198
€
5,10
C2
Inspecties kinderopvang (aantal locaties 2010, tegen uurtarief 2015)
C2
Inspecties kinderopvang (extra inkoop 2014, tegen uurtarief 2015)
Variabel deel basistakenpakket (indicatief) 2015
Variabele inwonerbijdrage (indicatief) per gemeente 2015
€
76.574
€
36.175
€ 112.749
€
1,48
€
€
€
€
B2
Tuberculosebestrijding
Extra bijdrage van de gemeente Rotterdam aan het basistakenpakket
Extra inwonerbijdrage gemeente Rotterdam 2015
49.673
29.994
79.667
1,12
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
Westvoorne
3.294
442
1.459
6.515
11.709
28.087
13.772
6.310
48.169
1.975
7.894
9.869
1.500
1.500
71.246
5,10
Totaal
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
299.395
40.162
132.582
592.257
1.064.396
2.553.184
1.251.917
573.555
4.378.656
179.537
717.536
897.072
136.313
136.313
6.476.438
5,10
€
€
€
€
8.766
6.134
14.900
1,07
€
€
€
€
1.138.962
642.343
1.781.305
1,40
€
€
557.697
557.697
Extra bijdrage gemeente Rotterdam
Voor de basistaak tuberculosebestrijding liggen de productiecijfers aanzienlijk hoger in Rotterdam dan
in de overige gemeenten. Om die reden is bij de begrotingsbehandeling voor het jaar 2011 afgesproken om de gemeente Rotterdam in 2011-2014 een extra inwonerbijdrage in rekening te brengen voor
de extra formatie die nodig is voor de bovengemiddelde productiecijfers (na correctie voor de schaalvoordelen van het gezamenlijk optrekken van Rotterdam en regiogemeenten binnen één gemeenschappelijke regeling). Deze afspraak wordt gecontinueerd voor de periode 2015-2018, want de productiecijfers (aantal verrichtingen / cliëntcontacten) zijn in Rotterdam nog steeds aanzienlijk hoger dan
in regiogemeenten, waardoor een extra bijdrage van Rotterdam gerechtvaardigd blijft.
14
Vanwege de eerder genoemde daling van de productiecijfers daalt de extra bijdrage per inwoner van
€ 1,33 in 2014 naar € 0,91 in 2015. De daling van de caseload is in verhouding sneller dan voor het
regiodeel, omdat het aandeel voor Rotterdam ook bovengemiddeld was. Gevolg: een relatief forse
daling van de extra inwonerbijdrage van Rotterdam.
BTW-compensatie
Per 1 januari 2003 is de Wet op het BTW-compensatiefonds (BCF) ingevoerd, ten gevolge waarvan
gemeenten de omzetbelasting (BTW) die zij voor haar overheidsmatige activiteiten in rekening gebracht krijgen in principe kunnen declareren bij het BCF. Een en ander geldt evenwel slechts voor die
taken welke niet uitgesloten zijn van compensatie.
De gemeenschappelijke regeling GGD-RR kan gebruik maken van de zogeheten transparantieregeling; hetgeen betekent dat de aan het lichaam in rekening gebrachte omzetbelasting (inkoop-BTW)
naar de participerende gemeenten kan worden doorgeschoven, die op hun beurt deze omzetbelasting
op het BCF kunnen claimen. Gebruikmaking van de transparantieregeling is door de Belastingdienst
goedgekeurd. Doorschuiven van omzetbelasting impliceert dat de hiervoor genoemde inwonerbijdragen inclusief doorschuif-BTW is. Op de voorschotnota’s zal deze compensabele inkoop-BTW zichtbaar worden gemaakt. Op grond hiervan kunnen de deelnemende gemeenten deze compensabele
inkoop-BTW claimen op het BTW-compensatiefonds (BCF).
Voor de aan de Gemeenschappelijke Regeling deelnemende (regio)gemeenten leidt de Wet op het
BTW-compensatiefonds voor het jaar 2015 tot de volgende compensatiebedragen per gemeente:
Te compenseren BTW (excl variabel deel inspecties kinderopvang)*
gemeente
gemeente
te compenseren BTW
Albrandswaard
€ 2.849
Maassluis
Barendrecht
Nissewaard
€ 5.383
€ 1.853
Brielle
Ridderkerk
Capelle a/d IJssel
€ 7.523
Schiedam
Goeree-Overflakkee
€ 5.482
Vlaardingen
Hellevoetsluis
€ 4.427
Westvoorne
Krimpen a/d IJssel
€ 3.275
Lansingerland
€ 6.490
te compenseren BTW
€
3.647
€
9.649
€
5.140
€
8.682
€
8.071
€
1.588
* De compensabele btw op het variabele deel (de inspecties kinderopvang) kan pas berekend worden op basis van de definitieve afname per gemeente
Facturatie
De voorschotnota’s voor de GGD basistaken worden in de loop van 2015 door de GGD-RR verstuurd
naar de regiogemeenten. Deze voorschotnota’s hebben betrekking op zowel het vaste als het variabele deel van het basistakenpakket. Begin 2016 zal een eindafrekening plaatsvinden van het variabele
deel, aan de hand van het werkelijke aantal uitgevoerde inspecties kinderopvang.
15
4. VERANTWOORDING
Verantwoording aan de hand van kengetallen en prestatie-indicatoren
De GGD-RR legt verantwoording af over de uitvoering van de producten in de twee tussentijdse rapportages en het jaarverslag. Het jaarverslag is de definitieve jaarrapportage waarin ook verantwoording wordt afgelegd over de financiële consequenties van de geleverde productie.
De basistaken en prestaties die in de voorliggende begroting worden vastgesteld voor 2015 vormen
de kern van de rapportages. Rapportage vindt waar mogelijk plaats per gemeente. Afwijkingen van
deze kengetallen en prestaties zijn onderwerp van discussie. De eventuele extra af te nemen plusproducten worden bilateraal per gemeente verantwoord en niet in de verantwoordingsrapportages over
de basistaken opgenomen.
Rotterdam als risicodrager
Nagenoeg alle GGD-organisaties vallen onder een gemeenschappelijke regeling en zijn in feite
“eigendom” van de deelnemende gemeenten. Deze gemeenten zijn risicodragend voor de GGDorganisatie. Voor de GGD Rotterdam-Rijnmond geldt dit echter niet. De GGD-RR is onderdeel van de
gemeentelijke organisatie van Rotterdam. Rotterdam is daarom risicodragend voor de GGD. De GGD
legt verantwoording af over de bedrijfsvoering aan het College van de gemeente Rotterdam.
Jaarrekening
De begroting 2015 voor het basistakenpakket is een overeenkomst tussen de gemeenschappelijke
regeling GGD-RR en de gemeente Rotterdam. De gemeenschappelijke regeling besteedt de uitvoering van de basistaken uit aan de gemeente Rotterdam. Dit geldt ook voor de bestuurlijke ondersteuning alsmede het verzorgen van de financiële transacties. De GGD legt over de bedrijfsvoering verantwoording af aan het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam. De rekening van de
gemeenschappelijke regeling is slechts een weergave van het geheel aan baten en lasten voor de
regiotaken per gemeente en is onderdeel van de rekening van de gemeente Rotterdam. Voor de informatievoorziening naar het bestuur van de gemeenschappelijke regeling GGD-RR wordt een jaarverslag opgesteld met daarin een weergave van de gerealiseerde prestaties op de basistaken.
Omdat de gemeenschappelijke regeling geen eigen jaarrekening kent, kan ze in die zin, in tegenstelling tot de gemeente Rotterdam, niet voldoen aan het Besluit begroting en verantwoording provincies
en gemeenten (BBV). Dit is ook met de Provincie Zuid-Holland, als toezichthouder op gemeenschappelijke regelingen, afgestemd.
Benchmarking
In een benchmark zijn de kosten per inwoner voor het basistakenpakket van de GGD’en vergeleken
op dezelfde wijze als KPMG heeft gedaan bij het proces van de begrotingsopstelling van 2011-2014.
De gehouden benchmark is gebaseerd op de jaarbegrotingen over 2013 van alle GGD’en. Dit is het
meest recente jaar waarvan de begrotingen inmiddels vastgesteld en beschikbaar waren. In totaal zijn
begrotingen van 27 GGD’en (100% van alle GGD’en) opgenomen in de benchmark. De begrotingen
zijn via internet opgevraagd en van alle GGD’en is gekeken naar het wettelijke basistakenpakket van
de GGD’en. Daarbij zijn de producten zoveel mogelijk gerangschikt naar onze productindeling om
makkelijk te kunnen vergelijken.
De producten in het kader van de Jeugdgezondheidszorg zijn buiten de vergelijking gehouden. Bij
alle GGD’en die een JGZ functie nog in eigen huis en dus in het basistakenpakket hebben is deze
eruit gehaald om zuiverder te kunnen vergelijken.
Twee GGD’en (Den Haag en Utrecht) zijn uiteindelijke uit de vergelijking gelaten, omdat ze alle grootstedelijke taken in hun begroting hebben zitten en deze niet eruit zijn te halen tot een "zuiver" basistakenpakket overblijft. Hun totale pakketten komen uit op resp. 63 en 100 euro per inwoner.
Na correctie voor deze uitschieters lopen de inwonerbijdragen landelijk uiteen van € 4,81 (overigens
exclusief inspecties kinderopvang!) tot € 16,66. Het gemiddelde basistakenpakket van alle GGD’en
kost € 8,62. Het basistakenpakket van de GGD-RR (vast en variabel) kost ruim 2 euro per inwoner
minder dan dit gemiddelde, en behoort daarmee tot de goedkoopste 20% van het land.
16
BIJLAGE 1: Tarieven 2015 voor het basistakenpakket GGD-RR
Tevens zullen deze tarieven gehanteerd worden voor de plusproducten die de GGD RotterdamRijnmond levert. Eventuele decentrale huisvestingskosten die nodig zijn voor de uitvoering van plusproducten (buiten het GGD-hoofdkantoor aan de Schiedamsedijk in Rotterdam) worden separaat in
rekening gebracht.
17
BIJLAGE 2: Variabelen voor de berekening van gemeentelijke bijdragen
Inwoneraantallen 1 januari 2014
Peildatum voor het aantal inwoners per gemeente is 1 januari 2014.
gemeente
Albrandswaard
Barendrecht
Brielle
Capelle aan den IJssel
Goeree-Overflakkee
Hellevoetsluis
Krimpen aan den IJssel
Lansingerland
Maassluis
Nissewaard*
Ridderkerk
Rotterdam
Schiedam
Vlaardingen
Westvoorne
Totaal
Totale bevolking
25.071
47.371
16.304
66.204
48.246
38.955
28.825
57.111
32.091
84.914
45.237
618.261
76.406
71.025
13.971
1.269.992
* Nissewaard (inwoneraantallen Bernisse en Spijkenisse)
Bron: CBS Statline, voorlopige cijfers 1 januari 2014 per 14 maart 2014
Aantal inspecties kinderopvang
De kosten van het variabele deel van het basistakenpakket zijn indicatief, en gebaseerd op inkoopafspraken voor 2014, die in het najaar 2013 zijn gemaakt. Deze afspraken zijn niet altijd op basis van
absolute aantallen locaties gemaakt, maar soms ook op ervaringscijfers waarin veiligheidsmarges zijn
ingebouwd, om te kunnen inspelen op extra benodigde inspecties (bijv. nader onderzoek of nieuwe
locaties).
Uiteindelijk vindt een eindafrekening van de kosten van inspecties kinderopvang plaats, zodat alleen
daadwerkelijk verrichte inspecties in rekening worden gebracht.
Productieve uren per medewerker
Voor de berekening van de kosten gaat de GGD uit van 1.350 productieve uren per jaar per fulltime
formatieplaats.
18
BIJLAGE 3: Uitsplitsing Nissewaard naar Bernisse en Spijkenisse
Productcode
A1
A2
A3
A4
Productnaam
Bernisse
Spijkenisse
Ondersteuning bestuur gemeenschappelijke regeling
Informatieverstrekking
GGD Rampen opvangplan (GROP)
Integrale Gezondheidsmonitor Rijnmond
Totaal algemeen productenaanbod
B1
Infectieziektebestrijding
B2
Tuberculosebestrijding
B3
Soa/hiv preventie en bestrijding
Totaal infectieziektebestrijding
C1
Technische hygienezorg
C3
Medische milieukunde
Totaal milieu en hygiëne
D1
Organisatie en coördinatie KIZ
Totaal persoonsgerichte zorg
Totaal vaste deel basistakenpakket 2015
Vaste inwonerbijdrage per gemeente 2015
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
2.923
393
1.295
5.782
10.393
24.927
12.223
5.600
42.749
1.753
7.005
8.758
1.331
1.331
63.231
5,10
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
17.052
2.293
7.552
33.732
60.629
145.416
71.303
32.667
249.385
10.225
40.867
51.092
7.765
7.765
368.871
5,10
C2
Inspecties kinderopvang (aantal locaties 2010, tegen uurtarief 2015)
C2
Inspecties kinderopvang (extra inkoop 2014, tegen uurtarief 2015)
Variabel deel basistakenpakket (indicatief) 2015
Variabele inwonerbijdrage (indicatief) per gemeente 2015
€ 13.381
€ 5.371
€ 18.751
€
1,51
€
€
€
€
39.516
38.645
78.161
1,08
19
Gemeenschappelijke regeling GGD Rotterdam–Rijnmond (GGD-RR)
Gemeenschappelijke regeling
GGD Rotterdam-Rijnmond
Jaarverslag 2013
Vastgesteld door het Algemeen Bestuur op 24 april 2014
Inhoud
Samenvatting
3
1. Inleiding
§1.1 - Jaaroverzicht GR GGD-RR 2013
§1.2 - Basistakenpakket en plusproducten
§1.3 - Het bestuur
§1.4 – Ambtelijk kernteam
§1.5 - Wet Publieke Gezondheid
§1.6 - Relevante Ontwikkelingen 2013
4
5
5
7
7
8
2. Basistaken
§2.1 - Geleverde prestaties 2013
§2.2 – Toelichtingen
§2.3 - Facturering basistakenpakket
10
10
15
23
Gemeenschappelijke regeling
2
jaarverslag 2013
Samenvatting
In dit jaarverslag legt de GGD-RR verantwoording af over de realisatie van de afspraken van het
basistakenpakket van de gemeenschappelijke regeling GGD Rotterdam-Rijnmond (GGD-RR).
In het algemeen kan worden gesteld dat het basistakenpakket conform afspraak is uitgevoerd.
Er waren geen bijzondere voorvallen of incidenten in het afgelopen jaar. Wel valt de stijging van KIZ
zaken in de regio op.
De uitvoering van de plusproducten wordt per gemeente separaat verantwoord aangezien de
afspraken over de plusproducten buiten de gemeenschappelijke regeling vallen.
Het algemeen bestuur vergaderde in 2013 vijf keer. De belangrijkste onderwerpen in 2013 waren:
• de rapporten in het kader van de Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenningen die in
het najaar op basis van de integrale monitor geschreven zou worden,
• de werkafspraken tussen de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond en de GGD RotterdamRijnmond over de werkprocessen rond de inzet en organisatie van de gezondheidsprocessen,
met name voor de gezondheidskundige advisering bij gevaarlijke stoffen en de psychosociale
hulpverlening in situaties van reguliere gezondheidszorg en opgeschaalde gezondheidszorg,
• de einduitkomst werkgroep regionale handhaving kinderopvang,
• de vaststelling van het Jaarverslag 2012 en de Begroting 2014.
• De bestuurlijke vertegenwoordiging vanuit het algemeen bestuur in het overleg van het
Veiligheidshuis
• het incidentbestrijdingsplan infectieziekten (IBPi)
• de woningvervuilingsaanpak binnen Rotterdam en de mogelijkheden voor uitrol in de regio
• de vervroegde opstelling van de begroting 2015, in verband met de verkiezingen.
In april is de Voorzitter van het algemeen bestuur. Wethouder Kriens, in verband met haar vertrek
naar de VNG, opgevolgd door wethouder Florijn. Afgesproken is dat wethouder Kromdijk van
Maassluis als vice-voorzitter, de bestuursvergaderingen in 2013 als technisch voorzitter zal blijven
leiden.
In het najaar is vanuit het algemeen bestuur de Regionale bijeenkomst Volksgezondheid in Capelle
aan den IJssel georganiseerd. De regionale bijeenkomst met als thema ”Volksgezondheid komt niet
vanzelf” is in samenwerking met VWS en VNG tot stand gekomen waarbij het centrale thema was
hoe lokale volksgezondheid op de kaart gehouden kan worden door slimme verbindingen en
samenwerkingen te zoeken. De succesvolle bijeenkomst stond onder leiding van dagvoorzitter André
Rouvoet.
Gemeenschappelijke regeling
3
jaarverslag 2013
1. Inleiding
§1.1 - Jaarrapportage gemeenschappelijke regeling GGD-RR
De gemeenschappelijke regeling GGD Rotterdam-Rijnmond (GR GGD-RR) is de gemeenschappelijke
regeling van de gemeenten: Albrandswaard, Barendrecht, Bernisse, Brielle, Capelle a/d IJssel,
Goeree-Overflakkee, Hellevoetsluis, Krimpen a/d IJssel, Lansingerland, Maassluis, Ridderkerk,
Rotterdam, Schiedam, Spijkenisse, Vlaardingen en Westvoorne.
De GGD Rotterdam-Rijnmond (GGD-RR) voert de basistaken uit voor het gehele werkgebied. In de
regiobegroting 2012 is aangegeven wat de aard, omvang en prijs is van de producten die de GGD
Rotterdam-Rijnmond voor de gemeenten uitvoert.
§1.2 - Basistakenpakket en plusproducten
De begroting van de OGZRR heeft betrekking op het pakket basisproducten dat de GGD-RR voor alle
gemeenten uitvoert. Het basistakenpakket heeft in principe een looptijd van vier jaar (2011-2014). Het
productenboek is de inhoudelijke bijlage bij de begroting. Met ingang van het jaar 2011 is het
productenboek geactualiseerd en zal voorts jaarlijks worden geactualiseerd. Voorliggend jaarverslag
2013 heeft betrekking op het basistakenpakket van de GGD-RR zoals vastgelegd in de
productbegroting 2013.
Gemeenschappelijke regeling
4
jaarverslag 2013
Omdat de gemeenschappelijke regeling GGD-RR alleen de bijdrage van de deelnemende gemeenten
regelt en geen eigen balans kent (bijdrage van de gemeenschappelijke regeling is een onderdeel van
de dienstbegroting van de GGD-RR als onderdeel van het concern gemeente Rotterdam) is dit
jaarverslag geen formele jaarrekening in de zin van het Besluit Begroting en Verantwoording
provincies en gemeenten (BBV). Dit is ook met de Provincie Zuid-Holland, als toezichthouder op
gemeenschappelijke regelingen, afgestemd.
Los van de afspraken rond het basistakenpakket en de verslaglegging daarvan in dit jaarverslag,
maken alle regiogemeenten indien gewenst bilaterale afspraken met de GGD over de uitvoering van
plusproducten. Omdat de plusproducten buiten de regeling vallen, aangezien dit bilaterale afspraken
zijn tussen de GGD-RR als onderdeel van de gemeente Rotterdam en de overige gemeenten, is er
vanaf 2013 voor gekozen om over de stand van zaken rond de plusproducten separaat per gemeente
te rapporteren. In het jaarverslag 2012 was dit reeds aangekondigd.
§1.3 - Het bestuur
Het bestuur van OGZRR bestaat uit de portefeuillehouders volksgezondheid van de deelnemende
gemeenten. In 2013 zag de samenstelling als volgt uit:
Albrandswaard
Barendrecht
Bernisse
Brielle
Capelle a/d IJssel
Goeree-Overflakkee
Hellevoetsluis
Krimpen a/d IJssel
Lansingerland
Maassluis
Ridderkerk
Rotterdam
Schiedam
Spijkenisse
Vlaardingen
Westvoorne
GGD
GGD
GGD
Mw. M. Rombout
Dhr. C. Versendaal
Dhr. W. Kruikemeier
Dhr. W.A.J. Borgonjen
Mw. A. Hartnagel
Dhr. G. de Jong
Mw. J.D. de Jongh (tot september 2013)
Mw. M. Roza - de Pijper (vanaf oktober
2013)
Dhr. A. Hofstra
Dhr. Ten Kate (tot juni 2013)
Dhr. M. van Dijk (vanaf juli 2013)
Dhr. P.E.H Kromdijk
Dhr. H. Dokter
Mw. J. Kriens (tot maart 2013)
Dhr. M. Florijn (vanaf april 2013)
Dhr. J.A. Grijzen
Dhr. D. van der Schaaf
Dhr. C.T. Oosterom
Dhr. N.A.M. Groenewegen
Dhr. V. Roozen
Dhr. C. Quak
Mw. I. Van Soest
Vice-voorzitter vanaf april
2013 fungerend als
voorzitter in de
vergaderingen
Voorzitter
Secretaris
Uitvoerend secretaris
Notulist
Het algemeen bestuur vergaderde in 2013 vijf keer. De belangrijkste onderwerpen in 2013 worden
besproken in paragraaf 1.6.
De OGZRR heeft geen dagelijks bestuur. Het algemeen bestuur heeft na de fusie met de GGD-ZHE
wederom besloten om geen dagelijks bestuur in te stellen. De noodzaak voor een dagelijks bestuur is
binnen de gemeenschappelijke regeling OGZRR minder aanwezig aangezien de bedrijfsvoering als
dienst van de gemeente Rotterdam een verantwoordelijkheid is van de gemeente Rotterdam.
Gemeenschappelijke regeling
5
jaarverslag 2013
§1.4 – Ambtelijk kernteam
De ambtenaren volksgezondheid van de deelnemende gemeenten overleggen met de GGD in het
kernteam GGD-RR. Dit kernteam bespreekt belangrijke ontwikkelingen in de producten van de GGD
en bereidt de vergaderingen van het algemeen bestuur voor. De samenstelling van het kernteam was
in 2013 als volgt:
Barendrecht (ook namens
Albrandswaard en
Ridderkerk)
Capelle a/d IJssel
Goeree-Overflakke
Krimpen a/d IJssel
Lansingerland
Maassluis
Schiedam
Spijkenisse (mede namens
Bernisse, Brielle,
Hellevoetsluis en
Westvoorne)
Vlaardingen
GGD
GGD
Dhr. G.J. Veneberg
Voorzitter
Dhr. R. van Zon
Mw. J. van Loon
Dhr. M. Noorlander
Mw. E. Boonstra
Dhr. J. Houtman
Mw. S. Badal
Mw. N. Lopes of Mw. D. Vijfvinkel
Mw. C. Maniche
Dhr. C. Quak
Mw. I. van Soest
Secretaris
Notulist
Het kernteam vergaderde in 2013 vijf keer. De vergaderingen waren met name gericht op de
voorbereiding van de vergaderingen van het algemeen bestuur en werden voorbereid door een
agendacommissie van ambtenaren Jeugd en Volksgezondheid van de diverse subregio’s.
§1.5 - Wet Publieke Gezondheid
De Wet publieke gezondheid (wet PG) is het kader waarbinnen de GGD namens de
gemeenschappelijke regeling de basistaken uitvoert voor de deelnemende gemeenten. De kern van
de wet is dat deze het college van burgemeester en wethouders van alle gemeenten opdraagt om de
totstandkoming en de continuïteit van en de samenhang binnen de publieke gezondheidszorg, en de
afstemming ervan met de curatieve gezondheidszorg en de geneeskundige hulpverlening bij
ongevallen en rampen te bevorderen.
Ter uitvoering van de bij wet opgedragen taken draagt het college van burgemeester en wethouders
zorg voor de instelling en instandhouding van een gemeentelijke gezondheidsdienst.
Ter uitvoering van de in het eerste lid bedoelde taak draagt het college van burgemeester en
wethouders in ieder geval zorg voor:
a. het verwerven van, op epidemiologische analyse gebaseerd, inzicht in de gezondheidssituatie
van de bevolking,
b. het elke vier jaar, voorafgaand aan de opstelling van de nota gemeentelijke
gezondheidsbeleid, bedoeld in artikel 13, tweede lid, op landelijk gelijkvormige wijze
verzamelen en analyseren van gegevens over deze gezondheidssituatie,
c. het bewaken van gezondheidsaspecten in bestuurlijke beslissingen,
d. het bijdragen aan opzet, uitvoering en afstemming van preventieprogramma’s, met inbegrip
van programma’s voor de gezondheidsbevordering,
e. het bevorderen van medisch milieukundige zorg,
f. het bevorderen van technische hygiënezorg,
g. het bevorderen van psychosociale hulp bij rampen,
h. het geven van prenatale voorlichting aan aanstaande ouders.
Gemeenschappelijke regeling
6
jaarverslag 2013
Specifiek voor de uitvoering van de algemene infectieziektebestrijding worden in de wet vervolgens de
onderstaande taken genoemd:
a. het nemen van algemene preventieve maatregelen op dit gebied,
b. het bestrijden van tuberculose en seksueel overdraagbare aandoeningen, inclusief bron- en
contactopsporing,
c. bron- en contactopsporing bij meldingen
Het merendeel van de algemene taken (a t/m g) en de taken op het terrein van
infectieziektebestrijding vormen de kern van het basistakenpakket dat de gemeenschappelijke
regeling GGD-RR uitvoert.
Daarnaast worden in de wet specifiek nog de taken voor de jeugdgezondheidszorg en de
ouderengezondheidszorg opgenoemd.
Voor de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg zijn dit:
a. het op systematische wijze volgen en signaleren van ontwikkelingen in de
gezondheidstoestand van jeugdigen en van gezondheidsbevorderende en -bedreigende
factoren,
b. het ramen van de behoeften aan zorg,
c. de vroegtijdige opsporing en preventie van specifieke stoornissen, met uitzondering van het
perinatale onderzoek op phenylketonurie (PKU), congenitale hypothyroïdie (CHT) en
adrenogenitaal syndroom (AGS) en het aanbieden van vaccinaties voorkomend uit het
Rijksvaccinatieprogramma,
d. het geven van voorlichting, advies, instructie en begeleiding,
e. het formuleren van maatregelen ter beïnvloeding van gezondheidsbedreigingen.
In de regio Rotterdam-Rijnmond is de stichting CJG Rijnmond in het leven geroepen voor de
uitvoering van de doelstellingen op het terrein van de jeugdgezondheidszorg.
Voor de uitvoering van de ouderengezondheidszorg worden in de wet PG de volgende taken
omschreven:
a. het op systematische wijze volgen en signaleren van ontwikkelingen in de
gezondheidstoestand van ouderen en van gezondheidsbevorderende en -bedreigende
factoren;
b. het ramen van de behoeften aan zorg;
c. de vroegtijdige opsporing en preventie van specifieke stoornissen als comorbiditeit;
d. het geven van voorlichting, advies, instructie en begeleiding;
e. het formuleren van maatregelen ter beïnvloeding van gezondheidsbedreigingen.
In de wet PG wordt tevens omschreven dat alle gemeenten binnen twee jaar na openbaarmaking van
de landelijke gezondheidsnota een nota gemeentelijk gezondheidsbeleid vaststellen. Een ander
belangrijk deel van de wet PG richt zich op allerlei bepalingen rond de uitbraak van infectieziekten en
de controle daarop rond havens en vliegvelden. Voorts regelt de wet de samenhang met de omvang
van de veiligheidsregio’s en het hanteren van een meldcode voor huiselijk geweld voor GGD’en.
De wet PG is in de tweede helft van 2013 nog aangevuld door het aanmerken van de infectieziekte
MERS-CoV als behorende tot groep A waardoor er voortaan een wettelijke meldingsplicht betreffende
deze infectieziekte geldt.
§1.6 - Relevante ontwikkelingen van 2013
Voorzitterschap algemeen bestuur
De voorzitter van de gemeenschappelijke regeling GGD-RR, wethouder J. Kriens werd per 1 mei
benoemd tot voorzitter van de Directieraad van de VNG. In verband met haar afscheid heeft zij per 1
april haar taken overgedragen. Voor haar taak als voorzitter van het algemeen bestuur is afgesproken
dat formeel wethouder Florijn vanaf 1 april 2013 de taken van wethouder Kriens in het algemeen
bestuur van de GGD zal overnemen. Wethouder Florijn heeft echter aangegeven, na afstemming met
de vice-voorzitter wethouder Kromdijk van Maassluis, het op prijs te stellen dat wethouder Kromdijk,
Gemeenschappelijke regeling
7
jaarverslag 2013
als vice-voorzitter, de bestuursvergaderingen tot aan de verkiezingen voorzit aangezien hij de laatste
tijd al regelmatig heeft waargenomen als voorzitter.
Volksgezondheid Toekomst Verkenningen
Met ingang van 2012 voert de GGD voor alle gemeenten het basisproduct Integrale
Gezondheidsmonitor Rotterdam-Rijnmond uit. Onderdeel van dit product is de regionale
Volksgezondheid Toekomst Verkenning (rVTV). De rVTV biedt onderbouwing voor het gemeentelijk
beleid op het terrein van de gezondheid. De rVTV is in het najaar samengesteld en resulteert in
handzame rapportages per gemeente onder de naam ‘Gezondheid in Kaart’ (publicatie begin 2014).
De rapportages zijn het resultaat van een integrale beschouwing van alle relevante gegevens over de
gezondheid in de afzonderlijke gemeenten. De rVTV bevat kernboodschappen met betrekking tot de
op het gebied van gezondheid in het oog springende thema’s. Elke kernboodschap is cijfermatig
onderbouwd en voorzien van een beleidsadvies op de maat van de gemeente. Om met dit product
optimaal aan te sluiten bij de gemeenten, heeft de GGD in de loop van het project een aantal keer
overlegd met de betrokken ambtenaren van de afzonderlijke gemeenten.
Werkafspraken tussen de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond en de GGD RotterdamRijnmond
Naar aanleiding van de wetswijziging is in het project Gezondheidsprocessen Herzien van de
Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond onderzocht hoe de organisatie van de gezondheidsprocessen,
met name voor de gezondheidkundige advisering bij gevaarlijke stoffen en de psychosociale
hulpverlening bij rampen wordt vormgegeven in situaties van reguliere gezondheidszorg en
opgeschaalde gezondheidszorg. Door het project is er beter inzicht ontstaan in de aansluiting tussen
de processen bij GHOR en GGD voor wat betreft respectievelijk GAGS-MMK (Geneeskundige
Adviseurs Gevaarlijke Stoffen en Medische Milieukunde) en PSHOR-KIZ (Psycho Sociale
Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen en Kleinschalige Incidenten en Zedenzaken).
De uitkomsten hebben geleid tot een opzet voor werkafspraken over op- en afschaling en de wijze
waarop gehandeld zal worden als er sprake is van een ‘grijs gebied’. Hiermee wordt een situatie
bedoeld waar niet op voorhand duidelijk is onder wiens procesverantwoordelijkheid de betreffende
taak moet worden uitgevoerd.
Eén van de uitkomsten van het project is dat (het proces) Medische Milieukunde (MMK), normaliter
vallend onder de GGD, bij opschaling in het kader van de crisisbeheersing over gaat in het proces
Gezondheidskundig Advies Gevaarlijke Stoffen (GAGS). Bij opschaling wordt dit uitgevoerd door de
GAGS-functionaris onder de verantwoordelijkheid van de GHOR. Er zijn werkafspraken gemaakt over
de overgang van de processen in de reguliere situatie (MMK) naar crisissituaties (GAGS).
Voor Psycho Sociale Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (PSHOR) en Kleinschalige Incidenten
en Zedenzaken (KIZ) geldt dat beide een onderdeel zijn van het aanbod van psychosociale
hulpverlening (PSH) in (dreigende) crisissituaties. De werkafspraken hebben betrekking op de
afbakening en de keuzes voor het inzetten van één van beide onderdelen.
Einduitkomst werkgroep regionale handhaving kinderopvang
Vanuit de Onderwijsinspectie is in 2011 aangegeven dat de handhaving van kinderopvang in
gemeenten kwetsbaar belegd is. Tevens zijn er soms weinig handhavingstrajecten op het gebied van.
kinderopvang, zodat er nauwelijks deskundigheid opgebouwd kan worden. Een aantal gemeenten is
toen benoemd als ‘achterblijvende gemeente’. In het discussiestuk van de VNG werden drie mogelijke
oplossingen gegeven; optimaliseren van de handhaving op eigen kracht, regionale samenwerking of
handhaving beleggen bij een centraal orgaan. Deze opties zijn onderzocht door de werkgroep vanuit
het algemeen bestuur en er is besloten om twee scenario’s uit te werken (subregionale en regionale
samenwerking).
Gebleken is dat er bij de gemeenten geen draagvlak bestaat voor het nemen van gezamenlijke
verantwoordelijkheid voor de wettelijke taak van toezicht op en handhaving van de kwaliteit van
kinderopvang en peuterspeelzalen. De gemeenten kiezen ervoor hierin hun eigen
verantwoordelijkheid te nemen, al dan niet via subregionale samenwerking. Voor de GGD verandert er
dus niets.
Jaarverslag 2012
Gemeenschappelijke regeling
8
jaarverslag 2013
Het jaarverslag 2012 is in de vergadering van het algemeen bestuur van april 2013 akkoord bevonden
en vastgesteld.
Begroting 2014
De begroting 2014 van de gemeenschappelijke regeling is in april 2013 door het algemeen bestuur
akkoord bevonden. Omdat de taakstelling van -/- 1% in 2014 al begin 2011 was aangekondigd door
de gemeentesecretarissen, is bij de invulling van de bezuinigingen voor 2012 op de basistaak
gezondheidslijn/informatieverstrekking al direct het meerjarige effect ingebouwd. De taakstelling voor
2014 wordt dan ook gerealiseerd door het budget voor frictiekosten voor de afbouw van de
gezondheidslijn volledig tot nul te reduceren waardoor alleen de functie van informatievoorziening via
de website overblijft in 2014.
Begroting 2015
De begroting 2015 is een belangrijke mijlpaal omdat dit de eerste is van een nieuwe vierjaren cyclus
waarbij de omvang van het basistakenpakket en nieuwe tarieven (geactualiseerd en opnieuw
doorgerekend op basis van de huidige werkelijkheid) opnieuw worden bepaald. Ook zullen eventuele
nieuwe bezuinigingen en de indexatie, zoals die door de gezamenlijke gemeentesecretarissen is
vastgesteld, moeten worden meegenomen in deze begroting.
Omdat in maart 2014 nieuwe verkiezingen zullen worden gehouden was het vaststellen van de
begroting door de “oude” samenstelling van het algemeen bestuur bij het handhaven van de
oorspronkelijke planning niet meer mogelijk. Een aantal wethouders heeft daarop aangegeven dat het
beter zou zijn om de begroting 2015 nog voor de verkiezingen vast te stellen om te voorkomen dat het
al weer ver in de nieuwe periode is voordat er een begroting kan worden vastgesteld. De ambtelijke
en bestuurlijke werkgroep is daarop in de maanden september t/m december intensief aan de slag
gegaan. Op basis daarvan zal begin 2014 een concept begroting gereed zijn die in een extra AB
vergadering van februari 2014 tot een besluit zou moeten kunnen leiden.
Regionale bijeenkomst Volksgezondheid
Op 2 oktober 2013 is de regionale bijeenkomst Volksgezondheid in Capelle aan den IJssel gehouden.
In deze vanuit het algemeen bestuur georganiseerde bijeenkomst zijn interessante lokale
volksgezondheidsinitiatieven gedeeld. De regionale bijeenkomst is in samenwerking met VWS en
VNG georganiseerd waarbij het centrale thema was hoe lokale volksgezondheid (juist in een tijd van
minder geld!) op de kaart gehouden kan worden door slimme verbindingen en samenwerkingen te
zoeken. Dat dit uitdagende thema aansprekend was bleek wel uit de hoge deelname van de
bestuurders. De succesvolle bijeenkomst stond onder leiding van dagvoorzitter André Rouvoet die de
deelnemers regelmatig wist te prikkelen met zijn inleiding en vragen aan de aanwezigen en andere
sprekers.
Prof. Hans van Oers gaf allereerst een toelichting op de feitelijkheden. Mensen leven langer maar
leven minder lang zonder chronische ziekten. Veel chronische ziekten worden veroorzaakt door een
verkeerde leefstijl zoals overgewicht. Er valt veel resultaat te halen door het bevorderen van een
gezonde leefstijl. Drs. Cees van Wijk, wethouder in Amersfoort, gaf in zijn presentatie tien handige tips
om succesvol integraal gezondheidsbeleid te ontwikkelen
Staatssecretaris Van Rijn kon helaas niet komen wegens verplichtingen in de Kamer. Hij liet zich
vertegenwoordigen door Leo van der Heiden, hoofd Openbare Gezondheidszorg van de directie
Publieke Gezondheid van het ministerie van VWS. Hij lichtte een tipje van de sluier op over de inhoud
van het Nationaal Programma Preventie dat rond deze tijd zou verschijnen. Ook in dit plan komt
veelvuldig de term ‘integraal beleid’ voor. Samenwerking tussen gemeenten, zorgverleners,
zorgverzekeraars, maatschappelijk middenveld, ondernemers etc. is nodig om de leefstijluitdagingen
die er zijn aan te pakken. Tijdens de workshops kwam een aantal mooie concrete voorbeelden voorbij
zoals ‘Woerden Actief!’ waar een club vrijwilligers het initiatief heeft genomen om te komen tot een
integrale aanpak van gezonde leefstijl en de workshop 'Scoolcompany', een project van Hein Vergeer.
Bestuurlijke vertegenwoordiging Veiligheidshuis.
Naar aanleiding van de presentatie van de coördinator van het Veiligheidshuis in het algemeen
bestuur en het daaropvolgende voorstel van directeur GGD om te kijken of twee wethouders
Volksgezondheid toegevoegd kunnen worden aan het bestuurlijke overleg Veiligheidshuis zijn
uiteindelijk de wethouders Oosterom van Vlaardingen en De Jongh van Hellevoetsluis gekozen als
afvaardiging van het algemeen bestuur in het Veiligheidshuisoverleg. Na het vertrek van wethouder
Gemeenschappelijke regeling
9
jaarverslag 2013
De Jongh in Hellevoetsluis is wethouder De Jong van Goeree-Overflakkee toegevoegd aan de
afvaardiging.
Incidentbestrijdingsplan infectieziekten (IBPi)
In het algemeen bestuur wordt het nieuwe Incidentbestrijdingsplan infectieziekten besproken. Dit IBPi
is een onderdeel van de rampenbestrijding dat zich specifiek richt op infectieziekten. De
veranderingen in de Wet Publieke Gezondheid (WPG) en de Wet Veiligheidsregio’s (WVR) hebben
geleid tot enkele veranderingen in de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden .De
burgemeester heeft een expliciete taak bij de epidemiebestrijding en de voorbereiding daar op. De
bevoegdheden zijn ook uitgebreid op het vlak van controle. Daarnaast krijgt de Minister van VWS de
leiding in geval van A-ziekten. Het bestuur van de Veiligheidsregio is verantwoordelijk voor de
voorbereiding op een infectieziektecrisis.
In de WVR is de overheveling van TBV van burgemeester naar voorzitter veiligheidsregio ten aanzien
van grootschalige infectieziektebestrijding (A-ziekten) geregeld. De voorbereiding gaat van GGDbestuur naar veiligheidsbestuur. Het GGD bestuur blijft verantwoordelijk voor de uitvoering van de
feitelijke bestrijdingsmaatregelen.
Woningvervuilingsaanpak Rotterdam en regio
Woningvervuiling is in de regio een verschijnsel dat regelmatig de kop opsteekt. Naar schatting alleen
al in Rotterdam meer dan 200 keer per jaar. Per 100.000 inwoners zijn in de G4 30-35 ernstig
vervuilde woningen per jaar te verwachten. In de regio ligt dit aantal waarschijnlijk iets, maar niet veel
lager en lijkt in een aantal gemeenten sprake van ondersignalering.
Bij ernstige vervuiling gaat het om inschatting van (volksgezondheid)risico´s voor de bewoner(s) zelf
en voor de omgeving. Regelmatig komt het voor dat er brand uitbreekt en hulpdiensten door de
opeenstapeling van vuil moeilijk toegang tot de woning kunnen krijgen. Ook voor omwonenden is dit
een groot risico.
Woningvervuiling is vaak een complex probleem. Bewoners zijn vaak zorgmijdend en verkeren in een
groot isolement. Gezamenlijke inzet van betrokken partijen kan escalatie van de problemen
voorkomen en levens redden. In een gezamenlijke en korte presentatie van GGD en de Regionale
Brandweer (Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond) is het algemeen bestuur geïnformeerd over de
mogelijkheden om op effectieve wijze de signalering en ketenaanpak sterk te verbeteren.
Gemeenschappelijke regeling
10
jaarverslag 2013
2. Basistaken
§2.1 Geleverde prestaties in 2013
In de begroting 2013 zijn van de basistaken de producten gedefinieerd inclusief de te leveren
prestatie.
In onderstaande tabel wordt per product de prestatie per gemeente weergegeven. Bij de
prestatiegegevens wordt vervolgens behalve aantallen zo veel mogelijk ook toelichting gegeven.
Omdat niet altijd concrete prestaties zijn afgesproken in de begroting 2011 kan ook niet in alle
gevallen een vergelijking tussen begroting en realisatie worden gemaakt. In dat geval is het afzetten
van gegevens tegenover de realisatie van vorig jaar (jaarcijfers van 2009 en 2010) een, zij het
beperkt, alternatief om zicht te krijgen op de stand van zaken.
In principe zijn alle prestatiegegevens absolute aantallen. Er zijn echter een paar gevallen waar in de
begroting als prestatie een absoluut aantal is benoemd maar het te bereiken resultaat voor dat jaar in
een percentage is weergegeven. Daarom worden in die gevallen de percentages ook bij de
realisatiecijfers opgenomen zodat een vergelijking tussen realisatie en begroting mogelijk blijft.
Met ingang van het jaar 2012 rapporteert de GGD Rotterdam-Rijnmond over de uitvoering van het
basistakenpakket OGZRR en de uitgevoerde plusproducten per regiogemeente middels een 1e
tussentijdse rapportage (gebaseerd op een afsluiting na 3 maanden) een 2e tussentijdse rapportage
(gebaseerd op een afsluiting na 7 maanden) en een jaarverslag (na 12 maanden). Daarmee kan
sneller en vaker inzicht gegeven worden over de geleverde productie (dan bij slechts een
halfjaarsrapportage zoals in eerdere jaren).
De afspraak is in 2011 met het kernteam gemaakt (op verzoek van veel gemeenten) om met ingang
van 2012 de plusproducten in drie termijn te betalen. Met elke tussentijdse rapportage wordt 1/3 van
het totaal bedrag van de plusproducten gefactureerd waarbij de jaarrapportage (na 12 maanden) de
eindafrekening is waarbij de definitieve afrekening (op basis van daadwerkelijk geleverde productie)
plaatsvindt..
Gemeenschappelijke regeling
11
jaarverslag 2013
Aantal
schoolrapportages
(voor scholen voor
voortgezet
onderwijs)
Aantal presentaties/
adviezen
gemeenten
Aantal GROPtrainingen
Aantal GROPoefeningen
Aantal GROPparaatheidstests
aantal meldingen
aantal outbreaks
van infectieziekten
en wijze van
opvolging
aantal besmettings
accidenten
Begroting 2013
aantal adviezen
algemeen bestuur
Up to date
gezondheids
informatie
beschikbaar op
websites
Voor elke gemeente
een rVTV
rapportage
regio totaal incl
Rotterdam
regio totaal excl
Rotterdam
Westvoorne
Vlaardingen
Spijkenisse
Schiedam
Ridderkerk
Maassluis
Lansingerland
Krimpen aan den IJssel
Hellevoetsluis
Goeree-Overflakkee
Capelle aan den IJssel
Brielle
Bernisse
Barendrecht
Infectieziekte
bestrijding
Albrandswaard
GGD Rampen en
opvangplan
Rotterdam
Integrale monitor en
VTV
Indicator / kengetal
Basisproduct
Ondersteuning
bestuur
Informatie
voorziening
16
Up to date
Begin 2014
alle defini
tieve rap
porten
Na schooljaar
2014-2015
Na 2013
Gezondheids
atlasrijnmond.nl
1 keer per 4
jaar
op basis van
prestatieindicatoren
5
Na oplevering
cijfers
onderzoek
5
1
2
1
1
573
19
33
8
10
116
75
20
131
8
13
34
46
62
30
10
615
1.188
93
3
8
0
1
16
13
6
6
7
5
8
7
10
9
3
102
195
80
143
1
7
0
0
22
4
10
13
7
1
14
14
12
10
0
115
258
300
Gemeenschappelijke regeling
12
jaarverslag 2013
1350
0
32
Begroting 2013
2
regio totaal incl
Rotterdam
6
regio totaal excl
Rotterdam
4
Westvoorne
3
Vlaardingen
4
Spijkenisse
4
Schiedam
Ridderkerk
1
Maassluis
2
Lansingerland
3
Krimpen aan den IJssel
0
Hellevoetsluis
0
Goeree-Overflakkee
Capelle aan den IJssel
1
Brielle
2
Bernisse
Barendrecht
115
147
2
Aantal
mantouxtesten
Aantal IGRA testen
Aantal BCGvaccinaties
aantal
cliëntcontacten
percentage TBCpatiënten dat
behandeling voltooid
percentage
geïnfecteerde
personen dat
preventieve
behandeling voltooid
Albrandswaard
Rotterdam
Indicator / kengetal
Basisproduct
Tuberculose
bestrijding
aantal niet
werkgerelateerde
besmettings
accidenten
oefeningen ter
voorbereiding op
grootschalige
uitbraken
infectieziekten
snelheid meldingen:
percentage
meldingen dat
conform landelijke
richtlijnen op tijd is
aantal meldingen
van tuberculose
patiënten
aantal röntgenfoto’s
135
2
96%
95%
150
88
1
0
0
0
11
2
2
2
2
0
2
10
6
4
1
43
131
6.646
27
74
20
25
184
44
102
26
67
64
69
243
97
126
21
1.189
6.764
14.000
1.039
14
51
8
11
88
22
67
19
27
29
17
145
39
43
11
591
1.630
3.200
174
1
2
1
1
20
9
4
1
4
3
21
6
7
4
84
258
980
13
44
5
3
61
3
10
11
27
32
14
81
39
59
2
404
1.384
1.800
11.304
71
215
39
51
475
87
256
77
144
156
125
657
231
291
47
2.922
14.226
20.000
89%
> 85%
83%
> 80%
Gemeenschappelijke regeling
13
jaarverslag 2013
350
Inspecties
kinderopvang en
peuterspeelzalen
Medische
milieukunde
Coördinator
kleinschalige
incidenten en zeden
(KIZ)
aantal inspecties
technische
hygiënezorg
aantal adviezen
technische
hygiënezorg
Percentage
inspecties t.o.v. de
planning
Gemiddelde
inspectietijd
aantal meldingen
aantal adviezen
aantal afgehandelde
casussen
Begroting 2013
regio totaal incl
Rotterdam
regio totaal excl
Rotterdam
Westvoorne
Vlaardingen
Spijkenisse
Schiedam
Ridderkerk
Maassluis
Lansingerland
Krimpen aan den IJssel
Hellevoetsluis
Goeree-Overflakkee
Capelle aan den IJssel
Brielle
Bernisse
Barendrecht
Albrandswaard
Rotterdam
Indicator / kengetal
Basisproduct
Soa/hiv preventie en aantal mensen
-bestrijding
bereikt met
voorlichtingen
aantal
groepsvoorlichtingen
Technische
Lijst van basis
hygiënezorg
voorzieningen
11.384
281
79
1
1
0
1
1
3
3
0
0
2
0
4
8
3
0
27
104
74
94
92
111
102
90
83
97
83
73
102
89
104
96
100
104
13,0
12,9
11,8
13,0
12,5
12,5
13,0
12,8
12,7
13,0
13,0
13,1
12,7
13,0
13,0
12,8
13
20.000
100
Aan
lijst van
Wezig basisvoorzienin
gen
106
250
adviezen/bezo
eken
112
Afhankelijk van
afspraken met
gemeente
13
296
6
9
0
4
13
0
14
4
9
3
2
12
7
22
2
111
407
450
274
8
10
8
11
12
13
10
8
10
9
10
17
9
22
9
166
440
400
7
0
1
0
0
0
0
2
0
1
0
1
0
1
3
0
9
16
op basis van
prestatieindicatoren
Gemeenschappelijke regeling
14
jaarverslag 2013
§2.2 Toelichtingen
Ondersteuning bestuur gemeenschappelijke regeling
In 2013 zijn er vijf vergaderingen geweest van het algemeen bestuur (voorafgegaan door overleggen van de
agendacommissie en het ambtelijk kernteam). De bestuursvergaderingen stonden in het teken van begroting
2014 en de voorbereidingen voor de begroting 2015, het jaarverslag over 2012, het veiligheidshuis, de
vervuilingsaanpak, de regionale volksgezondheidstoekomstverkenningen en de regionale conferentie in
Capelle aan den IJssel in oktober 2013. In het najaar is de werkgroep voor het opstellen van de begroting
2015 veelvuldig (tweewekelijks) bij elkaar gekomen. Dit heeft veel tijd en aandacht gekost. Daarnaast is ook
de ook de ambtelijke en bestuurlijke werkgroep nog regelmatig bij elkaar gekomen rond de decentralisatie
AWBZ.
Informatieverstrekking
In oktober is het extranet gedeelte live gegaan (www.ggdrotterdamrijnmond.nl/extranet), dat is een besloten
gedeelte op de website bestemd voor bestuurders en ambtenaren van de aangesloten gemeenten om
rapportages en factsheets te bekijken en kennis te delen. Alle ambtenaren en bestuurders hebben een login
en wachtwoord gekregen. De bedoeling is dat het extranet een belangrijke rol gaat vervullen in het delen van
informatie met de aangesloten gemeenten.
Integrale gezondheidsmonitor 0-100
Voor de regionale Volksgezondheids Toekomstverkenningen is in het najaar veel werk verzet. Alle conceptrapporten zijn voor het eind van het jaar naar gemeenten verstuurd. Hierover is regelmatig overleg geweest
tussen ambtenaren van de gemeenten en de GGD.
Het ambtelijk kernteam is in het najaar op de hoogte gesteld van verandering van planning van de integrale
monitor voor de toekomst, dit in verband met landelijke harmonisatie van het jeugddeel van het onderzoek en
de daarbij behorende planning.
GGD Rampen Opvang Plan (GROP)
Zowel het GGD Rampenopvangplan 2013-2015 als het meerjarenplan Opleiding Trainen en Oefenen (OTO)
zijn binnen de organisatie vastgesteld. De medewerkers van het GROP hebben een algemene training GROP
(e-learning) ontvangen. Het crisisteam heeft in september geoefend. De oefening werd door eigen personeel
vormgegeven met ondersteuning van GHOR en een extern bureau. De tweede geplande oefening van het
crisisteam is uitgesteld tot maart 2014. Vanuit de GGD-RR is nog een GROP oefening georganiseerd ten
behoeve van team MHG van GGD Hollands Midden.
Infectieziektebestrijding
Het aantal meldingen is dit jaar uitgekomen op 1118. De meest opvallende ontwikkeling in 2013 was de
mazelenepidemie waardoor meer meldingen binnen kwamen. Het aantal kinkhoest meldingen nam
daarentegen af.
Het aantal meldingen was hoger dan de prognose maar lager dan in 2012. In 2013 verminderde het aantal
kinkhoest meldingen ten opzicht van 2012 met 700. De mazelenepidemie leidde tot 294 meldingen. De
afname van kinkhoest was dus groter dan de stijging van de meldingen van mazelen, dit verklaart in grote
lijnen de afname ten opzichte van 2012.
Het aantal mazelengevallen was in werkelijkheid waarschijnlijk veel hoger omdat bekend is dat niet alle
gevallen meer zijn gemeld toen eenmaal duidelijk was dat de mazelenepidemie een feit was. Eind 2013 leek
de mazelenepidemie te zijn uitgewoed.
Gemeenschappelijke regeling
15
jaarverslag 2013
Aantal meldingen infectieziektebestrijding
Gemeente
2013
Rotterdam
2012
2011
573
939
740
Albrandswaard
19
33
23
Barendrecht
33
82
78
Bernisse
Brielle
8
10
39
29
14
12
Capelle a/d IJssel
116
84
67
Goeree-Overflakkee
75
78
12
Hellevoetsluis
20
51
36
131
42
50
8
51
37
Maassluis
13
23
23
Ridderkerk
34
56
34
Schiedam
46
84
60
Spijkenisse
62
102
88
Vlaardingen
30
60
43
Westvoorne
10
12
12
1.118
1.765
1329
Krimpen a/d IJssel
Lansingerland
Totaal
Aantal outbreaks
Gemeente
2013
Rotterdam
2012
2011
93
107
97
Albrandswaard
3
1
4
Barendrecht
8
5
5
Bernisse
0
2
0
Brielle
1
2
2
Capelle a/d IJssel
16
10
8
Goeree-Overflakkee
13
6
0
Hellevoetsluis
6
9
3
Krimpen a/d IJssel
6
3
2
Lansingerland
Maassluis
7
5
3
3
3
6
Ridderkerk
8
5
2
Schiedam
7
6
7
Spijkenisse
10
8
11
Vlaardingen
9
16
6
Westvoorne
3
5
2
195
191
158
Totaal
Gemeenschappelijke regeling
16
jaarverslag 2013
Tuberculosebestrijding
In 2013 is het aantal nieuwe gevallen van tuberculose gelijk gebleven ten opzichte van 2012.
Aantal meldingen patiënten
Gemeente
2013
Rotterdam
2012
2011
88
106
96
Albrandswaard
1
0
1
Barendrecht
0
1
0
Bernisse
0
0
0
Brielle
0
0
1
11
3
6
Goeree-Overflakkee
2
2
0
Hellevoetsluis
2
0
2
Krimpen a/d IJssel
2
0
1
Lansingerland
2
0
4
Maassluis
0
2
1
Ridderkerk
2
1
4
Schiedam
10
10
6
Spijkenisse
6
2
4
Vlaardingen
4
4
7
Westvoorne
1
0
0
131
131
133
Capelle a/d IJssel
Totaal
Soa/HIV preventie en bestrijding
De outreachende activiteiten met de gezondheidsbus zijn in aantal sterk toegenomen. De locaties waar de
gezondheidsbus komt, zijn bij een groter publiek bekend geworden. De chatpilot is geëvalueerd en afgerond.
De chatactiviteiten vormen nu een geïntegreerd onderdeel van de preventieactiviteiten van de soa poli.
Adviezen en inspecties technische hygiënezorg
In 2013 zijn 36 inspecties uitgevoerd van tatoeage- en piercingstudio’s, 25 inspecties van seksinrichtingen, 21
van verblijfsinrichtingen en 24 woningonderzoeken. De verdeling van de verschillende soorten inspecties over
de gemeenten ziet er als volgt uit:
Tatoeage en piercen: Vlaardingen 2, Rotterdam 12, Hekelingen 1, Melissant 1, Brielle 1, Hellevoetsluis 3,
Rhoon 1, Schiedam 4, Spijkenisse 6, Maassluis 2, Nieuwe Tonge 1, Capelle a/d IJssel 1, Barendrecht 1
Seksclubs: Rotterdam 25
Verblijfsinrichtingen: Rotterdam 19, Spijkenisse 2
Woningonderzoeken: Rotterdam 23, Vlaardingen 1
Verblijfsinrichtingen zijn opvang-/woonlocaties voor dak- en thuislozen, zoals dag- en nachtopvang en sociale
pensions. In een dagopvang kunnen dak- en thuislozen overdag verblijven, bv tussen 8.00 en 18.00 uur. Er
worden maaltijden verstrekt. De nachtopvang voorziet in verblijfsruimte in de avonduren en slaapplekken voor
de nacht. Een sociaal pension is een woonvoorziening voor voormalig dak- en thuislozen, vaak voorzien van
gemeenschappelijke ruimtes zoals woonkamer en keuken.
Er is in 2013 opnieuw een inventarisatie gehouden onder de regiogemeenten naar seksclubs en
verblijfsinrichtingen aangezien er buiten Rotterdam geen seksclubs bekend waren bij de GGD.
De uitkomst van deze inventarisatie is dat de gemeente Vlaardingen aangegeven heeft 1 seksbedrijf en 2
verblijfsinrichtingen te hebben binnen haar grenzen, de gemeente Albrandswaard heeft 1 verblijfsinrichting en
de gemeente Westvoorne heeft 1 seksclub die momenteel gesloten is, maar wellicht heropend gaat worden.
De gemelde locaties zullen opgenomen worden in de nog te plannen inspectiebezoeken.
Gemeenschappelijke regeling
17
jaarverslag 2013
Het aantal adviezen en inspecties loopt met name in Rotterdam de laatste jaren terug. In de regiogemeenten
is het aantal redelijk stabiel. Het aantal adviezen aan de tatoeage- en piercingstudio’s zijn in de regio iets
toegenomen ten opzichte van eerdere jaren.
Aantal inspecties technische hygiënezorg
Gemeente
2013
Rotterdam
79
Albrandswaard
1
Barendrecht
1
Bernisse
0
Brielle
1
Capelle a/d IJssel
1
Goeree-Overflakkee
3
Hellevoetsluis
3
Krimpen a/d IJssel
0
Lansingerland
0
Maassluis
2
Ridderkerk
0
Schiedam
4
Spijkenisse
8
Vlaardingen
3
Westvoorne
0
Totaal
106
Naast het aantal inspecties zijn er ook nog 112 adviezen gegeven op het gebeid van technische hygienezorg.
Dit brengt het totaal op 218 adviezen en inspecties.
Inspecties kinderopvang: kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, peuterspeelzalen en
gastouders
Met de gemeenten wordt per jaar een bepaalde hoeveelheid inspecties afgesproken en ingepland.
Gedurende het jaar kan de planning worden gewijzigd, bijvoorbeeld omdat er meer nadere onderzoeken
moeten worden verricht en/of meer nieuwe locaties starten dan vooraf gedacht. Daarom wordt naast het
aantal inspecties ook het totaal aantal uur afgesproken en vindt de afrekening plaats op basis van het aantal
geleverde uren. De afrekening is dus een optelsom van de indicatoren inspecties kinderopvang, inspecties
peuterspeelzalen en inspecties gastouders. De gezamenlijke optelsom van begrote aantallen
kinderopvanglocaties, peuterspeelzalen en gastouders maal het aantal norm-uren voor deze inspecties wordt
afgezet tegen het totaal aan gerealiseerde uren voor inspecties van kinderopvanglocaties, peuterspeelzalen
en gastouders. Afrekening vindt plaats op basis van het aantal te veel of te weinig geleverde inspecties (op
basis van norm-uren).
Het percentage van het aantal gerealiseerde inspecties ligt tussen de 70 en 100%. Als geen 100% is behaald
komt dit doordat deze gemeenten minder hebben afgenomen dan ingekocht. Reden hiervoor is met name de
terugloop in de kinderopvang. Ook is soms te ruim ingekocht doordat vooraf niet goed was te voorspellen
hoeveel inspecties nodig waren. Met name was dit het geval bij inspecties voor de handhaving. Bij alle
gemeenten zijn de productafspraken gehaald en daarmee behouden de regiogemeenten hun A-status.
De gemiddelde inspectietijd is voor alle gemeenten redelijk volgens planning verricht. Volgens planning was
de gemiddelde inspectietijd 13 uur. Bij een aantal gemeente is deze lager tussen 11,8 en 12,9 uur. Dit wordt
veroorzaakt doordat er meer inspecties zijn verricht volgens het groene risicoprofiel die vooraf oranje waren
ingeschat en door het feit dat er meer inspecties bij gastouders zijn verricht dan vooraf ingeschat. Er zijn
weliswaar minder oranje inspecties verricht maar dit kan verschillende oorzaken hebben. O.a. omdat bij de
inkoop voor 2013 de risicoprofielen gebaseerd waren op een inschatting in 2012. In 2013 zijn voor het eerst
Gemeenschappelijke regeling
18
jaarverslag 2013
risicoprofielen opgesteld op basis van de inspectieresultaten. Er zijn op dit moment nog te weinig resultaten
beschikbaar om conclusies te kunnen trekken voor de inkoop op basis van risicoprofielen.
De afrekening per gemeente op basis van de behaalde resultaten zal separaat per gemeente worden
verstuurd zoals ook bij alle andere plusproducten gebeurt.
Medische milieukunde
Het aantal meldingen en adviezen is redelijk stabiel ten opzichte van 2012. Wat opvalt is dat er relatief minder
specifieke adviesvragen komen vanuit de regiogemeente ten opzichte van de gemeente Rotterdam. De
onderwerpen waarover advies gevraagd wordt is zeer divers, er is geen onderwerp dat er duidelijk uitspringt.
Dit jaar zijn er opvallend meer adviesvragen vanuit Vlaardingen gekomen, onder andere over asbest en
duivenoverlast.
De meldingen vanaf de Zuid-Hollandse eilanden blijven verhoudingsgewijs wat achter ten opzichte van
vragen uit de andere regio gemeenten. In 2013 is er wel een opvallende stijging van meldingen vanuit
Hellevoetsluis. Deze meldingen gingen vooral over asbest en schimmel in de woning. De meeste meldingen
in zowel 2012 als 2013 gingen over asbest en schimmels in de woningen.
Meldingen medische milieukunde
Gemeente
2013
Rotterdam
2012
2011
296
290
335
Albrandswaard
6
2
3
Barendrecht
9
7
3
Bernisse
0
0
1
Brielle
4
1
1
13
12
21
Capelle a/d IJssel
Goeree-Overflakkee
0
2
6
14
3
7
Krimpen a/d IJssel
4
1
4
Lansingerland
9
9
7
Maassluis
3
7
4
Ridderkerk
2
7
10
Schiedam
12
15
26
Spijkenisse
7
19
9
Vlaardingen
22
22
16
Westvoorne
2
2
3
407
405
456
Hellevoetsluis
Totaal
Gemeenschappelijke regeling
19
jaarverslag 2013
Adviezen medische milieukunde
Gemeente
2013
Rotterdam
2012
2011
274
Albrandswaard
Barendrecht
Bernisse
283
524
8
6
21
10
11
17
8
5
14
Brielle
11
5
14
Capelle a/d IJssel
12
8
15
Goeree-Overflakkee
13
28
59
Hellevoetsluis
10
5
15
8
10
21
10
7
15
Maassluis
9
6
16
Ridderkerk
10
6
16
Schiedam
17
14
20
Spijkenisse
9
5
15
Vlaardingen
22
10
15
Westvoorne
9
6
16
440
424
813
Krimpen a/d IJssel
Lansingerland
Totaal
Coördinatieteam Kleinschalige Incidenten en Zedenzaken (KIZ)
Er zijn in 2013 in totaal 19 zaken geweest waarvan 6 in Rotterdam en 13 in de regio. Dat aantal is beduidend
hoger dan van voorgaande jaren. In 2012 waren er in totaal 10 KIZ zaken, in 2011 in totaal 13, in 2010 waren
er 10 en in 2009 waren er 12.
Opvallend is dat het aantal zaken in Rotterdam stabiel blijft maar in de regio het laatste jaar fors is
toegenomen. Dit is waarschijnlijk ook een gevolg van het in toenemende mate de weg weten naar het product
KIZ vanuit de regiogemeenten. Hierop is ook het nodig geïnvesteerd in de afgelopen jaren.
Niet alleen het aantal zaken neemt toe maar ook de intensiteit van de zaken waardoor meer en langduriger
begeleiding geen uitzondering is. Hoe dit in de toekomst zich gaat ontwikkelen zal nauwgezet gevolgd
worden. In de behandeling van de begroting 2015 is hierover ook gesproken.
Wanneer het aantal zaken in de regio de laatste drie jaar wordt bekeken valt op dat er slechts vier gemeenten
zijn waar de afgelopen drie jaar geen KIZ zaak is geweest.
Gemeenschappelijke regeling
20
jaarverslag 2013
Kleinschalige Incidenten en Zedenzaken
Gemeente
2013
2012
2011
Rotterdam
7
6
7
Albrandswaard
0
0
0
Barendrecht
1
0
0
Bernisse
0
0
0
Brielle
0
1
0
Capelle a/d IJssel
0
1
2
Goeree-Overflakkee
0
0
1
Hellevoetsluis
2
1
0
Krimpen a/d IJssel
0
0
1
Lansingerland
1
0
0
Maassluis
0
0
1
Ridderkerk
1
0
0
Schiedam
0
0
0
Spijkenisse
1
0
1
Vlaardingen
3
1
0
Westvoorne
0
0
0
16
10
13
Totaal
Gemeenschappelijke regeling
21
jaarverslag 2013
§2.3 Facturering basistakenpakket en BTW
Conform de afspraak bij de begroting 2013 zijn de - door de GGD - te factureren bedragen per gemeente voor
de basistaken als volgt opgebouwd:
Voor de basistaak tuberculosebestrijding geldt dat de productiecijfers hier aanzienlijk hoger liggen voor
Rotterdam. Om die reden is bij de begrotingsbehandeling voor het jaar 2011 afgesproken om de gemeente
Rotterdam in 2011-2014 een extra inwonerbijdrage in rekening te brengen voor de extra formatie die nodig is
voor de bovengemiddelde productiecijfers (na correctie voor de schaalvoordelen van het gezamenlijk
optrekken van Rotterdam en regiogemeenten binnen één gemeenschappelijke regeling); dit komt in 2013
neer op € 1,32 per inwoner voor Rotterdam.
Product- Productnaam
code
A1
A2
A3
A4
Ondersteuning bestuur gemeenschappelijke regeling
Informatieverstrekking
GGD Rampen opvangplan (GROP)
Integrale Gezondheidsmonitor Rijnmond
Totaal algemeen productenaanbod
B1
Infectieziektebestrijding
B2
Tuberculosebestrijding
B3
Soa/hiv preventie en bestrijding
Totaal infectieziektebestrijding
C1
Technische hygienezorg
C2
Inspecties kinderopvang, peuterspeelzalen en gastouderbureaus
C3
Medische milieukunde
Totaal milieu en hygiëne
D1
Coordinatieteam Kleinschalige Incidenten en Zedenzaken (KIZ)
Totaal persoonsgerichte zorg
Totaal basistakenpakket (zonder extra bijdrage Rotterdam)
Inwonerbijdrage per gemeente 2013
Albrandswaard
Baren-drecht
€
3.346
€
1.697
€
2.543
€ 11.881
€ 19.467
€ 51.549
€ 29.575
€ 11.560
€ 92.684
€
4.238
€ 23.343
€ 14.486
€ 42.067
€
1.530
€
1.530
€ 155.748
€
6,23
€
6.294
€
3.191
€
4.784
€ 22.346
€ 36.615
€ 96.956
€ 55.626
€ 21.743
€ 174.325
€
7.972
€ 55.823
€ 27.245
€ 91.040
€
2.877
€
2.877
€ 304.857
€
6,48
Bernisse
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
Brielle
1.661
842
1.263
5.899
9.665
25.593
14.683
5.739
46.016
2.104
13.729
7.192
23.025
760
760
79.466
6,40
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
2.150
1.090
1.634
7.632
12.505
33.114
18.998
7.426
59.538
2.723
7.733
9.305
19.761
983
983
92.787
5,77
Capelle a/d
IJssel
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
8.842
4.483
6.721
31.395
51.440
136.215
78.149
30.547
244.911
11.199
71.765
38.277
121.241
4.042
4.042
421.635
6,38
Extra bijdrage van de gemeente Rotterdam aan het basistakenpakket
2.2
Tuberculosebestrijding
Extra inwonerbijdrage gemeente Rotterdam 2013
Product- Productnaam
code
A1
A2
A3
A4
Ondersteuning bestuur gemeenschappelijke regeling
Informatieverstrekking
GGD Rampen opvangplan (GROP)
Integrale Gezondheidsmonitor Rijnmond
Totaal algemeen productenaanbod
B1
Infectieziektebestrijding
B2
Tuberculosebestrijding
B3
Soa/hiv preventie en bestrijding
Totaal infectieziektebestrijding
C1
Technische hygienezorg
C2
Inspecties kinderopvang, peuterspeelzalen en gastouderbureaus
C3
Medische milieukunde
Totaal milieu en hygiëne
D1
Coordinatieteam Kleinschalige Incidenten en Zedenzaken (KIZ)
Totaal persoonsgerichte zorg
Totaal basistakenpakket (zonder extra bijdrage Rotterdam)
Inwonerbijdrage per gemeente 2013
Dirksland
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
1.134
575
862
4.026
6.597
17.469
10.022
3.917
31.409
1.436
3.950
4.909
10.295
518
518
48.819
5,76
Goedereede
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
1.521
771
1.156
5.402
8.851
23.438
13.447
5.256
42.141
1.927
9.470
6.586
17.983
696
696
69.671
6,12
Hellevoetsluis
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
5.274
2.674
4.009
18.727
30.685
81.253
46.617
18.222
146.092
6.680
21.772
22.833
51.285
2.411
2.411
230.472
5,84
Krimpen a/d
IJssel
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
3.835
1.945
2.915
13.618
22.314
59.087
33.899
13.251
106.236
4.858
29.173
16.604
50.634
1.754
1.754
180.938
6,31
Lansingerland
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
7.391
3.747
5.618
26.242
42.998
113.861
65.324
25.534
204.719
9.361
64.032
31.995
105.389
3.379
3.379
356.485
6,45
Extra bijdrage van de gemeente Rotterdam aan het basistakenpakket
2.2
Tuberculosebestrijding
Extra inwonerbijdrage gemeente Rotterdam 2013
Gemeenschappelijke regeling
22
jaarverslag 2013
Product- Productnaam
code
A1
A2
A3
A4
Ondersteuning bestuur gemeenschappelijke regeling
Informatieverstrekking
GGD Rampen opvangplan (GROP)
Integrale Gezondheidsmonitor Rijnmond
Totaal algemeen productenaanbod
B1
Infectieziektebestrijding
B2
Tuberculosebestrijding
B3
Soa/hiv preventie en bestrijding
Totaal infectieziektebestrijding
C1
Technische hygienezorg
C2
Inspecties kinderopvang, peuterspeelzalen en gastouderbureaus
C3
Medische milieukunde
Totaal milieu en hygiëne
D1
Coordinatieteam Kleinschalige Incidenten en Zedenzaken (KIZ)
Totaal persoonsgerichte zorg
Totaal basistakenpakket (zonder extra bijdrage Rotterdam)
Inwonerbijdrage per gemeente 2013
Maassluis
Middelharnis
€
4.260
€
2.160
€
3.238
€
15.125
€
24.783
€
65.625
€
37.650
€
14.717
€ 117.991
€
5.396
€
32.647
€
18.441
€
56.483
€
1.948
€
1.948
€ 201.204
€
6,32
€
2.414
€
1.224
€
1.835
€
8.571
€ 14.044
€ 37.190
€ 21.336
€
8.340
€ 66.866
€
3.058
€
7.423
€ 10.451
€ 20.932
€
1.104
€
1.104
€ 102.946
€
5,70
Oostflakkee
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
1.391
705
1.058
4.940
8.094
21.433
12.297
4.807
38.536
1.762
11.992
6.023
19.777
636
636
67.044
6,45
Ridderkerk
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
6.047
3.066
4.596
21.470
35.179
93.155
53.445
20.891
167.490
7.659
25.246
26.177
59.082
2.765
2.765
264.515
5,85
Extra bijdrage van de gemeente Rotterdam aan het basistakenpakket
2.2
Tuberculosebestrijding
Extra inwonerbijdrage gemeente Rotterdam 2013
Product- Productnaam
code
A1
A2
A3
A4
Ondersteuning bestuur gemeenschappelijke regeling
Informatieverstrekking
GGD Rampen opvangplan (GROP)
Integrale Gezondheidsmonitor Rijnmond
Totaal algemeen productenaanbod
B1
Infectieziektebestrijding
B2
Tuberculosebestrijding
B3
Soa/hiv preventie en bestrijding
Totaal infectieziektebestrijding
C1
Technische hygienezorg
C2
Inspecties kinderopvang, peuterspeelzalen en gastouderbureaus
C3
Medische milieukunde
Totaal milieu en hygiëne
D1
Coordinatieteam Kleinschalige Incidenten en Zedenzaken (KIZ)
Totaal persoonsgerichte zorg
Totaal basistakenpakket (zonder extra bijdrage Rotterdam)
Inwonerbijdrage per gemeente 2013
Schiedam
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
Extra bijdrage van de gemeente Rotterdam aan het basistakenpakket
2.2
Tuberculosebestrijding
Extra inwonerbijdrage gemeente Rotterdam 2013
10.182
5.162
7.740
36.154
59.238
156.863
89.995
35.178
282.036
12.897
78.569
44.079
135.545
4.655
4.655
481.474
6,32
Spijkenisse
Vlaardingen
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
9.653
4.894
7.337
34.274
56.158
148.708
85.316
33.349
267.373
12.226
40.546
41.788
94.560
4.413
4.413
422.504
5,85
9.511
4.822
7.229
33.770
55.333
146.521
84.062
32.858
263.442
12.047
50.967
41.173
104.187
4.348
4.348
427.310
6,01
Rotterdam
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
82.382
41.768
62.619
292.507
479.276
1.269.132
728.125
284.611
2.281.868
104.346
611.461
356.633
1.072.439
37.664
37.664
3.871.248
6,29
€
€
813.727
1,32
Westvoorne
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
1.858
942
1.413
6.599
10.812
28.631
16.426
6.421
51.477
2.354
8.994
8.045
19.393
850
850
82.532
5,94
Totaal
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
€
169.148
85.758
128.570
600.579
984.054
2.605.793
1.494.992
584.365
4.685.150
214.243
1.168.633
732.241
2.115.117
77.333
77.333
7.861.655
6,22
€
€
813.727
0,64
Per 1 januari 2003 is de Wet op het BTW-compensatiefonds (BCF) ingevoerd, ten gevolge waarvan
gemeenten de omzetbelasting (BTW) die zij voor haar overheidsmatige activiteiten in rekening gebracht
krijgen (de z.g. inkoop-BTW) -in principe- kunnen declareren bij het BCF. Een en ander geldt evenwel slechts
voor die taken welke niet uitgesloten zijn van compensatie.
De Gemeenschappelijke Regeling GGD Rotterdam-Rijnmond kan gebruik maken van de z.g.
transparantieregeling; hetgeen betekent dat de aan het lichaam in rekening gebrachte omzetbelasting
(inkoop-BTW) naar de participerende gemeenten kan worden doorgeschoven, die op hun beurt deze
omzetbelasting op het BCF kunnen claimen. Gebruikmaking van de transparantieregeling is door de
Belastingdienst goedgekeurd. Doorschuiven van omzetbelasting impliceert dat voor de (regio) gemeenten van
de huidige (product) begroting -inclusief BTW- uitgegaan zal blijven worden, met dien verstande dat zowel in
de (product)begroting, als op de nota aan de deelnemende (regio) gemeenten de (compensabele) inkoopBTW separaat zichtbaar zal worden gemaakt. Op grond hiervan kunnen de onderscheiden (regio) gemeenten
deze compensabele (inkoop) BTW claimen op het BTW-compensatiefonds (BCF).
Voor de aan de Gemeenschappelijke Regeling deelnemende (regio)gemeenten leidt de Wet op het BTWcompensatiefonds voor het jaar 2013 tot de volgende compensatiebedragen per gemeente:
Gemeenschappelijke regeling
23
jaarverslag 2013
Gemeenschappelijke regeling
24
jaarverslag 2013