Zitting van de Commissie voor Intergemeentelijke Samenwerking donderdag 27 maart 2014. Aanwezig : Nicolaï L. - Voorzitter Aerts L. - Burgemeester Schrijvers P., Torfs L., Matheeussen J. - Schepenen Van Assche P., Slegers J., Bresseleers M., Bellens B., Vandeneijnde S. - Raadsleden Wouters J. – Secretaris Verontschuldigd : Van Puymbroeck W. - Schepen Geysen K., de Hoog K. - Raadsleden Openbare zitting : 01 Installatie commissie intergemeentelijke samenwerking Juridisch kader Gemeentedecreet 15.07.2007 – gewijzigd 29 juni 2012 – artikel 39 Gemeenteraadsbeslissing d.d. 16.05.2013 – huishoudelijk reglement gemeenteraad – artikel 40 Historiek Door de gemeenteraad werd d.d. 9 januari 2014 goedkeuring verleend aan de oprichting van de commissie voor de intergemeentelijke samenwerking. In het gemeentedecreet wordt bepaald dat er minstens een gemeenteraadscommissie is die waakt over de afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Motivatie Voorzitter L. Nicolaï geeft een toelichting tijdens de zitting en verwijst naar het besluit van de gemeenteraad 9 januari 2014.. Besluit Artikel 1 De commissie intergemeentelijke samenwerking neemt akte van de gemeenteraadsbeslissing over de oprichting van de commissie voor intergemeentelijke samenwerking. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de voorzitter van de commissie intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. 02 Huishoudelijk reglement commissie voor intergemeentelijke samenwerkingsverbanden Juridisch kader Gemeentedecreet 15.07.2005 – gewijzigd 29 juni 2012 – artikel 39 § 5 1 Motivatie Het huishoudelijk reglement bepaalt de nadere regelen inzake de werkwijze van de commissie. Voorzitter L. Nicolaï geeft een toelichting over het huishoudelijk reglement van de commissie intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Hij staat uitgebreider stil bij de artikelen, nrs. 2 §4 en 5, 4 §1, 6 §7 en 7 §3. Raadslid P. Van Assche merkt op dat er zich een tegenstrijdigheid voordoet tussen art 4 §4 en §5. Na bespreking zijn de leden akkoord om aan art 4 §4 volgende aanpassing toe te voegen : “ …via extranet, “tenzij het lid opteert voor een aan huisbezorging”, ten minste 8 dagen …”. Raadslid P. Van Assche vraagt of het verslag van de commissie ook op de website van de gemente kan geplaatst worden en of dit kan toegevoegd worden aan de tekst in art. 8 §1. Bij de bespreking wordt gesteld dat verslagen pas officieel kunnen gecommuniceerd worden na goedkeuring door het betrokken orgaan. Op het extranet zal derhalve praktisch de vermelding “ontwerpversie” mee opgenomen worden. In het huishoudelijk reglement zal aan art. 8 §1 de volgende zin toegevoegd worden: “De goedgekeurde verslagen worden op de website geplaatst.” De commissie spreekt zich uit over de integrale, maar aangepaste tekst; Besluit : Nicolaï L., Aerts L., Schrijvers P., Torfs L., Matheeussen J., Van Assche P., Slegers J., Bresseleers M., Bellens B., Vandeneijnde S.: 10 stemmen voor Artikel 1 De commissie intergemeentelijke samenwerking keurt het aangepaste huishoudelijk reglement voor de commissie intergemeentelijke samenwerking goed. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de leden van de commissie voor intergemeentelijke samenwerking. 03 Aanstelling ondervoorzitter Juridisch kader Het gemeentedecreet 15.07.2005 – gewijzigd 29 juni 2012 – artikel 39 § 5 Het huishoudelijk reglement van de commissie intergemeentelijke samenwerkingsverbanden d.d. 27 maart 2014. Motivatie In het huishoudelijk reglement van de commissie intergemeentelijke samenwerkingsverbanden wordt in artikel 2, § 4 bepaald dat de commissie in haar eerste vergadering een ondervoorzitter aanstelt. De kandidaturen voor ondervoorzitter van de commissie intergemeentelijke samenwerking moeten ten laatste op 25 maart 2014 ingediend worden bij de gemeentesecretaris. Door de gemeentesecretaris werd één kandidatuur in ontvangst genomen, met name van mevrouw Martine Bresseleers; 2 Voorzitter L. Nicolaï verstrekt een gepaste toelichting over dit agendapunt. Besluit: Bij geheime stemming: 9 stemmen voor, 1 stem onthouding Artikel 1 Als ondervoorzitter van de commissie intergemeentelijke samenwerkingsverbanden wordt mevr. Martine Bresseleers, Hogebaan, 53 a, 2960 Brecht aangesteld. Artikel 2 Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan mevr. M. Bresseleers, voorzitter L. Nicolaï en de financieel beheerder. 04 Toelichting Decreet intergemeentelijke samenwerking Juridisch kader Gemeentedecreet 15.07.2005 – artikel 39 § 1 Motivatie Karen Alderweireldt, VVSG, Coördinator Vlinter, Koepel van de Vlaamse intergemeentelijke verenigingen voor streekontwikkeling, zal een toelichting geven om een ruimer kader te scheppen over het decreet op de intergemeentelijke samenwerking. Zij geeft een uitgebreid antwoord op de vraag “wat is een intergemeentelijke samenwerking”. Daarbij schetst zij het wettelijk kader. Naast een aantal algemene bepalingen schetst zij de vier vormen van intergemeentelijke samenwerking, zijnde de interlokale vereniging, de projectvereniging, de dienstverlenende vereniging en de opdrachthoudende vereniging. Hierbij wordt telkens stil gestaan bij het al dan niet aanwezig zijn van een rechtspersoonlijkheid, de doelstelling van de vereniging, noodzaak of niet van een beheersoverdracht, de duurtijd van de vereniging, de structuur van de beheersorganen en de eventuele mogelijkheid van een private tussenkomst. Vervolgens staat zij stil bij de rapportage aan de Vlaamse Regering en de communicatie in het algemeen. Zij verwijst hierbij naar het recente uitvoeringsbesluit van 21.03.2014. Een goede terugkoppeling naar de gemeente, zowel door de gemandateerden als door de ambtenaren die er bij betrokken zijn is belangrijk. Zij geeft nog een aantal tips over “hoe” samen te werken en somt daarbij een aantal randvoorwaarden op voor een goede samenwerking en mogelijke belemmeringen hiervan. Op basis van de gegevens, geput uit de regioscreening voor Brecht, zijn er binnen de gemeente 10 decretale samenwerkingsverbanden vast te stellen. Met name 3 interlokale, 3 dienstverlenende en 4 opdrachthoudende verenigingen. Als algemene stelregel wordt meegenomen dat men er over dient te waken dat het algemeen belang prioritair dient te zijn. Raadslid P. Van Assche stelt dat de duurtijd van een interlokale vereniging 6 jaar is. Derhalve kan deze dus een legislatuuroverschrijdende looptijd kennen. Raadslid P. Van Assche stelt dat de “gedetailleerde” notulen van de vergaderingen van de verenigingen op het secretariaat worden ter beschikking gesteld van de gemeenteraadsleden. Wat verstaat men onder 3 “gedetailleerde” verslagen? In het decreet is er geen begripsomschrijving gegeven over wat men dient te verstaan onder het begrip “gedetailleerd”. Dit kan dus aanleiding geven tot betwistingen. Burgemeester L. Aerts merkt op dat er een scheiding is tussen de “dienstverlenende” en de “opdrachthoudende” verenigingen. Zal dit ooit teruggeschroefd worden? Dit zorgt immers voor een overvloed aan structuren. Gesteld wordt dat dit probleem nog in discussie is, maar dat de Vlaamse Overheid bevreesd is voor te grote organisaties en derhalve niet snel zal overgaan tot aanpassing. Burgemeester L. Aerts vraagt zich af of in tijden van financiële onzekerheid de risico’s worden ingeschat voor het geval een vereniging in financiële problemen geraakt. Speelt de al dan niet aanwezigheid van een “rechtspersoonlijkheid” daar een rol in ? Gesteld wordt dat dit niet zal zijn. Vermoedelijk is dit risico voor de partners er altijd. In het slechtst geval dient een saneringsplan opgemaakt en kan een vereffening volgen. Hierbij zal de sleutel van de aandelenverhouding toegepast worden. Burgemeester L. Aerts vraagt zich af of elke dienstverlenende vereniging met een aparte financiële rekening werkt per geelnemende gemeente? Gesteld wordt dat sommige verenigingen dit doen voor 100 % andere dan weer niet en bijvoorbeeld een 50 % norm toepassen. Indien er een 100 % opdeling is worden deze gelden aangewend ter ondersteuning van de gemeentelijke werking en projecten. Indien dit niet het geval is zal een deel aangewend worden voor de werking van de organisatie of voor algemene doelstellingen. Besluit Artikel 1 Akte wordt genomen van de toelichting door Karen Alderweireldt, VVSG, coördinator Vlinter, over het decreet op de intergemeentelijke samenwerking. De volgende vergadering zal doorgaan op 5 juni 2014. Wouters J. Secretaris Nicolaï L. Voorzitter 4
© Copyright 2024 ExpyDoc