Bloedtransfusie bij kinderen 12-16 jaar

Bloedtransfusie
patiënten van 12-16 jaar
Bloedtransfusie patiënten 12-16 jaar
Jij krijgt een bloedtransfusie. In deze folder leggen we
uit wat een bloedtranfusie is en waarom je de transfusie krijgt.
Wat is een bloedtransfusie?
Een bloedtransfusie betekent dat je bloed krijgt toegediend via een ader in je lichaam. Dat gebeurt met
behulp van een infuus. Het naaldje wordt in je arm
geprikt, bijvoorbeeld in je hand, elleboog of onderarm.
Aan het naaldje wordt een slangetje vastgemaakt. Het
slangetje is verbonden met een zak bloed. Het bloed
kan zo via het infuusslangetje je ader instromen.
Wat zit in een bloedtransfusie?
Bloed bestaat uit verschillende onderdelen: rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes. De bloedcellen bewegen rond in een vloeistof, die bloedplasma
heet. Als je een bloedtransfusie krijgt, zit in het zakje
bloed alleen het onderdeel dat jij nodig hebt.
Hieronder staat kort waar elk onderdeel van het bloed
voor nodig is;
• Rode bloedcellen
Een andere naam voor een rode bloedcel is erytrocyt (spreek uit: “ee-rie-tro-siet”). Rode bloedcellen
vervoeren zuurstof van je longen naar de rest van je
lichaam. Zuurstof is nodig voor energie. De zuurstof
wordt door hemoglobine, dat in rode bloedcellen zit,
vervoerd. Hemoglobine wordt ook wel Hb genoemd
(spreekuit ‘Ha-Bee’). De arts bepaalt door het meten
van het Hb of je rode bloedcellen in staat zijn om
voldoende zuurstof te transporteren. Is dit niet het
geval dan heb je bloedarmoede. Je voelt je dan heel
moe.
• <Bloedplaatjes
Bloedplaatjes zorgen dat bij wondjes je bloed snel
stolt en een korstje maakt. Als je te weinig bloed-
1
plaatjes hebt, krijg je snel blauwe plekken, bloedneuzen en kleine puntbloedinkjes van 1 millimeter groot.
De arts kan meten hoeveel bloedplaatjes in je bloed
zitten. Hij heeft het dan over trombocyten (spreek
uit ‘trombosieten’) of ‘trombo’s’. Dat is de medische
naam voor bloedplaatjes.
•W
itte bloedcellen
Een moeilijke naam voor een witte bloedcel is leukocyt (spreek uit: “leu-ko-siet”). Witte bloedcellen zijn
de ridders van je lichaam. Ze beschermen je tegen
bacteriën en virussen, zodat je niet ziek wordt. Heb
je te weinig witte bloedcellen, dan word je sneller
ziek. Transfusies van witte bloedcellen worden bijna
nooit gegeven, omdat ze moeilijk te bewaren zijn
buiten je lichaam.
•B
loedplasma
Plasma bevat veel verschillende stoffen, zoals vetten,
eiwitten, suikers en zouten. Er zitten ook stoffen in
– stollingsfactoren – die het bloed helpen stollen als
je een wondje hebt. Bij mensen die heel veel bloed
hebben verloren, bijvoorbeeld na een verkeersongeluk of een zware operatie, kunnen de stollingsfactoren opraken. Ze krijgen dan plasma toegediend om
de stollingsfactoren weer aan te vullen.
Waar komt het bloed van de transfusie vandaan?
Het bloed is afkomstig van een donor. Een donor is een
gezonde volwassen man of vrouw die een beetje van
zijn of haar eigen bloed heeft afgestaan om zieke mensen te kunnen helpen.
Jouw arts wil jou een bloedtransfusie geven
Dit doet jouw arts niet zonder toestemming van jou en
je ouders (behalve in een spoedsituatie). De arts vertelt je alles wat je moet weten om een goede beslissing te kunnen nemen over de bloedtransfusie.
2
Je krijgt informatie over:
• waarom je een bloedtransfusie nodig hebt;
• hoe veilig de transfusie is;
• welke problemen kunnen ontstaan als je de bloedtransfusie niet wilt;
• of er een andere behandeling dan een bloedtransfusie mogelijk is.
Hoe veilig is een bloedtransfusie?
Om bloedtransfusies zo veilig mogelijk te maken,
gebeurt het volgende:
• alleen gezonde mensen kunnen bloeddonor worden;
• donors geven hun bloed vrijwillig en worden hiervoor
niet betaald;
• bloedplaatjes worden gecontroleerd op de aanwezigheid van bacteriën;
• het donorbloed wordt onder andere getest op verschillende virussen, die via het bloed van de donor
in jouw bloed kunnen komen, zoals een aantal geelzuchtvirussen (hepatitis B en C), syfilis en het hivvirus dat aids kan veroorzaken.
Bloed op maat
Het is belangrijk dat je bloed krijgt dat bij je past. Op
de buitenkant van de bloedcellen zitten bepaalde stoffen geplakt, een soort etiketten. Die etiketten noemen
we ‘bloedgroep’ (ABO). Niet iedereen heeft dezelfde
ABO en Rhesusbloedgroep. Je lichaam kan afweerstoffen maken tegen ‘vreemde bloedgroepen’. Als je
een bloedtransfusie krijgt met bloed met een bloedgroep waartegen jij afweerstoffen hebt, dan breken
deze afweerstoffen het bloed af en dat is natuurlijk
niet de bedoeling. Daarom wordt er vóór de transfusie
bloed bij jou afgenomen om te kijken hoe jouw ABO
en Rhesusbloedgroep eruitziet. Dit gebeurt minimaal
uit twee monsters die onafhankelijk van elkaar zijn
afgenomen. Het kan dus gebeuren dat je twee keer
achter elkaar geprikt moet worden. In het laboratorium
zoekt men dan transfusiebloed uit dat bij jouw ABO en
Rhesusbloedgroep past.
Tenslotte controleert de verpleegkundige vlak voordat
3
je een bloedtransfusie krijgt of het bloedproduct inderdaad voor jou bestemd is.
Bijwerkingen van de bloedtransfusie
Het is heel zeldzaam, maar soms krijg je tijdens of na
de transfusie een reactie, bijvoorbeeld koorts, je gaat
bibberen of krijgt rode, jeukende plekjes op je huid.
Vertel dit aan de verpleegkundige als je tijdens of na
de transfusie je niet lekker voelt.
Wanneer je lichaam na een eerdere bloedtransfusie
afweerstoffen tegen een ‘vreemde bloedgroep’ heeft
gemaakt, kan je bij een nieuwe transfusie last krijgen.
De rode bloedcellen worden in je lichaam afgebroken
en je krijgt koorts. Het is belangrijk om deze informatie voor eventuele volgende bloedtransfusies te weten,
want de afweerstoffen verdwijnen na een tijdje uit
je bloed en kunnen dan niet meer gemeten worden.
Daarom bewaren we deze informatie over jou in de een
database. Jij en je ouders moeten dit wel goedvinden.
Kan ik ‘nee’ zeggen als ik geen bloedtransfusiewil?
Ja, dat kan. Bedenk wel dat de transfusie een belangrijk onderdeel van je behandeling is en dat er niet
altijd een andere behandeling mogelijk is. Bespreek
jouw twijfels over de bloedtransfusie met de arts.
Meer weten?
Heb je nog vragen? Of vind je de informatie in deze
folder onduidelijk? Bespreek dat dan met je ouders en
je arts. Blijf niet met vragen rondlopen, maar stel ze.
En onthoud: domme vragen bestaan niet!
Verantwoording
De informatie in deze folder is afkomstig van Sanquin
Bloedvoorziening.
4
Kennemer Gasthuis
Locatie noord
Vondelweg 999
Kennemer Gasthuis
Haarlem
Locatie noord
Vondelweg 999
Locatie zuid
Haarlem
Boerhaavelaan 22
Haarlem
Locatie zuid
Boerhaavelaan 22
Postadres
Haarlem
Postbus 417
2000 AK Haarlem
Postadres
Postbus 417
Telefoon: (023) 545 35 45
2000 AK Haarlem
Website: www.kg.nl
e-mail: [email protected]­­­
Telefoon: (023) 545 35 45
Website: www.kg.nl
e-mail: [email protected]­­­
xxxxx-19-05-2014