Strategie 1 - Kidsweek in de klas

 Strategie 1 Strategie 7 Waarom wil ik iets gaan lezen?  Wat is mijn leesdoel? Vul de zin aan: Ik wil weten…  Over welk onderwerp wil ik lezen?  Heb ik vragen over het onderwerp? Heb ik mijn leesdoel bereikt? (gr. 7‐8)  Heb ik mijn leesdoel bereikt?  Ging de tekst over dit onderwerp?  Zijn mijn vragen beantwoord?  Wat kan ik verder doen? Wat vraag ik me af vóór het lezen van een artikel? Stap 1 IK WIL … … weten wat voor NIEUWS er is gebeurd. Stap 2 Over welk ONDERWERP wil ik lezen? … IETS OPZOEKEN, bv. een woord, plaats of naam opzoeken. Stap 3 Heb ik VRAGEN over het onderwerp waarover ik wil lezen? … meer over een ONDERWERP weten. … weten hoe ik: IETS MOET DOEN of HOE IETS WERKT.
Wat vraag ik me af na het lezen van een artikel? (groep 7/8)
Stap 4 … LEZEN voor mijn PLEZIER. Heb ik mijn leesdoel BEREIKT? Ging de tekst over het ONDERWERP? Zijn mijn vragen BEANTWOORD? … WETEN wat iemand van iets vindt.
NEE ? Stap 5 Zoek een ANDERE tekst. 1 Waar gaat de tekst over? a Bekijk de foto hiernaast. Wat zie je op deze foto? ………………………………………..…..…… ………………………………………………………………………………………………….….……………….…..…… b Deze foto hoort bij een artikel uit Kidsweek. Waar zou het artikel over gaan? ………………………………………………………………………………………….……………..………………..…… c
Ga nu in Kidsweek op zoek naar deze foto en lees het artikel bij de foto. Wat is de titel van het artikel? ………………………………………………….…………………..…..…… In welke rubriek staat de foto? ………………………………………………..…………………..…..….… d Wat is het onderwerp van het artikel? ………………………………………..………………...….…… Bedenk een vraag over dit onderwerp, waarop jij het antwoord NIET weet. …………………………………………………………………………………………………………………………………….……………..………………………………………….…………………………………….….…… e Ga naar de zoekmachine google.nl en ga op zoek naar het antwoord op jouw vraag. …………………………………………………………………………..……..…………………….. …………………………………………………………………………………………………………………………………….……………..………………………………………….…………………………………….….…… f Op welke zoekwoorden heb jij gezocht? …………………………………………………………………………………………….……………..……………………………………..….……………..….…… g Lees de zin in het blauwe vak hiernaast. Is de zin WAAR of NIET WAAR? Schrijf op een oefenblaadje waarom wel of niet. Alle informatie die je op Google.nl vindt is WAAR!
2 In de rij voor je favoriete YouTuber a Lees het artikel ‘In de rij voor je favoriete YouTuber’ op pagina 5 van Kidsweek. Maak de zin af: Als ik dit artikel lees, dan wil ik …. A B C D weten wat voor nieuws er is gebeurd. weten wat een woord betekent. weten waar ik iets kan vinden. weten hoe iets werkt. b Bedenk een vraag bij het artikel, waarop het antwoord in het artikel staat. Schrijf de vraag en het antwoord hieronder op: vraag: ………………………………………………………………….…………………………………………….…………………………………..…………………………………………………………………..……. antwoord: ………………………………………………………………….………………………………………………….………………………………………………………………………..……..………….……. c Bedenk een vraag bij het artikel, waarop het antwoord NIET in het artikel staat. Vraag: ………………………………………………………………….…………………………………………….………………………………………………..………………………… d Ga op zoek naar het antwoord op deze vraag en vertel waar je het antwoord hebt gevonden. Antwoord: ………………………………………………………………………………………………………….…………………………………………….……………………….……. Waar gevonden? ………………………………………………….…………………………………………….………………………………………………….………………….……. 3 Bekijk pagina 10 van het lesboekje. Verbind de zinnen in de groene vakken met de juiste teksten. Er is er één voorgedaan. .
http://numrush.n l/20 14/04 /09/de-toe koms t-van-apple-de-health-en-fitness-wereld/
1 Waar gaat de tekst over? a De foto hiernaast hoort bij een artikel uit Kidsweek. Waar zou het artikel over gaan? ………………………………………………………………………………………….……………..………………..…… b Ga nu in Kidsweek op zoek naar deze foto en lees het artikel bij de foto. In welke rubriek staat de foto? ………………………………………………..…………………..…..….… c Mijn leesdoel is: Ik wil weten waar je in Brussel gezond kunt eten. Heb ik mijn leesdoel bereikt? Leg uit waarom wel of niet. JA/NEE, want …………………………….………………………………………………….…………………….….. ………………………………………………………………………………….…………………………………………….. d Wat is het onderwerp van het artikel? ………………………………………………..………………………………..………………………………..……………………………..………………...….…… e Bedenk een vraag over dit onderwerp, waarop jij het antwoord NIET weet. ……………………………………………………….……………..…………………………………….….…… f Ga naar de zoekmachine google.nl en ga op zoek naar het antwoord op jouw vraag. ………………………………………..…………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………………………………………….……………..………………………………………….…………………………………….….…… g Op welke zoekwoorden heb jij gezocht? ………………………………………………………………………………………….……………..……………………………………..….……………..….…… h Lees de zin in het groene vak hiernaast. Is de zin WAAR of NIET WAAR? Schrijf op een oefenblaadje waarom wel of niet. Alle informatie die je op Google.nl vindt is betrouwbaar!
2 Werkstuk maken a Het kiezen van een onderwerp voor een werkstuk is voor veel kinderen vaak lastig. Maar voor Robin niet. Hij weet namelijk al dat hij zijn werkstuk gaat maken over slangen. Hij is gek op slangen! Voor zijn werkstuk wil hij zich gaan verdiepen in één slang. Maar hij weet nog niet zo goed welke slang hij moet kiezen. Een Aziatische waterslang? De reusachtige python? Of toch de giftige cobra? Op internet gaat hij op zoek naar slangensoorten. Op welke zoekwoorden kan hij het best zoeken? Schrijf ze hier rechts naast op. b Lees het artikel ‘Slangenmassage’ op pagina 10 van Kidsweek. Staan de antwoorden op de vragen hieronder WEL of NIET in het artikel? 1 – Wie zegt dat de slangenmassage niet gevaarlijk is? 2 – Hoeveel mensen hebben al een slangenmassage gehad?
3 – Waarom gebruikten ze pythons voor de slangenmassage? 4 – Is de slangenmassage populair in Thailand? Staat WEL in de tekst.
Staat NIET in de tekst. c
Beantwoord één vraag, van opdracht 2b, waarop het antwoord WEL in de tekst stond. Schrijf het antwoord op deze vraag hieronder op. ……………………………………………….……………………….………….………………………………………………………….………….……….………… d Maak de volgende zin af. Als ik meer wil weten over slangenmassages dan ……………………………….………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………….……………………… 3 Bekijk pagina 10 van het lesboekje. Verbind de zinnen in de groene vakken met de juiste teksten. Er is er één voorgedaan. 1 Heb ik mijn leesdoel bereikt? Lees het artikel ‘Willy Wonka baas van Oekraïne’ op pagina 7 van Kidsweek. a Mijn leesdoel is: Ik wil weten wat de hoofdstad is van Oekraïne. Heb ik mijn leesdoel bereikt? Leg uit waarom wel of niet. JA/NEE, want ………………..…………………………………………………………………………………..…..….…....……....….………….. b Mijn leesdoel is: Ik wil weten waarom de nieuwe president zo snel mogelijk naar Rusland wil reizen. Heb ik mijn leesdoel bereikt? Leg uit waarom wel of niet. JA/NEE, want ………………..………………………………………………………………………………………………....………….……………… c Waarom breken er steeds weer gevechten uit in Oekraïne? ………………………………………………………………………………………………………………………………..…………..... ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….…………………..………..….….. d Bedenk twee vragen over het onderwerp van dit artikel. 1 ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………...….….. 2 ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….………..….….. e Ga op zoek naar de twee antwoorden op deze vragen en schrijf ze op een oefenblaadje. 2 Bekijk pagina 10 van het lesboekje. Verbind de zinnen in de groene vakken met de juiste teksten. Er is er één voorgedaan. 3 Waar gaat de tekst over? a De foto hiernaast hoort bij een artikel uit Kidsweek. Waar zou het artikel over gaan? ………………………………………………………………… b Ga nu in Kidsweek op zoek naar deze foto en lees het artikel bij de foto. Wat is het onderwerp van het artikel? a Lees het artikel ‘Morgen tornado’s’ op pagina 5 van Kidsweek. Staan de antwoorden op de vragen hieronder WEL of NIET in het artikel? Streep het foute woord door. 4 Staan de antwoorden wel of niet in het artikel? …………………………..……………………..…………………………..…………………………..………………… Wie is Mansveld? c Mijn leesdoel is: Ik wil meer weten over grote steden in China. Het antwoord staat WEL / NIET in de tekst. Heb ik mijn leesdoel bereikt? Leg uit waarom wel of niet. Waarom staat er een nep weerbericht in Kidsweek? JA/NEE, want …………………………….……………………………………………….…………………….….. Het antwoord staat WEL / NIET in de tekst. ……………………………………………………………………………….…………………………………………….. Wat betekent het woord ‘klimaat’? d Bedenk een vraag over dit onderwerp, waarop jij het antwoord NIET weet. ……………………………………………………….……………..……………………………………………..….…… Het antwoord staat WEL / NIET in de tekst. Wat was de koudste winterdag in 2013? e Ga naar de zoekmachine google.nl en ga op zoek naar het antwoord op jouw vraag en schrijf het antwoord op. ………………………………………………………………………………………………………………….…………… f Op welke zoekwoorden heb jij gezocht? Schrijf ze op een oefenblaadje. Het antwoord staat WEL / NIET in de tekst. b Ga nu op zoek naar de antwoorden op deze vier vragen en schrijf ze op een oefenblaadje. Als ik wil weten wat voor NIEUWS er is gebeurd, dan lees ik … Als ik meer over een ONDERWERP wil weten, dan lees ik … Betekenis ' lezen '
le·zen (las, heeft gelezen)
1 geschreven en gedrukte letters
begrijpen: hij kan lezen noch
schrijven
2 kennisnemen van de inhoud van
iets dat geschreven of gedrukt is: een
brief lezen (…)
Reptielen
Als ik wil weten HOE IETS WERKT, dan lees ik …
Als ik de betekenis van een woord wil OPZOEKEN, dan lees ik … Als ik wil LEZEN voor mijn PLEZIER, dan lees ik …
Als ik wil WETEN wat iemand van iets vindt, dan lees ik De reptielen (Reptilia) of
kruipdieren vormen een
klasse van koudbloedige,
gewervelde dieren.
Reptielen komen over de
gehele wereld voor behalve
in heel koude gebieden
zoals de polen en de toppen
van bergen. Er zijn ruim
9500 moderne soorten
reptielen. (…)
FILM: Groot avontuur
met mini-diertjes
Minuscule is een bijzondere
combinatie tussen een natuur- en
een animatiefilm. Ik geef de film
vier sterren omdat ik de
natuurbeelden prachtig vindt. (…)
Wat je ook doet, vraag Bram niet hoe
zijn vakantie was, want als er íets is waar
hij niet over wil praten…
Na een waardeloze zomervakantie kijkt
Bram eigenlijk wel weer uit naar een
nieuw schooljaar. Hij heeft er zin in en
wil alle vakantie-ellende zo snel
mogelijk vergeten. (…)
5% van de jongeren gebruikt Ritalin bij toetsen
Wat doe je tegen concentratieproblemen bij een
toets? Eén op de twintig jongeren neemt wel
eens Ritalin om beter te presteren. Dat blijkt uit
onderzoek van 1V en 7Days onder ruim 1900
jongeren. - Door Jelger Woudstra
Ritalin, Concerta en andere medicijnen voor
AD(H)D-patiënten worden door ongeveer 5% van
de ondervraagden wel eens gebruikt om beter
geconcentreerd te blijven. (…)
De iPad configureren: Schakel de iPad
in en volg de stappen:
- Verbinding maken met internet
- Inloggen met een gratis Apple ID of
een Apple ID aanmaken
- Een toegangscode invoeren
- iCloud configureren (…)
Carrousel slangenmassage Clarion Antipestprogramma KNMI ‘Prins George is de populairste baby van Groot‐
Brittannië.’ (pag.10) is een land in West‐Europa gelegen tussen de Noordzee en de Atlantische Oceaan. 'Smylla vindt carrousel vooral leuk omdat het een teamsport is.' (pag.11) is een sport waarbij je met twaalf of zestien ruiters figuren op muziek rijdt. Dat moet zo strak mogelijk. Mexico
‘Op een eiland, 650 kilometer voor de kust van Mexico.’ (pag.6) is een land in Noord‐Amerika. Amerikaanse San Francisco zijn al dagen gegrepen door geldkoorts.’ (pag.1) San Francisco is een stad in de Amerikaanse staat Californië. ‘Inwoners van het ‘Na het stapelen van ruim een half miljoen steentjes kon er zondag gejuicht worden in de Hongaarse hoofdstad Boedapest’ (pag.10) Boedapest is de hoofdstad van Hongarije. Groot‐ Brittannië Amsterdam (@HiddenCashNL), Utrecht (@hiddencashutr)’ (pag.1) 'Volgens de website van de dierentuin hebben de slangenmassages een ontspannend effect.' (pag.10) Groningen is een stad en provincie in het noorden van Nederland. ‘In Groningen (@HiddenCashGro), Dutch YouTube Gathering in Houten.’ (pag.5) is een plaats en gemeente in de provincie
Utrecht. ‘Dat kon zaterdag, op de negende Houten
is een massage die wordt gegeven door slangen. 'Tachtig jaar geleden ontdekte een bioloog een bijzondere nachtslang: Clarion.' (pag.6) is een nachtslang, die vorige week plotseling opdook op een eiland bij Mexico. 'Een commissie onderzocht 61 antipestprogramma’s op scholen.' (pag.7) is een programma op school dat pesten wil tegengaan. 'Dat zeggen klimaatkenners van het KNMI'. (pag.5) is het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut, dat de
weersverwachtingen verzorgt. 3) Lees tekst 2 op pagina 13 hiernaast. Wat gebeurt er met het lichaam van een slang als het koud is? 2) Lees tekst 1 op pagina 13 hiernaast. a) Hoeveel verschillende soorten slangen bestaan er? b) Omcirkel het juiste antwoord: ‐ Wormslangen leven onder de grond / in rivieren. ‐ Slangen kunnen niet / wel horen. ‐ Slangen komen vooral voor in warme / koude gebieden. 3) a) b) 2) a) b) c) d) e) Leg uit waarom je dat denkt. Lees tekst 2 op pagina 13 hiernaast. Leg uit wat koudbloedig betekent. Denk je dat mensen koudbloedig zijn? ‘Nachtslang (her)ontdekt’ Wat is het onderwerp van dit artikel? Wat is de naam van de slang die (her)ontdekt is?
Wat betekent het woord ‘bioloog’? Je mag een woordenboek gebruiken. Denk je dat er in Nederland ook slangen leven?. Lees tekst 1 op pagina 13 hiernaast. Waarmee is de huid van een slang bedekt? Noem nog twee dieren die ook schubben hebben. Je mag internet gebruiken. Waarom steekt een slang af en toe zijn tong uit? Leg uit hoe het vervellen van een slang werkt. Vervellen mensen ook? Leg uit. 1)
a)
b)
c) d) op pagina 6 van Kidsweek. 1) ‘Nachtslang (her)ontdekt’ a) Wat is de naam van de nachtslang? b) Hoeveel jaar geleden is de slang voor het eerst gezien? c) Waar is de slang deze maand ontdekt? d) Waarom denk je dat de slang een nachtslang heet? e) Denk je dat er in Nederland ook slangen leven?
Lees het artikel ‘Nachtslang (her)ontdekt’
op pagina 6 van Kidsweek. B
Lees het artikel ‘Nachtslang (her)ontdekt’ A Leg uit waarom je dat denkt. Lees tekst 2 op pagina 13 hiernaast. Leg uit wat koudbloedig betekent. Wanneer word jij actief? Denk je dat mensen koudbloedig zijn? Je mag internet gebruiken. Lees tekst 1 op pagina 13 hiernaast. Welke soorten slangen leven er in Nederland? Leg uit hoe het vervellen van een slang werkt. Tot welke diersoort behoort de slang? ‘Nachtslang (her)ontdekt’ Waarom staat her tussen haakjes in de titel? Wat betekent ‘dook‐ie weer op’? Leven er in Nederland ook slangen? Leg uit waarom. Lees het artikel ‘Nachtslang (her)ontdekt’ op pagina 6 van Kidsweek. 4) Lees tekst 3 op pagina 13 hiernaast. a) Waar worden de eitjes van een slang bevrucht? b) Wat is het verschil tussen de voortplanting van een vogel en een slang? Je mag internet gebruiken. 3) a) b) c) 2) a) b) c) 1)
a) b) c) C
Schrijf de antwoorden op een oefenblaadje! Vervellen Een slangenhuid lijkt glibberig en nat, maar is eigenlijk droog en soepel. Slangen vervellen eens in de zoveel maanden. De bovenste dunne huidlaag wordt van het lichaam gestroopt. Een paar dagen voordat hij gaat vervellen, stopt de slang met eten. Hij trekt zich terug op een veilige plaats, vaak in een boom. Eerst worden de ogen grijs en dof omdat het vliesje loslaat. De slang is nu heel kwetsbaar, want hij kan niet goed meer zien. De dagen daarna krijgt ook de glanzende huid een doffe, droge tint. Na het vervellen is de slang op zijn mooist. Het grijze, lege, flinterdunne omhulsel blijft achter op de plaats waar de slang is verveld. Bron: www.artis.nl/scholen Geen oren Slangen kunnen niet horen. Ze zijn wél gevoelig voor trillingen van de grond, zeker als ze met hun lange onderlijf uitgestrekt liggen. Ruiken doen ze des te beter. Vaak zie je ze even hun gespleten tong uitsteken om er geurstofjes mee uit de omgeving op te nemen. Leefgebied Wormslangen leven onder de grond, waterslangen in rivieren, en zeeslangen in de zee. In Nederland leven de ringslang, de gladde slang en de gewone adder. In het najaar als het koud wordt, woelen ze zich onder de grond voor een winterslaap. Schubben Slangen zijn reptielen, dus hun huid is bedekt met schubben. Omdat slangen koudbloedig zijn gebruiken ze de warmte van de zon om op temperatuur te komen. Ze komen vooral voor in warme gebieden; in vochtige regenwouden, of in droge woestijnen. TEKST 3
Bron: Planeet Aarde Vrouwelijke slangen hebben kleine eitjes binnen in hun lichaam. De eitjes worden daar bevrucht. Dit gebeurt tijdens het paren. Daarna zoekt het vrouwtje een goede plek uit om haar eieren te leggen. Soms is dat alleen maar een kuil in het zand of een hoopje bladeren. De eieren zijn een beetje zacht, de buitenkant lijkt op wittig leer. De vrouwtjes broeden de eieren niet uit, zoals vogels. Meestal bemoeien ze zich er niet meer mee. De eieren worden door de zon verwarmd. Pasgeboren slangen lijken al helemaal op hun ouders, alleen zijn ze nog heel klein. Voortplanting
Slangen zijn koudbloedig. Dit betekent dat hun lichaamstemperatuur wisselt met die van hun omgeving. Als het koud is, zijn ze heel sloom en kunnen ze niet snel bewegen en blijft het lichaam koud. Ze laten zich overdag opwarmen door de zon. Als hun lichaam warm is, worden ze actief. Ze kunnen dan heel snel bewegen. TEKST 2
Koudbloedig
Pofadders en tijgerpythons, ring‐ en ratelslangen, cobra's en boa's; er bestaan wel 2500 soorten slangen in verschillende lengten, dikten en grootten. TEKST 1 Ssssslangen
3) Lees tekst 2 op pagina 15 hiernaast. Je hebt nu de tips gelezen. Het interview met jouw klasgenootje kan beginnen! Schrijf de antwoorden op een blaadje. 4) Lees tekst 3 op pagina 15 hiernaast. Je kunt nu beginnen met het uitwerken van jouw interview. Wat vond je makkelijk of moeilijk aan het interviewen? Leg uit. 3) Lees tekst 2 op pagina 15 hiernaast. Je hebt nu de tips gelezen. Het interview met jouw klasgenootje kan beginnen! Schrijf de antwoorden op een blaadje. 4) Lees tekst 3 op pagina 15 hiernaast. Je kunt nu beginnen met het uitwerken van jouw interview. 2) Lees tekst 1 op pagina 15 hiernaast. Je gaat nu zelf een interview voorbereiden. Je gaat jouw klasgenootje die naast je zit interviewen over zijn of haar hobby’s. a) Volg stap 1 en maak een woordveld. b) Volg stap 2 en maak nu de vragen voor het interview. 2) Lees tekst 1 op pagina 15 hiernaast. Je gaat nu zelf een interview voorbereiden. Je gaat jouw klasgenootje die naast je zit interviewen over zijn of haar hobby’s. a) Volg stap 1 en maak een woordveld. b) Volg stap 2 en maak nu de vragen voor het interview. ‘Ik was zeven en smoorverliefd’ Wat voor soort tekst is dit? Waar gaat het liedjes ‘Louise’ over? Stel, jij bent verliefd en je gaat een lied schrijven voor jouw grote liefde. Welke drie woorden moeten er dan zeker in het lied voorkomen? Lees ‘Ik was zeven en smoorverliefd’ op pag. 19 van Kidsweek. B
1)
a) b) c) Lees ‘Ik was zeven en smoorverliefd’ op pag. 19 van Kidsweek. 1) ‘Ik was zeven en smoorverliefd’ a) Hoe heet de nieuwe cd van Gers Pardoel? b) Hoe oud was Gers toen hij voor het eerst verliefd was? c) Hoe heette de eerste liefde van Gers? d) Ben jij wel eens verliefd geweest? Hoe vond je dat? A Lees ‘Ik was zeven en smoorverliefd’ op pag. 19 van Kidsweek. 4) Lees tekst 3 op pagina 15 hiernaast. Je kunt nu beginnen met het uitwerken van jouw interview. Wat vond je makkelijk of moeilijk aan het interviewen? Leg uit. 3) Lees tekst 2 op pagina 15 hiernaast. Je hebt nu de tips gelezen. Het interview met jouw klasgenootje kan beginnen! Schrijf de antwoorden op een blaadje. 2) Lees tekst 1 op pagina 15 hiernaast. Je gaat nu zelf een interview voorbereiden. Je gaat jouw klasgenootje die naast je zit interviewen over zijn of haar hobby’s. a) Volg stap 1 en maak een woordveld. b) Volg stap 2 en maak nu de vragen voor het interview. 1) ‘Ik was zeven en smoorverliefd’ a) Wat voor soort tekst is dit? b) Waar zijn de vragen uit dit artikel op gebaseerd? c) Stel, jij bent verliefd en je gaat een lied schrijven voor jouw grote liefde. Welke vijf woorden moeten er dan zeker in het lied voorkomen? C
Schrijf de antwoorden op een oefenblaadje! TEKST 1
Stap 1 Maak een woordveld over de persoon die je gaat interviewen. Schrijf de naam van de persoon in het midden van je papier en schrijf daaromheen allemaal woorden die met hem of haar te maken hebben. Schrijf alles op wat je te binnen schiet. Wat weet je over deze persoon en wat wil je te weten komen? Op internet kun je ook vaak informatie vinden over een persoon. Aan de hand van die informatie kun je weer woorden bedenken. Stap 2 Vanuit het woordveld ga je ongeveer tien vragen maken. Bedenk daarbij goed wat je te weten wilt komen over deze persoon. Zorg ervoor dat de vragen niet alleen met ja en nee beantwoord kunnen worden. Dan krijg je namelijk wel een heel saai interview. Als iemand alleen ja of nee zegt, kun je vragen waarom en vraag of ze het antwoord willen uitleggen. Het beste kun je vragen verzinnen die beginnen met de vijf W’s: Wie, Wat, Waar, Waarom en Wanneer? Met de antwoorden op deze vragen heb je de basis van je interview. Bedenk vragen waarvan je denkt dat andere mensen het antwoord interessant vinden. De voorbereiding van het interview TEKST 3 Bron: www.hooiberg.nl/podcast Kies de beste vragen uit. Kies vooral de vragen die ook iets vertellen over de persoon. Doe dit altijd meteen na het interview. Dan weet je nog precies wat iemand gezegd heeft en hoe de sfeer was. Begin met een leuke uitspraak als kop (de titel), daarna een kort stukje tekst (het intro) en schrijf daarna de vragen en antwoorden op. TEKST 2 Zorg dat je ruim op tijd bent. Stel je netjes voor en vertel waarvoor het interview is. Als je het interview wilt opnemen, dan moet je eerst toestemming vragen. Praat rustig en duidelijk. Wees netjes en beleefd. Luister goed en laat iemand uitpraten. Ga niet alvast kijken wat de volgende vraag Is, maar luister goed naar wat de persoon zegt. Als je iets niet begrijpt, vraag dan om extra uitleg. Heeft de geïnterviewde iets heel moois of grappigs gezegd? Deze uitspraak kun je als titel gebruiken. Neem een fotocamera mee en vraag of je foto’s mag maken voor bij het interview. Je kan de persoon iets laten doen voor de foto wat met het onderwerp te maken heeft. Uitwerken van het interview 










Tips voor het interview Een interview, hoe doe je dat?
Jaargang 5, week 22, 29 mei 2014 Kidsweek in de Klas hoort bij Kidsweek en is een uitgave van Uitgeverij Young & Connected BV. Redactieadres Meeuwenlaan 98‐100, 1021 JL Amsterdam Directeur Y&C Mark Termeer Redactie Jolien Huis in ’t Veld, Marieke Rikken Operations Angela Kokshoorn Contact mail naar [email protected] of bel met de Lezersservice 020‐6304707 van maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 uur en 13.00 uur. Druk Dijkman Print, Diemen Bezorging PostNL Copyright 2014, Kidsweek in de Klas. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd door middel van enige methode of vorm dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de directeur. De inhoud van Kidsweek in de Klas is auteursrechtelijk beschermd. Eventuele rechthebbenden die wij niet hebben kunnen achterhalen, verzoeken wij contact op te nemen met de directeur. 1. … verzinnen de bizarste dingen om klanten te trekken. (p.12/13) 2. Zaterdag begint het wereldkampioenschap … in Den Haag. (p.11) 3. Wat barstte er vorige los boven New York? (p.6) 4. Wat moet er volgens Govrien veranderen op de verpakking van een snack? (p.2) 6. Inwoners van het Amerikaanse San Francisco zijn al dagen gegrepen door ... (p.1) 9. Wat is de titel van het liefdesliedje van Gers? (p.19) 10. Smylla deed afgelopen weekend met haar team mee aan het Nederlands kampioenschap … voor pony’s. (p.11) 13. Wie heeft Junior Dance gewonnen? (p.4) Verticaal 5. Van welke prins uit Groot‐Brittannië zijn er verschillende soorten poppen gemaakt? (p.10) 7. Hoe heet de nachtslang die ontdekt is op een eiland voor de kust van Mexico? (p.6) 8. Emma Watson heeft haar … behaald voor Engelse Literatuur. (p.19) 11. Waar vond de negende Dutch YouTube Gathering plaats? (p.5) 12. Wie overhandigden een soort toekomstvoorspelling aan staatssecretaris Mansveld van Milieu? (p.5) Horizontaal