Bijlage VI Reglement Commissie van Geschillen

Bijlage VI Reglement Commissie van Geschillen
(ex art. 38 cao)
Artikel 1
1.
De Commissie van Geschillen (verder te noemen de Commissie) bestaat uit drie
leden en drie plaatsvervangende leden.
2.
Eén lid en diens plaatsvervanger worden benoemd door Jeugdzorg Nederland en
één lid en diens plaatsvervanger door de werknemersorganisaties, partij bij deze
cao.
3.
Eén lid en diens plaatsvervanger worden benoemd door de in lid 2 bedoelde partijen
gezamenlijk, die optreden als voorzitter c.q. plaatsvervangend voorzitter.
4.
De leden worden benoemd voor het tijdvak van twee jaar en zijn na afloop van die
periode herbenoembaar.
5.
De Commissie zorgt voor voldoende inhoudelijke expertise op het terrein van
functiewaardering.
6.
Het secretariaat wordt gevoerd door FCB Dienstverlenen in
Arbeidsmarktvraagstukken, Koningin Wilhelminalaan 3, 3527 LA Utrecht. Telefoon
030 - 298 53 50.
Artikel 2
1.
Een geschil als bedoeld in artikel 38 van deze cao wordt aanhangig gemaakt door
toezending van een met redenen omkleed verzoekschrift in viervoud aan het
secretariaat van de Commissie.
Onmiddellijk na ontvangst van dit verzoekschrift gaat de Commissie na of de
verzoeker ontvankelijk is. Indien de verzoeker door de Commissie niet ontvankelijk
wordt verklaard doet het secretariaat van de Commissie hiervan binnen drie weken
na ontvangst van het verzoekschrift schriftelijk en gemotiveerd mededeling aan
verzoeker en diens wederpartij.
2.
De partij die het geschil aanhangig maakt, doet hiervan onverwijld schriftelijk
mededeling aan de andere partij onder bijvoeging van een afschrift van het verzoek.
3.
Na ontvangst van het daartoe strekkende verzoek van het secretariaat van de
Commissie dient de wederpartij uiterlijk binnen drie weken na dagtekening van dit
verzoek een met redenen omkleed verweerschrift in viervoud bij het secretariaat
voornoemd in te dienen.
4.
Een afschrift van het verweerschrift dient door de in lid 3 genoemde partij te worden
gezonden aan de partij die het geschil aanhangig heeft gemaakt.
5.
De voorzitter kan – indien hem dit wenselijk voorkomt – partijen opdragen nadere
stukken in te dienen binnen een door hem te stellen termijn en op de door hem
voorgeschreven wijze.
Artikel 3
1.
De mondelinge behandeling van het geschil vindt in het algemeen plaats binnen zes
weken na indiening van het verzoekschrift.
2.
Voor deze behandeling worden partijen ten minste 14 dagen tevoren schriftelijk
uitgenodigd.
Artikel 4
1.
Tijdens de behandeling worden partijen in elkaars tegenwoordigheid gehoord,
waarbij zij zich door hun raadsman kunnen doen bijstaan.
1 van 2
Jeugdzorg 2014 - 2015
2.
3.
4.
5.
Indien partijen getuigen en/of deskundigen willen doen horen, dienen zij hiervan ten
minste acht dagen vóór de dag waarop de mondelinge behandeling plaatsvindt,
schriftelijk mededeling te doen aan het secretariaat, zulks onder opgave van naam,
adres en beroep van de getuigen en/of deskundigen.
Aan de wederpartij dient hiervan onverwijld schriftelijk mededeling te worden
gedaan.
Partijen en hun raadsman worden in de gelegenheid gesteld ook zelf vragen te
stellen aan de wederpartij en aan getuigen en/of deskundigen.
Voor de mondelinge behandeling stelt de Commissie vast of partijen zijn
overeengekomen de uitspraak van de Commissie bij wijze van bindend advies op te
volgen.
Artikel 5
De mondelinge behandeling van het geschil geschiedt in het openbaar, tenzij de Commissie
anders besluit.
Artikel 6
De beraadslagingen geschieden in een voltallige vergadering, die niet openbaar is. De
tijdens deze zitting gedane mededelingen zijn geheim.
Artikel 7
De Commissie kan bepalen de behandeling van het geschil schriftelijk af te doen.
Artikel 8
1.
De Commissie neemt een beslissing bij meerderheid van stemmen. De stemming
geschiedt mondeling.
2.
Geen van de leden mag zich van stemming onthouden.
Artikel 9
De uitspraak is met redenen omkleed en wordt zo spoedig mogelijk – doch uiterlijk binnen
vier weken – na de beraadslagingen schriftelijk aan partijen medegedeeld.
Artikel 10
1.
De werknemer of de werkgever die een geschil aanhangig maakt bij de Commissie
dient gelijktijdig met de toezending van het verzoekschrift als bedoeld in artikel 2
van dit reglement € 113,45 over te maken op bankgironummer
NL22FVLB0699.505.615 ten name van FCB Dienstverlenen in
Arbeidsmarktvraagstukken te Utrecht onder vermelding van de namen van de
partijen in het geschil.
2.
Indien de Commissie de werknemer of de werkgever, die het geschil aanhangig
heeft gemaakt, in het gelijk stelt, wordt door FCB Dienstverlenen in
Arbeidsmarktvraagstukken te Utrecht € 90,76 gerestitueerd.
3.
Het gestelde in lid 1 en 2 is niet van toepassing op werknemers die lid zijn van één
van de vakbonden die partij zijn bij deze cao.
2 van 2