2014 - KNHS Regio Noord

2014
Paardensportaanbod
Regio Noord Holland
Regiobestuur NH
19 november 2014
|1
Inhoud
1
2
De opzet van het onderzoek ........................................................................................................... 3
1.1
Verenigingsmonitor ................................................................................................................. 3
1.2
Enquête Paardensportaanbod NH .......................................................................................... 3
1.3
Respons ................................................................................................................................... 4
De verenigingen en hun leden ........................................................................................................ 5
2.1
2.1.1
Leeftijdsopbouw ponyclubs............................................................................................. 7
2.1.2
Wedstrijdruiters .............................................................................................................. 8
2.2
3
De rijverenigingen ................................................................................................................... 8
2.2.1
Leeftijdsopbouw rijverenigingen ..................................................................................... 9
2.2.2
Wedstrijdruiters rijverenigingen ................................................................................... 10
Het activiteiten aanbod van de verenigingen ............................................................................... 11
3.1
4
De ponyleden .......................................................................................................................... 6
Groepslessen ......................................................................................................................... 11
3.1.1
Lessen voor ponykinderen ............................................................................................ 11
3.1.2
Lessen voor paardruiters ............................................................................................... 12
3.2
Wedstrijden ........................................................................................................................... 14
3.3
Andere paardensportactiviteiten .......................................................................................... 15
Accommodatie .............................................................................................................................. 18
4.1
Indoorfaciliteiten ................................................................................................................... 18
4.2
Outdoor faciliteiten ............................................................................................................... 19
5
Recreatieve mogelijkheden omgeving .......................................................................................... 20
6
Hoe denken de verenigingen over zichzelf, hun kansen en beperkingen ..................................... 22
7
6.1
De accommodatie ................................................................................................................. 22
6.2
Leden ..................................................................................................................................... 23
6.3
De activiteiten ....................................................................................................................... 24
6.4
Kwaliteit vereniging ............................................................................................................... 25
Samenvatting en Conclusies .......................................................................................................... 26
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
|2
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
|3
1 De opzet van het onderzoek
De KNHS regio NH wil de komende jaren werken aan:
•

•
het verbeteren van de kwaliteit van de paardensport,
het verbreden van het sportaanbod en
de ondersteuning van de verengingen om dit te realiseren.
Om dit zo goed mogelijk te kunnen doen vinden we het belangrijk meer te weten over onze
verenigingen en het paardensportaanbod dat zij realiseren.
1.1 Verenigingsmonitor
Door de KNHS wordt sinds ongeveer een jaar de verenigingsmonitor uitgevoerd. Daarin
wordt aan de verenigingen vragen gesteld over:
• accommodatie
• lessen en instructie
• bestuur, beleid en communicatie
• wedstrijden
• ledenwerving
• financiën
Tot nu toe hebben 31 van de 74 verenigingen de monitor ingevuld. Dat is 43%. Te weinig om
goede uitspraken te doen over het paardensportaanbod bij de verenigingen in NH.
1.2 Enquête Paardensportaanbod NH
Daarom is besloten een eigen enquête te houden met het streven de respons zo hoog
mogelijk te laten zijn. Uitgangspunt is geweest dat er geen overlap zou zijn met de
onderwerpen in de verenigingsmonitor. De verenigingen zijn bij de introductie van de NHenquête ook gevraagd de verenigingsmonitor in te vullen. Dit heeft helaas weinig
opgeleverd.
Voor het in beeld brengen van het paardensportaanbod in NH is gebruik gemaakt van:
1. Gegevens over ledenaantallen en kenmerken van ledenbestand aangeleverd door de
KNHS en
2. De resultaten van een enquête onder allen NH verenigingen over:
 Sportaanbod in de breedte (dus ook: ponykamp, buitenritten, clinics etc.)
 Gebruik, mogelijkheden en kwaliteit van de accommodatie
 Mogelijkheden accommodatie en omgeving voor recreatieve ruiters
 Ambities en kansen en zwakke punten van de verenigingen
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
|4
1.3 Respons
Begin februari 2014 zijn alle paardensportverenigingen in NH gevraagd mee te doen aan het
onderzoek. In totaal hebben 68 verenigingen de vragenlijst ingevuld. In NH zijn 74
(samengestelde) verenigingen. Dit betekent een respons van 93%.
De vragenlijst is meestal ingevuld door de voorzitter of de algemene secretaris van de
vereniging.
Wie heeft de vragenlijst ingevuld?
anders
1
algemeen bestuurslid
3
wedstrijdsecretaris
14
algemeen secretaris
18
penningmeester
11
voorzitter
20
0
10
20
Tot welke Kring behoort uw vereniging?
30
26
25
19
20
16
15
Centraal
Zuid
15
10
5
0
Noord
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
Midden
30
|5
2 De verenigingen en hun leden
In de afgelopen 6 jaar is het totaal aantal leden van de rijverenigingen vrijwel stabiel
gebleven, Het aantal wedstrijdruiters is, na een dip in 2012, nu in 2014 iets boven het niveau
van 2009.
Anders is de ontwikkeling bij de ponyclubs. Daar zien we een daling van het aantal leden
sinds 2009 met een kleine 10%. Het aantal kinderen dat wedstrijden rijdt op B niveau of
hoger is in deze periode met 12% gedaald.
Ontwikkeling aantal leden van 2009 t/m 2014
4.500
4.148
4110
2.598
2655
4.000
3.500
3.000
2.500
wedstrijd paarden
wedstrijd pony's
2.000
lid paarden
1.500
1.168
1.000
639
1.061
lid pony's
563
500
0
2009
2010
2011
2012
2013
2014
In NH hebben we begin 2014 74 rijverenigingen. Daarvan zij er 5 zelfstandig, de anderen
hebben een bestuurlijke samenwerking met een ponyclub en soms met een menvereniging.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
|6
Samenstelling verenigingen (n=68)
40
35
30
25
20
15
10
5
0
37
23
5
1
1
1
alleen rv rv en pc rv, pc en rv en mc alleen pc alleen mc
mc
Vrijwel alle verenigingen hebben een afdeling paarden, bijna 90% heeft ook een afdeling
pony’s en een derde van de vereniging kent ook een afdeling mennen.
Afdelingen van de verenigingen
97%
90%
35%
paarden
pony's
mennen
2.1 De ponyleden
In NH hebben we 68 ponyclubs, daarvan is er een zelfstandig, de anderen hebben een
bestuurlijke samenwerking met een rijvereniging. De meeste ponyclubs vinden we in Kring
Noord, daar zijn 23 ponyclubs, in Midden zijn er 16, in Zuid 13 en in Centraal 9
Alle ponyclubs samen hebben in 2014 1061 leden. Dat is een achteruitgang van 10% ten
opzichte van 2009.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
|7
De ponyclubs in NH hebben gemiddeld 17 leden. De variatie in ledenaantal is groot, Deze
varieert van 2 tot 62 leden. In Kring Centraal zijn de ponyclubs gemiddeld het kleinste, te
weten 10 leden, in Kring Midden het grootste, namelijk 20 leden.
Gemiddelde grootte van de ponyclubs naar kring
25
20
20
17
18
17
Zuid
Regio NH
15
11
10
5
0
Noord
18
16
14
12
10
8
6
4
2
0
Midden
Centraal
Ponyclubs naar grootte
17
15
14
11
7
2-7 leden
8-13 leden
14-19 leden 20-34 leden meer dan 47
leden
2.1.1 Leeftijdsopbouw ponyclubs
Het aantal leden van ponyclubs is landelijk, en ook in NH dalende. Daarom is gekeken naar
de leeftijdsopbouw van de ponyclubs. Want wie de jeugd heeft, heeft de toekomst.
Ruim een derde van de ponyclubs in NH geen leden heeft onder de 12 jaar. En 15 ponyclubs
zouden we echt jong kunnen noemen, bij hen is kwart van de leden of meer jonger dan 12
jaar.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
|8
De leden van ponyclubs zijn niet alleen de kinderen die rijden, maar kunnen ook volwassen
bestuurslid of jury zijn. Leden ouder dan 18 jaar zien we bij 42 van de 64 ponyclubs (65%). Bij
10 van de 61 ponyclubs in NH is meer dan een kwart van de leden ouder dan 18 jaar.
Het blijkt dat ruim één derde geen ponyleden heeft onder de 12 jaar. Bij slechts een kwart
van de ponyclubs bestaat het ledenbestand voor een kwart of meer uit deze jonge kinderen.
Deze verenigingen bevinden zich vooral in Kring Noord (5 van de 7).
De leden van ponyclubs zijn niet alleen de kinderen die rijden, maar kunnen ook volwassen
bestuurslid of jury zijn. Leden ouder dan 18 jaar zien we bij 42 van de 64 ponyclubs (65%). Bij
16% ponyclubs gaat het om meer dan een kwart van de leden. Deze verenigingen bevinden
zich vooral in Kring Noord (6 van de 10).
Aantal ponyclubs met leden jonger dan 12 jaar
25
22
20
15
15
10
10
8
5
5
4
0
geen leden
1
2
3
4 t/m 9 10 of meer
aantal leden jonger dan 12 jaar
2.1.2 Wedstrijdruiters
Van alle leden van onze ponyclubs doet 53% mee aan officiële KNHS wedstrijden (Bixie
uitgezonderd). Dit percentage is in de afgelopen jaren afgenomen; in 2009 ging het om 55%.
Er is een grote variatie bij de verenigingen in het aandeel van de ponyleden dat een startpas
heeft.
Bij 11 verenigingen doet minder dan een kwart van de leden mee aan wedstrijden, bij 22
verenigingen is dat 25% tot de helft, bij 22 verenigingen 50% tot driekwart en bij 9
verenigingen doet meer dan driekwart van de leden mee aan officiële wedstrijden.
2.2 De rijverenigingen
De meeste rijverenigingen vinden we in Kring Noord, daar zijn 23 rijverenigingen, in Midden
zijn er 16, in Zuid 14 en in Centraal 13
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
|9
Alle rijverenigingen samen hebben in 2014 4110 leden. Daarmee zit het totaal aantal leden
na lichte schommeling gedurende de afgelopen jaren ongeveer op het niveau van 2009.
Het aantal leden van de rijverenigingen varieert van 10 tot 256.
Rijverenigingen naar grootte n=74
28
30
25
20
16
13
15
10
9
7
5
0
10 tot 25 leden
25-50
50-75
75-100
100 of meer
In Kring Zuid zijn de rijverenigingen gemiddeld het grootst, namelijk 69 leden. In deze kring
bevinden zich de twee grootse verenigingen van NH, namelijk met 168 en 256 leden. Kring
Noord en Kring Centraal hebben gemiddeld de kleinste rijverenigingen, respectievelijk 43 en
46 leden. Beide kringen hebben één rijvereniging met meer dan 100 leden en relatief veel
(25%) kleine verenigingen met minder dan 24 leden.
Gemiddelde grootte rijverenigingen naar kring
80
70
60
50
40
30
20
10
0
69
57
43
Noord
52
46
Midden
Centraal
Zuid
Total
2.2.1 Leeftijdsopbouw rijverenigingen
Net als bij de ponyclubs is ook bij de rijverenigingen gekeken naar de leeftijdsopbouw van de
leden. Bij bijna 20% van de verenigingen is rond de helft van de leden ouder dan 40 jaar.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 10
In kring Centraal bevinden zich relatief veel (25%) verenigingen met veel oudere leden en
juist weinig verenigingen met veel jonge leden (12% van de verenigingen).
Aantal rijverenigingen met leden ouder dan 40 jaar
30
25
22
25
20
14
15
12
10
5
0
tot 10
10-20
20-30
meer dan 30
Aantal leden ouder dan 40 jaar
2.2.2 Wedstrijdruiters rijverenigingen
Van alle leden van onze rijverenigingen heeft 64% een startpas en doet mee aan officiële
KNHS wedstrijden. Dit percentage is in de afgelopen jaren iets toegenomen; in 2009 ging het
om 62%.
Bij 15 verenigingen doet een derde tot de helft van de leden mee aan wedstrijden, bij 31
verenigingen is dat de helft tot driekwart en bij 28 verenigingen is meer dan driekwart van
de leden actief in de wedstrijdsport.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 11
3 Het activiteiten aanbod van de verenigingen
3.1 Groepslessen
Ongeveer de helft van de verenigingen organiseert groepslessen voor de leden.
Verreweg de meeste verenigingen die geen groepslessen organiseren (69%) willen dat in de
toekomst ook niet gaan doen. De verenigingen die het misschien wel overwegen, denken
vooral aan dressuur en springlessen.
De verenigingen die groepslessen verzorgen vinden we vooral in de Kringen Noord en
Midden.
Aantal vereniging dat groepslessen organiseert per
Kring
groepslessen
18
16
14
12
10
8
6
4
2
0
geen groepslessen
17
11
8
9
9
7
5
2
Noord
Midden
Centraal
Zuid
3.1.1 Lessen voor ponykinderen
Bij de meeste verenigingen (19 van de 31) die groepslessen organiseren worden 1 tot 2
dressuurlessen gegeven voor ponyruiters. Een kwart van de verenigingen geeft 2-5
dressuurlessen en bij 4 verenigingen worden meer dan 5 dressuurlessen voor pony’s
gegeven.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 12
Dressuur- en springlessen voor ponykinderen
40
34
aantal verenigingen
35
30
28
25
19
20
dressuur pony's
15
springen pony's
11
8
10
3
5
7
5
1
2
0
geen lessen
1 les
2 lessen
3 lessen
4 lessen of
meer
Springlessen voor pony’s worden minder gegeven. Er zijn 25 verenigingen waar de kinderen
springles krijgen, Meestal, bij 19 van de 25, wordt er 1 springles gegeven en 6 verenigingen
geven 2 of meer springlessen voor de ponykinderen.
In de kring Noord worden door de lesgevende verenigingen de meeste lessen gegeven voor
ponykinderen, zowel in de dressuur als voor het springen, gemiddeld per vereniging per
week 3,6 les dressuur en 2,4 les springen.
3.1.2 Lessen voor paardruiters
Bij iets minder dan de helft (46%) van de verenigingen worden lessen dressuur voor de leden
georganiseerd. Springlessen worden bij 24 verenigingen (35%) gegeven. Meestal 1 les per
week.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 13
Dressuur- en springlessen vooor paardruiters
50
44
aantal verenigingen
45
40
37
dressuur paarden
35
springen paarden
30
25
18
20
15
12
10
7
5
5
7
3
3
0
0
geen lessen
1 les
2 lessen
3 lessen
4 lessen of
meer
Bij de helft van de verenigingen die lessen geven, worden ook menlessen gegeven. Meestal
(37%) gaat het om 1 of 2 lessen. Bij 4 verenigingen worden 4 of meer menlessen gegeven.
Onder de lesgevende verenigingen zijn er 2 die voltige lessen geven. Beide verenigingen
geven meer dan 5 voltigelessen per week. Er is één vereniging die een Westernles geeft.
Geen van de vereniging geeft carouselles.
Ongeveer een derde van de verenigingen geeft de lessen aan minder dan 20 leden, ruim een
derde aan 21 tot 50 leden en bijna een derde aan meer dan 50 leden. Naarmate een
vereniging groter volgen er ook meer leden de groepslessen.
Hoeveel leden volgen de verenigingslessen?
aantal verenigingen
10
9
8
8
6
6
5
4
2
3
2
0
1-10
leden
11-20
21-30
31-40
41-50 meer dan
50
Om lessen aantrekkelijk te maken voor leden kan het zinvol zijn deze toe te spitsen op een
bepaalde doelgroep. Zo kunnen er lessen gegeven worden specifiek voor jonge kinderen,
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 14
voor senioren, voor beginnende springers etc. Van de 33 verenigingen die lessen aanbieden
zijn er 21 (63%) dat een dergelijke differentiatie aanbrengt.
Differentiatie les aanbod (n=33)
geen aparte lessen
12
senioren
3
recreatieruiter
9
gevorderde wedstrijdruiter
14
beginnende wedstrijdruiter
14
jonge kinderen
13
0
5
10
15
aantal verenigingen
3.2 Wedstrijden
Bijna alle verenigingen in NH organiseren KNHS wedstrijden. Er zijn er slechts 2 die dat niet
doen. Deze verenigingen zouden dat in de toekomst wel willen gaan doen.
Een derde van de verenigingen is wat het organiseren van wedstrijden betreft vooral gericht
op de indoorwedstrijden. Een derde organiseert alleen outdoor wedstrijden en derde
organiseert ongeveer evenveel indoor als outdoor wedstrijden.
Organiseert u deze wedstrijden vooral indoor of outdoor? (n=66)
aantal verenigingen
25
21
21
20
15
15
10
5
4
5
0
alleen
outdoor
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
het
merendeel
outdoor
indoor en
outdoor
gelijk
het
alleen indoor
merendeel
indoor
| 15
In kring Centraal is men het meest gericht op de indoorwedstrijden, 25% van de
verenigingen organiseert hier alleen indoorwedstrijden.
In kring Zuid zijn relatief de meeste verenigingen die alleen outdoorwedstrijden organiseren,
43% van de verenigingen hier organiseert allee outdoor wedstrijden.
deel van de verenigingen
Verdeling indoor en outdoor wedstrijden naar kring
45%
40%
35%
30%
25%
20%
15%
10%
5%
0%
alleen outdoor
het merendeel outdoor
het merendeel indoor
alleen indoor
38%
indoor en outdoor gelijk
43%
42%
38%
29%29%
29%
25%
25%
25%
21%
19%
8%
8%
8%
6%
0%
Noord
Midden
7%
0%
Centraal
0%
Zuid
Verenigingen die outdoor en indoor wedstrijden organiseren, hebben bij de
outdoorwedstrijden meestal (42% van deze verenigingen) meer deelnemers dan indoor.
3.3 Andere paardensportactiviteiten
Een grote meerderheid van de verenigingen (85%) organiseert voor de leden activiteiten
anders dan lessen of wedstrijden
Er zijn 10 verenigingen die op dit moment geen extra activiteiten organiseren voor de leden.
Van deze verenigingen wil de helft deze activiteiten in de toekomst wel ontplooien. Men
denkt dan vooral aan het organiseren van clinics.
In de onderstaande tabel is weergegeven hoe vaak verschillende extra activiteiten worden
georganiseerd door de verenigingen. Men blijkt zich vooral te richten op clinics, onderlinge
wedstrijden en gezelligheidsbijeenkomsten. Cursussen ruiterrijbewijs of menbewijs en
meerdaagse uitstapjes met de paarden worden nauwelijks georganiseerd en zijn niet in deze
tabel opgenomen.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 16
Aantal verengingen dat extra activiteiten organiseert
1 keer per jaar
2-3 keer
23
25
aantal verenigingen
4 keer of vaker
19
20
13
15
15
11
15
11
8
10
9 8
6
1 0
0
oefenspringen
5
3
5
oefencross
clinics
buitenritten
onderlinge
wedstrijd
Aantal verengingen dat extra activiteiten organiseert
1 keer per jaar
2-3 keer
4 keer vaker
aantal verenigingen
25
20
20
16
15
10
5
11
9
3
8
5
4
0
0
gezelligheid evenementen
2
2 2
educatie
shows
Per kring verschilt het aanbod extra activiteiten. Hieronder staat in welke kring de
verschillende activiteiten het vaakst worden georganiseerd:
Noord
• oefenparcoursen springen
• oefenparcoursen cross
• ponykamp
• meerdaagse uitstapjes met de paarden
Midden
• oefenparcoursen cross
• groepsbuitenritten
• gezelligheidsbijeenkomsten (bijv. Nieuwjaar borrel, kerstviering, Sinterklaas)
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 17
• samen evenementen bezoeken (bijv. Jumping Amsterdam, Horse Event)
• deelname met de paarden aan evenementen/shows
Centraal
• onderlinge wedstrijd/clubkampioenschap
• educatieve bijeenkomsten over paardrijden en paarden
Zuid
• clinics
Voor de meeste verenigingen (70%) was het aanbod extra activiteiten in 2013 ongeveer
gelijk aan dat van de jaren daarvoor. Een vijfde had dit jaar meer georganiseerd.
De helft van de verengingen wil het aanbod extra activiteiten in de toekomst gaan
uitbreiden.
De verenigingen die het aanbod niet gaan uitbreiden of verbeteren vinden meestal dat het
huidige aanbod voldoet, dat er geen behoefte aan is onder de leden en dat het bestuur
en/of de vereniging niet meer aankan.
Waarom worden extra activiteiten niet uitgebreid?
26%
anders
6%
er is te weinig organisatietalent
14%
er is geen geld voor
er is geen behoefte bij de leden
34%
kunnen niet meer aan
34%
te weinig deskundigheid
0%
54%
het huidige aanbod voldoet prima
0%
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
10%
20%
30%
40%
50%
percentage van de verenigingen
60%
| 18
4 Accommodatie
4.1 Indoorfaciliteiten
Verreweg de meeste verenigingen (82%) kunnen gebruik maken van indoorfaciliteiten. Van
de verenigingen zonder indoorfaciliteiten heeft de helft daar wel behoefte aan. Zij zouden
deze vooral willen gebruiken voor KNHS wedstrijden en groepslessen.
In Kring Centraal zijn relatief de minste verenigingen die een indooraccommodatie
gebruiken, namelijk 77%. In Zuid is dit percentage het hoogst, namelijk 93%.
percentage van de verenigingen
Is de indoorfaciliteit altijd beschikbaar?
70%
64%
60%
50%
40%
30%
27%
20%
9%
10%
0%
altijd beschikbaar
nee, delen andere
vereniging
nee, accomodatie
manegebedrijf
Van alle verenigingen met een indooraccommodatie gebruikt 65% (36 verenigingen) een
accommodatie van een manegebedrijf of een pensionstal. Deze samenwerking zien we het
vaakst in de kringen Midden en Zuid. Zij gebruiken deze accommodatie vooral voor het
organiseren van KNHS wedstrijden (78%) en groepslessen (21%).
De verenigingen met een eigen locatie (15 verenigingen) gebruiken deze voor groepslessen
(80%), KNHS wedstrijden (93%), vrij rijden (80%) en verhuur aan derden (53%). In kring
Noord is de accommodatie het vaakst alleen n gebruik bij een rijvereniging of ponyclub.
Een kwart van de verenigingen is van mening dat de indooraccommodatie verbeterd dient te
worden. De gewenste verbeteringen zijn:
 een nieuwe bodem;
 een grotere rijhal;
 een tweede rijhal;
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 19

een nieuw dak.
De meeste verenigingen (70%) denken dat deze verbeteringen niet binnen een jaar
gerealiseerd kunnen worden. De redenen hiervoor zijn:
 de vereniging gaat niet over het gebouw (70%);
 er is geen budget voor (60%)
 er zijn gebonden aan het verkrijgen van vergunningen (30%)
 er zijn bouwtechnische problemen (10%)
4.2 Outdoor faciliteiten
Het merendeel van de verenigingen (83%) maakt gebruik van outdoor faciliteiten. Veel vaker
dan bij de indooraccommodaties kunnen zij daar vrij over beschikken.
De verenigingen zonder outdoor faciliteiten hebben daar meestal (81% van de verenigingen)
ook geen behoefte aan.
Van alle verenigingen met een outdoor accommodatie gebruikt 44% ( verenigingen) een
accommodatie van een manegebedrijf of een pensionstal. Zij gebruiken deze accommodatie
vooral voor het organiseren van KNHS wedstrijden (80%).
De verenigingen met een eigen outdoor locatie (27 verenigingen) gebruiken deze voor
groepslessen (74%), KNHS wedstrijden (85%), vrij rijden (70%) en verhuur aan derden (22%).
Een kwart van de verenigingen is van mening dat de outdoor accommodatie verbeterd dient
te worden. De gewenste verbeteringen zijn:
 gras vervangen door zand;
 vergroten van de zandbaan;
 bodemverbetering (o.a. drainage).
De meeste verenigingen (70%) denken dat deze verbeteringen niet binnen een jaar
gerealiseerd kunnen worden. De redenen hiervoor zijn:
 de vereniging gaat niet over het terrein (67%);
 er is geen budget voor (58%)
 er zijn gebonden aan het verkrijgen van vergunningen (16%)
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 20
5 Recreatieve mogelijkheden omgeving
Bijna de helft van de verenigingen heeft de mogelijkheid om vanuit hun locatie, met gebruik
making van maximaal 2 km openbare weg, officiële ruiterpaden te bereiken.
Kunnen vanuit uw locatie buitenritten gemaakt worden
op officiele ruiterpaden?
40
35
30
25
20
15
10
5
0
37
14
9
8
direct aansluitend via een korte route via 1-2 km over de nee, in een straal
aan de locatie
over de openbare openbare weg van 2 km zijn geen
weg
ruiterpaden
Voor een derde van de verenigingen zijn de ruiterpaden op zeer korte afstand van de
verenigingslocatie. Deze mogelijkheden zijn voor de verenigingen in kring Zuid het grootst.
Voor de helft van de vereniging in Zuid sluiten de ruiterpaden direct aan op de locatie, voor
20% zijn ze via een korte route over de openbare weg te bereiken. In kring Noord zijn de
mogelijkheden het kleinst, 80% van de verenigingen daar heeft geen ruiterpaden binnen 2
km van de locatie.
Wanneer ruiterpaden beschikbaar zijn, gaat het meestal (54%) om een aanbod van meer dan
10 km.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 21
Hoeveel km ruiterpaden zijn er ongeveer in de
naaste omgeving van uw locatie?
20
16
15
10
7
7
1-5 km
6-10 km
5
0
meer dan 10 km
Het aanbod aan menpaden is veel beperkter. Slecht bij 13% van alle verenigingen zijn
officiële menpaden op redelijke afstand van de locatie (korter dan 2 km) te bereiken. Het
beschikbare aantal kilometers aan menroutes is ook kleiner dan bij de ruiterpaden.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 22
6 Hoe denken de verenigingen over zichzelf, hun kansen en
beperkingen
De verenigingen is gevraagd wat zij zelf hun sterke en zwakke kanten vinden, welke kansen
zij zien voor ontwikkeling en tegen welke beperkingenzij oplopen. Uit de antwoorden van de
verenigingen komt naar voren dat bij alle onderdelen van hun sterkte-zwakte analyse de
volgende thema’s naar voren komen:
 De accommodatie
 De leden
 Het aanbod aan activiteiten
 De organisatie van de vereniging
6.1 De accommodatie
Verenigingen ervaren een goede en altijd beschikbare accommodatie als een sterk punt van
hun vereniging. Maar van alle verenigingen met een indoor- en of outdoor accommodatie
vindt 25% dat deze verbeterd zou moeten worden. En bij de meeste verenigingen is de
accommodatie zeker niet altijd beschikbaar.
De accommodatie kan een kwetsbaar punt vormen binnen een verenging. Veel verenigingen
zijn voor hun accommodatie afhankelijk van derden zoals manegehouder, gemeente of
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 23
pensionhouder. De vereniging kan dus niet zelfstandig beslissen over verbetering, uitbreiden
of continuering. Een even zo belangrijk kwetsbaar punt is het feit dat een goed beheer van
een accommodatie, vooral als deze in eigen bezit is, hoge kosten met zich meebrengt.
6.2 Leden
Leden vormen de kern van de vereniging. Als een vereniging veel betrokkenleden heeft die
ook vrijwilligerstaken op zich willen nemen voelt de vereniging zich sterk. Veel jeugdleden
zorgt voor de continuïteit van de vereniging. Maar een derde van onze ponyclubs heeft geen
leden jonger dan 12 jaar. Duidelijk is dat de keerzijde van de sterke kanten van de
verenigingen hier ook direct de zwakke kanten zijn: weinig jeugdleden, een(te) kleine groep
actieve betrokken leden.
De kansen liggen hier in het werven van nieuwe leden. Maar slechts een enkele vereniging
kan duidelijk maken hoe dat dan concreet zou moeten gaan. Het aanboren van nieuwe
groepen potentiele leden of het gaan naar een andere vorm van organisatie of
samenwerking met andere verenigingen worden bijvoorbeeld niet genoemd. Terwijl hier
mogelijk wel winst te behalen is. Het afnemend paard- en ponybezit vormen volgens de
verenigingen de kern van de negatieve spiraal waar verenigingen in kunnen komen wat
betreft de ontwikkeling van hun leden bestand.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 24
6.3 De activiteiten
De verenigingen in NH zijn allemaal actief op het gebied van het organiseren van
wedstrijden, extra activiteiten voor de leden en de helft organiseert ook groepslessen. Dit
vinden de verengingen dan ook hun sterke punten. Met daarbij het betaalbaar houden van
de contributie en de bijdragen voor e activiteiten. Een enkel zwak punt dat genoemd is, is
dat er weinig aandacht is voor de springsport.
Hoewel men dus al veel organiseert ziet men in het organiseren van mee activiteiten een
kans voor de vereniging. Het aanbod kan beter aansluiten bij de bepaalde doelgroepen die
men nu te weinig bereikt: de jeugd, de recreatiesporter, de springsporter de eventing- of
westernruiter. En het aanbod van lessen en wedstrijden kan uitgebreid worden.
Maar men voelt zich hierin bedreigt door externe partijen, vooral door de beperkingen die
de KNHS en de KNHS Regio NH hen opleggen wat betreft het aantal te organiseren
wedstrijden en de eisen waaraan de accommodatie moet voldoen.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 25
6.4 Kwaliteit vereniging
Een vereniging voelt zich wat betreft de verenigingsorganisatie sterk wanneer er een goed
en ervaren bestuur is dat zich gesteund voelt door een goede sfeer in de vereniging en een
goede uitvoerende organisatie, zich geen zorgen hoeft te maken over geld of over een
afnemend ledenaantal.
Kansen voor versterken van e verenigingen ervaart men in de samenwerking met externe
partijen binnen de lokale paardensport.
De bedreigingen voor de verenigingen komen van verschillende kanten: de inactieve leden
zelf, het duurder wordende personeel, de eigenaar van de accommodatie die de huur
verhoogt, steun van gemeenten die wegvalt en het beleid van de KNHS om kleine
verenigingen in de toekomst minder kansen te geven. Bedreigingen waar men eigenlijk nog
geen antwoord op heeft.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 26
7 Samenvatting en Conclusies
In het voorjaar van 2014 is een onderzoek gedaan onder de KNHS verenigingen in de Regio Noord
Holland. Door een grote meerderheid van de verenigingen is daar aan mee gewerkt. De resultaten
geven dan ook een goed beeld van het paardensport aanbod en de mogelijkheden die de
verenigingen zien voor de toekomst.
In deze samenvatting worden de meest in het oog springende resultaten puntsgewijs besproken.
De leden
Het aantal leden bij de ponyclubs daalt: met 10% in de afgelopen 5 jaar. Nu zijn nog 1061 kinderen lid
van een ponyclub. Ook het aantal wedstrijdrijdende kinderen is gedaald. Nu rijdt iets meer dan de
helft wedstrijden. De ponyclubs in NH hebben gemiddeld 17 leden. De variatie in ledenaantal
is groot, Deze varieert van 2 tot 62 leden. Ruim een derde van de ponyclubs in NH geen
leden heeft onder de 12 jaar.
In de afgelopen 6 jaar is het totaal aantal leden (4110) van de rijverenigingen vrijwel stabiel
gebleven, Het aantal wedstrijdruiters is, na een dip in 2012, nu in 2014 iets boven het niveau
van 2009. Van alle leden van onze rijverenigingen heeft 64% een startpas.
Het hebben van veel jeugdleden, betrokken leden en veel vrijwilligers worden als sterke punten van
de verenigingen genoemd. Bedreigingen vormen de afname van het pony-en paardbezit waardoor
het ledenaantal krimpt en er geenjonge kinderen meer lid worden van de verenging.
Paardensportaanbod
Ongeveer de helft van de verenigingen organiseert groepslessen voor de leden. Deze
verenigingen vinden we vooral in de Kringen Noord en Midden. De meeste lessen die
gegeven worden zijn dressuurlessen. Voltigelessen worden zeer weinig gegeven. De meeste
verenigingen hebben lessen voor specifieke doelgroepen zoals de gevorderde
wedstrijdruiter of de jonge kinderen. Opvallend is dat seniorenlessen nauwelijks gegeven
worden.
Vrijwel alle verenigingen organiseren KNHS wedstrijden. Een derde van de verenigingen
organiseert alleen buitenwedstrijden. De meeste andere combineren indoor en outdoor.
Een grote meerderheid van de verenigingen (85%) organiseert voor de leden activiteiten
anders dan lessen of wedstrijden. Men blijkt zich vooral te richten op clinics, onderlinge
wedstrijden en gezelligheidsbijeenkomsten. Cursussen ruiterrijbewijs of menbewijs en
meerdaagse uitstapjes met de paarden worden nauwelijks georganiseerd. In de Kringen
Noord en Midden worden vaker dan in de andere twee kringen oefenparcoursen cross of
springen georganiseerd. De helft van de verengingen wil het aanbod extra activiteiten in de
toekomst gaan uitbreiden
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014
| 27
Het organiseren van veel en goed verlopende wedstrijden, een goed lesaanbod en lage
contributie ziet men als sterk punten van de vereniging. Bedreigingen in dit opzicht zijn de
regelgeving rondom wedstrijden bij de Regio NH en de KNHS en concurrentie met andere
verenigingen in de buurt.
Accommodatie
Verreweg de meeste verenigingen (82%) kunnen gebruik maken van indoorfaciliteiten. Van
alle verenigingen met een indooraccommodatie gebruikt 65% (36 verenigingen) een
accommodatie van een manegebedrijf of een pensionstal. Van alle verenigingen hebben er
15 eigen indoorfaciliteiten en 27 hebben eigen outdoor faciliteiten. Men gebruikt deze
vooral voor lessen, KNHS wedstrijden en vrij rijden door leden.
En kwart van de verenigingen is van mening dat de faciliteiten verbeterd zouden moeten
worden. Het feit dat men geen eigenaar is en het ontbrekend van de financiële middelen
hiervoor zijn de belangrijkste belemmeringen.
Een goede accommodatie en vrije beschikbaarheid voor de leden wordt als sterk punt van
een verenging beschouwd. Onzekerheid over huurcontracten, hoge financiële lasten en
risico van beperkte beschikbaarheid zijn de bedreigingen.
Recreatieve mogelijkheden
Van alle verenigingen kunnen er 23 (een derde) gebruik maken van ruiterpaden direct of
vrijwel direct aansluitend aan de locatie. De bereikbaarheid en aanwezigheid van menpaden
is veel geringer. Slecht bij 13% van de verengingen kan men deze binnen een straal van 1 km
bereiken.
De organisatie van de vereniging
Een vereniging voelt zich wat betreft de verenigingsorganisatie sterk wanneer er een goed
en ervaren bestuur, een goede sfeer in de vereniging en een goede uitvoerende organisatie
en voldoende financiële middelen en voldoende leden.
De bedreigingen komen van verschillende kanten: afnemende bereidheid mee te helpen bij
leden, het duurder worden van personeel en accommodatie, het wegvallen van steun van
gemeenten en het beleid van de KNHS om kleine verenigingen in de toekomst minder
kansen te geven.
© KNHS Regio NH |Ineke Vlug |19-11-2014