Activiteitenoverzicht van drs. S.G. (Gerard) Dutmer, apotheker, in zijn

Activiteitenoverzicht van drs. S.G. (Gerard) Dutmer, apotheker, in zijn hoedanigheid als
vrijwilliger, libellendeskundige en adviseur voor Stichting Platform Berend Botje.
Sinds 2008 is ondergetekende vrijwilliger voor Stichting Platform Berend Botje en heeft
daartoe de volgende activiteiten ondernomen:
1. Inventariseren en monitoren van populaties Krabbenscheer en Groene glazenmaker.
Hoofdactiviteiten tot en met 2011: de Veenkoloniën inventariseren op het voorkomen van
Krabbenscheer vegetaties en populaties van Groene glazenmaker.
Zie bijlage: Waarnemingen Wildervank e.o. vanaf 2007.
Vanaf 2010 is daarnaast ook begonnen met het monitoren van deze populaties.
Zie tabel: per gemeente zijn per jaar het aantal bezochte plaatsen aangegeven. Uiteraard zijn
regelmatig dezelfde plekken op verschillende data bezocht.
Gebied/ Jaar
Hoogezand-Sappemeer
Menterwolde
Veendam-Wildervank
Pekela
Stadskanaal
Aa en Hunze
Borger-Odoorn
Emmen
Overijssel - N.O.
Overige
Totaal:
2010
4
90
1
18
11
5
21
2011
22
15
83
11
6
15
9
56
2012
36
6
232
2
43
30
21
63
150
2
219
2
435
2013
63
16
291
1
72
49
23
123
11
4
653
2014
58
7
175
10
57
36
15
80
42
2
482
Totaal
183
44
871
25
196
141
73
343
53
10
1939
In totaal zijn er 1939 plaatsen bezocht: groeiplaatsen van Krabbenscheer en leef- en
voortplantingsgebieden van Groene glazenmaker tussen 2010 en 2014 en potentiele nieuw
leef- en voortplantingsgebied. Vanaf 2008 tot 2010 zijn er ongeveer 800 plaatsen bezocht op
zoek naar Krabbenscheer en Groene glazenmakers. Vanaf 2010 zijn de waarnemingen
systematisch vastgelegd met behulp van een digitale camera. Alle waarnemingen zijn
ingebracht en terug te vinden op de website: www.waarneming.nl , vaak met situatie foto’s.
Al waarnemend werd geconstateerd dat er af en toe Krabbenscheer werd verwijderd op een
manier waarbij de Flora- en faunawet werd overtreden. Hierop is besloten van deze
waarnemingen rapporten te maken per gemeente en deze, vergezeld met opmerkingen en
aanbevelingen, aan het eind van elk jaar te sturen naar de beheerders van de diverse
waterpartijen, te weten de gemeenten Hoogezand-Sappemeer, Stadskanaal, Veendam en de
waterschappen Hunze en Aas en Velt en Vecht, per 1 januari 2015: Vechtstromen. Zo zijn deze
beheerders van de waterpartijen geïnformeerd over het voorkomen van de beschermde libel
Groene glazenmaker en de plant waar deze van afhankelijk is: krabbenscheer en zouden deze
er bij hun beheerwerkzaamheden rekening mee kunnen houde! Daarnaast zijn er tips gegeven
over de wijze van omgaan met de krabbenscheer. Verder is er contact opgenomen met de
gemeenten Veendam en Stadskanaal en beide waterschappen om te komen tot een goed
beheer van de Krabbenscheer vegetaties een en ander in overeenstemming met de Flora- en
faunawet en Gedragscode.
1
2. Overleg met waterschappen en gemeenten.
Stadskanaal: op 8 december 2010 heeft ondergetekende een bespreking gehad met twee
vertegenwoordigers van de gemeente Stadskanaal over de Groene glazenmaker en de Floraen faunawet en hoe hier mee om te gaan, om te komen tot een goede bescherming van het
leef- en voortplantingsgebied van deze zwaar beschermde soort. Het gesprek verliep helaas in
een onaangename sfeer waarbij de vertegenwoordigers van de gemeente duidelijk lieten
blijken niet gediend te zijn van inmenging van buitenaf. Het is dan ook bij deze ene
bespreking gebleven.
Voor Groene glazenmaker zijn de waterpartijen in onderhoud bij de gemeente Stadskanaal
niet van het allergrootste belang en het is daar vaak lastig vast te stellen of krabbenscheer
verdwenen is door natuurlijke oorzaak of menselijke activiteit.
Tot en met 2014 zijn is er tweemaal aangifte gedaan tegen de gemeente Stadskanaal
betreffende het verdwijnen van Krabbenscheer door mogelijke menselijke activiteit:
A: vijver Voorste Kamp: juli 2012: geheel geschoond. Behandeld door: NVWA die
constateerde dat er meer dan 25% van de Krabbenscheer was blijven staan en dat er verder
geen actie op ondernomen zou worden, omdat voldaan zou zijn aan de Gedragscode.
Reactie: dit is helaas onzin en om te voldoen aan de Gedragscode zou er minstens 50%
moeten blijven staan. Zie Bijlage 1.
Uitkomst: inmiddels zijn er 10 planten krabbenscheer teruggekeerd en is deze plek tot en met
2014 ongeschikt voor Groene glazenmakers.
B: vijver Barthelazathe: mei 2014. Behandeld door: RVO. Onduidelijk is wie daar eventueel
geschoond heeft.
Uitkomst: de locatie is tot en met 2014 ongeschikt voor Groene glazenmakers.
Veendam: de eerste bijeenkomst met de gemeente Veendam was op:
07-04-2010: bijeenkomst gemeentehuis Veendam: Wim Mulder en Jonnie de Ruiter.
Deze bijeenkomst verliep in een positieve en zeer prettige sfeer. Daarna is er jaarlijks een of
meer keren contact geweest over praktische zaken met betrekking tot de omgang met
Krabbenscheer, meestal met de heer Arjan Blaauw.
Dit heeft geleid tot een Groene glazenmaker vriendelijke baggermethode in het Westerdiep
te Wildervank, die is beschreven in het tijdschrift H2O no 6 / 2011, pagina:16 en 17. Helaas
moest het artikel beperkt van omvang blijven: maximaal 500 woorden, waardoor er geen
plaats meer was voor het vermelden van de bijdragen van zowel Stichting Platform Berend
Botje en waterschap Hunze en Aas. Zie Bijlage 2.
Ondergetekende heeft dit artikel daarna rondgestuurd aan Natuurmonumenten, SBB,
Landschap Groningen, Friesland, Drenthe en Overijssel, Vlinderstichting en Nederlandse
Vereniging van Libellenonderzoekers, in de hoop dat deze baggermethode op meer plaatsen
gebruikt zou gaan worden in plaats van de gebruikelijke baggermethodes die voor Groene
glazenmaker permanent verlies van leef- en voortplantingsgebied betekenen.
Verder heeft de gemeente Veendam in 2012 bureau Altenburg en Wymenga opdracht gegeven
tot een inventarisatie van Natuurwaarden in de gemeente Veendam. Dit heeft geleid tot het
rapport: Inventarisatie beschermde natuurwaarden en gebruik gedragscodes groenbeheer en
ruimtelijke ordening in Veendam en Pekela, A&W rapport 1752
Dit rapport is tot stand gekomen mede dankzij de inventarisaties en contacten met vele
vrijwilligers en uiteraard ook, Stichting Platform Berend Botje!
2
Tenslotte is in 2014 tijdens twee vergaderingen, voorjaar en najaar 2014, besloten om
jaarlijks, in het najaar, met betrokken Groenbedrijven, een inventarisatieronde te maken langs
alle krabbenscheer vegetaties en om dan afspraken te maken voor het beheer in het daarop
volgend najaar. Krabbenscheerplanten die door schonen verwijderd moeten worden zullen
worden uitgezet op plaatsen waar deze door foutief en/of overmatig schonen zijn verdwenen
of sterk in aantal zijn achteruitgegaan. Voor najaar 2014 zijn in goed overleg met gemeente,
groenbedrijven en Stichting Platform Berend Botje vijf plaatsen aangewezen om tot herstel te
komen. Zie Bijlage 3.
Overtredingen: zijn er uiteraard geweest en daar is actie op ondernomen als deze heel ernstig
waren. Dat laatste is in een geval gebeurd. Alle andere zijn in goed overleg besproken en
hebben uiteindelijk geleid tot bovenstaand resultaat.
Uitkomst: Waarmee het doel van Stichting Platform Berend Botje bereikt lijkt te zijn: zorgen
voor een veilig en beschermd leef- en voortplantingsgebied voor de Groene glazenmaker!
Hoogezand-Sappemeer: met deze gemeente is tot nu toe geen mondeling contact geweest.
De redenen hiervoor zijn het minder grote belang van het gebied van deze gemeente voor de
Groene glazenmaker en het uitblijven van goed waarneembare overtredingen. Tot eind maart
2014 toen werd geconstateerd dat een sloot in het Drevenbos geheel was geschoond en
vrijwel alle Krabbenscheer op de oever lag!
Dit was in december 2012 ook al waargenomen door een “derde” en deze melding was
opgenomen in het jaarlijks rapport dat aan de gemeente is toegezonden. De gemeente
Hoogezand-Sappemeer kon dus op de hoogt te zijn van deze overtreding! In april 2014 is
diverse keren met de gemeente telefonisch contact opgenomen met de vraag wie de beheerder
van deze sloot was. Uiteindelijk is doorverwezen naar het Groenbedrijf die na diverse
telefoontjes uiteindelijk een brief zou sturen over deze sloot, maar die brief is er tot nu toe niet
gekomen. Daarop is besloten aangifte te doen. Dit is gebeurd op 19 juni 2014. Uiteindelijk is
op 29 augustus door de RVO besloten niet tot actie over te gaan. Stichting Platform Berend
Botje heeft besloten hier geen bezwaar tegen aan te tekenen en wil proberen binnenkort
nogmaals contact met de gemeente op te nemen om te komen tot een mondeling overleg in de
omgang met leef- en voortplantingsgebied voor Groene glazenmaker. Dit is hard nodig omdat
eind oktober is geconstateerd dat er inmiddels een andere sloot in Hoogezand vrijwel volledig
van de Krabbenscheervegetatie is ontdaan!
Uitkomst van de sloot in het Drevenbos: de Krabbenscheer heeft zich goed hersteld en de
sloot is inmiddels weer geschikt voor Groene glazenmaker.
Waterschap Velt en Vecht – nu Vechtstromen:
De inventarisaties in het werkgebied van dit waterschap begonnen in 2010 met een bezoek
aan de Kamerlinghswijk te Zwartemeer. In 2011 is deze wijk geheel geschoond en in 2012
volledig uitgebaggerd en opgeknapt. Het leef- en voortplantingsgebied van Groene
glazenmakers is hier verdwenen. Vervolgens werd de omgeving verder geïnventariseerd en
werd de Runde ontdekt als leef- en voortplantingsgebied voor Groene glazenmakers. Op 4
september 2013 werd waargenomen dat hier werd geschoond in strijd met de Gedragscode.
Hierop is contact opgenomen met het waterschap en is op 13 september 2013 het gebied
bezocht met mevrouw J. van Schaik, ecoloog van het waterschap. Hierop zijn afspraken
gemaakt over het onderhoud aan de Runde en ook het onderhoud aan een nabij gelegen
veenkanaal. In 2014 lijken deze afspraken goed nagekomen.
Uitkomst: Op dit moment lijkt het doel van Stichting Platform Berend Botje met betrekking
tot leef- en voortplantingsgebied in het werkgebied van waterschap Vechtstromen bereikt: een
veilig en beschermd leef- en voortplantingsgebied voor Groene glazenmakers.
3
Waterschap Hunze en Aas:
De inventarisaties in het werkgebied van dit waterschap begonnen al in 2008 met
verkenningen in het uitgebreide werkgebied van dit waterschap. Het begon allemaal erg
hoopvol. In 2009 werd bekend dat het Westerdiep in Wildervank moest worden gebaggerd:
een leef- en voortplantingsgebied van Groene glazenmakers. Op initiatief van Stichting
Platform Berend Botje is hierop contact gezocht met de gemeente Veendam en hierop is in
overleg met uitvoerder Tauw en ecoloog Uko Vegter van waterschap Hunze en Aas een
“krabbenscheervriendelijke baggermethode” ontwikkelt met goed resultaat. Dit is hier boven
al beschreven bij gemeente Veendam. Daarna ging het al snel een keer helemaal mis.
Op 15 juli 2010 werd waargenomen dat het Beneden Westerdiep in Veendam volledig
ontdaan was van alle Krabbenscheer vegetatie: een prachtig leef- en voortplantingsgebied
voor Groene glazenmakers volledig vernietigd! Overleg met de ecoloog van het waterschap
leidde helaas niet tot een bevredigend resultaat waarop aangifte is gedaan bij de AID. De
uitkomst hiervan is Stichting Platform Berend Botje niet bekend, maar het heeft voor de lange
termijn, niet geleid tot een goed naleven van de Gedragscode. Daarna leek het even weer wat
beter te gaan. In 2010 is het Achterdiep in de gemeente Hoogezand-Sappemeer gebaggerd,
waarbij dezelfde “krabbenscheervriendelijke baggermethode” is gebruikt als in het
Westerdiep in Wildervank. Op verzoek van ecoloog Uko Vegter heeft ondergetekende het
gebied nog bezocht op 28-10-2010. Als volgt gemaild aan de heer Uko Vegter: “Hoogezand –
Sappemeer: Achterdiep, vanaf Winkelhoek- oostelijk eind. Geen Krabbenscheer meer gezien
– te laat in seizoen en te slecht weer en er werd al druk gebaggerd”. Deze werkwijze heeft
helaas niet geleid tot een duurzaam overleven van de Krabbenscheer en moet als mislukt
worden beschouwd. Volgens de Gedragscode moet het waterschap nu aanvullende
maatregelen nemen om te komen tot een goede staat van instandhouding van de beschermde
soort Groene glazenmaker. Bij aangetekend schrijven van 26 december 2013 heeft Stichting
Platform Berend Botje het waterschap gevraagd om deze maatregelen te nemen maar het
waterschap heeft hier niet op gereageerd: niet naar Stichting Platform Berend Botje en ook
niet met een aanvang van compenserende maatregelen! Zie bijlage 4.
Vervolgens heeft ondergetekende op verzoek van ecoloog Uko Vegter nog het
Tripscompagnie te Tripscompagnie bekeken op het voorkomen van Krabbenscheer
vegetaties in verband met plannen om hier te baggeren. Van website: www.waarneming.nl
was het voorkomen van Krabbenscheer hier bekend, maar wel erg kleine aantallen. Op 3 juni
2011 is het kanaal bekeken door ondergetekende, maar Krabbenscheer planten heeft
ondergetekende niet waargenomen en heeft dit aan ecoloog Uko Vegter doorgegeven. Kort
daarna ging het op twee plaatsen weer helemaal mis!
Op 21 juli 2011 werd geconstateerd dat in de Drouwenermond alle Krabbenscheer, leef- en
voortplantingsgebied voor Groene glazenmaker, was verwijderd. Dezelfde dag werd
geconstateerd dat in het Pagediep bij Veenhuizen ongeveer 80% van alle Krabbenscheer was
verwijderd. Uit coulance is hiervan geen aangifte gedaan, maar is contact gezocht met
ecoloog Uko Vegter van het waterschap om deze overtredingen te analyseren en wat te doen
om herhaling te voorkomen. Daarna bleek bij het Nieuwediep van de vakken 1,2 en3, op
vrijdag 16-12-2011, alle Krabbenscheer te zijn verwijderd. Overleg met het waterschap
leverde helaas niets op, waarop aangifte bij de NVWA is gedaan. De uitkomst hiervan was dat
de NVWA de Gedragscode nog eens heeft uitgelegd aan het waterschap en dat het NVWA het
waterschap heeft opgedragen om een deel van de verwijderde planten terug te plaatsen in het
Nieuwediep. Het waterschap heeft dit uiteindelijk gedaan, maar met frisse tegenzin.
Zie Bijlage 5.
Op maandag 9 juli 2012 zijn deze plaatsen door ecoloog Uko Vegter en mij bezocht en op
woensdag 11 juli 2012 nog eens door mij en de Onderhoudsmedewerkers die de maandag
4
daarvoor niet kwamen opdagen, omdat deze de datum foutief in de agenda hadden genoteerd!
In 2012 zijn verder geen grove overtredingen van de Gedragscode geconstateerd.
In 2013 vertrok ecoloog Uko Vegter bij het waterschap en hij werd opgevolgd door Paul
Hendriks. Tijdens een kennismakingsbezoek is afgesproken om op 1 juli 2014 een aantal
plaatsen te bezoeken: Nieuwediep en Dalweg 36 te Wildervanksterdallen. Hierbij heb ik de
heer Paul Hendriks verteld over het werk van Stichting Platform Berend Botje en hem
gewezen op een aantal problemen waar ik in de praktijk tegen aanloop.
In 2013 werden op twee plaatsen grove overtredingen van de Gedragscode waargenomen.
Valthermond, bij de sluis: op 18 juni 2013 geheel geschoond. Hiervan is aangifte gedaan bij
de NVWA met als uitkomst dat de dader onbekend is. Opgemerkt kan worden dat het
waterschap opvallend weinig moeite heeft gedaan om deze dader te achterhalen.
Emmer-Compascuum: sloot bij Ep Schuilinghstraat: op 4 september bleek de zuidzijde
van de sloot geheel geschoond, omstreeks 70% van alle Krabbenscheer in de sloot was hier
verwijderd. Contact opgenomen met ecoloog Paul Hendriks. Als reden voor het verwijderen
werd opgegeven: stinkend water en dode vissen tussen de Krabbenscheer.
Reactie: stinkend water is geen reden om Krabbenscheer te verwijderen en het is onmogelijk
dat er dode vissen tussen Krabbenscheer planten drijven. Naar mijn mening: een hele slechte
smoes om een overtreding goed te praten! Het is overigens hoogst opmerklelijk dat alle dode
vissen aan de zuidzijde van de sloot zouden hebben gelegen en niet één aan de noordzijde!
Overigens is het de vraag of dit schonen valt onder “bestendig onderhoud” zoals omschreven
onder 2.4 op pagina 18 van de Gedragscode!
Omdat herhaaldelijk contact in deze zaak niet leidde tot constructief overleg is besloten
aangifte van deze overtreding te doen.
In 2014 ontving ik op 3 februari een mail van de heer Paul Hendriks waarin deze
aankondigde de communicatie stop te zetten totdat er een uitspraak was gedaan door de
Rijksdienst Ondernemend Nederland inzake drie verzoeken tot handhaving. Zie Bijlage 6.
In 2014 werden er op zeven plaatsen overtredingen van de Gedragscode geconstateerd, die
werden toegeschreven aan waterschap Hunze en Aas. Hiervan bleek van één overtreding de
dader onbekend te zijn. De overige zes zijn wel gepleegd door het waterschap.
Nieuwediep: op 8 januari werd geconstateerd dat de vakken in het Nieuwediep allemaal weer
geschoond waren: 1,2 en 3 helemaal en 4 voor de noordelijke helft. Een herhaling van het
schonen in 2011. Aangezien het waterschap uit de afhandeling van de aangifte uit 2011
kennelijk niets had geleerd is besloten hierop aangifte te doen.
Wildervanksterdallen – Dalweg 36: drie locaties. Op 13 februari 2014 bleek dat er bij alle
drie locaties Krabbenscheer te zijn verwijderd. Locatie oost: vijftig procent geschoond.
Locatie west – hoog: vijftig procent geschoond en locatie west – laag: helemaal geschoond.
De reden van het doen van aangifte is het feit dat er hier helemaal geen noodzaak is om te
schonen en het feit dat de heer Paul Hendriks inmiddels had besloten de communicatie
eenzijdig stop te zetten!
Veendam – sloot Westerbrink: op 20 maart 2014 werd waargenomen dat de sloot geheel was
geschoond. Op de bodem van de sloot werden nog een schamele vijftig planten
Krabbenscheer geteld. Hiervan is aangifte gedaan: een grove overtreding van de
Gedragscode!
Borgercompagnie: op 20 maart werd geconstateerd dat de Krabbenscheer vegetatie van de
aanwezige 10.000 planten nog ongeveer 300 over waren, inclusief de planten die op de bodem
lagen. Van deze grove overtreding is aangifte gedaan.
5
Stadskanaal – Barthelazathe: op 22-05-2014 bleken er van de oorspronkelijke 1.000
Krabbenscheer planten er nog een schamele 50 planten over. Hiervan is aangifte gedaan. De
uitkomst is dat onduidelijk is wie hier verantwoordelijk voor is.
Communicatieprobleem: Hier wreekt zich het probleem van het eenzijdig opschorten van de
communicatie door de heer Paul Hendriks: normaal gesproken wordt eerst aan het waterschap
gevraagd wie hier de beheerder is en wordt met deze beheerder contact opgenomen. Dat is nu
niet meer mogelijk en rest er slechts het doen van aangifte!
Hoogezand: Achterdiep en Langewijk: deze bleken op 19 juli geheel geschoond. Gelet op
het eerder baggeren van het Achterdiep en het daarna vrijwel geheel blijvend verdwijnen van
Krabbenscheer is dit bijzonder verwijtbaar aan het waterschap. Aangezien communicatie met
de heer Paul Hendriks nog steeds niet mogelijk is en de ernst van de overtreding is besloten
aangifte te doen.
Emmer-Compascuum: sloot bij Ep Schuilinghstraat: op 16 juli bleek de zuidzijde van de
sloot weer geheel geschoond en het prille herstel van de Krabbenscheer vegetatie in de kiem
gesmoord. Hiervan is weer aangifte gedaan.
In 2013 en in 2014 rijgen de overtredingen van de Gedragscode zich aaneen als parels aan een
snoer. Een trieste zaak en het lijkt erop dat de bemoeienissen van de AID inzake het Beneden
Westerdiep in Veendam in 2010 en de NVWA inzake het Nieuwediep in 2011 niets hebben
opgeleverd, net zomin als mijn inspanningen, zowel wat betreft het aanleveren van de
verspreidingsgegevens van Krabbenscheer en Groene glazenmaker als het bespreken van de
overtredingen, zowel met ecoloog Uko Vegter als met de Medewerkers in het veld. Een triest
hoogtepunt in dezen is de eenzijdige verbreking van de communicatie met het waterschap
door de heer Paul Hendriks.
Overigens: bij alle aangiften en verzoeken staat steeds het belang van de Groene glazenmaker
voorop. Bij bijna alle verzoeken is aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland gevraagd
om handhavend op te treden, mede om herhaling van overtreding van de Gedragscode te
voorkomen!
Tot nu toe heeft de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland gemeend om dit niet te doen en
is het mede aan het uitblijven van handhavend optreden van de Rijksdienst te wijten, dat het
waterschap door kan gaan met het overtreden van de Gedragscode!
3. Slochterdiep project 2014: ondergetekende heeft zich in 2014 bezig gehouden met het
Slochterdiep project van het waterschap. Stichting Platform Berend Botje heeft met
betrekking tot dit project een Zienswijze ingediend inzake de Groene glazenmaker en
Krabbenscheer in het deelgebied Slochter Ae. De reactie van het waterschap op deze
zienswijze was naar mening van Stichting Platform Berend Botje onvoldoende en de Stichting
heeft hierop een reactienota geschreven en deze toegelicht op de vergadering van 18 juni
2014. Zie Bijlage 7.
Na deze vergadering heeft ondergetekende het gebied bezocht en de Krabbenscheer velden
bekeken op geschiktheid voor Groene glazenmaker. Deze Krabbenscheervelden bleken prima
geschikt voor Groene glazenmaker, die daar bij een volgend bezoek van 26 augustus 2014
ook zijn waargenomen.
4. Lezing voor de leden van de Nederlandse Vereniging van Libellenonderzoekers.
Op de studiedag van de NVL op 13 maart 2010 heeft ondergetekende een lezing gehouden
over Groene glazenmakers en Krabbenscheer in de Veenkoloniën en de eerste resultaten van
de onderzoekingen gepresenteerd.
6
5. Artikel in Twentsche Courant Tubantia.
Deze verscheen in de Twentsche Courant Tubantia van zaterdag 15 november 2008.
Zie bijlage 8
6. Advies Petgaten Broekenwering.
In april 2010 heeft ondergetekende Natuurmonumenten geadviseerd bij het aanleggen van
petgaten in het gebied Broekenwering. Zie bijlage 9.
Haaksbergen, 24 november 2014.
Drs. S.G. (Gerard) Dutmer, apotheker.
Libellendeskundige en adviseur voor Stichting Platform Berend Botje.
Roolfs 3
7482 LJ Haaksbergen.
7