Paddenstoelen op koffiedik - IM-ACES

© Copyright 2013 Dagblad De Limburger / Limburgs Dagblad.
Het auteursrecht, ook ten aanzien van artikel 15 AW, wordt
uitdrukkelijk voorbehouden. Woensdag, 29 januari 2014
BLAUWE ECONOMIE Hightech en landbouw bestuiven elkaar in innovatiecentrum in Venlo
De productie van oesterzwammen op een voedingsbodem van koffiedik bij GRO-Holland. Beneden: de knolselderij-paddenstoelkroket. foto’s GRO-Holland
Paddenstoelen op koffiedik
Bedrijven en instellingen,
zoals de TU Delft en HAS
Den Bosch, treffen elkaar in
een ‘blauw’ innovatiecentrum in Venlo. Het doel:
duurzaam produceren door
te leren van de natuur. Een
voorbeeld is het melken van
planten voor medicijnen.
door Peter Heesen
J
e kunt een koe melken, maar
ook een plant. Als je een plant
onder hoogspanning zet,
scheidt die vloeistoffen af. Bijvoorbeeld bonenkruid, dat carvacrol produceert. De stof heeft antibacteriële eigenschappen en kan
aan veevoer worden toegevoegd.
Door het natuurlijk medicijn kan
het gebruik van antibiotica worden
verminderd. Na een periode van
herstel kan de plant opnieuw worden gemolken.
Het is een uitvinding van de Technische Universiteit in Delft. Met
Flora Fluids wordt onderzocht hoe
de waardevolle vloeistoffen verkocht kunnen worden. De universiteit en het bedrijf zitten onder één
dak in Venlo: het Blue Innovation
Center. Het innovatiecentrum, dat
op 1 februari zijn deuren opent, is
een initiatief van Jeroen Rondeel
uit Venlo. De ondernemer is op 31
maart één van de sprekers tijdens
TEDxBinnenhof. Het thema van
de inspirerende lezingen is ‘Nederlandse oplossingen voor wereldproblemen’. Rondeel vertelt over de
plant als chemiefabriek, als voorbeeld van de blauwe economie.
Onder de gelijknamige titel schreef
Gunter Pauli, lid van de Club van
Rome, een boek over zijn gedachtegoed. De kern van
zijn boodschap: door
goed te kijken
naar de natuur kunnen we
duurzamer produceren
en consumeren.
Pauli was
topman van
Ecover, een Europese producent
van biologisch afbreekbare schoonmaakmiddelen. De belangrijkste
grondstof was palmolie. Pauli vond
het prachtig dat de milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen gretig aftrek vonden. Tot hij hoorde dat de
leveranciers van palmolie, met name in Indonesië, grote delen van
het regenwoud kapten voor de aanleg van palmboomplantages, zodat
de orang-oetan bedreigd werd. ‘Biologisch afbreekbaar’ is geen synoniem van ‘duurzaam’, ervoer hij.
Pauli ging op zoek naar voorbeel-
den hoe de natuur zelf problemen
oplost. Hij kwam op het spoor van
de Namibische woestijnkever, een
insect dat water haalt uit de mist
die enkele ochtenden per maand in
stormen over de woestijn waait. Na
bestudering van de wateraantrekkende vleugels van de kever zijn
koeltorens gebouwd die minder water verspillen. De Belg hoorde van
vrouwen in Colombia en Zimbabwe die koffiepulp verwerken in een
voedingsbodem voor
paddenstoelen.
paddenst
Jan Willem
Bosman
Jansen paste via zijn
bedrijf
GROHolland
het procedé in Nederland toe.
Op koffiedik
van de restaurants van La Place worden oesterzwammen geteeld. Zij worden onder meer verwerkt tot een knolselderij-paddenstoelkroket, die weer
via La Place wordt verkocht. De kroket wordt geproduceerd op basis
van een recept van chef-kok Eric
Swaghoven van restaurant Valuas
in Venlo.
Bosman Jansen is vandaag te gast
bij het Blue Innovation Center, waar
hij zal vertellen hoe de blauwe economie een duurzame snack voortbrengt. Het voorbeeld moet de be-
woners van het innovatiecentrum
inspireren om nieuwe paden te bewandelen. Het bedrijfspand, dat al
jaren leeg stond, is gekocht door
particuliere investeerders die anoniem willen blijven. Zij verhuren
het tegen lage prijzen aan bedrijven en instellingen die verbanden
leggen tussen hightech en landbouw. Zoals de TU Delft en HAS
Den Bosch, maar ook Holland Innovative. Jeroen Rondeel is partner
bij dit bedrijf, dat innovatie aanjaagt. Maar ook de Rabobank Venlo kijkt met belangstelling naar de
kweekvijver van innovatieve ideeën. De bank heeft een investeringsfonds om veelbelovende starters op
weg te helpen. Rondeel zegt dat de
blauwe economie niet verward
moet worden met cradle-tocradle. C2C is een productiemethode die ‘beschermd’ wordt door
strenge eisen, terwijl de blauwe economie uitgaat van de gedachte dat
elke verbetering al vooruitgang is
en gewaardeerd moet worden.
In het Blue Innovation Center zit
ook een bedrijf dat vooral bestaat
uit zestigplussers: IM-Aces. Het zijn
hoogopgeleide gepensioneerden
die hun kennis en ervaring ten
dienste van de maatschappij willen
stellen. De knappe koppen werken
op basis van no cure no pay aan tal
van projecten, zoals het winnen
van mineralen uit drijfmest. Rondeel: „Ook dat past in de filosofie
van de blauwe economie.”