Provinciale dienst van: .................................................................................................................................................. Datum: ............ Operator : ....................................................................................................................... N° uniek Adres : ...................................................................................................................................................................... ............................................................... Verantwoordelijke Controleur: ................................................ Nr: 01 4 ............................. ....................... C : conform NC : niet-conform NA : niet van toepassing 03 /0 3/ 2 PRI 2187 Slachten en uitslachten van pluimvee en lagomorfen in het slachthuis Dierenwelzijn [2187] v5 H : hoofdstuk B : bijlage A : artikel § : paragraaf L : Lid P : punt C UITLADEN 1. De kisten en containers bevinden zich in goede staat. Europese verordening : 1099/2009 B3P1.3 (1*) NA 3 De kisten of containers vertonen een aanvaardbare beladingsdichtheid. 10 er d 2. Punten op 1. NC rc hi ve Europese verordening : 1/2005 B1H7 E (2*) 0 % Onvoldoende : 0 % ea 0 0 Totaal van de wegingsfactoren : 0 0 % van de niet-conformiteiten : Limieten : Te verbeteren : Ongunstig major : 0 G Ongunstig minor : 0 Totaal : Commentaar controleur 2. PLAATSEN VOOR IN ONTVANGSTNAME VAN LEVENDE VOGELS 0 0 % waarvan 0 met * 1. De plaatsen waar de dieren in ontvangst worden genomen bieden voldoende bescherming tegen ongunstige weersomstandigheden. 3 Koninklijk besluit : 16/01/1998 B A1N H1 P4 (3*) 2. Ventilatiesystemen zijn zodanig ontworpen, geïnstalleerd en onderhouden dat het welzijn van de dieren continu is gewaarborgd, rekening houdend met de weersomstandigheden. Bij gebruik van mechanische ventilatiemiddelen is er een waarschuwingssysteem en noodvoorziening beschikbaar. 3 Koninklijk besluit : 16/01/1998 BH1B7 (4*) Er heerst geen overdreven opwinding onder de vogels. 01 4 3. 3 Koninklijk besluit : 16/01/1998 A4 (5*) De dieren worden zo snel mogelijk na aankomst uitgeladen en vervolgens zonder onnodige vertraging geslacht. De welzijnsomstandigheden van elke zending dieren worden systematisch bij aankomst beoordeeld om de prioriteiten in kaart te kunnen brengen. Europese verordening : 1099/2009 B3P1.1P1.2 (1*) Totaal : Totaal van de wegingsfactoren : % Onvoldoende : 0 % Ongunstig minor : 0 0 0 0 0 % Ongunstig major : 0 waarvan 0 met * hi ve Commentaar controleur er d 0 0 op % van de niet-conformiteiten : Limieten : Te verbeteren : 10 03 /0 3/ 2 4. BEHANDELING VAN DE DIEREN 1. De kisten, containers en dieren worden met gepaste zorg en voorzichtigheid behandeld. ea rc 3. 10 Europese verordening : 1099/2009 B3P1.3P1.4 (1*) De dieren blijven niet vastzitten in de kisten of containers of aan de infrastructuur van de slachtlijn. G 2. 10 Europese verordening : 1099/2009 A3 (1*) 3. Ontsnapte dieren worden snel weer gevat. Europese verordening : 1099/2009 A3 (1*) 3 0 Totaal : 0 0 Totaal van de wegingsfactoren : 0 0 Limieten : Te verbeteren : 0 % Onvoldoende : 0 % Ongunstig minor : 0 Ongunstig major : 0 % waarvan 0 met * 03 /0 3/ 2 Commentaar controleur 0 01 4 % van de niet-conformiteiten : 0 4. BEDWELMING EN VERBLOEDING 1. De dieren worden voor het slachten bedwelmd volgens een toegelaten methode. Europese verordening : 1099/2009 A4 (1*) TYPE BEDWELMING en PARAMETERS: Elektrische bedwelming: Stroomsterkte (A)..... Spanning (V)..... Frequentie (Hz)..... Duur (s.)..... Gas: Concentratie ..... Andere: Aard: ......................... 3. Bij defect van het bedwelmingssysteem wordt de slachtlijn meteen stilgelegd. ve er d op 2. 10 10* De vogels raken niet gewond wanneer ze aan de lijn worden opgehangen. Ze worden behoedzaam vastgehaakt. 10 rc 4. hi Europese verordening : 1099/2009 A3 (1*) ea Europese verordening : 1099/2009 B2H2P6 (1*) Eenden, ganzen en kalkoen hangen niet langer dan 2 minuten bij bewustzijn aan de aanhaaklijnen. Andere vogels niet langer dan 1 minuut. Van toepassing op alle slachthuizen die na 1 januari 2013 voor het eerst in gebruik werden genomen of na die datum gebouwd of verbouwd werden. Met ingang van 8 december 2019 is dit van toepassing op alle slachthuizen. 3 G 5. Europese verordening : 1099/2009 B2P5.2 (1*) 6. Vanaf het punt van het aanhaken van de vogels totdat zij de waterbadbedwelmer ingaan, is er een voorziening aangebracht die met de borst van de dieren in aanraking komt om hen te kalmeren. Van toepassing op alle slachthuizen die na 1 januari 2013 voor het eerst in gebruik werden genomen of na die datum gebouwd of verbouwd werden. Met ingang van 8 december 2019 is dit van toepassing op alle slachthuizen. Europese verordening : 1099/2009 B2P5.8 (1*) 3 7. Bij elektrische bedwelming met waterbad krijgen de dieren geen elektrische schokken voordat zij in het bad terechtkomen. 10 Koninklijk besluit : 16/01/1998 B A3N H3 P3b (3*) 8. Bij elektrische bedwelming met waterbad wordt het waterpeil goed geregeld. 10 Koninklijk besluit : 16/01/1998 B A3N H3 P3bi (3*) De apparatuur voor waterbadbedwelming is voorzien van een systeem dat de gegevens van de cruciale elektrische parameters toont en registreert. Van toepassing op alle slachthuizen die na 1 januari 2013 voor het eerst in gebruik werden genomen of na die datum gebouwd of verbouwd werden. Met ingang van 8 december 2019 is dit van toepassing op alle slachthuizen. Europese verordening : 1099/2009 B2P5.10 (1*) Bij CO2-bedwelming is de bedwelmingsruimte voorzien van apparaten waarmee de concentratie koolstofdioxide kan worden gemeten op de plaats van maximale blootstelling aan het gas. Koninklijk besluit : 16/01/1998 BH3A4.c (6*) 11. De bedwelming brengt het dier in een staat van volledige bewusteloosheid en de toestand van bewusteloosheid en gevoelloosheid wordt aangehouden tot bij het dier de dood is ingetreden. Europese verordening : 1099/2009 A4 (1*) 12. 3 03 /0 3/ 2 10. 3 01 4 9. Bij gebruik van automatische halsafsnijders is manuele hulp beschikbaar en permanent aanwezig tijdens het verbloeden. 10 10 13. Alle vogels zijn dood als ze in de broeibak terechtkomen. 14. er d Europese verordening : 1099/2009 B3P3.2 (1*) op Koninklijk besluit : 16/01/1998 B A4N H4 P4 (3*) Bij religieuze slacht zonder bedwelming wordt onnodig lijden vermeden. 10 10 De operator zorgt ervoor dat alle apparatuur voor het fixeren of bedwelmen van dieren onderhouden en gecontroleerd wordt volgens de instructies van de producent door personen die daartoe specifiek zijn opgeleid. De operator houdt hiervan een onderhoudsregister bij. 3 hi 15. ve Europese verordening : 1099/2009 A3 (1*) De operator ziet erop toe dat personen die verantwoordelijk zijn voor de bedwelming of ander daartoe aangewezen personeel, periodiek controles uitvoeren om te waarborgen dat de dieren geen tekenen van bewustzijn of gevoeligheid vertonen tussen het eind van het verbloedingsproces en hun dood. 10 ea 16. rc Europese verordening : 1099/2009 A5P1 (1*) G Europese verordening : 1099/2009 A5P1 (1*) 17. De operator heeft voor de controle op de bedwelming monitoringprocedures opgesteld en deze worden toegepast. 10 Europese verordening : 1099/2009 A16 (1*) 18. De operator heeft standaardwerkwijzen opgesteld met betrekking tot het doden van dieren en de daarmee verband houdende activiteiten, en handelt naar deze standaardwerkwijzen. Europese verordening : 1099/2009 A6 (1*) 10 Totaal : 0 0 Totaal van de wegingsfactoren : 0 0 % van de niet-conformiteiten : Limieten : Te verbeteren : 0 % Onvoldoende : 0 % Ongunstig major : 0 % waarvan 0 met * 01 4 Ongunstig minor : 0 0 0 03 /0 3/ 2 Commentaar controleur 5. PERSONEEL 1. Het doden van dieren en de daarmee verband houdende activiteiten worden uitsluitend uitgevoerd door personeel dat voldoende bekwaam is en dat over een getuigschrift van vakbekwaamheid beschikt voor de activiteiten die door hen uitgevoerd worden. Het personeel is voldoende talrijk. 10 2. op Europese verordening : 1099/2009 A7P1P2 (1*) De operator heeft een functionaris voor het dierenwelzijn aangeduid en deze voert zijn taak naar behoren uit. 10 3. er d Europese verordening : 1099/2009 A17 (1*) Bij het uitvoeren van een rituele slachting beschikt de offeraar over een geldige machtiging. 10 ea rc hi ve Koninklijk besluit : 11/02/1988 A2 §1 (7*) 0 % Onvoldoende : 0 % G 0 0 Totaal van de wegingsfactoren : 0 0 % van de niet-conformiteiten : Limieten : Te verbeteren : Ongunstig minor : 0 Totaal : Ongunstig major : 0 0 0 % waarvan 0 Commentaar controleur Wetgeving: 1*. verordening (eg) nr. 1099/2009 van de raad van 24 september 2009 inzake de bescherming van dieren bij het doden 2*. kb 09/07/99 betreffende de bescherming van dieren tijdens het vervoer en de erkenningsvoorwaarden van vervoerders, handelaars, halteplaatsen en verzamelcentra. met * 3*. koninklijk besluit van 16/01/1998 inzake de bescherming van dieren bij het slachten of doden 4*. kb 16/01/98 inzake de bescherming van dieren bij het slachten of doden. 5*. koninklijk besluit van 16/01/1998 inzake de bescherming van dieren bij het slachten of doden 6*. koninklijk besluit van 16 januari 1998 inzake de bescherming van dieren bij het slachten of doden. 7*. kb 11/02/1988 betreffende sommige door een religieuze ritus voorgeschreven slachtingen. 03 /0 3/ 2 01 4 Commentaar controleur er d op Commentaar operator Gunstig Gemaakt te hi ve Gunstig met opmerkingen G ea rc Handtekening en stempel controleur , op Naam operator of aanwezige persoon : Functie : Tekent voor kennisname : Ongunstig
© Copyright 2024 ExpyDoc