De vrouw van schipper Ké Ts= G (intro: In Hardewijk daar woonde enz In Papendrecht daar woonde, De vrouw van schipper Ké Een ieder die haar beloonde, mocht met haar naar benéé Een ieder die haar beloonde mocht_ _ met haar naar benéé Maar eerst werd er gedronken, Een borreltje of vier, In zulke grote kruiken, vol brandewijn en bier In zulke grote kruiken vol_ _ brandewijn en bier. En hadden zij hun dorst gelest, Maar hun geld was nog niet op, Dan gingen ze naar beneden, al met hun zatte kop Dan gingen ze naar beneden al_ _ met hun zatte kop Maar beneden aangekomen, Wachtte hun een grote pech, Daar werden zij geronseld, al hun centen waren weg Daar werden zij geronseld al_ _ hun centen waren weg Zo voer daar menig zeeman, Op een zeilschip naar de West, Omdat ze bij de vrouw van Ké, hun dorst hadden gelest Omdat ze bij de vrouw van Ké,_ _ hun dorst hadden gelest In Papendrecht daar woonde De vrouw van schipper Ké Die haar brood verdiende, aan de mannen van de zee Die haar brood verdiende aan_ _ de mannen van de zee Jahhhhh, die haar brood verdiende, Aan _ _ de mannen van de zee 58 De vrouw van schipper Kee Gemaakt op 25-4-2014 58
© Copyright 2024 ExpyDoc