Factsheet Elektronische controle Wat is elektronische controle? Elektronische controle (EC) is een technisch hulpmiddel om te controleren of een jongere zich houdt aan een locatiegebod of een locatieverbod. Effectieve inzet van elektronische controle bij jongeren bestaat uit de combinatie van controle en begeleiding. Bij de pedagogische toepassing (meest toegepast) ligt de nadruk vooral op de begeleiding en minder op de controle (ruimte om het gewenste gedrag te leren). Er is een hogere tolerantiegrens. Bij de toepassing vanuit het perspectief van risico (bijvoorbeeld bij een aanwijsbaar te beschermen slachtoffer) verschuift dit enigszins en is er sprake van een lagere tolerantiegrens. De enkelband is de meest gebruikte vorm van EC. Er zijn twee soorten: • Een veel gebruikte enkelband voor jongeren is de GPS-enkelband. Deze registreert waar de jongere zich op welke tijd bevindt en wordt toegepast bij de bijzondere voorwaarde ‘locatieverbod’ (eventueel in combinatie met een ‘locatiegebod’). De satelliet maakt contact met de GPSenkelband en registreert nauwkeurig de positie van de jongere. Wanneer GPS-enkelband de jongere een verboden gebied betreedt (bijvoorbeeld het winkelcentrum of binnen een bepaalde straal van de woonplaats van het slachtoffer) vindt signalering, alarmering en opvolging plaats. Als er sprake is van een aanwijsbaar te beschermen slachtoffer wordt direct de politie ingeschakeld. Zij zorgt voor de bescherming van het slachtoffer en handelt volgens het afgesproken protocol. • De gewone enkelband werkt op basis van radiogolven (RFiD) en registreert de aan- of afwezigheid op één locatie (veelal het huisadres). Hij is daarom geschikt voor controle van een gebiedsgebod, zoals een huisarrest. De jeugdreclassering kan retrospectief zien of de jongere wel of niet thuis was op de afgesproken tijden. De jeugdreclassering onderneemt actie bij overtredingen. Enkelband Ontvanger met telefoon In beide gevallen moet de jongere gedurende het traject continu de enkelband dragen. De jongere moet zich houden aan een weekschema en meldingsafspraken. Overtredingen van de afspraken worden als een melding in het systeem geregistreerd. De jongere ontvangt zelf bij elke overtreding ook een trilsignaal op de enkelband. De geregistreerde gegevens kunnen gebruikt worden: • door de jeugdreclassering om actie te ondernemen; bijvoorbeeld als de jongere 2 uur na de afgesproken tijd nog niet thuis is. • door de jeugdreclassering om tijdens het begeleidingsgesprek met de jongere te bespreken. • door de politie om direct actie te ondernemen; bijvoorbeeld op het moment dat de jongere een verboden gebied binnengaat en er sprake is van een slachtoffer dat acuut beschermd moet worden (hybride melding). Voor wie is elektronische controle bedoeld? Harde kern jongeren die aan alle instroomcriteria voor de doelgroep van de begeleidingsmaatregel Harde Kern van de jeugdreclassering voldoen. Jongeren waarbij na afname van het LIJ sprake is van een hoog algemeen recidive risico (ARR) en waarbij het dynamisch risicoprofiel (DRP) op meerdere domeinen midden of hoge score geeft. Jongeren waarbij de verwachting is dat de strakke controle van het locatiegebod/ locatieverbod een positieve invloed heeft op de veranderbare criminogene factoren, bijvoorbeeld op: • het behoud/verkrijgen van een opleiding of werk • gedrag of de houding van de jongere • het structurerend vermogen van de jongere • het verbeteren van de relatie met familie • het heropbouwen van het ouderlijk gezag Voor wie is elektronische controle in principe niet bedoeld? Jongeren: • bij wie het de verwachting is dat hij/zij niet kan leren om zich aan afspraken te houden. • bij wie dagbesteding niet realiseerbaar is. • bij wie sprake is van ernstige (drugs)verslaving of ernstige gedragsstoornis/ psychopathologie. • van 15 jaar of jonger. 2 • op wie het imago van de enkelband een averechts effect heeft (heroïsering/ aanzien binnen de vriendengroep). • waarvan de ouders geen inzet tonen om passende opvoedingsvaardigheden te leren. • die verdacht worden van of schuldig bevonden zijn aan strafbare feiten die de samenleving schokken. • zonder vast woonadres . • bij wie sprake is van een instabiele of onveilige thuissituatie. Binnen welk juridisch kader kan elektronische controle opgelegd worden? Elektronische controle is mogelijk bij een locatiegebod of locatieverbod in het kader van: • een bijzondere voorwaarde bij schorsing van de voorlopige hechtenis. • een bijzondere voorwaarde bij een voorwaardelijke sanctie (bijvoorbeeld jeugddetentie of PIJ maatregel) bij vonnis opgelegd. • als onderdeel bij de Gedragsbeïnvloedende Maatregel (GBM). • als onderdeel van een Scholings- en TrainingsProgramma (STP) in het kader van langdurende detentie (>3 maanden) of PIJ. • bij een verlenging van de voorwaardelijke beëindiging van de PIJ. Loket EC Het Loket EC is bedoeld en toegankelijk voor medewerkers van de Raad voor de Kinderbescherming en het Openbaar Ministerie. Het Loket biedt naast achtergrondinformatie over EC het OM de mogelijkheid om de Raad voor de Kinderbescherming te verzoeken om in zijn onderzoek nadrukkelijk de afweging te maken of elektronische controle toegepast kan worden. De Raad voor de Kinderbescherming gebruikt het Loket EC voor de aanvraag van een uitvoeringstoets elektronische controle bij de Reclassering Nederland (technisch). Tegelijk verzoeken zij de jeugdreclassering om een inhoudelijke uitvoeringstoets. Deze toetsen leiden tezamen tot een deeladvies EC. Het deeladvies wordt door de Raad voor de Kinderbescherming gebruikt in zijn advies aan het Openbaar Ministerie en de Kinderrechter/ Rechter Commissaris (Zittende Magistratuur). In het kader van een Pro Justitia Onderzoek (PO) kan een NIFP-rapporteur elektronische controle adviseren ter ondersteuning van een bijzondere voorwaarde bij voorwaardelijke jeugddetentie, voorwaardelijke PIJ of GBM. De rapporteur onderbouwt waarom elektronische controle nodig/ wenselijk is. In het geval de rapporteur overweegt om elektronische controle te adviseren, dan neemt hij/ zij zo spoedig mogelijk contact op met de toegewezen raadsonderzoeker of casusregisseur van de Raad voor de Kinderbescherming om te overleggen over de mogelijkheden om elektronische controle in te zetten. Het is van belang dat dit zo snel mogelijk gebeurt, zodat de Raad voor de Kinderbescherming een aanvraag voor deeladvies EC kan doen via het Loket EC èn het deeladvies EC tijdig beschikbaar is voor het afronden van de PO-rapportage. In het geval de rapporteur overweegt elektronische controle te adviseren in het kader van de toepassing van het jeugdstrafrecht bij een jongvolwassene (18-23 jaar) neemt hij/ zij contact op met de Reclassering. Meer informatie? www.nifpnet.nl 3 Welke partners zijn betrokken bij de uitvoering van elektronische controle?
© Copyright 2024 ExpyDoc