14 Uitwisselingen aan het aardoppervlak REKENVOORBEELDEN 1. Met behulp van metingen in de atmosfeer vinden we de volgende gemiddelde grootheden: z(m) 2 1 -1 u (m s ) 5.0 4.5 T (°C) 18.1 18.2 Bepaal met deze gegevens de schuifspanningssnelheid (u*) en de ruwheidslengte (z0) als we aannemen dat deze metingen zijn uitgevoerd in een neutrale situatie Oplossing Tweemaal toepassing van het logaritmische windprofiel, u(z) = u* κ ln( z ) , geeft de 2 z0 onafhankelijke vergelijkingen: u( 2 ) = 5.0 = u* 2 ln( ) 0.4 z0 u( 1 ) = 4.5 = u* 1 ln( ) 0.4 z0 Dit zijn 2 vergelijkingen met 2 onbekenden, dus is dit stelsel oplosbaar. De onderste van de bovenste vergelijking aftrekken levert op: ∆u = 0.5 = u* 2 ln( ) 0.4 1 of u* = 0.5 × 0.4 = 0.29 m s −1 ln( 2 ) Dit resultaat ingevuld in de eerste snelheidsvergelijking levert op: u( 2 ) = 5.0 = 0.29 2 5 .0 × 0 .4 ln( ) ofwel z 0 = 2 × exp − = 0.002 m = 2 mm 0.4 0.29 z0 REKENOPGAVEN 1. Windsnelheden boven een uitgestrekt grasveld worden gemeten op 2 en 10 m hoogte. 1 -1 -1 a) Op zekere dag meet men u(2) = 4.5 ms en u(10) = 6.5 ms in neutrale condities. Bereken de ruwheid van het gras. -1 -1 b) Even later meet men u(2) = 15 ms en u(10) = 20 ms . Bereken nogmaals de z0 waarde en verklaar het verschil met de eerder gevonden waarde. 2. Bereken de Bowen-verhouding (β) uit de volgende meetgegevens welke 's nachts zijn verkregen bij p = 100 kPa. Gegeven dat: es(12.6°C) = 1.48 kPa en es(11.8°C) = 1.41 kPa. De beschikbare energie aan -2 het oppervlak is – 50 W m . b) Hoe groot is de fout in de Bowen-verhouding (in %) als géén omrekening van temperatuur naar potentiële temperatuur wordt gemaakt? a) z (m) 2.10 0.30 RH (%) 64 68 T (°C) 12.6 11.8 -1 u (m s ) 2.3 0.9 c) Geef vervolgens schattingen voor de fluxen H en LvE. 3. Geef een schatting van de ruwheidslengte en de wrijvingssnelheid op basis van de meetgegevens in opgave 2 (neem aan dat het windprofiel bij benadering logaritmisch is). 4. Schat het temperatuurverschil tussen 2 en 1 m als de Bowen-verhouding 0.3 is bij een ∆q van 1 -2 g/kg. Als de beschikbare energie 500 W m is, maak dan een schatting van de fluxen H en LvE. 5. Op het meetveld op de Haarweg worden de temperatuur en de natte-bol temperatuur op twee hoogten dicht bij het aardoppervlak gemeten (zie tabel). z (m) 2 1 Tw (°C) 10.0 10.3 T (°C) 18.4 18.8 * -2 Bereken door middel van de energiebalansmethode H en LvE. Gebruik Q = 560 W m en G = 50 -2 W m . De luchtdruk is 100 kPa. ANTWOORDEN REKENOPGAVEN 1. a) z0= 0.053 m; b) z0 = 0.015 m (stroomlijning van grasbladen in de wind). 2. a) β = -4.558; b) fout is ongeveer 2% ; c) H = -64 W m ; LE = +14 W m 3. z0 = 8.6 cm; u * = 0.288 m s 4. ∆T = 0.736 °C; H = 115.4 W m ; LvE = 384.6 W m . 5. H = 296.4 W m ; LvE = 213.6 W m 2 -2 -1 -2 -2 -2 -2 -2
© Copyright 2024 ExpyDoc