Lees meer - Hekkelman Advocaten & Notarissen

Nieuwsbrief Milieurecht
17 april 2015
Spuitzone, spuitgevoelige functies
Met deze nieuwsbrief brengen wij de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de
Raad van State (hierna: ‘de Afdeling’) van 1 april 2015 (ECLI:NL:RVS:2015:1007) onder uw
aandacht. Deze uitspraak behandelt een bestemmingsplan waarmee de vestiging van een
landbouwmechanisatiebedrijf met bedrijfswoning en bedrijfshallen wordt mogelijk gemaakt.
Appellanten exploiteren fruitbomen en een graanakker nabij het plangebied.
Essentie
Volgens appellanten zijn de bedrijfs- en kantoorruimten en de bijbehorende erven van het
landbouwmechanisatiebedrijf, evenals de bedrijfswoning met bijbehorende tuin, gevoelige
functies die bescherming tegen gewasbeschermingsmiddelen behoeven, omdat hier langdurig
mensen verblijven. Volgens de gemeenteraad is dit niet het geval. De gemeenteraad
kwalificeert enkel de bedrijfswoning met bijbehorende tuin als spuitgevoelige functie. De
gemeenteraad sluit hierbij aan bij de omschrijving van gevoelige functies in milieuregelgeving
zoals het Besluit gevoelige bestemmingen (luchtkwaliteitseisen), de Wet geluidhinder en het
Activiteitenbesluit milieubeheer. De Afdeling volgt de gemeenteraad hierin niet. De Afdeling
overweegt dat deze regelgeving ziet op andere vormen van milieuhinder en dat hier voor de
bepaling van spuitgevoelige functies niet zonder meer bij kan worden aangesloten. De Afdeling
geeft aan dat bedrijfsgebouwen, waar langdurig mensen verblijven en daarmee een grotere
kans lopen op blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen, als gevoelige functies kunnen
worden aangemerkt.
Voor zover de gemeenteraad erop wijst dat het zeer onwaarschijnlijk is dat mensen in de
bedrijfshallen worden blootgesteld aan drift vanwege het ontbreken van gevelopeningen in de
bedrijfshallen en de aanwezigheid van een vijf meter hoge schutting, overweegt de Afdeling dat
de gemeenteraad hiermee ten onrechte rekening heeft gehouden, aangezien dit niet is
verzekerd in de planregels.
Nader bekeken
De Afdeling overweegt het volgende:
pagina 2
“(…) 6.2.3. De raad heeft voor zijn standpunt dat alleen de bedrijfswoning met bijbehorende tuin
in het plan als spuitgevoelige functie moet worden aangemerkt en de bedrijfsgebouwen niet,
aangesloten bij de omschrijving van gevoelige functies in milieuregelgeving zoals het Besluit
gevoelige bestemmingen (luchtkwaliteitseisen), de Wet geluidhinder en het Activiteitenbesluit
milieubeheer. Deze regelgeving ziet echter op andere vormen van milieuhinder. Voor de bepaling
van gevoelige functies in verband met blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen kan dan
ook niet zonder meer bij deze milieuregelgeving worden aangesloten. Ook uit de door de raad
aangehaalde brief van de Staatssecretaris van infrastructuur en milieu van 18 februari 2014 over
het rapport van de Gezondheidsraad inzake de risico’s van gewasbeschermingsmiddelen kan niet
worden afgeleid dat de gevoelige functies in het plan beperkt moeten worden tot de
bedrijfswoning. Dat bedrijfsgebouwen, waar mensen langdurig verblijven en daarmee een grotere
kans lopen op blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen, als gevoelige objecten kunnen
worden aangemerkt lag ook ten grondslag aan de hiervoor onder 6. genoemde uitspraak van de
Afdeling van 3 december 2008. Bovendien zijn de gronden van het bedrijfsperceel mede bestemd
voor detailhandel en kantoren ten dienste van het landbouwmechanisatiebedrijf.
De raad heeft voorts gesteld dat het zeer onwaarschijnlijk is dat er vanuit de naastgelegen
boomgaarden ter hoogte van de bedrijfshallen en bijbehorende erven sprake is van een relevante
blootstelling aan druppeldrift van gewasbeschermingsmiddelen. Voor zover de raad daarbij wijst
op het ontbreken van gevelopeningen in de bedrijfshallen aan de zijde van de boomgaarden en
graanakker en de aanwezigheid van een schutting van 5 m hoog aan de zijde van de erven wordt
vastgesteld dat dit niet is verzekerd in de planregels.
Nu de raad voor de beoordeling van het woon- en leefklimaat in verband met het gebruik van
gewasbeschermingsmiddelen niet alle gevoelige objecten in het plan heeft betrokken, zijn de
bestreden besluiten in zoverre onzorgvuldig voorbereid.
Het betoog slaagt. (…)”.
Voor vragen en/of opmerkingen naar aanleiding van deze nieuwsbrief kunt u zich wenden tot:
Renske van Dreumel-Wingens
[email protected]
024 – 3 828 333
Disclaimer
De informatie in deze nieuwsbrief is bedoeld ter voorlichting van cliënten en andere relaties en kan niet worden gebruikt als advies in
individuele situaties. In die gevallen kan vanzelfsprekend een op de specifieke situatie toegesneden advies worden gegeven.
Hoewel deze nieuwsbrief met de grootst mogelijke zorgvuldigheid tot stand is gekomen, aanvaardt Hekkelman Advocaten N.V. geen
enkele aansprakelijkheid voor eventuele fouten of andere onjuistheden (of de gevolgen daarvan).
© Hekkelman Advocaten N.V.