3 in balans: leraar – directeur – bestuurder

 De Grote Professionaliseringsdag 2015 3 IN BALANS: LERAAR -­‐ DIRECTEUR -­‐ BESTUURDER 10 april 2015 – Pakhuis de Zwijger, Amsterdam Visie op het thema De tijd van grote, meeslepende ideeën bedenken en die vervolgens droppen op de werkvloer is definitief voorbij. Top-­‐down sturing is passé; het werkt niet!. De uitdaging van nu is om de visie op leren te verbinden met “ontwikkeling van onderop”. Leraren op de werkvloer hebben zich verbonden aan die visie en zijn mensen die iedere dag weer ervaren wat werkt en wat niet. Zij zijn dan ook de veranderagenten om het onderwijs steeds beter te maken. Maar hoe stuur je van onderop als je zelf in een leidinggevende rol zit als teamleider, directeur of bestuurder? Dat is op zijn zachtst gezegd een paradoxale uitdaging! Kan dat wel? Ja, we weten dat het kan, maar het is niet eenvoudig! De Leraar … neemt de leiding We beginnen bij de leraar. De opdracht voor de leraar is om leiding te nemen over het verbeteren van het onderwijs en het verbeteren van zijn eigen vakmanschap. Hij ziet als geen ander samen met zijn collega-­‐leraren, wat er goed gaat en beter kan. Dat vraagt reflectie en initiatief. Maar wil hij dat wel? Is hij voldoende gemotiveerd om steeds weer te zoeken naar nieuwe wegen om leerlingen tot grotere hoogten te brengen? Is hij voldoende kritisch en toetst hij zijn handelen aan zijn collega’s? Kan hij het ook, in de zin dat hij de competenties heeft om te reflecteren en te zien wat hij moet leren? Of heeft hij gebrek aan ruimte om te doen wat hij wil of kan en ligt daar de crux? De directeur …. stelt vragen De directeur – als metafoor voor de leidinggevende op een school – heeft als opdracht leraren de goede vragen te stellen zodat hen dit verder helpt in hun professionele ontwikkeling De directeur daagt uit, stimuleert initiatieven, geeft de ruimte voor ontwikkeling en faciliteert. Maar wil en kan hij dat wel? Weet hij een context te creëren waarin er geleerd en verbeterd wordt, ondanks grote werkdruk? Hoe gaat hij om met onderpresteerders? Kan hij vertrouwen geven aan de professionals of wil of kan hij niet loslaten, bang dat hij bijvoorbeeld zijn streefcijfers niet haalt? De bestuurder …. is blij Op relatieve afstand overziet de bestuurder wat er gebeurt op de scholen en is tevreden! Tevreden met de bovengenoemde leraar en directeur omdat die er samen voor zorgen dat het onderwijs op niveau is en leerlingen zich goed ontwikkelen. Zijn opdracht is om precies te weten wie hij moet complimenteren en wie aanspreken! , om processen zo autonoom mogelijk te laten plaatsvinden. En uiteraard is hij eindverantwoordelijk voor het voldoen aan de wettelijk vastgelegde kwaliteitseisen. De vraag is of hij een buffer vormt tegen de externe druk en een goed ontwikkelklimaat kan creëren waarin scholen kunnen excelleren. Of delegeert hij die druk “slechts” naar beneden? Is hij in staat om verschillen tussen mensen te zien en zijn interventies erop af te stemmen? 3 in balans: leraar – directeur – bestuurder De kwaliteit van het onderwijs wordt in belangrijke mate bepaald door het samenspel tussen deze 3 actoren. De kwaliteit van de bestuurder om op maat te sturen én ruimte te geven en dit te doen met lef én liefde, is cruciaal voor de directeuren in de scholen. Als een bestuurder hierin slaagt, dan wordt dat ‘gevoeld’ op de werkvloer. Hetzelfde geldt voor een directeur. Zijn vaardigheid om zowel eisen te stellen aan een lerende houding als oog te hebben voor de menselijke maat, is cruciaal voor leraren. Hij zal extra slim moeten zijn in het zien waar goede energie ontstaat, en hoe hij die kan versterken of gewoon niets doen. Hij zal zijn eigen persoonlijkheid in een open sfeer neer moeten zetten. En de leraar? Die verdient het om uitgedaagd, gestimuleerd en voor alles toegerust te worden om te werken aan beter onderwijs voor zijn leerlingen. Dat begint met permanente aandacht voor de eigen professionele ontwikkeling, zodat hij zijn eigen talenten kan ontwikkelen en met collega’s kan inzetten voor zijn leerlingen. Hoe beter dit gaat, hoe verder de leiding zich terug kan en moet trekken. Nieuw leiderschap is én verantwoordelijkheid nemen én loslaten: -­‐ de leerkracht en zijn leerlingen -­‐ de directeur en zijn team van leerkrachten -­‐ de bestuurder en het directie team Deze werkconferentie biedt een rijk programma rondom deze visie. Inschrijven: bij voorkeur met twee collega’s Aanmelden kan vanaf 1 november 2014 op http://dgpd-­‐10-­‐04-­‐2015.registratieportal.nl/ Doelgroep De Grote Professionaliseringsdag is interessant voor alle groepen behorende tot de 3 in balans: bestuurders, schooldirecteuren en leerkrachten. Maar deze werkconferentie is ook relevant voor (bovenschoolse) Academie-­‐managers en HR-­‐managers. Alleen of samen Uiteraard kunt u alleen komen om geïnspireerd te worden en actief aan de slag te gaan met het thema. Maar wij raden u aan om de 3 in balans ook deze dag in praktijk te brengen en met een aantal collega’s te komen. Dit levert u ook nog een aantrekkelijk voordeel op. Wanneer u zich nu aanmeldt en later besluit om samen met een aantal collega’s vanuit de scholen en/of bovenschoolse organisatie de dag te bezoeken, wordt dat automatisch verrekend. Programma: actief in gesprek Begin 2015 is bekend hoe het programma van de dag er precies uit ziet. U kunt de ontwikkeling van het programma volgen op www.degroteprofessionaliseringsdag.nl/conferentie/ onder ‘programma’. Ingrediënten De ingrediënten van de dag zijn vergelijkbaar met de editie 2014. Wel heeft de organisatie enkele verbeteringen aangebracht naar aanleiding van de evaluatie die samen met bezoekers, partners, organisatie en sponsoren is uitgevoerd. Digitale-­‐congres-­‐map Wanneer u zich heeft aangemeld ontvangt u medio februari 2015 een ‘digitale-­‐congres-­‐map’ met daarin een beschrijving van alle tafels, workshops, short stories, deelnemers leerlint en partners die u op de markt van instrumenten en aanpakken gaat vinden. Met behulp van deze ‘digitale-­‐congres-­‐
map’ kunt u actief bepalen welke kennis, inzichten en informatie u wilt halen op 10 april. Tafeldiscussies De tafeldiscussies zijn kort, krachtig en plenair. Deze worden door Ferd van den Eerenbeemt energiek geleid. Drie tafels van ieder 20 minuten waarin Ferd in gesprek gaat met initiatiefrijke leraren, verlichte directeuren en bevlogen bestuurders. Tussen de tafels een kort inspirerend intermezzo van een directeur, bestuurder of professional. Uit een branche waar continue ontwikkeling van professionals de normaalste zaak van de wereld is. Workshops Er zijn twee rondes van workshops en short stories. Tijdens de workshops wordt u uitgedaagd om aan de slag te gaan met onderwerpen die van belang zijn in relatie tot 3 in balans. Daarbij kunt u denken aan distributed leadership, persoonlijke ontwikkeling, professionele leergemeenschappen, obstakels voor leren, het belang van masterstudies, onderzoekend lesgeven en (in)formeel leren. Short stories Verhalen van professionals uit het onderwijs. Korte, inspirerende verhalen van aanpakken die werken. Deze mensen vertellen over de obstakels die zij hebben ervaren en de oplossingen die zij hebben gevonden en toegepast. Vanzelfsprekend is ook hier ruimte voor gesprek en discussie. Lint van good practices Tijdens de inloop, de lunch en de borrel aan het einde van de dag kunt u het leerlint bezoeken. Daar vindt u good practices, aanpakken en instrumenten die u verder kunnen helpen. Of u kunt onder het genot van een broodjes, een drankje, kopje koffie of hapje in gesprek gaan met collega’s van andere scholen, bovenschoolse stichtingen en academies.