Orde van Dienst Stille Week 2015

WITTE DONDERDAG
2 april 2015
VIERING VAN DE MAALTIJD VAN UITTOCHT ROND DE TAFEL
Voorganger: Ds. Evert Jan de Wijer
Cantor-organist: Maurice van Elven
Met medewerking van Jeanette van Wingerden, blokfluit
Ouderling van Dienst: Jannie Verhage
Diakenen van dienst: Jitske de Jong en Heleen Struijs
Orgelspel
Opgang
Gemeente gaat staan
Intochtslied: Psalm 67: 1 en 2
1.
God zij ons gunstig en genadig.
Hij schenke ons 't gezegend licht
dat overvloedig en gestadig
straalt van zijn heilig aangezicht;
opdat hier op aarde
elk uw weg aanvaarde
en tot U zich wend ',
zo, dat allerwegen
ieder volk de zegen
van uw heil erkent.
2.
De volken zullen U belijden,
o God, U loven al te zaam!
De landen zullen zich verblijden
en juichen over uwen naam.
Volken zult Gij rechten,
hun geding beslechten
in gerechtigheid,
volken op deez' aarde,
die uw arm vergaarde,
die Gij veilig leidt.
Bemoediging
V:
G:
V:
G:
Onze hulp is in de Naam van de Heer.
Die hemel en aarde gemaakt heeft.
Wees ons genadig God, wees ons nabij.
Laat ons niet ontbreken op het feest, dat Gij ons hebt bereid.
Verzamel ons bij de uittocht van Jezus Messias
en bekleed ons met het licht en de liefde van uw Zoon.
Amen.
Vredesgroet
V:
G:
V:
G:
Genade zij u en vrede van God onze Vader
en van de Heer Jezus Christus
Amen.
De vrede van Christus met u!
Hij is onze vrede.
Wij groeten elkaar met de vrede van Christus
-1-
Vervolg Psalm 67: 3
De aarde heeft de vrucht gegeven,
die door de hemel werd verwekt,
en uit haar schoot ontspruit nieuw leven
waar God zijn hand houdt uitgestrekt.
God is ons genegen,
onze God geeft zegen,
Hij die alles geeft,
Hij zal zijn geprezen,
Hem zal alles vrezen
wat op aarde leeft.
Gemeente gaat zitten
Gebed om ontferming
Gemeente zingt: Gezang 547
1. Met de boom des levens
wegend op zijn rug
droeg de Here Jezus
Gode goede vrucht.
2. Laten wij dan bidden
in dit aardse dal,
dat de lieve vrede
ons bewaren zal,
Refrein:
Refrein
Kyrie eleison,
wees met ons begaan,
doe ons weer verrijzen
uit de dood vandaan.
3. want de aarde vraagt ons
om het zaad des doods,
maar de hemel draagt ons
op de adem Gods.
Refrein
4. Laten wij God loven,
leven van het licht,
onze val te boven
in een evenwicht.
Refrein
5. want de aarde jaagt ons
naar de diepte toe,
maar de hemel draagt ons,
liefde wordt niet moe.
Refrein
6. Met de boom des levens
doodzwaar op zijn rug
droeg de Here Jezus
Gode goede vrucht.
Refrein
-2-
Dienst der Schriften
Eerste Schriftlezing: Exodus 12: 15 – 20 (NBG 1951)
Gemeente zingt: Psalm 116: 1, 2 en 6
1. God heb ik lief, want die getrouwe Heer
nam, toen ik riep, met toegenegen oren
mijn woorden aan. Hij zal mij blijven horen
en levenslang ben ik niet eenzaam meer.
2. Toen de benauwdheid dreigend op mij viel
en angsten voor het doodsrijk mij bekropen,
heb ik de naam des Heren aangeroepen
en weende; Heer mijn God, bewaar mijn ziel!
6. Hoe zal ik naar geloften, toen gedaan,
nu danken voor de redding van mijn leven?
Ik heb de kelk van 's Heren heil geheven
en noem voor heel het volk zijn grote naam.
Tweede Schriftlezing: Johannes 13: 1 - 15
Willem de Fesch (1687 - 1761) - Sonate in d kl.t. op. 8 no.2. - Largo
OVERDENKING
Willem de Fesch - Sonate in d kl.t. op. 8 no.2. - Sarabande
Dienst der Dankbaarheid
Gebeden, Stil Gebed
Inzameling der gaven voor Pastoraat. Pastoraat is een wezenlijk deel
van gemeente- en kerk-zijn. Er is op veel terrein behoefte aan
toerusting en verdieping.
Willem de Fesch - Sonate in d kl.t. op. 8 no.2. - Allemande
Gemeente zingt: Gezang 393 : 1, 2 en 3
-3-
2. Als er tot uw gedachtenis
3.
de viering van het nachtmaal is
en Gij het brood des levens zijt,
de beker van de dankbaarheid o Heer dat Gij gelijk het graan
te gronde gaat om op te staan.
V:
G.
V:
G:
V:
G:
V:
Gij deelt me mij de laatste nacht
en breekt tot alles is volbracht;
en dit is het genadebrood,
Gij hebt mij lief tot in de dood;
en dit is de genadewijn,
Gij zult voorgoed mijn gastheer zijn.
De Heer zal met u zijn!
DE HEER ZAL U BEWAREN!
Verheft Uw harten!
WIJ HEBBEN ZE TOT DE HEER GEHEVEN
Zegenen wij de Heer onze God!
GOED IS HET EN PASSEND.
HEER, God van Israël
het past ons, U te danken op deze avond,
zo anders dan alle andere avonden.
Ja, het is onze bevrijding
U dank te brengen,
overal en altijd,
door uw Zoon de Messias Jezus,
die het menselijke leven heeft geheeld
en ons de vrijheid heeft gegeven;
-4-
want het hout van zijn dood
werd de boom van ons leven,
en wij die hem kruisigden
zijn door hem overwonnen.
gedachtenis van geslacht tot geslacht
sinds de nacht, dat zij aten het ongezuurde brood
en dronken de beker der dankzegging,
en hadden het paaslam geofferd
waarvan het bloed aan de deuren was
tot een teken voor de engel
om voorbij te gaan!
Laat ons toe
met onze adem en onze geest,
met hart en ziel
zijn lof te zingen
in het koor met alle heiligen!
Ja, gezegend zij de HEER
die knecht werd
die zijn Zoon heeft gegeven
om een paaslam te zijn voor ons allen,
en te volbrengen
al wat geschreven staat, dat moest geschieden.
Die alzo in de nacht dat hij werd overgeleverd,
Zo zingen wij:
G:
V:
V:
Gezegend zij de HEER,
die zijn belofte gehouden heeft,
die Abraham heeft uitgeleid
en Mozes heeft geroepen,
die de goden van de nacht heeft teniet gedaan,
die de zee heeft getemd om een weg te banen,
die de vaderen voorging in de woestijn
die de mensen deed weten van zijn verbond,
die zijn NAAM gelegd heeft op zijn gemeente!
Ja, gezegend zij de HEER die ons tot herder werd,
die het Pascha gebood
als een feest voor de HEER voor altijd:
-5-
G:
DAT IS IN DEZE NACHT,
het brood nam in zijn handen,
het zegende en brak en zei:
“Neemt en eet, dit is mijn lichaam voor u,
doet dit tot Mijn gedachtenis.”
En evenzo na de maaltijd
sprak hij een dankgebed
en nam Hij de beker van de dankzegging en zei:
“Deze beker is het nieuwe verbond in Mijn bloed
tot vergeving van zonden;
drinkt allen hieruit, tot Mijn gedachtenis.”
Laat ons dan eten en drinken,
want zo gezegd zo gedaan
verkondigen wij de dood van onze HEER
totdat hij komt!
MARANATHA!
ONZE VADER DIE IN DE HEMELEN ZIJT
Delen van matzes en wijn
Willem de Fesch - Sonate in d kl.t. op. 8 no.2. - Menuet
Dankgebed
-6-
Slotlied (staande): Gezang 571
GOEDE VRIJDAG
3 APRIL 2015
LEZING VAN HET LIJDENSEVANGELIE
Voorganger: Ds. Evert Jan de Wijer
Cantor-organist: Maurice van Elven
Met medewerking van Marije Clemens, althobo
Ouderling: Shirley Chedi
Diaken van dienst: Jitske de Jong
Wij betreden de ruimte in stilte
Gemeente gaat staan
Intochtslied: Psalm 22: 1 en 3
2. Waarom blijft niet het laatste lied
in onze harten hangen?
De lofzang klonk, maar is verstomd.
De dood houdt ons omvangen.
3. Een beker vol van vreugdewijn
heeft Hij met ons gedronken.
Een bittere kelk vol eenzaamheid
hebben wij Hem geschonken.
4. In stille nacht heeft Hij volbracht
de doortocht voor ons leven.
De nieuwe morgen van Gods trouw
heeft Hij aan ons gegeven.
5. Tot aan het einde van de tijd
zal ik zijn wachtwoord horen:
Waak dan en bid! Zo blijft Hij mij,
en ik Hem toebehoren.
De Avondmaalstafel wordt ontruimd als opmaat naar de Goede Vrijdag
Wij verlaten de ruimte in stilte
-7-
3. Maar ik, mijn God, lig machteloos terneer.
Ik word vertrapt, ik heb geen leven meer.
Meesmuilend gaan zij tegen mij tekeer,
al die mij smaden.
Zij raden mij, terwijl zij mij verraden:
"Zoek het bij God, geef Hem uw leed te dragen,
Hij zal u redden naar zijn welbehagen",
zo klinkt hun spot.
Gemeente gaat zitten
-8-
Gebed om ontferming
Schriftlezing: Johannes 19: 1 - 16
Stilte
De Lezingen
Intermezzo
Inleiding
Schriftlezing: Johannes 19: 17 - 27
Gemeente zingt:
Stilte
Intermezzo
Schriftlezing: Johannes 19: 28 - 37
Stilte
Intermezzo
Schriftlezing: Johannes 18: 1 - 11
Stilte
Schriftlezing: Johannes 19: 38 - 42
Gemeente zingt: Gezang 558: 1, 5, 6 en 7
Stilte
1.
Jezus, om uw lijden groot,
om uw leven en uw dood
die volbrengen 't recht van God,
Kyrie eleison.
5.
Here, om uw bloedig zweet,
als G’alleen de wijnpers treedt,
om de kelk vol bitter leed,
Kyrie eleison.
Epiloog
6.
Om het zwijgen, het geduld,
waarmee Gij de wet vervult,
als men vruchtloos zoekt naar schuld,
Kyrie eleison.
7.
Om het woord van godd’lijk recht
dat Gij tot uw rechters zegt,
zelf hebt G’uw geding beslecht,
Kyrie eleison.
9.
Om uw kruis, Heer, bidden wij,
om de speerstoot in uw zij,
ga aan onze schuld voorbij,
Kyrie eleison.
Schriftlezing: Johannes 18: 12 - 27
Stilte
Gemeente zingt: Gezang 558: 9 en 10
10.
Heer, om uw vijf wonden rood,
om uw onverdiende dood,
smeken wij in onze nood,
Kyrie eleison.
Voorbeden, Stil Gebed, Onze Vader
Stilte
Intermezzo
(de intermezzi zijn delen uit: Maurice van Elven - “Sonata da Chiesa” (2015)
voor althobo solo)
Schriftlezing: Johannes 18: 28 - 40
Inzameling van de gaven voor de Wijkdiaconie.
Uw wijkdiaconie helpt waar geen helpers zijn!
Orgel: improvisatie
Slotlied (staande): Gezang 590
Stilte
Intermezzo
-9-
- 10 -
STILLE ZATERDAG - PAASWAKE
4 april 2015
VIERING VAN DE HEILIGE DOOP IN GEDACHTENIS
Voorganger: Ds. Evert Jan de Wijer
Cantor-organist: Maurice van Elven
Met medewerking van Marlien Dijkema, mezzosopraan en
Thomascantorij
Ouderling van Dienst: Leo Endedijk
Diaken: Nel Hagemeijer
Stilte en Donkerte
2.
4.
De wereld gaf
3. Hoe slaapt Gij nu,
Hem slechts een graf,
die men zo ruw
zijn wonen was Hem zwerven;
aan 't kruishout heeft gehangen.
al zijn onschuld werd Hem straf
Starre rotsen houden U,
en zijn leven sterven.
rots des heils, gevangen.
't Is goed, o Heer,
Gij hoeft de eer
van God niet meer te staven.
Leggen wij ons bij U neer,
in uw dood begraven.
De lof van het licht
Gemeente gaat staan
Bij het binnenbrengen van de Paaskaars, teken van de intocht van
het licht van de Opgestane, klinkt drie keer, op steeds verhoogde
toon:
5. Hoe wonderlijk,
uitzonderlijk
een sabbat is gekomen:
eens voor al heeft Hij het juk
van ons afgenomen.
Gemeente zingt: Gezang 600: Cantorij 1 en Allen 2, 3, 4 en 5
Alle lichten worden gedoofd. Het licht dat deze vrijdag tot een
goede vrijdag maakt blijft echter branden.
Cantorij:
In stilte verlaten wij de kerk.
- 11 -
- 12 -
Allen:
2.
Licht, geschapen, uitgesproken,
Licht, dat straalt van Gods gelaat,
Licht uit Licht, uit God geboren
groet ons als de dageraad!
3.
Licht, aan liefde aangestoken,
Licht, dat door het donker brandt,
Licht, jij lieve lentebode,
zet de nacht in vuur en vlam.
4.
Licht, verschenen uit den hoge,
Licht, gedompeld in de dood,
Licht, onstuitbaar, niet te doven,
zegen ons met morgenrood!
5.
Licht, straal hier in onze ogen,
Licht, breek uit in duizendvoud,
Licht, kom ons met stralen tooien,
ga ons voor van hand tot hand!
Gemeente zingt: Gezang 221
Gemeente gaat zitten
Lofprijzing
V: Deze nacht waken wij
om een weg te vinden het donker door –
een ontkomen aan de dood,
een weg naar het licht!
Deze nacht gedenken wij
de grote daden van de Eeuwige
aan zijn kinderen gedaan.
Deze nacht getuigen wij met tal van verhalen
van de overwinning op de dood.
God gezalfde is ons voorgegaan
de diepte van de dood, de godverlatenheid
heeft hij geproefd.
Zijn trouw bleek bestand tegen het donker Hij vocht met de nacht en overwon.
Zijn liefde is sterker dan de dood.
G:
DEZE NACHT WAKEN WIJ OM HEM TE VOLGEN
OP WEG NAAR HET LICHT.
ER IS VOOR ONS EEN DOORKOMEN AAN.
ZINGEN EN JUICHEN MOGEN WIJ IN DEZE NACHT!
- 13 -
1.
Zo vriendelijk en veilig als het licht,
zo als een mantel om mij heen geslagen,
zo is mijn God, ik zoek zijn aangezicht,
ik roep zijn naam, bestorm Hem met mijn vragen,
dat Hij mij maakt, dat Hij mijn wezen richt.
Wil mij behoeden en op handen dragen.
2.
Want waar ben ik, als Gij niet wijd en zijd
waakt over mij en over al mijn gangen.
Wie zou ik worden, waart Gij niet bereid
om, als ik val, mij telkens op te vangen.
Ik leef niet echt, als Gij niet met mij zijt.
Ik moet in lief en leed naar U verlangen.
3.
Spreek Gij het woord dat mij vertroosting geeft,
dat mij bevrijdt en opneemt in uw vrede.
Ontsteek die vreugde die geen einde heeft,
wil alle liefde aan uw mens besteden.
Wees Gij vandaag mijn brood, zowaar Gij leeft –
Gij zijt toch zelf de ziel van mijn gebeden.
De Lezingen
Inleiding op de lezingen
Schriftlezing: Genesis 1 : 1 - 5
Gebed:
V: Midden tussen de warboel van deze wereld
schept Gij voor mensen een plek om te wonen, God,
en licht om ons leven te verlichten.
Blijf ons met uw Geest nabij,
en verlicht ons pad door uw Woord.
G: AMEN.
Gemeente zingt: Gezang 513: Cantorij 1 en Allen 2, 3 en 4
Cantorij: 1. God heeft het eerste woord.
Hij heeft in den beginne
het licht doen overwinnen,
Hij spreekt nog altijd voort.
- 14 -
Allen:
2. God heeft het eerste woord.
Voor wij ter wereld kwamen,
riep Hij ons reeds bij name,
zijn roep wordt nog gehoord.
Allen:
3. God heeft het laatste woord.
Wat Hij van oudsher zeide,
wordt aan het eind der tijden
in heel zijn rijk gehoord.
4. God staat aan het begin
en Hij komt aan het einde.
Zijn woord is van het zijnde
oorsprong en doel en zin.
Schriftlezing: Exodus 14 : 9 - 14
Gebed:
V: Uw hand heeft ons bevrijd, God.
Gij hebt voor ons een weg gebaand,
een nieuwe toekomst tegemoet.
Wij bidden U: verlaat ons nu niet
maar ga zelf met ons mee op weg,
wees het licht dat voor ons uitgaat.
G: AMEN
Maurice van Elven (1950) – ‘Halleluja’ - tussenzang
Profetenlezing: Ezechiël 37 : 1 – 14
Gemeente zingt: Gezang 608: Cantorij 1 en Allen 2 en 3
Cantorij: 1. De steppe zal bloeien,
de steppe zal lachen en juichen.
De rotsen die staan
vanaf de dagen der schepping
staan vol water, maar dicht
de rotsen gaan open.
Het water zal stromen
het water zal tintelen, stralen,
dorstigen komen en drinken.
De steppe zal drinken,
de steppe zal bloeien,
de steppe zal lachen en juichen.
- 15 -
3. De dode zal leven.
De dode zal horen: nu leven.
Ten einde gegaan
en onder stenen bedolven
dode, dode, sta op,
het licht van de morgen.
Een hand zal ons wenken
een stem zal ons roepen: Ik open
hemel en aarde en afgrond.
En wij zullen horen
en wij zullen opstaan
en lachen en juichen en leven.
- 16 -
Gebed:
De doopgedachtenis
V: In alle dorheid en doodsheid laat Gij U kennen
als God van licht en leven
als adem die opnieuw bezielt
wie in uitzichtloosheid gevangen zaten.
Wij bidden U: breek ook door ónze doodsheid heen
en wek ons ten leven, U achterna.
G: AMEN
De gemeente schaart zich rond de doopvont.
V:
Dit is de nacht, waarin wij worden teruggebracht
naar de oorsprong van onze doop:
ook wij zijn door het water getrokken,
bekleed met licht, beademd met nieuw leven.
Een nieuwe naam is ook over ons uitgesproken.
Deze nacht gedenken wij, hoe ook wij zijn weggeroepen
uit dood en duisternis.
Zo belijden wij, samen met Israël, Gods eerstgeborene:
G:
Hoor Israël!
De HEER is onze God,
De HEER is één!
V:
Gij zult de HEER, uw God liefhebben
met geheel uw hart en met geheel uw ziel
en met geheel uw kracht
en uw naaste als uzelf.
V:
Wilt u zich verzetten tegen alle machten
die als goden over ons heersen
en hij die genoemd wordt ‘Ik zal er zijn’ alleen dienen?
G:
Ja, dat willen wij!
V:
Wilt u elk slavenjuk afwerpen
en leven in de vrijheid van Gods kinderen?
G:
Ja, dat willen wij!
V:
Dit water van de heilige Doop zij ons tot gedachtenis!
V:
Schaamt u dan niet de Christus te belijden,
want het evangelie is een kracht Gods
tot bevrijding van een ieder die gelooft;
en antwoordt in gemeenschap
met de kerk van alle eeuwen:
Epistellezing: Romeinen 6 : 1 – 6
Gemeente zingt: Gezang 350: 1, 2, 3 en 4
2.
Want al het water wast niet af,
dat wij verzinken in dit graf,
tenzij de duif die nederdaalt
ons uit den hoge vrede haalt.
3.
Tot ondergang zijn wij gedoemd,
als God ons niet bij name noemt,
maar God-zij-dank, Hij doet ons gaan
door 't water van de doodsjordaan.
4.
Wij staan geschreven in zijn hand,
Hij voert ons naar 't Beloofde Land.
Als kinderen gaan wij zingend voort.
De Vader is het die ons hoort.
- 17 -
Gemeente zingt: Gezang 344 : 1, 2 en 3
- 18 -
2. Wij geloven in de naam
3. Wij geloven dat de Geest
Jezus Christus,
ook nog heden
gestorven en weer opgestaan.
de wereld en onszelf geneest.
Halleluja!
Vrede, vrede.
Lezing van het Paasevangelie: Marcus 16: 1 - 8
Gemeente zingt: Gezang 642
1. Ik zeg het allen, dat Hij leeft,
2.
dat Hij is opgestaan,
dat met zijn Geest Hij ons omgeeft
waar wij ook staan of gaan.
Ik zeg het allen, en de mond
van allen zegt het voort,
tot over 't ganse wereldrond
de nieuwe morgen gloort.
3. Nu schijnt ons deze wereld pas
der mensen vaderland:
een leven dat verborgen was
ontvangen we uit zijn hand.
4. Tenonder ging de sterke dood,
tenonder in de vloed;
nu straalt ons in het morgenrood
zijn toekomst tegemoet.
5. De donkre weg die Hij betrad
komt uit in 't hemelrijk,
en wie Hem volgen op dat pad,
worden aan Hem gelijk.
6. Wees nu, wie rouw draagt, eens voor al
getroost en wanhoop niet:
een weerzien zonder einde zal
verzoeten uw verdriet.
7. Nu is op aard geen goede daad 8.
meer tevergeefs gedaan,
want wat gij goed doet is als zaad,
dat heerlijk op zal gaan.
't Is feest, omdat Hij bij ons is,
de Heer die eeuwig leeft
en die in zijn verrijzenis
alles herschapen heeft.
Voorbeden, Stil Gebed, Onze Vader
Slotlied: Gezang 655
1. Zingt voor de Heer een nieuw gezang!
Hij laaft u heel uw leven lang
met water uit de harde steen.
Het is vol wondren om u heen.
2. Hij gaat u voor in wolk en vuur,
gunt aan uw leven rust en duur
en geeft het zin en samenhang.
Zingt dan de Heer een nieuw gezang!
3. Een lied van uw verwondering
dat nòg uw naam niet onderging,
maar weer opnieuw geboren is
uit water en uit duisternis.
4. De hand van God doet in de tijd
tekenen van gerechtigheid.
De Geest des Heren vuurt ons aan
de heilge tekens te verstaan.
5. Wij zullen naar zijn land geleid
doorleven tot in eeuwigheid
en zingen bij zijn wederkeer
een nieuw gezang voor God de Heer.
Wij verlaten de kerk, dragen het licht de nacht in en zetten morgen
de dienst voort.
Orgelspel: Abraham Kerckhoven (1702 - 1747)
Praeludium en fuga in G gr.t.
Diaken:
De Heer is waarlijk opgestaan
Gemeente: Christus, het licht der wereld
Voorganger: Oogappel van de Vader
door wie God naar mensen kijkt.
Schijnsel van vaderlijke liefde
liefde voor de mensenkinderen.
Diaken:
Christus het licht der wereld.
Het vuur in onze harten, dat Hij ontstoken heeft.
Gemeente: Wij dragen het licht, gemeenschap van Christus,
het levend licht, wij geven het door,
een lopend vuur, door heel de wereld
naar buiten gedragen in deze nacht.
Uitdelen van het licht
- 19 -
- 20 -