Cor Wijtvliet: Ultra lange obligatie is wat de belegger nog rest

Ultra lange obligatie is wat de belegger nog rest
Je moet wel een heel scherp oog hebben wil je nog een positieve rente bespeuren op korter
lopend papier. De vergoeding ontbreekt soms en is in sommige gevallen zelfs negatief. Inmiddels
zijn de marktrentes voor Nederlands papier met looptijden tot en met vijf jaar negatief. De yield
op Duitse leningen is tot en met zes jaar onder nul.
En dus verplaatsen veel institutionele beleggers hun aandacht in hun zoektocht naar rendement
naar het ultra lange papier dat ook nog zeer liquide is en daarmee goed verhandelbaar. Tot
dusverre heeft deze strategie goed uitgepakt en is het totale rendement op ultra langlopend
papier groter dan op bijvoorbeeld aandelen of junk bonds.
Er zitten natuurlijk risico’s aan de keuze voor ultra langlopend papier. Het grootste is wel het
gedrag van de centrale bankiers. Zullen zij in hun pogen de wankele wereldeconomie gaande te
houden het huidige soepele monetaire beleid handhaven. Het grootste risico in dezen vormt
natuurlijk de Fed. Nog steeds houdt het Amerikaans Stelsel bij monde van Janet Yellen bij hoog en
bij laag vol dat de rente in de komende maanden verhoogd gaat worden. Als dat gebeurt, gaat de
koers van de staatsobligaties onderuit. Rente en koers bewegen immers tegengesteld aan elkaar.
Naarmate de looptijd van een obligatie toeneemt, stijgt de gevoeligheid voor rentebewegingen.
Dit is het zogeheten duration risico. Als vuistregel geldt, dat een fonds met een looptijd van 10 jaar
ongeveer 10% aan waarde inboet bij een renteverhoging van 1%. Beleggers zijn zich hier wel van
bewust, maar verkiezen het duration risico boven andere risico’s zoals het risico dat een lenende
partij omvalt, het kredietrisico.
Traditie getrouw kiezen vooral pensioenfondsen en verzekeraars voor ultra langlopend papier om
op die manier hun al even lang lopende verplichtingen af te dekken. Maar sinds kort hebben ook
particuliere beleggers het langlopend papier ontdekt alsook centrale bankiers en sovereign wealth
funds. De instaprente is immers uiterst aantrekkelijk vergeleken met bijvoorbeeld 10jaars papier.
Treasuries met een looptijd van 30 jaar bieden een yield van pakweg 2,40%, terwijl de Duitse Bund
of zijn Nederlandse tegenhanger minder dan 0,5% uit doen.
Het vervelende is echter, dat het aanbod langzaam opdroogt, terwijl de vraag alleen maar groeit.
Volgens de onderzoekers van Dealogic is er sinds oktober ter waarde van $ 120,3 miljard aan
langlopend papier, zowel corporate als overheid, op de markt aangeboden. Een jaar eerder was
dat nog $ 132,7 miljard. In maart meldt zich ook nog de ECB als vragende partij op de
kapitaalmarkt voor langlopend papier. Het zal de neerwaartse druk op de markt alleen maar
verhogen. Het lijkt erop alsof dat besef beleggers nog meer aanzet tot vragen en kopen. Ze lijken
er zich van bewust dat op termijn de kans dat de yield nog lager en lager wordt, nog steeds
toeneemt. Pakken wat je pakken kunt, lijkt momenteel het motto. De eerlijkheid gebiedt te
zeggen, dat dat tot vandaag aan toe geen verkeerde beslissing is geweest. The US Long Credit
Index van Barclays Bank met een duration van 14,5 jaar heeft dit jaar een totaal rendement
opgeleverd van 4,7%. De 25+ year Treasury index heeft het met een rendement van 8,1% nog
beter gedaan. Zet daar de S&P 500 maar eens tegenover met een verlies van 2,6%. Of deze luxe
nog lang aanhoudt, is maar zeer de vraag. Er komen immers steeds meer hengeltjes in een steeds
kleinere vijver!
Cor Wijtvliet
En dan nog dit:
- Heb je opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
- Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet. (www.twitter.com/wijtvliet)
- Voor meer door mij geschreven artikelen bezoek je mijn website: www.corwijtvliet.nl.
- Ontvang je het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtreeks? Abonneer je zich dan hier!