Decentralisaties, hoe zit het?

Decentralisaties,
hoe zit het?
themapagina, nummer 1
Het komende jaar bereidt de gemeente zich samen met de samenleving voor op de
komst van de decentralisaties. Zoals het er nu naar uitziet, is de gemeente vanaf
2015 verantwoordelijk voor het bieden van zorg aan langdurig zieken en ouderen
(Wmo 2015), voor het bieden van hulp aan werklozen bij het vinden van een baan
(Participatiewet) en voor alle vormen van jeugdhulp (Jeugdwet).
Wat zijn de decentralisaties?
De Rijksoverheid heeft besloten om een aantal van
haar taken over te brengen naar de gemeenten. Het
gaat om zorg aan langdurig zieken en ouderen, het
bieden van hulp aan werklozen bij het vinden van
een baan en om de jeugdhulp. Zaken die nu centraal
(in opdracht van het Rijk) worden geregeld, liggen
straks decentraal bij alle gemeenten in Nederland.
Waarom worden deze taken gedecentraliseerd?
De decentralisatie van taken is nodig om de kwaliteit en de betaalbaarheid van onze samenleving in
stand te houden. Omdat de gemeente het dichtst
bij haar inwoners staat, kan zij zorg en ondersteuning effectiever, goedkoper en met minder regels
organiseren. Een belangrijk doel van alle decentralisaties is: voorkomen dat hulpverleners in een
huishoudens langs elkaar heen werken. We kijken
dus naar de hulp die per huishouden nodig is en
zorgen als dat nodig is voor één plan en één regisseur. Het gaat dus niet alleen om het overnemen
van taken en verantwoordelijkheden, maar ook om
een andere manier van werken. Deze decentralisaties zijn ook nodig om de gedecentraliseerde taken
betaalbaar te houden. Het is dus ook een bezuiniging. Gemeenten krijgen straks voor hun nieuwe
taken minder geld van de Rijksoverheid dan er nu
voor beschikbaar is.
Wat betekent dit voor u?
Wat deze verandering precies voor u gaat betekenen, is op dit moment nog niet duidelijk. Wat we wel
aan kunnen aangeven is dat:
•we het samen moeten doen. We verwachten
daarom ook iets van u en van de mensen om u
heen. Wij kunnen u op een aantal manieren ondersteunen, maar u houdt zelf de regie.
•wij met nadruk samen met u kijken op welke
manier u zo snel mogelijk weer op eigen kracht
verder kunt.
•wanneer u ondersteuning vanuit diverse professionals nodig heeft, u met minder professionals
te maken krijgt en één van deze professionals
verantwoordelijk is voor de regie op alle ondersteuning.
•wij zorg en ondersteuning dichtbij inwoners willen
organiseren, bijvoorbeeld op wijk-/buurtniveau.
Hierbij betrekken wij ook de sociale omgeving, de
familie, de buurt, de vrijwilliger.
•de ondersteuning en zorg in principe van tijdelijke
aard zijn en continu wordt gekeken of de ondersteuning en zorg op een goede manier worden
verleend en of het nog nodig is.
Wat doet de gemeente nu?
De regering moet over een aantal zaken nog besluiten nemen. Het is daardoor voor gemeenten nog
niet helemaal zeker welke taken en budgetten zij
krijgen. Toch bereiden we ons op dit moment voor
op de decentralisaties. Het zijn taken die nieuw zijn
voor de gemeente, daarom kijken we goed hoe we
deze taken in de toekomst zo goed mogelijk kunnen
uitvoeren. Dit doen we in samenwerking met betrokken organisaties, bedrijven én inwoners. Niet alleen
de overheid is verantwoordelijk voor mensen, dat
zijn inwoners ook zelf.
Het kabinet kiest ervoor om een aantal zaken
rondom langdurige zorg te veranderen. In het
stelsel is zorg vanuit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) alleen nog beschikbaar voor kwetsbare mensen die vanwege
beperkingen niet meer in staat zijn om thuis te
wonen. De nieuwe AWBZ geldt straks alleen nog
voor mensen die in een instelling verblijven. De
gemeenten en de zorgverzekeraars worden verantwoordelijk voor hulp thuis. Deze taken gaan
naar de Wet maatschappelijk ondersteuning
(Wmo).
Jeugdwet
Vanaf 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk
voor de uitvoering van alle vormen van jeugdhulp. De overgang van het organiseren en inkopen van de ondersteuning en begeleiding van
de jeugd van de rijksoverheid naar gemeenten
moet ervoor zorgen dat de zorg voor jeugd eenvoudiger, effectiever, goedkoper en voor zover
kan dichtbij huis georganiseerd wordt.
Participatiewet
De Participatiewet is een samenvoeging van de
huidige Wet werk en Bijstand, de Wet sociale
werkvoorziening en een deel van de Wajong.
Met de Participatiewet wil het kabinet bereiken
dat jonggehandicapten die kúnnen werken, aan
het werk gaan (participeren). De Tweede Kamer
heeft de wet op 20 februari 2014 aangenomen.
Als de Eerste Kamer de wet ook goedkeurt, gaat
de Participatiewet in op 1 januari 2015.
“Hier gaan we hard aan werken”
Wethouder Joop Brink vertelt over de decentralisaties
Sinds de installatie van het nieuwe college zijn twee nieuwe
wethouders verantwoordelijk voor de overgang van de Wmo,
Jeugdzorg en de Participatiewet naar de gemeente. Jeugdzorg is onderdeel van de portefeuille van wethouder Jeroen
Huizing, de Wmo, Participatiewet en de coördinatie van de
nieuwe taken ligt bij wethouder Joop Brink. Volgende maand
komt wethouder Jeroen Huizing aan het woord, deze maand
vertelt wethouder Joop Brink over de nieuwe taken van de
gemeente.
Wat is uw rol als wethouder in de komst van de
nieuwe taken bij de gemeente?
“Als bestuur moeten we richting geven aan de
nieuwe taken die we krijgen van het Rijk.
We moeten zelf kijken op welke manier we die
taken willen uitvoeren, en dat is denk ik heel goed.
We staan als gemeente immers dicht bij onze
inwoners en kunnen daarom veel beter maatwerk
leveren.
Het betekent wel dat we ook een verantwoordelijkheid hebben om alle taken op een goede manier
in te richten. Hier ga ik samen met mijn collegabestuurders, de organisatie en onze partners in de
komende tijd hard aan werken.”
Wmo 2015
Wat gaat er veranderen voor onze inwoners?
“Dat is op dit moment nog lastig te overzien maar ik
durf wel te zeggen dat we meer van inwoners gaan
vragen. We krijgen van het Rijk niet alleen nieuwe
taken, we moeten deze ook uitvoeren met minder
geld dan er nu voor beschikbaar is. Dit betekent dat
we niet op dezelfde voet verder kunnen. Het streven
blijft natuurlijk om iedereen die dat nodig heeft te
ondersteunen. Maar we gaan dichter bij huis kijken,
naar de eigen kracht van inwoners en hun omgeving.
Wat kunnen mensen zelf doen? Wat kunnen mensen
in de directe omgeving betekenen? We ondersteunen
mensen bij het oplossen van problemen, maar we
nemen het probleem niet meer over als gemeente.
Daarbij ben ik me bewust van de rol van mantelzorgers. Mantelzorgers zijn sowieso al erg belangrijk, maar krijgen in de toekomst steeds vaker een
cruciale betekenis. Daar moeten we wel oog voor
hebben. We moeten mensen niet overvragen en ook
mogelijkheden behouden om ze tijdelijk te ontlasten
van het zorgen.”
Gaat er ook iets veranderen voor de
professionals?
“Jazeker, hoewel het ook voor hen nog afwachten
is hoe het er precies uit komt te zien. De gebiedsgerichte benadering wordt in de toekomst steeds
belangrijker. Ook de werkwijze ‘één huishouden, één
plan, één regisseur’ gaan we verder uitbreiden. Heel
vaak zijn er meerdere problemen in een huishouden,
die met elkaar samenhangen. Bijvoorbeeld iemand
die schulden heeft, maar waarbij die schulden zijn
ontstaan doordat hij of zij psychische problemen
heeft. Soms gaat het ook om meerdere personen,
bijvoorbeeld tussen ouders en hun kinderen.
Dat soort problemen moeten we signaleren en
verbinden als we op de beste manier ondersteuning
willen bieden. Dit vraagt van de professional ook het
een en ander. Zij moeten aan de keukentafel gaan
zitten en op zoek gaan naar de vraag achter
de vraag. Die kan veel breder zijn dan hun eigen
specialisme, maar ze hebben wel de rol om in beeld
te krijgen wat er speelt.”