Inspectierapport BSO Octopus 2014

Inspectierapport
Octopus (BSO)
Robijnstraat 6
6071VK SWALMEN
Registratienummer 375139394
Toezichthouder:
In opdracht van gemeente:
Datum inspectie:
Type onderzoek:
Status:
Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Limburg-Noord
Roermond
17-12-2014
Jaarlijks onderzoek
Definitief
22-01-2015
Inhoudsopgave
Het onderzoek .................................................................................................................3
Observaties en bevindingen ...............................................................................................4
Pedagogisch klimaat .....................................................................................................4
Personeel en groepen....................................................................................................6
Inspectie-items................................................................................................................8
Gegevens voorziening..................................................................................................... 10
Gegevens toezicht.......................................................................................................... 10
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 11
2 van 11
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 17-12-2014
Octopus te SWALMEN
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en
kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek.
Beschouwing
Deze beschouwing beschrijft de resultaten bij de uitgevoerde inspectie bij buitenschoolse opvang
Octopus.
Na de feiten over dit kinderdagverblijf volgen de belangrijkste bevindingen. Deze worden elders in
het rapport per domein verder uitgewerkt.
Kinderopvang Swalmen is een zelfstandige Stichting binnen de Gemeente Roermond. Zij verzorgt
in Swalmen verschillende vormen van kinderopvang.
Op 17-12-2014 heeft er bij BSO Octopus een onaangekondigd jaarlijks onderzoek plaatsgevonden.
Op BSO de Octopus is er een capaciteit van 40 kindplaatsen. Dit betekent dat er sprake is van 4
stamgroepen. Ten tijde van de inspectie waren er géén (eigen) kinderen van de locatie Octopus,
echter werd de locatie gebruikt door de groep van locatie de Gevaren.
Op woensdagmiddag kort (tot 13.30 uur) is op beide locaties opvang. Vanaf 13.30 uur zijn er op
locatie Octopus vastgestelde activiteiten waaraan de kinderen van locatie Gevaren deelnemen en
na afloop van de activiteit door de ouder(s) op locatie Octopus worden opgehaald. De activiteiten
bestaan o.a. uit koken, knutselen en uitstapjes. Op vrijdagmiddag vinden deze vastgestelde
activiteiten op locatie Gevaren plaats.
Er waren 7 kinderen begeleid door 1 beroepskracht.
Bevindingen:
Pedagogisch klimaat

Pedagogische praktijk is voldoende. De beroepskracht is betrokken zowel bij de kinderen als
de uitvoering van zijn taken.
Personeel en groepen

De door de toezichthouder bekeken documenten (VOG's en diploma's) voldoen aan de
voorwaarden.
Tijdens dit jaarlijks onderzoek is geconstateerd dat BSO Octopus voldoet aan alle bij dit onderzoek
getoetste voorwaarden van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.
Advies aan College van B&W
Geen handhaving.
3 van 11
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 17-12-2014
Octopus te SWALMEN
Observaties en bevindingen
Pedagogisch klimaat
Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld:




emotionele veiligheid;
persoonlijke competentie;
sociale competentie;
overdracht van normen en waarden.
Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument
observatie kindercentrum.
Pedagogische praktijk
De beoordeling van de pedagogische praktijk is gebaseerd op observaties in de groep.
De observatie van het pedagogisch handelen vindt plaats gedurende het moment van vrij spel en
een gezamenlijke activiteit.
Emotionele veiligheid
De beroepskrachten hebben een respectvolle houding naar de kinderen.
Observatie
Er is veel interactie tussen beroepskracht en kind. De interacties zijn vriendelijk en hartelijk. De
beroepskracht laat merken dat ze de kinderen mag. Ze geeft complimentjes, maakt grapjes, heeft
oogcontact en treedt bemoedigend op als een kind dat nodig heeft.
Een voorbeeld:
De kinderen zijn zichtbaar bekend met de beroepskracht, stagiaire en elkaar. Kinderen lachen en
hebben samen plezier.
Persoonlijke competentie
Kinderen hebben de mogelijkheid om eigen ervaringen op te doen middels spelmateriaal,
activiteitenaanbod en inrichting.
Observatie
De meeste kinderen zijn meestal bezig. Er is ook ruimte voor ontspanning en 'niets doen'. De
kinderen mogen zelf kiezen met wie zij iets gaan doen. Het spelmateriaal is zichtbaar en bereikbaar
voor kinderen. In overleg mogen kinderen het spelmateriaal zelf pakken.
Sociale competentie
De beroepskrachten ondersteunen de kinderen in de interactie tussen de kinderen onderling.
Observatie
De beroepskracht moedigt interactie tussen leeftijds- en/of groepsgenootjes actief aan. Zij richt de
aandacht van kinderen op elkaar en helpt om de interactie in stand te houden.
Een voorbeeld:
Er worden voldoende gezamenlijke activiteiten aangeboden. Tijdens de inspectie is de stagiaire
samen met een groepje kinderen een spel aan het spelen.
De beroepskracht is aan het kleien aan tafel en zegt: "We gaan pizza's van klei maken. Wie doet er
nog meer mee?"
Overdracht van normen en waarden
Afspraken, regels en omgangsvormen zijn duidelijk.
4 van 11
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 17-12-2014
Octopus te SWALMEN
Observatie
De beroepskracht hanteert de afspraken, regels en omgangsvormen op eenduidige en consequente
wijze. Daarbij blijft zij rekening houden met de situatie; haar optreden sluit aan bij het gedrag en
de behoeften van kinderen.
Een voorbeeld:
Na het gezamenlijk speelmoment willen kinderen een andere activiteit gaan doen. De
beroepskracht zegt: “Eerst al het speelgoed samen opruimen en dan gaan we weer iets nieuws
uithalen."
Conclusie:
Uit dit onderzoek blijkt dat de pedagogische praktijk voldoende wordt gewaarborgd bij BSO
Octopus.
Gebruikte bronnen:

Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (beleidsmedewerker)

Interview anderen (beroepskracht)

Observaties

Pedagogisch beleidsplan
5 van 11
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 17-12-2014
Octopus te SWALMEN
Personeel en groepen
Binnen dit domein zijn de pedagogisch medewerkers steekproefsgewijs gecontroleerd op een
passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag.
De beroepskracht-kindratio en de stamgroepen zijn gecontroleerd door middel van roosters en
presentielijsten.
Verklaring omtrent het gedrag
Tijdens de inspectie zijn de Verklaringen omtrent het gedrag (VOG's) van de
aanwezige beroepskracht en stagiaire beoordeeld.
Conclusie
Deze VOG's voldoen aan de gestelde voorwaarden.
Passende beroepskwalificatie
Tijdens de inspectie is het diploma van de aanwezige beroepskracht beoordeeld.
Conclusie
Dit diploma voldoet aan de gestelde voorwaarden.
Opvang in groepen
Ten tijde van de inspectie waren er géén eigen kinderen van de locatie Octopus, echter was de
complete groep van de locatie Gevaren met hun vaste beroepskracht in de groepsruimte aanwezig.
Het eetmoment had op de andere locatie plaatsgevonden.
De locatie Octopus heeft 40 kindplaatsen, welke als volgt over de ruimte verdeeld zijn:
Deze is als volgt verdeeld:
Groepsruimte:
Aantal
Ped.
Basisgroep:
kinderen
medewerker
1 groep (Spongebob)
Grote groepsruimte BSO
Maximaal 15
2
Aparte zithoek/keuken
1 groep
Grote groepsruimte aan de
Maximaal 10
1
(Superman)
zithoek in de keuken
1 groep
Grote groepsruimte bij de
Maximaal 10
1
(Troetelberen)
knutseltafel
1 groep
Maximaal 10
1
(Ratetouile)
Beroepskracht-kindratio
Er waren ten tijde van de inspectie 7 kinderen begeleid door 1 beroepskracht.
In de categorie van 8 tot 13 jaar mag 1 beroepskracht tot en met 10 kinderen opvangen.
Conclusie
Er wordt voldaan aan de beroepskracht-kindratio ten tijde van de inspectie.
Gebruikte bronnen:

Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (beleidsmedewerker)

Interview anderen (beroepskracht)

Observaties

Verklaringen omtrent het gedrag

Diploma's beroepskrachten
6 van 11
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 17-12-2014
Octopus te SWALMEN


Presentielijsten
Personeelsrooster
7 van 11
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 17-12-2014
Octopus te SWALMEN
Inspectie-items
Pedagogisch klimaat
Pedagogische praktijk
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van
persoonlijke competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van
sociale competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang
van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang
van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee
jaar.
(art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie
zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen
Ieder kind behoort bij een basisgroep.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 11
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 17-12-2014
Octopus te SWALMEN
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop
het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF
De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop
het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige
kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar.
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.
Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten
berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige
kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8
jaar.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt
afgeweken van de beroepskracht-kindratio.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 11
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 17-12-2014
Octopus te SWALMEN
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening
Aantal kindplaatsen
: Octopus
: 40
Gegevens houder
Naam houder
Adres houder
Postcode en plaats
Website
KvK nummer
:
:
:
:
:
Stichting Kinderopvang Swalmen
Gevaren 3
6071BP SWALMEN
www.kinderopvangswalmen.nl
41067856
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD
Adres
Postcode en plaats
Telefoonnummer
Onderzoek uitgevoerd door
:
:
:
:
:
GGD Limburg-Noord
Postbus 1150
5900BD VENLO
088-1191200
S. van der Ploeg
Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente
Adres
Postcode en plaats
: Roermond
: Postbus 900
: 6040AX ROERMOND
Gegevens toezicht
Planning
Datum inspectie
Opstellen concept inspectierapport
Zienswijze houder
Vaststelling inspectierapport
Verzenden inspectierapport naar houder
en oudercommissie
Verzenden inspectierapport naar
gemeente
Openbaar maken inspectierapport
:
:
:
:
:
17-12-2014
20-01-2015
Niet van toepassing
22-01-2015
22-01-2015
: 22-01-2015
: 29-01-2015
10 van 11
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 17-12-2014
Octopus te SWALMEN
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.
11 van 11
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 17-12-2014
Octopus te SWALMEN