Jaarverslag 2013 - Stichting Tabijn

Jaarverslag
2013
Inhoudsopgave
Hoofdstuk
Bladzijde
VOORWOORD
4
1
KERNTAKEN EN ORGANISATIE
Kerntaak
Organisatie
Organogram
6
2
STRATEGISCH BELEID
Strategisch beleidsplan 2010-2014
Externe ontwikkelingen
De missie
De visie
Besturingsfilosofie
Geprioriteerde doelen voor 2010-2014
Overige doelstellingen strategisch beleid 2010-2014
Evaluatie strategisch beleid 2010-2014
Strategisch beleid 2014-2018
8
3
ORGANISATORISCHE ONTWIKKELINGEN EN GOVERNANCE
Verklaring omtrent het gedrag (VOG)
Ontwikkeling van het leerlingenaantal
Fusie Anne Frank school – Burghtweijt
Fusie Oranjehof - Prinsenhof
Uittreden vervangingsfonds
Convenant Horizontaal Toezicht met de Belastingdienst
Vertrek externe vertrouwenspersoon
12
4
ONDERWIJS EN KWALITEITSZORG
Passend onderwijs
Opbrengstgericht werken
Interne en externe kwaliteitszorg
14
5
ICT
Algemeen
Migratie/vervangingsplan
Externen
Professionalisering
Technisch
Bedrijfsvoering
Pilots
20
6
BUITENSCHOOLSE OPVANG
Werkgroep Buitenschoolse opvang
Inspectie door GGD
Verklaring omtrent gedrag
Scholing van medewerkers
Stichting Klachtencommissie Kinderopvang
24
2
Hoofdstuk
Bladzijde
7
PERSONEEL
Kwalitatief hoogwaardige opleiding en scholing van (startende) leerkrachten
Werkzaamheden interne opleiders
Management development
Bewegingsonderwijs
Netwerk voor adjunct-directeuren
Doorstroom in leidinggevende functies
Loopbaanmanagement
Flexpool
Verbetering welbevinden en reductie van de ervaren werkdruk
Bijeenkomst contactpersonen
Overige personele zaken
Grafieken
26
8
ONTWIKKELINGEN IN RELATIE TOT VERBONDEN PARTIJEN
Samenwerking Tabijn met de Vrije Universiteit
Samenwerking Tabijn met Atrium
Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs
Playing for Succes Alkmaar
30
9
HUISVESTING
Onderhoud
Meerjarenonderhoudsplannen
Vernieuwing en renovatie (korte termijn)
Vernieuwing en renovatie (lange termijn)
32
10
JAARVERSLAG VERTROUWENSPERSOON
Meldingen en klachten 2013
Aandachtspunten en adviezen
Contactgegevens
34
11
JAARVERSLAG RAAD VAN TOEZICHT
Samenstelling Raad van Toezicht
Werkgeversrol
Toezichthouder
Vergaderingen
36
12
JAARVERSLAG DIRECTEURENBERAAD
38
13
FINANCIEEL BELEID
Financiële positie balansdatum
Analyse van het resultaat
Investeringen en financieringsbeleid
Treasuryverslag
Continuïteitsparagraaf
40
14
JAARREKENING
46
15
BASISINFORMATIE
54
16
BIJLAGE: OVERZICHT RESULTATEN INSPECTIEBEZOEKEN
58
17
BIJLAGE: OVERZICHT NETWERKEN EN WERKGROEPEN
60
18
BIJLAGE: SCHOLEN IN DE GELE FASE
62
3
VOORWOORD
Voor u ligt het jaarverslag 2013 van het schoolbestuur Tabijn, een
onderwijsorganisatie van 25 basisscholen in de regio Midden- en
Noord-Kennemerland in Noord-Holland. Met dit jaarverslag wil Tabijn
zich verantwoorden richting het Ministerie van OC&W, de zeven
gemeenten waar onze scholen zijn gehuisvest, de ouders van de
kinderen die onze scholen bezoeken, de medewerkers van onze
organisatie en de overige schoolbesturen in het primair en voortgezet
onderwijs in de brede regio. Daarnaast is het verslag bedoeld voor
alle andere belangstellenden die meer van onze organisatie willen
weten. Dit verslag concentreert zich op de ontwikkelingen die de
organisatie Tabijn als geheel betreffen. Voor de ontwikkelingen
op onze afzonderlijke scholen: raadpleeg de jaarverslagen op de
websites van deze scholen (via www.tabijn.nl) of neem contact op
met de directie van de school waar uw interesse naar uitgaat.
Het afgelopen jaar hebben onze medewerkers zich wederom ingezet
voor modern en kwalitatief hoogwaardig onderwijs voor de leerlingen
van onze scholen. Ook de resultaten van onze scholen waren goed.
De Onderwijsinspectie kende in 2013 aan alle Tabijnscholen het
zogenaamde basisarrangement toe, het keurmerk van de overheid
voor een goede onderwijskwaliteit.
Verder heeft het jaar 2013 vooral in het teken gestaan van de
ontwikkeling van een nieuw strategisch beleidsplan voor onze
organisatie. Het strategisch beleidsplan 2010-2014 ‘Focus op
kwaliteit’ beleefde zijn laatste jaar van uitvoering. Uit de evaluatie
van het plan is gebleken dat er belangrijke stappen zijn gezet op het
terrein van passend onderwijs, opbrengstgericht werken, opleiding
en scholing van leerkrachten, management development en reductie
van werkdruk. Maar er moet nog veel worden gedaan om het
onderwijs voor onze leerlingen nog beter te maken dan het nu al is.
Tabijn streeft er in de nieuwe planperiode 2014-2018 naar om uit te
groeien tot het schoolbestuur met de beste basisscholen in de regio.
Het nieuwe strategisch beleidsplan ‘Tabijn: de beste basis! Leren op
4
hoog niveau’ staat in het teken van deze ambitie. Wij willen dat onze
leerlingen hun talenten maximaal ontwikkelen en leren op (hun eigen)
hoog niveau. Dat vraagt om professionele leerkrachten die als team
opereren, het vraagt om inspirerende leiders en betrokken ouders.
Leerkrachten, leidinggevenden en andere medewerkers dienen zich
continu te professionaliseren en vooral te leren met en van elkaar. Zo
leren ook de medewerkers van Tabijn op hoog niveau. Dat levert het
best mogelijke onderwijs voor onze leerlingen op en het leren met en
van elkaar is dan ook de rode draad die door het nieuwe strategisch
beleidsplan loopt.
Ook in 2013 heeft Tabijn net als de andere schoolbesturen in de
regio op lokaal niveau te maken gehad met krimp, al bleef het
leerlingenaantal op organisatieniveau stabiel. Medio 2013 zijn in
Heemskerk de basisscholen Burghtweijt en Anne Frank gefuseerd
en in Alkmaar is een fusieproces opgestart voor de basisscholen
Prinsenhof en Oranjehof. Deze fusie zal in 2014 worden afgerond.
Met deze scholenfusies willen wij basisscholen van een gezonde
omvang handhaven en kwalitatief goed onderwijs ook in de toekomst
garanderen.
In dit jaarverslag leest u meer over deze en andere activiteiten en
zullen wij aangeven welke concrete resultaten er in 2013 zijn behaald.
Wilt u meer weten over onze activiteiten of heeft u nog tips? Laat het
ons weten via [email protected]. U kunt ook twitteren via
@Tabijn.
Uw vragen, opmerkingen en reacties zijn van harte welkom!
Wij danken u voor uw interesse in onze onderwijsorganisatie en
wensen u veel leesplezier.
Jonne Gaemers,
Voorzitter College van Bestuur
“Het afgelopen jaar hebben onze medewerkers zich wederom ingezet voor modern en kwalitatief hoogwaardig onderwijs voor de leerlingen van onze scholen.
Ook de resultaten van onze scholen waren goed. De Onderwijsinspectie kende
in 2013 aan alle Tabijnscholen het zogenaamde basisarrangement toe, het keurmerk van de overheid voor een goede
onderwijskwaliteit.”
5
1.2
KERNTAKEN EN ORGANISATIE
Organisatie
De organisatiestructuur van Tabijn ziet er als volgt uit:
Raad van Toezicht
De Raad van Toezicht (RvT) houdt toezicht op het functioneren van
het College van Bestuur (CvB) en op het functioneren van de organisatie als geheel. De raad adviseert het CvB gevraagd en ongevraagd
en functioneert als klankbord voor het CvB. De RvT is de werkgever
van het CvB. Zijn verdere taken zijn vastgelegd in de statuten van de
stichting Tabijn. U vindt de statuten op onze website www.tabijn.nl. De Raad van Toezicht (RvT) bestaat uit de volgende leden:
1.
•
Dhr. A. de Wit, voorzitter (voorzitter College van Bestuur ROC
Kop van Noord-Holland)
Dhr. S. van Keulen, vicevoorzitter (adviseur en interim-manager)
Mevr. S. de Boer (lid College van Bestuur Dunamare Onderwijsgroep)
Dhr. R. Deen (manager beroepsopleidingen Tata Steel Training
Centre, Tata Steel)
•
•
•
1.1
Kerntaak
Tabijn is een stichting voor katholiek, protestants-christelijk, oecumenisch, interconfessioneel en algemeen bijzonder onderwijs. Onze
kerntaak is het verzorgen van onderwijs. Daarnaast organiseert
Tabijn op een aantal scholen de buitenschoolse opvang. Binnen
de door Tabijn aangegeven kaders bepalen onze scholen zelf hun
onderwijskundig beleid.
•
Mevr. M. van Tunen (diensthoofd bestuurlijke aangelegenheden
Politie Kennemerland; nevenfunctie gemeenteraadslid voor de
PvdA in Heemskerk)
College van Bestuur
Het éénhoofdig College van Bestuur is het bevoegd gezag van Tabijn.
In de praktijk betekent dit dat het CvB alle portefeuilles beheert en
integraal verantwoordelijk is voor het beleid van Tabijn. Het College
van Bestuur legt verantwoording af aan de RvT. Tot de bestuurlijke
kerntaak behoren de verdere professionalisering van de organisatie en de stimulering van de kwaliteit van het onderwijs. Het college
staat in verbinding met de scholen en behartigt externe belangen.
Het CvB stuurt de algemene directie en de sectormanagers aan. Het
College van Bestuur bestaat uit: Dhr. J.P. Gaemers, voorzitter.
Nevenfuncties van de heer Gaemers:
Lid Raad van Toezicht Stichting Basisscholen Alkemade
Lid Raad van Toezicht Stichting Mozarthof ZML
•
•
Algemene directie
De twee leden van de algemene directie sturen de schooldirecteuren
aan en ondersteunen deze op verschillende terreinen. Zij zijn de hiërarchische leidinggevenden van de schooldirecteuren en voeren derhalve
met hen de functionerings- en beoordelingsgesprekken en de halfjaarlijkse managementoverleggen. Verder nemen zij de beleidsvoorbereiding en -ondersteuning op het terrein van onderwijs voor hun rekening
en geven zij uitvoering aan het (onderwijskundig) strategisch beleid.
Tenslotte ondersteunen zij het CvB in brede zin bij het uitoefenen van
de bestuurstaken en vervangen zij het CvB bij afwezigheid.
De algemene directie bestaat uit:
Mevr. F.L. Loth
Dhr. W.T. Noom
6
Onderwijsbureau
In het onderwijsbureau zijn de sectoren HRM en bestuursondersteuning, ICT, huisvesting en administratie ondergebracht. Elke sector
wordt aangestuurd door een eigen sectormanager.
neelsadministratie en twee medewerkers financiën. Ook de twee
kantinemedewerkers zijn in deze sector ondergebracht.
•
Sector ICT
In ons onderwijs speelt ICT een belangrijke rol. De sector ICT
houdt de digitale infrastructuur op peil en ontwikkelt deze verder.
De sector ondersteunt de scholen bij het maken van (onderwijskundig) beleid op het gebied van ICT en biedt scholing aan alle
medewerkers van Tabijn. De sectormanager geeft leiding aan
twee systeem-/netwerkbeheerders en een ICT-consultant.
•
Sector huisvesting
Alle zaken die te maken hebben met nieuwbouw, renovatie en
onderhoud van de vele schoolgebouwen van Tabijn liggen in handen van de sector huisvesting. De sectormanager voert, samen
met het CvB, het overleg met de zeven gemeenten waarin de
Tabijnscholen zijn gevestigd, over de huisvesting van de scholen.
Naast de sectormanager en een medewerker huisvesting maken
drie onderhoudsmedewerkers deel uit van de sector. Zij voeren
het dagelijks onderhoud aan de gebouwen uit.
•
•
Sector HRM & bestuursondersteuning
De sector HRM en bestuursondersteuning is verantwoordelijk
voor het personeelsbeleid van Tabijn. Kortweg kan worden gesteld dat deze sector het beste uit de ongeveer 550 medewerkers
van Tabijn wil halen. Als onze medewerkers goed functioneren
en met plezier hun werk doen straalt dat immers uit op onze
leerlingen. Professionalisering van de medewerkers is daarbij
een sleutelbegrip.
Naast de sectormanager bestaat de sector HRM en bestuursondersteuning uit twee personeelsfunctionarissen, een secretaresse die de secretariële en administratieve ondersteuning van
het CvB en de algemene directie verzorgt en een medewerker
communicatie.
Sector administratie
Tabijn is niet alleen een onderwijsorganisatie maar ook een zelfstandig en erkend administratiekantoor. Dit administratiekantoor
is ondergebracht in de sector administratie. Een groot voordeel
hiervan is dat Tabijn de personeels- en salarisadministratie in
eigen huis heeft en niet afhankelijk is van een extern administratie-
kantoor. De lijnen naar de scholen zijn daardoor kort en ook
financieel is dit voordelig. De sector administratie kent naast de
Financial controller/sectormanager een salarisadministrateur,
een medewerker salarisadministratie, een medewerker perso-
1.3
Raad van Toezicht
Organogram

College van Bestuur
Algemene directie
GMR
Bestuursbureau
(Sectoren HRM
en bestuursondersteuning, ICT,
huisvesting en
administratie)
Directeurenberaad
SCHOLEN
7
2. STRATEGISCH
BELEID
2.1
Strategisch beleidsplan 2010-2014
Het strategisch beleidsplan 2010-2014 is in 2009 door het bestuur
vastgesteld en door de raad van toezicht goedgekeurd. In dit hoofdstuk worden de doelstellingen van het strategisch beleidsplan vermeld. 2013 was het laatste jaar van uitvoering van dit strategisch
beleidsplan en in dit jaar is het plan ook geëvalueerd. In dit hoofdstuk
zullen ook de resultaten van deze evaluatie worden vermeld. Het gaat
dan om de vraag in welke mate de doelstellingen van het strategisch
beleid zijn bereikt. Het strategisch beleidsplan is vanaf het begin
steeds uitgewerkt in jaarplannen. In de hierna volgende hoofdstukken van dit jaarverslag wordt verslag gedaan van de resultaten die
zijn behaald op basis van het jaarplan 2013.
In 2013 is tevens gewerkt aan een nieuw strategisch beleidsplan voor
de periode 2014-2018. Meer hierover kunt u lezen in paragraaf 2.9.
2.2 Externe ontwikkelingen
In de omgeving van Tabijn speelt zich een aantal ontwikkelingen af
die van belang zijn voor de scholen van onze organisatie. Een van
de belangrijkste hiervan is de demografische ontwikkeling: in de
brede regio waar Tabijn scholen heeft is sprake van krimp van de
leerlingenaantallen (daling van het aantal schoolgaande kinderen).
Deze ontwikkeling speelt al meerdere jaren en zal zich naar verwachting ook de komende jaren voortzetten. Als gevolg hiervan zullen
de leerlingaantallen op de meeste Tabijnscholen ook de komende
jaren een dalende trend (blijven) vertonen. Dat zal voor onze scholen
(en voor de organisatie als geheel) tot gevolg hebben dat het personeelsbestand gereduceerd zal moeten worden en dat er sprake
zal zijn van leegstand in de schoolgebouwen. In een aantal gevallen
zal dit ertoe leiden dat scholen niet zelfstandig kunnen voortbestaan
en zullen moeten fuseren met andere scholen. In 2013 heeft dit in
Heemskerk geleid tot een fusie tussen de basisscholen Burghtweijt
en Anne Frank. In Alkmaar is in 2013 het voornemen uitgesproken
om de scholen Oranjehof en Prinsenhof samen te voegen.
Een andere landelijke ontwikkeling die op ons afkomt is de Wet Passend Onderwijs. Deze wet maakt schoolbesturen verantwoordelijk
8
voor het verzorgen van een goede onderwijsplek voor alle leerlingen die zich aandienen. Ook het onderwijs dient zoveel mogelijk
op maat (van de verschillende leerlingen) te worden gegeven. In de
Wet Passend Onderwijs wordt ook voorzien in nieuwe, grote regionale samenwerkingsverbanden waarin alle basisscholen en scholen
voor speciaal onderwijs in een bepaalde regio verplicht participeren.
In deze samenwerkingsverbanden wordt de zorg voor leerlingen
met een speciale onderwijsbehoefte gecoördineerd en gefinancierd.
Tabijn participeert in twee samenwerkingsverbanden Passend
Onderwijs: het samenwerkingsverband IJmond en het samenwerkingsverband Noord-Kennemerland.
Verder is er vanuit de politiek en het ministerie van OC&W de laatste jaren een toenemende aandacht voor het verhogen van de
onderwijskwaliteit. In 2012 is het Bestuursakkoord Primair Onderwijs
ondertekend door de minister van OC&W en de PO-Raad. In het
akkoord zijn op sectorniveau afspraken gemaakt over verhoging van
de onderwijsopbrengsten en versterking van de professionaliteit in
het primair onderwijs. In 2013 zijn in het kader van het Herfstakkoord
en het Nationaal Onderwijsakkoord eenmalig extra financiële middelen beschikbaar gesteld voor het primair onderwijs. Op dit moment
(voorjaar 2014) wordt onderhandeld over het op structurele basis
toekennen van extra financiële middelen voor het primair onderwijs.
Ook wordt er door de overheid steeds meer de nadruk gelegd
op goed, deugdelijk bestuur. Sinds enkele jaren is de Wet Goed
Onderwijs, Goed Bestuur van kracht waarin strengere eisen worden
gesteld aan de kwaliteit van de schoolbesturen en waarin ook
strengere sancties kunnen worden opgelegd indien er op dit terrein
(ernstige) tekortkomingen worden geconstateerd.
Het doel van het strategisch beleidsplan is om op al deze ontwikkelingen adequaat in te spelen.
2.3 De missie
Tabijn als organisatie voor primair onderwijs staat voor kwaliteit. Het
bestuur en de scholen van Tabijn staan garant voor hoogwaardig en
eigentijds onderwijs in een inspirerende leeromgeving. Medewerkers
en leerlingen worden voortdurend gestimuleerd te werken aan hun
eigen ontwikkeling en resultaten. Het bestuur en de scholen van
Tabijn staan midden in de samenleving en zijn ondernemend in het
zoeken naar verbinding met relevante organisaties in de omgeving.
2.4 De visie
Tabijn wil een lerende organisatie zijn
Een optimistische mensvisie gericht op leren en ontwikkelen, staat
hoog in het vaandel van Tabijn. De kerntaak van de scholen van
Tabijn is het inrichten van het onderwijs op een zodanige wijze dat
elk kind de kans krijgt zich optimaal te ontwikkelen. Om dit te kunnen
realiseren is er binnen Tabijn continu aandacht voor permanente ontwikkeling van mens en organisatie, voor samenwerkend leren, voor
open communicatie, voor een veilige leer- en werkomgeving, voor
een professionele cultuur waarbij aanspreken op resultaat en gedrag
gewoon is.
Tabijn wil een kwalitatief hoogwaardige organisatie zijn
Tabijn hecht grote waarde aan de kwaliteit van het onderwijs,
de kwaliteit van het personeel, de kwaliteit van prestaties en
de kwaliteit van faciliteiten en ondersteunende voorzieningen.
Tabijn streeft er naar om continu actief en planmatig het onderwijs en de onderwijsondersteunende processen te verbeteren.
Transparantie en meetbaarheid zijn hierin centrale begrippen.
De geprioriteerde doelen voor de periode 2010 – 2014 zijn:
Tabijn wil een ondernemende organisatie zijn
De scholen zijn ook partner in opvoeding en zorg, waarbij de
ouder primair verantwoordelijk is voor de opvoeding van het
kind. Rekening houdend met de kerntaak speelt Tabijn een
ondernemende en initiërende rol in de schoolomgeving en worden er contacten onderhouden met gemeentes en organisaties
op het terrein van buitenschoolse opvang, sociaal cultureel werk,
jeugdzorg en sport. Op alle niveaus – individuele leerkrachten,
scholen en College van Bestuur – worden contacten gelegd met
andere organisaties in de keten van onderwijs, opvoeding en
zorg. Doel 2.Opbrengstgericht werken
Tabijn wil een inspirerende en zichtbare organisatie zijn
In de waan van de dag, het politieke gekrakeel en de slingerende
visies op onderwijs en opvoeding laat Tabijn een heldere en constante toon horen. Leerkrachten, ouders en leerlingen herkennen
zich in de wijze waarop Tabijnscholen vormgeven aan identiteit:
geworteld in de christelijke traditie, normen en waarden.
2.5 Besturingsfilosofie
Tabijn realiseert zich dat goed, deugdelijk bestuur van groot
belang is voor de eigen organisatie en dat goed bestuur
bijdraagt aan goed onderwijs voor ieder kind. Tabijn onderschrijft
in dit verband de Code Goed Bestuur in het primair onderwijs
van de PO-Raad en handelt hier ook naar. Bij de besturing van
de organisatie gaat Tabijn uit van een aantal kernwaarden. Deze
kernwaarden komen tot uitdrukking in de competenties en in het
gedrag en het handelen van alle bij de besturing van de organisatie betrokken medewerkers (leidinggevende op alle niveaus). Doel 1.Passend Onderwijs
Tabijn realiseert aan het einde van de planperiode (2013) voor
iedere leerling (binnen de Tabijnscholen of daarbuiten) een passend arrangement, dat het kind in staat stelt zijn of haar (cognitieve, creatieve, sociale, enz.) talenten maximaal te ontwikkelen.
Alle scholen van Tabijn scoren voor het eind van 2013 tenminste
gemiddeld voor de opbrengsten van rekenen en taal. Tenminste
20% van de Tabijnscholen scoort voor het einde van 2013
bovengemiddeld op deze opbrengsten.
Doel 3. Kwalitatief hoogwaardige opleiding
en scholing van (startende) leerkrachten
Tabijn investeert in de opleiding van (startende) leerkrachten en
in permanente, op de professionaliteit van leerkrachten gerichte
scholing. Er is wat betreft scholing sprake van een professioneel
en kwalitatief hoogwaardig aanbod op bovenschools niveau.
Aan het eind van 2013 is op iedere Tabijnschool minstens één
leerkracht op masterniveau opgeleid of met de opleiding bezig.
Doel 4. Management development
Tabijn investeert in de continue ontwikkeling van professioneel
management. Daardoor voldoen onze leidinggevenden aan de
eisen die in de competentieprofielen worden gesteld en voorkomt Tabijn langdurig onvervulbare vacatures. Voor het eind van
2013 is 10% van de schooldirecteuren op masterniveau opgeleid of met de opleiding bezig.
Doel 5. Verbeteren van het welbevinden en
reductie van werkdruk
Tabijn realiseert een gerichte aanpak om het welbevinden van
medewerkers aantoonbaar en duurzaam te vergroten en brengt
zorgvuldig de factoren in kaart die een (te) hoge werkdruk bij
medewerkers veroorzaken.
Het gaat om de volgende kernwaarden:
•
•
•
•
Verbinding
Inspiratie
Vertrouwen
Ambitie
Deze kernwaarden hebben een nauwe relatie met de missie en
visie van de organisatie.
2.6 Geprioriteerde doelen voor 2010 –
2014
Van de 14 doelen die in het strategisch beleidsplan zijn opgenomen zijn er vijf uitgekozen die de afgelopen jaren met prioriteit
zijn opgepakt.
Tabijn als organisatie voor primair
onderwijs staat voor kwaliteit. Het
bestuur en de scholen van Tabijn
staan garant voor hoogwaardig en
eigentijds onderwijs in een inspirerende leeromgeving.
9
2.
2.7
sTRaTegIsCHBeLeId
Overige doelstellingen strategisch beleid 2010-2014
Het strategisch beleidsplan kent naast de vijf geprioriteerde doelstellingen nog negen andere doelen. Het gaat om de volgende doelstellingen:
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Doorlopende leerlijnen primair en voortgezet onderwijs
Samenwerking met externe organisaties
Loopbaanperspectieven bij Tabijn
Continuïteit waarborgen
Doorontwikkelen van het besturingsmodel
Doorontwikkelen van de lerende organisatie
Identiteit
Professionalisering van de bedrijfsvoering
Moderne huisvesting
De afgelopen jaren zijn de strategische doelstellingen van Tabijn concreet uitgewerkt in de jaarplannen, bij veel doelstellingen vaak meerdere jaren achter elkaar (doorlopende projecten). In dit jaarverslag
wordt (o.a.) verslag gedaan van de strategische doelstellingen die in
2013 aan de orde zijn geweest in het beleid van Tabijn.
2.8 Evaluatie Strategisch beleid 2010-
2014
In 2013 is het strategisch beleidsplan 2010-2014 geëvalueerd, mede
in verband met het ontwikkelen van een nieuw strategisch plan.
Bij de evaluatie zijn medewerkers uit alle lagen van de organisatie
betrokken (leerkrachten, intern begeleiders, schooldirecteuren, stafmedewerkers en bovenschools leidinggevenden). Uit de evaluatie
is gebleken dat een aanzienlijk deel van de doelstellingen is aangemerkt als ‘geheel of grotendeels gerealiseerd’. Het gaat dan om de
doelstellingen:
•
•
•
•
•
•
•
Kwalitatief hoogwaardige opleiding en scholing van (startende) leerkrachten
Management development
Continuïteit waarborgen
Doorontwikkelen van het besturingsmodel
Doorontwikkelen van de lerende organisatie
Professionalisering van de bedrijfsvoering
Moderne huisvesting
Het oordeel ‘deels wel, deels niet gerealiseerd’ werd uitgesproken
voor de volgende doelen:
•
•
•
•
•
•
•
Passend Onderwijs
Opbrengstgericht werken
Samenwerking met externe organisaties
Doorlopende leerlijnen primair en voortgezet onderwijs
Loopbaanperspectieven bij Tabijn
Verbeteren van het welbevinden en reductie van werkdruk
Identiteit
Het bestuur van Tabijn kan zich in grote lijnen goed vinden in deze
evaluatie, maar plaatst wel een kanttekening bij het feit dat uit de
10
evaluatie naar voren is gekomen dat de doelstellingen rondom “leren”,
“ontwikkelen” of “opleiden” als grotendeels of geheel gerealiseerd
worden beschouwd. In deze doelstellingen moet naar de mening van
het bestuur ook in de toekomst nog veel worden geïnvesteerd. We
zijn er niettemin in geslaagd om een aanzienlijk deel van de strategische doelen te realiseren.
2.9 Strategisch beleid 2014-2018
In het najaar van 2012 is een begin gemaakt met het traject dat heeft
geleid tot een nieuw strategisch beleidsplan voor de periode 20142018. Bij dit traject is een groot aantal medewerkers uit de organisatie betrokken. Er zijn in september 2012 vijf breed samengestelde
ontwerpgroepen gevormd rond de volgende thema’s:
•
•
•
•
•
De Leerling
De Leerkracht
De Ouder
Het Team
De Leider
De activiteiten van de ontwerpgroepen werden gecoördineerd door
een regiegroep onder leiding van de voorzitter CvB van Tabijn.
De ontwerpgroepen kwamen diverse meerdere malen apart bij
elkaar, maar er zijn in 2013 ook een drietal plenaire bijeenkomsten
georganiseerd, waarbij de leden van de regiegroep, de deelnemers
van de ontwerpgroepen en alle directeuren aanwezig waren (samen
ca. 60 deelnemers). Dit traject heeft medio 2013 geleid tot een concept-strategisch beleidsplan 2010-2014. Dit concept is in de tweede
helft van 2013 besproken in de volgende gremia: raad van toezicht,
gemeenschappelijke medezeggenschapsraad, personeelsraad, directeurenberaad, netwerk adjunct-directeuren en netwerk intern
begeleiders. Op grond van deze bijeenkomsten is het plan bijgesteld
en begin 2014 voorlopig vastgesteld. In februari 2014 verleende de
raad van toezicht goedkeuring aan het plan en in april 2014 verleende de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad instemming.
Vervolgens is het strategisch beleidsplan 2014-2018 definitief vastgesteld.
Het plan is getiteld: “Tabijn: de beste basis! Leren op hoog niveau”.
Het doel van het plan is om de Tabijnscholen te laten uitgroeien tot
de beste basisscholen in de regio. Hiertoe is een nieuwe visie ontwikkeld. Deze visie is uitgewerkt in zes concrete doelstellingen:
1. 2. 3. 4. 5. 6. Alle leerlingen leren op hoog niveau
Leerkrachten leren van elkaar en professionaliseren zich continu
Tabijn versterkt de kwaliteit en het gebruik van ICT
Tabijn werkt met teams als basis voor uitstekend en innovatief onderwijs
Tabijn versterkt de rol van ouders en andere partners
Bij Tabijn werken effectieve en inspirerende leiders
Het nieuwe strategisch beleidsplan 2014-2018 zal met ingang van
het schooljaar 2014-2015 in uitvoering worden genomen.
Starters voor starters
Goede leerkrachten zijn de basis voor kwalitatief hoogwaardig onderwijs en daarmee ons aller toekomst. Tabijn heeft de
kwaliteit en professionaliteit van haar leerkrachten hoog in het
vaandel staan. En dat begint al bij de stagiaires en de startende
leerkrachten. Beide groepen worden vakkundig begeleid door de
twee schoolopleiders van Tabijn, Edith Hopman en Ton Zwanink.
Zij zijn vast aanspreekpunt voor de mentoren die de stagiaires
in de klas begeleiden en opereren veelal als een schakel tussen
de stagebiedende scholen en de opleidingsinstituten. Daarnaast
verzorgen zij trainingen voor startende leerkrachten en kunnen zij
coachende hulp bieden als startende leerkrachten een specifieke
leervraag hebben.
Een van deze bijeenkomsten stond in het teken van ‘leren met
elkaar en van elkaar’ en werd inhoudelijk verzorgd door drie startende leerkrachten.
Interactief werken m.b.v. stemkastjes
Mieke Muntjewerff (Kornak) liet zien hoe zij interactief werken in
haar klas vorm geeft door het gebruik van stemkastjes. Aan de
hand van een paar praktijkvoorbeelden liet ze zien dat de stemkastjes prima inzetbaar voor allerlei doeleinden: proefjes, vragen,
tafels oefenen… Omdat de kastjes op naam geregistreerd kunnen worden zijn ze ook geschikt voor toetsen.
Inmiddels komen er steeds meer apps voor het onderwijs op
de markt. Nearpod biedt de mogelijkheid tot stellingen, multiple
choicevragen en tekenen. De app levert een rapportage aan de
leerkracht.
Interactieve instructie
Anita Beentjes (Kornak) heeft voor haar afstudeeropdracht het
programma Flipcharts helemaal uitgeplozen en lessen aangemaakt. Flipcharts wordt als standaard programma meegeleverd
met het Active Board. Voor smartboarden zijn vergelijkbare
programma’s beschikbaar. Ze liet een paar voorbeelden van haar
lessen aan de deelnemers zien. Waar het in eerste instantie best
wat tijd kost om de lessen te maken zijn deze later makkelijk aan
te passen. Verder zet Anita de lessen na de instructie op de pc
zodat ze ook later nog gemaakt kunnen worden.
Werken in de Cloud
Harald van Brederode (Paulus) liet zien hoe hij met zijn klas in
‘the cloud’ werkt. Het voordeel hiervan is dat men in principe
overal ter wereld kan werken mits er een internetverbinding is.
Men werkt als het ware altijd maar in één document en altijd
met de nieuwste (online) software. Daarnaast is het mogelijk om
een kopie van de map op de eigen (thuis- of school) pc neer te
zetten. Deze synchroniseert met de map in de cloud zodra er
internetverbinding is
Harald heeft voor elk van zijn leerlingen een eigen map aangemaakt en één gemeenschappelijk e-mailadres om de mappen
te kunnen benaderen. Op dit moment kunnen de leerlingen nog
bij elkaar in de mappen kijken maar dit zal z.s.m. veranderd
worden. Dankzij goede afspraken hebben zich geen problemen
voorgedaan.
11
ORGANISATORISCHE ONTWIKKELINGEN EN GOVERNANCE
3.
3.1 Verklaring Omtrent het Gedrag
(VOG)
Sinds jaar en dag is het voor medewerkers in het onderwijs verplicht
om te beschikken over een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG).
Alle medewerkers van Tabijn beschikken over een VOG gericht op
het onderwijs. In 2013 is duidelijk geworden dat dit niet volstaat voor
medewerkers van Tabijn die in de buitenschoolse opvang (BSO)
werken. Op zeven Tabijnscholen wordt de BSO door Tabijn in eigen
beheer (m.b.v. eigen medewerkers) uitgevoerd. Voor deze medewerkers is alleen een VOG onderwijs niet voldoende; zij dienen naar
de eisen van de GGD tevens te beschikken over VOG gericht op
de kinderopvang. Ook alle BSO-stagiaires, medewerkers van het
bestuursbureau en leerkrachten uit de flexpool moeten over een
VOG kinderopvang beschikken. In 2013 is voor al deze medewerkers
een VOG kinderopvang aangevraagd en verkregen.
3.2 Ontwikkeling van het leerlingen-
aantal
De Tabijnscholen bevinden zich in een krimpregio. Dat is te merken
aan de ontwikkeling van het leerlingenaantal. In de periode 20062012 is het leerlingenaantal van de Tabijnscholen gedaald met ruim
8%. In 2013 bedroeg het leerlingenaantal 5.625, waarmee het vrijwel identiek was aan het leerlingenaantal van 2012 (5.628). Niettemin wordt er de komende jaren weer een voortgaande krimp voor
de Tabijnsscholen verwacht van ca. 2-3% per jaar. Wat betreft de
ontwikkeling van het leerlingenaantal is er wel sprake van verschillen
tussen de scholen: veel scholen blijven min of meer stabiel, sommige
scholen groeien, andere scholen dalen licht en enkele scholen dalen
sterk qua leerlingenaantal. Sommige scholen lopen qua leerlingenaantal zo sterk terug dat een voortbestaan als zelfstandige school
niet langer mogelijk is. Dit geldt voor de Burghtweijt in Heemskerk en
de Prinsenhof en Oranjehof in Alkmaar.
3.3 Fusie Anne Frank school Burghtweijt
Basisschool De Burghtweijt is eind 2011 qua leerlingenaantal voor
de derde keer op rij onder de opheffingsnorm gekomen. Daarmee
vervalt de bekostigingsgrondslag en kan de school niet langer zelf-
12
standig voortbestaan. Dit is in het voorjaar van 2012 met alle betrokkenen bij de school gecommuniceerd. In 2012 heeft het CvB daarom
het voornemen geuit om per 1 augustus 2013 te komen tot een fusie
met de naburige Anne Frank school, eveneens vallend onder Tabijn. In het voorjaar 2013 hebben de medezeggenschapsraden van
de beide scholen ingestemd met de fusie-effectrapportage. Ook de
gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van Tabijn heeft vervolgens ingestemd met de voorgenomen fusie. Daarop heeft het CvB
het definitieve fusiebesluit genomen. De fusie tussen de Anne Frank
school en de Burghtweijt is per 1 augustus 2013 gerealiseerd. De
naam van de (fusie)school blijft: Anne Frank school.
3.4 Fusie Oranjehof - Prinsenhof
Vanwege de forse daling van het leerlingenaantal op de Alkmaarse scholen Prinsenhof (bestaande uit twee locaties) en Oranjehof
(eveneens bestaande uit twee locaties) heeft het CvB medio 2013
het voornemen geuit om deze scholen per 1 augustus 2014 te
fuseren. De nieuwe fusieschool zal bestaan uit drie locaties; de locatie
Kofschipstraat van de Oranjehof zal met ingang van 1 augustus
2014 worden gesloten. Dit voornemen is in het najaar 2013 met alle
betrokkenen besproken. Ook de ouders zijn hierover geïnformeerd.
In het voorjaar van 2014 hebben de medezeggenschapsraden van de
betrokken scholen ingestemd met de fusie-effectrapportage. Ook de
gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van Tabijn heeft vervolgens ingestemd met de voorgenomen fusie. Daarop heeft het CvB
het definitieve fusiebesluit genomen. De fusie tussen de Oranjehof en
Prinsenhof zal per 1 augustus 2014 worden doorgevoerd. De naam
van de (fusie)school wordt: DURV! school.
3.5 Uittreden Vervangingsfonds
Tabijn is aangesloten bij het Vervangingsfonds. Het Vervangingsfonds vergoedt de kosten van zieke werknemers, maar daar staat
een aanzienlijke premie tegenover. Al meerdere jaren wordt geconstateerd dat Tabijn beduidend meer premie afdraagt dan het aan
vervangingskosten declareert. Tot voor kort was aansluiting bij het
Vervangingsfonds verplicht, maar nu niet meer. Vanwege het aanzienlijke financiële voordeel van tenminste € 200.000 op jaarbasis (bij
het huidige ziekteverzuimpercentage van 4 %) heeft het CvB in 2013
besloten per 1 januari 2014 uit het Vervangingsfonds te stappen en
over te gaan naar het eigen risicodragerschap. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad heeft ingestemd met dit besluit.
3.6 Convenant Horizontaal Toezicht met de Belastingdienst
In februari 2013 hebben Tabijn en de Belastingdienst het convenant
Horizontaal Toezicht ondertekend. Beide partijen beogen hiermee
te komen tot een efficiëntere en effectievere werkwijze wat betreft
fiscale aangelegenheden. Zij streven naar een permanent actueel
inzicht in relevante gebeurtenissen en een snelle standpuntbepaling,
teneinde de rechtszekerheid te vergroten.
3.7 Vertrek externe vertrouwens persoon
Mevrouw Yvonne Grapendaal, een van de twee externe vertrouwenspersonen van Tabijn heeft haar functie wegens persoonlijke
omstandigheden per 1 augustus 2013 neergelegd. Zij is 11 jaar als
vertrouwenspersoon verbonden geweest aan Tabijn. In overleg met
de andere vertrouwenspersoon, mevrouw Petra Vervoort, is afgesproken vooralsnog niet op zoek te gaan naar een vervanger voor
mevrouw Grapendaal. De werkzaamheden kunnen naar inschatting
van mevrouw Vervoort door één externe vertrouwenspersoon worden verricht.
13
4.
ONDERWIJS EN KWALITEITSZORG
4.1 Passend onderwijs
4.1.1 Samenwerkingsverbanden
Tabijn participeert in twee samenwerkingsverbanden: Samenwerkingsverband PO Noord-Kennemerland en Passend Onderwijs
IJmond. Beide samenwerkingsverbanden hebben in 2013 gewerkt
aan de voorbereiding van Passend Onderwijs in 2014. Elk samenwerkingsverband heeft een ondersteuningsplan gemaakt dat in 2014
wordt besproken met directeuren en intern begeleiders van de scholen van Tabijn.
In het directeurenberaad zijn de ontwikkelingen binnen de samenwerkingsverbanden besproken. Tijdens de netwerkbijeenkomsten
van intern begeleiders zijn de ontwikkelingen in de samenwerkingsverbanden een vast agendapunt. Daar worden bestuurlijke ontwikkelingen en praktijkervaringen, met het CvB dat voor dit agendapunt
aanwezig is, besproken.
4.1.2 Plusactiviteiten
De scholen zijn ook dit jaar verder gegaan met het uitbreiden van
het leerstofaanbod voor meerbegaafde leerlingen. Er zijn verschillende initiatieven op school- en bovenschools niveau ontwikkeld.
Op schoolniveau wordt binnen de eigen school materiaal ingezet dat
specifiek ontwikkeld is voor deze doelgroep, bijvoorbeeld de Pittige
Plustoren en Levelwerk. Op de scholen in Alkmaar, Castricum en
Heemskerk krijgen de plusleerlingen samen met leerlingen van andere Tabijnscholen les in een gemeenschappelijke plusklas. De Digitale
Topschool, gestart in Alkmaar, is door andere scholen overgenomen.
Er is behoefte kennis en ervaringen op dit terrein met elkaar te delen. In september 2013 is de notitie Plusleerlingen bij Tabijn vastgesteld door het CvB. Deze is besproken met de leerkrachten van de
plusklassen en de directeuren. In de notitie wordt voorgesteld om
een werkgroep in te stellen die de opdracht heeft om informatie over
plusleerlingen te bundelen en digitaal beschikbaar te maken voor
alle scholen van Tabijn. In november is de werkgroep plusleerlingen
gestart om positieve ervaringen van binnen en buiten Tabijn te bundelen en digitaal beschikbaar te maken. Op die manier kunnen scholen meer gebruik maken van de opgedane ervaringen en samen werken aan een beter onderwijsaanbod voor deze groep leerlingen.
binnen één digitale omgeving zelfstandig aan de slag met lezen, spellen en schrijven.
Op elke school zijn de leerkrachten geschoold om met Kurzweil werken en er wordt steeds meer gebruik gemaakt van het programma.
Dit betekent ook dat de behoefte aan gescande en bewerkte teksten
uit methoden en leesboeken groeit. De centrale digitale bibliotheek
is wederom uitgebreid en daar waar er technische problemen zijn
worden die aangepakt.
4.1.4 Netwerk intern begeleiders
De intern begeleiders zijn zes keer in 2013 bij elkaar gekomen. Alle
intern begeleiders zijn tevreden over de wijze waarop het netwerk
functioneert. Elke bijeenkomst wordt voorbereid door de voorbereidingsgroep. Deze bestaat drie intern begeleiders, de communicatiemedewerker die notuleert en het lid van de algemene directie dat
verantwoordelijk is voor het IB-netwerk.
Zoals afgesproken in het jaarplan is tijdens een bijeenkomst aandacht besteed aan de kwaliteitsaspecten 8 (leerlingenzorg) en 9
(systeem voor kwaliteitszorg) uit het inspectiekader. Tijdens een
andere bijeenkomst is gesproken over het maken van analyses en
interventies. Voor de onderwerpen verwijzen we naar de bijlage aan
het eind van dit rapport.
Vaste agendapunten in het netwerk zijn de ontwikkelingen m.b.t.
ESIS, Kurzweil, uitwisselen van informatie (‘Halen en brengen’) en
intervisie in vaste groepjes. Daarnaast kwamen aan de orde het werken met SCOL, het strategisch beleidsplan 2014-2018 en de kwaliteitsaspecten van de inspectie van het onderwijs. Tot slot verdiepten
de intern begeleiders zich in het Early Warning System (EWS) en het
maken van analyses en formuleren van interventies.
4.1.5 Gedragscode
Een werkgroep heeft de Gedragscode van Tabijn vorm en inhoud gegeven. Uitgangspunt van een gedragscode is het idee dat je met z’n
allen bijdraagt aan een veilige en prettige manier van samenwerken.
De gedragscode is een leidraad voor iedereen die de scholen van
Tabijn bezoekt. Dus zowel voor leerkrachten, de ouders, de leerlingen
als ook de medewerkers van het bestuursbureau. De afspraken zijn
verwoord in vier waarden: ontwikkeling, verantwoordelijkheid, respect en veiligheid.
ontwikkeling
verantwoordelijkheid
respect
veiligheid
4.1.3 Begeleiding dyslexie
Alle scholen werken met het programma Kurzweil om leerlingen met
dyslexie beter te kunnen begeleiden.
Kurzweil 3000 is een geavanceerd dyslexieprogramma voor alle vormen van dyslexie. Met behulp van het programma kunnen leerlingen
14
4.2
Opbrengstgericht werken
4.2.1 Vervolg scholing opbrengstgericht werken
Uit onderzoek is gebleken dat de leerkracht ertoe doet en dat leiderschap in een school een belangrijke rol hierin speelt. Dit betekent dat
Tabijn goed zicht dient te krijgen op de kwaliteit van de leerkrachten
en directeuren. In 2013 is het scholingsaanbod voor leerkrachten
zowel op Tabijnniveau als op schoolniveau gericht op het versterken
van opbrengstgericht werken. In de netwerken van alle leerkrachten
is aandacht besteed aan differentiatie in lesaanbod en de leesstrategieën in begrijpend lezen (zie bijlage Netwerken). Om het scholingsaanbod doelgerichter en efficiënter te laten verlopen is in 2013
begonnen met de oprichting van de Tabijnacademie.
4.2.2 Tabijnacademie
Eind 2012 heeft het CVB besloten de Tabijnacademie op te richten.
De Tabijnacademie is ontstaan uit de wens om opleidingsactiviteiten te bundelen. De academie verzorgt een breed (scholings)aanbod
voor alle medewerkers van Tabijn: netwerken voor de leerkrachten,
deskundigheidsbevordering, begeleiding van specifieke doelgroepen, studiereizen, Tabijncafé en talentenbank. In haar fysieke verschijningsvorm is de Tabijnacademie een website waarop al het
scholingsaanbod staat en waar men zich kan inschrijven. De scholingsbijeenkomsten vinden plaats bij Tabijn.
De eerste vergadering van de werkgroep Tabijnacademie vond
plaats in februari 2013. Gezien de late start van de werkgroep was
het niet meer mogelijk om per 1 augustus 2013 de Tabijnacademie
met een goed aanbod te laten beginnen.
De voorbereidende werkzaamheden van deze werkgroep waren
onder meer onderzoek naar academies van andere schoolbesturen,
inventarisatie van scholingsbehoefte van personeelsleden en teams,
keuze van een backoffice systeem. Dit backoffice systeem behelst
een website waar personeelsleden alle informatie over het scholingsaanbod kunnen vinden (vorm, inhoud, niveau, duur, plaats, etc.) en
waar zij zich kunnen inschrijven. Een systeem dat allerlei administratieve handelingen zoals aanmelding, afmelden, uitreiken van certificaten en dergelijke kan verrichten.
Gekozen is voor het systeem van OinO en Kokgesto Rolf. Hiermee
heeft de Tabijnacademie een website met een eigen gezicht. Deze
website is op de nieuwjaarsreceptie 2014 gelanceerd.
4.3 Interne en externe kwaliteitszorg
4.3.1 Kwaliteitsonderzoeken door de onderwijsinspectie
De onderwijsinspectie heeft in 2012 bij vijf scholen (Het Rinket, Bosschool, Molenhoek, Visser ’t Hooft en De Oranjehof) een kwaliteitsonderzoek gedaan. In tegenstelling tot de kwaliteitsonderzoeken
in 2011 beoordeelt de onderwijsinspectie de kwaliteitsaspecten 8
(leerlingenzorg) en 9 (systeem voor kwaliteitszorg) overwegend voldoende. Het overzicht is in de bijlage opgenomen.
De werkgroep Onderwijskwaliteit heeft naar aanleiding van de inspectiebezoeken in 2011 de opdracht gekregen om een kwaliteitszorgsysteem Tabijn op schoolniveau zodanig vorm te geven, dat
het voldoet aan de eisen van de onderwijsinspectie en tevens passend is bij de wensen van de scholen, namelijk efficiënt en effectief.
De werkgroep heeft hiervoor het draaiboek kwaliteitszorgsysteem
Tabijn op schoolniveau ontwikkeld.
Voor de inspectiebezoeken aan basisschool Oranjehof en Visser ’t
Hooft in juli is een concept handboek aan de onderwijsinspecteurs
gestuurd. De inspecteurs oordeelden dat in het draaiboek alle aspecten van het onderwijsleerproces systematisch aan de orde komen en
dat de kwaliteitszorgcyclus op er goed uit ziet. Tegelijkertijd meldden zij dat in de praktijk nog moet blijken of scholen volgens het
draaiboek werken. Met het directeurenberaad is afgesproken dat het
thema kwaliteitszorg twee keer per schooljaar op de agenda van het
beraad wordt gezegd.
4.3.2 Handboek Kwaliteitszorg Tabijn op schoolniveau
In dit handboek worden de thema’s binnen de kwaliteitszorg
beschreven, alsmede de wijze waarop de thema’s worden onderzocht en wanneer de thema’s aan de orde zijn. In het draaiboek staan
alle onderwerpen om het onderwijsleerproces te evalueren over een
periode van vier jaar ingepland. In onderstaande tabel wordt aangegeven welke onderwerpen per schooljaar aan de orde komen.
Uit het handboek Kwaliteitszorg op schoolniveau is de EWS vragenlijst Risicofactoren in 2013 aan de orde. De vragen uit deze vragenlijst zijn in de PO-spiegel gezet, waardoor teamleden deze vragen
digitaal konden invullen en waarna de directeur een compacte rapportage kon ontvangen. Deze rapportage is op elke school binnen
het team besproeken. Vragen als ‘waar zijn we met elkaar over eens
en waarover niet, is er een grote discrepantie tussen de meningen,
zijn er verbeterpunten’, kwamen in de teambespreking aan de orde.
In de jaarverslagen van de scholen zijn de EWS vragenlijst en de
uitkomsten van de teambespreking en eventuele vervolgstappen
beschreven.
Volgens onderstaand schema zijn de volgende aspecten in 2013 aan
de orde geweest:
2012-2013
2013-2014
Opbrengsten 2x
Opbrengsten 2x
Systematisch vorderingen volgen 4x
Systematisch vorderingen volgen 4x
Voldoende leertijd
Voldoende leertijd
Afstemmen en organiseren
Afstemmen en organiseren
Cyclisch werken
Cyclisch werken
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
EWS vragenlijst Risicofactoren
EWS vragenlijst Team functioneren en
leidinggeven *
EWS vragenlijst Bovenschools
management
EWS vragenlijst Opbrengsten*
Schoolklimaat Onderzoek ouders,
leerlingen en personeel*
* wordt afgenomen in 2014
15
4.
ondeRWIJsenKWaLITeITsZoRg
Planning 2012-2016 alle onderwerpen van kwaliteitszorgsysteem Tabijn op schoolniveau
2012-2013
2013-2014
2014- 2015
2015- 2016
Opbrengsten 2x
Opbrengsten 2x
Opbrengsten 2x
Opbrengsten 2x
Systematisch vorderingen volgen 4x
Systematisch vorderingen volgen 4x
Systematisch vorderingenvolgen 4x
Systematisch vorderingen volgen 4x
Voldoende leertijd
Voldoende leertijd
Voldoende leertijd
Voldoende leertijd
Afstemmen en organiseren
Afstemmen en organiseren
Afstemmen en organiseren
Afstemmen en organiseren
Cyclisch werken
Cyclisch werken
Cyclisch werken
Cyclisch werken
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
Extra zorg aan zorgleerlingen 4x
EWS vragenlijst:
Risicofactoren
EWS vragenlijst:
EWS vragenlijst:
Schoolklimaat Onderzoek ouders,
Team functioneren en leidinggeven
Onderwijsleerproces
leerlingen en personeel
EWS vragenlijst:
Bovenschools management
EWS vragenlijst: Opbrengsten
EWS vragenlijst:
Onderwijs en leren
Schoolklimaat Onderzoek ouders,
leerlingen en personeel
Variabel : audit, visitatie en rapportage onderwijsinspectie (tenminste eenmaal per 4 jaar)
Voor het schooljaar 2012 – 2013 staan twee vragenlijsten gepland.
In twee directeurenberaden in het najaar 2012 is de EWS vragenlijst
over het bovenschools management besproken. Uit de bespreking
met de directeuren blijkt dat een aantal punten een nadere uitwerking
behoeft:
een duidelijke verdeling van taken, bevoegdheden en verant woordelijkheden tussen de directie van scholen en de algemene directie,
duidelijke afspraken over vervolgtrajecten van kwaliteitsverbete-
ring door de algemene directie,
draaiboek met kaders voor het uitvoeren van een zelfevaluatie en
audit,
het levendig houden en up-to-date houden van verschil lende beleidsstukken, waaronder o.a. het protocol begeleiden
van zwak functionerende leerkrachten,
kerntaak onderwijskundig leiderschap.
•
•
•
•
•
16
Uit de bespreking kwamen twee zaken naar voren die niet één-opéén te herleiden zijn naar de thema’s uit de vragenlijst bovenschools
management, namelijk: starten met 360 graden feedback van directie van scholen, algemene directie en CvB om meer zicht te krijgen
op het functioneren van alle leidinggevenden van Tabijn en een handboek voor (startende) directeuren.
De werkgroep onderwijskwaliteit zal samen met de sector HRM de
ontwikkelpunten en aanbevelingen in 2013 uitwerken.
4.3.3 De Cito-eindopbrengsten 2011-2013 van de
scholen van Tabijn
In april 2013 is na de uitslag van de Cito-eindtoets een overzicht
per school gemaakt van de Cito-eindtoetsscore van de afgelopen 3
jaren. Op basis van de scores zijn de scholen ingedeeld in de fasen
van het Early Warning System (EWS). Op basis van de Cito-eindtoetsscores van de afgelopen 3 jaren zijn er volgens de indeling van
het EWS geen scholen in de rode fase, d.w.z. de risicovolle fase.
20 Scholen zijn in de groene fase ingedeeld. Dit betekent dat deze
scholen de afgelopen drie jaar overwegend Cito-eindtoetsscores
hebben gehaald die gemiddeld en/of bovengemiddeld zijn. Om in de
donkergroene fase van EWS te komen moet een school twee van de
drie jaren een bovengemiddelde Cito-eindtoetsscore hebben.
In de gele fase zijn 5 scholen geplaatst. Aan deze scholen is
gevraagd de tussenopbrengsten in kaart te brengen. Met name de
resultaten van groep 7 zijn hiervan belang, omdat deze groep in 2014
de nieuwe groep 8 is. In het managementoverleg met de algemene
directie zijn de directies van deze scholen gevraagd naar het verhaal
achter de eind- en tussenopbrengsten en welke resultaten zij van de
nieuwe groep 8 in 2014 verwachten. Afhankelijk van hun toelichting,
de analyse van de eind- en tussenopbrengsten en de te verwachten
resultaten in 2014 zijn afspraken gemaakt met deze scholen over de
noodzaak om gerichte interventies te plegen. Dit om voor de tweede
maal een score onder de ondergrens te voorkomen. In de bijlage
worden deze scholen er extra uitgelicht.
Tabel: De eindopbrengsten 2013* ingedeeld Early Warning System
gecor.st.
score 2011
ongecor.
score 2012
ongecor.
score 2013
ondergrens
2013
gemiddelde
2013
bovengrens
2013
1
Anne Frank
536.4
536.6
532,6
534,3
536,3
538,3
2
Arkel
534.8
536.3
538,6
534,9
536,9
538,9
3
Augustinus
534.2
539.6
537,4
534,5
536,5
538,5
4
Baken
532.6
537.7
535,5
534,8
536,8
538,8
5
Bareel
534.4
535.5
537,3
534,8
536,8
538,8
6
Binnenmeer
537.5
538.4
536,9
534,5
536,5
538,5
7
Bosschool
537.6
537.9
538,3
535,2
537,2
539,2
8
Branding
532.6
535.3
540,5
534,6
536,6
538,6
9
Burghtweijt
534.8
532.2
539,4
528,9
530,9
532,9
10
Cunera
536.7
537.9
536,6
534,5
536,5
538,5
11
Duif
536.1
537.2
538,0
534,2
536,2
538,2
12
Kornak
532.0
534.4
537,2
534,8
536,8
538,8
13
Leonardus
535.7
535.3
534,4
533,5
535,5
537,5
14
Molenhoek
535.7
534.4
536,3
534,3
536,3
538,3
15
Oranjehof
533.6
537.7
532,8
534,6
536,6
538,6
16
Otterkolken
533.9
535.6
538,4
534,8
536,8
538,8
17
Paulus
536.0
535.2
539,8
534,5
536,5
538,5
18
Prinsenhof 1
532.7
536.0
537,5
532,1
534,1
536,1
19
Prinsenhof 2
535.1
531.8
535,1
532,1
534,1
536,1
20
Rinket
535.1
536.8
528,7
529,0
531,0
533,0
21
Toermalijn
536.7
536.2
537,2
534,9
536,9
538,9
22
Visser ‘t Hooft
536.0
535.6
535,3
534,6
536,6
538,6
23
Vlinder
535.3
534.7
531,6
531,6
533,6
535,6
24
Vrijburg
535.9
537.0
533,7
534,8
536,8
538,8
25
Willem Alexander
534.2
538.3
537,0
534,9
536,9
538,9
26
Windhoek
534,6
535.0
530,9
534,8
536,8
538,8
indeling in
EWS fase 2013
* Vóór 2012 werkte de Onderwijsinspectie met een gecorrigeerde standaard score om de ondergrens van de Cito-eindtoets te bepalen. Deze ondergrens lag jaren op 533.8. Sinds 2012 wordt voor de bepaling van de ondergrens, gemiddelde en bovengrens het percentage leerlingengewicht van de
school gehanteerd. Dit betekent dat elke school andere waarden voor deze grenzen heeft. Hierdoor kunnen Cito-eindtoetsscores van scholen niet éénop- één met elkaar vergeleken worden. De vergelijking tussen eindtoetsscores van bijv. twee opeenvolgende jaren van een schoolkan mank gaan, omdat
een school het ene jaar een hoger leerlingengewicht kan hebben dan het andere jaar en andersom. Het percentage leerlingengewicht wordt bepaald op
1 oktober en heeft betrekking op alle leerlingen van de school.
17
4.
ondeRWIJsenKWaLITeITsZoRg
4.3.4 Ambitie Tabijn Strategisch Beleidsplan
Alle scholen van Tabijn scoren ten minste gemiddeld voor de opbrengsten voor rekenen en taal voor het einde van 2013 en zoveel
eerder als mogelijk is. Ten minste 20% van de Tabijnscholen scoort
voor het einde van 2013 bovengemiddeld op deze opbrengsten.
In 2013 hebben vier scholen van Tabijn bovengemiddeld gescoord
op de Cito-eindtoets. Hiermee is onze ambitie ‘20% van de scholen
scoort bovengemiddeld’ net niet gehaald. Ook de ambitie dat alle
scholen van Tabijn ten minste gemiddeld scoren, is niet gerealiseerd.
Vier scholen scoren onder de ondergrens en 4 scholen scoren wel
boven de ondergrens maar onder het gemiddelde.
Onze ambitie is dat scholen blijvend (duurzaam: drie jaren na elkaar)
gemiddeld en 20% bovengemiddeld scoren. In het managementoverleg in het voorjaar 2013 zijn met alle scholen de eind- en tussenopbrengsten besproken. Ook is gevraagd naar de te verwachten
Cito-eindtoetsscore 2014. Het EWS en de geformuleerde ambities
van de scholen spelen hierin een zeer belangrijke rol.
4.3.6 Bestuurlijk overleg met de onderwijsinspectie
Op 20 september is de onderwijsinspectie op het bestuursbureau
geweest voor het bestuurlijk overleg. In dit overleg zijn alle scholen van Tabijn besproken. De resultaten van de Cito-eindtoets zijn,
waar nodig, bijgesteld. Alle scholen van Tabijn krijgen het basisarrangement. De basisscholen Anne Frank, De Windhoek, De Vrijburg
en De Oranjehof krijgen een attendering, omdat zij een keer onder
de ondergrens van de Cito-eindtoetsscore hebben gescoord. Basisschool het Rinket kreeg in eerste instantie ook een attendering, maar
na bezwaar van Tabijnzijde heeft de onderwijsinspectie besloten het
Rinket het basisarrangement zonder attendering te geven. Zij baseert
zich hierbij op de complexe schoolbevolking en het grote verschil
tussen het percentage gewogen leerlingen in groep 8 ten op zicht van
de rest van de school.
4.3.5 Excellente School
Het CVB en de algemene directie hebben scholen gevraagd of zij een
aanvraag willen doen om in aanmerking te komen voor het predicaat
excellente school, dat door het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen in het leven is geroepen. De reactietermijn (23 mei 2013)
was voor de scholen die hieraan mee willen doen, te kort dag.
De Binnenmeer uit Uitgeest, de Bosschool in Bergen, en de Augustinusschool in Castricum, De Duif in Heiloo, Het Rinket in Heemskerk,
de Paulus in Castricum hebben aangegeven dat zij willen onderzoeken in hoeverre zij reeds voldoen aan de eisen die aan een excellente
school worden gesteld. De scholen hebben de ambitie uitgesproken
dat zij, als zij in 2014 nog niet klaar zijn voor het predicaat excellentie,
zeker in 2015 dit predicaat willen krijgen.
De directeuren van deze scholen worden vanuit de algemene directie
ondersteund bij het doen van de aanvraag Excellente School.
18
Alle scholen van Tabijn scoren
ten minste gemiddeld voor de
opbrengsten voor rekenen en
taal voor het einde van 2013 en
zoveel eerder als mogelijk is.
Ten minste 20% van de Tabijnscholen scoort voor het einde
van 2013 bovengemiddeld op
deze opbrengsten.
Invalpool = Flexpool
Tabijn werkt al meer dan 10 jaar met een vast bestand aan leerkrachten die (tijdelijke) vacatures op alle scholen van Tabijn opvangen. Met
goedkeuring van het College van Bestuur is de invalpool in 2013 omgedoopt tot ‘flexpool’. Medewerkers in de invalpool worden flexibel
ingezet en om die reden verdient de invalpool een naam die hierbij past! Een korte terugblik op de beginjaren en de reden voor de
naamswijziging.
FLEXPOOL:
flexibele inzet van leerkrachten,
leerkrachten met een flexibele
werkplek en een flexibele houding.
In 2002 is de invalpool opgericht om vervanging bij ziekte of verlof snel
te kunnen regelen. Toen bestond de invalpool uit maar liefst vier (!)
leerkrachten. In de loop van de tijd is de invalpool uitgegroeid tot een
grote groep gemotiveerde leerkrachten. In 2013 werkten er ongeveer 75 leerkrachten in de invalpool.
Niet alleen de grootte van de groep is veranderd maar ook de
manier waarop invalpoolers ingezet worden is veranderd. Voorheen
vervingen onze leerkrachten in de invalpool vooral zieke collega’s
en zwangere collega’s. Steeds vaker echter worden zij ingezet voor
bijvoorbeeld een jaar in de formatie van een school. Beide partijen
hebben hier baat bij. De invalleerkracht heeft een langdurige tijdelijke
werkplek en hiermee de mogelijkheid om op verschillende werkplekken binnen Tabijn ervaring op te doen, cultuur en werkwijzen op te
snuiven. Voor de school is het door de flexibiliteit in formatie fijn dat
er geen personele overplaatsing nodig is in de toekomst en er wel
langdurige vervanging in een groep geboden kan worden. Tevens
starten veel nieuwe, jonge leerkrachten hun loopbaan binnen Tabijn
via de invalpool. Hierdoor kunnen zij ervaring opdoen op verschillende scholen binnen Tabijn; een zeer leerzame start in het vakgebied!
Bovenstaande punten zijn redenen voor de groei van de invalpool.
Binnen de invalpool werken medewerkers met een tijdelijke benoeming, maar ook met een vaste benoeming.
Tabijn vindt dat de naam ‘invalpool’ mede door de veranderende omstandigheden m.b.t. de inzet van invalpoolers geen recht meer doet
aan het werk dat deze collega’s doen. De leerkrachten flexpool zijn
zeer gewaardeerde leerkrachten binnen Tabijn. Daarom de keus voor
een nieuwe naam die recht doet aan de werkzaamheden en werkwijze van deze collega’s!
Steeds vaker bereiken ons berichten van flexpoolers dat het invallen
op scholen hen veel heeft opgeleverd: het leren kennen van verschillende onderwijsconcepten en diverse culturen binnen een school
leren je een hoop van het vak. Wanneer sta ik in mijn kracht en wat
past bij mij?
19
5.
5.2.2 Hardware
ICT
5.1 Algemeen
Het jaar 2013 is voor de ICT-dienst een jaar geweest waarin de ontwikkelingen er voor gezorgd hebben dat de ondersteuningsvraag
langzaam aan het veranderen is. De vraag naar tablets wordt groter
en het aantal werkplekken is toegenomen. Begrippen als ‘bring your
own device’ (BYOD) en ‘choose your own device’ (CYOD) deden
hun intrede. De SharePoint omgeving is door de ontwikkelingen van
Office 365 verplaatst naar “the Cloud”.
Ook educatieve software wordt verplaatst naar het internet. Basispoort als toegangspoort naar de educatieve content is inmiddels een
begrip. Educatieve uitgevers stellen daar hun software en producten online beschikbaar. Naar verwachting zal dit aantal alleen maar
groeien. De vraag naar draadloos werken neemt toe.
Dat alles legt een zware wissel op de internetverbinding, met name
de bandbreedte. De ICT-dienst heeft veel geïnvesteerd om de draadloze voorzieningen op orde te krijgen. Daar waar nodig is de internetbandbreedte aangepast door een extra particuliere lijn naast de
zakelijke lijn aan te leggen. Om een goed beheer van met name Windows 8-tablets te kunnen blijven garanderen verdiept de ICT-dienst
zich in mobiele managementoplossingen.
5.2 Migratie/Vervangingsplan
5.2.1 Migratie SharePoint en Exchange
De SharePoint- en Exchangeomgeving is verhuisd van het datacentrum in Ede, alwaar de firma Switch het technische deel beheerde,
naar ‘the cloud’. Microsoft biedt Office 365 gratis aan voor het onderwijs. Op basis van de voor- en nadelen heeft de ICT-dienst besloten
opnieuw een migratie van de SharePoint en Exchangeomgeving
uit te voeren met hulp van het ICT-bedrijf Diva. Dit levert Tabijn niet
alleen een kostenbesparing op maar geeft ook voorrang op updates
van Microsoft.
Daarnaast is de Active Directory in de zogenaamde Microsoft Azure
omgeving geplaatst. Active Directory staat beheerders toe om de
rechten en instellingen in het netwerk van een volledig bedrijf te
beheren. Microsoft Azure is een betaald cloud-computing platform
waarmee een aantal internetdiensten aangeboden kan worden via
het internet of binnen het eigen bedrijf. Azure is een apart deel in het
datacentrum van Microsoft. Ook de websites van de verschillende
Tabijnscholen en van kantoor zijn hier ondergebracht.
In de laatste fase van de migratie meldde Diva het faillissement.
De ICT-dienst is naarstig op zoek gegaan naar een nieuwe partner
met de juiste kennis in huis. Deze is gevonden in de firma Caesar.
De migratie is in goed overleg met Diva en Caesar afgerond. De firma
Caesar neemt voorts het technische beheer voor haar rekening en ondersteunt de ICT-dienst daar waar nodig met het functionele beheer.
20
Conform het vervangingsplan is een vijfde deel van alle hardware op
de scholen vervangen. Dit betreft zowel servers als personal computers en laptops. In totaal zijn er in 2013 nog eens ongeveer 500 stuks
tablets aangeschaft. 2013 is het laatste jaar waarin alleen met vaste
computers en laptops gewerkt wordt volgens het vervangingsplan.
Vanaf 2014 kunnen de scholen ook kiezen voor tablets i.p.v. vaste
computers of laptops.
5.3 Externen
5.3.1 Atrium
Atrium, een schoolbestuur met zes scholen in de gemeente Langedijk en Heerhugowaard, heeft de ICT-dienst van Tabijn in 2012
gevraagd om technische ondersteuning. Op 6 september 2012 hebben de besturen van Tabijn en Atrium een dienstverleningsovereenkomst getekend. De ICT-dienst van Tabijn heeft de voorgenomen
vervanging van alle servers en computers op de zes scholen van
Atrium in 2013 afgerond. Tevens heeft de ICT-dienst bemiddeld en
geadviseerd bij het opzetten van een SharePoint omgeving en daartoe contact gezocht met de firma Sparked. De dienstverleningsovereenkomst wordt in 2014 voortgezet.
5.4 Professionalisering
5.4.1 Netwerk voor ICT-coördinatoren
Vier keer per jaar komen de ICT-coördinatoren bijeen in een netwerkbijeenkomst, waarbij telkens een ander thema centraal staat. In het
kader van ‘social media’ is er een bezoek gebracht aan Innofun te
Breda. Tijdens dit bezoek stelde de cursusleider vast dat er weinig
groepen op bezoek komen met zoveel kennis van de sociale media.
Een leuke opsteker maar tevens een uitdaging dat te vertalen naar
de praktijk!
Binnen het huidige ICT-coördinatoren netwerk bevindt zich een groot
aantal ‘early adopters’ oftewel vooruitlopers. Zij zijn de drijvende
kracht en zorgen voor draagvlak in hun scholen. Er wordt gewerkt
op drie domeinen: bekwaamheid (kennis & vaardigheden), samenwerken (online samenwerken) en ambassadeurschap (collega’s
enthousiasmeren).
Tijdens de netwerkbijeenkomsten is o.a. gesproken over:
Gebruik van Apps
Social Media gebruik in het algemeen
Voorstel voor een protocol Social Media
ICT-beleid op de school
Intervisies m.b.t. implementaties op schoolniveau
ICT-beleidsplan. Bijna alle ICT-coördinatoren hebben een ICT beleidsplan geschreven. Vanuit het ICT-coördinatoren netwerk
zijn er handreikingen gedaan voor wat betreft de invulling daar-
van. Op basis van deze beleidsplannen zijn allerlei educatieve
ICT-activiteiten in gang gezet, zoals bijvoorbeeld het werken met
Snappet, digitale toetsen, tabletgebruik in de klas en de plus-
klassen.
•
•
•
•
•
•
5.4.2 Trainingen/Post HBO opleiding ICT
Veel aandacht is besteed aan het fenomeen ‘groepsplannen’ binnen Esis. Daarnaast is een groep van veertien leerkrachten, voor het
merendeel ICT-coördinatoren, gestart met de gecertificeerde POSTHBO ICT-opleiding onder begeleiding van ABZHW en de Hogeschool
Leiden. Deze anderhalf jaar durende opleiding wordt afgerond met
een Masterpiece. Daarin wordt een daadwerkelijke verandering door
inzet van ICT-middelen in de school beschreven. We verwachten dat
heel Tabijn zal kunnen profiteren van de kennis opgedaan door de
deelnemers. Op individuele basis heeft een aantal ICT-coördinatoren
deelgenomen aan de opleiding I-coach en deze met succes afgerond.
5.4.3 Seminars/Netwerken
Ook in 2013 heeft de ICT-dienst diverse seminars en netwerkbijeenkomsten bezocht. Net als in voorgaande jaren werd de onderwijskundige ICT-beurs The BETT (British Educational Training & Technology Show) in Londen en de technische beurs CeBIT in Hannover
bezocht. In 2013 hebben de voorzitter CvB, Jonne Gaemers, en de
ICT-coördinator van de Windhoek, Robin Smorenberg, zich aangesloten bij het bezoek aan The BETT. Met name het bezoek aan het
Apple seminar heeft er toe geleid dat Robin Smorenberg, leerkracht
op de Windhoek, zich verder heeft bekwaamd in de educatieve toepassingen en zich tegenwoordig ‘Apple Distinguished Educator’
(ADE) mag noemen. Daarnaast mag hij zich ook nog eens Microsoft
Education Expert noemen.
In het Bic Netwerk onder auspiciën van APS IT-diensten en in het
netwerk BIC-NH voor bovenschoolse ICT-coördinatoren in NoordHolland worden ervaringen en kennis uitgewisseld.
5.4.4 Bijeenkomsten Early Adopters
Deze groep van vooruitstrevende ICT-coördinatoren (ook wel de
‘lighthouses’ genoemd) komt maandelijks bijeen om kennis te delen
en afspraken te maken hoe deze kennis in de organisatie verspreid
kan worden.
5.4.5 Workshop en presentaties I-Pad gebruik in
het onderwijs
Op woensdagmiddag 22 mei 2013 heeft de ICT-dienst in samenwerking met de lighthouses een informatie-en workshop middag voor
geïnteresseerden georganiseerd. Op die middag werden vele apps
gedemonstreerd en uitgeprobeerd. Er waren meer dan 80 belangstellenden.
5.5 Technisch
5.5.1 Virtualisatie
De in 2012 in gang gezette virtualisatie van de schoolservers naar de
virtuele Hyper-V server heeft zich doorgezet. Virtualisatie heeft het
voordeel dat er minder fysieke machines nodig zijn. Meerdere virtuele machines kunnen eenvoudig naast elkaar op dezelfde computer
draaien. Ook is het eenvoudiger om een backup terug te zetten en
storingen kunnen sneller verholpen worden.
Opgemerkt dient te worden dat door de snelle ontwikkelingen van
‘the cloud’, de servers, zoals die nu in gebruik zijn op de scholen, afgestoten zullen worden. Er zal slechts een heel lichte variant
nodig blijven voor een lokale active directory en voor printfaciliteiten.
Scholen worden gestimuleerd al hun data in Office 365 te plaatsen
waardoor de data overal online beschikbaar zal zijn.
5.5.2 Datacentrum Switch/Microsoft
In de zomer van 2013 heeft de volledige migratie plaatsgevonden
van de lokale omgeving naar de Office 365- en de Microsoft Azureomgeving.
5.5.3 Beheer Tablets
De ICT-dienst heeft zich gebogen over het beheer van tablets. Met
heel veel verschillende partijen is overleg gevoerd. Ze konden allemaal goede maar dure oplossingen voor het beheer van tablets op
afstand bieden. Een mogelijke oplossing om alle tablets adequaat te
kunnen beheren zou Microsoft Intune, onderdeel van Microsoft System Centre kunnen zijn. Hiertoe zullen de beheerders een passende
opleiding via het IT-bedrijf Centric volgen.
5.6 Bedrijfsvoering
5.6.1 Dropbox vs. OneDrive
In 2013 is het duidelijk geworden dat OneDrive (voorheen SkyDrive)
als onderdeel van SharePoint een goed alternatief kan bieden voor
Dropbox, maar dan wel in een veilige omgeving. Op dit moment maken diverse geledingen nog gebruik van Dropbox.
5.6.2 Groepsplannen in Esis
De ICT-consultant heeft de scholen begeleid bij het invoeren van de
digitale groepsplannen. Bij veel scholen ontlokte het de uitspraak:
“Hadden we dat maar eerder gedaan...”
5.6.3 Digitaal Schoolrapport/Digiduif
De Leonardusschool in Heemskerk is gestart met een pilot om het
schoolrapport voortaan in Esis in te voeren. Tegelijkertijd zijn er afspraken gemaakt over het tonen van schoolrapporten aan de ouders
via het elektronische nieuwsbriefplatform Digiduif. Digiduif beschikt
hiervoor over een module om pdf bestanden te genereren.
5.6.4 OSO
In 2013 deed ook OSO, het digitale overstapdossier primair onderwijs - voortgezet onderwijs of primair onderwijs – primair onderwijs
zijn intrede. OSO staat voor Overstap Service Onderwijs. Met behulp
van OSO kunnen de complete schooldossiers van leerlingen beveiligd van de ene naar de andere school gestuurd worden. In 2013 zijn
alle scholen van Tabijn vroegtijdig gecertificeerd om OSO te kunnen
gebruiken.
5.6.5 SharePoint
In de nieuwe Office 365 zijn sites en subsites ingericht voor meerdere
geledingen. Er hebben verschillende overleggen met Caesar plaatsgevonden om de wensen en mogelijkheden in kaart te brengen. Dit
traject wordt in 2014 voortgezet.
21
5.
ICT
5.7 Pilots
5.7.1 Tablets op de Molenhoek
5.7.2 Tabijnplein
Op de Molenhoek in Uitgeest is men begonnen om onderwijs te
geven met behulp van Windows 8 tablets. Met deze pilot willen we
antwoord krijgen op de volgende drie vragen:
Kan de Windows 8 tablet het vaste werkstation vervangen?
Hoe groot is de beheerlast van deze tablets?
Is er een toegevoegde waarde?
Verschillende scholen maken gebruik van het Tabijnplein. Dit is een
SharePoint Portal voor leerlingen. Het Tabijnplein maakt het voor
leerlingen mogelijk om samen te werken met behulp van Lync en
documenten te delen via bibliotheken en One Drive. Lync biedt de
mogelijkheid om samen aan documenten te werken, filmpjes te zien
en met elkaar te chatten.
•
•
•
22
Playing for succes van start gegaan
Met de ondertekening van een convenant tussen AZ, gemeente
Alkmaar en 71 scholen vertegenwoordigd door zes schoolbesturen
voor primair en voortgezet onderwijs uit de regio Alkmaar werd in
mei 2013 het startschot gegeven voor het Playing for Success leercentrum in het AFAS stadion. Het nieuwe leercentrum opent begin
volgend schooljaar haar deuren voor de eerste groep leerlingen. Ook
Tabijn heeft het convenant ondertekend.
maximaal 15 leerlingen uit verschillende scholen uit de regio Alkmaar.
De groep wordt begeleid door ervaren leerkrachten. Tabijn is trots om
te melden dat twee van haar medewerkers geselecteerd zijn om het
leercentrum vorm te geven.
Beide zijn met ingang van het schooljaar 2013-2014 op detacheringsbasis aan de slag gegaan als docent respectievelijk centrummanager.
Wat is Playing for succes?
Playing for succes is een naschools programma voor kinderen die
beter kunnen presteren dan ze op dit moment doen. In een uitdagende leeromgeving, namelijk in het AFAS-Stadion, werken de kinderen samen aan opdrachten op het gebied van spelling, taal en rekenen. En –dat is misschien zelfs het belangrijkste- ze ontdekken hun
eigen talenten en krijgen steeds meer zelfvertrouwen. De opdrachten
zijn meestal rechtstreeks verbonden aan het stadion, de sport en de
voetbalwereld.
10 weken lang komen de kinderen een keer per week na schooltijd naar het stadion om samen te werken en te leren. Een groep heeft
Het lesprogramma bestaat uit activiteiten die aan het stadion en het
voetbal zijn gerelateerd en die bijdragen aan de taal- en rekenontwikkeling en de computervaardigheden van leerlingen. Jaarlijks mogen
zo’n 300 kinderen uit het primair en voortgezet onderwijs uit Alkmaar
en wijde omgeving aan Playing for Success Alkmaar meedoen.
De activiteiten vinden na schooltijd plaats.
In het najaar van 2013 mocht de eerste lichting leerlingen in de officiële perszaal van AZ hun diploma in ontvangst nemen. De plechtigheid werd extra luster bijgezet door het spetterende optreden van de
dansgroep van het CIOS Dans en de aanwezigheid van AZ-speler
Jeffrey Gouweleeuw.
23
BUITENSCHOOLSE OPVANG (BSO)
6.1 Werkgroep Buitenschoolse opvang
(BSO)
Bij Tabijn hebben zeven scholen een BSO in eigen beheer. Directeuren van deze scholen zitten in de werkgroep BSO die in 2012 door
het CvB ingesteld om ervaringen met elkaar te delen en met elkaar
af te stemmen. De werkgroep adviseert ook het CvB ten aanzien van
ontwikkelingen op het gebied van de BSO. Onderwerpen die in de
bijeenkomsten aan de orde zijn geweest, waren onder meer taakbeleid, scholing, aanstelling personeel, samenwerking tijdens vakantieperioden, GGD inspecties, het administratiesysteem ‘The Nanny’
en tarieven.
Ondanks de maatregelen van de overheid kennen onze BSO’s nog
geen terugloop in deelname.
6.2 Inspectie door de GGD
Alle BSO’s zijn in 2013 door de GGD geïnspecteerd. De GGD werkt
in opdracht van de gemeenten waarin een BSO staat. Alle BSO’s
voldoen volgens de GGD aan de gestelde eisen.
In het advies van de GGD aan de gemeenten is een aantal verbeterpunten genoemd, zoals bijvoorbeeld op het gebied van de risicoinventarisaties en de verklaring omtrent gedrag. Deze verbeterpunten
zijn door de BSO’s opgepakt.
6.3 Verklaring omtrent het gedrag
Met ingang van 1 januari 2013 is de wet- en regelgeving wat betreft
de verklaring omtrent gedrag veranderd. Alle medewerkers die op
scholen met een BSO werken, moeten een VOG kinderopvang aanvragen. Dit geldt ook voor de bestuurder/houder en het personeel op
het bestuursbureau. VOG onderwijs blijkt niet te gelden voor de BSO.
Voor alle medewerkers van deze zeven scholen en voor de medewerkers op het bureau zijn VOG aangevraagd met als ingangsdatum
na 1 maart 2013. Deze VOG’s vallen automatisch onder Continue
screening, welke verplicht is voor de kinderopvang.
24
6.
6.4 Scholing van medewerkers BSO
Er is een aanvullende scholingsbijeenkomst georganiseerd voor de
BSO medewerkers over de functies en mogelijkheden van The Nanny, het administratiesysteem voor planning en facturering. Het blijkt
dat The Nanny meer mogelijkheden bezit dan in de praktijk wordt
gebruikt. Aan het einde van 2013 zorgde de overzetting van de bankgegevens naar IBAN bankgegevens voor onnodig veel werk. Dit is
kritisch met de leverancier van The Nanny besproken.
De trainingen ‘Teamspirit’ en ‘Effectief communiceren met ouders en
collega’s’ is door het overgrote deel van het BSO personeel gevolgd.
De kosten voor deze training zijn gedeeltelijk gedekt uit de subsidie
van de BKK (Bureau Kwaliteit Kinderopvang).
6.5 Stichting Klachtencommissie
Kinderopvang
De BSO’s hebben zich in 2013 aangesloten bij een eigen klachtencommissie, Stichting klachtencommissie Kinderopvang. Er zijn in
2013 bij de Klachtencommissie geen klachten over onze BSO’s binnengekomen.
Dubbel feest – nieuwbouw en nieuwe naam!
De bouw van de nieuwe Prinsenhof 2 is voorspoedig en geheel volgens planning verlopen. Werd er in november 2012 nog een tijdcapsule onder de vloerplaten gelegd, zo kon er in april 2013 al de laatste
steen gelegd worden. Meteen na de zomervakantie kon het nieuwe
gebouw in gebruik genomen worden. Wat later in het jaar vond de officiële en feestelijke opening plaats. Directeur Josien de Groot, Jonne
Gaemers, CvB Tabijn, en Mirjam van Ham, wethouder onderwijs in de
gemeente Alkmaar, gaven alle drie in korte toespraken aan hoe blij ze
waren met de nieuwe school. In het bijzonder bedankten ze iedereen
die aan de realisatie van het nieuwe gebouw heeft bijgedragen.
De kinderen hebben het gebouw natuurlijk al aan het begin van het
schooljaar in gebruik genomen en genieten nog dagelijks van de
mooie, lichte ruimtes. De twee verdiepingen tellende school zit ruim
in haar jasje met, naast de klaslokalen, een technieklokaal, een speelzaal voor de kleuters en in het midden een aula met een tribune.
Verder zijn er verschillende werkruimtes voor directie en leerkrachten,
een moderne keuken en een prachtige teamkamer.
Nieuw logo fusieschool
Wegens teruglopende leerlingaantallen heeft Tabijn besloten om haar
Alkmaarse scholen per 1 augustus 2014 te fuseren tot één school
met drie vestigingen. Het tweede feestelijke moment van de ochtend
was dan ook de bekendmaking van de naam en het bijbehorende
logo van de fusieschool: DURV!. En nee, DURV! bevat geen spelfout maar staat voor de volgende zaken: de d staat uiteraard voor
‘durven’, de u staat voor ‘uitdagen’, de r voor ‘respecteren’ en de v
voor ‘volgende stap’. En wie goed kijkt, die ziet dat de v in durv een
klein beetje lijkt op het bekende vinkje. Een vinkje krijg je wanneer je
iets goed hebt gedaan, als iets klaar is en je verder kan…
De nieuwe fusieschool met straks drie vestigingen aan de Amstelstraat, Elgerweg en Tochtwaard, steunt op vier pijlers, namelijk taal,
wetenschap, kunst en sport. Taal is een belangrijke basis voor verdere ontwikkeling op alle fronten, wetenschap oftewel science helpt
de leerlingen om de wereld te begrijpen en kunst doet een beroep
op de creatieve vaardigheden van de leerlingen. Sport stimuleert niet
alleen een gezonde competitie maar ook samenwerken en sportief
gedrag. Mogelijk zullen de accenten net iets anders liggen op de verschillende vestigingen, maar ouders kunnen er op vertrouwen dat
hun kinderen een brede en gedegen basis meekrijgen op basisschool
Durv!.
25
7.
7.2
PERSONEEL
Human Resources Management staat binnen Tabijn in het teken van
kwalitatief goed personeelsbeleid met als uiteindelijk doel het beste
uit onze leerlingen halen.
Als onze medewerkers goed functioneren en voldoening uit hun werk
halen, straalt dit direct uit naar onze leerlingen en bevordert dit de
leerprestaties. Daarom heeft Tabijn in haar strategische meerjarenbeleidsplan (2010-2014) de focus gelegd op het verder ontwikkelen
van de lerende organisatie, met als basis:
•
•
•
•
Samenwerkend leren
Open communicatie
Zorg dragen voor een veilige leer- en werkomgeving
Een professionele cultuur waarbij aanspreken op resultaten
gewoon gedrag is.
In het verlengde hiervan zijn de volgende speerpunten geformuleerd:
Kwalitatief hoogwaardige opleiding en scholing van (startende)
leerkrachten: investeren in het opleiden van aankomende leer-
krachten en de werving en selectie daarvan alsmede de profes-
sionalisering van zittende leerkrachten
Management development: de organisatie kan blijvend beschik ken over voldoende competente en betrokken schooldirecteuren
Het realiseren van aantrekkelijke loopbaanperspectieven
Reduceren van de werkdruk
•
•
•
•
7.1 Kwalitatief hoogwaardige oplei-
ding en scholing van (startende) leerkrachten
7.1.1 Tabijnbeurs
Ook in 2013 is weer een oproep gedaan aan leerkrachten en (adjunct)
directeuren om mee te dingen naar het Tabijn-beurzenprogramma.
Dit vierjarige beurzenprogramma heeft als doel het stimuleren van
het verder professionaliseren van de doelgroepen. De beurs omvat
voor een periode van twee jaar het collegegeld, de boeken van de
masteropleiding en de vervanging van één dag in de week. Na vier
jaar heeft Tabijn in totaal 800.000 euro geïnvesteerd in deze deskundigheidsbevordering.
In 2013 zijn er drie leerkrachten gestart met de schoolleidersopleiding. Eén schooldirecteur is gestart met de opleiding Master in Educational Management. Er zijn in 2013 vijf leerkrachten afgestudeerd
in de master Special Educational Needs en er is een directeur afgestudeerd in de Master Educational Leadership.
26
Werkzaamheden interne opleiders (praktijkopleiders)
Goede leerkrachten zijn de basis voor kwalitatief hoogwaardig onderwijs en daarmee onze toekomst. Tabijn heeft als lerende organisatie de kwaliteit en professionaliteit van haar leerkrachten hoog in het
vaandel staan. En dat begint al bij de stagiaires. Binnen Tabijn zijn twee schoolopleiders werkzaam (LB-functies).
De belangrijkste doelstelling van het intern opleiden is het opleiden
en professionaliseren van aankomende en zittende leerkrachten
binnen de scholen van Tabijn. De schoolopleiders fungeren als
belangrijke schakel tussen de stagebiedende scholen en de opleidingsinstituten en zijn de contactpersonen voor mentoren op de
stagebiedende scholen als ook voor de studenten. In samenwerking
met de pabo’s leiden onze schoolopleiders mentoren en stagiaires
op. Hierbij werken ze nauw samen met de directies en stagecoördinatoren van alle Tabijnscholen. Tevens werven en plaatsen zij in
samenwerking met het stagebureau van Tabijn de studenten op
de stagescholen. In het schooljaar 2012-2013 waren er binnen Tabijn
in totaal 135 stageplaatsen en zijn er in totaal 114 ingevuld, waarvan
30 eerstejaars studenten, 31 tweedejaars studenten, 32 derdejaars
studenten, 21 vierdejaars studenten en Lio-ers. Er is contractueel
vastgelegd dat de interne opleiders 40 Inholland studenten bezoeken
en beoordelen. Ook hebben zij een rol gespeeld bij het afnemen van
de eindassessments bij zowel Inholland- als Ipabo 4e jaars-studenten. Alle startende leerkrachten worden in de eerste twee jaar jaarlijks één
keer bezocht door de interne opleiders. Indien er behoefte aan is kan
er in samenspraak met de directie van de school gekozen worden
voor een intensievere begeleiding. In 2013 hebben de schoolopleiders voor negen leerkrachten, waarvan één startende leerkracht en
acht ervaren leerkrachten, een extra begeleidingstraject verzorgd.
Voor de startende leerkrachten is er vier maal een netwerkbijeenkomst verzorgd. 7.3
Management Development
In het strategisch beleidsplan 2010-2014 zijn afspraken geformuleerd
rondom Management Development. In 2010 is gestart met het management development traject voor directeuren van Tabijn. Na de
eerste periode van het gezamenlijke, intensieve traject is naar aanleiding van de evaluatie van het traject besloten om meer ruimte te
maken in het directeurenberaad voor inhoudelijke, gezamenlijke thema’s. De volgende thema’s zijn in 2013 hierbij aan de orde gekomen:
Hoe ga ik op een professionele wijze om met mijn medezeggen-
schapsraad?
Een workshop Taakbeleid (geleid door de directeur van De Wind hoek)
Het verzuimbeleid en de samenwerking met de nieuwe arbo dienst
Bespreking van de casus ‘de financiële consequenties van het te
laat sturen op disfunctionerende medewerkers’
•
•
•
•
•
Management Development: van beleid naar het inrichten en uitvoeren van interventies
De gesprekkencyclus.
•
7.4 Bewegingsonderwijs
7.8 Flexpool
Sinds 2006 verzorgt Tabijn scholingstrajecten voor leerkrachten die
(nog) geen bevoegdheid hebben om bewegingsonderwijs te geven
in de groepen 3 t/m 8. Dit naar aanleiding van de aansturing van het
ministerie van OC&W op meer beweging in het onderwijs. Zes leerkrachten van Tabijn hebben in 2013 deze pittige Post HBO opleiding
afgerond.
Om snel knelpunten in de bezetting op haar scholen te kunnen oplossen, werkt Tabijn met een flexpool. Medewerkers in de flexpool
hebben weliswaar een vast dienstverband maar werken niet op één
vaste school of voor één vaste groep. Ze kunnen worden ingezet in
alle groepen op alle Tabijnscholen, zowel voor langdurige als voor
kortdurende inval of een combinatie hiervan. Iedere flexpooler heeft
een vaste leidinggevende en een standschool. Als er geen (inval)werk
voor de flexpooler is, is de flexpooler aanwezig op de eigen standschool en verricht hij daar werkzaamheden.
In 2013 werkten er gemiddeld 70 leerkrachten (38 fte) in de flexpool.
Deze leerkrachten zijn voor het grootste deel (73%) ingezet voor tijdelijke formatieruimte op de scholen. Het overige deel van de flexpool is ingezet voor ziektevervanging en vervanging van verlof.
De kwaliteit van de flexpool wordt gewaarborgd doordat de flexpoolers, net als de andere leerkrachten van Tabijn, deelnemen aan de
gesprekkencyclus waar hun professionele ontwikkeling een belangrijk onderwerp van gesprek is. Bij de inzet van de flexpool wordt gelet
op de specifieke kwaliteiten van de flexpoolers en de vraag van de
scholen. Er is een opleidingsbudget gereserveerd zodat flexpoolers
de mogelijkheid hebben zich te scholen en te ontwikkelen.
7.5 Netwerk voor adjunct-directeuren
Het programma van het adjunctennetwerk wordt per schooljaar vastgesteld door de agendacommissie van het adjuncten-netwerk. In de
agendacommissie hebben twee of drie adjunct directeuren zitting en
de sectormanager HRM en bestuursondersteuning is de voorzitter.
De agendacommissie van het adjunctennetwerk heeft dit jaar het
programma vastgesteld voor de overkoepelende thema’s ‘samen
profileren’ en ‘het adjunctennetwerk als leergemeenschap’.
Aan het begin van 2013 is er de hele dag gewerkt aan het subthema
‘persoonlijke presentatie en samenwerking’ onder begeleiding van
leiderschapstrainer Andrea Doeser en met medewerking van paarden als co-trainers. In het eerste half jaar van 2013 was er verder
aandacht voor het nieuwe strategische beleidsplan en de CITO-
resultaten Tabijnbreed. Het tweede half jaar van 2013 was gericht
op het leren van elkaar en heeft in het teken gestaan van schoolbezoeken en het bespreken van actuele thema’s en vraagstukken
gerelateerd aan de functie van een adjunct directeur binnen Tabijn. 7.6 Doorstroom in leidinggevende functies
In de eerste helft van 2013 zijn er een aantal personeelswisselingen
geweest in de groep directeuren. Bij de scholen Toermalijn en De
Bareel zijn directeuren uitgestroomd. Op Toermalijn is voor een voorlopige tijdelijke aanstelling van een interim-directeur gekozen en op
De Bareel is er, na de werving en selectie volgens de benoemingsprocedure gekozen voor een interne kandidaat als adjunct- directeur
en een interne kandidaat als directeur. Op de Otterkolken heeft na het
volgen van de benoemingsprocedure de adjunct-directeur de directeur opgevolgd die na een lang ziekbed is overleden.
7.7 Loopbaanmanagement
In 2013 is voort gegaan met de verdere invoering van de functiemix.
Tabijn ziet de functiemix als een instrument om doorgroeimogelijkheden aan haar medewerkers aan te bieden en als stimulans voor
de professionele ontwikkeling van haar medewerkers. Een van de
belangrijkste factoren in de kwaliteit van het onderwijs is ten slotte
de professionele kwaliteit van de leerkracht die voor de groep staat.
Wanneer leerkrachten zich extra inzetten, uitstekend functioneren of
een extra opleiding volgen in het kader van hun professionalisering
werpt dit ook zijn vruchten af op de kwaliteit van het onderwijs. In
2013 zijn er leerkrachten benoemd in LB-functies als talentbegeleider/coördinator plusaanbod, ICT- coördinator/-coach, interne cultuurcoördinator, coördinator talentontwikkeling, leren en innoveren
en opbrengstgericht werken. Per 1 augustus 2013 is er een totaal
percentage van 20% de leerkrachten in een LB-functie binnen Tabijn.
7.9 Verbetering van welbevinden en
reductie van de ervaren werkdruk
In het voorjaar van 2013 is door de werkgroep werk en gezondheid
een nieuwe aanbieder voor de trainingen hartcoherentie geselecteerd. In het najaar is een groep van twaalf medewerkers gestart met
de training. De training liep door tot in 2014. Naast de groepsgewijze
training voor leerkrachten hebben er tevens een aantal individuele
trajecten voor leidinggevenden plaatsgevonden.
In de verschillende presentaties in de personeelsraad en het directeurenberaad rondom verzuim heeft het thema reductie van de
ervaren werkdruk een prominente plaats ingenomen. Hierbij is weten-
schappelijke kennis en praktische ervaring in het primair onderwijs
van de deskundigen gedeeld.
7.10 Overige personele zaken
7.10.1 Mobiliteitsbeleid
Aan het begin van 2013 is het aangepaste mobiliteitsbeleid van
Tabijn goedgekeurd door de GMR. De aanleiding om het bestaande
beleid aan te passen was dat de versie uit 2011 vooral gericht was op
vrijwillige mobiliteit, de onvrijwillige mobiliteit was onvoldoende geconcretiseerd. Tevens was het mobiliteitsbeleid uit 2011 geschreven
voor alle medewerkers van Tabijn, terwijl een deel van de activiteiten
niet op alle doelgroepen toepasbaar was. Daarbij zorgde het aanwijzen van meer FTE dan noodzakelijk was in geval van onvrijwillige
mobiliteit, voor meer onrust dan noodzakelijk. Op deze punten is het
mobiliteitsbeleid aangepast. De basis van het beleidsstuk uit 2011
is blijven bestaan: het zorgen voor de juiste man/vrouw op de juiste
plek en het leveren van een constructieve bijdrage aan de ontwikkeling van Tabijn.
27
7.
peRsoneeL
7.10.2 Gesprekkencyclus
In de tweede helft van 2013 is gestart met de pilot gesprekkencyclus.
Uit de evaluatie van de huidige gesprekkencyclus kwam naar voren
dat het alleen beoordelen van medewerkers op competenties te beperkt is. Naar aanleiding van gesprekken met relevante betrokkenen
in de organisatie is er een concept-gespreksformulier en – procedure
opgesteld. Met deze concepten zijn een aantal scholen en de sector
HRM en bestuursondersteuning aan de slag gegaan.
7.10.3 Arbo en verzuim
In 2013 is er gewerkt aan het nieuwe concept-verzuimbeleidsplan
van Tabijn. Binnen Tabijn is met verschillende betrokkenen, waaronder de werkgroep werk en gezondheid, het directeurenberaad en de
personeelsraad de aanleiding en noodzaak geanalyseerd en besproken. Tevens zijn, als voorbereiding om eigen risicodrager te worden,
in plaats van aangesloten te zijn bij het Vervangingsfonds, sociaal
medische overleggen (SMO’s) ingevoerd bij scholen met een verzuimpercentage van boven de 5%. Bij deze SMO’s zijn de directeur,
de bedrijfsarts en de personeelsadviseur aanwezig. Naar aanleiding van de gegevens rondom verzuim heeft het CvB
besloten om een nieuwe bedrijfsarts te werven en selecteren om een
professionaliseringsslag met het thema verzuim en preventie te maken. Halverwege 2013 is er een keuze gemaakt om te gaan werken
met een nieuwe arbodienstverlener die de uitgangspunten van de
richting die Tabijn wil opgaan m.b.t. het omgang met verzuim en de
preventie van verzuim, zal ondersteunen.
In het najaar van 2013 hebben de interne Arbo contactpersonen hun
professionaliseringsbijeenkomst gehad onder begeleiding van de
interne preventiemedewerker en een extern adviseur. Doelstelling van
deze bijeenkomst was het informeren van de Arbo contactpersonen
over de nieuwe RI&E van Arbomeester.
7.10.4 Medezeggenschap
In het eerste kwartaal van 2013 zijn trainingen medezeggenschap
georganiseerd door Tabijn. Deelnemers aan deze trainingen zijn ouders en leerkrachten die zitting hebben in de MR/GMR. Er zijn twee
groepen van elk ongeveer 15 deelnemers gestart. De trainingen zijn
positief geëvalueerd.
het voor Tabijn financieel van belang dat zij haar personeelsbestand
scherp bewaakt. Dit betekent dat in het geval van flexpoolers met
een tijdelijk contract, dit contract niet per definitie bij een voldoende
beoordeling kan worden verlengd of in een vast contract kan worden
omgezet. In 2013 heeft het CvB besloten om het contract van 7 FTE
leerkrachten om te zetten van een tijdelijk contract naar een vaste
aanstelling.
7.10.7 Wachtgeldbeleid
Tabijn voert zelfstandig wachtgeldbeleid. In 2013 zijn er met meerdere
medewerkers gesprekken gevoerd over het functioneren. In sommige gevallen heeft dit geleid tot onvrijwillig ontslag. Het aanspreken
op goed functioneren zal op (middel) lange termijn leiden tot verbetering van de kwaliteit. De voorziening wachtgelduitkering is in 2013
aanzienlijk opgehoogd.
7.10.8 Communicatie en verbinding
De afgelopen jaren had Tabijn al de traditie opgebouwd om nieuwe
medewerkers een gezamenlijke lunch aan te bieden op het bestuurskantoor in Heemskerk. Ook in 2013 is dit voortgezet. Bij deze lunches
waren leden van de algemene directie, de voorzitter van het College
van Bestuur en de personeelsadviseurs aanwezig. Doelstelling van
de bijeenkomsten is kennismaken met elkaar en de organisatie
Tabijn. Naast de lunch krijgen de nieuwe medewerkers ook een rondleiding op het kantoor. Ook biedt Tabijn haar gepensioneerde medewerkers de gelegenheid om elkaar te blijven ontmoeten door ruimte
te bieden voor het organiseren van bijeenkomsten.
In de personeelsraad heeft de sector HRM en bestuursondersteuning
een presentatie verzorgd rondom het thema Taakbeleid. Doelstelling
hiervan was om de ruimte en kaders in het taakbeleid te onderzoeken.
Er werd gewerkt met drie groepen die rouleerden over de voorzitters
van de thema’s (directeuren). De thema’s waren: stellingen over het
taakbeleid, het invullen van het formulier, Tabijnbrede afspraken.
7.11 Grafieken
7.11.1 Leeftijd personeel
7.10.5 Uitgangspunten minimale arbeidstijd
Personeelsleden ouder
of jonger dan 50 jaar
In 2013 heeft de sector HRM uitgangspunten geformuleerd voor de
minimale arbeidstijd. Aanleiding was dat er door directeuren van
scholen werd aangegeven problemen te ervaren in het rond krijgen
van de roosters, zonder dat er meer dan twee leerkrachten voor een
groep kwamen te staan. Om voor scholen de flexibiliteit te behouden is er voor gekozen om geen beleid te schrijven, maar met elkaar
uitgangspunten te formuleren die richting geven aan directeuren en
medewerkers. De uitgangspunten zijn besproken in het directeurenberaad, geaccordeerd in de CvB-vergadering en gecommuniceerd in
de Tabijn nieuwsbrief. Naar aanleiding van deze uitgangspunten heeft
de sector HRM en bestuursondersteuning jurisprudentie besproken
in het directeurenberaad om met elkaar de kaders te verduidelijken.
39%
61%
Uitstroom 2013 per
leeftijdsklasse per M/V
7.10.6 Tijdelijke en vaste benoemingen
Aangezien de regio waarin Tabijn haar scholen heeft staan de komende jaren te maken heeft met krimpende leerlingenaantallen, is
6
4
2
28
0
6
5
3
3
4
2
1
3
2
of jonger dan 50 jaar
39%
61%
7.11.2 Uitstroom
7.11.3 Instroom
Instroom 2013 per
leeftijdsklasse per M/V
Uitstroom 2013 per
leeftijdsklasse per M/V
2
6
4
2
6
5
3
4
3
2
0
1
3
1
2
0
Instroom 2013 per
leeftijdsklasse
Reden van uitstroom 2013
15-24 jaar
3% 7%
3%
20%
35%
17%
25-34 jaar
30%
10%
35%
35-44 jaar
45-54 jaar
20%
20%
55-64 jaar
65+ jaar
29
ONTWIKKELINGEN IN RELATIE
TOT
VERBONDEN PARTIJEN
8.
8.1 Samenwerking Tabijn met de
Vrije Universiteit
In 2013 heeft Tabijn een samenwerkingsovereenkomst ondertekend
met het Centrum Brein & Leren van de Vrije Universiteit. Het Centrum B&L is een internationaal gerenommeerd instituut op het terrein
van de neuropsychologische ontwikkeling van kinderen in de basisschoolleeftijd en staat onder leiding van prof. dr. Jelle Jolles. Het doel
van de samenwerking heeft betrekking op het opzetten, uitvoeren
en evalueren van experimentele onderwijsinterventies op de Tabijnscholen om zodoende de kwaliteit van het onderwijs te verhogen.
Ten behoeve van dit doel zullen diverse met elkaar samenhangende
projecten worden opgezet en uitgevoerd. Thema’s van deze projecten zijn: talentontwikkeling van leerlingen, versterking van het wetenschaps- en techniekonderwijs, professionalisering van leerkrachten
in het bijzonder op het terrein van het omgaan met verschillen. De
projecten zullen door wetenschappelijk onderzoekers van de VU op
de Tabijnscholen worden uitgevoerd. De samenwerking heeft een
looptijd van drie jaar: september 2013 - september 2016.
8.2 Samenwerking Tabijn met Atrium
Eind 2012 hebben de besturen van Tabijn en Atrium (een schoolbestuur met zes scholen in de gemeenten Langedijk en Heerhugowaard)
een samenwerkingsovereenkomst ondertekend. De overeenkomst
heeft tot doel dat de ICT-dienst van Tabijn het technisch beheer op
ICT-gebied zal uitvoeren voor Atrium. In 2013 is de ICT-dienst van
Tabijn gestart met het vervangen van alle computers en servers op
de Atriumscholen en het bestuursbureau van Atrium.
8.3 Samenwerkingsverbanden
Passend Onderwijs
In 2014 wordt de Wet Passend Onderwijs van kracht. Deze wet voorziet in de oprichting van nieuwe samenwerkingsverbanden Passend
Onderwijs, waarbij alle basisscholen en scholen voor speciaal
onderwijs in een bepaalde regio verplicht zijn aangesloten (ongeacht
denominatie). De Tabijnscholen worden ingedeeld in twee samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs, het samenwerkingsverband
IJmond en het samenwerkingsverband Noord-Kennemerland. In het
samenwerkingsverband IJmond worden in 2014 16 Tabijnscholen
30
aangesloten; het gaat om de scholen in de gemeenten Heemskerk,
Uitgeest en Castricum. In het samenwerkingsverband Noord-Kennemerland worden negen Tabijnscholen aangesloten; het gaat om
de scholen in de gemeenten Bergen, Heiloo, Alkmaar en Langedijk.
De nieuwe samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs krijgen
wettelijk meer bevoegdheden en budgettaire ruimte dan de huidige
samenwerkingsverbanden WSNS. Ook hebben de schoolbesturen
zorgplicht, hetgeen betekent dat voor iedere leerling die zich aanmeldt een passende plek gevonden moet worden. Tabijn is nauw
betrokken bij de oprichting en inrichting van de beide nieuwe samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs. In 2013 zijn hiertoe grote en
belangrijke stappen gezet. In beide verbanden is de (nieuwe) rechtspersoon opgericht en is een concept-ondersteuningsplan opgesteld.
In het (wettelijk verplichte) ondersteuningsplan legt het samenwerkingsverband vast hoe het passend onderwijs voor de leerlingen wil
realiseren en welk niveau van ondersteuning de scholen tenminste
moeten bieden.
8.4 Playing for Success Alkmaar
Een aantal schoolbesturen uit het primair en voortgezet onderwijs in
de regio Alkmaar (waaronder Tabijn) en de gemeente Alkmaar hebben in 2013 samen met de voetbalclub AZ het concept Playing for
Success gelanceerd. Bij Playing for Success gaat het om leerlingen
van negen tot 14 jaar, die onderpresteren op het gebied van taal en
rekenen of de verwachtingen in het Voortgezet Onderwijs niet waarmaken en een leerachterstand op lopen. Via het programma Playing
for Success werken leerlingen in het voetbalstadion van AZ samen
aan opdrachten op het terrein van taal, rekenen en computervaardigheden. Het stadion, de sport en de ambiance van de professionele
voetbalwereld moeten de leerlingen stimuleren tot betere prestaties.
Via het concept Playing for Success is de verwachting dat bij een
groei in motivatie, zelfvertrouwen en zelfbeeld de prestaties van de
deelnemende leerlingen op de cognitieve vakken zichtbaar zullen
stijgen.
In het voorjaar van 2013 is Playing for Success met de eerste twee
groepen leerlingen uit het basisonderwijs gestart. Uit een evaluatie
is gebleken dat deze leerlingen zeer enthousiast op het programma hebben gereageerd. Het programma wordt gerund door twee
medewerkers van Tabijn, die hiertoe bij Playing for Success zijn
gedetacheerd: centrummanager Hans Ploeg (tevens directeur van
basisschool Kornak in Uitgeest) en leerkracht Iwan Sombroek (voorheen leerkracht bij basisschool Vrijburg in Uitgeest)
Tabijnscholen en VU werken
samen aan onderwijsinnovatie
Tabijn en Centrum Brein en Leren (Vrije Universiteit Amsterdam) hebben elkaar gevonden om praktijkgericht onderzoek op de Tabijnscholen uit te voeren en onderwijsinnovatie een impuls te geven.
In september 2013 hebben Jonne Gaemers, voorzitter CvB Tabijn,
en professor Jelle Jolles van de VU het samenwerkingscontract ondertekend.
Talentontwikkeling en professionalisering
In het samenwerkingsprogramma gaat het om talentontwikkeling
van leerlingen enerzijds en de professionalisering van leerkrachten
anderzijds. Leerkrachten van de Tabijnscholen werken samen met
wetenschappelijk onderzoekers om toegepast onderzoek te doen in
de dagelijkse onderwijspraktijk. Twee belangrijke gebieden waarop
onderzoekers en scholen zich zullen richten zijn ‘nieuwsgierigheid’
en ‘verbeelding’. De resultaten worden vervolgens gebruikt voor onderwijsinnovaties op het gebied van o.a. talentontwikkeling, lezen en
leesplezier. Speciale aandacht wordt daarbij gegeven aan de manier
hoe leerkrachten kunnen omgaan met de verschillen tussen de kinderen en welke benadering ertoe leidt dat elke leerling tot zijn recht
komt.
Academische werkplaats
Het is de bedoeling dat de samenwerking uiteindelijk tot een academische onderzoekswerkplaats zal leiden. Binnen een dergelijke omgeving werken scholen en wetenschappers structureel samen om de
kwaliteit van het onderwijs duurzaam te vergroten, de talenten van de
leerlingen optimaal te benutten en last but not least de leerprestaties
van de kinderen te verhogen.
In het verleden is het onderwijsveld namelijk te vaak geconfronteerd
met vernieuwingen die niet of onvoldoende waren gebaseerd op
wetenschappelijk onderzoek. Tabijn en VU zijn overtuigd dat de
samenwerking voor alle betrokken partijen grote winst zal opleveren!
31
HUISVESTING
9.
9.1 Onderhoud
Bij diverse scholen is groot onderhoud uitgevoerd. Op de Burghtweijt, de Anne Frank school en de van Arkelschool is het hekwerk
vervangen. De Otterkolken, de Branding en Toermalijn zijn aan de
buitenkant geschilderd. Op de Duif en De Bareel is de binnenkant
geschilderd. Op de Augustinusschool, de Leonardusschool, Prinsenhof 1 en de van Arkelschool zijn de verwarmingsinstallaties
vervangen en tot slot is er op een drietal scholen asbest verwijderd
(Augustinus, Cunera en Visser ’t Hooft).
De onderhoudsdienst van Tabijn verricht het kleine onderhoudswerk
en is bij storingen en calamiteiten aanwezig om deze op te lossen.
De jaarlijks verplichte keuringen worden planmatig uitgevoerd. Het
betreft keuringen aan elektrische installaties, gasinstallaties, alarminstallaties, verwarmingsinstallaties, brandblusmiddelen, noodverlichting, speeltoestellen. Alle genoemde installaties voldoen aan de wettelijke veiligheidsvoorschriften. De keuringen aan de alarminstallaties
en speeltoestellen worden uitgevoerd door een medewerker van de
sector Huisvesting, zij is hiervoor gecertificeerd.
9.2 Meerjarenonderhoudsplannen
Het meerjarenonderhoudsplan is in 2013 geactualiseerd, dit in
verband met de te verwachten wetswijziging van het overhevelen
buitenonderhoud van gemeente naar schoolbestuur. Bekend is nu
hoe de gebouwen van Tabijn er voor staan en welk budget nodig
is om het onderhoud de komende jaren te bekostigen. Er is een
wetsvoorstel wat regelt dat het budget voor het ’buitenonderhoud’
van de schoolgebouwen rechtstreeks naar de schoolbesturen gaat,
naar verwachting wordt de wet op 1 januari 2015 van kracht. Schoolbesturen zijn dan verantwoordelijk voor het gehele onderhoud van de
schoolgebouwen. Tabijn zal in staat zijn de gebouwen in goede conditie te houden en zorg te dragen voor een optimale leeromgeving.
9.3 Vernieuwing en renovatie (korte termijn)
Het plan voor het overkappen van de patio en verbouw aula tot ruimte voor de buitenschoolse opvang bij basisschool Otterkolken was
begin 2013 gereed, de opening is in maart gehouden.
In oktober 2012 is men begonnen met de nieuwbouw van de Prinsenhof 2 in Alkmaar. De school is in juli 2013 opgeleverd en kon met
ingang van het nieuwe schooljaar in gebruik worden genomen. Het
compacte gebouw is extra geïsoleerd en voldoet aan de eisen van
frisse scholen klasse B.
32
Voor de Bareel is een aanvraag gedaan voor een tijdelijke uitbreiding.
Nadat de aanvraag door de gemeente was goedgekeurd is besloten
deze uitbreiding toch niet te realiseren. De directe noodzaak was niet
aanwezig en verwacht werd dat er door zienswijzen op de afgegeven
omgevingsvergunning veel vertraging zou ontstaan.
In de zomer is begonnen met een interne verbouwing van de mediazaal , waardoor er een groepsruimte, een kantoor en een berging
worden gerealiseerd. De ruimte op de begane grond is zodanig aangepast dat hier ook een goede groepsruimte is gerealiseerd. Het bestaande semipermanente gebouw “Het Blok” is neergezet met
een omgevingsvergunning die op 1 juli 2104 verloopt. Besloten is, in
overleg met de gemeente, een nieuwe permanente omgevingsvergunning voor dit gebouw aan te vragen. Dit houdt in dat in de zomer
van 2014 het gebouw aan de eisen van het Bouwbesluit zal moeten
aangepast.
Bij de Anne Frank school zijn de noodgebouwen verwijderd. De
school maakt met ingang van het schooljaar 2013-2014 ook gebruik
van het schoolgebouw van de Burghtweijt. De overige leegstaande
ruimten in de Burghtweijt zijn verhuurd aan de Professor van Gilseschool (speciaal onderwijs) en aan Stichting NSDSK. Deze stichting
geeft onderwijs aan slechthorende kinderen met ernstige spraak-/
taalmoeilijkheden.
9.4 Vernieuwing en renovatie (lange termijn)
Met de gemeente Uitgeest wordt gesproken over de plannen voor de
Binnenmeer/Molenhoek/Vrijburg. Tabijn heeft een schetsplan ingediend om de Binnenmeer aan te passen aan de eisen van het hedendaagse onderwijs. Met de gemeente wordt overlegd of het mogelijk
is de Molenhoek en de Vrijburg te verplaatsen naar de leegkomende
locatie van de Paltrok in de wijk De Koog. Tabijn streeft in dit verband
naar nieuwbouw.
De Gemeente Langedijk heeft in het IHP (integraal huisvestingsplan)
vastgelegd dat Het Baken in 2015-2016 zal worden aangepast en
gerenoveerd.
In Castricum is door de Gemeente in het IHP vastgelegd dat in Castricum Oost het aantal schoolgebouwen wordt verminderd en dat er
nieuwbouw wordt gerealiseerd.
33
JAARVERSLAG
10.
2012:
In 2012 werden 12 meldingen/klachten behandeld door de interne contactpersonen. De externe vertrouwenspersoon werd 7
keer ingeschakeld. De melding in het kader van integriteit werd
bij de externe vertrouwenspersoon gedaan.
EXTERNE VERTROUWENSPERSOON
2013:
In 2013 werden 15 meldingen/klachten behandeld door de interne contactpersonen. De externe vertrouwenspersoon werd
6 keer ingeschakeld, 2 keer op verzoek van de Tabijn-directie.
Er zijn geen meldingen van het vermoeden van een misstand
geweest.
10.1 Meldingen en klachten 2013
Hieronder treft u de belangrijkste punten aan uit het “Jaarverslag
externe vertrouwenspersonen ongewenste omgangsvormen 2013”
en het “Jaarverslag externe vertrouwenspersoon integriteit 2013”.
Ongewenste
omgangsvormen 2012
onderwijskundig
schoolorganisatorisch
ongewenste
omgangsvormen
meld- en aangifteplicht
Enkele opvallende punten:
In 2013 zijn er, evenals in 2012, geen klachten ingediend bij de
Landelijke Klachtencommissie.
De klachten die door de externe vertrouwenspersoon zijn behan deld (drie door een ouder en drie door een werknemer) hadden
als gemeenschappelijk punt dat de communicatie door de direc-
tie onderdeel uitmaakte van de klacht. Aanleiding en inhoud van
de klachten was divers.
•
•
•
De meldingen/klachten waarbij de interne contactpersoon is
ingeschakeld zijn voor het grootste deel binnen de school afge-
handeld; in enkele gevallen is doorverwezen naar de externe
vertrouwenspersoon.
Tabijn gaat op solide en serieuze wijze om met ongewenste om gangsvormen en mogelijke integriteitsschendingen. De stelling
dat er doorgaans integer wordt gehandeld binnen alle niveaus
van de organisatie is terecht.
Het aantal meldingen en klachten de afgelopen jaren is niet op vallend hoog.
•
Ongewenste
omgangsvormen 2013
onderwijskundig
schoolorganisatorisch
ongewenste
omgangsvormen
meld- en aangifteplicht
Scholing:
Op 11 september 2013 heeft de scholing van nieuwe interne contactpersonen plaatsgevonden.
De geplande jaarlijkse scholingsbijeenkomst voor interne contactpersonen is wegens privé-omstandigheden van de externe vertrouwenspersoon verschoven naar 5 februari 2014.
Beleid:
Het Tabijnbeleid op het gebied van ongewenste omgangsvormen en
integriteit is op hoofdlijnen actueel. Tabijn heeft een organisatiebrede
gedragscode opgesteld. Het is aan te raden deze zoveel mogelijk te
integreren in de taak en werkzaamheden van de interne contactpersonen en externe vertrouwenspersoon.
Integriteit
2012
2013
34
•
10.2 Aandachtspunten en adviezen
Algemeen kan worden gesteld dat Tabijn goed vormgeeft aan de
taken van de interne contactpersoon en de externe vertrouwenspersoon. Laagdrempelig contact is mogelijk en klachten worden serieus
genomen.
Uiteraard valt er altijd nog wel iets te verbeteren. In deze context
vallen de onderstaande aandachtspunten en adviezen.
Relatief veel interne contactpersonen zijn ook intern begeleider. Door de verschillende taken kunnen er knelpunten zijn. Het ver-
dient aanbeveling hier bij stil te staan; in ieder geval op school-
niveau en eventueel ook bovenschools.
Het verder vormgeven van de preventietaken van de interne con tactpersonen vergroot de zichtbaarheid binnen de school en
draagt bij aan het signaleren en afhandelen van klachten in een
vroegtijdig stadium en binnen school.
De verslaglegging door de interne contactpersonen is erg
wisselend van kwaliteit. Bovenschools aandacht vragen voor dit
thema kan een positief effect hebben.
•
•
•
•
De scholing van nieuwe interne contactpersonen is erg positief
gewaardeerd. Het verdient aanbeveling om jaarlijks deze basis-
training (één dagdeel) te herhalen.
De jaarlijkse scholingsbijeenkomst voor alle interne contactper sonen is een belangrijk moment om kennis te delen en vaardig-
heden te vergroten. Gezien de grootte van de groep is het lastig
om met één cursusleider een interactief programma aan te bie-
den. Het verzoek is om in overleg met het bestuur en/of HRM te
kijken naar alternatieve mogelijkheden.
Er is onvoldoende bekendheid dat scholen bij incidenten met
social media ook een beroep kunnen doen op de externe
vertrouwenspersoon. Deze beschikt over veel expertise op dit
gebied en kan actief helpen met acute kwesties of sluimerende
problemen.
Alhoewel de informatie over de interne contactpersonen en de
externe vertrouwenspersoon via schoolgids en/of nieuwsbrief
worden verspreid is het raadzaam om minimaal één keer per
jaar hier specifiek aandacht aan te besteden, liefst in een wis-
selende vorm.
•
•
•
10.3 Contactgegevens
De gegevens van de externe vertrouwenspersonen zijn:
Petra Vervoort
e-mail: [email protected]
Telefoon: 06 15178645
35
JAARVERSLAG RAAD VAN TOEZICHT
11.
11.1
Samenstelling Raad van
Toezicht
De samenstelling van de Raad van Toezicht op 31 december 2011
was als volgt:
Voorzitter, de heer A.J.M. de Wit (voorzitter College van Bestuur ROC Kop van Noord-Holland)
•
•
•
Vicevoorzitter, de heer S. van Keulen (adviseur en interim-manager)
Lid, mevrouw S.C.G. de Boer (Lid College van Bestuur Dunamare
Onderwijsgroep)
Lid, de heer R.C.A. Deen (Manager beroepsopleidingen Tata
Steel)
Lid, mevrouw M. van Tunen-Geldermans (Diensthoofd Bestuur lijke Aangelegenheden van de politieregio Kennemerland).
•
•
11.2
Werkgeversrol
De Raad van Toezicht is werkgever van het College van Bestuur.
De voorzitter en de vicevoorzitter hebben daarom met de heer Gaemers, voorzitter van het College van Bestuur, het jaargesprek 2013
gevoerd. Van dit gesprek brachten zij verslag uit aan de Raad van
Toezicht.
11.3 Toezichtkader
In 2009 heeft de Raad van Toezicht in de notitie “Kwaliteitszorg
Tabijn” vastgelegd welke informatie de Raad van Toezicht nodig heeft
voor het toezicht houden. Deze notitie is verder uitgewerkt in een
cyclus van vier jaar waarin alle onderdelen systematisch aan de orde
komen.
Het jaar 2013 was het derde jaar van deze cyclus waarin de volgende
thema’s zijn besproken:
De financiële rapportage per kwartaal (3 keer)
Managementrapportage per kwartaal (4 keer)
Het Jaargesprek RVT en CVB
Bestuursverslag-jaarrekening
Begroting jaarplan
Rapportage onderwijsinspectie
Ziekteverzuim
Opbrengsten onderwijs (onderwijskwaliteit en risicoanalyse) door
de algemene directie
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Marktaandeel-leerlingenaantal
Jaarlijkse gesprek Raad van Toezicht en het dagelijks bestuur van de GMR
Functioneren bovenschools management
•
36
11.4
Vergaderingen
De Raad van Toezicht kwam in het verslagjaar vijf keer bijeen. Naast
de onderwerpen uit het toezichtkader kwamen o.a. de volgende zaken aan de orde:
Thema strategisch beleid (2014-2018)
Brief van het ministerie van OC&W betreffende de Wet Normering
Topinkomens
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Samenwerking Tabijn met het Centrum Brein en Leren van de
Vrije Universiteit Amsterdam
Bevindingen van de accountant bij de interim-controle
Rapport tevredenheid dienstverlening bestuursbureau
Evaluatie functioneren RvT en CvB
Samenwerking schoolbestuur CPOW en de inzet van de financial
controller van Tabijn bij CPOW
Het financiële meerjarenperspectief
Opzet toezichtcyclus periode 2014-2018
De gedragscode
Stand van zaken huisvesting
Herbenoeming leden R. Deen en S. de Boer
Gesprek met het dagelijks bestuur van de GMR over het functioneren van de medezeggenschap binnen Tabijn en het reilen en
zeilen van de organisatie als geheel.
De concepttekst Jaarverslag RvT 2012
Natuurlijk bewegen!
Groen is hip! Nadat eindelijk het noodlokaal van het schoolplein was
verwijderd, wilden de leerlingen van de Augustinusschool in Castricum daar natuurlijk iets moois voor terug. De leerlingenraad onderzocht de vele mogelijkheden voor een aanvulling op het speelplein
en al gauw kozen de leden voor een groen, natuurlijk beweegplein.
Natuurlijk bewegen
Een groen natuurplein daagt de kinderen uit om lekker te rennen en
te klauteren, kortom creatief te spelen en veel te bewegen. Kinderen
leren (weer) omgaan met risico en scholen al spelenderwijs hun
motoriek en evenwicht. Aangetoond is dat kinderen door de verschillende onderdelen zoals sport- en spelmogelijkheden en ‘chillplekken’ beter gaan samenspelen. Mogelijk kunnen hierdoor ook
pestincidenten verder teruggedrongen worden.
Natuurbeleving
Door de populariteit van computer en TV en ook omdat het groen uit
de wijken verdwijnt, komen kinderen steeds minder vaak in aanraking
met de natuur. Het groene schoolplein biedt de leerlingen dagelijks
de kans op een natuurbeleving. Verder draagt het plein ook bij aan
de biodiversiteit en het behoud van planten en dieren. De biologieles
wordt voortaan op het schoolplein gegeven!
Doe-het-zelf
De school heeft aan drie ontwerpers de opdracht gegeven om een
ontwerp te maken. Ouders, leerlingen en het team hebben gezamenlijk het winnende ontwerp gekozen. Ouders en andere betrokkenen
hebben er heel wat vrijwilligersuren in gestoken om de eerste fase
van het plein te realiseren. De plannen reiken namelijk nog verder:
met een gift van ruim 4500 euro uit het Schipholfonds zal het groene
plein in de toekomst nog verder worden uitgebouwd.
37
JAARVERSLAG DIRECTEURENBERAAD
12.
Het directeurenberaad wordt aangestuurd door de agendacommissie. Naast twee vertegenwoordigers van onze schoolleiders maken
de voorzitter CvB, leden algemene directie en manager HRM deel
uit van deze commissie. In het kader van de onderlinge verbinding
nemen deze functionarissen ook deel aan het directeurenberaad.
In augustus 2013 is de werkwijze van het directeurenberaad geëvalueerd. Hiervoor heeft één van de directeuren als onderzoeksvraag
voor haar studie verschillende directeuren en de algemene directie
geïnterviewd. Het directeurenberaad functioneert naar tevredenheid.
Er is veel verbinding tot stand gebracht. Als verbeterpunten werden
o.a. genoemd: inhoud van de agenda, afwisseling in (coöperatieve)
vergaderwerkvormen, borging van advies/besluit en de relatie van de
agendapunten met het strategisch beleid. Deze verbeterpunten zijn
door het CvB omgezet in een aantal richtinggevende statements en
als volgt gepresenteerd:
•
Het directeurenberaad is een adviesorgaan voor het CvB én een
netwerkbijeenkomst voor de directeuren van Tabijn;
Het directeurenberaad heeft één voorzitter = directeur van een
basisschool;
De besluitenlijst van het CvB wordt standaard geagendeerd om
zicht te houden op de voortgang van beleidsstukken;
Jaaragenda aan het begin van het schooljaar presenteren/
bespreken en regelmatig laten terugkomen in het directeuren-
beraad (planning en control). Koppeling met het strategisch
beleid is leidend.
•
•
•
Tijdens de 18 bijeenkomsten stonden de volgende onderwerpen met
regelmaat op de agenda ter bespreking en/of advisering:
Passend onderwijs: werken met groepsplannen en de inrichting
van de nieuwe Samenwerkingsverbanden
Taakbeleid en werktijdenregeling
Schoonmaak van de scholen
Kwaliteitszorg, o.a. audits
Pedagogisch klimaat: gedrag
Strategisch beleidsplan
Gesprekkencyclus
Management development
Financiën, begroting
Krimp
Ouderbetrokkenheid
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
ICT-ontwikkelingen
Verzuimbeleid
Bij de bespreking van enkele onderwerpen is de deskundigheid van
externen ingeroepen.
38
39
FINANCIEEL
BELEID
13.
13.1 Financiële positie balansdatum
Per ultimo 2013 is er over het algemeen beschouwd sprake van een
sterke financiële positie voor Tabijn. De belangrijkste graadmeters
hiervoor, de liquiditeit, solvabiliteit en kapitalisatiefactor laten gezonde waarden zien. De liquiditeit geeft de verhouding weer tussen
de vlottende activa en de kortlopende schulden en is daarmee een
maatstaf voor de mate waarin de organisatie aan haar kortlopende
verplichtingen kan voldoen. Een current ratio liquiditeit van tenminste
1,0 kan als gezond worden aangemerkt; alleen dan zijn er immers
voldoende geldmiddelen om de kortlopende schulden af te lossen.
De current ratio liquiditeit van Tabijn bedroeg 1,6 per ultimo 2013.
De solvabiliteit is een kengetal voor de mate waarin een organisatie
op langere termijn aan haar financiële verplichtingen kan voldoen.
Door de inspectie van het onderwijs is in december 2012 besloten de
minimum indicatie voor de solvabiliteit (de verhouding tussen het eigen vermogen en totaal vermogen) te verhogen van 20% naar 30%.
De solvabiliteitsratio van Tabijn bedroeg 59% per einde 2013. Ook dit
financiële kengetal bevindt zich derhalve boven de minimumnorm.
De kapitalisatiefactor beoogt tot uitdrukking te brengen dat onderwijsinstellingen misschien een deel van hun kapitaal niet of inefficiënt benutten voor de vervulling van hun taken. De kapitalisatiefactor
geeft de verhouding aan tussen balanstotaal (minus boekwaarde
gebouwen en terreinen) en totale baten. De bovengrens is gesteld op
35%. Bij Tabijn is deze ultimo 2013 36%.
13.2 Analyse van het resultaat
Tabijn heeft het boekjaar 2013 afgesloten met een integraal (geconsolideerd) exploitatieresultaat van € 640.000 negatief. Het resultaat
is gunstiger dan het negatieve begrote tekort à € 862.000. Begin
oktober 2013 was de prognose dat het tekort 2013 zou afstevenen
op € 1,1 mln. Het verschil met de begroting van € 0,2 mln. werd met
name veroorzaakt door gestegen personeelskosten als gevolg van
extra personeelsinzet op een aantal scholen, gestegen pensioenpremies en sociale lasten (premie participatie- en vervangingsfonds) en
door extra personeel boven de sterkte.
In het najaar werd een als gevolg van het Herfstakkoord en het Nationaal Onderwijsakkoord extra geld beschikbaar gesteld voor het PO.
Tabijn ontving € 1,0 mln. eenmalige extra bijzondere bekostiging en
€ 0,3mln bekostiging schooljaar 13-14 ter behoud werkgelegenheid
jonge leerkrachten. Deze laatste post is voor 5/12 deel (= € 0,1 mln.)
in het resultaat van 2013 verwerkt.
Tabijn voert zelfstandig wachtgeldbeleid. In de 2013 zijn er afrekeningen ontvangen over de jaren 2009 t/m 2011. Op basis van deze
informatie en een toename in 2013 van het aantal wachtgelders is er
aan de voorziening € 0,8 mln. extra gedoteerd.
Het verloop resultaat 2013 van de begroting naar de realisatie ziet er
als volgt uit.
40
Omschrijving
Bedrag
Begroot tekort
Personeelskosten Prognose (in okt 13)
Extra bekostiging
Dotatie voorziening wachtgelduitkeringen
Overig
Werkelijk tekort resultaat 2013
€
€
€
€
€
€
€
0,9
0,2
1,1
1,1 (plus)
0,8
0,1 (plus)
0,6
2013 is het laatste volledige jaar geweest voor de uitvoering van het
strategisch beleidsplan 2010-2014. In het volgende overzicht wordt
de uitputting weergegeven. Tevens is in 2013 begonnen met de voorbereiding van het nieuwe strategische beleidsplan 2014-2018.
13.2.2 Strategisch beleidsplan 2010-2014
Omschrijving
Realisatie
Excellentie
PR/werving Peuterspeelzaal
Beurzenprogramma
Management Development
Samenwerking Tabijn - VU
Dashboard managementinfo
Huisvesting en inrichting
Werk en gezondheid
Strategisch Beleidsplan 2014-2018
€ 7.000
€ 9.000
€ 10.000
€ 177.000
€ 6.000
€ 20.000
€ 6.000
€ 57.000
€ 9.000
€ 48.000
Generaal totaal
€ 349.000
13.2.3 Passend onderwijs
Eind 2011 is door het samenwerkingsverband IJmond-Noord ruim €
400.000 aan Tabijn beschikbaar gesteld om aan passend onderwijs
uit te geven. In 2013 is € 233.000 besteed aan de opzet van schoolprofielen, personele inzet van intern begeleiders, licenties voor
softwaregebruik, materialen en leerkracht-leerlingtrainingen voor het
programma Kurzweil.
13.3 Investeringen en financierings-
beleid
Tabijn wil, indien de noodzaak daartoe aanwezig is, binnen aanvaardbare risico’s, financiering aantrekken tegen zo laag mogelijke financieringskosten. Hiertoe zal Tabijn per geval onderzoeken of financiering of garantiestelling door de stichting tot steun aan de stichting
Tabijn mogelijk is. Daarnaast zal Tabijn, als daar aanleiding voor is,
afspraken maken met de huisbankier over een overeen te komen kredietlimiet. In het boekjaar 2013 heeft Tabijn geen financiering aangetrokken. Tabijn heeft (in het verleden) ongeveer 10% van haar liquide
middelen belegd in obligaties.
13.4 Treasuryverslag
Treasury heeft bij Tabijn als doel het beheersen van financiële risico’s.
De primaire doelstelling van Tabijn is het werkzaam zijn op het gebied van het primair onderwijs. Financieren en beleggen is dan ook
ondergeschikt en dienend aan de primaire doelstelling. De algehele
doelstelling voor de treasuryfunctie bij Tabijn is dat deze de finan-
ciële continuïteit van de organisatie waarborgt. Tabijn heeft voldoende middelen liquide op de rekening-courant om op korte termijn aan
haar betalingsverplichtingen te voldoen. Overtollige middelen zijn op
een spaarrekening gezet welke direct opvraagbaar is.
Voor het plannen van de omvang en het tijdstip waarop middelen
benodigd zijn, is een goede informatievoorziening vanuit de organisatie noodzakelijk. Het gaat dan met name om inzicht in de kasstromen. In 2013 heeft Tabijn gehandeld overeenkomstig de vastgelegde
afspraken in het treasurystatuut. Het treasury-statuut is opgesteld
conform de regeling beleggen en beleningen voor onderwijs en
onderzoek 2010.
Toelichting
Tabijn zit met haar scholen met name in dorpen waarbij sprake is
van afname van het aantal geboorten en daardoor afname van het
aantal leerlingen. Tabijn verwacht de komende drie jaar een krimp
van 3% per jaar. Door de terugloop van het aantal leerlingen zal de
komende jaren minder onderwijzend personeel nodig zijn. Tevens zal
het begrotingstekort in stappen de komende jaren afgebouwd worden. Dit zal leiden tot een terugloop van gemiddeld 13 fte per jaar.
De verwachting is dat dit door natuurlijk verloop (teruggang in werktijdfactor of bereiken pensioengerechtigde leeftijd) en het niet verlengen van tijdelijke contracten opgevangen kan worden. Tabijn is
gestart met gesprekken met de 61 plussers over vervroegde uittreding. De reden is om op deze wijze ruimte te maken voor het behoud
van jonge leerkrachten. Vanaf 2019 is de uitstroom van medewerkers
die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt groter dan de
verwachte krimp en zal er weer personeel geworven gaan worden.
13.5 Continuïteitsparagraaf
Het ministerie van OCW heeft een zogeheten continuïteitsparagraaf in
het leven geroepen om de financiële gevolgen van het gevoerde en te
voeren beleid in kaart te brengen. Het opstellen van de continuïteits-
paragraaf moet zorgen voor inbedding van het proces dat zicht biedt
op de majeure ontwikkelingen in de nabije toekomst en het helder
in beeld brengen van de gevolgen voor het resultaat en de vermogenspositie, en het gesprek hierover met de Raad van Toezicht. Voor
Tabijn ziet dit er als volgt uit:
A1. Personele bezetting en leerlingaantallen
Kengetal
2013
2014
2015
2016
(stand 31/12)
Personele bezetting in FTE
• Management / Directie
• Onderwijzend personeel
• Overige medewerkers
• Totaal
leerlingaantallen 1/10
40,2
289,4
62,9
392,5
5.622
39,0
37,0 36,0
282,0 267,0 250,0
62,0
60,0 58,0
383,0 364,0 344,0
5.423 5.255 5.080
41
13.
FInanCIeeLBeLeId
A2. De meerjarenbegroting
Activa
R-2013
B-2014
B-2015
(x € 1.000)
Vaste Activa
Immateriële VA
Materiele VA
Financiële VA
Totaal Vaste activa
8.419
436
8.855
8.338
436
8.774
8.082
436
8.518
7.813
436
8.249
Vlottende activa
5.145
4.363
3.969
3.938
14.000
13.137
12.487
12.187
Totaal activa
B-2016
Passiva
Eigen vermogen
Algemene reserve
Bestemmingsreserve publiek
Bestemmingsreserve privaat
Bestemmingsfonds publiek
Bestemmingsfonds privaat
Totaal eigen vermogen
2.371
3.888
1.944
6
2.301
3.251
1.844
0
2.201
2.851
1.744
0
2.101
2.651
1.744
0
8.209
7.396
6.796
6.496
Voorzieningen
2.617
2.567
2.517
2.517
Langlopende schulden
0
0
0
0
Kortlopende schulden
3.174
3.174
3.174
3.174
14.000
13.137
12.487
12.187
Totaal passiva
R = Realisatie
B = Begroting
Door jaarlijkse overbesteding zal de liquiditeit de komende jaren
teruglopen. De toekomstige jaarlijkse investeringen zullen ten opzichte van de afgelopen jaren op een lager niveau gebracht worden,
waardoor de boekwaarde van de Materiele vaste activa zal dalen.
42
Staat Baten en Lasten
Baten
R-2013
B-2013
B-2014
B-2015
(x € 1.000)
Rijksbijdrage
Overige overheidsbijdragen en subsidies
Overige baten
Totaal baten
26.356
707
2.368
29.431
24.726
580
2.225
27.531
24.788
611
2.380
27.779
24.190
602
2.277
27.069
Lasten
Personeelslasten
Afschrijvingen
Huisvestingslasten
Overige lasten
Totaal lasten
24.885
1.151
1.825
2.283
30.144
23.431
1.113
1.803
2.126
28.473
23.542
1.229
1.827
2.040
28.638
22.715
1.250
1.785
1.957
27.707
-713
-942
-859
-638
73
81
38
38
-640
-861
-821
-600
0
0
0
0
Saldo baten en lasten
Saldo buitengewone baten en lasten
Totaal resultaat
Incidentele baten en lasten in totaal resultaat
R = Realisatie
B = Begroting
Toelichting
In 2014 wordt het strategisch beleidsplan 2014-2018 opgeleverd
en (vanaf augustus 2014) in uitvoering genomen. Centraal staat dat
Tabijn in deze periode op weg wil gaan naar excellent en innovatief
onderwijs. Dat betekent: een verdere professionalisering van de
organisatie (op alle niveaus) en verdere groei in kwaliteit. Tabijn wil uitgroeien tot het schoolbestuur met de beste basisscholen in de regio.
Tabijn wil hoogwaardig onderwijs aan zijn leerlingen bieden en voortdurend werken aan verdere verbetering van de kwaliteit van het
onderwijs en van de ondersteunende processen
Het aantal leerlingen op 1 oktober 2013 is 5.622. Dit is in vergelijking
met een jaar eerder (5.625) nagenoeg onveranderd. In een krimpende
markt is dit een zeer goed resultaat. Op lokaal niveau lopen de verschillen uiteen van 22% negatief tot 27% positief.
De prognose is dat de komende jaren het aantal leerlingen in de regio
en bij de Tabijnscholen verder afneemt. Op basis van de inschatting
van de schooldirecteuren 3% per jaar.
Overbesteding
In oktober 2013 bij het formuleren van de uitgangspunten voor de
meerjarenbegroting was de doelstelling om in 2014 een overbesteding te begroten van € 450.000 en vervolgens de overbesteding jaarlijks met € 200.000 af te bouwen om in 2016 uit te komen op een
evenwichtige exploitatie.
Na het afsluiten van het Nationaal Onderwijs Akkoord en (met name)
het Herfstakkoord zijn er voor het Onderwijs extra financiële middelen vrijgekomen. Voor Tabijn is er € 1,0 mln. extra lumpsum en
€ 0,3 mln. ter behoud werkgelegenheid jonge leerkrachten beschikbaar gesteld. Er is als voorwaarde aan verbonden dat er € 1,1 mln.
als bate in de jaarrekening 2013 verwerkt moet worden. Naar aanleiding van deze extra inkomsten is besloten om de overbesteding voor
het jaar 2014 te verhogen naar € 800.000 en vervolgens in stappen
van € 200.000 a € 300.000 jaarlijks te verlagen, waardoor er in 2017
sprake zal zijn van een sluitende exploitatiebegroting. Ook voor de
jaren 2015 en later is er in de begroting van OCW structureel extra
geld voor het PO beschikbaar.
In 2014 zal bekend gemaakt worden hoeveel er beschikbaar komt en
of er bepaalde kosten tegenover staan. In de begroting 2015 is aan
de inkomstenkant een voorschot van € 140.000 opgenomen.
Uitvoering strategisch beleidsplan
Het schooljaar 2013-2014 is het laatste jaar van uitvoering het strategisch beleidsplan 2010-2014. Een aantal vanuit deze strategische
agenda gestarte projecten zal in 2014 doorlopen. Te denken valt in
dit verband o.a. aan: passend onderwijs (doorontwikkelen plusactiviteiten, aansluiting bij samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs),
de functiemix (uitbreiding LB-functies), opbrengstgericht werken
(Tabijnbrede analyse van leerresultaten groep 7 en 8), management
development (professionalisering van [adjunct-]directeuren, voortzetting programma masterbeurzen voor directeuren), verbeteren
welbevinden en reductie werkdruk (invoering nieuw verzuimbeleid),
opleiding en scholing van leerkrachten (voortzetting programma
masterbeurzen voor leerkrachten). Ook vanuit het nieuwe strategische beleid 2014-2018 zullen er in 2014 activiteiten worden opgestart. Te denken valt aan de strategische samenwerking van Tabijn
met de Vrije Universiteit (voor onderwijsinnovatie en professionalisering leerkrachten) en aan het oprichten van de Tabijn Academie.
43
13.
FInanCIeeLBeLeId
B1 Rapportage risicobeheersingssysteem
Interne beheersings- en controlesystemen zijn er op gericht te waarborgen dat de belangrijkste risico’s worden geïdentificeerd en dat
passende beheersmaatregelen worden getroffen.
Binnen de organisatie worden maandelijks rapportages opgesteld
voor het bestuur, de schooldirecteuren en de controller. Periodiek
vinden er afstemmingsgesprekken plaats tussen het bestuur, de
schooldirecteuren en de controller. Er wordt gebruik gemaakt van
verschillende instrumenten om de risico’s te beheersen:
Treasurystatuut;
Periodiek verbijzonderde interne controles;
Planning & controlcyclus;
Periodieke risicoanalyse;
Functiescheiding en interne controle in processen;
Externe controle door de accountant en de Inspectie van het
Onderwijs.
•
•
•
•
•
•
B2 Beschrijving van de belangrijkste risico’s en onzekerheden
De belangrijkste risico’s voor de komende jaren zijn:
•
•
•
•
•
•
•
Eventuele aanpassingen in de CAO die niet worden gecompenseerd;
Overheveling van LGF-financiering (Rijk) naar de Samenwerkingsverbanden;
Overheveling buitenonderhoud van gemeente naar schoolbestuur (doordecentralisatie) per 1 januari 2015;
Oplopende afschrijvings- en ICT-kosten;
Ontwikkeling van de leerlingaantallen;
De onvoorspelbaarheid van de verlenging van subsidies met een
bestedingsoogmerk met een tijdelijk karakter;
De toename van de wachtgelduitkeringen (Tabijn voert zelfstandig wachtgeldbeleid).
Het beleid van Tabijn is er op gericht deze risico’s te beperken.
44
Gedragscode
Een veilige en stimulerende (leer)omgeving is een belangrijke voorwaarde voor alle leerlingen om tot optimale leerprestaties te komen.
Samen met leerlingen en ouders zorgt Tabijn voor een veilige school.
Om dit te bereiken heeft Tabijn een gedragscode Tabijn opgesteld.
De gedragscode is een leidraad voor iedereen die voor de stichting
werkt of de scholen van Tabijn bezoekt. Hij geldt dus niet alleen voor
alle medewerkers, leerlingen, ouders maar ook voor de medewerkers
van het bestuursbureau. Het is belangrijk dat er met elkaar over het
(eigen) gedrag gesproken wordt en dat er samen duidelijke afspraken
gemaakt worden over wenselijk en integer gedrag. Deze afspraken
zijn verwoord in vier kernwaarden: ontwikkeling, verantwoordelijkheid, respect en veiligheid. Tabijn verwacht dat iedereen zich houdt
aan de gedragscode.
Ontwikkeling: Wij ontwikkelen onszelf.
Wij vinden leren leuk.
Wij zien ontwikkeling als een kans op groei.
Wij denken in mogelijkheden.
Wij geven elkaar de ruimte.
Wij hebben hoge verwachtingen.
•
•
•
•
•
Verantwoordelijkheid: Wij zijn partners in de ontwikkeling van het
kind.
Wij zien er verzorgd uit.
Wij zijn ons bewust van ons rolmodel.
Wij hebben oog voor elkaar.
Respect: Wij tonen respect voor elkaar en onze omgeving.
•
•
Wij zijn gelijkwaardig en onderkennen verschillen.
Wij dragen zorg voor de schooleigendommen en de eigendom men van een ander.
Wij communiceren zorgvuldig.
Wij respecteren de opvatting van de ander.
•
•
Veiligheid: Wij zorgen voor een veilige leer-, werk- en leefomgeving.
Wij grijpen respectvol in bij pestgedrag en andere vormen van geweld.
Wij gaan integer om met informatie.
Wij hebben vertrouwen in onszelf en de ander.
Wij komen onze afspraken na.
Wij vertrouwen in elkaars vakkundigheid en deskundigheid.
•
•
•
•
•
Om de gedragscode ook visueel te verankeren staat straks in elk
klaslokaal van Tabijn een kartonnen kubus met daarop afgebeeld de
kernwaarden en afspraken. De leerlingen zullen zich aan de hand van
verschillende werkvormen en lessen over de code en de kernwaarden buigen. Ook de ouders zullen over de nieuwe gedragscode geïnformeerd worden. Op deze manier denkt Tabijn een professionele
werk- en leeromgeving te creëren waar het normaal is om elkaar aan
te spreken op gedrag.
•
•
•
ontwikkeling
respect
verantwoordelijkheid
veiligheid
45
14.
JAARREKENING
Inhoudsopgave
A2
B2
B3
B4
C
C1
C2
46
Kengetallen
Geconsolideerde balans per 31 december 2013
Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2013
Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2013
Overige Gegevens
Bestemming exploitatiesaldo
Controleverklaring
Bladzijde
48
49
50
51
52
53
A2 Kengetallen
2013
2012
Verandering
Leerlingen
Aantal leerlingen (per 1 oktober)
5.622
5.628
-0,1%
Kengetallen geconsolideerd
bovengrens
Kapitalisatiefactor
36%
35%
31,0%
De kapitalisatiefactor geeft de verhouding aan tussen balanstotaal (minus grond en boekwaarde gebouwen) en totale baten.
Het geeft aan of Tabijn het beschikbare kapitaal optimaal inzet voor het onderwijs.
ondergrens
Solvabiliteit
59%
20%
62%
-5,4%
Solvabiliteit geeft de verhouding aan tussen eigen en vreemd vermogen.
Het geeft aan in hoeverre de instelling op langere termijn aan haar verplichtingen kan blijven voldoen.
marge
Liquiditeit (current ratio)
1,62
0,5 -< 1,5
1,70
-4,6%
Liquiditeit geeft de verhouding aan tussen de vlottende activa en de kortlopende schulden. Het geeft aan in hoeverre een instelling op korte
termijn aan haar betalingsverplichtingen kan voldoen. Een liquiditeit groter dan 1 wordt doorgaans gekwalificeerd als voldoende.
marge
Rentabiliteit
-2,18%
0% -< 5%
-2,70%
-19,4%
Dit kengetal geeft het verschil tussen baten en lasten weer ten opzichte van de totale baten.
Kengetallen enkelvoudig
Exploitatieresultaat (x € 1.000)
€ 664-
Baten per leerling
€ 5.235 Personele kosten per leerling
€ 4.426 Overige kosten per leerling
€ 947 Aantal Fte in dienst gemiddeld
404,1
Personele kosten per Fte
€ 61.582 Personele lasten ten opzichte van totale lasten
82,4%
Ziekteverzuimpercentage
4,0%
€ 816-
€ 5.022 € 4.266 € 925 408,6
€ 58.763 82,2%
5,5%
-18,6%
4,2%
3,8%
2,4%
-1,1%
4,8%
0,2%
-27,3%
Landelijk lag het gemiddelde in 2012 op 6,44%
47
14.
1
JaaRReKenIng
B2 Geconsolideerde balans per 31-12-2013
Activa
31-12-2013
EUR
31-12-2012
EUR
Vaste activa
1.2 Materiële vaste activa
1.3 Financiële vaste activa
Totaal vaste activa
8.419.253
435.669
8.854.922
8.449.759
435.669
Vlottende activa
1.5 Vorderingen
1.7 Liquide middelen
Totaal vlottende activa
2.037.374
3.107.311
5.144.685
2.121.770
3.173.859
2
Totaal activa
Passiva
13.999.607
14.181.057
2.1
2.4
2.6
Eigen vermogen
Voorzieningen
Kortlopende schulden
8.209.092
2.616.950
3.173.565
8.849.420
2.149.123
3.182.514
Totaal passiva
13.999.607
14.181.057
48
8.885.428
5.295.629
B3Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2013 3
Baten
3.1
3.2
3.5
4
4.1
4.2
4.3
4.4
Rijksbijdragen
Overige overheidsbijdragen
Overige baten
Totaal baten
Lasten
Personeelslasten
Afschrijvingen
Huisvestingslasten
Overige lasten
Totaal lasten
5
Saldo baten en lasten
Financiële baten
Saldo fin. baten en lasten
Resultaat
Realisatie 2013
EUR
26.355.803
707.398
2.367.998
Begroting 2013
EUR
29.431.199
24.725.586
580.000
2.225.112
Realisatie 2012
EUR
27.530.698
25.427.670
602.806
2.231.463
28.261.939
24.885.469
1.151.111
1.824.803
2.282.596
30.143.979
23.431.444
1.113.047
1.803.380
2.125.685
28.473.556
24.010.513
967.011
1.896.884
2.250.241
29.124.649
-712.780
-942.858
-862.710
72.452
72.452
81.000
81.000
96.711
96.711
-640.328
-861.858
-765.999
49
14.
JaaRReKenIng
B4 Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2013
2013
EUR
2012
EUR
Kasstroom uit operationele activiteiten
Resultaat
Aanpassingen voor:
Afschrijvingen
Mutaties voorzieningen
Veranderingen in vlottende middelen
-
Vorderingen
-
Kortlopende schulden
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
(des)Investeringen in materiële vaste activa
(des)Investeringen in financiële vaste activa
Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten
1.151.111
467.827
84.396
-8.948
-640.328
1.618.938
75.448
1.054.058
967.011
244.033
104.413
-4.682
-1.120.606
0
-1.120.606
-2.128.768
0
Overige mutaties EV
Mutatie liquide middelen
Beginstand liquide middelen
Mutatie liquide middelen
Eindstand liquide middelen
3.173.859
-66.548
0
-66.548
1.495.445
3.107.311
4.757.851
-1.583.992
3.173.859
50
-765.999
1.211.044
99.731
544.776
-2.128.768
0
C
Overige gegevens
C1 Bestemming van het exploitatiesaldo
Het (geconsolideerde) positieve resultaat over 2013 ad € -640.328
wordt als volgt verwerkt:
Omschrijving
Bedrag
Algemene reserve (bestuur)
€
975.654-
Bestemmingsreserve publiek (scholen) €
544.502
Bestemmingsreserve privaat
€
-
Bestemmingsreserve privaat (steunstichting)
€
23.592
Bestemmingsfonds Passend Onderwijs
€
232.769-
Gebeurtenissen na balansdatum
Eind maart 2014 heeft de rechtbank uitspraak gedaan inzake de
rechtszaak tegen een voormalig bestuurder.
De vordering is aan Tabijn toegewezen. Tabijn wil eerst de termijn
waarbinnen hoger beroep mogelijk is afwachten, alvorens de voorziening vrij te laten vallen.
51
14.
JaaRReKenIng
C2 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
Verklaring betreffende de jaarrekening
Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening over 2013 van Stichting Tabijn te Heemskerk gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat
uit de balans per 31 december 2013 en de staat van baten en lasten over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de
gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van het bestuur
Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en resultaat getrouw dient weer te
geven, in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs en de Beleidsregels toepassing Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT), alsmede voor het opstellen van het jaarverslag in overeenstemming met de Regeling
jaarverslaggeving onderwijs.
Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties.
Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen Het bestuur
is voorts verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van
de relevante wet- en regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 171, lid 4 van de
Wet op het primair onderwijs. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden, het onderwijscontroleprotocol OCW/EZ 2013 en de Beleidsregels toepassing WNT, exclusief het Controleprotocol WNT. Dit vereist
dat wij voldoen aan voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van
zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten
van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten.
Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de
jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede in het kader van de financiële rechtmatigheid voor de naleving van die relevante weten regelgeving, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben
echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat
tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidcriteria en van de redelijkheid van de door het bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van
de jaarrekening.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel betreffende de jaarrekening
Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Tabijn per 31
december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs en de Beleidsregels toepassing
WNT.
Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2013 in alle van materieel belang zijnde
aspecten voldoen aan de eisen van financiële rechtmatigheid. Dit houdt in dat de bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante weten regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.3.1. Referentiekader van het onderwijscontroleprotocol OCW!EZ 2013.
52
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen
Ingevolge artikel2:393, lid 5 ondereen fvan het BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek
of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel9 Boek 2 van het BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392, lid 1
onder b tot en met h van het BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391, lid 4 van het BW. Tenslotte vermelden wij dat het jaarverslag voldoet aan
de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf2.2.5 Jaarverslag van het onderwijscontroleprotocol
OCW!EZ 2013.
Amstelveen, 17 juni 2014
KPMG Accountants, N.V. S. Haringa RA
53
15.
BASISINFORMATIE
Gegevens over de rechtspersoon
Bestuursnummer: 40712
Naam instelling:
Tabijn
Adres:
De Trompet 1960, 1967 DB Heemskerk
Postadres:
Postbus 280, 1960 AG Heemskerk
Telefoon:
0251-230082
E-mailadres:
[email protected]
Website:
www.tabijn.nl
Tabijn is het bevoegd gezag van de volgende scholen:
Gemeente Brinnr School
Adres
Telefoon
E-mail
Alkmaar
14FJ
Oranjehof
Elgerweg 39
1825 KA Alkmaar
Kofschipstaat 12 1826 CG Alkmaar
Postbus 8168
1802 KD Alkmaar
072-562 8060
[email protected]
Alkmaar
13ZH
Prinsenhof 1 Tochtwaard 22
1824 EZ Alkmaar
072-561 0899
[email protected]
Alkmaar
13ZH
Prinsenhof 2
Amstelstraat 7
1823 EV Alkmaar
072-512 0406
[email protected]
Bergen
03UC
De Branding
Pastoor van Kleefstraat 19
1931 BL Egmond aan Zee
072-506 9995
[email protected]
Bergen
05AO
De Windhoek
Herenweg 72A
1935 AG Egmond-Binnen
072-507 0888
[email protected]
Bergen
05MI
Willem-Alexander Kapelweidtje 2
1861 JH Bergen
072-581 3142
[email protected]
Bergen
05JM
Bosschool
Rondelaan 30
1861 ED Bergen
072-581 3195
[email protected]
Castricum
03XY
Visser ‘t Hooft
Kemphaan 17
1902 KA Castricum
Postbus 395
1900 AJ Castricum
0251-655906
[email protected]
Castricum
Castricum
07QS
Paulus
1e Groenelaan 88
1901 TE Castricum
0251-650565
[email protected]
08YD
Augustinus
Dr. Van Nieveltweg 20
1901 GD Castricum
Postbus 402
1900 AK Castricum
0251-651764
[email protected]
54
072-561 3185
Gemeente Brinnr School
Adres
Telefoon
E-mail
Castricum
Castricum
09VP
Cunera
Vondelstraat 25
1901 HT Castricum
Postbus 161
1900 AD Castricum
0251- 650860
[email protected]
10OP
Toermalijn
Het Korteland 3
1902 BA Castricum
Postbus 311
1900 AH Castricum
0251-650864
[email protected]
Heemskerk
05HH
Het Rinket
Bachstraat 20
1962 BD Heemskerk
Postbus 78
1960 AB Heemskerk
0251-231093
[email protected]
Heemskerk
07NJ
Vlinder
Frankrijklaan 2
1966 VD Heemskerk
0251-237766
[email protected]
Heemskerk
07US
Otterkolken
Prof. ten Doesschatestraat119 A 0251-232688
1963 AS Heemskerk
[email protected]
Heemskerk
08ZV
Leonardus
Kerkweg 225
1964 KJ Heemskerk
0251-232410
[email protected]
Heemskerk
11EI
Anne Frank
Jan van Kuikweg 97
1964 BC Heemskerk
0251-231650
[email protected]
Heemskerk
11QS
Burghtweijt*
W. van Coulsterstraat 2
1962 WN Heemskerk
0251- 234632
[email protected]
Heemskerk
27YC
De Bareel
Waddenlaan 1
1967 EH Heemskerk
Postbus 68
1960 AB Heemskerk
0251-230468
[email protected]
Heiloo
08WB
De Duif
Mariënstein 180
1852 SN Heiloo
Postbus 176
1850 AD Heiloo
072- 532 0874
[email protected]
Langedijk 05SC
Het Baken
Bovenweg 68
1834 CG Sint Pancras
Postbus 36
1834 ZG Sint Pancras
072-564 2417
[email protected]
Langedijk
08PV
J.D. van Arkel
Museumweg 1
1721 BW Broek op Langedijk
Postbus 25
1720 AA
0226-342322
[email protected]
* per 1 augustus 2013 gefuseerd met basisschool Anne Frank.
55
15.
BasIsInFoRMaTIe
Gemeente Brinnr School
Adres
Telefoon
E-mail
Uitgeest
07VV
Molenhoek
Meidoornstraat 21
1911 BS Uitgeest
0251-310173
[email protected]
Uitgeest
09AR
Vrijburg
Niesvenstraat 2
1911 VA Uitgeest
0251-313138
[email protected]
Uitgeest
09XO
Binnenmeer
Langebuurt 31
1911 AS Uitgeest
Postbus 28
1910 AA Uitgeest
0251-312715
[email protected]
Uitgeest
28AN
Kornak
Benningskamplaan 60
1911 LP Uitgeest
0251-707227
[email protected]
56
Kennis delen: iPad in de klas
Op steeds meer Tabijnscholen worden iPads of tablets structureel
in de klas ingezet. In het voorjaar 2013 hebben de voorlopers op dit
gebied aan een hele zaal vol belangstellenden laten zien op welke
manier zij de iPad in de eigen klas inzetten. En natuurlijk mochten de
deelnemers ook meteen zelf aan de slag!
De uitgangssituaties en invalshoeken waren daarbij zeer divers. Waar de een gekozen heeft voor de iPad mini omdat deze ook door
de kleine handen van de kleuters goed bediend kan worden, heeft de
ander een hele bovenbouwklas uitgerust met tablets. Uit de praktijk
blijkt dat het beslist niet nodig is dat elke leerling over een eigen iPad
beschikt.
Inmiddels zijn er naast de vele gratis apps ook enkele methode
gebonden (betaalde) apps, meestal om extra te oefenen, bijvoorbeeld
spelling en rekenen. De iPads kunnen natuurlijk ook voor creatieve
doeleinden ingezet worden. Denk daarbij aan het maken van korte
filmpjes of musiceren. Uiteraard zijn ze ook geschikt om in combinatie met het digibord te gebruiken. Er komen steeds meer apps, de
mogelijkheden zijn nagenoeg onbeperkt.
Kortom, de iPad of tablet kan de leerkracht, mits slim ingezet, niet
alleen tijd besparen maar hij kan zeker ook de betrokkenheid bij de
les vergroten. Uit onderzoek (afgenomen voordat de iPad zijn intrede
in het onderwijs deed) blijkt dat leerlingen die niet de vinger hoeven
op te steken beter meedoen en uiteindelijk ook beter presteren.
Tabijn steunt deze ontwikkelingen van harte en vindt het tevens
belangrijk dat er veel met elkaar uitgewisseld wordt. In de toekomst
zullen nog veel vaker soortgelijke bijeenkomsten plaatsvinden.
57
16.
BIJLage:overzichtresultateninspectiebezoekenkalenderjaar2013
1.1*
3
3
3
1.1.1
1.1.2
1.2*
3
waarde 3=vold.
waarde 2=onvold.
Cunera
Paulus
Kwaliteitsaspect 1
waarde 1=slecht
Bareel
Branding
Toermalijn
School
Schooljaar
13-14
Anne Frank
Schooljaar
12-13
waarde 4=goed
waarde 5=niet te beoord.
* een van de 10 normindicatoren
Indicator
De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht
mag worden
3
De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen tenminste op het niveau dat op
grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
De taalresultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen tenminste op het niveau dat op
grond van kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht
De rekenresultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen tenminste op het niveau dat op
grond van kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht
3
3
De resultaten v.d. leerlingen voor Ned. taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen
tenminste op het niveau dat op grond v.d. kenmerken v.d. leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
1.3
1.4
2
2
1.5
3
3
3
Kwaliteitsaspect 2
2.1*
3
3
2.1.1
2.1.2
2.2*
3
3
2.2.1
2.2.2
2.3
3
2.4*
3
3
3
3
3
De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van 8 jaar.
3
3
3
Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden.
3
3
3
De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.
De aangeboden leerinhouden bereiden de leerlingen voor op vervolgonderwijs en samenleving
Bij de aangeboden leerinhouden voor de Nederlandse taal en rekenen en wiskunde betrekt de school alle
kerndoelen als te bereiken doelstellingen.
Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken
doelstellingen.
Bij de aangeboden leerinhouden voor rekenen en wiskunde betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen.
De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen
aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8.
De leerinhouden voor Nederlandse taal worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau
van leerjaar 8.
De leerinhouden voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het
niveau van leerjaar 8.
3
De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan.
De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand.
2.5
3
3
De school heeft een aanbod gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.
Kwaliteitsaspect 3
3.1
3
3
3.2
Kwaliteitsaspect 4
4.4
3
4.5
3
De leraren geven de leerlingen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken
De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd.
De school heeft voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde onderwijstijd gepland conform het landelijk
gemiddelde van scholen met een vergelijkbare leerlingenpopulatie.
Het schoolklimaat wordt gekenmerkt door veiligheid en respectvolle omgangsvormen
3
De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personen en in de incidenten die zich op
het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen
3
De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school
4.6
3
3
4.7
De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling van incidenten in en om de school
Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen
omgaan.
4.8
De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en personeel.
Kwaliteitsaspect 5
De leraren leggen duidelijk uit, organiseren de onderwijsactiviteiten efficiënt en houden de leerlingen
taakbetrokken
5.1*
3
3
De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof.
5.2*
3
3
De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer.
5.3*
3
3
De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.
58
6.1
3
3
Cunera
Kwaliteitsaspect 6
Bareel
Paulus
Anne Frank
Toermalijn
Schooljaar
13-14
Branding
School
Schooljaar
12-13
Indicator
De leraren stemmen aanbod, instructie, verwerking en onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen
de leerlingen
De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
6.2
3
2
De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
6.3
3
3
De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
6.4
3
3
Kwaliteitsapect 7a
7.1*
3
3
3
7.2
2
2
Kwaliteitsaspect 8
De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
3
3
De leraren volgen systematisch de vorderingen van de leerlingen
4
De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het
volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.
De leerlingen die dat nodig blijken te hebben, krijgen extra zorg
De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen.
8.1
3
3
3
3
3
3
De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben.
8.2
2
2
3
2
3
3
Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de
zorgleerlingen.
8.3*
2
2
2
2
3
3
De school voert de zorg planmatig uit.
8.4
2
3
2
3
3
3
De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg.
Kwaliteitsaspect 9
De school heeft een systeem voor kwaliteitszorg
9.1
3
3
3
3
3
3
De school heeft inzicht in de onderwijsbehoefte van haar leerlingenpopulatie.
9.2
3
2
3
3
3
3
De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen.
9.3
2
3
3
3
3
3
De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces.
9.4
3
3
3
3
3
3
De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten.
9.5
3
3
3
3
3
3
De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces.
9.6
3
3
3
3
3
3
De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit.
9.7
3
Kwaliteitsaspect 10
De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap
en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit
van de samenleving.
10.1
Voorwaarden voor kwaliteitszorg
De schoolleiding stuurt de kwaliteitszorg aan.
10.2
De kwaliteitszorg is verbonden met de visie op leren en onderwijzen, zoals geformuleerd in het schoolplan.
10.3
De schoolleiding zorgt voor een professionele schoolcultuur.
10.4
Bij de zorg voor kwaliteit zijn personeel, directie, leerlingen, ouders/verzorgers en bestuur betrokken.
Wet- en regelgeving
Wet en regelgeving
N1






Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids
bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 13).
N2






Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan
bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 12).
N3






Door of namens het bestuur is he vastgestelde zorgplan van het samenwerkingsverband naar de inspectie
gestuurd en dit zorgplan bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 19).
N4






De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten (WPO, art. 8).
5 december 2013
59
17.
BIJLage:overzichtnetwerkenenwerkgroepen
Netwerk
Onderwerpen Netwerk intern begeleiders
Vaste agendapunten: ESIS, Kurzweil, Ontwikkelingen in de SWV’s, Halen
en Brengen, Intervisie.Overige onderwerpen:
Werken met SCOL, Strategisch Beleidsplan
2014-2018, Kwaliteitsaspecten inspectie,
EWS; analyses en interventies.
Netwerk leerkrachten groep 1 en 2
Materialen groep 1 en 2: presentatie en uitwisseling
Begrijpend luisteren en voorlezen
Netwerk leerkrachten groep 3 en 4
Omgaan met verschillen
Begrijpend luisteren en lezen
Netwerk leerkrachten groep 5 en 6
Omgaan met verschillen
Begrijpend lezen; een apart vak?
Netwerk leerkrachten groep 7 en 8
Meerbegaafde leerlingen en hun onderwijsbehoeften.
Kunnen leerlingen op jou rekenen?
(over rekenonderwijs)
Netwerk leerkrachten groep 3
Frequentie per schooljaar Aantal
deelnemers
6 x
+/- 30
2 x
+/- 50
2 x
+/- 45
2 x
+/- 45
2 x
+/- 45
VLL: tien updates
1x
+/- 35
Netwerk adjunct-directeuren
Samen profileren
5 x
13
Het netwerk als leergemeenschap
Persoonlijke presentatie en samenwerking
Strategisch beleidsplan 2014-2018
Actuele thema’s en vraagstukken
Netwerk startende leerkrachten
Starters voor starters
3 x
+/- 15
‘Gedrag’ voor startende leerkrachten
Marzano
Action type
Netwerk ICT coördinatoren
Tablets in het onderwijs
4 x
+/- 25
Sharepoint
3D Printing
Basispoort
Software/Apps
Beleid
Netwerk contactpersonen
Nieuwe ontwikkelingen en bijscholing
2 x
25
Bespreken van casus
Netwerk Arbo-contactpersonen
Nieuwe ontwikkelingen
1 x
25
Netwerk ambulante begeleiders
Bespreking casussen/intervisie
1x
16
Tips en tops
Materialen
Netwerk stagecoördinatoren
Algemene zaken en nieuwe ontwikkelingen
2 x
+/- 12
60
Werkgroep
Onderwerpen Werkgroep Onderwijskwaliteit
Ontwikkelingen in de samenwerkings-
verbanden
SCOL
Excellentie
EWS
Audittraject
Frequentie per schooljaar Aantal
deelnemers
7 x
8
6 x
6
1 x
7
5 x
7
Werkgroep Kurzweil
Uitbreiden digitale bibliotheek
Keuze methoden voor bibliotheek
Aanpak technische problemen
Werkgroep Plusleerlingen
Bespreking notitie Plusleerlingen bij Tabijn en de opdracht voor de
werkgroep
Werkgroep ICT en onderwijs
Social media
Internetverbinding/bandbreedte
Evaluatie Tabijndag
Tabijnacademie
Vervangingsplan/aanschaf devices
Digitaal toetsen
61
18.
BIJLage:scholenindegelefase-analyseenvooruitblik
Anne Frank school
De school scoorde voor het eerst sinds jaren onder de norm van de
inspectie.
De directie wist dat dit een cognitief zwakke groep was. De Niet
Schoolse Cognitieve Capaciteiten Test (NSCCT) die groepsgewijs
wordt afgenomen in groep 6 gaf dat ook aan. Het advies voor relatief
veel leerlingen: basisberoepsgericht en kader- onderwijs. Maar beide
groepen scoorden ook lager dan was verwacht. Enkele leerlingen
hebben de toets over gedaan.
Er zijn geen zorgen over de eindresultaten van de drie groepen 8 in
het schooljaar 2013-2014.
Kornak
Basisschool Kornak zat in 2012 in de rode, risicovolle fase en had
van de onderwijsinspectie een waarschuwing gekregen. Meteen na
de Cito-eindtoets 2012 heeft de school het CPS ingeschakeld om de
hele school door te lichten. Dit heeft geleid tot een plan van aanpak,
waarin vooral de nadruk lag op leerkrachtgedrag (waaronder effectieve instructie) en technisch lezen. Wijzigingen in het team hebben
plaatsgevonden. De leerkrachten van groep 7 zijn meegegaan naar
groep 8 en er is afscheid genomen van één leerkracht. Het team en
de directie hebben heel hard aan het plan van aanpak gewerkt. De
resultaten in alle groepen zijn verbeterd. Voor schooljaar 2013-2014
is het CPS weer ingehuurd om de school te ondersteunen bij het
borgen van de gemaakte afspraken.
Oranjehof
De uitslag viel tegen. De kinderen van beide locaties zijn bij elkaar in
één groep gebracht. Lastig was dat de concentratie en werkhouding
niet bij alle kinderen even groot was. De leerkracht van groep 8 is
regelmatig ziek geweest en functioneerde niet optimaal, met name
in de periode voor de Cito-eindtoets. Dit verklaart echter niet alles.
Er ligt voor de leerkrachten van de combinatiegroepen 7/8 in het
nieuwe schooljaar een stevige opdracht. Deze is met de betrokken
leerkrachten besproken. Zij delen de zorgen van de directie en hebben vertrouwen in hun mogelijkheden om de leerlingen van groep 8,
maar ook die van groep 7, optimaal te begeleiden. In de huidige groep 7 heeft de school vooral te maken met relatief
veel leer- en gedragsproblemen. De school trekt alles uit de kast om
te zorgen voor betere resultaten.
Vrijburg
Groep 8 is een zorgelijke groep wat betreft sociale omgang en motivatie. Terugkijkend naar deze groep blijkt dat in groep 5 teveel wisselende leerkrachten voor de groep hebben gestaan, waardoor de
resultaten onder druk zijn komen te staan. Deze achterstand kon
door de jaren heen niet meer rechtgetrokken worden.
De huidige groep 7 (de groep 8 in 2014) laat een verontrustend beeld
zien op de resultaten van tussentijdse toetsen. De algemene directie
voert gesprekken met de directeur en de intern begeleider om te
analyseren wat er met de groep aan de hand is. Uit de observaties en de resultaten valt één aspect op: veel gedragsproblematiek,
weinig motivatie en weinig sociale cohesie. Een specialist van
Gedragspunt is geconsulteerd om de groep te observeren. Daarnaast zullen met ouders en leerlingen gesprekken gevoerd worden
over hun verwachtingen, resultaten en motivatie. Er is een vacature
62
voor de groep 8 leerkracht. Voor deze groep wordt een zeer goede
leerkracht gezocht. Ook in de toekomst zullen regelmatig gesprekken
plaatsvinden met de algemene directie.
Windhoek
De huidige groep 8 is een groep waarin vanaf groep 4 veel wisseling van leerkrachten is geweest. De motivatie van leerlingen (en ook
van ouders) om te presteren is laag. De SCOL (meetinstrument voor
sociaal-emotionele ontwikkeling) laat zien dat de sfeer in de groep
niet goed is. De entreetoets groep 7 van deze groep liet al zien dat de
resultaten onder de ondergrens lagen. Een zeer goede en gestructureerde leerkracht is voor groep 8 gezet. Er is nadrukkelijk ingezet op
begrijpend lezen en rekenen. Dit heeft niet geleid tot een voldoende
Cito-eindtoetsscore. De huidige groep 7 (groep 8 in 2014) is een grote
groep met veel problematiek en lage motivatie. In deze groep is de
pilot iPad-klas ingezet. Gedragsproblematiek is afgenomen. Door het
gebruik van de iPads is de betrokkenheid van leerlingen en ouders
bij het onderwijsleerproces zichtbaar vergroot. Helaas is dit nog niet
te zien in de resultaten. De resultaten laten wel een groei zien, maar
deze groei heeft nog niet de norm bereikt. Voor schooljaar 2013-2014
is afgesproken dat de leerkracht van groep 7 meegaat naar groep
8. Eer wordt extra ingezet op begrijpend lezen en er is een samenwerking gestart met basisschool Kornak om hun ervaringen die zij
hebben opgedaan met het CPS traject te delen met het team van de
Windhoek.
Bezoekadres
De Trompet 1960
1967 DB Heemskerk
t 0251 230082
f 0251 252798
Colofon Publicatie augustus 2014
Postadres
Postbus 280
1960 AG Heemskerk
[email protected]
www.tabijn.nl
Fotografie
Marion Köhler en Tabijnscholen
Redactie
Marion Köhler
Vormgeving
De Combinatie, Alkmaar
63
64