VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

STUK 533 (2013-2014) – Nr. 1
VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE
DE RAAD
ZITTING 2013-2014
31 MAART 2014
Verenigde Commissies voor
Cultuur, Jeugd en Sport - Onderwijs en Vorming - Welzijn, Gezondheid en Gezin
van maandag 31 maart 2014
Hebben aan de werkzaamheden deelgenomen:
Raadsleden: mevrouw Carla Dejonghe, voorzitter, de heer Fouad Ahidar, de heer Herman
Mennekens, mevrouw Elke Roex, de heer Jef Van Damme
Verontschuldigd: mevrouw Els Ampe, mevrouw Greet Van Linter
1276
-2INHOUD
Benoeming van de ondervoorzitter voor de Commissie voor Welzijn, Gezondheid en Gezin
Vragen en interpellaties
-
Vraag van de heer Fouad Ahidar aan de heer Bruno De Lille, collegelid bevoegd voor
Cultuur, Jeugd, Sport en Ambtenarenzaken, over jeugdhuis De Branding
-
Vraag van de heer Jef Van Damme aan de heer Bruno De Lille, collegelid bevoegd
voor Cultuur, Jeugd, Sport en Ambtenarenzaken, betreffende het publieksonderzoek
-
Interpellatie van de heer Jef Van Damme tot de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter
bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, betreffende de transversale projecten
binnen de VGC
-
Interpellatie van mevrouw Elke Roex tot de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter
bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, betreffende het Stedenfonds
-3Benoeming van de ondervoorzitter voor de Commissie Welzijn, Gezondheid en Gezin
Mevrouw Els Ampe wordt benoemd tot ondervoorzitter van de Commissie voor Welzijn,
Gezondheid en Gezin.
Vraag van de heer Fouad Ahidar aan de heer Bruno De Lille, collegelid bevoegd voor
Cultuur, Jeugd, Sport en Ambtenarenzaken, over jeugdhuis De Branding
Raadslid Fouad Ahidar zegt dat Jeugdhuis De Branding normaal gezien dit jaar een
nieuwbouw zou krijgen naast het station van Jette. De Branding moest in 2005 weg uit de
Lakense Schijfstraat en is sinds die tijd op zoek naar een gebouw. Het jeugdhuis kreeg even
onderdak in “Tongeluk” in Ganshoren en later in gemeenschapscentrum Essegem. In 2010
bereikten de gemeente Jette en de Vlaamse Gemeenschapscommissie een akkoord over een
nieuwbouw: Jette zou een terrein op het Kardinaal Mercierplein in erfpacht geven. In februari
2013 verklaarde de bevoegde schepen dat er geen enkel probleem was en de werken snel
zouden starten. De VGC trok 500.000 euro uit voor de bouw van een nieuw pand, maar dit
bedrag blijkt nu te weinig om het plan te realiseren.
De jongeren van De Branding vinden dat de gemeente moet bijspringen. Zij sturen een open
brief naar het schepencollege, waar de meerderheidspartijen dezelfde zijn als in het VGCCollege. Maar 5 jaar lang heeft dit dossier stilgelegen. 5 jaar lang hebben de jongeren
oplossingen gezocht en verhuisden ze van plaats naar plaats. vzw JHOB die bouwheer is van
het project dreigt zich in de schulden te werken. De VGC heeft een grote
verantwoordelijkheid.
Hoe zal de VGC het jeugdhuis tegemoet komen zodat het toch nog het beloofde nieuwe
gebouw zal krijgen?
Hoe verloopt het overleg met de gemeente? Welke oplossingen stelt de gemeente Jette in het
vooruitzicht en welke oplossingen stelt de VGC in het vooruitzicht?
Hoe zal de VGC vzw JHOB beschermen zodat de vzw zich niet in de schulden moet werken?
Wanneer zal het nieuwe jeugdhuis gerealiseerd worden?
Volgens collegelid Bruno De Lille is De Branding sinds 2005 op zoek naar een nieuwe
vestiging. In 2010 kwamen de gemeente Jette en de VGC tot een gezamenlijk voorstel en een
oplossing voor Jeugdhuis De Branding. In mei 2010 wees de gemeente Jette bij
principeakkoord het perceel aan het Kardinaal Mercierplein toe aan jeugdhuis De Branding.
Het idee was om de grond in erfpacht te geven aan jeugdhuis De Branding van zodra er een
concreet en realistisch project voorlag. De VGC voorzag in het Investeringsplan een budget
van 250.000 euro.
De eerste ontwerpen die het architectenbureau, aangesteld door vzw De Branding maakte,
overschreden ruim het budget van 250.000 euro. De VGC besliste op dat moment om het
budget op te trekken naar 500.000 euro. Dit werd opgenomen in bijsturing 1 van het
Investeringsplan 2011-2015. Hierbij zou De Branding een van de grootste investeringen in
jeugdinfrastructuur van de laatste jaren worden. Aan het jeugdhuis werd gevraagd een
-4ontwerp te voorzien dat paste binnen dat budget. Er volgden echter enkele ontwerpen die
telkens het budget overschreden. Die ontwerpen werden telkens besproken met het jeugdhuis
en geadviseerd door de directie Gebouwen en Patrimonium van de administratie van de VGC.
Eén van de belangrijkste opmerkingen was de hoge bouwkost per m².
Het ontwerp houdt ook een bijkomende moeilijkheid in. Het plan van de architect overschrijdt
immers enkele m² van het bestaande perceel, op de grond van Infrabel. Dit kan, omdat de
luifel van de fietsenstalling aan het station ook de perceelgrens overschrijdt en op die manier
een stuk van de aan het jeugdhuis toegewezen grond inneemt. Hiervoor dient een formele
grondruil te gebeuren tussen de gemeente Jette en Infrabel. Deze ruil is nog steeds niet
volledig afgerond.
In 2011 werd een bodemonderzoek uitgevoerd waaruit bleek dat de poreuze ondergrond een
probleem vormt. Daardoor is er een stevigere fundering nodig, die meer verdiepingen moet
dragen dan enkel een gelijkvloers. Er zijn meerdere soorten fundering mogelijk. De architect
hield in zijn ontwerp rekening met de duurste, een paalfundering. Na een studie van een
stabiliteitsingenieur in 2013, bleek dat een plaatfundering echter volstaat en dat een
paalfundering niet nodig was. Dit had niet de gewenste invloed op het budget en de raming
blijft 800.000 euro bedragen voor twee verdiepingen.
Eind 2012 werd de vzw JHOB opgericht. Deze vzw is in het leven geroepen om zowel
jeugdhuizen als de sector te ondersteunen, op inhoudelijk en zakelijk vlak. De bedoeling is dat
deze vzw expertise vergaart in infrastructuurdossiers. De VGC is van oordeel dat deze vzw
over solidere structuren en een grotere draagkracht beschikt om het dossier te realiseren dan
vzw Jeugdhuis De Branding en vroeg daarom de vzw JHOB om bouwheer te zijn. De
gemeente Jette verklaarde zich eveneens akkoord met de piste om de grond in erfpacht te
geven aan de vzw JHOB.
Als jonge vzw is dit voor de vzw JHOB geen evidente opdracht. Daarom is het voor de VGC
uitermate belangrijk dat vooraleer de investeringssubsidie officieel wordt toegekend aan vzw
JHOB, er een sluitende raming en begroting is voor heel het project, met de nodige marges.
Het doel is te vermijden dat de vzw JHOB met een financiële kater achterblijft en het
jeugdhuis zonder huisvesting zit.
Het is voor de VGC belangrijk dat de erfpacht formeel wordt bekrachtigd en dat er een
sluitende raming en begroting is, waaruit blijkt dat het project realiseerbaar is. Vooraleer het
nieuwe jeugdhuis gerealiseerd kan worden, dient er ook een goedgekeurde bouwaanvraag te
zijn voor het te realiseren ontwerp.
In 2013 betaalde de gemeente Jette de factuur van de stabiliteitsingenieur. De gemeente Jette
zal echter geen verdere financiële ondersteuning bieden. Wel deed de gemeente een voorstel
voor een erfpacht aan vzw JHOB. Dit moet echter nog formeel goedgekeurd en bekrachtigd
worden door beide partijen: de vzw JHOB en de gemeente Jette.
De VGC zal het verdere verloop van de projectontwikkeling en het bouwproces, van zeer
nabij blijven opvolgen en de nodige expertise ter beschikking blijven stellen van de vzw
JHOB.
De VGC van haar kant is vanaf 2010 steeds rotsvast blijven geloven in het belang van een
nieuw jeugdhuis voor De Branding. De 500.000 euro zijn jaar na jaar behouden gebleven
-5binnen het infrastructuurplan. En dit in tijden van schaarste en moeilijke besparingen. Verder
heeft de VGC ook De Branding in De Barapaat ondersteund, door middelen te voorzien die
konden helpen bij inbraakbeveiliging. In 2013 werd beslist door het jeugdhuis om de Barapaat
te verlaten omwille van de hoge maandelijkse huurlast. Zowel de VGC als de gemeente Jette
stonden erop dat de werking gecontinueerd zou worden. Enerzijds omdat het belangrijk is om
de werking brandend te houden en vrijwilligers warm te houden, anderzijds om de
zichtbaarheid te behouden en een draagvlak te creëren voor het jeugdhuis. Het jeugdhuis
kwam toen, met hulp van de vzw JHOB met het idee om een bestelwagen in te richten en
daarmee Jette rond te trekken. De VGC heeft hiervoor een investeringsbudget van bijna 9.000
euro voorzien. De VGC is in de geschiedenis van De Branding steeds tegemoet gekomen in
het belang van de jeugdhuiswerking.
Collegelid Bruno De Lille wil samen met het JHOB de komende weken bekijken hoe tot een
oplossing kan worden gekomen. Voor hem zijn er 3 mogelijke pistes:
- Er komt een bouwproject dat past binnen het door de VGC voorziene budget van
500.000 euro;
- Er worden bijkomende middelen gevonden om het door de VGC voorziene budget aan
te vullen;
- Er wordt een alternatief project ontwikkeld op een andere locatie.
Het collegelid wil de komende weken alle 3 de pistes onderzoeken naar hun mogelijkheden.
Uit de feiten blijkt duidelijk dat er momenteel absoluut geen timing op geplakt kan worden.
Uit de uitleg van collegelid Bruno De Lille heeft de heer Fouad Ahidar begrepen dat alle
inspanningen van de afgelopen jaren voor niets zijn geweest. Al jaren wordt geprobeerd om
een jeugdhuis gebouwd te krijgen, maar nog steeds zonder resultaat.
De gemeente Jette heeft altijd gezegd dat alles in orde zou komen. Uiteindelijk blijkt de bouw
te duur te zijn. Bovendien is er een probleem met een stuk grond dat eigenlijk aan Infrabel
toebehoort. Bovendien is het vinden van extra middelen het grootste probleem. Een ander
alternatief is een wijziging van het bouwplan.
Kan het collegelid geen bijkomende inspanningen leveren om de jeugd te helpen?
jongeren wachten echt op hun jeugdhuis.
De
Collegelid Bruno De Lille deelt de mening van de heer Ahidar niet want het reeds geleverde
werk is niet voor niets geweest.
De VGC is zelf geen bouwheer. De VGC stelt 500.000 euro ter beschikking van de vzw. Het
vorige College had maar 250.000 euro ter beschikking gesteld. Er kan niet van de VGC
verwacht worden dat zij instaat voor het geld dat er bijkomend nodig is. Binnen het
Investeringsplan moeten er keuzes gemaakt worden en in tijden van crisis moet men zich daar
aan houden.
De vzw kan ook op zoek gaan naar extra middelen. Ze kan bv. bouwfuiven organiseren. De
middelen die de VGC ter beschikking stelt, bieden de mogelijkheid een nieuwbouw te
realiseren.
Niemand kan zeggen dat de VGC haar werk niet doet. De vzw kan bovendien beroep doen op
de expertise van de VGC-dienst Gebouwen en Patrimonium.
-6-
Het collegelid vindt het spijtig dat er nog steeds geen jeugdhuis is. 5 jaar geleden had hij
gedacht dat dit er zeker zou komen.
Misschien is het het beste om opnieuw met de architect samen te zitten om een project te
realiseren dat binnen het beschikbare budget haalbaar is.
De heer Ahidar heeft begrepen dat de schuld bij de jongeren ligt.
Collegelid Bruno De Lille benadrukt dat hij dit zo niet gezegd heeft.
Jongeren zijn misschien niet goed georganiseerd, maar het is volgens de vraagsteller aan de
politici om hen te steunen. Hij zal het bouwprobleem eveneens aankaarten in de
gemeenteraad van Jette.
***
-7Vraag van de heer Jef Van Damme aan de heer Bruno De Lille, collegelid bevoegd voor
Cultuur, Jeugd, Sport en Ambtenarenzaken, betreffende het publieksonderzoek
Tijdens de plenaire vergadering van 21 maart 2014 stelde commissielid Jef Van Damme
reeds een vraag betreffende het publieksonderzoek. Aangezien hij toen niet alle antwoorden
heeft gekregen, stelt hij ze vandaag opnieuw.
Het onderzoek zou nu afgesloten zijn, en de vraagsteller is natuurlijk benieuwd naar de
resultaten.
Hoeveel personen hebben de vragenlijst online ingevuld, en hoeveel de papieren versie?
Welke zijn de belangrijkste resultaten van het onderzoek? En op welke manier zal collegelid
Bruno De Lille rekening houden met de resultaten van dit onderzoek?
Wanneer ontvangen de deelnemende gemeenschapscentra en bibliotheken het ‘eigen rapport’?
Hoeveel middelen werden er besteed aan dit onderzoek?
Volgens collegelid Bruno De Lille is de collectie van de data ondertussen afgerond, maar de
analyse is nog bezig.
Er werden 38 vragenlijsten op papier ingevuld in de gemeenschapscentra en 4851 online. In
totaal werden er 4889 vragenlijsten ingevuld.
Alle 22 gemeenschapscentra hebben deelgenomen aan het publieksonderzoek. Het totale
bedrag bedroeg 21.841 euro, wat neerkomt op een kostprijs van 992 euro per
gemeenschapscentrum.
De heer Jef Van Damme vindt +- 5000 ingevulde vragenlijsten veel. Dat is positief. Hij
hoopt dat de resultaten van het onderzoek eerst aan de parlementsleden worden overgemaakt
en nadien aan de pers.
Het collegelid kan niet beloven dat deze resultaten bekend zullen zijn voor de verkiezingen
van mei 2014.
***
-8Interpellatie van de heer Jef Van Damme tot de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter
bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, betreffende de transversale projecten
binnen de VGC
Volgens de heer Jef Van Damme was transversaliteit één van de kernbegrippen van het
regeerakkoord. Soms had hij zelfs het gevoel dat de collegeleden elkaar doodknuffelden,
want het was indrukwekkend wat ze samen gingen doen.
Op vlak van jeugd- en jeugdwelzijnsbeleid, kinderen en jongeren, onderwijs, cultuur en
welzijn zou transversaal gewerkt worden.
Ook in de beleidsverklaringen van de jaren daaropvolgend, werd de transversale aanpak nog
verschillende keren naar voor geschoven. In 2011 wou men de interne samenwerking binnen
de VGC bevorderen door het oprichten van transversale ambtelijke werkgroepen over
transversale thema’s zoals armoede, taalbeleid, Brede School, gemeenschapscentra,
enzovoort. De visieteksten en beleidsteksten van deze VGC-werkgroepen zouden dat jaar nog
omgezet worden in actieplannen en concrete voorstellen en maatregelen.
Toch zien we dat die mooie doelstellingen in de praktijk niet altijd worden waargemaakt. Het
Stadspiratie-project bv. mocht dan wel een mooie aanzet zijn om transversaliteit in praktijk
om te zetten, op het werkveld blijkt dat een stuk moeilijker.
Organisaties die rond verschillende beleidsdomeinen werken, zoals de geïntegreerde
wijkwerkingen, worden hier als het ware voor gestraft want ze passen niet meer in het
subsidiërend kader en worden doorgeschoven van het ene collegelid naar het andere.
De initiatieven buitenschoolse opvang vallen voor welzijn onder cultuur, maar cultuur vindt
weer dat welzijn verantwoordelijk is. Voor het seniorencentrum geldt dezelfde discussie.
Welke nieuwe transversale projecten werden gerealiseerd binnen deze legislatuur? Welke
structurele samenwerkingen over de beleidsdomeinen heen bestaan er?
Bij veel organisaties bestaat het gevoel dat er niet altijd transversaal gewerkt wordt. Het
hokjesdenken blijkt nog steeds te domineren binnen de beleidsdomeinen.
Volgens collegevoorzitter Guy Vanhengel zijn deze legislatuur tal van transversale
projecten opgezet en gerealiseerd. Zowel grootschalige infrastructuurprojecten als tal van
kleinschalige initiatieven. Het zou te ver leiden om alle projecten hier op te sommen. De
collegevoorzitter beperkt zich tot de meest bijzondere initiatieven.
Stedelijk beleid
- Er was het transversale inspraaktraject Stadspiratie. Nooit werden zoveel mensen uit diverse
beleidsdomeinen (400-tal in het totaal) bij elkaar gebracht voor inspraak, advies en het
leveren van inspiratie. Dit vertaalde zich in een Stedenfondsprogramma dat transversaal is
opgebouwd, met transversale strategische en operationele doelstellingen, gebaseerd op de
bevindingen uit het inspraaktraject.
- Het stedelijk beleid, dat transversaal is opgevat, kreeg ook verder vorm via een versterkte
inzet in het kader van wijkcontracten. Voor het eerst diende de VGC een dossier in, in het
-9kader van de Vlaamse stadsvernieuwingsprojecten: het project rond Abattoir en Erasmus
Hogeschool Brussel. Hieraan wordt gewerkt over de verschillende beleidsdomeinen heen.
Kerntakendebat
- Het rapport van de Taskforce Brussel was een oefening in transversaal werken, zowel
binnen de VGC als in coproductie met de administratie van de Vlaamse overheid.
Dit rapport is één van de instrumenten dat in de relatie VGC-Vlaamse Gemeenschap meteen
terug op tafel moet komen volgende legislatuur. Dit rapport heeft aanleiding gegeven tot een
kort gesprek tussen het VGC-College en de Vlaamse Regering.
Brede School
- Er is een transversaal beleidskader ontwikkeld rond de Brede School. Maar liefst 28 Brede
School-projecten werden deze legislatuur op de sporen gezet. Geen enkele lokale overheid zet
zo sterk in op transversale brede schoolwerkingen als de VGC.
Taal en Armoede
- Er werd transversaal gewerkt rond taal en armoede, met o.a. een sterk bijgewoonde
studiedag “Taal Centraal”, een visietekst taal, concrete taalondersteunende acties. Er waren
ook rondetafels inzake armoede, een visietekst over armoede, enz.
Infrastructuur
- Ook infrastructuurprojecten als Nieuwland, gemeenschapscentra met lokale dienstencentra,
het Leo II-huis, basisschool het Theodoortje en anderen zijn transversale realisaties. Met
andere woorden, de VGC heeft op dat vlak heel wat stappen vooruit gezet.
Een van de eerste stappen was de oprichting van transversale ambtelijke werkgroepen, eind
2009. In een nota goedgekeurd op 18 december 2009 werden 7 transversale thema’s bepaald:
Armoede, ECM, Brede school, Taal, Gemeenschapscentra, Brede Jeugdhulp, en
Opvoedingsondersteuning. Deze thema’s werden nauw opgevolgd door daartoe specifiek
aangestelde ambtelijke transversale werkgroepen.
Het aantal bijeenkomsten en de geboekte resultaten van deze transversale werkgroepen
varieert sterk van werkgroep tot werkgroep. In een aantal gevallen hebben de ambtelijke
werkgroepen visieteksten voortgebracht die ook goedgekeurd werden door het College en het
voordeel hebben organisatie breed gedragen te zijn. Dit is bv. het geval voor de werkgroepen
Armoede, Brede School, Taal en Opvoedingsondersteuning Een opsomming van de
werkzaamheden van elke werkgroep zou ons echter te ver brengen, maar indien gewenst kan
er een tabel worden overgemaakt met het overzicht van de bijeenkomsten en belangrijkste
resultaten per werkgroep. De transversale werking werd deze legislatuur ook structureel
ingebed in de VGC.
Om resultaten te zien moet men naar het werk op het terrein kijken. Dit wil echter niet
zeggen dat er veel voorbereidend werk werd verricht.
- 10 Er is een cel Stedelijk Beleid opgericht om zowel extern als intern de samenwerking te
bevorderen. Deze cel staat in voor verschillende transversale opdrachten waaronder de
coördinatie van het Stedenfondsprogramma en bijhorende inspraaktrajecten, de opvolging van
de wijkcontracten, de transversale rapporten en nota’s (regeerverklaring, enz.), projecten zoals
de buurtstewards opvolgen, deelname aan de werkgroepen, enz.
Eind 2009 bepaalde het College de verantwoordelijkheden en rollen in het kader van de
ambtelijke werkgroepen. Aldus zijn de functionele bevoegde algemene directies
verantwoordelijk voor de aanpak van de vooropgestelde en de aan hen toegewezen thema’s en
verzorgen zij het secretariaat en de verslaggeving. De werkgroepen zijn samengesteld uit
twee of drie vertegenwoordigers (naargelang de thematiek) per algemene directie en de cel
Stedelijk Beleid. De aangeduide vertegenwoordigers beschikken vanuit hun positie over een
goede kennis van de realiteit binnen hun eigen beleidsdomein, vertolken er het standpunt van
het beleidsdomein en streven naar een consensus inzake beleidsaanbevelingen.
De cel Stedelijk Beleid participeert aan de verschillende werkgroepen. De cel rapporteert
samen met de beleidsdirecties aan het College over de werkzaamheden van de werkgroepen
in zijn geheel als beleidsinstrument binnen de VGC en bewaakt samen met de beleidsdirecties
de voortgang ervan.
Om het overzicht te bewaren en vooral ook ter voorbereiding van
beleidsopdrachten (Stedenfonds TFB, beleidsverklaringen wijkcontracten
beleidsdossiers en werkgroepen) werd een overkoepelend transversaal overleg
geroepen tussen de drie algemeen directeurs, de leidend ambtenaar en de
coördinator Stedelijk Beleid.
strategische
transversale
in het leven
deskundige-
Ook het samenbrengen van de administratie op een fysieke plek heeft de interactie en
uitwisseling tussen diensten bevorderd en komt de transversale werking zeker ten goede.
Tot slot zegt de collegevoorzitter dat transversaal werken een aandachtspunt vormt voor
iedere werknemer binnen de VGC.
Raadslid Jef Van Damme is blij dat de collegevoorzitter met zoveel “goesting en verve” zijn
beleid en de administratie verdedigt. Het siert de collegevoorzitter.
Toch heeft hij enkele kritische bedenkingen.
Basisschool het Theodoortje in Jette is een mooi voorbeeld van een transversaal project. Op
het vlak van infrastructuur zijn er nog wel een aantal goede projecten.
Maar een aantal van de opgesomde projecten zijn projecten die vanuit de Vlaamse
Gemeenschap worden aangestuurd. De Brede School is een project waarvoor de Vlaamse
Gemeenschap met de middelen en de visie over de brug is gekomen. Het is positief dat de
VGC, na aandringen, hierop heeft ingetekend. Nieuwland is eveneens een transversaal
project, tot stand gekomen door samenwerking tussen de VGC en de Vlaamse Gemeenschap.
Veel van de aspecten die de collegevoorzitter heeft opgenoemd gaan over overleg,
organiseren van vergaderingen. Het rapport over de Taskforce Brussel is inderdaad een
transversaal rapport, maar hier is niet zoveel eer in weg te kapen omdat het gaat over het
geven van een opdracht, over het organiseren van een rondetafel. Het gaat niet over het
- 11 realiseren van concrete projecten. Graag hier wat meer bescheidenheid rond want het
organiseren van werkgroepen en rondetafels behoren niet tot de grote realisaties van de VGC,
aldus interpellant Jef van Damme.
Er zijn enkele transversale projecten opgestart door verenigingen, die al heel lang actief zijn
in Brussel. Denk maar aan het seniorencentrum, aan IBO’s enz.
Welke transversale projecten, die opgestart zijn vanuit het werkveld, heeft de VGC mee
gedragen en ondersteund?
De geïntegreerde wijkwerkingen krijgen nog steeds geen structurele subsidie en vallen dus
heel vaak tussen de mazen van het net omdat de collegeleden de bevoegdheden naar mekaar
doorsturen.
Binnen de VGC bestaan veel werkgroepen en werden veel initiatieven genomen. Alleen
hebben heel veel organisaties op het terrein het gevoel dat ze tussen 2 stoelen vallen.
Op dit vlak is het rapport van dit College niet 100% rooskleurig, zoals de collegevoorzitter
graag wil doen uitschijnen.
***
- 12 Interpellatie van mevrouw Elke Roex tot de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter
bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, betreffende het Stedenfonds
In 2014 startte een nieuwe stedenfondsperiode voor 6 jaar. Vorig jaar werden de
beleidskeuzes daarrond vastgelegd. Er werden 2 oproepen gelanceerd. Organisaties konden
tot 31 januari 2014 intekenen op de oproepen ‘innoverende stedelijke netwerken’ en/ of
‘culturele diversiteit en innovatie’. De Brusselse organisaties konden een project indienen.
Raadslid Elke Roex heeft haar oproep om kansen te geven aan vernieuwende projecten en
een plaats te geven aan armoedebestrijding in het Stedenfonds, in de VGC al meermaals
herhaald. Het is nog niet duidelijk of hier effectief aandacht voor is, want wat er nu effectief
in het Stedenfonds wordt opgenomen is niet bekend.
De afgelopen stedenfondsperiode hebben we een grote verschuiving gezien, waarbij
organisaties alsmaar minder regulier gesubsidieerd werden en steeds meer in het Stedenfonds
werden ondergebracht. Ook voor dit Stedenfonds blijkt dit weer het geval te zijn. Met als
resultaat dat het voortbestaan van sommige organisaties in gevaar is. Want zij weten nog niet
of hun plaats in het Stedenfonds behouden werd.
Hoeveel aanvragen werden hiervoor ingediend? Voor welk totaal bedrag? Hoeveel is er
beschikbaar?
Wat zijn de selectiecriteria? Hoe verloopt de precieze selectieprocedure?
Wanneer krijgen de organisaties die in het Stedenfonds worden opgenomen en diegene die
ingeschreven hebben op de projectoproepen, uitsluitsel of ze al dan niet opgenomen worden
in het Stedenfonds?
Wanneer krijgen de opgenomen organisaties uitsluitsel over het subsidiebedrag dat ze via het
Stedenfonds krijgen?
Op welke manier zal collegevoorzitter Guy Vanhengel de organisaties die uit de boot vallen
opvangen?
De beleidsovereenkomst Stedenfonds III is volgens collegevoorzitter Guy Vanhengel
opgebouwd rond een aantal strategische en operationele doelstellingen. De realisatie van deze
doelstellingen gebeurt enerzijds in eigen beheer (door VGC zelf) en anderzijds doet de VGC
beroep op organisaties en verenigingen uit het Nederlandstalig werkveld in Brussel.
Voor de meerderheid van de organisaties die opgenomen zijn in het nieuwe
Stedenfondsprogramma is de besluitvorming reeds achter de rug en werden de betrokken
organisaties in kennis gesteld van deze beslissingen. Voor al deze organisaties werden er
overeenkomsten opgesteld met duidelijke opdrachten en resultaten.
Maar de beleidsovereenkomst Stedenfonds III voorziet ook in een aantal oproepen. Door
deze oproepen wil de VGC mogelijkheden creëren om innovatieve projecten op te zetten.
Ruimte creëren voor vernieuwing en experiment was trouwens één van de aspecten die in het
uitgebreide inspraaktraject Stadspiratie, dat voorafging aan de beleidsovereenkomst het meest
aan bod - kwam. De oproepen zijn daarop geënt.
- 13 Voor deze Stedenfondsdoelstellingen dient nog een beslissing genomen te worden.
Meer bepaald betreft het volgende twee oproepen: de oproep ‘innoverende stedelijke
netwerken’ en de oproep ‘culturele diversiteit en innovatie. Voor beide oproepen is de
procedure en de timing gelijklopend.
Beide projectoproepen stonden vanaf medio november op de website van de VGC en zijn via
nieuwsbrieven, deelwebsites en e- mailings zeer ruim verspreid. De uiterste indiendatum voor
de aanvragen was voorzien op 31 januari 2014.
Bij de oproep innoverende stedelijk netwerken’ werden in totaal 68 aanvragen ingediend voor
een totaal bedrag van 1.569.154,66 euro. Het jaarlijks beschikbare budget dat werd voorzien
voor die doelstelling bedraagt echter 190.000 euro.
Alle aanvragen worden geadviseerd door een multidisciplinaire, onafhankelijke jury. De
juryleden werden aangesteld op basis van hun deskundigheid en inzicht m.b.t. de criteria van
de projectoproep.
De selectiecriteria zijn de volgende:
- Bijdrage tot stedelijke netwerkontwikkeling;
- Innovatie;
- Coproductie en cocreatie;
- Kennisopbouw en kennisuitwisseling.
In februari en maart 2014 is de jury samengekomen om de projecten te beoordelen. De jury
moet haar gemotiveerd advies nog overmaken aan het College dat hierover beslist.
Momenteel is de administratie dit advies aan het voorbereiden. De beslissing zal genomen
worden op het College van april 2014.
Bij de oproep ‘culturele diversiteit en innovatie’ werden in totaal 28 aanvragen ingediend
voor een bedrag van 837.283,02 euro in 2014. Het jaarlijks beschikbare budget bedraagt
241.000 euro. Ook hier worden de aanvragen geadviseerd door een jury bestaande uit 5
externe deskundigen en een voorzitter uit de administratie van de VGC, aangesteld op basis
van hun deskundigheid en inzicht m.b.t. de criteria van de projectoproep.
De selectiecriteria zijn de volgende:
- Het innovatieve en experimentele karakter;
- De manier waarop de beoogde doelgroep actief zal worden betrokken;
- De mate van netwerking en samenwerking met andere partners of sectoren;
- De aandacht voor zichtbaarheid en ontsluiting en delen van kennis en expertise;
- De verankering in de structurele werking van de organisatie of de vereniging op het vlak van
etnisch-culturele diversiteit.
Ook in dit geval is de jury reeds samengekomen, maar moet het gemotiveerd advies over de
projecten nog overgemaakt worden aan het College dat hierover beslist. De beslissing zal
eveneens genomen worden op het College van eind april.
- 14 Vanaf mei 2014 worden de aanvragers geïnformeerd over de beslissing van het College en de
al dan niet subsidiering van hun ingediende projectvoorstellen. De goedgekeurde projecten
kunnen vanaf dan ook van start gaan. De legislatuur wordt afgesloten met de afronding van
deze procedures. Het nieuwe College zal met een propere lei deze projecten kunnen
opvolgen.
De oproepen zijn op zich niet bedoeld om de reguliere financiering van organisaties te
voorzien. Het is vanzelfsprekend ook onmogelijk om alle projecten die onvoldoende
beantwoorden aan de oproep en die niet positief geadviseerd worden, op te vangen. Dat is
nooit de bedoeling geweest, met geen enkele oproep die de VGC lanceert. Projectoproepen
zijn bedoeld om enkel de meest interessante en beste initiatieven die beantwoorden aan de
criteria in de oproep, te honoreren. Het is niet de bedoeling om alle organisaties die een
dossier hebben ingediend, op te vangen.
Raadslid Elke Roex betreurt dat de goedkeuring zo laat in de legislatuur komt. Hierdoor is
de parlementaire controle moeilijk omdat de parlementaire werking stilligt.
Graag had de spreker de samenstelling van de jury gekend.
De collegevoorzitter zegt dat het niet de bedoeling is de reguliere werking te financieren. Er
is één uitzondering, namelijk de wijkwerkingen die al 5 jaar binnen het VGC-beleid aan het
“zwabberen” zijn.
De wijkwerkingen hebben volgens mevrouw Elke Roex van verschillende collegeleden de
raad gekregen zich in te schrijven op deze 2 oproepen. Ze zijn voor hun structurele werking
al afhankelijk van een al dan niet goedkeuring.
De huidige financiering die ze van het College hebben gekregen loopt af eind april 2014. Pas
eind april zal geweten zijn of de financiering verlengd wordt of niet.
De collegevoorzitter heeft reeds vastgesteld dat al de wijkwerkingen, ondanks al het
gezwabber, toch goed ondersteund worden. Ze worden eveneens heel erg gewaardeerd door
de collegeleden.
Mevrouw Elke Roex vraagt of er een oplossing voor deze wijkwerkingen zal komen buiten
het Stedenfonds om. De wijkwerkingen hebben nu een aanvraag ingediend in die 2 oproepen
omdat er geen andere oplossing voor handen is. De financiering stopt eind april. De
vraagsteller vergewist zich ervan of ze goed begrepen heeft dat er naar een oplossing wordt
gezocht buiten het Stedenfonds om.
Collegevoorzitter Guy Vanhengel zegt dat niet heel de wijkwerking afhankelijk is van de 2
oproepen. Het gaat om bepaalde onderdelen die gefinancierd zouden kunnen worden indien
ze in aanmerking worden genomen door de onafhankelijke jury. Als dit lukt zoveel te beter.
Lukt dit niet, dan zal er nagegaan worden of er voor de verschillende onderdelen een
oplossing gevonden kan worden.
Om niet steeds dezelfde discussies te voeren, is het noodzakelijk dat in de volgende
bestuursovereenkomst van de VGC afspraken over de wijkwerkingen gemaakt worden.
Hopelijk is de kiezer verstandig genoeg om te stemmen voor degene die dit idee voorstelt.
- 15 Mevrouw Elke Roex hoopt dit ook want haar fractie ondersteunt dit idee al jaren. Maar de
kiezer stemt pas op 25 mei 2014 en de financiering stopt eind april 2014.
De collegevoorzitter benadrukt dat niet de wijkwerkingen stoppen. Slechts 1 coördinator.
Niet alle coördinatoren hangen af van 1 bedrag.
Dit is wel zo volgens mevrouw Elke Roex. Het betreft alle 4 de coördinatoren. Ze hoopt dat
er buiten het Stedenfonds om een oplossing gevonden zal worden.
Hieronder volgt de samenstelling van de multidisciplinaire jury die de aanvragen moet
beoordelen in het kader van de Stedenfondsoproepen.
Oproep ‘innoverende stedelijke netwerken’:
De samenstelling van de jury werd bekrachtigd door het college besluit nr 20132014-0117
van 13 november 2013:
1. Mark Trullemans (voorzitter Reflectiegroep Stedelijk beleid)
2. Geertrui Vanloo (directeur Sociale Zaken stad Leuven, o.a. verantwoordelijk voor
kinderopvang, onderwijs, buurtwerking, participatie, armoedebeleid)
3. Mirjam Amar (Kruispunt Migratie-Integratie, experte migratie en integratie)
4. Dirk Habils (diensthoofd wijkontwikkeling stad Genk, expert wijkontwikkeling en
participatie)
5. Frederik Serroen (stafmedewerker Kenniscentrum Vlaamse Steden)
Oproep ‘culturele diversiteit en innovatie’
De samenstelling van de jury werd bekrachtigd door het collegebesluit nr 20132014-0095 van
13 november 2013:
1.
2.
3.
4.
5.
Razia Alibhai – Bon vzw, cel maatschappelijke participatie
Inge Van de Walle – DEMOS, stafmedewerkster lokale netwerken en armoede
Saddie Choua – filmmaakster en schrijfster
Michael De Cock – ’t Arsenaal, GEN2020
Maarten Bresseleers – Sociaal Fonds Podiumkunsten
Plaatsvervanger:
1. Angelo De Simone – RIC Foyer
2. Myriam Stoffen – directrice Zinneke
3. Delphine Hesters – VTI, onderzoeksmedewerker interculturaliteit
***