Inspectierapport

Inspectierapport
Het (B)engeltje (KDV)
Amentstraat 6c
6039RA STRAMPROY
Registratienummer 151191797
Toezichthouder:
In opdracht van gemeente:
Datum inspectie:
Type onderzoek:
Status:
Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Limburg-Noord
WEERT
16-07-2014
Regulier onderzoek
Definitief
14-08-2014
Inhoudsopgave
Het onderzoek .................................................................................................................3
Observaties en bevindingen ...............................................................................................5
Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang...............................................................5
Pedagogisch klimaat .....................................................................................................6
Personeel en groepen....................................................................................................8
Veiligheid en gezondheid ............................................................................................. 10
Accommodatie en inrichting ......................................................................................... 12
Ouderrecht................................................................................................................ 13
Inspectie-items.............................................................................................................. 14
Gegevens voorziening..................................................................................................... 18
Gegevens toezicht.......................................................................................................... 18
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 19
2 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en
kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek.
Beschouwing
Op woensdagmorgen 16 juli 2014 heeft er een onaangekondigde reguliere inspectie
plaatsgevonden bij kinderdagverblijf het (B)engeltje, Amentstraat 6c te Stramproy. Het
kinderdagverblijf bestaat uit 2 grote, lichte, goed verzorgde groepsruimtes waarin 2 stamgroepen
worden gehuisvest. Tevens is er een ruime buitenruimte die inmiddels meer passend is ingericht.
In verband met het mooie weer spelen de kinderen buiten en er is een ruime overkapping
In dit inspectierapport zijn niet alle items beoordeeld, omdat er sprake is van een zogeheten
risicogestuurd toezicht.
In dit onderzoek is de nadruk gelegd op de tekortkomingen en aandachtspunten uit vorige
inspecties aangevuld met de pedagogische praktijk.
Kinderdagverblijf het (B)engeltje is met 32 kindplaatsen opgenomen in het Landelijk Register
Kinderopvang.
Er is sprake van twee stamgroepen:
De Bengels: Maximale omvang van 16 kinderen tussen 0 en 4 jaar;
De Batraven: Maximale omvang van 16 kinderen tussen 0 en 4 jaar.
Op grond van de met de beroepskrachten en houder gevoerde gesprekken en uit de observaties in
de praktijk is gebleken dat de pedagogiek in de praktijk in orde is. De pedagogisch medewerkers
maken een enthousiaste en betrokken indruk. De interacties tussen de beroepskrachten en de
kinderen verlopen vriendelijk, hartelijk en duidelijk.
Inspectiegeschiedenis
Het kinderdagverblijf is op 09-04-2013 voor het laatst geïnspecteerd. Tijdens dat onderzoek is naar
voren gekomen dat de houder niet volledig voldoet aan de getoetste voorwaarden. De volgende
tekortkomingen zijn geconstateerd:
domein 2: Opmerking VOG;
domein 3: Beleid veiligheid en gezondheid;
domein 4: De buitenruimte;
domein 6: De inhoud van het pedagogisch beleid en de kennis van de beroepskracht;
domein 7: Klachten. Ten aanzien van domein 3 en 6 heeft de toezichthouder overleg en overreding
toegepast, de houder heeft de mogelijkheid gekregen om als nog zaken aan te passen/ aan te
leveren.
Een aantal zaken zijn opgepakt door de houder, maar er wordt niet aan alles voldaan.
Voortgang
Tijdens de huidige inspectie is ondanks de goede pedagogisch praktijk geconstateerd dat de
getoetste inspectie-items niet volledig voldoen aan de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen
peuterspeelzalen. (De domeinen en volgorde zijn bij de huidige inspectierapporten anders dan bij
de laatste inspectie).
De volgende tekortkomingen zijn geconstateerd:
Domein 2 Personeel en groepen: tijdens de inspectie voldoet het VOG van de houder niet.
Tijdens de telefonische hoor-wederhoor (12-08-2014) blijkt dat inmiddels een nieuw VOG binnen
is dat wel voldoet.
Domein 5 Ouderrecht: Het klachtenjaarverslag 2013 is te laat door de houder verstuurd.
3 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Voor meer gerichte informatie is het van belang de toelichting bij de desbetreffende domeinen te
lezen.
Advies aan College van B&W
De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid.
Domein 5.3: Ouderrecht voorwaarde 3 klachten
4 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Observaties en bevindingen
Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang
Bij dit domein is beoordeeld of er sprake is van kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang.
Ook wordt er getoetst of er handhaving loopt tegen de onderneming van de houder.
Kinderopvang in de zin van de wet
De opvang vindt bedrijfsmatig plaats. Gedurende de opvang biedt de houder op deze locatie
opvang en verzorging aan kinderen in de leeftijd van 0-4 jaar.
Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving
De handhavingsactie vanuit de gemeente Weert is op 27-06-2012 beëindigd. De houder heeft na
de vorige inspectie (09-04-2013) de geconstateerde tekortkomingen opgelost. Het systeemplafond
is aangebracht en de tl-lampen (voorzien van gaas) zijn vervangen door andere verlichting. Tevens
is de buitenruimte meer passend ingericht.
De houder treft maatregelen om recidive van eerder geconstateerde tekortkomingen te
voorkomen.
Gebruikte bronnen:

Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Locatieverantwoordelijke)

Brief gemeente Weert 27-6-2012

LRKP
5 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Pedagogisch klimaat
Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld:

emotionele veiligheid;

persoonlijke competentie;

sociale competentie;

overdracht van normen en waarden.
Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het
'Veldinstrument onderzoek kindercentrum'.
Om een helder beeld te krijgen van beleid, visie en praktijk wordt het beleidsplan gecontroleerd op
inhoud. Bij dit onderzoek zijn alleen de voorwaarden die bij de laatste inspectie niet in orde waren
gecontroleerd.
Pedagogisch beleid
De houder beschrijft in het het pedagogisch beleidsplan (update oktober 2013) bovenstaande
voorwaarden in duidelijke en observeerbare termen, waardoor voldaan wordt aan de gestelde
eisen.
Pedagogische praktijk
Tijdens de observatie op woensdagmorgen 16 juli vindt er in verband met het mooie weer een
observatiemoment moment plaats van het buitenspel, het fruit-eten en drinken en een
verschoonmoment met plasronde. Er zijn 5 kinderen aanwezig en 2 beroepskrachten.
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
De beroepskrachten hebben een respectvolle houding naar de kinderen. Er is veel verbale en nonverbale communicatie met de kinderen. De interacties tussen kinderen en beroepskrachten zijn
vriendelijk, hartelijk en duidelijk. Er is een duidelijke dagindeling en structuur terug te zien. Tijdens
een verschoonmoment babbelt de beroepskracht met het kindje.
Voor het eten zingen de kinderen samen de volgende liedjes: 'met de vingertjes' en 'smakelijk
eten'.
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot
ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.
De beroepskrachten zien acties van kinderen en reageren daarop. Een van
de twee beroepskrachten speelt buiten met een groepje kinderen en de andere beroepskracht
bereidt het fruit voor. Er is voldoende uitdagend spelmateriaal aanwezig zoals de zandbak, fietsjes,
een bal etc.
Tijdens de inspectie staat het thema 'Holland, hup Holland hup' centraal. De ruimte is versierd met
zelfgemaakte 'Delfs blauwe bordjes' en voor de ontwikkeling van de grove motoriek staan er oud
Hollandse spelen en eendjes vissen op het programma. De beroepskrachten organiseren specifieke
activiteiten om de motorische, de cognitieve en de taalontwikkeling te stimuleren en de creativiteit
van de kinderen te bevorderen.
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot
ontwikkeling van sociale competentie te komen.
De beroepskrachten stimuleren de kinderen elkaar te helpen, samen te werken, naar elkaar te
luisteren en plezier te maken. Dit is zichtbaar tijdens het fruit eten. De kinderen krijgen om de
beurt drinken en een stukje fruit of een vers geplukt tomaatje uit eigen groentetuin. Ondertussen
wordt er volop gekletst met de kinderen en is er sprake van positieve interactie over bijvoorbeeld
dat .... honger heeft en dat ... nog even moet wachten.
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
De beroepskrachten praten met de kinderen en geven waar nodig begrijpelijke uitleg, bijvoorbeeld
bij de plasronde. De kinderen worden gestimuleerd zelf te plassen en aansluitend hun handen te
wassen. Na iedere plasbeurt worden de kindertoiletjes door de beroepskracht schoongemaakt.
6 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Gebruikte bronnen:

Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Locatieverantwoordelijke)

Interview anderen (Beroepskrachten)

Observaties (Binnen- en buitenobservatie)

Pedagogisch beleidsplan (versie update oktober 2013)
7 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Personeel en groepen
Binnen dit domein zijn de beroepskrachten steekproefsgewijs gecontroleerd op een passende
beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag.
De beroepskracht-kindratio en de stamgroepen zijn gecontroleerd door middel van roosters,
presentielijsten en bezettingslijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt.
Verklaring omtrent het gedrag
De toetsing van de verklaringen omtrent het gedrag is gebaseerd op een steekproef. Alle getoetste
medewerkers uit de steekproef beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag, alleen
de VOG van de houder van het KDV voldoet niet. Deze VOG dateert van 18-05-2011 en is ouder
dan twee jaar. De houder heeft op 31-07-2014 een bewijs gestuurd in verband met de aanvraag
van een nieuwe VOG.
In tegenstelling tot de vorige inspectie beschikt de vrijwilliger die incidenteel wordt ingezet als
achterwacht/extra ondersteuning nu wel over een geldig VOG.
Tijdens de hoor-wederhoor (12-08-2014) blijkt dat de nieuwe VOG van de houder inmiddels
binnen is, deze is ook overlegd aan de inspecteur en voldoet.
Passende beroepskwalificatie
De diploma's van de beroepskrachten en vakantiekrachten die onderdeel zijn van de steekproef
blijken te voldoen.
Opvang in groepen
De kinderen worden bij KDV het (B)engeltje in 2 stamgroepen opgevangen:
De Bengels: Maximale omvang van 16 kinderen tussen 0 en 4 jaar;
De Batraven: Maximale omvang van 16 kinderen tussen 0 en 4 jaar.
Volgens de houder gaat de 2e stamgroep na de zomervakantie opstarten op maandag, donderdag
en vrijdag. Volgens het pedagogisch beleidsplan en tevens zichtbaar zijdens de inspectie, maakt
gedurende de week ieder kind van maximaal twee stamgroepruimtes gebruik.
Als een kind in een andere stamgroep wordt opgevangen, laat de houder de ouders een
toestemmingsverklaring tekenen voor een bepaalde opvangperiode die op de
plaatsingsovereenkomst vermeld staat. De schriftelijke toestemmingsverklaringen zijn door de
houder nagestuurd en voldoen.
In praktijk is gezien dat er in de beide stamgroepen foto's hangen van de (geplaatste) kinderen en
van de aangemelde kinderen, waardoor zichtbaar is welk kind bij welke stamgroep hoort.
Beroepskracht-kindratio
Tijdens het onderzoek op locatie heeft de inspecteur geen overtredingen geconstateerd op de
beroepskracht-kindratio. Er zijn 5 feitelijk aanwezige kinderen en 2 beroepskrachten. Uit de
steekproef ten aanzien van de beroepskracht-kindratio in week 28 worden eveneens geen
overtredingen geconstateerd.
Er wordt op vaste momenten tijdelijk afgeweken van de beroepskracht-kindratio conform wet- en
regelgeving. Op die momenten is tenminste de helft van het aantal vereiste beroepskrachten
aanwezig. Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kindratio slechts één
beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er tenminste één andere volwassene
(bijv. de houder) in het kindercentrum aanwezig. De concrete afspraken hierover komen overeen
met het pedagogisch beleidsplan.
8 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Gebruikte bronnen:

Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Locatieverantwoordelijke)

Interview anderen (Beroepskrachten)

Observaties (Binnen- en buitenobservatie)

Verklaringen omtrent het gedrag

Diploma's beroepskrachten

Presentielijsten (week 28 en week 29)

Personeelsrooster (week 29 en week 29)
9 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Veiligheid en gezondheid
Binnen dit domein worden de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid gecontroleerd op
inhoud en volledigheid. Onder andere is gekeken naar de datum van inventarisatie en of de inhoud
de actuele situatie betreft.
In de praktijk wordt gekeken naar de kennis van de beroepskrachten met betrekking tot de
meldcode kindermishandeling de mogelijkheden die worden geboden om ervan kennis te kunnen
nemen.
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De houder heeft een actuele risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid die dateert van
maart/april 2014. Beide KDV-groepen zijn apart geïnventariseerd.
De beide beroepskrachten zijn goed op de hoogte van de huisregels en protocollen en werken
hygiënisch in de praktijk (handen wassen voor fruit eten en na toiletgebruik) en het
verschoonkussen wordt zorgvuldig gereinigd.
In tegenstelling tot de vorige inspectie blijkt dat 'de little tikes toestellen' in de tuin zijn verwijderd
en dat het verlaagde plafond inclusief nieuwe lampen is geplaatst.
Meldcode kindermishandeling
De houder hanteert na het inspectiebezoek (overleg en overreding) wel de juiste versie van de
meldcode kindermishandeling (versie 1 juli 2013). Kennis en gebruik van de meldcode worden door
de houder bevorderd; de update van de meldcode is meteen onder de aandacht gebracht van het
personeel (overdracht en e-mail) en wordt op 25-08-2014 besproken tijdens het werkoverleg.
De sociale kaart is inzichtelijk op locatie.
De beroepskrachten zijn in staat signalen van kindermishandeling te benoemen en weten welke
route zij moeten bewandelen bij een vermoeden van. De rol van de vertrouwensinspecteur is niet
bekend. Omdat de houder op korte termijn voor een update van de meldcode heeft gezorgd en de
meldcode tevens in het eerstvolgende teamoverleg wordt besproken, stelt de inspecteur vast dat
de kennis en gebruik van de meldcode bevorderd wordt.
Vierogenprincipe
De oudercommissie heeft bij de totstandkoming van het protocol vierogenprincipe, een actieve rol
gespeeld. Gedane aanbevelingen zijn hierbij overgenomen door KDV Het (B)engeltje.
De invulling van het protocol wordt gecommuniceerd naar de ouders middels een mailing.
Daarnaast ligt er een exemplaar ter inzage op de locatie en is het digitaal raadpleegbaar via de
website. Alle protocollen worden jaarlijks geëvalueerd.
Vier ogen-, oren- en transparantiebeleid in de praktijk:

Bij KDV Het (B)engeltje werken we met het open-deuren-beleid. Hierdoor kunnen
medewerksters van beide groepen elkaar zien en horen;

De vele raampartijen bieden de gelegenheid om vanuit de groepsruimte, de
verschoonruimte/toiletruimte en slaapkamer in te kijken;

kantoor eigenaresse is inpandig;

De inzet van stagiaires vergroot de aanwezigheid van ogen en oren;

Tijdens de pauzetijden geldt de afspraak dat er altijd minimaal 2 volwassenen in het pand
aanwezig zijn;

inzet van vrijwilliger bij niet aanwezig zijn van eigenaresse;

het KDV hanteert een 'veilige uitstapjes-protocol'; verdere verplichtingen m.b.t. uitstapjes
staan omschreven;

Het KDV maakt geen gebruik van babyfoons, maar wel van een timer: om het kwartier wordt
de beroepskracht geattendeerd door de timer om een blik te werpen in de slaapkamer(als er
kinderen slapen).
10 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Gebruikte bronnen:

Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Locatieverantwoordelijke)

Interview anderen (Beroepskrachten)

Observaties (Binnen- en buitenobservatie)

Risico-inventarisatie veiligheid (maart/april 2014)

Risico-inventarisatie gezondheid (maart/april 2014)

Actieplan veiligheid (15-04-2014)

Actieplan gezondheid (15-04-2014)

Ongevallenregistratie

Huisregels/groepsregels

Meldcode kindermishandeling (verise 1 juli 2013)

Pedagogisch beleidsplan (versie update oktober 2013)
11 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Accommodatie en inrichting
De inspecteur beoordeelt de binnen- en/of buitenruimte van de kinderopvanglocatie en toetst deze
aan de wettelijke eisen en geldende regelgeving.
Buitenspeelruimte
In tegenstelling tot de vorige inspectie is de buitenspeelruimte meer passend ingericht. Er is een
groentetuintje met tomaatjes, veldsla en bonen en er bevinden zich frambozenstruiken,
zonnebloemen en aardbeien. Het grasveld is pas ingezaaid en wordt nog voorzien van een
wilgenhut. Ook zijn er fruitbomen (appel en peer) in grote potten geplant. Er is een grote zandbak
aanwezig en er staat een konijnenhok onder de overkapping.
De gehele buitenruimte is omringd door een maïsveld: de kinderen kunnen het totale groeiproces
van de maïs volgen: vanaf het zaaipoces tot en met de oogst.
Gebruikte bronnen:

Observaties (Binnen- en buitenobservatie)
12 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Ouderrecht
In het onderzoek wordt beoordeeld of er een oudercommissie is ingesteld en of er over het
voorgaande jaar klachten zijn ontvangen via de externe klachtencommissie. Daarnaast wordt
gekeken of het inspectierapport op de website van de houder staat.
Oudercommissie
De houder heeft een oudercommissie ingesteld; deze bestaat uit 4 leden.
De oudercommissie wordt door de houder in staat gesteld om haar advies uit te brengen, onder
ander over het wel of niet gebruik van babyfoons en de start van de 2e groepsruimte.
Klachten
De houder heeft het klachtenjaarverslag van het (B)engeltje (over 2013) nog niet toegestuurd aan
de GGD.
Omdat het klachtenjaarverslag van ouders en van de oudercommissie vóór 1 juni bij de GGD moet
zijn, wordt er niet aan deze voorwaarde voldaan.
Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan:
De houder zendt het klachtenverslag van ouders voor 1 juni van het daaropvolgende
kalenderjaar aan de GGD.
(art 2 lid 9 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder zendt het klachtenverslag oudercommissie voor 1 juni van het daaropvolgende
kalenderjaar aan de GGD.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Gebruikte bronnen:

Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Locatieverantwoordelijke)

Website (www.hetbengeltje.nl)
13 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Inspectie-items
Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang
Kinderopvang in de zin van de wet
De opvang vindt bedrijfsmatig of anders dan om niet plaats.
(art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze
toezichthouder)
Gedurende de opvang wordt verzorging en opvoeding geboden en een bijdrage geleverd aan de
ontwikkeling van kinderen.
(art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze
toezichthouder)
De opvang is gericht op kinderen in de leeftijd van 0 jaar tot de leeftijd waarop zij het
basisonderwijs volgen.
(art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 1 sub c Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder)
Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving
Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen
peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder.
(art 1.49 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 3 Beleidsregels werkwijze
toezichthouder)
De houder treft maatregelen om recidive van eerder geconstateerde tekortkomingen in zijn
vestiging(en) te voorkomen.
(art 1.49 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 3 Beleidsregels werkwijze
toezichthouder)
Pedagogisch klimaat
Pedagogisch beleid
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke
(spel)activiteiten kinderen hun stamgroep verlaten.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is
vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is
vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van
de beroepskracht-kindratio.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten
aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het
vierogenprincipe is vormgegeven.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
14 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Pedagogische praktijk
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van
persoonlijke competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van
sociale competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder heeft het vierogenprincipe overeenkomstig zijn pedagogisch beleidsplan ingevoerd.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a en 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang
van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang
van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee
jaar.
(art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie
zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen
De opvang vindt plaats in stamgroepen.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Indien een kind in een andere stamgroep dan de vaste stamgroep wordt opgevangen, dan duurt
dat niet langer dan de tussen houder en ouder schriftelijk overeengekomen periode.
(art 1.50 lid 2 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 5 lid 13 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één
werkzaam is op de groep van het kind.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 en 6 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
15 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Ieder kind maakt van maximaal twee stamgroepruimtes gebruik gedurende een week.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 4, 5 en 6 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige
kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar;
- 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar;
- 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar;
- 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar.
Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten
berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15
minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio
slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7, 8 en 12 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt
afgeweken van de beroepskracht-kindratio.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het
kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum
aanwezig.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 11 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3
Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3
Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
Meldcode kindermishandeling
De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven
eisen.
(art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.
(art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik
ervan.
(art 1.51b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
16 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Vierogenprincipe
De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in
opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden
door een andere volwassene.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Accommodatie en inrichting
Buitenspeelruimte
De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen
kinderen.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Ouderrecht
Oudercommissie
De houder heeft een oudercommissie ingesteld.
(art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen
besluit met betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en
kwaliteitseisen peuterspeelzalen.
(art 1.60 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Klachten
De houder zendt het klachtenverslag van ouders voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar
aan de GGD.
(art 2 lid 9 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder zendt het klachtenverslag oudercommissie voor 1 juni van het daaropvolgende
kalenderjaar aan de GGD.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
17 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening
Vestigingsnummer KvK
Aantal kindplaatsen
Gesubsidieerde voorschoolse educatie
:
:
:
:
Het (B)engeltje
000022314016
32
Nee
Gegevens houder
Naam houder
Adres houder
Postcode en plaats
Website
KvK nummer
:
:
:
:
:
Nelissen-Henkens, SMG
Pr. Marijkestraat 30
6039BZ STRAMPROY
www.hetbengeltje.nl
:
:
:
:
:
GGD Limburg-Noord
Postbus 1150
5900BD VENLO
088-1191200
Gegevens toezicht
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD
Adres
Postcode en plaats
Telefoonnummer
Onderzoek uitgevoerd door
Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente
Adres
Postcode en plaats
Planning
Datum inspectie
Opstellen concept inspectierapport
Zienswijze houder
Vaststelling inspectierapport
Verzenden inspectierapport naar houder
en oudercommissie
Verzenden inspectierapport naar
gemeente
Openbaar maken inspectierapport
: WEERT
: Postbus 950
: 6000AZ WEERT
:
:
:
:
:
16-07-2014
06-08-2014
14-08-2014
14-08-2014
14-08-2014
: 14-08-2014
: 21-08-2014
18 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
Zienswijze GGD-inspectie.
Ik ben zelf heel tevreden over het uitgebrachte rapport en ben trots op de manier hoe de
medewerksters het pedagogisch beleid in de praktijk vorm geven. Naar aanleiding van de vorige
inspectie ben ik aan de slag gegaan met de aandachtspunten die toen naar voren zijn gebracht.
Naar mijn eigen idee is dit goed gelukt. Het geeft dan ook een goed gevoel wanneer dit tijdens de
inspectie ook zo blijkt te zijn. Ik zal er zorg voor dragen dat ikzelf en het team op deze voet
verder blijven gaan.
Met vriendelijke groet,
Simone Nelissen – Henkens
Eigenaresse KDV Het (B)engeltje
19 van 19
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 16-07-2014
Het (B)engeltje te STRAMPROY