Kwartaalrapportage Rapportage aan Provincie Groningen vierde kwartaal 2013 Elk kind verdient het om het beste uit zichzelf te halen Jeugd- en opvoedhulp Inhoudsopgave 2009 15 februari 2014 1. Beleid en uitvoering4 2. Prestatie-indicatoren7 3. Cliëntgegevens8 4. Human Resource Management Elker Kwartaalrapportage 13 3 4e kwartaal 2013 1. Beleid en uitvoering 1. Inleiding In deze rapportage een overzicht van de beleids ontwikkelingen en prestaties van Elker in het vierde kwartaal van 2013. Per 1 november jl. is de begroting 2014 bij de provincie ingediend op basis van de beleidsvoornemens van 1 juli 2013. In de 24-uurshulp doen we een beperkte ombouw om de budgetkorting in 2014 te kunnen realiseren. In de daghulp gaan we een deel van de capaciteit ombouwen, waarbij we de zorg beter gaan verbinden aan de kinderopvang en onderwijs. De transitie is in een beslissende fase gekomen. Er zijn nog veel onduidelijkheden rond de (financiële) voor waarden en de uitvoering van de zorg, terwijl de nieuwe jeugdwet nog door de eerste kamer moet. Grootste zorg op dit moment is de onduidelijkheid over het budget voor 2015. Dit geeft onzekerheden en risico’s voor de cliënten en de zorginstellingen. Per 1 januari 2014 zijn Elker en Het Poortje een bestuurlijke fusie aangegaan, waarmee betere voorwaarden zijn gecreërd om de cliëntzorg te verbeteren. Elker is volop bezig haar aanbod te kantelen om de zorg dichterbij bij de cliënt te bieden en instroom naar zwaardere zorg te voorkomen. Zowel binnen het jeugdzorg als GGz-domein doen zich kansen voor die we benutten in de aanloop naar de transitie. Hierbij werken we nauw samen met onze ketenpartners in het veld en gemeenten. Elker Kwartaalrapportage De financiële paragraaf is in deze vierde kwartaal rapportage, zoals gebruikelijk, niet opgenomen. Dit heeft te maken met de jaarafsluiting en het opstellen van de jaarrekening, die op 1 april 2014 beschikbaar zal zijn. Het jaar 2013 zal naar verwachting en in lijn met de voorgaande kwartaalrapportages met een licht positief resultaat afgesloten worden, zowel in het segment jeugdzorg als in het segment GGZ. 2. Transitie jeugdzorg Per 31 oktober heeft de regio Groningen het Regionaal Transitiearrangement (RTA) bij de Transitiecomissie Stelselherziening Jeugd (TSJ) onder leiding van Leonard Geluk ingediend. In het RTA zijn, naast de bezuinigings taakstelling, afspraken vastgelegd over innovatie en budgetgarantie voor de bestaande zorg instellingen. Na toetsing door de TSJ is gebleken dat er op tal van punten nog onduidelijkheid bestaat. De behandeling van de nieuwe jeugdwet in de eerste kamer heeft inmiddels plaatsgevonden (11 februari). Het lijkt erop dat de meerderheid zal instemmen met de jeugdwet op 18 februari. Elker is lid van het kernteam zorginstellingen, dat voor de 23 gemeenten als platform dient voor de afstemming over de transitieplannen. Er is nog grote onduidelijkheid over het budget voor 2015. Dit baart zorgen. Elker moet zowel inspelen op innovatie- als een krimpscenario. Dit vraagt tijdige voorbereiding en duidelijkheid over de frictiekosten. Elker heeft de optie van beroep bij de rechtbank, in verband met het stopzetten van de subsidie per 2015 4 door de Provincie, opgeschort tot in ieder geval na de stemming van de eerste kamer over de nieuwe jeugdwet. De gemeenten in de provincie hebben een transformatie agenda opgesteld, waarin de inhoudelijke uitwerking plaatsvindt op basis van het zogeheten Groninger Functioneel Model. Onder leiding van een extern bureau AEF is de afgelopen maanden gewerkt aan de uitwerking van dit model. De zorginstellingen zijn nauw bij betrokken bij dit ontwerp en hebben hun inhoudelijke mensen geleverd. Op hoofdlijnen biedt het Functioneel Model een goed kader voor de vernieuwing van de jeugdzorg in de komende jaren. De grote vraag is echter hoe de implementatie op verantwoorde wijze kan plaatsvinden, zonder de kwaliteit en continuïteit van de zorg aan te tasten. Dit vraagt de komende jaren nog veel aandacht. Belangrijk vinden we dat dit niet via een blauwdruk benadering plaatsvindt, maar dat er ruimte komt voor de zorginstellingen om via pilots en experimenten de transformatie geleidelijk aan vorm te geven. Elker sluit dan ook aan bij opvattingen, zoals verwoord door de kinderombudsman, dat er voor de branches gespecialiseerde jeugdzorg een overgangs regiem moet komen waarbij de transformatie geleidelijk en onder verantwoorde condities tot stand komt. Vooralsnog is er weinig helderheid en grote onzekerheid waar het gaat om de continuïteit van de zorg voor cliënten en zorginstellingen. 4e kwartaal 2013 3. Fusie Elker en Het Poortje Per 1 januari 2014 is de bestuurlijke fusie tussen Elker en Het Poortje gerealiseerd. Beide organisaties blijven zelfstandige stichtingen maar komen onder één gemeenschappelijk bestuur en Raad van Toezicht. Door de kennis en expertise te bundelen zijn beide organisaties beter in staat goede zorg voor kinderen en gezinnen te leveren door een goede aansluiting van zorgtrajecten tussen de ‘gesloten’ en ‘open’ jeugdzorg. De expertise van Elker en Het Poortje vullen elkaar goed aan. De fusie biedt, in nauwe samenwerking met ketenpartners en financiers, goede mogelijkheden om samen te bouwen aan succesvolle trajecten voor jongeren en gezinnen, zodat ze weer kansen krijgen om mee te doen in de samenleving. 4. Vernieuwing in de zorg In het 4e kwartaal zijn diverse initiatieven van de grond gekomen, die aansluiten bij nieuwe ontwikkelingen in de zorg. Deze initiatieven sluiten aan bij de uitgangspunten van de transitie om eerder (lichtere) zorg te verlenen en inzet van zwaardere zorg te voorkomen. Basis-GGz Op 1 januari 2014 is de geestelijke gezondheids zorg (GGZ) omgevormd naar een stelsel met een ‘generalistische basis GGZ’ en een ‘gespecialiseerde GGZ’. Behandeling van lichte tot matige, niet complexe psychische stoornissen vindt plaats in de generalistische basis GGZ. Cliënten met complexe en bedreigende stoornissen worden geholpen in de gespecialiseerde Elker Kwartaalrapportage GGZ. Uitgangspunt is dat cliënten dichtbij huis en minder zwaar – en daarmee goedkoper – worden behandeld. Goede samenwerking met huisartsen staat voorop. Voor Elker betekent dit een verplichte budgetverschuiving van de 2e lijn naar de Basis-GGz. Door de zorgverzekeraars is als eis opgelegd dat de uitvoering moet plaatsvinden vanuit een zelfstandige entiteit om vermenging van belangen met zorgaanbieders te voorkomen. Besloten is om samen met OCRN een aparte coöperatie op te richten waarin de uitvoering van de Basis-GGz ondergebracht gaat worden. Deze coöperatie is inmiddels met een eigen merknaam op de markt gezet. Uitgangspunt is dat ook andere zorgaanbieders en zelfstandige praktijken tot de coöperatie kunnen toetreden. FACT-teams Een andere ontwikkeling binnen de GGz, ook in het kader van de ombouw van klinische capaciteit naar ambulant, is de samenwerking tussen Elker en Accare in de ontwikkeling van FACT-teams. Bij FACT-teams gaat het om hulp op meerdere levensgebieden tegelijk (psychiatrische zorg, praktische hulp, maatschappelijke ondersteuning, hulp bij wonen en financiën en wat verder nodig is) in de directe leefomgeving van de cliënt. Accare biedt psychiatrische expertise; Elker heeft veel ervaring in systeemgericht werken in gezinnen en netwerken. 5 Crisishulp In de provincie Groningen zijn meerdere meldpunten actief om spoedzorg voor crisis bij jeugd, in gang te zetten. Zo is er een meldpunt bij Bureau Jeugdzorg, een gezamenlijk meldpunt Spoedzorg van Elker en NOVO en één van de Keten LVG-+ 2. Daarnaast handelt Accare crisissen voor eigen patiënten af. Lentis is momenteel verantwoordelijk voor de psychiatrische crisissen in de provincie voor kinderen en jongeren die nog niet in zorg zijn. De partners van de verschillende crisismeldpunten streven ernaar om één meldpunt voor spoedzorg in de provincie Groningen te organiseren. Dat meldpunt moet ervoor zorgen dat ouders, kinderen en hulpverleners die een crisis melden, zo snel mogelijk de juiste spoedzorg krijgen. Het Crisismeldpunt (CM) is het punt waar iedereen, als er sprake is van een kind of kinderen in acute crisis, zeven dagen (24 uur per dag) terecht kan. Het vaststellen van een crisis vraagt om een onafhankelijke beoordeling. Het meldpunt kan op professionele wijze, met de melder, een juiste inschatting en een juiste beslissing nemen over de juiste hulp om de veiligheid van het kind of de kinderen te herstellen. Vanuit het meldpunt wordt de hulpvraag vloeiend aan de juiste organisatie gekoppeld, die vervolgens de noodzakelijke (crisis)hulp biedt. 4e kwartaal 2013 Hulp bij Scheiding Elker heeft de afgelopen jaren geïnvesteerd in nieuwe producten rond echtscheidingsproblematiek en de gevolgen voor kinderen. Inmiddels heeft Elker 3 nieuwe hulpvormen in de aanbieding: Ouderschap na Scheiding, het Omgangs centrum en KIES (Kinderen in Echt scheidingssituaties). Nieuw is dat Elker vanaf 2014 naast de face-to-face hulp ook online hulp gaat bieden onder de nieuwe merknaam Compaiz. Met deze online hulp zijn we in staat, in lijn met de transitiedoelstellingen, preventief te werken. 6. Samenwerking voorschoolse opvang en onderwijs In het kader van de ombouw van daghulpcapaciteit zijn er met het onderwijs diverse samenwerkingsinitiatieven en pilots gestart. Dit sluit aan bij de vraag vanuit de voorschoolse opvang en onderwijs en de ontwikkelingen in het kader van Passend Onderwijs. Ook past het binnen de beweging om de zorg meer naar onze cliënten en vindplaatsen (kinderopvang en onderwijs) toe te brengen door expertise uit de daghulp toe te voegen en daarmee verwijzing naar specialistische zorg zoveel mogelijk te voorkomen. 5. Implementatie commissie Rouvoet Als follow-up van de commissie Samson heeft de commissie Rouvoet een rapport uitgebracht met verbetervoorstellen voor de jeugdzorg in het kader van de aanpak van seksueel misbruik. Voor Elker is veiligheid van de cliënt een hoofdthema. Medio vorig jaar zijn we gestart met het implementeren van de verbetervoorstellen van de commissie Rouvoet. Centraal in de aanpak staat hoe onze medewerkers signalen herkennen, op de goede wijze oppakken en tijdig opschalen wanneer nodig. De focus ligt op normen en waarden, gedrag en houding van de professional zelf. Intern vindt procesbewaking plaats. De rapportage vindt plaats aan de hand van de door de commissie Rouvoet gestelde criteria en termijnen. Genoemd kunnen worden: • Coaching on the job in peuterspeelzalen (Alert4You) • Behandel-Observatie Onderwijs Groep (een tussen voorziening) in samenwerking met Stichting voor Christelijk Speciaal Onderwijs. • Pilot in de voorschoolse opvang (VVE) in de gemeenten Eemsmond en Hoogezand • Samenwerking met Rebound in de stad Groningen • Inzet van life-coach in het vo en mbo in het kader van aanpak overbelaste jongeren Elker Kwartaalrapportage 6 4e kwartaal 2013 2. Prestatie-indicatoren Elker meet sinds 2010 de prestatie-indicatoren jeugdzorg. De dataverzameling sluit aan bij de landelijke afspraken die hiervoor zijn opgesteld. Voor aanbieders van Jeugd & Opvoedhulp betreft het drie prestatieindicatoren, te weten de mate van doelrealisatie, de mate van cliënttevredenheid en de mate van reguliere beëindiging van de hulp. In het geval van de doelrealisatie wordt gemeten in hoeverre de indicatiedoelen, die Bureau Jeugdzorg in het indicatiebesluit heeft opgenomen, zijn gehaald bij het einde van de plaatsing. Daarnaast wordt gekeken in hoeverre er tussen de verschillende betrokkenen overeenstemming bestaat over de scores op de verschillende indicatiedoelen. De mate van cliënttevredenheid wordt gemeten met behulp van de exitvragenlijst. Deze lijst bevat tien stellingen. Vier met betrekking tot het verloop van de hulp en zes m.b.t. het resultaat van de hulp en de beleving van de cliënt over de toekomst. De cliënt scoort de stellingen op een vierpunts-schaal. Men geeft aan in hoeverre men het (helemaal) niet eens tot (helemaal) eens is met de stelling. Een factorscore van 3,00 en hoger valt in de hoogste categorie en moet geïnterpreteerd worden als een goede beoordeling door de cliënt (Handleiding exitvragenlijst). Daarnaast geeft de cliënt een rapportcijfer voor de geboden hulp, op een schaal van één tot tien. Een vergelijking van de uitkomsten met de brancherapportage 2011 levert het volgende beeld op: het gemiddelde rapportcijfer voor jongeren ligt dit kwartaal 0,4 punt boven het jaargemiddelde van de branche. Voor ouders ligt het 0,1 punt lager. De respons van Elker ligt 12% hoger dan de respons van de branche. Elker Kwartaalrapportage De mate van reguliere beëindiging laat zien in hoeverre plaatsingen bij Elker op een positieve manier zijn afgesloten. Het komt ook voor dat de plaatsing voortijdig is beëindigd of dat het onduidelijk is wat de reden van Prestatie-indicatoren 2013 afsluiting is. In dat geval is het meestal niet mogelijk om een exitvragenlijst te laten invullen. Dit, omdat de cliënt bijvoorbeeld niet (meer) gemotiveerd is, niet meer is komen opdagen voor een eindgesprek of is verhuisd. 2013 1e kwart. 2013 2e kwart. 2013 3e kwart. 2013 4e kwart. 1. mate van doelrealisatie doel niet gehaald 14% 18% 18% 16% doel deels gehaald 32% 33% 35% 42% doel gehaald 54% 49% 46% 42% 2. mate van cliënttevredenheid over resultaten gemiddeld rapportcijfer jeugdigen 8,2 8,0 8,4 8,0 ouders/verzorgers gemiddelde factorscore resultaat en toekomst 8,5 8,3 8,6 8,0 jeugdigen 3,36 3,30 3,46 3,23 ouders/verzorgers 3,67 3,39 3,49 3,17 89% 90% 86% 88% 3. mate van reguliere beëindiging van de hulp zorg in overeenstemming tussen cliënt, BJz en Elker beëindigd zorg eenzijdig door cliënt beëindigd 5% 5% 5% 5% zorg eenzijdig door BJz of Elker beëindigd andere redenen 3% 3% 3% 2% 6% 3% 4% 3% 1. D e cijfers van de doelrealisatie van het vierde kwartaal zijn gebaseerd op 633 doelen. Over 82% van de doelen voor jeugdigen en 85% van de ouderdoelen bestond consensus tussen de betrokken cliënt(en) en professional(s) m.b.t. de score. 2. D e cijfers m.b.t. cliënttevredenheid zijn gebaseerd op 75 exitlijsten, waarvan 21 jongeren en 54 ouders/verzorgers. Het betreft 75 unieke cliënten. Bij aftrek van voortijdige beëindiging en beëindiging door externe omstandigheden, overmacht, reden niet bekend, n.v.t. of overig, is het doorberekende responspercentage 56%. 3. G ebaseerd op 164 unieke cliënten. Onder "andere redenen" wordt verstaan: door externe omstandigheden of overmacht, reden niet bekend, n.v.t. of overig. Zowel 1,22% van het percentage voortijdige, eenzijdige beëindiging door de cliënt als 1,22% van het percentage voortijdige, eenzijdige beëindiging door Elker/BJZ komt voor rekening van netwerkpleegzorg. Er is geen directe relatie tussen de zorg/hulpverlening van Elker en het voortijdig afbreken van de zorg in geval van netwerkpleegzorg. Bovendien kan Elker de zorg voortijdig beëindigen op grond van de uitkomsten van de screening van netwerkpleegouders. Totaal komt derhalve 2,44% van de niet reguliere beëinding voor rekening van netwerkpleegzorg. Exclusie Ouderschap na Scheiding (regulier en beschikking) i.v.m. de aard van de werksoort. 7 4e kwartaal 2013 3. Cliëntgegevens De cliëntgegevens worden gegenereerd vanuit het centrale registratiesysteem van Elker. Door achteraf verwerkte mutaties is het mogelijk dat gegevens in deze kwartaalrapportage niet overeenkomen met die uit voorgaande rapportages. Productie Conform afspraak verantwoordt Elker de provinciaal gefinancierde jeugdzorg op zorgaanspraak. De productie vanuit de AWBZ/ZVW gefinancierde zorg wordt op uniek cliëntniveau weergegeven. Dit geldt ook voor de Eerstelijns Psychologische zorg en de door derden gefinancierde zorg. De productie provinciaal gefinancierde zorg wordt berekend op basis van de lopende zorgaanspraken op 1 januari, vermeerdert met de instroom gedurende het jaar. Op 1 januari waren er 1453 zorgaanspraken in productie. Gedurende het jaar startte per kwartaal voor respectievelijk, 599, 495, 465 en 447 zorgaanspraken de zorg, waarmee de totale productie in 2013 op 3459 zorgaanspraken komt. Dit is een lichte afname ten opzichte van de 3561 zorgaanspraken in 2012. De stijgende lijn uit de voorgaande jaren heeft zich hiermee niet verder voortgezet. Anticiperend op het toenemend aantal cliënten in de afgelopen jaren zijn er in 2013 enkele lichtere zorgvormen ingezet. Het doel was om met de inzet van deze lichtere zorgvormen meer cliënten zorg te kunnen bieden. Dit doel is echter niet gehaald, voornamelijk als gevolg van de afname en stagnatie van het aantal aanmeldingen vanuit Bureau Jeugdzorg. Elker Kwartaalrapportage Naast de provinciale zorg is er aan 453 cliënten AWBZ/ ZVW gefinancierde zorg geboden en maakten 152 cliënten gebruik van zorg gefinancierd door derden en 143 cliënten van de Eerstelijns Psychologische zorg van Elker. In het overzicht ‘Cliëntgegevens Jeugdzorg’ op pagina 11 staat de inzet van de provinciaal gefinancierde zorg naar hulpvariant weergegeven. Van de ingezette zorg was 65 procent ambulant en 35 procent verblijf, waarvan 21 procent binnen de pleegzorg, acht procent binnen de 24-uurshulp en zes procent binnen de Daghulp. Verder maakten negen cliënten gebruik van Observatie in combinatie met Verblijf. Ten opzichte van het voorgaande jaar is het aandeel van de Pleegzorg met één procent gestegen (2012: 20 procent) en het aandeel van de Daghulp met één procent afgenomen (2012: 7 procent). Op pagina 12 staat de inzet weergegeven in termen van de acht zorgaanspraken, zoals opgenomen in de Wet op de Jeugdzorg. Buitenprovinciale plaatsingen Sinds 1 januari 2011 geldt de nieuwe regeling buitenprovinciale plaatsingen. In 2013 is voor tien cliënten uit Drenthe en negen cliënten uit Friesland zorg vanuit Elker ingezet. Een overzicht van deze plaatsingen met nadere toelichting is beschikbaar voor de Provincie. De zorg aan cliënten vanuit Friesland en Drenthe valt binnen de tussen de drie noordelijke provincies gemaakte afspraak van ‘jaarlijks tussen provincies te verrekenen’. Daarnaast is voor negen cliënten afkomstig uit de overige provincies zorg vanuit Elker gestart: Gelderland (6), 8 Overijssel (1), Limburg (1) en Noord-Holland (1). Deze zorg wordt conform de landelijke afspraken gefinancierd vanuit de provincie van herkomst. Wachtlijstontwikkeling De weergave van de wachtlijst op pagina 9 is in overeenstemming met de afspraken IPO-Rijk 2010-2011 en de landelijke definities. In 2013 is Elker gestart met ‘de wachtlijstaanpak’ waarbij in principe voor elke cliënt binnen vijf werkdagen na aanmelding een vorm van ambulante hulp kan starten. Dit heeft er in geresulteerd dat de wachtlijst in de loop van het jaar met bijna 40 procent is afgenomen (van 128 naar 80 zorgaanspraken). Ook het aantal unieke cliënten langer dan negen weken op de wachtlijst is door deze aanpak sterk gedaald (van 32 naar 12) Op 1-1-2014 telde de wachtlijst langer dan 9 weken 13 zorgaanspraken voor 12 unieke cliënten. Vijf van deze cliënten ontvangen al een vorm van provinciaal gefinancierde zorg van Elker. De Netto wachtlijst a (het aantal cliënten nog zonder een vorm van geïndiceerde provinciaal gefinancierde zorg binnen Elker) komt daarmee op zeven cliënten. Twee van hen verblijven nog in een andere setting, drie cliënten hebben aangegeven nog geen gebruik te willen maken van de zorg en voor twee cliënten is de aanvraag tijdelijk opgehouden door Bureau Jeugdzorg. Rond alle cliënten is er contact en kan er indien nodig worden versneld of opgeschaald. 4e kwartaal 2013 Stand per 1/1/2013 Instroom Kwartaal 1 Instroom Kwartaal 2 Instroom Kwartaal 3 Instroom Kwartaal 4 Totaal Jeugdzorg - zorgaanspraken (waarvan uitsplitsing op pagina 12) 1453 599 495 465 447 3459 Cliënten AWBZ / ZVW gefinancierd 232 49 64 45 63 453 Cliënten gefinancierd door derden 63 26 24 14 25 152 44 1792 38 712 29 612 17 541 15 550 143 4207 Stand per 1/1/2013 Stand per 1/4/2013 Stand per 1/7/2013 Stand per 1/10/2013 Stand per 1/1/2014 Cliëntaantallen - zorgaanspraken Eerstelijns Psychologische zorg Totaal Wachtlijstontwikkeling Jeugdzorg Wachtlijst: aantal zorgaanspraken 128 105 102 54 80 Wachtlijst < 4 weken 55 66 40 14 48 Wachtlijst 4-9 weken 29 21 26 16 19 Wachtlijst > 9 weken 44 18 36 24 13 Bruto wachtlijst 32 13 27 18 12 Netto wachtlijst a Netto wachtlijst b 10 10 2 2 13 13 13 13 7 7 Wachtlijst: unieke cliënten langer dan 9 weken op de wachtlijst Definities: Bruto wachtlijst: Aantal unieke cliënten die langer dan 9 weken wachten op geïndiceerde jeugdzorg, voor zover deze geïndiceerde jeugdzorg door de provincie wordt bekostigd. Netto wachtlijst b: Aantal van de onder Netto wachtlijst a bedoelde cliënten minus de cliënten die in de wachtperiode een vorm van niet geïndiceerde provinciaal gefinancierde jeugdzorg ontvangen. Netto wachtlijst a: Aantal van de onder Bruto wachtlijst bedoelde cliënten minus de cliënten die in de wachtperiode een vorm van geïndiceerde provinciaal gefinancierde jeugdzorg ontvangen. Cliëntgegevens: aantal cliënten Betreft het aantal cliënten in zorg op 1 januari 2013 vermeerdert met het aantal cliënten voor wie in de loop van 2013 de zorg is gestart. Elker Kwartaalrapportage 9 Wachttijd geïndiceerde zorg (kalenderdagen) Betreft de gemiddelde wachttijd in dagen van de cliënten voor wie in het betreffende kwartaal de zorg is gestart. Doorlooptijd geïndiceerde zorg (maanden) Betreft de gemiddelde doorlooptijd in maanden van de cliënten voor wie in het betreffende kwartaal de zorg is afgesloten. 4e kwartaal 2013 In het overzicht ‘Cliëntgegevens Jeugdzorg’ op pagina 11 staan de wachtlijstgegevens uitgesplitst naar hulpvariant weergegeven. Voor alle sectoren blijft de wachttijd binnen de landelijke norm van maximaal 63 kalenderdagen. Bij elke aanmelding wordt gewerkt volgens het protocol ‘Wachtlijstaanpak’, wat inhoudt dat binnen vijf werkdagen na binnenkomst van het indicatiebesluit zorg kan starten. Voor de verblijffuncties geldt dat waar mogelijk eerst een vorm van ambulante hulp gestart wordt. Niet alle cliënten kunnen (bijvoorbeeld doordat zij nog elders in het land verblijven) of willen gebruik maken van deze mogelijkheid. Bezettingscijfers en doorlooptijden Zowel bij de 24-uurshulp als de Daghulp zijn, met de Provincie afgestemd, ontwikkelingen in gang gezet voor ombouw van capaciteit wat van invloed is op de bezetting. Bij de 24-uurshulp betreft het de ombouw van enkele plekken voor de tussenvoorziening uitstroom DOK3 en de voorbereiding van de afbouw met vier plekken per 1 januari 2014. De ombouw binnen de Daghulp zal in de eerste helft van 2014 plaatsvinden. Hiermee wordt ingespeeld op de toenemende vraag voor een ambulant aanbod. Bij de Pleegzorg is de bezetting in de loop van het jaar gestegen van iets meer dan 100 procent naar ruim 102 procent. Elker Kwartaalrapportage De gemiddelde doorlooptijden liggen redelijk binnen de gemaakte afspraken. Alleen bij de Pleegzorg wijkt deze af, maar hier speelt mee dat er door de vaak langere duur van plaatsingen moeilijk een gemiddelde is aan te geven. Instroom en uitstroom Op pagina 12 wordt in het overzicht ‘Cliëntgegevens: uitgevoerde zorgaanspraken’ de uitgevoerde zorg op het niveau van zorgaanspraak weergegeven. De grootste instroom geldt de aanspraak ‘Jeugdhulp thuis individueel’. Hieronder vallen eveneens de cliënten die vanuit het Flexbudget een vorm van hulp op maat ontvangen. Het gaat hierbij om binnen het zorgaanbod van Elker passende zorg, die (nog) niet als reguliere module wordt geboden. In 2013 maakten 19 cliënten gebruik van deze vorm van zorg. Door de flexibilisering van het aanbod is dit aantal lager dan in voorgaande jaren. Onder de instroom ‘Jeugdhulp accommodatie zorg aanbieder’ vallen ook de cursus ‘Positief opvoeden’ en de begeleiding van ouders bij ‘Ouderschap na scheiding’. Bij de Ouderschap na scheiding is door 35 cliënten en hun ouder(s) tevens gebruik gemaakt van het Omgangshuis. Deze begeleidingen zijn niet in de cliënt aantallen meegenomen. 10 In het overzicht ‘Ingekomen zorgaanspraken’ is te zien dat het aantal binnengekomen zorgaanspraken voor nieuw in te zetten zorg, inclusief de ‘Professionele verwijzingen’, in het vierde kwartaal weer iets is toegenomen. Het aantal aanmeldingen blijft echter duidelijk achter bij het voorgaande jaar. Inclusief de Professionele verwijzingen kwamen er in 2013 in totaal 1556 zorgaanspraken binnen voor nieuw in te zetten zorg. In 2012 waren dit er 2072. Op 1 januari 2014 was van de zorgaanspraken voor nieuw in te zetten ruim 84 procent gerealiseerd, voor vijf procent moest de zorg nog starten. Van ongeveer 11 procent van de zorgaanspraken is om verschillende redenen geen gebruik gemaakt, onder meer door veranderde omstandigheden. Ook was door kritisch te kijken met welke zorg de gestelde doelen behaald konden worden, het niet altijd nodig om alle gevraagde zorg in te zetten. 4e kwartaal 2013 Afspraken 2013 Beginstand per 1/1/2013 Werkelijk per 1/4/2013 Werkelijk per 1/7/2013 Werkelijk per 1/10/2013 Eindstand per 1/1/2014 24-uurshulp (capaciteit 92) Cliëntaantallen (stand 1-1-2013 plus instroom) Bezettingscijfers regulier (cumulatief) Bezettingcijfers crisisopvang (cumulatief) Wachtlijst totaal Brutowachtlijst > 9 wkn Nettowachtlijst (> 9 wkn a) Nettowachtlijst (> 9 wkn b) Gemiddelde wachttijd (in kalenderdagen) Gemiddelde doorlooptijd in maanden (exclusief crisis) 284 97,0% n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 0 < 63 11 84 93,5% 39,9% 28 18 6 6 109 9.6 140 94,0% 56,3% 21 8 2 2 63 11.1 178 95,3% 56,8% 23 11 8 8 86 9.3 221 95,8% 52,2% 13 7 6 6 57 11.9 279 94,4% 59,9% 11 2 1 1 45 10.1 Daghulp (capaciteit 111) Cliëntaantallen (stand 1-1-2013 plus instroom) Bezettingscijfers (cumulatief) Wachtlijst totaal Brutowachtlijst > 9 wkn Nettowachtlijst (> 9 wkn a) Nettowachtlijst (> 9 wkn b) Gemiddelde wachttijd (in kalenderdagen) Gemiddelde doorlooptijd in maanden 240 97,0% n.v.t. n.v.t. n.v.t. 0 < 63 12 115 94,3% 21 8 2 2 73 12.2 145 95,9% 14 3 0 0 66 11.4 156 96,9% 21 9 0 0 80 12.9 194 94,4% 8 3 2 2 60 13.0 208 93,2% 14 2 0 0 57 12.5 Pleegzorg (capaciteit 479) Cliëntaantallen (stand 1-1-2013 plus instroom) Bezettingscijfers (cumulatief) Wachtlijst totaal Brutowachtlijst > 9 wkn Nettowachtlijst (> 9 wkn a) Nettowachtlijst (> 9 wkn b) Gemiddelde wachttijd (in kalenderdagen) Gemiddelde doorlooptijd in maanden (exclusief crisis) 694 97,0% n.v.t. n.v.t. n.v.t. 0 < 63 25 500 100,3% 6 2 2 2 59 26 545 100,8% 5 1 1 1 15 38 582 101,2% 9 2 2 2 38 44 646 101,8% 7 5 4 4 0 36 708 102,3% 11 5 5 5 0 36 Ambulante hulp (capaciteit 500) Cliëntaantallen (stand 1-1-2013 plus instroom) Wachtlijst totaal Brutowachtlijst > 9 wkn Nettowachtlijst (> 9 wkn a) Nettowachtlijst (> 9 wkn b) Gemiddelde wachttijd (in kalenderdagen) Gemiddelde doorlooptijd in maanden (exclusief crisis) 1720 n.v.t. n.v.t. n.v.t. 0 < 63 6 754 73 16 7 7 29 6.7 1222 65 6 0 0 21 6.8 1631 49 14 11 11 18 5.9 1951 26 9 8 8 30 9.6 2264 44 4 2 2 28 7.1 Cliëntgegevens Jeugdzorg Elker Kwartaalrapportage 11 4e kwartaal 2013 Clientgegevens: uitgevoerde zorgaanspraken Jeugdhulp thuis individueel per 1 jan. 1e kwart. in 1e kwart. uit 2e kwart. in 2e kwart. uit 3e kwart. in 3e kwart. uit 4e kwart. in 4e kwart. uit Totaal Ultimo 511 293 245 246 297 232 255 223 278 1505 430 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 Jeugdhulp thuis groep Jeugdhulp acc. zorgaanbieder individueel 189 96 92 88 82 42 55 61 77 476 170 54 79 59 75 139 46 2 29 73 283 10 Jeugdhulp acc. zorgaanbieder groep Verblijf pleegouder deeltijd 23 4 3 3 0 7 4 4 8 41 26 Verblijf pleegouder 24-uurs 477 41 30 34 43 57 55 58 44 667 495 Verblijf acc. zorgaanbieder deeltijd 115 30 27 11 12 37 49 14 16 207 103 Verblijf acc. zorgaanbieder 24-uurs 84 53 48 37 38 42 45 54 59 270 80 Observatiediagnostiek deeltijd 0 0 0 0 0 1 1 0 0 1 0 Observatiediagnostiek 24-uurs 0 3 2 1 1 1 1 4 5 9 0 1453 599 506 495 612 465 467 447 560 3459 1314 TOTAAL Ingekomen zorgaanspraken Zorgaanspraken nieuw in te zetten zorg Professionele verwijzingen Zorgaanspraken voortzetting lopende zorg 1e kwart. 2e kwart. 3e kwart. 4e kwart. Totaal 423 372 316 316 1427 27 29 18 55 129 75 86 120 84 365 Besluiten crisisinterventie 183 147 138 151 619 TOTAAL 708 634 592 606 2540 Indicatiebesluit zorgaanspraken nieuwe zorg Door Bureau Jeugdzorg geindiceerde zorgaanspraken voor nieuw in te zetten, provinciaal gefinancierde, jeugdzorg. Professionele verwijzingen Professionele verwijzingen vanuit Bureau Jeugdzorg voor nieuw in te zetten, provinciaal gefinancierde, jeugdzorg. Elker Kwartaalrapportage Ingekomen zorgaanspraken voortzetting lopende zorg Door Bureau Jeugdzorg geindiceerde zorgaanspraken voor voortzetting van lopende, provinciaal gefinancierde, jeugdzorg. Besluiten crisisplaatsing Door Bureau Jeugdzorg afgegeven besluiten crisisplaatsing. 12 4e kwartaal 2013 4. Human Resource Management Professionalsering De registratie van jeugdzorgmedewerkers van Elker in het Beroepsregister van Agogisch en Maatschappelijk werkers (BAMw-register) per 1 januari 2014 is succesvol verlopen. Ook het indienen van een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) was onderdeel van de registratievereisten. In het kader van de verplichte accreditatie is Elker bezig erkenning te krijgen voor haar bestaande scholingsaanbod. De medewerkers kunnen door het volgen van deze scholing de registerpunten behalen die zij nodig hebben voor herregistratie. Het komende jaar zal verder worden gewerkt aan de beroepscode en tuchtrecht. Ziekteverzuim We zijn erin geslaagd, mede dankzij extra inspanningen in het verzuimbeleid en investeringen in duurzame inzetbaarheid, om in 2013 onder de norm van 4% te blijven. Het verzuim binnen Elker bevindt zich hiermee op een acceptabel niveau ten opzichte van de doelstellingen en branchegegevens. Salariskosten per werknemer op jaarbasis (voortschrijdend cumulatief) ultimo 1e kwartaal ultimo 2e kwartaal ultimo 3e kwartaal ultimo 4e kwartaal Werkelijk 58.089 57.846 58.352 57.937 Begroot 58.824 58.824 58.824 58.824 Verschil -735 -978 -472 -887 ultimo 1e kwartaal ultimo 2e kwartaal ultimo 3e kwartaal ultimo 4e kwartaal Werkelijk 285,7 287,8 285,3 284,1 Begroot 283,3 283,3 283,3 283,3 Verschil 2,4 4,5 2,0 0,8 ultimo 1e kwartaal ultimo 2e kwartaal ultimo 3e kwartaal ultimo 4e kwartaal 4,33% 3,65% 3,10% 4,21% 4,41% 4,18% 3,65% 3,95% Gemiddeld aantal FTE’s (voortschrijdend cumulatief) Ziekteverzuim Ziekteverzuim (Ultimo kwartaal) Ziekteverzuim (Voortschrijdend cumulatief ultimo kwartaal) Formatie De inzet van het aantal fte is beheerst gebleven door geen vaste contracten meer aan te gaan. Het beleid om, in het licht van de transitie en komende bezuinigingen, te werken met flexcontracten heeft echter ook nadelige kanten. Omdat ingewerkte medewerkers na enige tijd de organisatie weer moeten verlaten heeft dit gevolgen voor de continuïteit van het werk. Elker Kwartaalrapportage 13 4e kwartaal 2013 Elker Postbus 274 9700 AG Groningen t 050 523 94 00 f 050 523 94 90 e [email protected] i www.elker.nl twitter.com/elkergroningen facebook.com/elkergroningen youtube.com/elkergroningen
© Copyright 2024 ExpyDoc