Notulen 3e fysieke overlegtafel 13 mei 2014

Onderwerp
Datum:
13 mei 2014
Overleggroep inkoop begeleiding 18+ Kempengemeenten
Notulist:
Miriam Hoefmans
Locatie:
Gemeentehuis Eersel
Aanwezig
Afwezig:
-
Arno Heesters (GOW)
-
Harry Jacobs (Coöperatie DichtbijZorg)
-
Arnold Vosters (Joris Zorg)
-
Marion Simons (Groeipunt)
-
Piet van Ekert (Care Power)
-
Hanneke Henkens (GGzE De Boei)
-
Susanne van Erp (Zuidzorg)
-
Caroline Schipper (Lunet Zorg)
-
Bert Beerens (RSZK)
-
Carolien Heestermans (McSweeneys zorgboerderij)
-
Maarten Rietveld (clientvertegenwoordiger Bladel via POP)
-
Helma Perry-van Riel (clientvertegenwoordiger RdM)
-
Hans Antonise (voorzitter, gemeente Bladel)
-
Trudy van Hoef (gemeente Eersel)
-
Roos van Veen (Q Consult)
-
Jeroen Zegveld (Bizob)
-
Miriam Hoefmans (Bizob)
-
Dirk Jan Haitsma
-
Netty Verdonk (clientvertegenwoordiger Eersel)
1. Opening en mededelingen
-
Dirk Jan Haitsma is verhinderd. De voorzittersrol wordt overgenomen door Hans
Antonise.
-
Inkoop begeleiding 18-. Hier komt de komende weken meer duidelijkheid over.
De mogelijkheid bestaat dat de inkoop regionaal wordt ondergebracht.
2. Verslag 8 april 2014
-
Pag. 3: Wordt er in RdM ook een verslag van het keukentafelgesprek gemaakt?
Dit wordt nagevraagd door Trudy van Hoef.
-
Pag. 5: reacties op de profielen. Het betreft ondersteuning van de mantelzorgers
en niet ondersteuning door de mantelzorgers.
-
De cliëntvertegenwoordigers zijn unaniem van mening dat er niet specifiek een
ouderenvertegenwoordiger toegevoegd moet worden aan de overlegtafel. De
cliëntvertegenwoordigers kunnen dit namens hen oppakken. Een volledig
afspiegelingsmodel leidt ook niet altijd tot het gewenste resultaat (te breed).
3. Presentatie ‘Het resultaat centraal’
Zie powerpoint presentatie.
Naar aanleiding van de discussie van vorige keer zijn de cliëntprofielen aangepast. De
cliëntprofielen zijn teruggebracht tot 3 profielen. Gevraagd wordt aan de aanbieders of
deze profielen herkenbaar zijn voor hun doelgroepen. Hier wordt positief op gereageerd.
De profielen zijn overzichtelijker geworden. Aangegeven wordt dat het gezin is
‘vervallen’ maar dat het gezin (de ouders) ook onder een van de drie profielen gehangen
kan worden. Verder wordt aangegeven dat het gezin bij alle keukentafelgesprekken een
punt van aandacht is).
Opmerking op het profiel: welzijn en vertragen achteruitgang
door de aanbieders
wordt aangegeven dat zij ook bij dit profiel nog iets willen bereiken/perspectief willen
bieden. Je wilt binnen de mogelijkheden van de cliënt nog uitdaging kunnen bieden.
De gemeenten streven naar resultaatgerichte financiering (betaling per cliënt). Zij willen
hiervoor gaan werken met de cliëntprofielen. De profielen worden gebruikt als
ondersteunend instrument in de toegang en als uitgangspunt bij het opstellen van de
resultaten in de inwonerplannen. Elke cliënt kan aan een profiel worden gekoppeld.
Daarnaast zullen de profielen ook gebruikt gaan worden bij de bekostiging van de zorg.
Bekeken zal moeten worden of er nog niveaus te onderkennen zijn binnen de
cliëntprofielen en zo ja, welke niveaus dit dan zijn. Aangegeven wordt dat de diversiteit
binnen de profielen groot kan zijn maar dat dit geen probleem hoeft te zijn. Hierbij wordt
opgemerkt dat het gesprek in alle gevallen het primaire instrument is. De profielen zijn
ondersteunend.
Bij de bepaling van de bekostiging gaat het om wat nodig is om tot het resultaat te
komen (het hoe), dit wordt straks losgelaten (sturen op resultaat). Per individu krijg je
een resultaat en dat moet behaald worden. De inzet die hiervoor gedaan wordt ligt bij de
aanbieder. Vanuit aanbieders is de kostprijs van belang en daarom zitten we hier. Om te
komen tot de juiste bekostiging van de resultaten is het namelijk van belang een
omschrijving te hebben van de ondersteuning en de bijbehorende gemiddelde kostprijs.
Hiervoor moeten we op de juiste manier de producten gaan beschrijven in de
deelovereenkomsten (welke niveaus zijn er).
Opgemerkt wordt dat er niet met één gemiddelde kostprijs gewerkt moet gaan worden
voor alle cliënten. Dit zal ertoe leiden dat organisaties met alleen maar zware cliënten
zullen overstappen/opstappen (dit is wat ook in de Peel / Breda heeft gespeeld). De
bekostigingsvorm mag geen bedreiging zijn voor de toegang, gezamenlijk willen we met
resultaatfinanciering en de wijze waarop dit vormgegeven wordt (de beschreven
resultaten, de profielen) dit juist voorkomen.
Opgemerkt wordt dat de systematiek van resultaatgerichte financiering kan prikkelen tot
opplussen. Aangegeven wordt dat het Wmo-loket blijft ‘indiceren’. Dit heeft weer
betrekking op het proces toegang. Het Wmo-loket stelt allereerst het recht op een
maatwerkvoorziening vast. Vervolgens bepaalt de gemeente de randvoorwaarden van de
maatwerkwerkvoorziening en legt dit vast in een beschikking. De cliënt kiest hier een
aanbieder bij die hierop een aanbod doet (cliënten behouden keuzevrijheid). De
gemeente geeft hier (in complexe casussen) een akkoord op. De volgende keer zal
uitgebreider worden ingegaan op de toegang.
Aangegeven wordt dat aanbieders hun cliënten kennen. Zij weten welke resultaten ze
met deze cliënten kunnen bereiken. De gemeenten willen ertoe overgaan om een
beloning te geven voor kwaliteit (resultaatgericht). Het is dan niet de bedoeling dat te
gemakkelijk wordt teruggegaan naar de gemeente. Een bijstelling n.a.v. een
keukentafelgesprek betekent niet automatisch een herindicatie. Hier zit een spanning: je
wil aanbieders belonen voor een resultaat. Dus aanbieders mogen niet te gemakkelijk
een resultaat kunnen bijstellen want dan werkt dit weer niet. Gezamenlijk moet de
balans gevonden worden en ook hier gaat het om het goed definiëren van resultaat, een
gezamenlijk ontwikkeltraject en toegang.
Bij resultaatgerichte financiering is het meten van resultaten belangrijk. Er zijn al veel
meetinstrumenten. Opgemerkt wordt dat het van belang is dat er niet alleen met
meetinstrumenten bekeken wordt of de aanbieders nog wel aan de verwachtingen van
de cliënten voldoen. Dit zou bijvoorbeeld ook nog middels gesprekken met de cliënten
gedaan moeten worden. Uit gesprekken komen andere aspecten naar voren dan uit
gestandaardiseerde meetinstrumenten.
Opgemerkt wordt dat resultaatgerichte financiering niet tot lastenverlichting leidt. De
urenverantwoording en dergelijke blijft bestaan. Aangegeven wordt dat het behalen van
doelen en dergelijk nu ook wordt vastgelegd maar dat deze manier nog wel meer werk
met zich meebrengt. Met name als dit ook voor de regio’s verschillend wordt ingezet.
Verder moeten cliënten ook niet teveel met vragenlijsten worden belast. Aangegeven
wordt dat de gemeenten uitkomstmetingen gaat doen bij de cliënt. Aanbieders worden
gefinancierd op basis van de resultaten die behaald moeten worden. De gemeente gaat
deze resultaten niet meten. Het verantwoorden en monitoren op de cliënt ligt bij de
zorgaanbieder. Dit kan bij een aantal cliënten op een eenvoudige manier maar bij andere
cliënten kan dit complexer zijn. Hoe complex dit is hangt af van de resultaten die je gaat
formuleren.
Opgemerkt wordt dat de kleine aanbieders en ZZP-ers niet alles zelf kunnen aanbieden.
Hierop wordt aangeven dat dan samengewerkt zal moeten worden met andere partijen
en dat zij hier ook kansen in moeten zien. Zij kunnen ook als hoofdaannemer fungeren.
Bij het maken van resultaatafspraken met meerdere partners kan dit wel lastig zijn; wie
is dan verantwoordelijk? De lijn is nu dat begeleiding nu apart wordt weggezet (niet in
combinatie met HbH en PV). Het kan wel zo zijn dat zowel begeleiding groep als
begeleiding individueel samen wordt weggezet. Levert een aanbieder alleen begeleiding
groep dan zal hij samen moeten werken voor begeleiding individueel.
Gevraagd wordt aan de aanbieders of het haalbaar is om te gaan werken met de
cliëntprofielen (ondersteuningsaanbod) en resultaatfinanciering. Aangegeven wordt dat
het de gemeente niet gaat om het aanbod maar om het resultaat. De gemeenten willen
graag weten welke groepen we binnen de cliëntprofielen moeten definiëren om de
bekostiging te gaan doen. Zijn er nog vertakkingen in de drie hoofdprofielen? Het gaat
erom dat we met elkaar (binnen de profielen en varianten) meetbare tussendoelen etc.
kunnen maken. Opgemerkt wordt dat het best haalbaar is om op cliënt te graderen en
hier een bedrag aan te hangen. Dit hoeft ook geen probleem te zijn voor kleinere
instellingen.
Door de gemeente wordt aangegeven dat de volgende huiswerkopdracht met name in
zal gaan op de vertakkingen onder de cliëntprofielen.
4. Overgangstraject 2015
Door de gemeente wordt aangegeven dat het inkooptraject in 2 trajecten wordt
gesplitst.
1. We willen voor de overgangsclienten afspraken te maken over 2015. Hier wordt
een afzonderlijk inkooptraject voor gestart met als referentie de huidige NZa
tarieven met een korting hierop. Met een voorkeur voor gelijke tarieven voor alle
aanbieders (Zeeuws Model)
2. Voor de nieuwe cliënten in 2015 (en voor alle clienten in 2016) en
overgangscliënten die perse willen overstappen of de overgangscliënten van
aanbieders waarmee de gemeente geen inkoopovereenkomst heeft kunnen
aflsuiten zal het huidige inkooptraject gewoon verder lopen (idee:
resultaatgerichte bekostiging op basis van cliëntprofielen).
Er is voor een splitsing gekozen omdat de vertaling van de huidige bekostiging naar de
nieuwe manier veel tijd kost. De profielen en bekostiging moeten nog verder uitgewerkt
worden, de toekenning van cliëntprofielen moet nog beschreven worden, daarnaast
zitten de organisaties met hun interne bedrijfsvoering en zal ook nog gekeken moeten
worden naar de verantwoording van je resultaten. Dit gaat nog veel tijd kosten en is niet
haalbaar.
Voor het inkooptraject overgangscliënten zal een aparte bijeenkomst worden ingepland.
Aan de aanbieders is gevraagd of zij via [email protected] doorgeven
wie van hun organisatie hierbij aanwezig moet zijn. Bij deze bijeenkomst wordt ook 1
zorgvrager uitgenodigd. Dit omdat er mogelijk ook eisen komen te vervallen. Tijdens
deze bijeenkomst de offerteuitvraag worden opgesteld/besproken. Deze zal nog niet
gaan over de tarieven etc. De voorzitter benadrukt dat de splitsing in 2 inkooptrajecten
nog bestuurlijk afgestemd moet worden.
5. Het collectief begeleidingsaanbod
Aangegeven wordt dat de overlegtafel gaat over de inkoop van maatwerkvoorzieningen.
Veel organisaties hebben echter ook een collectief/algemeen toegankelijk aanbod. Dit
aanbod verschilt per gemeente. Het is lastig om dit onderwerp ook aan de tafel te
bespreken. De vraag is of dit aanbod van invloed is op de bekostiging m.i. van 2016
(met andere woorden: heeft het betrekking op de Q binnen een traject)? Als dit zo is dan
zou je verschillende tarieven per gemeente kunnen gaan krijgen.
Aangegeven wordt dat er binnen de Kempengemeenten noemenswaardige verschillen
zijn in de collectieve voorzieningen waardoor er minder individuele voorzieningen nodig
zijn. Vb. In Eersel is er indicatievrije inloop, hierdoor hoeft er minder
maatwerkvoorziening ingezet te worden. Als je een beschikking hebt kan je hier ook
gebruik van maken. Dit hoeft niet te leiden tot verschillen in tarifering: in Eersel kun je
zeggen ga eerst maar eens naar de Indicatie vrije inloop voordat je gebruik gaat maken
van de maatwerkvoorziening; op die manier heb je geen onderscheid in tarief. Echter in
de afbouw van je maatwerkvoorziening zou je hier weer wel rekening mee moeten
houden. Hier moet je dus continu scherp op blijven bij resultaatgerichte bekostiging en
inwonerplannen.
6. Vervolg
De huiswerkopdracht zal betrekking hebben op de verdere uitwerking (vertakking) van
de cliëntprofielen. Deze wordt zo spoedig mogelijk bekend gemaakt.
7. Rondvraag
-
Vanuit cliëntperspectief is er nadrukkelijk op aangedrongen dat kleine aanbieders
nadrukkelijk iets moeten kunnen betekenen. Echter kleine aanbieders moeten
deze nieuwe ontwikkeling ook zien als kans. Zij kunnen zich richten op
samenwerking, kwaliteit etc.
-
GOW is niet aanwezig bij bijeenkomst 3 juni.
-
Aangegeven wordt dat de werkgroep inkoop gebruik maakt van input uit andere
overlegtafels (andere regio’s). M.n. de punten die daar door aanbieders zijn
aangedragen op het gebied van lastenverlichting etc.
-
Maakt de gemeente gebruik van de berichtenstandaard Wmo vanuit Actiz/VNG?
Aangegeven wordt dat het wenselijk is dat de gemeenten hiermee gaan werken
(nieuwsflits wordt doorgestuurd).