8.0 najaarsrapportage 2014, bijlage 1 AB rapportage

NAJAARSRAPPORTAGE 2014
AB 22-10-2014
Waterschap Noorderzijlvest
Groningen, september 2014
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
2
INHOUDSOPGAVE
1.
3.
NAJAARSRAPPORTAGE 2014 ....................................................................................... 5
1
Programma Waterveiligheid en rampenbestrijding ................................................. 10
2
Programma Voldoende en gezond water .............................................................. 14
3
Programma Gezuiverd water ............................................................................. 20
4
Programma Water en maatschappij ..................................................................... 24
5
Programma Bedrijfsvoering............................................................................... 28
PARAGRAFEN ............................................................................................................. 31
A.
B.
C.
D.
4.
Ontwikkelingen sinds het vorige begrotingsjaar .................................................... 31
Incidentele baten en lasten ................................................................................ 31
Waterschapsbelastingen ...................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Financiering................................................................................................... 33
FINANCIEEL RESULTAAT NAJAARSRAPPORTAGE 2014 .............................................. 35
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
3
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
4
1. NAJAARSRAPPORTAGE 2014
Inleiding
Binnen de vastgestelde planning- en control cyclus van het waterschap is de Voorjaarsrapportage het eerste
rapportagemoment. Daarnaast wordt er in september een Najaarsrapportage gemaakt en volgt de
Jaarrapportage in het voorjaar van 2015.
De Najaarsrapportage beperkt zich tot de hoofdlijnen van het uitgevoerde beleid in de eerste acht maanden van
het jaar waarbij tevens wordt gerapporteerd over de belangrijkste ontwikkelingen. Mede omdat het budgetrecht,
zowel bij de exploitatie als bij de investeringsprojecten, primair bij het algemeen bestuur ligt wordt tevens
melding gedaan van eventuele (substantiële) onder- dan wel overschrijdingen.
De basis voor het opstellen van de najaarsrapportage is het op 27 november 2013 vastgestelde Jaarplan 2014.
Het Jaarplan sluit aan op de vijf programma’s van de Perspectiefnota. Dit past binnen de voorschriften van de
Waterschapswet welke een programma-indeling verplicht stelt. De opgenomen programma’s sluiten op
hoofdlijnen aan op de thema’s van het Waterbeheerplan.
Het Jaarplan 2014 is een nadere uitwerking van de eerste schijf van de Perspectiefnota 2014-2017. Bij de
tariefvaststelling wordt uitgegaan van het principe kostendekkende tarieven. Bij de behandeling van de
Perspectiefnota 2014-2017 en het Jaarplan 2014 heeft u aangegeven dat de komende jaren sprake moet zijn
van een gelijkmatige tariefontwikkeling waarbij de tarieven of gelijk blijven (zuiveren) of tot maximaal 4% per
jaar kunnen stijgen (watersystemen).
Met de vaststelling van het Jaarplan 2014 zijn de tarieven 1,5% gestegen ten opzichte van het jaar 2013. Om dit
te kunnen realiseren is in het Jaarplan 2014 een verlaging van het personeels- en goederen en dienstenbudget
ten opzichte van het Jaarplan 2013 doorgevoerd alsmede de inzet van algemene reserves. Voor de komende
jaren is dit laatste alleen mogelijk voor de zuiveringstaak. In het Jaarplan 2014 is voor deze taak een onttrekking
van € 175.000 meegenomen.
Het Jaarplan 2014 sluit met een totaal aan lasten van € 70,4 miljoen. Aan baten (zoals subsidies en bijdragen
van derden) is een bedrag geraamd van € 12,4 miljoen. Het saldo van de lasten en baten bedraagt
€ 58,0 miljoen, zijnde de geraamde bruto-belastingopbrengsten van het waterschap. In het Jaarplan 2014 is
rekening gehouden met een bedrag aan kwijtschelding en/of oninbaarheid van € 1,9 miljoen.
Het bruto-investeringsniveau bedraagt voor 2014 € 24,1 miljoen. De verwachting is dat op het onderhanden
werk een subsidiebedrag van € 6,1 miljoen wordt ontvangen. Het totale netto-investeringsprogramma bedraagt
derhalve € 18 miljoen.
In 2014 is dezelfde interne kostentoerekening toegepast van ondersteunende diensten als in 2013. De
toerekening is gebaseerd op het landelijke rekenmodel van het toenmalige Ministerie van Verkeer en
Waterstaat en de Unie van Waterschappen. Met ingang van 2015 wordt een vaste verhouding van 50% - 50%
over de twee taken voor een periode van vijf jaar aangehouden.
Op basis van deze methode van toerekenen zijn de saldokosten als volgt verdeeld (x € 1 miljoen) over de twee
financieringsbronnen:
Watersysteem
€ 31,9 (55%)
Zuiveren
€ 26,1 (45%)
In hoofdstuk 2 treft u de verantwoording op programmaniveau aan. Verder is een aantal paragrafen toegevoegd
zoals de stand van zaken van de waterschap belastingen. In hoofdstuk 4 wordt afgesloten met het financieel
resultaat en de eindejaarprognose per 31 augustus 2014.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
5
2. Programmaverantwoording
De Waterschapswet vereist dat het algemeen bestuur op hoofdlijnen het beleid formuleert. Dat is gedaan in het
Waterbeheerplan aan de hand van een aantal thema’s. Per thema zijn doelen en maatregelen geformuleerd. De
thema’s vullen samen met de bedrijfsvoering de programma’s die de basis zijn voor de Perspectiefnota, het
Jaarplan en de bijbehorende rapportages en evaluaties. Zo worden de Perspectiefnota, het Jaarplan en de
rapportages in lijn gebracht met het Waterbeheerplan.
In onderstaand overzicht zijn de programma’s van het Jaarplan en thema’s uit het Waterbeheerplan, dat de
basis is van de programma’s, opgenomen.
Nr.
Programma
Thema
1
Waterveiligheid en rampenbestrijding
Waterveiligheid en rampenbestrijding
2
Voldoende en gezond water
Voldoende water
Schoon en gezond water
3
Gezuiverd water
Gezuiverd water
4
Water en maatschappij
Water en ruimtelijke ordening
Water en economie
Leven met water
5
Bedrijfsvoering
Geen
De programmaverantwoording omvat het totaal van baten en lasten van het waterschap.
Op het moment van rapporteren zijn er nog geen begrotingswijzigingen doorgevoerd.
Bij het opstellen van deze rapportage is op het niveau van de programma’s gekeken naar de kapitaallasten, de
personeelskosten, de goederen en diensten, de baten en de stand van zaken betreffende de voorgenomen
investeringen.
Het totaaloverzicht van de lasten en baten (inclusief opbrengst belastingheffing) over alle programma’s is als
volgt:
Programma 1-5
in € 1.000
Prognose 2014
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
Jaarplan 2014
Jaarrekening 2013
L A S
Kapitaal
lasten
21.543
20.942
20.942
20.678
18.138
Perso
Goederen &
neels
Diensten
kosten
20.871
30.783
13.829
18.766
6.915
9.475
20.744
28.955
21.050
30.904
Programma 1-5
I N V E
Besteding
Subsidie
Prognose 2014
23.416
6.144
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
10.022
1.883
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
7.586
267
Jaarplan 2014
26.845
5.859
Jaarrekening 2013
35.528
7.057
in € 1.000
S
T E
Saldo
17.271
8.139
7.319
20.986
28.471
T E N
Toev.
Voor
zieningen
0
0
0
0
945
Baten
Saldo
kosten
73.059
51.928
20.404
70.387
74.023
138
1.610
16.928
0
-2.827
BATEN
Onvoor
zien
0
0
0
10
159
Totaal
Lasten
73.197
53.538
37.332
70.387
71.196
R I N G E N
Uren
Rente
Totaal
1.043
691
19.005
1.227
0
9.366
171
0
7.490
559
660
22.205
1.298
1.394
31.163
Investeringen
In het Jaarplan 2014 is een netto investeringsniveau (exclusief uren en rente) opgenomen van in totaal € 21,0
miljoen (bestedingen/omzet € 26,8 miljoen; subsidies € 5,8 miljoen). Aan het einde van het boekjaar worden de
bestede (interne technische) uren en de (bouw)rente hieraan toegevoegd.
Op dit moment is de verwachting dat het netto investeringsniveau (bestedingen minus subsidies) circa € 3,7
miljoen lager zal uitkomen. De bruto besteding komt naar verwachting uit op € 23,4 miljoen. De voornaamste
redenen van een verlaging van investeringen ten opzichte van het jaarplan 2014 zijn de volgende; de bouw en
renovatie van rwzi Uithuizermeeden vindt voor een deel nog plaats in 2015 en het baggeren van het
Damsterdiep vindt voornamelijk in 2015 plaats. De verwachting is dat er wel meer subsidies c.q. cofinanciering
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
6
van derden plaatsvindt. Het aardbevingsbestendig maken van onze infrastructuur wordt bekostigd vanuit het
Ministerie van Economische Zaken. Het gaat hierbij om de werkelijke uitvoeringskosten, de eventuele kosten
van versnelling van uitvoering van projecten en de personele kosten.
Per programma is in de volgende paragrafen op hoofdlijnen aangegeven wat de verschillen zijn ten opzichte
van het jaarplan en wat de verklaringen hiervoor zijn.
Kapitaallasten
Bij het opstellen van het Jaarplan 2014 (najaar 2013) is gekeken naar de projecten die vanuit 2013 naar
verwachting zullen doorlopen tot in 2014. Bij het bepalen van de huidige prognose is rekening gehouden met de
werkelijke stand per 31 december 2013 (jaarrekening) en besluitvorming tot en met het tweede triaal van 2014.
De verwachting op dit moment is dat de kapitaallasten in totaal ongeveer € 0,9 miljoen hoger zullen uitkomen
dan geraamd. Dit wordt voor een substantieel deel veroorzaakt door het versneld afschrijven van de HWPBbijdrage 2011 (€ 0,8 miljoen). Deze bijdrage werd aanvankelijk in 35 jaar afgeschreven. Bij de vaststelling van
de Jaarrekening 2013 is besloten om dit met terugwerkende kracht terug te brengen naar 5 jaar. Dekking vindt
(deels) plaats middels onttrekking aan de specifiek voor dit doel gecreëerde bestemmingsreserve HWBPbijdrage 2011 ter hoogte van € 0,7 miljoen. Tevens is in 2013 een aantal projecten gereed gekomen, waarvan
het investeringsbedrag hoger is uitgevallen dan waarmee bij het opstellen van het Jaarplan 2014 rekening was
gehouden (met name de projecten versterken zeekering Vierhuizergat, versterken Eemskanaaldijk, renovatie 17
kwantiteitsgemalen en vergroten bemalingscapaciteit gemaal Noordpolderzijl), Dit leidt ten opzichte van het
Jaarplan 2014 per saldo tot een hogere kapitaallast van circa € 0,2 miljoen. Daarentegen wordt een lagere
kapitaallast verwacht van circa € 0,1 miljoen op onderhanden werk in projecten; een deel van de uitvoering en
besteding van enkele projecten zal in 2015 plaatsvinden (zie bij investeringen).
In het Jaarplan 2014 is gerekend met een renteomslag percentage van 3,2. Bij de berekening van de
kapitaallasten in deze najaarsrapportage is dit percentage eveneens aangehouden. Bij het opstellen van de
jaarrekening wordt het werkelijke percentage berekend.
Personeelskosten
Op dit moment is de verwachting dat de saldo personeelskosten een overschrijding laat zien van circa
€ 130.000 (0,6%). Bovenformatief personeel is en wordt zoveel mogelijk gedetacheerd, waardoor de bruto
kosten worden gecompenseerd met baten. Daarnaast worden door ons personeel werkzaamheden verricht
waar vergoedingen tegenover staan (onder andere voor projecten vanuit het HWBP (Hoogwaterbeschermingsprogramma)).
De bruto kosten waren in het jaarplan begroot op € 20.857.000 met een opbrengst ten gevolge van detachering
van € 113.000 (per saldo derhalve € 20.744.000). In deze rapportage is de eindejaarprognose van de bruto
personeelskosten circa € 21,5 miljoen. Aan opbrengsten wordt een bedrag verwacht van € 0,6 miljoen,
waardoor het saldo van de personeelskosten naar verwachting uitkomt op bijna € 20,9 miljoen.
De stijging van de bruto personeelskosten komt hoofdzakelijk door de inzet en inhuur van tijdelijk personeel ten
behoeve van de muskusrattenbestrijding, onderhoud watergangen en onderhoud kunstwerken en door de
uitvoering van flankerend beleid. De stijging van de personeelsbaten is met name een gevolg van het
ontvangen van vergoedingen vanwege detachering bovenformatief personeel en vanwege werkzaamheden aan
onze keringen in het kader van het HWBP.
De organisatie heeft in 2014 een formele formatie van 282,24 fte. In het Jaarplan 2014 is financieel gerekend
met een formatiebezetting van circa 272 fte. Per 1 september 2014 zijn 275,8 formatieplaatsen bezet (inclusief
6,0 fte bovenformatief personeel). In de loop van dit jaar is de bezetting afgenomen door vertrek van een aantal
medewerkers met een tijdelijk contract, door vertrek van bovenformatieven en doordat een aantal medewerkers
met pensioen / levensloop is gegaan. Deze functies worden niet meer opgevuld. Naar verwachting zal de
bezettingsgraad aan het einde van het jaar circa 276 fte bedragen (inclusief 6,0 fte bovenformatief personeel).
Het bovenformatief personeel stroomt binnen twee jaar uit.
Het gemiddelde ziekteverzuim op organisatieniveau bedroeg in de eerste acht maanden van dit jaar 3,6%. In
2013 bedroeg dit over dezelfde periode 4,3%.
Goederen en Diensten
De ramingen in het Jaarplan 2014 voor de kosten van goederen en diensten komen overeen met de ramingen
zoals opgenomen in de Perspectiefnota 2014-2017. Voor het jaar 2014 is geen inflatiecorrectie toegepast. De
gemiddelde stijging van de consumentenprijzen in 2013 was 2,5%. Tot en met augustus 2014 is het op
jaarbasis herleide percentage 1,0. Dit blijkt uit cijfers van het CBS.
Op dit moment is de verwachting dat de kosten voor goederen en diensten ca. € 30,8 miljoen zullen belopen.
Dit is ca. € 1,8 miljoen hoger dan geraamd. Deze overschrijding wordt (deels) gecompenseerd met hogere
opbrengsten. De overschrijdingen zijn met name te zien in de programma’s Voldoende en gezond water en
Gezuiverd Water.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
7
Binnen het programma Gezuiverd water wordt een overschrijding verwacht van circa € 1,0 miljoen. Er is meer
slib verwerkt, met name door meer aanvoer van derden. Dit leidt overigens eveneens tot een hogere bate.
Verder zijn de verwerkingskosten van slib beduidend hoger uitgevallen dan geraamd en is vanuit de noodzaak
vervroegd groot onderhoud gepleegd aan de WKK-installatie (Warmtekrachtkoppeling).
Binnen het programma Voldoende en gezond water wordt eveneens een overschrijding verwacht; circa € 0,6
miljoen. Dit wordt met name veroorzaakt door de noodzakelijk aanpak van beschoeiing in een aantal kernen,
gemaakte kosten als gevolg van bestuursdwang en schadezaken alsmede onverwacht noodzakelijke
onderhoudskosten aan gemaal De Waterwolf. Deze kosten zijn echter voor een belangrijk deel bij derden in
rekening gebracht.
Baten
De baten bestaan uit belastingopbrengsten, onttrekkingen uit reserves en/of voorzieningen en overige baten.
De verwachting is dat de baten in totaal ca. € 2,7 miljoen hoger zullen uitvallen dan geraamd.
in € 1.000
Prognose 2014
Jaarplan 2014
Jaarrekening 2013

BATEN
Opgelegde Verw achte Kw ijtscheldi Onttrekking Onttrekking
aanslagen opbrengst
ng /
aan
aan
2014
voorgaande oninbaarhei reserves voorziening
jaren
d
en
58.371
98
-2.224
959
350
58.034
-1.850
208
350
57.506
394
-2.032
1.642
534
Overige
baten
15.505
13.645
15.979
Totaal
73.059
70.387
74.023
Opbrengst belastingheffing
Het Jaarplan 2014 naar programma’s sluit met een totaal aan lasten van € 70,4 miljoen. Aan overige baten is
een bedrag geraamd van € 13,6 miljoen. Rekening houdend met een bedrag voor kwijtschelding en
oninbaarheid van € 1,8 miljoen en de opgenomen onttrekkingen aan reserves en voorzieningen bedraagt het
saldo derhalve € 58,0 miljoen. Deze saldokosten worden door op te leggen belastingaanslagen in 2014 gedekt.
In de rapportage van Hefpunt over het eerste halfjaar wordt een voordelig resultaat aangegeven van per saldo
€ 60.000. Enerzijds is er sprake van een verwacht voordeel op de belastingopbrengsten van € 435.000.
Anderzijds is de verwachting dat er rekening moet worden gehouden met hogere post voor kwijtschelding /
oninbaarheid van € 374.000.

Onttrekkingen uit (bestemmings)reserves en/of voorzieningen
Per saldo wordt naar verwachting voor ca. € 0,75 miljoen meer onttrokken aan bestemmingsreserves dan
begroot. Dit is met name het gevolg van besluitvorming bij vaststelling van de Jaarrapportage 2014, namelijk
het doen van een onttrekking uit de bestemmingsreserve HWBP-bijdrage 2011 (€ 669.000). Verder is een
onttrekking uit de bestemmingsreserve baggeren stedelijk gebied opgenomen (€ 32.000), alsmede een
onttrekking uit de bestemmingsreserve muskusrattenbestrijding (€ 50.000). In totaal een bedrag van ruim
€ 750.000.

Overige baten
De overige baten betreffen rentebaten, opbrengsten uit werken voor derden, bijdragen van derden en
doorberekende kosten aan projecten (bestede uren en bouwrente). De baten hebben deels betrekking op
voorgaande jaren.
Zoals het zich nu laat aanzien laten de overige baten een voordelig saldo zien van circa € 1,9 miljoen. Dit laat
zich als volgt verklaren:
Belastingdienst BTW teruggave: € 0,6 miljoen
In het kader van een intern onderzoek om te kijken in hoeverre Noorderzijlvest de wet op de Omzetbelasting op
juiste wijze toepast, is ook gekeken naar mogelijkheden om (alsnog) voorbelasting te mogen verrekenen.
Verwerking van afvalwater en slib afkomstig van bedrijven is een commerciële activiteit op privaatrechtelijke
basis (artikel 7 van de Wet op de Omzetbelasting 1968).
Dit betekent dat Noorderzijlvest over deze omzet omzetbelasting in rekening moet brengen, maar ook de
bijbehorende voorbelasting mag aftrekken. Met de fiscus is hierover uitgebreid gecommuniceerd en er is
consensus bereikt terugwerkend tot het jaar 2008.
In 2014 wordt naar verwachting een bedrag van ruim € 1,0 miljoen van de belastingdienst ontvangen wegens
teruggave van BTW over voorgaande jaren. Deze teruggave heeft grotendeels betrekking op het programma
Gezuiverd water. Gezien het samenwerkingsverband met Hunze en Aa’s (Gemeenschappelijke Regeling)
ontvangt dit waterschap hiervan € 0,4 miljoen.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
8
Bijdragen derden voor werkzaamheden: € 0,9 miljoen
Deze baten hebben betrekking op:
De verwerking van slib- en afvalwater voor bedrijven: € 0,2 miljoen;
Een verwachte hogere bijdrage vanuit waterschap Hunze en Aa’s en Wetterskip Fryslân € 0,1 miljoen;
Een hogere (deels nagekomen) bate voor gebruik van een losput (NAM) alsmede een persleiding
(Friesland Campina): € 0,3 miljoen;
Bodemdalingsobjecten NAM (deels over voorgaande jaren) voor exploitatiekosten van diverse objecten en
de coupure Delfzijl): € 0,3 miljoen;
Overig: € 0,4 miljoen
Deze baten hebben betrekking op schade-uitkeringen en vergoedingen wegens bestuursdwang (€ 0,1 miljoen)
en een hogere post voor geactiveerde lasten (€ 0,3 miljoen).
In het vervolg van dit hoofdstuk wordt per programma inzicht gegeven in:
 de mate waarin de doelstellingen zijn gerealiseerd;
 de wijze waarop getracht is de beoogde effecten te bereiken;
 de gerealiseerde netto-kosten in relatie tot de bedragen opgenomen in de begroting;
 de belangrijkste afwijkingen tussen realisatie en begroting 2014.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
9
1
Programma Waterveiligheid en rampenbestrijding
In dit programma heeft “waterveiligheid” betrekking op de aanleg en het onderhoud en beheer van de primaire
zeekering (Ommelanderzeedijk) en de boezemkaden (regionale waterkeringen). Daaronder worden alle
werkzaamheden begrepen die te maken hebben met de veiligheidsketen, inclusief het toezicht op de dijken en
kaden en de calamiteitenbestrijding.
In dit programma zit ook de thematiek van de relatie tussen het waterbeheer en de veiligheid voor de burgers
(voorkomen van overstromingen). Door sterke dijken en waterkeringen wordt voldaan aan “de eerste laag” van
het veiligheidsbeleid. Alle werkzaamheden ten aanzien van calamiteitenbestrijding vallen onder dit programma.
Dit betekent dus niet enkel calamiteiten ten aanzien van hoog water, maar ook die van watertekorten en
calamiteiten ten aanzien van de waterkwaliteit en het vaarwegbeheer. In dit programma is ook de bestrijding
van muskus- en beverratten opgenomen.
Financiële rapportage
Basis voor de financiële rapportage is het Jaarplan 2014 waarin opgenomen zijn de kosten ten aanzien van
goederen en diensten, de voorgenomen investeringen en de personeelskosten.
Programma 1
in € 1.000
Prognose 2014
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
Jaarplan 2014
Jaarrekening 2013
L A S
Kapitaal
lasten
2.411
2.300
2.300
1.820
1.219
Perso
Goederen &
neels
Diensten
kosten
2.621
1.053
1.747
348
874
197
2.621
986
2.833
1.494
Programma 1
I N V E
Besteding
Subsidie
Prognose 2014
5.851
164
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
3.573
0
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
2.693
0
Jaarplan 2014
5.133
950
Jaarrekening 2013
5.313
4.820
in € 1.000
S
T E
Saldo
5.687
3.573
2.693
4.183
493
T E N
Toev.
Voor
zieningen
Saldo
kosten
BATEN
Onvoor
zien
Totaal
Lasten
6.085
4.395
3.371
5.427
5.546
Baten
1.183
190
47
277
787
4.902
4.206
3.324
5.150
4.759
R I N G E N
Uren
Rente
Totaal
150
232
6.069
124
3.698
27
0
2.720
83
111
4.377
161
150
804
Financiële Rapportage 2014 op hoofdlijnen
Saldokosten
De verwachting is dat de saldokosten ten opzichte van jaarplan ruim € 0,2 miljoen lager zullen uitvallen.
Kapitaallasten
Herrekening van de kapitaallasten leidt per saldo tot een overschrijding van ca. € 0,6 miljoen. Dit is het gevolg
van een extra afschrijving op de HWBP-bijdrage uit 2011 (€ 0,8 miljoen). Anderzijds wordt een voordeel
zichtbaar van € 0,2 miljoen als gevolg van een actualisatie van de berekeningen ten opzichte van de berekening
ten tijde van het opstellen van het jaarplan.
De extra afschrijving HWBP-bijdrage 2011 wordt gecompenseerd door een onttrekking van € 0,7 miljoen uit de
voor dit doel gecreëerde bestemmingsreserve. Het resterende bedrag van deze extra afschrijving van € 0,1
miljoen kan worden opgevangen binnen de prognose.
Personeelskosten
De personeelskosten liggen op het niveau van de raming.
Goederen en diensten
De goederen en diensten komen naar verwachting ca. € 60.000 hoger uit dan geraamd. Dit wordt grotendeels
veroorzaakt door extra inzet op de muskusrattenbestrijding als gevolg van een eenmalige inhaalactie tijdens de
speurperiode. Deze uitgaaf wordt gedekt uit de hiervoor beschikbare bestemmingsreserve (zie onder de baten).
Baten
De verwachting is dat de baten ca. € 0,9 miljoen hoger zullen zijn dan geraamd. Dit wordt veroorzaakt door een
onttrekking uit de bestemmingsreserve Hoogwaterbeschermingsplan 2011 (€ 0,7 miljoen) en een onttrekking uit
de bestemmingsreserve Muskusrattenbestrijding (€ 50.000). Verder wordt een bate verwacht van de commissie
Bodemdaling voor een vergoeding voor exploitatiekosten van de coupure Delfzijl over de periode 1997-2013 (€
0,1 miljoen) en wordt iets hogere bate verwacht op de te activeren rente op het onderhanden werk (€ 70.000).
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
10
Investeringen
Het bestedingsniveau van de investeringsprojecten is ten opzichte van het jaarplan in het voorjaar met circa
€ 3,5 miljoen naar boven bijgesteld. Naast de geplande aanpak van de Eemskanaalkade (€ 1,7 miljoen) werd
voorzien in 2014 € 2,3 miljoen extra te besteden aan deze kade met het oog op het voorkomen van negatieve
effecten ten gevolge van aardbevingen. Deze extra kosten worden betaald door het Ministerie van
Economische Zaken. Daarnaast is in het voorjaar een krediet verstrekt voor de aanpak van de primaire kering
tussen de Eemshaven en Delfzijl (besteding in 2014 € 1,8 miljoen). Verder was In het jaarplan een project
opgenomen in het kader van de verkenning van de gehele Waddenzeedijk (besteding € 1,0 miljoen; subsidie
€ 0,95 miljoen). Dit project is van de lijst afgevoerd omdat het Wetterskip Fryslân voor het gehele project de
penvoerder is geworden. Tenslotte dient te worden vermeld dat de bijdrage in het
hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) 2014 naar boven is bijgesteld met ruim € 0,4 miljoen. Ten tijde
van het opstellen van het jaarplan werd nog rekening gehouden met een bijdrage van € 2,0 miljoen. Door een
wetswijziging per 1 januari 2014 werd er vanuit gegaan dat ook de jaarlijkse bijdrage in het HWBP werd
verlaagd door invoering van het projectgebonden aandeel in de kosten van 10%. Dit blijkt echter niet het geval
te zijn. Onze bijdrage is voor 2014 € 2.437.000. De verhoging van het krediet is in bijgevoegde
begrotingswijzing opgenomen.
De prognose voor de besteding in 2014 is thans € 0,6 miljoen hoger dan in het jaarplan 2014 is aangegeven. Dit
is echter € 2,9 miljoen lager dan in het voorjaar werd verwacht. De voornaamste reden hiervoor is dat nog nader
onderzoek verricht wordt naar de effecten van aardbevingen op onze keringen en op de daaruit voortvloeiende
te nemen maatregelen om deze effecten zoveel als mogelijk te voorkomen.
Doelen
De doelen van dit programma zijn verwoord in het waterbeheerplan en luiden als volgt:
a.
b.
c.
d.
het waterschap is in 2015 een actieve speler in de veiligheidsketen. De eigen rol en houding in de
stappen van de veiligheidsketen zijn duidelijk;
het waterschap draagt zorg voor de waterkeringen zodanig dat deze voldoen aan de vigerende
normen.
De primaire waterkering (zeedijk) is bestand tegen waterstanden met een overschrijdingskans van
1:4000 jaar en de regionale waterkeringen bieden veiligheid tegen overstromingen met een kans van
1:100 jaar;
het waterschap heeft innovatieve kennis en inzichten op het gebied van waterveiligheid en
rampenbestrijding opgedaan en past deze toe;
Het doel van de muskusrattenbestrijding is het terugbrengen van de muskusrattenpopulatie tot een
maatschappelijk aanvaardbaar niveau, waarbij de kosten van de muskusrattenbestrijding en de kosten
van de door de muskusratten aangerichte schade in evenwicht is.
Opgaven
Om de doelen in 2015 te bereiken staan in 2014 de volgende opgaven geprogrammeerd. Deze opgaven zijn
voor het programma Waterveiligheid en rampenbestrijding in vier beleidsthema’s c.q. beleidsonderdelen
onderscheiden.
Primaire waterkering
 In 2014 wordt samen met het Wetterskip Fryslân en het waterschap Hunze en Aa’s de start gemaakt met
de project overstijgende verkenning (POV) Waddenzeedijk. Dit project maakt deel uit van het nieuw
Hoogwaterbeschermingsprogramma (nHWBP) en heeft een doorlooptijd van vier jaar. Eind 2014 moet
inzicht zijn verkregen in de te verrichten onderzoeken, zowel gericht op mogelijk oplossingen voor de
benodigde dijkverbeteringen als de ontwikkelingen van nieuwe kennis. Daarnaast zal specifiek onderzoek
worden gedaan naar de mogelijke hydraulische randvoorwaarden die dienen voor het ontwerp van de
maatregelen en het verkrijgen van nieuw inzicht in de mogelijke belastingen die de (steen)bekleding
daadwerkelijk aankan.
 De resultaten van de project overstijgende verkenning (POV) dienen als basis voor de benodigde
verbeteringswerken die zijn opgenomen in het nHWBP. De daadwerkelijke start voor de verkenningsfase
van de Ommelanderzeedijk en de Lauwersmeerdijk staat gepland in 2016.
 In 2014 worden de meetresultaten, die zijn verkregen middels de sensoren in de Ommelanderzeedijk en
Lauwersmeerdijk, geanalyseerd. Op basis hiervan wordt besloten of en zo ja waar aanvullende sensoren
zullen worden aangebracht.
 Het landelijke DijkDataServiceCentrum (DDSC) wordt verder ontwikkeld. Al de door sensoren ingewonnen
data worden hierin opgeslagen. Streven is om een alarmeringssysteem te ontwikkelen en in te bouwen in
het DDSC.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
11
Rapportage

De beschikking voor de project overstijgende verkenning waddenzeekust (POV-W) is op 1 mei ontvangen
en de uitvoering van deze verkenning is gestart. In oktober staat een congres gepland waarbij alle
geselecteerde kansrijke oplossingsrichtingen worden voorgelegd aan stakeholders. Begin volgend jaar
worden de kansrijke oplossingsrichtingen aangeboden aan de besturen van de betreffende waterschappen.

Naar aanleiding van de aardbevingen, als gevolg de gaswinning, en de onderzoeken van het Ministerie van
Economische Zaken naar de effecten hiervan, is het dijkversterkingsproject Eemshaven tot aan Delfzijl in
mei opgestart. Het betreft een versnelling ten opzichte van het Jaarplan 2014, de Perspectiefnota en de
programmering in het Hoogwaterbeschermingsprogramma.
Gepland is de verkenningsfase in 2014 af te ronden, waarna een voorkeursalternatief aan het bestuur
wordt gepresenteerd. De bestekvoorbereiding vindt plaats in 2015, waarna volgens planning in 2016 wordt
gestart met de uitvoering.

Uit de analyse van de meetdata gerelateerd aan de Sint Nikolaasstorm 2013 is gebleken dat, ondanks de
hoge waterstanden tegen de dijk, de ligging van freatische waterlijn in de zeekering niet is gestegen tijdens
de storm. Alleen ter plaatse van de teen aan de landzijde van de kering is de waterspanning toegenomen.
Dit is volledig toe te schrijven aan de gevallen neerslag. Op basis van deze bevindingen is besloten om in
september 2014 een doorlatendheidstest uit te voeren van de bekleding van het talud aan de zeezijde van
de Ommelanderzeedijk.

Op basis van de analyse van de gegevens met betrekking tot de Lauwersmeerdijk wordt nog dit jaar een
meting over de gehele lengte van de dijk uitgevoerd naar de kwaliteit van de asfaltbekleding.

In september is een gebruikers acceptatietoets uitgevoerd gericht op de in het DijkDataServiceCentrum
(DDSC) aangebrachte aanpassingen naar aanleiding van specifieke wensen van ons waterschap.
Regionale waterkering

In het kader van Droge Voeten 2050 is in 2013 een plan van aanpak op voor de zogenaamde “no regret”
maatregelen. Dit plan wordt de komende jaren uitgevoerd. De kade langs het Eemskanaal maakt hier
onderdeel van uit. Een deel van deze “no regret” maatregelen wordt in 2014 uitgevoerd. Hiertoe wordt in
het voorjaar van 2014 aan het algemeen bestuur een voorstel met een uitgewerkt plan voorgelegd voor de
verbetering van de regionale keringen in 2014. Dit voorstel kan leiden tot extra investeringsvoorstellen
bovenop het investeringsniveau dat in dit jaarplan voor de regionale keringen is opgenomen.

In 2014 wordt in de Eemskanaalkade een speciaal textieldoek aangebracht gericht op het registreren van
mogelijke ping en vervorming van de kade.
Rapportage

De eerste fase in 2014 van het versterken van de Eemskanaalkade, het traject Abel TasmantorenBronssluis is in uitvoering. De werkzaamheden zijn thans nagenoeg afgerond. Bij Woltersum wordt vanaf
september gewerkt aan het aanbrengen van een zogenaamd kwelscherm, waardoor ook hier de kering
voldoet aan de normen. Tevens wordt bij het dijkvak nabij Woltersum een damwand aangebracht en wordt
een gaspersleiding nabij de Eemskanaalkade bij Appingedam verlegd. Deze werkzaamheden gebeuren in
het in het kader van het “aardbevingendossier”.

Het tracé Eemskanaalkade Appingedam Woldbrug-N33 is in voorbereiding. Het noodzakelijk verleggen van
de rioolpersleiding hiervoor wordt dit najaar uitgevoerd. Voor het aardbevingsbestendig uitvoeren van deze
keringen wordt gewacht op aanvullende aardbevingsonderzoeken. De noodzakelijke grondverwerving
hiertoe is in volle gang.

De vervolgfase van de versterking van de Eemskanaalkade is in voorbereiding en komt verder in 2015 tot
uitvoering. Ook het vervangen van de damwanden aan de buitenzijde op het tracé Woltersum – Bronssluis
maakt hier deel van uit. Het waterschap zal deze werken uitvoeren in samenwerking met Rijkswaterstaat.
Hiervoor volgt nog een kredietaanvraag.
Calamiteitenbestrijding
 In de loop van 2014 wordt een begin gemaakt met de implementatie van ‘netcentrisch werken’ en als
onderdeel daarvan het Landelijk Crisismanagement Systeem (LCMS). Dit is een werkwijze waarbij over het
beschikbaar stellen van informatie heldere afspraken worden gemaakt zodat de besluitvorming onder
crisisomstandigheden altijd gebaseerd is op een actueel en consistent situatiebeeld. Onderdeel van
net centrisch werken vormt het LCMS. Het geautomatiseerde systeem LCMS biedt een actueel
multidisciplinair totaalbeeld tijdens lopende crises. Diensten en partijen kunnen onderling berichten
uitwisselen, zien wie online is en acties uitzetten en monitoren. Noorderzijlvest sluit hiermee aan op andere
diensten binnen Crisismanagement Groningen en Drenthe.
 Het oefenprogramma 2014 voorziet in verdere optimalisatie van de crisisorganisatie, zowel mono- als
multidisciplinair. Ervaringen en verbeterpunten uit voorgaande jaren worden hierin verwerkt.
 De uniformering van de calamiteitenplannen, waarmee in 2013 een begin is gemaakt, zal in 2014 worden
voortgezet. Gebruik maken van elkaars kennis en expertise blijft in dit kader een belangrijk aandachtspunt.
De informatievoorziening vanuit de individuele waterschappen richting de sectie waterschappen in het
multidisciplinair crisismanagement wordt verder geoptimaliseerd.
 In 2014 wordt een begin gemaakt met de herziening van het calamiteitenplan als gevolg van landelijke
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
12

ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden met betrekking tot de crisisbeheersing. Daarbij geldt hier de
wettelijke verplichting om eens in de vier jaren de plannen te herzien.
In 2014 worden verbeteringen doorgevoerd in het hoogwater bescherming/calamiteiten systeem FEWS.
Hierdoor ontstaat een beter inzicht met betrekking tot actuele waterstanden buitendijks en kunnen accurate
voorspellingen worden gedaan.
Rapportage

Het Referentiekader implementatie Netcentrisch Werken waterschappen, opgesteld door de landelijke
werkgroep Netcentrisch Werken is door de Uniecommissie Bestuurszaken, Communicatie en Financiën
(CBCF) vastgesteld. Er wordt binnen Noorderzijlvest nader bekeken in welke vorm en met welk
ondersteunend informatiesysteem de netcentrische werkwijze kan worden geïmplementeerd.

De Uniecommissie CBCF heeft tevens het visiedocument van de gezamenlijke waterschappen
“samenwerking in crisisbeheersing” en het bijbehorende uitvoeringsprogramma vastgesteld. De visie
beoogd een volgende stap naar verdere professionalisering op het gebied van crisisbeheersing. Ten
behoeve van de uitvoering is door de Unie van Waterschappen een landelijke programmatrekker
aangesteld.

Op het gebied van opleiden, trainen en oefenen (OTO) zijn binnen Noorderzijlvest twee praktijkdagen
‘Keringen’ georganiseerd. Doelgroep hiervoor waren de medewerkers onderhoud. De deelnemers hebben
tijdens deze dagen theoretische- en praktische kennis opgedaan met betrekking tot inspectie en diverse
noodmaatregelen in relatie tot de keringen.

Multidisciplinair is binnen de veiligheidsregio Groningen door Noorderzijlvest deelgenomen aan de
oefenweek voor het Commando Plaats Incident (CoPI), een oefendag informatiemanagement en een
oefening van het Regionaal Beleidsteam (RBT). Het centrale thema bij deze activiteitenoefening was het
handelen na een aardbeving.

De herziening van het calamiteitenplan Noorderzijlvest is in uitvoering.
Muskusrattenbestrijding
 Doelstelling voor 2014 is invulling te geven aan het vijfjarenplan dat in 2011 is opgesteld. Dit betekent dat
ook in 2014 meerdere zogenaamde veegacties plaats zullen vinden, om zo de muskusrattenpopulatie in
met name de gebieden waar de populatie het hoogst is, te verkleinen. De bestrijding vindt plaats van
“schone gebieden” naar “besmette gebieden”, met andere woorden wat wij achter ons laten is “schoon”. In
2014 krijgen de gebieden ten noordwesten en noorden van de stad Groningen extra aandacht.
Rapportage

De samen met andere waterschappen uitgevoerde veegacties om de muskusrattenpopulatie te verkleinen,
waarbij op één dag in de week in groepen één vanggebied wordt afgespeurd, is succesvol gebleken. Na de
najaarstrek wordt een vervolg gegeven aan deze methode.

Tot en met de maand augustus zijn er in het beheergebied van Noorderzijlvest bijna 10.000 muskusratten
gevangen. Dat zijn circa 2.200 ratten minder dan in dezelfde periode in 2013. Meldingen van ingelanden
over de waarneming van muskusratten is ten opzichte van vorig jaar met meer dan 50% gedaald.

In het najaar vindt in een aantal vanggebieden een audit plaats waarbij tevens gekeken wordt naar de
bestrijding van de muskusrat in stedelijke gebied.

In oktober is er een tussenevaluatie over de landelijke veldproef en het levend vangen van muskusratten.
Deze landelijke proef loopt volgens planning nog door tot 2017.

In juli is de beverratten adviesgroep bij het waterschap Noorderzijlvest geweest. Na twee dagen intensief
speuren in het Lauwersmeergebied is het advies om alleen nog maar te monitoren op eventuele sporen
van de beverrat.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
13
2
Programma Voldoende en gezond water
Onder Voldoende en gezond water wordt begrepen de inrichting, het onderhoud en het beheer van het
oppervlaktewater, inclusief het toezicht hierop vanuit de Waterwet (voorheen onder andere WVO) en het beheer
van het freatisch grondwater. Maatregelen voor het voorkomen van wateroverlast zoals het inrichten van
waterbergingsgebieden en het realiseren van een bemaling bij Lauwersoog vallen tevens onder dit programma.
Een belangrijk deel van de maatregelen voortvloeiend uit de Kaderrichtlijn Water (KRW) en de aanpak van
verdroogde gebieden is in dit programma opgenomen. Dit geldt ook voor de maatregelen voortvloeiend uit de
peilbesluiten. Indien nodig worden deze zaken vastgelegd in waterakkoorden.
Financiële rapportage
Basis voor de financiële rapportage is het Jaarplan 2014 waarin opgenomen zijn de kosten ten aanzien van
goederen en diensten, de voorgenomen investeringen en de personeelskosten.
L A S
Programma 2
in € 1.000
Prognose 2014
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
Jaarplan 2014
Jaarrekening 2013
Kapitaal
lasten
5.875
5.591
5.591
5.542
5.511
Perso
Goederen &
neels
Diensten
kosten
5.324
6.622
3.549
3.526
1.775
1.374
5.324
5.992
5.763
6.843
Programma 2
I N V E
Besteding
Subsidie
Prognose 2014
10.896
5.214
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
3.677
1.522
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
2.997
0
Jaarplan 2014
12.715
4.679
Jaarrekening 2013
12.202
1.756
in € 1.000
S
T E
Saldo
5.683
2.155
2.997
8.036
10.446
T E N
Toev.
Voor
zieningen
Saldo
kosten
BATEN
Onvoor
zien
Totaal
Lasten
17.821
12.666
8.740
16.858
18.117
Baten
1.872
591
69
1.520
2.000
15.949
12.076
8.671
15.338
16.117
R I N G E N
Uren
Rente
Totaal
577
297
6.556
488
2.643
115
0
3.112
395
310
8.741
621
318
11.385
Financiële Rapportage 2014 op hoofdlijnen
Saldokosten
De verwachting is dat de saldokosten ruim € 0,6 miljoen hoger zullen uitvallen dan geraamd.
Kapitaallasten
De kapitaallasten zullen naar verwachting ruim € 0,3 miljoen hoger uitvallen dan geraamd. Dit wordt
veroorzaakt door hogere kapitaallasten op een aantal per ultimo 2013 gereed gekomen projecten, te weten de
renovatie van 17 kwantiteitsgemalen, vergroting bemalingscapaciteit Noordpolderzijl en de herinrichting RodenNorg. Bij het opstellen van het Jaarplan 2014 was het investeringsniveau van genoemde projecten lager
geraamd.
Personeelskosten
De personeelskosten liggen op het niveau van de raming.
Goederen en diensten
Op dit moment is de verwachting dat de goederen en diensten ruim € 0,6 miljoen hoger zullen uitvallen dan
geraamd. De jaarlijkse kosten voor het baggeren van de haven en geul Noordpolderzijl bedragen € 32.000.
Deze zullen conform eerdere besluitvorming worden gedekt uit de bestemmingsreserve onderhoudsbaggeren.
De kosten bestuursdwang belopen op dit moment ca. € 50.000. Deze kosten zijn in rekening gebracht bij de
veroorzakers. Een schadepost aan het materieel beloopt eveneens ca. € 50.000. Deze kosten zijn door de
verzekeringsmaatschappij vergoed.
Verder is als gevolg van verzakking en uit veiligheidsoverwegingen de beschoeiing in het gebied StedumLoppersum aangepakt (€ 0,2 miljoen). Een belangrijk deel van deze kosten is in rekening gebracht bij de
commissie Bodemdaling (zie baten). Tevens hebben de kosten voor de vervanging en aanleg van beschoeiing
bij Baflo, Kommerzijl en Sauwerd geleid tot een niet geraamde uitgaaf van bijna € 0,1 miljoen. Tenslotte heeft
extra onderhoud plaats gevonden aan het boezemgemaal de Waterwolf ter hoogte van ruim € 0,1 miljoen
(stralen en opnieuw coaten van een stroomkoker en het opvullen van ruimte tussen de vloer en de koker). Bij
een inspectie en het droogzetten van de stroomkoker werd dit probleem zichtbaar.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
14
Baten
De baten vallen naar verwachting ruim € 0,3 miljoen gunstiger uit door:
een verwachte (grotendeels nagekomen) bate van de commissie Bodemdaling voor de exploitatiekosten
van vier waterhuishoudkundige kunstwerken gedurende de periode 1993-2013 (€ 0,1 miljoen);
een bijdrage voor de aanpak van de beschoeiing ruilverkaveling Stedum-Loppersum (€ 0,1 miljoen);
een onttrekking uit de bestemmingsreserve voor baggeren Noordpolderzijl (€ 32.000);
schade-uitkeringen en baten wegens bestuursdwang (€ 0,1 miljoen);
Investeringen
Het bestedingsbedrag aan investeringen in 2014 is in het voorjaar met € 1,6 miljoen naar boven bijgesteld. In
het Jaarplan 2014 was aangegeven dat binnen dit programma een tweetal projecten zou kunnen leiden tot
extra investeringsvoorstellen. Het gaat hierbij om groot onderhoud aan de Cleveringsluizen (meerkosten
€ 450.000) en de mogelijk noodzakelijke renovatie van het gemaal Ten Boer (€ 630.000). De kredietvoorstellen
van beide projecten zijn inmiddels door het algemeen bestuur goedgekeurd. Onderhoud aan de
Cleveringsluizen is nagenoeg afgerond. Eén stroomkoker is geïnspecteerd en opnieuw geconserveerd en de
geleidingsrails van de schuiven zijn grondig gerenoveerd en vervangen. Bij de kredietaanvraag begin dit jaar is
hierbij een aantal onzekerheden genoemd, omdat pas na droogzetting van de stroomkokers en inspectie een
duidelijker beeld gegeven kon worden van de te verrichten werkzaamheden. De kosten voor de uitvoering van
de werkzaamheden vallen circa € 150.000 hoger uit. Op hoofdlijnen wordt de overschrijding veroorzaakt door
aanpassing van materiaalkeuzes, conservering en vervanging van de geleidingsrails en door hogere kosten
voor het fabriceren en plaatsen van schotten voor het droogzetten van de stroomkoker. In de bij deze
najaarsrapportage behorende begrotingswijziging wordt een aanvullend krediet gevraagd van € 150.000. Het
Wetterskip Fryslân draagt hierbij als medeverantwoordelijke voor 50% bij in de kosten (€ 75.000).
De eindejaarprognose van de investeringen binnen dit programma wordt thans geraamd op circa € 10,9 miljoen.
Dit is circa € 1,3 miljoen lager dan in het jaarplan is opgenomen en bijna € 2,9 miljoen lager dan in het voorjaar
werd geprognosticeerd. De voornaamste redenen hiervan zijn dat de uitvoering van de baggerwerkzaamheden
van het Damsterdiep voornamelijk in 2015 plaats gaat vinden, de financiële afronding van het
beekherstelproject Eener- en Langeloosche Stukken in 2015 plaats vindt en dat de realisatie van enkele
vispassages en natuurvriendelijke oevers eveneens naar 2015 is doorgeschoven. Een groot deel van de aanleg
van natuurvriendelijke oevers is echter wel gerealiseerd, echter voor een lager bedrag dan in de raming
rekening is gehouden. Voor het baggeren van het Damsterdiep is een vertraging ontstaan ten gevolge van de
procedure van vergunningverlening voor transport van slib van de provincie Groningen om het baggerdepot in
profiel aan te leggen.
Doelen
De doelen van dit programma zijn:
a. De robuustheid en de veerkracht van watersystemen zijn behouden en versterkt. De watersystemen
zijn daarmee op orde en voldoen aan de werknormen voor wateroverlast van het Nationaal
Bestuursakkoord Water;
b. In alle wateren is het goede ecologische potentieel (GEP) en de daarbij behorende waterkwaliteit
bereikt, conform de doelstelling uit de Beslisnota KRW van Rijn-Noord en Nedereems. Dit doel vertaalt
het waterschap in drie subdoelstellingen:

Schoon en onbelast water;

Robuuste ecosystemen met zo weinig mogelijk barrières;

Praktisch toepasbare ecosysteemkennis.
c. De watersystemen worden goed beheerd;
d. Er is een beter begrip van de effecten van klimaatverandering.
Opgaven
Om de doelen in 2015 te bereiken staan in 2014 de volgende opgaven geprogrammeerd. Deze opgaven zijn
voor het programma Voldoende en gezond water in een aantal beleidsthema’s c.q. beleidsonderdelen
onderscheiden.
Kaderrichtlijn Water
 In 2014 wordt de aanleg van de natuurvriendelijke oevers binnen de RAK Appingedam afgerond.
Daarnaast wordt de aanleg van natuurvriendelijke oevers conform het uitvoeringsprogramma in 2013
voortgezet. Deze werkzaamheden lopen door tot en met 2015. Het gaat hierbij onder andere om de aanleg
van natuurvriendelijke oevers in de gebieden Damsterdiep, langs diverse maren en in de Noordelijke
Kustpolders.
 De fysieke uitvoering van de vispassages bij de zeegemalen Spijksterpompen, De Drie Delfzijlen en
Noordpolderzijl zijn afgerond in 2013. In 2014 worden de aanpassingen ingeregeld en volgt de periode
waarin de aannemer gaat aantonen dat de maatregelen voldoen aan de eisen van het bestek.
 Naast de vispassages bij de zeegemalen wordt in 2014 gestart met de realisatie van een aantal relatief
kleine vispassages in het achterland. Dit werk loopt door tot in 2015.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
15



De inrichting van de Eener- en Langeloosche Stukken vindt volgens planning plaats in de jaren 2013 –
2014. Door middel van de inrichting van het beekdal wordt een aantal doelstellingen bereikt. Zo wordt
vismigratie mogelijk gemaakt tot in de haarvaten van het beeksysteem, worden overige KRW-doelen
bereikt en wordt het watersysteem robuuster gemaakt in de vorm van meandering en inundatie van het
beekdal.
Het ruilplan voor de koppeling Masloot-Eelderdiep is vastgesteld. De koppeling heeft als doel het voeden
van het waterbergingsgebied aan de oostzijde van Peize. Als gevolg van het grote wateroppervlak
(verdamping) in het waterbergingsgebied in combinatie met te weinig wateraanvoer vanuit het huidige
systeem zal anders het waterniveau in de berging gaan zakken met als gevolg verdrogingsschade voor de
natuur.
De voorbereidingen voor het inrichten van het gebied Marumerlage zijn gestart in 2013 en zijn gericht op
realisatie in de tweede helft van 2014, doorlopend in de eerste helft van 2015.
Rapportage
 De aanleg van natuurvriendelijke oevers binnen de RAK Appingedam is voor ruim 90% gereed. Naar
verwachting zullen de werkzaamheden eind dit jaar zijn afgerond. De aanleg van de overige
natuurvriendelijke oevers loopt – conform het uitvoeringsprogramma 2013 – nagenoeg volgens plan.
Inmiddels is van dit uitvoeringsprogramma in totaal 23 km natuurvriendelijke oever gerealiseerd. De
werkzaamheden lopen nog door tot eind 2015.
 Voor watersystemen/locaties waar het waterschap nog een opgave heeft, wordt overlegd met partijen, onder
wie agrariërs, over de aanleg van natuurvriendelijke oevers. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de
beleidsnotitie ‘Werken met groenblauwe diensten’.
 De vispassages bij de zeegemalen Spijksterpompen, De Drie Delfzijlen en Noordpolderzijl zijn nagenoeg
gereed. Naar verwachtingen zullen de afrondende werkzaamheden eind dit jaar volledig zijn gerealiseerd.
 De voorbereidingen voor het realiseren van enkele kleine vispassages zijn van start gegaan. De
realisatie staat gepland voor de tweede helft van 2014 en loopt door tot in het eerste kwartaal volgend jaar.
 De inrichting van de Eener- en Langeloosche Stukken is nagenoeg gereed. De financiële eindafrekening
vindt in 2015 plaats.
 De werkzaamheden voor de koppeling Masloot-Eelderdiep worden eind dit jaar afgerond. Het grondwerk is
thans reeds afgerond. Er wordt nu gewerkt aan de afronding van het kunstwerkenbestek (stuwen en
duikers). Thans wordt nog bekeken of een duiker vervangen moet worden door een brug (De Horsten).
Aanvraag voor een POP-subsidie is nog in behandeling.
 De werkzaamheden voor het inrichten van het gebied Marumerlage zijn inmiddels in opdracht gegeven. De
realisatie vindt plaats in de tweede helft van 2014. De werkzaamheden worden in het eerste kwartaal van
2015 afgerond.
 Het beekherstel rond het Peizerdiepsysteem ligt op schema. In september zijn alle werkzaamheden
opgeleverd binnen het daarvoor beschikbaar gestelde krediet.
Waterbeheer 21e eeuw (WB21)
 Het project Peize is in 2012 volledig ingericht ten behoeve van de inzet voor waterberging. In 2014 zullen
de laatste objecten in gebruik worden genomen voor het instellen van de laatste peilgebieden. In 2014 en
2015 zullen, ongeveer langs vijftig kilometer waterlopen, breedspoor onderhoudspaden worden aangelegd.
 De inrichting van het gebied Marumerlage draagt naast een KRW-opgave ook bij aan een verbetering van
de kwantitatieve waterhuishouding (water langer vasthouden/bergen).
Rapportage

De laatste objecten binnen het project Peize worden in 2014 in bedrijf genomen. De realisatie van de
onderhoudspaden binnen het gebied Peize ligt op schema en loopt door tot en met 2016.

Binnen het gebied Roden-Norg vinden de laatste werkzaamheden plaats. Het gemaal Zuidermaden zal nog
dit jaar worden gerealiseerd. De aanleg van de onderhoudspaden is gereed; financiële afronding
betreffende een aantal kleine zaken dient nog plaats te vinden.

Het aanbrengen van de debietmetingen binnen de waterberging Peize is nagenoeg gereed met
uitzondering van één meetpunt welke wordt geplaatst samen met de vervanging van een kunstwerk nabij
De Horsten. De planning is dat dit eind dit jaar / begin volgend jaar gaat plaatsvinden.
Bodemdaling
 In 2014 start de realisatie van de bouw van het bodemdalingsgemaal Usquert, de werkzaamheden lopen
door tot in 2015.
 De voorbereidingen voor gemaal Selwerd zijn gestart in 2013, de realisatie vindt plaats in 2014 en 2015.
 In overleg met de Bodemdalingscommissie wordt in 2014 bekeken in hoeverre en wanneer het gemaal
Oldenoord (nabij Middelstum) moet worden vervangen.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
16
Rapportage

De bouwwerkzaamheden van gemaal en sluis Usquert zijn in juni 2014 gestart en lopen volgens plan. Naar
verwachting wordt het gemaal eind 2014 in gebruik genomen en de sluis medio 2015.

Voor gemaal Zernike (Selwerd) zijn de voorbereiding inmiddels afgerond en wordt het contract aanbesteed.
De bouw van het gemaal start eind 2014 en is medio 2015 gereed.

De analyse over de relatie tussen bodemdaling en het gemaal Oldenoord wordt meegenomen in het
onderzoek met de bodemdalingscommissie over de maatregelen van Droge Voeten 2050.
Waterbeheersing
 Het peilbesluit voor Usquert en omgeving wordt eind 2014 vastgesteld. Dit loopt samen op met de bouw
van het bodemdalingsgemaal Usquert. Daarnaast worden in 2014 de peilbesluiten
Grootegastermolenpolder en Reitdiep in 2014 opgesteld. Er wordt in 2014 gestart met de planvorming voor
het peilbesluit “NBW cluster”. Hiermee worden de laatste knelpunten uit de toetsing Nationaal
Bestuursakkoord Water opgelost.
 In 2014 wordt een begin gemaakt met de implementatie van het grondwatermeetnet. Dit wordt samen met
diverse partijen gerealiseerd. Hiermee wordt bereikt dat we voorbereid zijn op wettelijke leveringen van
data aan andere organisaties.
Rapportage

Het ontwerp-peilbesluit Usquert is door het dagelijks bestuur vastgesteld. Tijdens de bezwaartermijn is één
zienswijze ingediend. Het definitieve peilbesluit wordt naar verwachting eind dit jaar aan het algemeen
bestuur ter besluitvorming voorgelegd.

Het peilbesluit Reitdiep Midden wordt in het najaar ter besluitvorming aan het algemeen bestuur voorgelegd

Het ontwerp-peilbesluit Marumerlage wordt in de herfst van dit jaar door het dagelijks bestuur vastgesteld.
Behandeling hiervan in het algemeen bestuur vindt in 2015 plaats.

Het concept-peilbesluit voor de Drie Molenpolders (Grootegastermolenpolder) is in voorbereiding en zal in
het vierde kwartaal 2014 kunnen worden vastgesteld. Het opstellen van de peilbesluiten voor het NBW
cluster en Noorddijk fase 2 zijn gestart.

Alvorens te komen tot een regulier grondwatermeetnet worden de huidige buizen in fase 2 van het project
“optimalisatie grondwatermeetnet” beoordeeld op de vraag in hoeverre de buizen geschikt zijn voor het
regulier meetnet. De meetnetten “Electraboezem 2e schil“ en “Beekherstel Oostervoortsche Diep” zijn in dit
kader geanalyseerd. Het advies voor een gereduceerd vervolg van monitoring is voorgelegd aan
respectievelijk de Commissie Bodemdaling en de Landinrichtingscommissie Roden – Norg.

De afronding van het advies voor het regulier grondwatermeetnet (fase 3) is – conform planning – voorzien
in het voorjaar van 2015.
Kunstwerken
 De vervanging van de telemetrie van de kwantiteitsgemalen is volop in uitvoering. Dit project is
uitgesmeerd over een aantal jaren. Afronding is voorzien begin 2014.
 Begin 2014 wordt bekeken op welke wijze en wanneer de renovatie en aanpassing van gemaal Ten Boer
uitgevoerd moet worden. Hiertoe wordt in het voorjaar van 2014 aan het algemeen bestuur een voorstel
voorgelegd. Dit voorstel kan mogelijk leiden tot een extra investeringsvoorstel bovenop het
investeringsniveau dat in dit jaarplan is opgenomen.
Rapportage
 De werkzaamheden voor het vervangen van de telemetrie van de kwantiteitsgemalen zijn nagenoeg
afgerond. De geplande objecten zijn allen voorzien van nieuwe telemetrie. Een drietal
bodemdalingsgemalen, Loppersum, Katerhals en Wirdum, zijn vanwege een noodzakelijke technische
inpassing binnen de schillenbesturing aan dit project toegevoegd. De werkzaamheden aan deze gemalen is
in de zomer afgerond.
 De bouwwerkzaamheden voor het vernieuwen van gemaal Ten Boer zijn aanbesteed en gestart. Naar
verwachting wordt de nieuwe pompinstallatie in oktober in bedrijf gesteld en het gehele werk eind dit jaar
afgerond en opgeleverd.
Lauwersoog
 In 2014 wordt in het kader van het project Droge Voeten 2015, bekeken in hoeverre een jaartal kan worden
vastgesteld waarop een gemaal bij Lauwersoog noodzakelijk wordt geacht om de gevolgen van klimaatverandering en zeespiegelstijging op te vangen. Hiertoe wordt samen met Wetterskip Fryslân een integrale
analyse van het Lauwersmeer opgesteld.
 Eind 2013 is geconstateerd dat de schuiven van de Cleveringsluizen te Lauwersoog groot onderhoud
behoeven. Bekeken wordt op welke wijze deze onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd moeten worden.
Hiervoor vindt ook overleg plaats met het Wetterskip Fryslân. In het voorjaar van 2014 wordt aan het
algemeen bestuur hierover een voorstel voorgelegd. Dit voorstel kan mogelijk leiden tot een extra
investeringsvoorstel bovenop het investeringsniveau dat in dit jaarplan voor onderhoudswerkzaamheden
aan deze afwateringssluis is opgenomen.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
17
Rapportage
 De uitkomsten van de analyse in kader van Droge Voeten 2050 geven aan dat op basis van de voorgestelde
maatregelen in de Electraboezem en de verwachte klimaatveranderingen geen noodzaak bestaat om rond
2025 over een gemaal in Lauwersoog te beschikken. In het najaar rondt Wetterskip Fryslân zijn
veiligheidsstudie af, waarna een definitieve conclusie hieromtrent getrokken kan worden.
 Als pilot is een van de twaalf kokers van de Cleveringsluizen drooggezet om de geleiding te kunnen
herstellen en een grondige inspectie van de koker uit te voeren. De werkzaamheden lopen volgens plan en
zijn voor aanvang van het stormseizoen afgerond. De kosten voor de uitvoering van de werkzaamheden
vallen hoger uit (zie financiële rapportage hiervoor).
Baggeren
 Na het afronden van de sanering van de waterbodems bij Winneweer en Wirdum wordt eind 2013 de
aanbesteding gestart voor het baggeren van het Damsterdiep. Dit maakt onderdeel uit van het integrale
project Dijkpark Garmerwolde.
 In 2014 worden de werkzaamheden afgerond die te maken hebben met het ontmantelen van het
baggerdepot Valcum.
Rapportage
 De aanbesteding voor het baggeren van het Damsterdiep vindt plaats in de tweede helft van dit jaar. De
eerste fase van de baggerwerkzaamheden start nog in 2014 en loopt door tot in 2015.
 De werkzaamheden voor het maken van de wierde Valcum zijn in de zomer afgerond. De eindafrekeningen
met de grondeigenaar en aannemer vinden nog dit jaar plaats.
 De baggerwerkzaamheden van het Oldehoofsekanaal wordt gezamenlijk met het vervangen van de
oeverbeschoeiing van de gemeente Winsum uitgevoerd in het laatste kwartaal van 2014. De
baggerwerkzaamheden voor het eerste deel van het Hoendiep worden in het derde kwartaal voorbereid. De
uitvoering hiervan is voorzien in het laatste kwartaal van 2014.
Waterbeheer
 Stand van zaken operationeel waterbeheer tot en met augustus 2014
Rapportage
In navolging op het voorjaar was de zomer van 2014 vrij warm en zonnig. Onderstaande grafiek
geeft de temperatuur en neerslag weer die gemeten is in Eelde.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
18
Mei was een rustige maand qua waterbeheer, over het algemeen was het niet te nat en niet te
droog. In deze maand was er dan ook geen noodzaak om water vanuit het IJsselmeer aan te
voeren. In andere jaren was de noodzaak in deze periode vaak al wel aanwezig.
Juni was over het algemeen een vrij droge maand. Doordat er nauwelijks neerslag viel en de
verdamping sterk toenam, nam ook de vraag naar zoetwater toe. Op 13 juni werd inlaatwerk
Gaarkeuken opgezet om zo IJsselmeerwater aan te voeren. De zomermaand augustus was ten
opzichte van het langjarig gemiddelde relatief koel te noemen, waarbij periodiek veel neerslag viel.
Vergunning verlening en handhaving
 In 2014 wordt overgegaan op algemene regels voor waterkeringen, waterkwantiteit en
grondwateronttrekkingen. De verwachting is dat als gevolg van de invoering het aantal
vergunningaanvragen zal dalen en dat er meer meldingen zullen worden ingediend. Daarnaast wordt in
2014 uitvoering gegeven aan het Handhaving Uitvoeringsprogramma.
 De waterschappen leveren op grond van hun wettelijke taken en op grond van afspraken in het kader van
het programma Landelijke Aanpak Toezicht risicobeheersing bedrijven (LAT) een bijdrage aan het toezicht
op chemie- en Besluit Risico’s Zware Ongevallen (BRZO). Het BRZO integreert de eisen die gesteld
worden aan bedrijven op het gebied van arbeidsveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding met als
doel de kans op een zwaar ongeval of een ramp zo klein mogelijk te maken en het effect zoveel mogelijk te
beperken. Dit toezicht komt bovenop het regulier toezicht.
 In 2014 wordt een nieuwe schouwvisie opgesteld, om te komen tot een meer efficiënte en effectieve
uitvoering van de jaarlijkse schouw.
Rapportage
 In juni en juli is voor het veilig gebruik van onderhoudspaden circa 650 km smal onderhoudspad
geïnspecteerd. Smalle onderhoudspaden zijn 1,5 meter breed. Uit deze inspectie blijkt dat regelmatig
greppels door onderhoudspaden zijn gegraven. Daarnaast zijn onderhoudspaden afgeploegd (versmald) of
gebruikt om gewas op te verbouwen. In sommige gevallen zijn verzakkingen van het talud geconstateerd.
De komende maanden worden de aanliggende eigenaren en gebruikers hierover aangeschreven en worden
de onderhoudspaden weer hersteld.
 In de zomermaanden zijn controles uitgevoerd bij de tulpenbollentelers. Er zijn in het gebied zeven
tulpenbollentelers die de bollen na het rooien spoelen. Dit spoelwater mag niet worden geloosd op het
oppervlaktewater in verband met de aanwezigheid van grote hoeveelheden gewasbeschermingsmiddelen
en onopgeloste stoffen. Voorgaande jaren werd dit spoelwater veelal geloosd in de gracht bij de boerderij. In
2013 zijn er met de bollentelers afspraken gemaakt om lozingen op het oppervlaktewater te voorkomen.
Inmiddels zijn in 2014 door de bollentelers maatregelen getroffen. Tijdens de controles is gebleken dat er
geen spoelwater meer is geloosd op het oppervlaktewater.
 In het kader van het bestuursakkoord water zijn samenwerkingsafspraken gemaakt tussen de
waterschappen en Rijkswaterstaat op het terrein van vergunningverlening en handhaving. De afspraken zijn
geconcretiseerd in twaalf samenwerkingsprojecten op het gebied van onder andere opleidingen, uitwisseling
personeel, BRZO, handhaving en samenloop, kennisportaal, bedrijfsvergelijking, riolering en ICT. Het
realiseren van de doelen ligt op koers.
 Er zijn in de eerste acht maanden van dit jaar ruim 470 klachten en meldingen geregistreerd. Hiervan
hadden ruim 120 betrekking op de schouw, circa 250 ten aanzien van de keur en ruim 100 met betrekking
tot de waterkwaliteit. Hiermee ligt het aantal iets hoger dan over dezelfde periode in 2013.
 Noorderzijlvest neemt deel aan het samenwerkingsproject van een zevental waterschappen en
Rijkswaterstaat om te komen tot een professionele en gemeenschappelijke voorziening die de
bedrijfsprocessen van vergunningverlening en handhaving ondersteunt. Implementatie zal plaats vinden in
2015. Het ict-project heet SAW@, wat staat voor Samenwerking waterbeheerders. De implementatie ligt op
schema.
 Met betrekking tot indirecte lozingen zijn werkzaamheden uitgevoerd voor de Omgevingsdienst Groningen
en de RUD Drenthe.
 Stand van zaken geleverde producten tot en met 31 augustus 2014:
Verleende Watervergunningen
330
Ingetrokken Watervergunningen
4
Meldingen BBK
34
Meldingen besluit buiten inrichtingen
35
Meldingen activiteitenbesluit
65
Meldingen Grondwateronttrekkingen
40
Adviezen indirecte lozingen
14
Beoordeling ruimtelijke plannen en ruimtelijke onderbouwing
Ingekomen stukken
211
Digitale Watertoetsen
41
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
19
3
Programma Gezuiverd water
Onder het programma Gezuiverd water wordt verstaan het ontvangen, transporteren en zuiveren van het
afvalwater en het verwerken en afvoeren van zuiveringsslib. Er wordt actief samenwerking gezocht met andere
actoren (gemeenten en waterleidingbedrijf) in de waterketen.
Financiële rapportage
Basis voor de financiële rapportage is het Jaarplan 2014 waarin opgenomen zijn de kosten ten aanzien van
goederen en diensten, de voorgenomen investeringen en de personeelskosten.
L A S
Programma 3
in € 1.000
Prognose 2014
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
Jaarplan 2014
Jaarrekening 2013
Kapitaal
lasten
10.527
10.350
10.350
10.527
8.754
Perso
Goederen &
neels
Diensten
kosten
3.055
14.571
2.037
8.965
1.018
3.776
3.055
13.550
3.179
13.881
Programma 3
I N V E
Besteding
Subsidie
Prognose 2014
4.987
305
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
1.609
243
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
1.232
242
Jaarplan 2014
7.156
230
Jaarrekening 2013
15.834
153
in € 1.000
S
T E
Saldo
4.682
1.366
990
6.926
15.681
T E N
Toev.
Voor
zieningen
Baten
Saldo
kosten
12.405
9.311
5.197
11.032
11.805
15.748
12.041
9.947
16.100
14.009
BATEN
Onvoor
zien
Totaal
Lasten
28.153
21.352
15.144
27.132
25.814
R I N G E N
Uren
Rente
Totaal
285
158
5.125
396
1.762
27
0
1.017
79
221
7.226
467
918
17.066
Financiële rapportage 2014 op hoofdlijnen
Saldokosten
Vooralsnog wordt er vanuit gegaan dat de saldokosten circa € 0,4 miljoen lager zullen uitvallen dan begroot.
Kapitaallasten
De kapitaallasten komen naar huidige inzichten ongeveer op het niveau van de raming uit.
Personeelskosten
De personeelskosten liggen op het niveau van de raming.
Goederen en diensten
De uitgaven voor goederen en diensten laten zoals het nu lijkt een overschrijding zien van ca. € 1 miljoen.
Als gevolg van de zachte winter is in de eerste maanden meer slib geproduceerd en verwerkt. Daarnaast is er
meer aangevoerd door derden dan doorgaans het geval is. Dit heeft enerzijds geleid tot hogere kosten (ca.
€ 0,1 miljoen), maar anderzijds ook tot hogere baten. Met het slibverwerkingsbedrijf hebben (tussentijdse)
besprekingen niet geleid tot een contractwijziging en daarmee niet de besparing opgeleverd waar in het
Jaarplan reeds rekening mee werd gehouden. Dit leidt tot een overschrijding op slibverwerking van ca. € 0,4
miljoen.
Het chemicaliën verbruik wordt negatief beïnvloed door een sterke prijsverhoging op koolstofbronnering (€ 0,2
miljoen). Deze post valt onder de hardheidsclausule binnen de afspraken GR. Onder de baten vindt derhalve
verantwoording hiervan plaats (ca. € 0,1 miljoen). De budgetten voor onderhoud door derden zijn opgehoogd
met € 0,3 miljoen als gevolg van niet ingecalculeerde pomprevisies naar aanleiding van verstoppingen en het
vervroegd uitvoeren van groot onderhoud van de WKK-installatie.
Baten
De baten komen zoals het nu lijkt nagenoeg € 1,4 miljoen hoger uit. Dit is het gevolg van:
- een verwachte BTW teruggave over de jaren 2008-2013 voor het merendeel betrekking hebbend op de
verwerkingskosten van afvalwater en slib voor bedrijven op de rwzi Garmerwolde (€ 0,6 miljoen);
- een hogere opbrengst voor de verwerking van afvalwater en slib voor derden (€ 0,1 miljoen);
- een vergoeding voor oppompkosten voor enkele gemeenten (€ 0,2 miljoen);
- een vergoeding voor het gebruik van een persleiding (€ 0,1 miljoen).
- een hogere bijdrage in gemeenschappelijke regelingen met Hunze & Aa’s en Fryslân (€ 0,3 miljoen);
- een hogere post voor geactiveerde uren en rente op investeringen (€ 0,1 miljoen).
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
20
Investeringen
Het investeringsniveau voor 2014 lag in het jaarplan op circa € 7,2 miljoen. De eindejaarprognose van de
bestedingen in 2014 ligt met circa € 2,2 miljoen lager op € 5,0 miljoen. Dit vindt voornamelijk zijn oorzaak in het
feit dat de uitvoering van de bouw van de rwzi Uithuizermeeden deels gaat plaatsvinden in 2015. Bij de
voorjaarsrapportage was dit reeds aangegeven. Bij het opstellen van het jaarplan werd er nog vanuit gegaan
dat de realisatie in 2014 nagenoeg afgerond zou zijn.
Doelen
De doelen, zoals opgenomen in het waterbeheerplan 2010-2015, van dit programma zijn:
a. rioolwater wordt duurzaam behandeld;
b. de samenwerking in de waterketen is versterkt en de waterketen is geoptimaliseerd;
c. er is nieuwe kennis ontwikkeld om met minimaal dezelfde gevraagde eisen milieu effectiever en
kostenefficiënter te zuiveren.
Opgaven
Om de doelen in 2015 te bereiken staan in 2014 de volgende opgaven geprogrammeerd. Deze opgaven zijn
voor het programma Gezuiverd water in drie beleidsthema’s c.q. beleidsonderdelen onderscheiden.
Rioolwaterzuiveringsinstallaties
In het beleidsonderdeel Rioolwaterzuiveringsinstallaties worden twee subonderdelen onderscheiden.
Garmerwolde
 De uitbreiding van rwzi Garmerwolde met een nieuwe processtraat (Nereda) en proces verbeter- en
milieumaatregelen voor de bestaande installatie is in 2013 afgerond. Na de technische oplevering is de
garantieperiode gestart waarbij de opdrachtnemer gedurende twaalf aaneengesloten maanden moet
aantonen dat de installatie aan de lozingseisen voldoet (november 2014).
 Het plan voor landschappelijke inpassing van de rwzi Garmerwolde, inclusief het aan brengen van een
element dat het zuiveringsproces verbeeld zoals voorgeschreven door de gemeente Ten Boer, wordt
afgrond in 2014. De sloop van de boerderij wordt in verband met flora en fauna voorzien eind 2014,
mogelijk doorlopend naar de eerste helft van 2015.
Rapportage
 De nieuwe Nereda installatie op de rwzi Garmerwolde heeft een langere opstartperiode gekend dan eerder
was voorzien. Daardoor zijn de resultaten van de kwaliteit van het effluent in de wintermaanden
achtergebleven bij de prognoses. Eind maart werd de volle capaciteit bereikt en voldoet de installatie aan de
gestelde normen. De verwachting is dat ondanks de tegenslagen in de afgelopen wintermaanden de
installatie in november conform de eisen presteert en wordt opgeleverd.
 De maatregelen voor het inpassen van de rwzi Garmerwolde in het landschap loopt volgens plan. De
beplanting is aangebracht en afgerond. De sloop van de boerderij is vanwege procedures van de flora- en
faunawet niet eerder dan in de eerste helft van 2015 voorzien.
Overige rioolwaterzuiveringsinstallaties
 Voor het voldoen aan de vergunning voor de lozing van het afvalwater tegen de laagste maatschappelijke
kosten wordt de rwzi Uithuizermeeden in 2014 uitgebreid. Na de ingebruikname van de rwzi
Uithuizermeeden wordt de rwzi Uithuizen in 2015 geamoveerd.
 In 2014 beginnen de voorbereidingen voor de werkzaamheden aan de rwzi Marum.
 Voor het project ‘Cellulose Assisted Dewatering of Sludge’ (kortweg (CADoS) is een subsidievoorstel
ingediend. Het betreft een demonstratieproject/eerste praktijktoepassing van een nieuwe technologie
gebaseerd op de inzet van cellulose uit de primaire slibstroom. De demonstratielocatie is vooralsnog op de
rwzi Ulrum en de projectperiode is van 2014 tot en met 2017. De technologie moet leiden tot een forse
reductie van het aantal ontwateringstappen in het zuiveringsproces, energiebesparing, reductie van het
chemicaliënverbruik, reductie van transportkosten van slib en extra biogasproductie. Indien een positieve
subsidiebeschikking volgt wordt het investeringsvoorstel in de eerste helft van 2014 voorgelegd aan het
bestuur.
 Procesautomatisering van onze rwzi’s vindt in 2014 verder plaats, waarbij gewerkt wordt aan een centrale
regiekamer, waarbij de zuiveringen vanuit een centrale plek bediend kunnen worden.
Rapportage
 De bouwwerkzaamheden voor de uitbreiding van de rwzi Uithuizermeeden zijn in de zomer gestart. Naar
verwachting zal eind dit jaar de uitbreiding in bedrijf worden genomen en wordt het afvalwater van de rwzi
Uithuizen volledig behandeld op de rwzi Uithuizermeeden. Lozingen van gezuiverd afvalwater te Uithuizen
worden dan beëindigd. In het eerste kwartaal van 2015 worden afrondende werkzaamheden uitgevoerd.
Nadat de rwzi Uithuizermeeden volledig operationeel is zal naar verwachting medio 2015 worden
overgegaan tot de sloop van de rwzi Uithuizen.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
21



Er is een eerste verkenning uitgevoerd naar de haalbaarheid om de bestaande rwzi’s in Marum, Zuidhorn
en Gaarkeuken op de locatie Gaarkeuken te centraliseren. In deze verkenning zijn ook de
afvalwaterstromen van de fabrieken van Friesland Campina (FC) in Marum en Noordwijk betrokken.
Centralisatie en verwerking van de afvalwaterstromen van FC lijken een meerwaarde te kunnen leveren
voor zowel Noorderzijlvest als Friesland Campina. Direct na de zomer is een projectopdracht geformuleerd,
op basis waarvan een projectteam is geformeerd dat de voorbereiding voor deze nieuwe zuivering oppakt.
De verwachting is dat in het eerste kwartaal van 2015 een voorstel aan het algemeen bestuur wordt
voorgelegd. Afhankelijk van deze besluitvorming kan daarna gestart worden met de ontwerp-,
aanbestedings- en realisatiefase.
De realisatie van een proefinstallatie voor het project ‘Cellulose Assisted Dewatering of Sludge’ (CADoS)
loopt volgens plan. De proefinstallatie is in het derde kwartaal door de portefeuillehouder officieel in gebruik
genomen. De proef duurt tot eind 2017.
De voorbereidingen om onze rioolwaterzuiveringen verder te automatiseren zijn in volle gang. Er loopt een
onderzoek om te komen tot een centrale regiekamer, waarbij de zuiveringen vanuit een centrale plek
bediend kunnen worden. Uit dit onderzoek moet naar voren komen welke investeringen we de komende
jaren moeten doen in software, hardware en infrastructuur. Een aantal knelpunten wordt nu al opgepakt.
Rioolgemalen en leidingen
 De afgelopen twee jaar zijn onze persleidingen geïnventariseerd. Op basis van deze inventarisatie wordt
vanaf 2014 invulling geven aan het beheer van onze transportleidingen en wordt een aantal leidingen
gedeeltelijk gerenoveerd.
 Het vervangen van de telemetrie van de rioolgemalen wordt conform plan afgerond in de eerste maanden
van 2014.
 De capaciteit van de uitgebreide rwzi Garmerwolde is zodanig berekend dat het afvalwater van de rwzi
Hoogkerk verwerkt kan worden in Garmerwolde. In 2013 zijn de voorbereidingen opgestart voor de
realisatie in 2014 van rioolgemaal en persleiding Hoogkerk zodat de afvalwaterstromen uit Hoogkerk in
2015 verwerkt gaan worden op de rwzi Garmerwolde.
 Ten behoeve van het samenvoegen van de rwzi’s Onderdendam, Feerwerd en Winsum wordt in 2014
gestart met de voorbereidingen voor het realiseren van gemaal Feerwerd, gemaal Onderdendam en bij
behorende persleidingen. Het doel is om de afvalwaterstromen uit Onderdendam en Feerwerd in 2017 te
kunnen verwerken op rwzi Winsum.
 In 2014 worden enkele relatief kleine rioolgemalen gerenoveerd.
Rapportage
 De voorbereidingen voor gedeeltelijke renovatie van het transportstelsel zijn gestart. Een aantal knelpunten
is reeds opgepakt.
 De werkzaamheden voor het vervangen van de telemetrie van de rioolgemalen zijn in het tweede
kwartaal van dit jaar afgerond.
 De voorbereidingen voor het realiseren van het rioolgemaal Hoogkerk en het aansluiten van het gemaal op
de persleiding naar de rwzi Garmerwolde zijn gestart. De uitvoering staat gepland voor het eind van dit jaar
zodat het gemaal in 2015 in bedrijf kan worden genomen.
 De voorbereidende werkzaamheden voor het realiseren van de rioolgemalen Feerwerd en Onderdendam
inclusief de daarbij behorende persleidingen – ten behoeve van het samenvoegen van de rwzi’s
Onderdendam, Feerwerd en Winsum – zijn opgeschort. Dit heeft te maken met de ontwikkelingen en
prioriteit rondom de centralisatie van de zuivering Marum en Zuidhorn met die van Gaarkeuken, tot één rwzi
Westerkwartier (zie ook de toelichting elders in dit programma). Het plan is om de rwzi Westerkwartier eerst
voor te bereiden en in uitvoering te brengen, om vervolgens de voorbereidingen op te starten in het
zuiveringscluster Winsum – Feerwerd – Onderdendam.
 Dit jaar wordt een aantal rioolgemalen gerenoveerd. Bij rioolgemaal Vries zijn de kritische afsluiters
vervangen. Bij rioolgemalen Obergum, Adorp, Onderdendam en Oldeklooster, zijn de werkzaamheden in
volle gang en worden eind oktober afgerond.
Duurzaamheid en energie
 De slib(eind)verwerking in Nederland is sterk in beweging. Noorderzijlvest volgt deze ontwikkelingen in de
markt op de voet. Waar mogelijk initiëren we onderzoeken, die potentie hebben om de verwerkingskosten
van slib voor zowel de korte, als op de langere termijn, te kunnen verlagen. In 2014 wordt bepaald welke
koers we willen volgen; voor de komende vier jaren met Swiss-Combi (contract), maar ook wat de kansen
zijn na dit contract (na 2017). Een aantal kansen welke in 2014 verder wordt uitgewerkt zijn: het project
Gruisontwatering op de slibverwerkingsinstallatie Garmerwolde, het pilotproject CADoS (cellulose
terugwinning) en een pilot installatie hogedrukvergisting op de rwzi Delfzijl. Hierin trekken we samen op
met onze buurwaterschappen en externe partners.
 Onze zuiveringsstrategie gaat er vanuit dat wij in de toekomst steeds meer toewerken naar het produceren
van grondstoffen (halffabricaat) uit afvalwater. We hebben het dan over: gezuiverd water, energie
(elektrisch/thermisch/gas), maar ook grondstoffen in de zin van: stikstof, fosfaat en alginaat (uit de
Nereda). Projecten die hiervoor in 2014 worden uitgevoerd zijn het eerder genoemde CADoS-project,
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
22

waarbij cellulose wordt teruggewonnen uit het influent, en een studie naar industriewaterlevering aan de
Eemshaven.
Het Energie-Efficiency Programma 2013 – 2017, als uitvloeisel van de Meerjarenafspraak Energie
Efficiëntie (MJA3), beschrijft de energiebesparende maatregelen voor de afvalwaterketen. Uitvoering van
deze MJA3-afspraken dienen te zorgen voor een jaarlijkse energiebesparing van circa 2%.
Rapportage
 Begin 2014 is samen met ons buurwaterschap Hunze en Aa’s een slibstrategiestudie afgerond.
Hierin zijn kansen en mogelijkheden verkend voor het op termijn verder verlagen van de slibverwerkingskosten. Dit ook met het oog op het aflopende contract met onze slibverwerker.
De uitkomsten van de studie zijn in september 2014 aan het bestuur gepresenteerd. Thans worden de in de
studie genoemde kansen verder uitgediept, waarover in een later stadium besluiten kunnen worden
overgenomen.
 Het toewerken naar ‘Energie- en Grondstoffenfabrieken’ is steeds meer een toekomstbeeld dat gaat
leven, zowel in de eigen organisatie maar zeker ook daarbuiten. Ook in de afvalwaterakkoorden, die we met
gemeenten opstellen, krijgt dit een plaats. Sinds dit jaar dragen wij ook financieel bij aan het landelijk
platform Energie- en Grondstoffenfabriek. Dit levert ons kennis op die we in de regio kunnen gebruiken in op
te zetten business cases.
 Ten aanzien van de Meerjarenafspraak Energie en Efficiency is gestart met onderzoeken naar
energiebesparende maatregelen. Het betreft onderzoeken naar de modifactie van de
deelstroombehandeling (Sharon), de optimalisatie van het aanvoerprofiel naar de rwzi en de optimalisatie
van de waterlijn (N-trappen) van de rwzi Garmerwolde. De resultaten moeten leiden tot een lager energieen chemicaliënverbruik. Ook wordt binnen dit programma onderzoek gedaan naar de mogelijkheid om
zuiveringsslib af te zetten als grondverbeteraar in de landbouw.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
23
4 Programma Water en maatschappij
Het programma Water en maatschappij richt zich op de externe omgeving van het waterschap. Hieronder wordt
begrepen de plaats van het waterschap in de maatschappij zoals in de sfeer van de ruimtelijke ordening en
economie. Beleids- en kennisontwikkeling op alle relevante werkgebieden van het waterschap, dat in
samenspraak met het Rijk, provincies en andere waterschappen plaatsvindt, is ook in dit programma
opgenomen.
De werkzaamheden van het bestuur en van externe communicatie worden gezien als maatschappelijke
activiteiten. Tevens wordt hieronder begrepen de werkzaamheden die worden verricht in het kader van het
vaarwegbeheer (inclusief bruggen). Ten slotte valt onder dit programma het onderhoud en beheer van het
cultuurhistorisch erfgoed (voormalige sluizen en woningen), het beheer van onroerende zaken en de uitvoering
van het duurzaamheidbeleid en internationaal beleid.
Financiële rapportage
Basis voor de financiële rapportage is het Jaarplan 2014 waarin opgenomen zijn de kosten ten aanzien van
goederen en diensten, de voorgenomen investeringen en de personeelskosten.
L A S
Programma 4
in € 1.000
Prognose 2014
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
Jaarplan 2014
Jaarrekening 2013
Kapitaal
lasten
1.545
1.539
1.539
1.611
1.558
Perso
Goederen &
neels
Diensten
kosten
3.030
1.625
1.942
1.025
971
753
2.913
1.714
2.905
1.813
Programma 4
I N V E
Besteding
Subsidie
Prognose 2014
1.066
461
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
850
119
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
392
25
Jaarplan 2014
1.016
Jaarrekening 2013
1.343
328
in € 1.000
S
T E
Saldo
605
731
367
1.016
1.015
T E N
Toev.
Voor
zieningen
Saldo
kosten
BATEN
Onvoor
zien
160
Totaal
Lasten
6.200
4.506
3.263
6.238
6.436
Baten
595
146
42
601
1.026
5.605
4.360
3.221
5.637
5.410
R I N G E N
Uren
Rente
Totaal
31
4
640
188
919
2
369
2
16
1.034
49
8
1.072
Financiële Rapportage 2014 op hoofdlijnen
Saldokosten
De verwachting is dat de saldokosten iets onder de raming zullen uitkomen.
Kapitaallasten
De kapitaallasten komen naar verwachting iets lager uit dan geraamd als gevolg van een actualisatie van de
berekeningen ten opzichte van de berekening ten tijde van het opstellen van het jaarplan.
Personeelskosten
De personeelskosten komen ca. € 0,1 miljoen boven de raming uit. Dit wordt veroorzaakt door hogere kosten
voormalig personeel (flankerend beleid). Deze kosten worden geboekt het product “bestuur” vallend binnen dit
programma.
Goederen en diensten
De kosten van goederen en diensten liggen naar verwachting ongeveer € 0,1 miljoen onder het niveau van de
raming. Enerzijds zijn bijdragen aan derden, waaronder de molenstichtingen, niet geraamd, anderzijds vindt een
besparing plaats op technische advisering bij thema- en gebiedsgerichte plannen.
Baten
De Baten komen naar verwachting ongeveer op het niveau van het jaarplan uit.
Investeringen
De verwachte besteding in 2014 ligt op het niveau zoals dat in het jaarplan is verwoord. Enerzijds is er echter
meer besteed aan internationale projecten dan in het jaarplan was opgenomen. Daartegenover staan voor deze
projecten te ontvangen subsidies die nagenoeg het volledige bestedingsbedrag dekken. Anderzijds wordt in
2014 minder besteed aan de renovatie en overdracht van bruggen. Gesprekken met gemeenten zijn gaande
waardoor de verwachting is dat een deel van de bruggen in 2015 na renovatie worden overgedragen.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
24
Doelen
De doelen van dit programma zijn:
Voor Water en ruimtelijke ordening
a. Het waterschap ontwikkelt en ontsluit informatie en kennis voor gebiedsprocessen;
b. Het waterschap participeert in gebiedsprocessen en brengt kennis en informatie in.
Voor Water en economie
c. Het waterschap zoekt met zijn partners duurzame antwoorden op aan water gerelateerde
maatschappelijke vraagstukken;
d. Het waterschap ontwikkelt beleid voor water en recreatie en voert daaruit voortvloeiende maatregelen uit;
e. Het waterschap ontwikkelt beleid voor water en energie en voert daaruit voortvloeiende maatregelen uit.
Voor Leven met water
f. Het waterschap reageert adequaat op calamiteiten en levert de direct benodigde informatie aan de
operationele diensten;
g. Het waterschap informeert de omgeving op transparante wijze;
h. Het waterschap is toegankelijk voor de samenleving met onder andere de e-overheid.
Opgaven
Om de doelen in 2015 te bereiken staan in 2014 de volgende opgaven geprogrammeerd. Deze opgaven zijn
voor het programma Water en maatschappij in zes beleidsthema’s c.q. beleidsonderdelen onderscheiden.
Bestuur
 In 2014 worden de voorbereidingen getroffen voor de organisatie van de verkiezingen op 18 maart 2015.
Daartoe zal een plan van aanpak worden opgesteld.
 Ook in 2014 wordt aan de bewustwording en de betekenis van governance en integriteit aandacht besteed.
De wijze waarop zal in samenspraak worden bepaald met (de fractievoorzitters uit) het algemeen bestuur.
 Evenals in 2013 wordt in 2014 de bestuursagenda actief ingezet en beheerd als sturingsmiddel voor de
ambtelijke organisatie en het bestuur;
 Het Bestuursakkoord Water beoogt efficiënter en doelgerichter functioneren van waterschappen,
gemeenten, waterbedrijven, provincies en rijk tot stand te brengen in het waterbeheer. In 2014 wordt in de
werkvelden die daarbij geïdentificeerd zijn voor de waterschappen, de opgave verder uitgevoerd. De
opgaven zijn het omvangrijkst in de afvalwaterketen (ketenefficiëntie) en de waterveiligheid (nHWBP).
Rapportage
 Het plan van aanpak voor de verkiezingen is gereed en in juni door het dagelijks bestuur vastgesteld. Het
plan is ter kennisneming geagendeerd in de vergadering van het algemeen bestuur van juli. Inmiddels wordt
uitvoering gegeven aan het plan. Op 1 september is voor de inliggende gemeenten een
informatiebijeenkomst in het waterschapshuis over de verkiezingen gehouden.
 De onderwerpen governance en integriteit worden in het najaar geagendeerd in een overleg
met de fractievoorzitters.
Beleid en onderzoek
 In 2014 wordt verder gewerkt aan het waterbeheerprogramma 2016-2021. Voor de zomer wordt de
concept-inhoud opgesteld en na behandeling in het dagelijks bestuur voorgelegd aan het algemeen
bestuur. Vervolgens wordt in het najaar de concept-inhoud met stakeholders besproken. De formele
inspraakprocedure en vaststelling volgt daarna.
 In kader van het project Droge Voeten 2015 worden in 2014 samenhangende pakketten van maatregelen
opgeleverd die de maatgevende waterstanden in de Electraboezem en Fivelingoboezem, nu en in de
toekomst onder invloed van klimaatverandering, zullen verlagen. Onderdeel van de pakketten is een planMER onderzoek (milieueffectrapportage) naar de maatregelen en een Maatschappelijke KostenBatenanalyse (MKBA) waarin de kosten van de maatregelenpakketten afgezet worden tegen de schade
die hiermee voorkomen wordt. Voorts maken een voorstel voor te handhaven normen voor de regionale
keringen en een voorstel voor te handhaven waakhoogtes onderdeel uit van het pakket. Op basis van deze
informatie wordt aan het algemeen bestuur een keuze voor een maatregelenpakket voorgelegd.
 Conform de afspraken van het Akkoord van Schokland over de ondersteuning van het bedrijfsleven en de
overheden om de VN Millennium doelstellingen te behalen is 2014 het tweede jaar waarin de projecten in
Kenia (Naivasha) en Nicaragua/Honduras (San Carlos/Marcala) in uitvoering zijn volgens de eerder
vastgestelde projectplannen. Verder wordt in Unie verband de bundeling van krachten ondersteund van de
waterschappen die in Nicaragua actief zijn.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
25
Rapportage
 Het voorontwerp waterbeheerprogramma is in juli in het algemeen bestuur behandeld. Het voorontwerp is
in september op bestuurlijk- en directieniveau met stakeholders besproken. In deze fase vindt tevens
afstemming plaats met de provinciale plannen en het nationale waterplan.
 Het onderzoek Droge Voeten 2050 is afgerond. Het algemeen bestuur is voor de zomer over de resultaten
geïnformeerd. De eerste fase van besluitvorming over de resultaten (vóór inspraak) heeft in juni
plaatsgevonden. De inspraakperiode (over de hoogte van de veiligheidsnormen, het maatregelenpakket, de
plan-MER) heeft enkele zienswijzen opgeleverd. Na verwerking worden de eindbesluiten begin 2015 aan het
algemeen bestuur voorgelegd.
 De projectvoortgang en begeleiding van de internationale samenwerkingsprojecten verloopt conform
planning. In het voorjaar heeft een tweetal missies plaatsgevonden naar Kenia en Nicaraqua/Honduras. Na
de zomer is in een informatieve vergadering van het algemeen bestuur een presentatie verzorgd over de
stand van zaken en de resultaten van deze projecten.
Vaarwegenbeheer en recreatie
 In 2014 worden twee bruggen gerenoveerd en zo mogelijk overgedragen aan de wegbeheerder.
Rapportage
 In het najaar 2014 wordt de renovatie van twee bruggen aanbesteed. De voorbereiding van de renovatie van
een drietal andere bruggen vindt nog dit jaar plaats, waarna realisatie in 2015 gaat plaatsvinden. De
overleggen met gemeenten over de overname van de bruggen na renovatie lopen nog.
Waterketen en stedelijke wateropgave
 In het kader van de regionale ketensamenwerking zullen in 2014 belangrijke slagen gemaakt moeten
worden om de voorziene besparingskansen in de keten in actie om te zetten, en deze op te nemen in het
met de ketenpartners opgestelde programma. In 2013 heeft een aantal onderzoeken laten zien wat er op
regionale schaal te halen is. Maar een uitgevoerde enquête naar taken en gewenste uitvoeringsschaal
heeft ook laten zien dat het schaalniveau van een cluster van een aantal gemeenten en een waterschap
veel potentie heeft. In 2012 zijn twee afvalwaterbeleidsplannen vastgesteld (met de BMWE en DAL
gemeenten). In 2014 worden voor drie andere clusters soortgelijke plannen c.q. akkoorden gesloten om de
doelen, zoals opgenomen in het Bestuursakkoord Water in 2020 te halen. Ook aan de bronkant zijn
ontwikkelingen gaande. Zo wordt in 2014 samen met de ketenpartners onderzoek gedaan naar nieuwe
sanitatietechnieken in de wijk Drielanden in de stad Groningen.
Rapportage
 Sinds 2011 wordt in de waterketen structureel samengewerkt om de doelstellingen te realiseren. Dit gebeurt
in het Samenweringsverband Waterketen Groningen / Noord-Drenthe. De uitvoering hiervan ligt geheel op
schema. Het gaat nu vooral om het uitvoeren van alle plannen en maatregelen om in 2020 de gestelde
doelen te realiseren. Deze zomer heeft bestuurlijke besluitvorming plaatsgevonden over hoe er op regionaal
niveau en op clusterniveau de komende jaren samengewerkt gaat worden. Er zijn hiervoor
uitvoeringsprogramma’s en akkoorden gesloten die een groot deel van de gedefinieerde besparingen
moeten gaan opbrengen. Kern van deze akkoorden is dat een goede samenwerking berust op de uitvoering
door middel van een sterke regie. Op regionaalniveau ligt dit bij de waterregisseur en een regieteam op
managementniveau. Op clusterniveau ligt dit bij het waterteam, onder leiding van een zogenaamde
clustercoördinator.
 Het Sanitatieproject Drielanden in de woonwijk Lewenborg (Groningen) bevindt zich in de laatste
onderzoeksfase. Hier wordt grijs en zwart afvalwater ter plekke in de wijk behandeld en gezuiverd. Grijs
afvalwater is licht verontreinigd huishoudelijk afvalwater dat niet afkomstig is van toiletspoeling en in zwart
afvalwater is verontreinigd met fecaliën. In het eerste kwartaal van 2015 moet bekend zijn of dit systeem,
binnen de gestelde (lozings)eisen, kan blijven functioneren.
Waterbewustzijn
 In 2014 vindt verdere uitvoering plaats van eind 2012 door het DB vastgestelde educatiebeleid.
Terugkerende onderdelen daarvan zijn de maatschappelijke stage en deelname aan de Geoweek. Tevens
zal het lespakket ‘Beneden NAP, toch veilig voor de zee’ geactualiseerd en opnieuw aangeboden worden
evenals het in het kader van de opening nieuwbouw Garmerwolde ontwikkelde lespakket ‘Water onder de
loep’.
 Begin 2014 zal in een vergadering van het algemeen bestuur een nieuwe jeugd waterschapsbestuurder
worden geïnstalleerd.
 In samenwerking met Waterbedrijf Groningen, waterschap Hunze & Aa’s en Waterleidingmaatschappij
Drenthe wordt in 2014 aandacht besteed aan Wereld Waterdag (22 maart) door invulling te geven aan de
actie ‘Wandelen voor Water’.
 Vanuit het project Ruim Baan voor Vissen wordt op 24 mei de Vismigratiedag georganiseerd
(publieksevenement). Daarmee wordt aangesloten op de World Fish Migration Day. Organisatie van
eventuele extra publieksevenementen wordt in 2014 nader ingevuld en bepaald door het DB.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
26






Tijdens de Dag van het Riool, georganiseerd door gemeente Groningen wordt het rioolgemaal
Damsterdiep open gesteld.
In het voorjaar 2014 wordt een nieuw ingerichte en vormgegeven website in gebruik genomen. Deze is
klantvriendelijker ingericht en zet in op interactie met onze relaties.
Er zal sterker worden ingezet op online media, waarbij voor het medium Twitter minimaal één pilot wordt
uitgevoerd om het medium functioneel en projectmatig in te zetten.
In 2014 zal grotere aandacht zijn voor het visualiseren van onze boodschappen (infographics, animaties,
afbeeldingen).
Binnen de Unie van Waterschappen zijn servicenormen afgesproken voor dienstverlening aan onze
ingelanden. In 2014 wordt een kwaliteitshandvest opgesteld waarin de afspraken staan waar we ons als
Noorderzijlvest aan gaan houden. Dit handvest is een logisch vervolg op het in 2013 ontvangen ‘Bewijs
van Goede Dienst’.
Het waterloket wordt in 2014 volledig gerealiseerd. Als laatste onderdeel worden de loketten voor projecten
en IBA’s aan het Waterloket toegevoegd. Vragen, klachten en meldingen kunnen via dit loket eenduidig
worden geregistreerd en afgehandeld.
Rapportage
 Terugkerende onderdelen uit het educatiebeleid zijn succesvol uitgevoerd. In maart ontving het
waterschap in het kader van de maatschappelijke stage 23 leerlingen. Door de deelnemers is veelvuldig
getwitterd over hun activiteiten in deze stageperiode.
In april vond de jaarlijkse Geoweek plaats. Noorderzijlvest ontving 5 klassen (125 leerlingen). Op 24 april
ontvingen we 30 jonge meiden in ons rioolgemaal Groningen in het kader van Girls Day. Op 6 juni
organiseerde IVN Noord samen met partners, waaronder Noorderzijlvest, het JeugdWaterCongres.
Centraal stond de vraag hoe jongeren te interesseren voor een opleiding of beroep in de watersector. Het
congres was zeer succesvol. Met het IVN wordt besproken of er ook in 2015 een dergelijk congres kan
plaatsvinden. De lespakketten worden in het najaar geactualiseerd.
 In januari 2014 is Annick Groeneveld geïnstalleerd als nieuwe jeugdwaterschapsbestuurder van
Noorderzijlvest. Annick heeft een bijdrage geleverd aan de maatschappelijke stage en vertegenwoordigt
Noorderzijlvest tijdens landelijke bijeenkomsten van het jeugdbestuur. In februari ontving Noorderzijlvest het
voltallige landelijke jeugdbestuur.
 Er is een minimale invulling gegeven aan het evenement Wandelen voor Water (verzorgen van gastles),
omdat er geen interesse onder scholen bleek te zijn voor deelname.
 Er zijn/worden dit jaar vier publieksevenementen georganiseerd: Dag van het Riool (in samenwerking met
gemeente Groningen, 2500 bezoekers / 300 bezoekers rioolgemaal Groningen), de Vismigratiedag (ca. 200
bezoekers), de Dong Energy Solar Challenge (ca. 200 bezoekers gemaal De Waterwolf). Op 27 september
vond de Dag van de Dijk plaats. Hierbij is samengewerkt met de organisatie “Tocht om de Noord”. Het
verwachte bereik is geschat op circa 4500 mensen.
 De nieuwe website is op 1 juli dit jaar gelanceerd. De nieuwe website is sterker visueel ingericht, waarbij
meer gebruik is gemaakt van beeld en film.
 Er lopen momenteel twee Twitterpilots; @jong_nzv en #AgrarierNZV. @jong_nzv is een apart
Twitteraccount gericht op jongeren. Doel is dat er ook zoveel mogelijk door jongeren voor jongeren
wordt getwitterd (deelnemers maatschappelijke stage, jeugdbestuurder, stagelopers). Het account
heeft momenteel 90 volgers. Doelstelling is 400 volgers aan het eind van het jaar. #AgrarierNZV wordt
gebruikt voor tweets die gericht zijn aan een andere specifieke doelgroep. Aan het einde van 2014
wordt geëvalueerd hoe effectief de pilots zijn.
 Implementatie van de servicenormen vindt gefaseerd plaats. Er is in beeld gebracht welke inspanningen
moeten worden verricht om de servicenormen waar te maken (contactkanalen o.a. telefoon, email, post,
website en balie. Eén van de servicenormen is de telefonische wachttijd. Met behulp van het vernieuwde
telefoonsysteem (Linc) ontstaat de mogelijkheid om telefonische wachttijden te monitoren.
 De loketten IBA’s en Projecten zijn inmiddels aan het waterloket toegevoegd waarmee het waterloket
volledig is gerealiseerd.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
27
5
Programma Bedrijfsvoering
Bedrijfsvoering is geen programma in het Waterbeheerplan. Onder dit programma vallen het werk van de
ondersteunende processen, concern control en de faciliteiten van het waterschap.
Er is de afgelopen tijd een grotere focus op de bedrijfsvoering met onder andere meer aandacht voor
strategische projecten, het uitrollen van planmatig werken voor de gehele organisatie en het meer sturen op
programma’s.
Financiële rapportage
Basis voor de financiële rapportage is het Jaarplan 2014 waarin opgenomen zijn de kosten ten aanzien van
goederen en diensten, de voorgenomen investeringen en de personeelskosten.
L A S
Programma 5
in € 1.000
Prognose 2014
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
Jaarplan 2014
Jaarrekening 2013
Kapitaal
lasten
1.185
1.162
1.162
1.178
1.096
Perso
Goederen &
neels
Diensten
kosten
6.841
6.912
4.554
4.902
2.277
3.375
6.831
6.713
6.370
6.873
Programma 5
I N V E
Besteding
Subsidie
Prognose 2014
614
0
Realisatie 2014 t/m 2e triaal
313
0
Realisatie 2014 t/m 1e triaal
272
Jaarplan 2014
825
Jaarrekening 2013
836
in € 1.000
S
T E
Saldo
614
313
272
825
836
T E N
Toev.
Voor
zieningen
Onvoor
zien
10
159
785
R I
Uren
0
31
N
Saldo
kosten
BATEN
Totaal
Lasten
14.938
10.618
6.814
14.732
15.283
Baten
759
123
7
773
2.537
14.179
10.495
6.807
13.959
12.746
G E N
Rente
Totaal
0
614
344
272
2
827
836
Financiële Rapportage 2014 op hoofdlijnen
Saldokosten
De saldokosten zullen naar verwachting ruim € 0,2 miljoen hoger uitvallen dan geraamd.
Kapitaallasten
De kapitaallasten komen vooralsnog nagenoeg op het niveau van de raming uit.
Personeelskosten
De personeelskosten zullen naar verwachting het niveau van de begroting benaderen.
Goederen en diensten
Ten opzichte van het jaarplan zien we op dit moment een overschrijding van € 0,2 miljoen. Dit wordt
veroorzaakt door een overschrijding op de kosten van centrale tractie van ca. € 0,1 miljoen. Omdat de kosten
voor brandstof en onderhoud hoger zijn uitgevallen dan in het jaarplan begroot.
De bijdrage aan het Hefpunt is ca. € 90.000 hoger dan geraamd. Bij het opstellen van het jaarplan werd
uitgegaan van een iets lagere bijdrage uitgaande van de verwachting dat het Hefpunt binnen de begroting zal
uitkomen. Verder is er sprake van een extra aanschaf voor computerapparatuur voor Hefpunt (€ 35.000). Deze
kosten zijn in rekening gebracht (zie baten).
Baten
De baten worden enerzijds beïnvloed door een opbrengst van Hefpunt voor geleverde hardware (ca. € 35.000).
Anderzijds wordt rekening gehouden met een naheffing door de belastingdienst inzake BTW op verrichte
diensten bij Hefpunt (ca. € 50.000). Op deze baten dient alsnog BTW te worden afgedragen.
Investeringen
In het jaarplan 2014 werd een investeringsniveau verwacht van circa € 0,8 miljoen. Hiervan was € 0,2 miljoen
gereserveerd voor voorbereidende kosten voor de waterschapsverkiezingen in 2015. Deze kosten worden
thans niet meer voorzien in 2014, maar in het eerste kwartaal van 2015. De besteding voor dit programma in
2014 wordt op dit moment geprognosticeerd op circa € 0,6 miljoen. Daarnaast wordt op het project inrichten
crisisruimtes waterschapsgebouw een lichte overschrijding voorzien van € 22.500 op het beschikbaar gestelde
krediet. De reden hiervan is met name de vervanging van de audiovisuele installatie in de AB vergaderzaal.
Deze vervanging was bij het opstellen van het jaarplan niet voorzien. Bij deze najaarsrapportage zal het
aanvullend benodigd krediet via een begrotingswijziging worden aangevraagd.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
28
Doelen
Het gedurende de planperiode zo doelmatig en doeltreffend mogelijk faciliteren van de primaire programma’s. In
2010 is de reorganisatie doorgevoerd. De nieuwe structuur is procesgericht. Doel voor de komende jaren is het
realiseren van een effectieve en efficiënte organisatie. In de komende jaren optimaliseert de organisatie daartoe
de processen en worden de medewerkers getraind in de gewenste houding en het gewenste gedrag.
Opgaven
Om de doelen in 2015 te bereiken staan in 2014 de volgende opgaven geprogrammeerd. Deze opgaven zijn
voor het programma Bedrijfsvoering in vier beleidsonderwerpen c.q. beleidsonderdelen onderscheiden.
Mens en organisatie
 De uitwerking van fase 2 van de organisatiewijziging in het kader van de uitwerking van de efficiencyscan
zal in het eerste kwartaal van 2014 zijn beslag krijgen. Voor het einde van het eerste kwartaal zal het
herplaatsingstraject zijn afgerond.
 Monitoring voortgang implementatie efficiencyverbetering op o.a. formatie vindt periodiek plaats via vooren najaarsrapportage.
 Er wordt in 2014 voor de tweede keer een medewerkers tevredenheidsonderzoek gehouden.
 In en om het waterschapshuis worden in het kader van meerjarig onderhoud in 2014 werkzaamheden
verricht. Alle technische aanpassingen zullen zoveel mogelijk gericht zijn op vergroting van de
duurzaamheid.
 Veilig en gezond werken (VGW) en arbeidsomstandigheden (Arbo) zijn organisatie breed gemeengoed
geworden. Veilig werken en het oog hebben voor de juiste arbeidsomstandigheden gaat hierbij verder dan
het voorhanden hebben van een beschrijving van richtlijnen en voorschriften. Ook in 2014 zullen wij er op
toezien dat deze onderwerpen op uitvoeringsniveau voortdurend op een werkbare wijze zullen worden
ingevuld. Met andere woorden het is een continu proces van leren en verbeteren.
Rapportage
 De uitkomsten van het tevredenheidsonderzoek onder alle medewerkers van Noorderzijlvest, zijn in het
tweede kwartaal gepresenteerd. De verbeterpunten die hieruit te destilleren zijn zullen worden vertaald naar
concrete acties. In het laatste kwartaal van 2014 zal dit zijn afgerond.
 De tweede fase van de organisatiewijziging krijgt een andere invulling dan eerst gepland was. De doelen
vanuit de efficiencyscan blijven echter onverkort overeind staan. Namelijk een organisatie die is
opgewassen tegen haar taak en die zo efficiënt mogelijk is ingericht. Via natuurlijk verloop, waaronder ook
het vergroten en faciliteren van de mobiliteit van personeel wordt de komende jaren een reductie van de
personeelsomvang voorzien.
 In het eerste halfjaar is het gehele waterschapshuis voorzien van duurzame en energiezuinige ledverlichting.
 Op het gebied van Veilig en Gezond Werken (VGW) wordt structureel aandacht besteed aan de borging van
regels en protocollen. Dit door actieve observaties en controles uit te voeren binnen de gehele organisatie.
 In het laatste kwartaal 2014 worden de voorbereidingen afgerond ten aanzien van de inrichting van het
instrument Strategische Personeel Planning (SPP). Dit als onderdeel van ons strategisch meerjaren HRM
beleid. Met ingang van 2015 zal SPP onderdeel gaan uitmaken van de HR-gesprekscyclus.
Informatievoorziening bedrijfsprocessen
 In 2014 zal er een noodzakelijke migratie plaats vinden van Windows XP naar Windows 7.
 E-facturering zal, voor zover onze leveranciers zich hier naar kunnen richten, worden ingevoerd.
 Het proces van het plaatsen van een bestelling voor een technisch product en/of toepassing tot en met de
betaling, zal in 2014 worden geïmplementeerd.
 De basisregistratie grootschalige topografie (samenbrengen van de gegevens van meerdere bronhouders)
zal een groot prioritair project vormen binnen onze informatievoorziening. Hierbij wordt samengewerkt met
de gemeente Groningen.
Rapportage
 De migratie naar een Windows 7 omgeving heeft er voor gezorgd dat wij niet meer kwetsbaar zijn voor
onbevoegde toegang op onze systemen.
 E-facturering en het proces “Van bestellen tot betalen” worden naar een hoger plan getild in aanloop naar
2015. Het streven is de papieren factuurstroom geheel terug te gaan dringen in 2015. Hetgeen is een
logisch vervolg op het in 2014 ingezette traject.
 Naast het project basisregistratie grootschalige topografie (BGT) loopt er een ander project binnen
informatievoorziening, namelijk het project om alle andere basisregistraties te implementeren in de
systemen bij Noorderzijlvest. Dit is een wettelijke verplichting. Hieruit is in 2013 een project geïnitieerd,
waarbij een globale analyse is gedaan van de consequenties. Uit deze analyse blijkt dat het budget dat
initieel begroot naar verwachting zal worden overschreden. Inzicht hierin wordt begin 2015 verkregen.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
29
Control
 De uitkomsten van de (tweejaarlijkse) landelijke bedrijfsvergelijking Waterschapspeil (het zgn.
brancherapport) worden besproken met het bestuur (4e kwartaal);
 Er zal minimaal één doelmatigheids- en doeltreffendheidsonderzoek worden uitgevoerd;
 Het strategisch risicodossier wordt met bestuurlijke inbreng geactualiseerd:
 Vanuit concern control zal blijvend aandacht worden gevraagd voor het leren en verbeteren van de
organisatie.
Rapportage
 De gegevens voor de landelijke bedrijfsvergelijking zijn aangeleverd. Het eindrapport wordt in de herfst
verwacht. Volgens planning zal het rapport in het vierde kwartaal met het bestuur worden besproken.
 Het onderzoek naar innovatieve aanbestedingen (leidt dit tot verbeteringen van de kwaliteit) is eind augustus
afgerond. Het rapport is in september in het dagelijks bestuur besproken. Het onderzoek naar de uitvoering
van de maatregelen implementatie KRW (dragen deze bij aan de realisatie van de doelen) vindt in de
komende maanden plaats. Daarnaast zal nog een extern onderzoek worden uitgevoerd naar De Onlanden.
 Het strategisch risicodossier is met het dagelijks bestuur geactualiseerd. Van de belangrijkste risico’s wordt
periodiek de uitvoering van de benoemde beheermaatregelen beoordeeld en waar nodig bijgesteld.
 Door het uitvoeren van interne controles en audits wordt mede invulling gegeven aan het continue leren en
verbeteren.
Juridisch en financieel beleid en beheer
 Het contract met de accountant eindigt op 31 december 2014 (controle op boekjaar 2014); voor 1 oktober
2014 zal aan het bestuur een voorstel worden voorgelegd over eventueel gebruik maken van de optiejaren
(2 keer één jaar);
 Financieel rechtmatig handelen is, op basis van de verbeteringen in de afgelopen jaren, geborgd binnen de
processen; dit leidt tot een goedkeurende verklaring van de accountant;
Rapportage
 In september is met het algemeen bestuur gesproken over het verlengen van het contract met de
accountant.
 Een eerste controle op het financieel rechtmatig handelen in het jaar 2014 is in uitvoering. De uitkomsten
zullen met de accountant worden besproken tijdens de interim controle (oktober). Begin 2015 zal een
tweede interne controle over het jaar plaatsvinden.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
30
3. Paragrafen
A. Ontwikkelingen sinds het vorige begrotingsjaar
In deze paragraaf wordt ingegaan op interne en externe ontwikkelingen die sinds het vaststellen van het
Jaarplan 2014 zich hebben voorgedaan. Daarnaast worden hier ook afwijkingen van de uitgangspunten en
grondslagen zoals deze voor de vorige begroting zijn gehanteerd besproken.
B. Incidentele baten en lasten
Incidentele baten en lasten betreffen de baten en lasten die als eenmalig ten opzichte van voorgaande jaren en
komende jaren moeten worden beschouwd.
Er hebben zich in de exploitatierekening tot nog toe de volgende incidentele baten en lasten voorgedaan:
Baten:

Een teruggaaf omzetbelasting over voorgaande jaren voor BTW gerelateerde opbrengsten per saldo ter
hoogte van per saldo ca. € 0,6 miljoen.

Een vergoeding van de commissie bodemdaling over voorgaande jaren voor de exploitatiekosten van de
coupure Delfzijl ter hoogte van ruim € 0,1 miljoen.

Een vergoeding van de commissie bodemdaling over voorgaande jaren voor de exploitatiekosten van een
stuw en drie poldergemalen ter hoogte van bijna € 0,1 miljoen.

Een nagekomen eindafrekening in het kader van het gebruik van een losput (ruim € 0,2 miljoen).

Een nagekomen eindafrekening voor het gebruik van een persleiding (ruim € 0,1 miljoen).
Lasten:

Financiële afwikkeling flankerend beleid bovenformatieven van in totaal circa € 175.000.
C. Waterschap belastingen
Het belastingstelsel omvat drie heffingen:
 verontreinigingsheffing.
 zuiveringsheffing.
 watersysteemheffing.
De verontreinigingsheffing is voor directe lozingen op het oppervlaktewater. Het tarief is gelijk aan het tarief voor
de zuiveringsheffing. De opbrengsten hiervan gaan naar de taak Watersysteem.
De zuiveringsheffing is de heffing van huishoudens en bedrijven en is qua heffingssystematiek in grote lijn gelijk
aan de huidige zuiveringsheffing. Huishoudens betalen voor 3 vervuilingseenheden (VE) terwijl een
alleenwonende voor 1 VE betaalt. Bedrijven betalen naar de vuillast, waarbij de maatstaf voor heffing op
zuurstofbindende stoffen (sinds 2009) 150 gram per VE per dag is.
De kosten van het Watersysteem moeten worden opgebracht door 4 categorieën te weten:
 ingezetenen;
 eigenaren gebouwd;
 eigenaren natuur;
 eigenaren (overig) ongebouwd.
In de vergadering van algemeen bestuur van 16 oktober 2013 is de kostentoedeling vastgesteld.
De kostentoedeling Watersysteem is als volgt:




25% aan de ingezetenen;
18,9% aan de zakelijke gerechtigden van ongebouwde onroerende zaken niet zijnde natuurterreinen;
0,2% aan de zakelijke gerechtigden van natuurterreinen;
55,9% aan de zakelijke gerechtigden van gebouwde onroerende zaken.
Bij de watersysteemheffing wordt gebruik gemaakt van tariefdifferentiatie:
Voor buitendijks gelegen ongebouwde onroerende zaken (niet zijnde natuurterreinen) en voor buitendijks
gelegen gebouwde onroerende zaken wordt een tarief gehanteerd dat 75% lager is dan het tarief dat blijkens de
verordening op de watersysteemheffing voor elk van deze categorieën geldt.
Voor verharde openbare wegen wordt een gedifferentieerd tarief toegepast dat 100% hoger is dan het tarief dat
blijkens eerder genoemde verordening voor ongebouwde onroerende zaken niet zijnde natuurterreinen geldt.
De categorie gebonden kosten (kosten verkiezingen, WOZ-kosten en kwijtschelding) worden toegerekend aan
de betreffende categorieën.
De saldokosten over de heffingsgrondslagen watersysteem en zuiveren zijn als volgt verdeeld:
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
31
in € 1.000
Jaarplan 2014
Jaarplan 2013
Totaal
58.034
57.132
SALDOKOSTEN
Watersysteem
Zuiveren
31.950
26.085
31.469
25.662
INDEX Jaarplan 2013 = 100
Totaal
Watersysteem
Zuiveren
101,6
101,5
101,6
100,0
100,0
100,0
De saldokosten van de taak watersysteem stijgen in 2014 met 1,5% ten opzichte van 2013.
De saldokosten van de taak water zuiveren stijgen in 2014 met 1,6%, waarbij € 175.000 uit de algemene
reserve wordt onttrokken teneinde de stijging van de tarieven (zie onderstaande tabel) te beperken tot 1,5%.
Tarieven 2014
De vastgestelde tarieven zijn als volgt:
Heffing /categorie
Overzicht tarieven
Jaarplan
heffingseenheid
2014
Jaarplan
2013
%
Mutatie
Watersysteemheffing
Ingezetenen
in € per woonruimte
56,43
56,12
0,6
Gebouwd - binnendijks
Gebouwd - buitendijks
in % WOZ-waarde
in % WOZ-waarde
0,0543
0,0136
0,0509
0,0127
6,7
7,1
Ongebouwd - binnendijks
Ongebouwd - wegen
Ongebouwd - buitendijks
in € per ha
in € per ha
in € per ha
51,58
103,16
12,90
51,33
51,33
12,83
0,5
101,0
0,5
Natuur
in € per ha
3,60
3,54
1,7
Verontreinigingsheffing
in € per v.e.
63,58
62,62
1,5
Zuiveringsheffing
in € per v.e.
63,58
62,62
1,5
Bij Hefpunt blijft onverkort aandacht voor de kwaliteit van de bestanden. Zowel de heffing als de invordering zijn
van een goede kwaliteit van de bestanden afhankelijk. In 2014 verwerkt Hefpunt op een nieuwe wijze
WOZ/AKR gegevens. De verwerking is geheel volgens de WOZ-basisregistratie, waardoor het periodiek
bijwerken van de kadastrale gegevens in de belastingapplicatie GHS van Hefpunt niet meer nodig is. Dit leidt tot
een besparing in kosten, terwijl de kwaliteit wordt verhoogd.
Verder worden de vastgestelde maatregelen uit het verbeterplan Hefboom verder uitgevoerd. In 2014 wordt
voor circa 740.000 WOZ-objecten en 940.000 kadastrale percelen het bestandsbeheer voor de aanslagregeling
uitgevoerd.
Belastingopbrengsten
WATERSCHAPSBELASTINGEN
Opgelegde Verw achte Kw ijtscheldi
Netto
aanslagen opbrengst
ng /
belasting
in € 1.000
jaar 2014 voorgaande oninbaarhei opbrengsten
jaren
d
Prognose 2014
58.371
98
-2.224
56.245
Jaarplan 2014
58.034
-1.850
56.184
Jaarrekening 2013
57.506
394
-2.032
55.868
Rekening houdend met kwijtschelding en oninbaarheid wordt per saldo een positief resultaat verwacht van
ca. € 60.000. Dit bedrag is opgebouwd uit:
Een verwacht voordeel op vorderingen voorgaande jaren van ca. € 0,1 miljoen;
Een verwacht voordeel op belastingopbrengsten lopend boekjaar van ruim € 0,3 miljoen;
Een nadeel op de post kwijtschelding / oninbaarheid van ca. € 0,3 miljoen.
Voorgaande jaren
Ten opzichte van de bij de jaarrekening vastgestelde balansposten is er een aantal afwijkingen zichtbaar. De
grootste afwijking is zichtbaar bij de verontreinigingsopbrengst bedrijven, daar wordt een hogere opbrengst van
€ 80.000 verwacht. De afgelopen maanden is een aantal definitieve aanslagen voor de verontreinigingsheffing
opgelegd. Deze zijn uiteindelijk hoger uitgevallen dan de al eerder opgelegde voorlopige aanslagen. Hierdoor is
er sprake van een extra opbrengst van € 80.000.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
32
De overige verschillen zijn relatief beperkt en niet toe te wijzen aan een specifieke oorzaak. De opbrengsten
over voorgaande jaren zijn bij het opstellen van de jaarrekening vastgesteld. Op dit moment voorziet Hefpunt
nog geen significante afwijkingen tussen de balansposten en de prognose per 31 december 2013.
Lopend belastingjaar
De prognose voor het voorliggende belastingjaar laat een voordeel zien van ruim € 0,34 miljoen.
Watersysteembeheer ingezetenen
De prognose is gebaseerd op de realisatie in het eerste halfjaar, de prognose is ten opzichte van het eerste
kwartaal enigszins naar boven toe bijgesteld. Ten opzichte van de begroting wordt nu een positieve afwijking
voorzien van 1,3%.
Watersysteembeheer gebouwd
De prognose voor 2013 is naar boven toe bijgesteld ten opzichte van de begroting 2014. De actuele cijfers van
de waarderingskamer en de realisatie van 2013 gaven daar aanleiding toe. Bij het opstellen van de begroting
was deze informatie nog niet beschikbaar. De afwijking in de belastingopbrengst bedraagt 0,2%. Ten opzichte
van de eerste prognose heeft er geen wijziging plaatsgevonden.
Watersysteembeheer ongebouwd (inclusief natuur)
Voor ongebouwd en natuur worden geen significante afwijkingen voorzien.
De kwestie rondom de definiëring van de belastingcategorie Natuur is reeds opgenomen in de Risicoparagraaf
bij de Jaarrekening 2013. In het laatste kwartaal wordt hierover een uitspraak verwacht van de Raad van State.
Over de uitkomsten hiervan wordt het algemeen bestuur zo spoedig mogelijk geïnformeerd.
Watersysteembeheer verontreinigingsheffing
Op basis van een actuele inventarisatie en de realisatie voor bedrijven wordt tot nu toe een hogere opbrengst
van € 36.000 voorzien. Dit is een afwijking van 27%.
Zuiveringsbeheer
Bedrijven
Op basis van een actuele inventarisatie wordt verwacht dat de opbrengst circa € 70.000 hoger zal uitkomen.
Voor het UMCG wordt naar verwachting de heffing met ongeveer 1.250 ve verhoogd als gevolg van de
beëindiging van het fiscaal compromis per 1-1-2014. Het compromis had betrekking op de wijze van vaststellen
van de vuillast. Met het beëindigen zal de vuillast weer op de reguliere manier worden vastgesteld en naar
verwachting zal dit leiden tot een stijging. De afwijking ten opzichte van de begroting bedraagt 1,4%. Ten
opzichte van de eerste prognose worden geen wijzigingen voorzien.
Woningen
De prognose van de woningen is gebaseerd op de realisatie van 2013 en de realisatie tot nu toe. Ten opzichte
van de begroting wordt een afwijking voorzien van 0,4%. Ten opzichte van de eerste prognose wordt geen
wijziging voorzien.
De kwijtschelding is gebaseerd op de ontwikkeling van de afgelopen jaren. Naast de stijging als gevolg van de
tariefstijgingen is waarschijnlijk mede door de crisis de kwijtschelding de afgelopen jaren verder opgelopen. De
verwachting is dat deze groei nog wel even zal aanhouden en pas na een aantal jaren wat zal afvlakken. Voor
2014 wordt de kwijtschelding ruim € 0,1 miljoen hoger geprognosticeerd dan begroot.
Ook voor de oninbaarheid bestaat de stijging uit een autonoom deel en een tijdelijke stijging als gevolg van de
recessie. Hierbij is met dezelfde ontwikkeling rekening gehouden als bij de kwijtschelding. Op dit moment is de
inschatting dat de voorziening voor oninbaarheid aan het einde van het jaar opgehoogd dient te worden met
circa € 0,25 miljoen.
D. Financiering
Omdat het waterschap Noorderzijlvest op zijn leningenportefeuille (ultimo 2013 € 170,4 miljoen) regulier moet
aflossen wordt jaarlijks een deel geherfinancierd. Het financieringstekort loopt in het jaar 2014 naar verwachting
op naar € 29,9 miljoen als er geen nieuwe geldleningen worden afgesloten.
Het financieringstekort wordt zoveel mogelijk afgedekt met kort geld in de vorm van kasgeldleningen.
Op 10 januari 2014 is een 10-jarige lening aangetrokken tegen een rentepercentage van 2,09. Op 24 maart
2014 is een kasgeldlening aangetrokken van € 10 miljoen met een looptijd van twee maanden, tegen een
rentepercentage van 0,25.
Op 26 mei 2014 is opnieuw een kasgeldlening aangetrokken voor een periode van twee maanden van € 10
miljoen tegen een rentepercentage van 0,29%.
Tenslotte is op 28 juli 2014 voor een periode van één maand € 10 miljoen aangetrokken tegen een
rentepercentage van 0,03%.
De kasgeldlimiet, een belangrijk wettelijk criterium voor het korte vreemd vermogen, is bij wet vastgesteld op
23% van de begrote exploitatielasten over een jaar (2014: € 71,0 miljoen). Voor het beleidsjaarplan 2014
betekent dit een kredietlimiet van € 16,3 miljoen. Deze limiet voor de kort geld positie is bij de bank
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
33
aangevraagd en gehonoreerd. Het schatkistbankieren is tot op heden voor ons waterschap niet relevant, omdat
wij geen overtollige middelen hebben.
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
34
4. Financieel resultaat najaarsrapportage 2014
In de Najaarsrapportage is stil gestaan bij de belangrijkste financiële afwijkingen in de prognose van het
jaarresultaat over het verslagjaar. Daarnaast bent u geïnformeerd over de stand van de investeringsprojecten.
Binnen de programma’s zijn de belangrijkste afwijkingen tussen realisatie en de begroting 2014 aangegeven.
Ook zijn ten aanzien van de bestedingen van investeringsprojecten prognoses afgegeven.
Dit leidt tot het volgende resultaat:
RESUMÉ:
-
Programma 1 Waterveiligheid en Rampenbestrijding
Voordeel
€
248.000
-
Programma 2 Voldoende en Gezond Water
Nadeel
-
Programma 3 Gezuiverd Water
Voordeel
352.000
-
Programma 4 Water en Maatschappij
Voordeel
32.000
-
Programma 5 Bedrijfsvoering
Nadeel
-
Belastingopbrengsten
Voordeel
- 611.000
- 220.000
61.000
Nadeel
€
138.000
========
€ - 238.000
De toerekening van het resultaat naar de kostendragers is als volgt:
-
Taak Watersysteembeheer
Nadeel
-
Taak Zuiveringsbeheer
Voordeel
Nadeel
Waterschap Noorderzijlvest, Najaarsrapportage 2014
100.000
€ 138.000
========
35