AG E N D A algemeen bestuur Datum : 26 juni 2014 Tijdstip : 09.30! – 11.00 uur Locatie : Ridderzaal, Harlingertrekweg 58, Leeuwarden Algemeen bestuur Onderwerp Bijlage Doel 1. Opening en mededelingen Bijlagen Informeren 2. Conclusies vergadering 6 maart 2014 Bijlage Vaststellen 3. Viermaandsrapportage 2014 Bijlagen Kennisnemen 4. Zienswijzen gemeenten Bijlagen Vaststellen • Jaarrekening 2013 • Geïntegreerde begroting 2014 • Begroting 2015 • 1 wijziging begroting 2015 e 5. Inrichting brandweerkamer bij VNG Bijlagen Vaststellen 6. Huurovereenkomsten brandweerkazernes en decharge Bijlagen Vaststellen Bijlage Benoemen Stuurgroep PVB 7. Herbenoemen externe leden auditcommissie 8. Rondvraag 9. Sluiting 10. ±10.30 uur: Informeren burgemeesters over Regiovisie Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Fryslân Bijlage S AM E NV AT T E N D V E RS L AG E N AD V I E S Auditcommissie Veiligheidsregio Fryslân Datum Locatie : : 17 februari 2014 Harlingertrekweg Aanwezig: T. van de Zwan A. Aalberts E. van Esch W. Kleinhuis J. Oostinga R. Giesolf W. Piek J.H. Wobma Afwezig met kennisgeving: F. Veltman Onderwerp 1. Opening De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 2. Verslag van de vorig vergadering Het verslag van de vorige vergadering wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Samenstelling auditcommissie Gelet op de wijzigingen in de bestuursstructuur (governance) van Veiligheidsregio Fryslân is het wenselijk om de samenstelling van de auditcommissie te heroverwegen. De volgende wijzigingen worden voorgesteld: • Uitbreiding van de commissie met één lid namens de Bestuurscommissie Veiligheid. • Duidelijk onderscheid maken tussen leden en overige deelnemers/adviseurs van de commissie. • Opnemen van een rooster van aftreden voor de leden van de commissie. Het is de bedoeling om met ingang van de vergadering van juni in de nieuwe samenstelling van de commissie bijeen te komen. Conclusie: de auditcommissie adviseert het Algemeen Bestuur om de samenstelling van de auditcommissie aan te passen zodat deze aansluit op de gewijzigde bestuursstructuur van Veiligheidsregio Fryslân. Dit betekent dat voorgesteld wordt om de commissie uit te breiden met één lid vanuit de Bestuurscommissie Veiligheid. De auditcommissie is akkoord met de gewijzigde artikelen 8 en 9 van de verordening, waarbij opgemerkt wordt dat duidelijk aangegeven moet worden dat de externe deskundigen ook leden van de commissie zijn. De aangepaste verordening kan ter vaststelling worden voorgelegd aan het Algemeen Bestuur van 6 maart. 4. Rekenkamer/rekenkamercommissie In de auditcommissie is gesproken over de aankomende wetswijziging, waarbij rekenkamercommissies dezelfde bevoegdheden krijgen als rekenkamers. De commissie is van mening dat het verstandig is om één rekenkamer aan te wijzen voor de Veiligheidsregio. De rekenkamer van de gemeente Leeuwarden kan gevraagd worden om de rol van rekenkamer voor de VRF in te vullen. 1 Conclusie: de auditcommissie stelt voor om ter voorbereiding op het van kracht worden van de gewijzigde wetgeving de rekenkamer van de gemeente Leeuwarden te vragen om de rol van rekenkamer voor de Veiligheidsregio in te vullen. 5. Zienswijzen kaderbrief 2015 Het voorstel van de VRF om in de begroting 2015 geen indexering door te voeren, impliceert een taakstelling voor de VRF van ongeveer € 300.000. De auditcommissie is van mening dat hiervoor aangegeven dient te worden welke consequenties dit heeft voor de uitvoering van taken door de VRF. Conclusie: De auditcommissie houdt vast aan de lijn betreffende indexering zoals opgenomen in de financiële verordening. De commissie is het dan ook niet eens met het voorstel van het Dagelijks Bestuur om geen indexering toe te passen in de begroting 2015. Indien het Dagelijks Bestuur besluit om geen indexering toe te passen, dan zal het bestuur moeten aangeven welke taken Veiligheidsregio Fryslân niet meer zal uitvoeren. 6. Voorstel resultaatbestemming 2013 Gelet op de omvang van het positieve resultaat en de nog te voeren discussie over de omvang van het weerstandsvermogen is de auditcommissie van mening dat terugstorting nu niet voor de hand ligt. Bij het vaststellen van de beleidsnota Weerstandsvermogen kan hier alsnog over worden besloten. Conclusie: de auditcommissie adviseert het Dagelijks Bestuur om het voordelig resultaat over 2013 nu niet terug te betalen aan de deelnemende gemeenten. Een eventuele terugbetaling van voordelige saldi dient betrokken te worden bij de herijking van het weerstandsvermogen. 7. Procesvoorstel beleidsnota Weerstandsvermogen Voor het opstellen van een nieuwe beleidsnota Weerstandsvermogen is een procesvoorstel opgesteld dat zich richt op het vaststellen van de nieuwe beleidsnota in oktober 2014. Conclusie: de auditcommissie stemt in met het procesvoorstel voor het opstellen van de beleidsnota Weerstandsvermogen voor de komende periode (2015 - 2018). 8. Doorontwikkeling interne controle De auditcommissie is positief over de voorstellen over doorontwikkeling interne controle. De rol van het afdelingsmanagement voor interne controle blijft aandacht vragen. 9. Kasritme facturering gemeentelijke bijdragen Naar aanleiding van reacties van een aantal gemeenten wordt voorgesteld om over te gaan naar maandelijkse bevoorschotting in plaats van halfjaarlijkse bevoorschotting. Conclusie: de auditcommissie adviseert het Algemeen Bestuur om te besluiten tot het wijzigen van het betaalritme voor de gemeentelijke bijdrage van halfjaarlijks naar maandelijks. Hierbij benadrukt de commissie dat een deugdelijk liquiditeitsbeheer en investeringsplanning van belang zijn. 10. Rondvraag en sluiting Tijdens de rondvraag wordt kort stilgestaan bij de invulling van de € 1 miljoen taakstelling binnen het programma Brandweer. 2 S AM E NV AT T E N D V E RS L AG E N AD V I E S Auditcommissie Veiligheidsregio Fryslân Datum Locatie : : 31 maart 2014 Harlingertrekweg Aanwezig: T. van de Zwan A. Aalberts T. van Bekkum W. Kleinhuis J. Oostinga R. Giesolf W. Piek J.H. Wobma Aanwezig bij agendapunt 3 C. Alserda (PWC) Afwezig met kennisgeving: E. van Esch Onderwerp 1. Opening De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 2. Verslag van de vorig vergadering Het verslag van de vorige vergadering wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Jaarrekening 2013 Door de accountant (PWC) wordt een toelichting gegeven op de uitkomsten van de controle van de jaarrekening 2013. De accountant zal een goedkeurende controleverklaring bij de jaarrekening verstrekken voor zowel de getrouwheid als de rechtmatigheid. De belangrijkste bevindingen van de accountant hebben betrekking op • Planning en control: in de doorontwikkeling van planning en control zijn in 2013 een aantal stappen gezet door de VRF. • Brandweer nieuwe taak: per 2014 is de brandweerzorg een taak van de VRF. Voor deze nieuwe taak is het van belang om deze financieel goed te monitoren. In 2014 zal inzicht moeten ontstaan in de werkelijke kosten in relatie tot de door de gemeenten overgedragen budgetten. • Sturing op kasstromen: mede gelet op liquiditeitspositie aan het einde van het jaar en de nieuwe taak brandweer is het van belang om strak te sturen op de kasstromen. • IC en rechtmatigheid: de uitvoering en vastlegging van interne controles (incl. rechtmatigheid) zijn voor verbetering vatbaar. Dit aandachtspunt is door het management opgepakt. • Voorziening sociaal plan: voor de kosten van de uitvoering van het sociaal plan brandweer (overgang beroepspersoneel en vrijwilligers naar VRF) is een voorziening gevormd. De voorziening is conform besluitvorming gevormd en voldoet aan de voorschriften van het BBV. In de jaarrekening is de eindbalans exclusief de overname van brandweermaterieel en vastgoed. De openingsbalans 2014 zal inclusief brandweermaterieel en vastgoed zijn. Gelet op de impact van deze overname op de balanspositie van de VRF zal de openingsbalans 2014 in de volgende vergadering van de auditcommissie aan de orde komen. 1 Conclusie: de auditcommissie onderschrijft de bevindingen van de accountant en stemt in met de wijze waarop de organisatie deze bevindingen oppakt. De auditcommissie adviseert het Algemeen Bestuur om: • Kennis te nemen van het accountantsverslag 2013; • de jaarrekening 2013 ongewijzigd vast te stellen. In de volgende vergadering van de auditcommissie (2 juni) zal de openingsbalans 2014 worden besproken. 4. Begrotingen Op basis van een presentatie wordt stilgestaan bij de concept programmabegroting 2014 en 2015. De auditcommissie stelt vast dat concept programmabegroting 2014 en 2015 nog niet volledig uitgewerkt zijn en nog onduidelijkheden bevatten Conclusie: de auditcommissie neemt kennis van de concept programmabegroting 2014 (inclusief wijzigingen) en van de concept programmabegroting 2015. In de vergadering van 2 juni zullen deze stukken weer worden geagendeerd inclusief zienswijzen gemeenten en zal de auditcommissie een advies uitbrengen aan het Algemeen Bestuur. 5. Risico-inventarisatie t.b.v. weerstandsvermogen Voor de risico-inventarisatie zullen risico’s worden ‘gescoord’ op basis van impact (effect) op de organisatie en beheersbaarheid (effectieve beheersmaatregelen). De risico-inventarisatie zal zich richten op de risico’s met een hoge impact op de organisatie en waarvan de beheersbaarheid laag is. Daarnaast is het ook van belang om aandacht te besteden aan de risico’s met hoge beheersbaarheid, waarvoor geen effectieve beheersmaatregelen zijn getroffen. Conclusie: de auditcommissie stemt in met de methodiek voor het inventariseren van risico’s die relevant zijn voor het bepalen van het weerstandsvermogen. Voor het weerstandsvermogen zijn risico’s met een hoge impact en een lage beheersbaarheid relevant. 6. Rondvraag en sluiting Van de rondvraag wordt geen gebruik gemaakt. 2 C O N CL US I E S algemeen bestuur Veiligheidsregio Fryslân Datum Locatie : : 6 maart 2014 Leeuwarden Aanwezig: F. Crone (voorzitter) H. Apotheker (plv. vz/pfh. veiligheid) T. van Bekkum (pfh financiën/personeel) A. Aalberts R.J.H. Bats J. Boertjens G. Gerbrandy S. Heldoorn A. de Hoop E. ter Keurs G. van Klaveren G. Krol J. Liemburg Afwezig: W. van den Berg B. Bilker T. van Mourik E. Schadd-de Boer 1. • • 2. • • 3/4. • H. Oosterman F. Ravestein W.R. Sluiter J. Stellinga F. Veenstra M. Waanders T. van der Zwan F. Bolhuis (provinsje) W. Kleinhuis (algemeen directeur/secretaris) J. Oostinga (directeur bedrijfsvoering) J. Postma (directeur/commandant brandweer) H.C. de Vries (directiesecretaris) P. van Erkelens (wetterskip) J. Eland (OM) Opening en mededeling De voorzitter feliciteert de heer Postma met zijn benoeming tot kwartiermaker brandweer LMO. Op 26 maart zal formeel afscheid genomen worden. De heer Kleinhuis zegt dat intern nagedacht wordt over de wijze van invulling van de ontstane vacature. Hij gaat er van uit dat het dagelijks bestuur daarover binnen twee weken een nader besluit kan nemen. Op de vraag van mevrouw Waanders (naar aanleiding van de besluiten auditcommissie 4 september 2013) antwoordt de heer Oostinga dat de versterking op het terrein van inkoop en aanbesteding inmiddels heeft plaatsgevonden. Conclusies van de vergadering van 28 november 2013 Het algemeen bestuur besluit: de conclusies ongewijzigd vast te stellen. Naar aanleiding van de conclusies: Het algemeen bestuur besluit: dat in het kader van de regionalisering van de brandweer het materieel met een aanschafwaarde lager dan € 10.000,-- door de gemeenten om niet wordt overgedragen aan Veiligheidsregio Fryslân. Decharge stuurgroep SN1B/Presentatie stand van zaken geregionaliseerde brandweer Per 1 januari 2014 is de brandweer geregionaliseerd. Middels een presentatie blikt de heer Postma terug op het proces en stipt de belangrijkste aandachtspunten aan voor de toekomst (de presentatie is bijgevoegd). De heer Apotheker benadrukt dat het project heel goed is opgepakt door zowel de gemeentelijke als de regionale medewerkers. Veel respect daarvoor. 1 • 5. • • • De heer Kleinhuis merkt op dat landelijk belangstelling/waardering bestaat over de wijze waarop in het project de vrijwilligers hebben geparticipeerd en beleid met het oog op vrijwilligers is vastgesteld. De voorzitter geeft aan dat landelijk nog volop in discussie is de normering van de brandweerzorg. Beïnvloeding zal moeten plaatsvinden via het Veiligheidsberaad en wel zodanig dat ruimte blijft bestaan voor regionale invulling. Door meerdere leden wordt naar voren gebracht dat de vrijwilligers ook op tijd en nadrukkelijk moeten worden meegenomen bij deze beleidsmatige ontwikkelingen. De heer Apotheker geeft aan dat wat hem betreft de komende jaren de invulling van de taakstelling, de implementatie van de komende beleidsontwikkelingen (normeringen) en het vorm en inhoud geven aan de matrixorganisatie de speerpunten voor de brandweer zullen zijn. Het algemeen bestuur: verleent onder dankzegging decharge aan de stuurgroep Samen naar één brandweer. Wijziging verordening op de auditcommissie De heer Van der Zwan licht toe dat de wijziging samenhangt met de nieuwe governance van de veiligheidsregio. Mevrouw Waanders geeft in overweging in het algemeen bestuur explicieter stil te staan bij de adviezen van de auditcommissie. Dit wordt door het dagelijks bestuur toegezegd. Het algemeen bestuur besluit: de gewijzigde verordening vast te stellen. In de werkwijze van de auditcommissie zal de advisering explicieter aan de orde worden gesteld in het algemeen bestuur. 6. • • Kasritme facturering gemeentelijke bijdragen De heer Oostinga geeft een korte toelichting op het voorstel. Het algemeen bestuur besluit: e vanaf juli 2014 de gemeentelijke bijdrage maandelijks (voor de 16 ) te factureren. 7. • Financieel kader 2015 - 2018 De heer Van der Zwan zegt dat de auditcommissie van mening is dat het organisatiebelang en het door het algemeen bestuur vastgestelde beleid pleiten voor het handhaven van de indexatie voor 2015. Bovendien betekent het loslaten van de indexatie een impliciete keuze van een lager kwaliteitsniveau voor de uitvoering van de opgedragen taken. Een keuze die juist in de agenda- en bestuurscommissies moet worden gemaakt. De commissie adviseert derhalve wel te indexeren voor 2015. De heer Van Bekkum geeft aan dat het dagelijks bestuur het advies van de auditcommissie op zich terecht vindt maar dat het bestuur, gelet op de ontvangen zienswijzen, de gemeenten tegemoet wil komen door het handhaven van het derde beslispunt. De formulering is zodanig dat de indexatie 2015 onderdeel is en blijft van de te voeren discussies in de agenda- en bestuurscommissies. De heer Bats maakt namens de Waddeneilanden een voorbehoud. Deze gemeenten hebben het kader niet ontvangen voor een zienswijze. De heer Kleinhuis zegt dat het kader uiteraard is voorgelegd aan alle gemeenten. Van Schiermonnikoog is inmiddels ook een reactie ontvangen. Voor de drie andere gemeenten zal hij een en ander nagaan. De heer Sluiter merkt op dat de termijn te kort is om te reageren. De heer Kleinhuis geeft aan dat de veiligheidsregio een langere termijn hanteert dan wettelijk is bepaald en dat de huidige termijn (twee maanden) in overeenstemming is met het door de Colleges van B&W in Fryslân vastgestelde (en aan de veiligheidsregio toegezonden) advies van raadsgriffiers. De heer Gerbrandy zegt dat hij kan instemmen met de beslispunten. Mevrouw Waanders vraagt met betrekking tot het tweede beslispunt (vaststelling kwaliteitsniveau van uitvoering) naar de wijze van voorbereiding. In samenhang daarmee vraagt zij naar de uitwerking van het dekkingsplan 2.0 in relatie met de noodzaak tot het plegen van extra investeringen aan de voorkant (pro-actie/preventie) en de verwachting dat de resultaten van de onderzoeken eerst eind 2014 gereed zijn. De heer Veenstra zegt dat zijn raad inmiddels heeft ingestemd met het financieel kader. De heer Aalberts verwijst naar een bijeenkomst van de VFG waarin aan orde is geweest een zerobasedbenadering van alle GR-en. Insteek is het systematisch analyseren van de wettelijke taken en het vaststellen van het gewenste kwaliteitsniveau. Hij stelt voor een dergelijk onderzoek in 2015 uit te voeren en dat om de 5 jaar te herhalen. De heer Van Bekkum onderschrijft het voorstel van de heer Aalberts, maar ook dan zullen bestuurlijke keuzes gemaakt moeten worden. Het is prima voor het inzicht, waaraan overigens ook een transparante productenbegroting van de organisatie bijdraagt. De heer Kleinhuis wijst er op dat ook aan de gezondheidskant de wettelijke taken in beweging zijn. De • • • • • • • • • 2 • • • • • vaststelling van het nieuwe basistakenpakket JGZ zal zeker gevolgen hebben. De voorzitter stelt voor dat het dagelijks bestuur kijkt naar het aanbrengen van noodzakelijke faseringen in de besluitvorming en op basis daarvan komt met een procesvoorstel. De heer Apotheker wijst nog op de komende gemeenteraadsverkiezingen en de noodzaak naar de gemeenten toe te gaan om raadsleden te informeren over de uitvoering van de overgedragen taken. De heer Kleinhuis zegt dat het onderwerp de aandacht heeft. Een notitie daarover komt maandag aan de orde in de directie; insteek daarbij is wel dat de veiligheidsregio de gemeentelijke portefeuillehouders ondersteunt bij hun voorlichting. Bij de GGD bereidt een werkgroep een informatiebijeenkomst voor met het oog op mogelijk nieuwe leden in de Bestuurscommissie Gezondheid (wethouders). De heer Van Klaveren benadrukt het belang van een goede communicatie. Naast het vaststellen van een kwaliteitsniveau voor de uitvoering is ook een efficiënte uitvoering van belang. Het algemeen bestuur besluit: het financieel kader 2015 – 2018 vast te stellen met de volgende aanvullingen: • met het oog op een mogelijke doorwerking van het vastgestelde kwaliteitsniveau van uitvoering naar de gemeentelijke bijdrage voor 2015, worden de agenda- en bestuurscommissies gevraagd in de vergadering van het algemeen bestuur van 29 oktober 2014 voorstellen ter zake voor te leggen; • vooruitlopend op genoemde voorstellen zal bij de opstelling van de conceptbegroting 2015 worden uitgegaan van het binnen de begroting opvangen van de indexatie 2015; • gelet op de (landelijke) ontwikkelingen zal het dagelijks bestuur een procesvoorstel opstellen ten behoeve de fasering van de noodzakelijke besluitvorming. De burgemeesters van Ameland, Terschelling en Vlieland maken een voorbehoud. 8. • • • 9. Rondvraag De heer Aalberts wijst op het belang voor de veiligheidsregio’s aan te sluiten bij de (gemeentelijke) systematiek voor geo-informatie. Hiervoor zal aandacht moeten zijn binnen het Veiligheidsberaad. Mevrouw Waanders vraagt aandacht voor de verbreding van crisiscommunicatie door gemeenten als gevolg van de doordecentralisatie jeugdzorg. Het AEF-rapport naar de borging van GGD-taken (exclusief JGZ) door gemeenten zal worden toegezonden aan de leden van het algemeen bestuur. De minister komt tegen de zomer met een reactie. Sluiting 3 Stand van zaken geregionaliseerde brandweer Algemeen Bestuur 6 maart 2014 Johan Postma Project ‘Samen naar één brandweer’ Project Nu Initiatief- Definitie- Ontwerpfase fase fase Voorbereidingsfase Keuze ontwerp (nov. 2012) Programma van eisen (juli/ september 2012) Projectopdracht (nov 2011) Projectplan (maart 2012) Implementatiefase Implementatieplan ( maart 2013) Resultaat Nazorg Oplevering (dec 2013) Stand van zaken (1) Beleidsplan brandweer 2014: ‘De basis op orde’ • Risicobeheersing • Planvorming • Vakbekwaamheid • Materieelbeheer • Incidentbestrijding Stand van zaken (2) Personeel • 180 beroeps en 1150 vrijwilligers geplaatst / in dienst genomen • 4 bezwaarschriften; advies bezwarencommissie: ongegrond m.u.v. 1 gedeeltelijk • Verdere harmonisatie uitvoering van regelingen / afspraken / systemen • ‘Samen één brandweer’: inzetten op duurzame inzetbaarheid personeel • Uitwerking visie op vrijwilligheid in regels en regelruimte Stand van zaken (3) Bedrijfsvoering brandweer • Organisatie • Communicatie • Financiën • Beleidsontwikkeling Belangrijke thema’s • • • • Oriëntatie op gemeentelijk perspectief Vrijwilliger als basis Verdere invlechting binnen de Veiligheidsregio Ontwikkelen van de matrixorganisatie De aanleiding OPLEGNOTITIE Voorstel ter behandeling in de vergadering van het Algemeen Bestuur Datum 26 juni 2014 Onderwerp Viermaandsrapportage 2014 Bijlage ten behoeve van agendapunt 3 Portefeuillehouder W. Kleinhuis Opsteller H.C. de Vries Telefoon E-mail Bijlage(n) 1. Viermaandsrapportage 2014 Beslispunten Kennisnemen van de viermaandsrapportage 2014 Toelichting Overeenkomstig artikel 5 van de Financiële Verordening informeren wij u tussentijds over de realisatie van de begroting middels een vier- en achtmaandsrapportage. Bijgaand treft u aan de rapportage over de eerste vier maanden van 2014. Naar aanleiding van de rapportage willen wij met name aandacht vragen voor een drietal punten, te weten - onzekerheid met betrekking tot de uitvoering nieuwe brandweertaken - kwetsbaarheid afdeling Zorg en Advies (GGD) - risico’s Nieuwe brandweertaken De taken met betrekking tot de brandweer zijn per 1 januari 2014 door de gemeenten overgedragen aan Veiligheidsregio Fryslân. Het betekent dat de uitvoering van deze nieuwe taak bij de opstelling van de rapportage nog maar kort was opgestart. Veel onderwerpen zijn nog in ontwikkeling met het oog op de collectieve uitvoering. Met het oog daarop wordt terughoudend om gegaan met vervanging van materieel en het doen van uitgaven. De stand van zaken na vier maanden is daardoor vertekend en een prognose over de rest van het jaar erg onzeker. Naast de inhoudelijke component geldt een en ander ook voor de ondersteunde taken binnen de organisatie. Reden voor het dagelijks bestuur om bij deze rapportage af te zien van de gebruikelijke prognose. Pagina 1 van 2 Kwetsbaarheid afdeling Zorg en Advies Steeds meer wordt duidelijk dat de uitvoering van de klassieke GGD-taken onder druk staat. Verlies van taken (SMA) en bezuinigingen hebben geleid tot vermindering van de formatie met gevolg dat de uitvoering van de verschillende functies kwetsbaar is geworden. Sterker nog, het oplossen van de bestaande bovenformativiteit heeft waarschijnlijk gevolgen voor de uitvoering van de wettelijke taken. Zou bovendien de aanbesteding van de arrestantenzorg betekenen dat deze taak elders wordt belegd dan moet worden gevreesd voor de uitvoering van de wettelijke lijkschouw. De aanstelling van een projectleider in noordelijk verband met het oog op de aanbesteding arrestantenzorg en het bespreken van het AEF-onderzoek naar de borging van GGD-taken in een strategische bijeenkomst van de Bestuurscommissie Gezondheid zijn acties die worden ondernomen om op korte termijn de nodige duidelijkheid te verkrijgen op dit onderwerp. Risico’s De globale financiële verwachting voor 2014 sluit af met het benoemen van de niet-inhoudelijke risico’s. Wij benadrukken dat het opvangen van mogelijke uitkomsten van de CAO-onderhandelingen (de huidige CAO is al op 31 december 2012 verlopen) een forse last tot gevolg kan hebben voor het lopende jaar. Hiermee is geen rekening gehouden in de opgestelde verwachting. Na besluitvorming: Akkoord met voorstel Paraaf secretaris: Akkoord met voorstel met aantekening: [Vul hier de aantekening(en) in] Niet akkoord met voorstel met aantekening: [Vul hier de aantekening(en) in] Origineel in archief Kopie naar ambtelijk aanspreekpunt Pagina 2 van 2 Viermaandsrapportage 2014 januari - april VEILIGHEID Brandweer Algemeen Ten tijde van het opstellen van de 4-maandrapportage, zo’n 100 dagen na de start van de nieuwe brandweerorganisatie, kan geconcludeerd worden dat het stof langzaam neerdaalt. Brandweer Fryslân kijkt terug op een vloeiende overgang van vrijwillige posten en de adequate incidentbestrijding heeft geen moment onder druk gestaan. Ook was er voor de beroeps een nieuwe werkplek, werkte de computer en werd het eerste salaris eind januari keurig op tijd overgemaakt. Kortom; de belangrijkste zaken voor een zo goed mogelijke start, waaraan eind 2013 nog hard is gewerkt, waren geregeld en werkten goed. Uiteraard stonden de eerste maanden ook, en naar verwachting zal dit nog wel even zo blijven, in het teken van wennen, zoeken, aftasten en het oude los laten. Voor veel medewerkers betekent de nieuwe brandweerorganisatie niet alleen een nieuwe werkgever, maar ook een nieuwe werkplek met nieuwe collega’s en andere werkinhoud. Tot slot brengt het werken van de matrixorganisatie een nieuwe dynamiek met zich mee waarin een ieder zijn rol aan het zoeken is. Uitvoering Het eerste jaar in het bestaan van Brandweer Fryslân staat volledig in het teken van het op orde brengen van de basis: de eerste stappen in het leggen van het fundament voor de nieuwe organisatie zijn gezet in het project. Het fundament moet nu uitharden in de praktijk. Concreet betekent dit voor de basis brandweerzorg dat de verschillende niveaus in Fryslân in beeld zijn en vanuit de gemeenschappelijke regeling wordt gestart met het creëren van een ‘gelijke deken over Fryslân’ (uniform niveau) dat afgestemd wordt op de lokale omgeving (als de risico’s daarom vragen). Ook hoort bij de basis op orde brengen dat zaken, die nog niet of niet goed geregeld zijn, aangepakt worden en procedures en producten geharmoniseerd worden. In het beleidsplan Brandweer 2014 zijn speerpunten geformuleerd, die richting geven aan de inhoudelijke kant van het werk waarmee mede de basis op orde wordt gebracht. Er is geconcludeerd dat een ieder zijn handen, rekeninghoudende met het feit dat ieder zijn weg moet vinden in de nieuwe organisatie, vol zal hebben hieraan in 2014. Bij het op orde brengen van de basis speelt tevens een kwaliteitsdiscussie. Het bestuur heeft altijd benadrukt dat na 1 januari 2014 (de start van de opgeschaalde brandweerzorg) de discussie gevoerd zal moeten worden over de gewenste kwaliteit en de beschikbare (financiële) middelen. Momenteel wordt hier organisatiebreed hard aan gewerkt en dit vraagt veel extra inzet en energie van de medewerkers. De stand van zaken op dit moment is dat de processen van Brandweer Fryslân, de resultaten en het kwaliteitsniveau in kaart zijn gebracht. Volgende stappen in het proces zijn het formuleren van de ambities en op basis hiervan bepalen wat dit betekent voor de bestaande processen, mensen en middelen. Vanuit het project Sn1B is een aantal goed functionerende communicatiemiddelen meegenomen, één daarvan is het houden van informatieve tours langs de vrijwilligers. De eerste Lentetour heeft eind april plaatsgevonden. Belangrijkste signaal vanuit de vrijwilligers is dat men zeer tevreden is over de communicatie, informatie en de ondersteuning vanuit de afdeling bij materieelvraagstukken en vakbekwaamheid. Er is aangegeven dat men ondanks de grootte van de organisatie ervaart dat de lijnen kort zijn en men snel geholpen wordt. Belangrijkste aandachtspunt dat wordt genoemd is de belasting van de ploegleiders met administratieve taken. Het signaal komt met name voort uit de bewerkelijkheid van het gekozen automatiseringssysteem, hierop wordt actie ondernomen. Aandachtspunten • Ontwikkelingen Risicobeheersing: Op dit moment werkt het kabinet aan een aantal veranderingen in wet- en regelgeving op het gebied van het omgevingsrecht. Deze veranderingen kunnen op termijn gevolgen hebben voor het takenpakket van de brandweer en het operationeel optreden. • Borging AGS-piket: de bemensing van dit piket is niet structureel geborgd. De functie wordt momenteel gecombineerd met de functie HOVD. Een extra bijkomstigheid hierbij is het tijdelijk 1 • wegvallen van twee HOVD’en door ziekte en persoonlijke omstandigheden. De komende periode zal onderzocht worden hoe beide piketten structureel ingevuld kunnen worden. Inregelen meerjareninversteringsprogramma: het meerjareninvesteringsprogramma is vooralsnog een samenvoeging van de aangeleverde gegevens vanuit de deelnemende gemeenten en de voormalige regio. De afschrijvingstermijnen zijn in lijn gebracht met het beleid van Veiligheidsregio Fryslân. Aandacht vraagt nog wel de eenduidigheid van de investeringsbedragen en de doorwerking van indexering op de investeringen. Naar verwachting is er minimaal sprake van een voordelig saldo van € 2.000.000 bij de brandweer. De belangrijkste oorzaken voor dit voordelige saldo zijn: • Onderuitputting kapitaallasten: de onderuitputting op de kapitaalslasten hangt samen met het ‘BTW effect’ en met het uitstellen van vervangingsinvesteringen. In totaal bedraagt de verwachte onderuitputting € 1.500.000, waarvan € 500.000 betrekking heeft op het BTW effect. • Personeelslasten (€ 500.000): voor een aantal functies heeft de brandweer de keuze gemaakt om deze voorlopig niet in te vullen. Dit in verband met de invulling van de taakstelling van € 1.000.000 binnen het programma brandweer. Voor het uitvoeren van taken wordt waar nodig tijdelijk personeel ingezet. Crisisbeheersing Algemeen De eerste maanden van dit jaar heeft vooral in het teken gestaan van het vormgeven van de afdeling Crisisbeheersing bestaande uit de clusters Bevolkingszorg, GHOR en crisisbeheersing. Momenteel wordt gewerkt aan het inrichten van de afdeling en het integreren van de werkprocessen. Uitvoering Per 1 mei ligt de afdeling Crisisbeheersing op schema met de uitvoering van de jaarplannen 2014 van de clusters Bevolkingszorg, GHOR en Crisisbeheersing- multi. De thema’s “Beleid, Planvorming en Evenementen”, “Vakbekwaamheid”, “Informatiemanagement” en “Evalueren” vormen de gezamenlijke inhoudelijke rode draad binnen de afdeling. De afgelopen maanden is er door de afdeling Crisisbeheersing gewerkt aan een meerjarenvisie Crisisbeheersing en aan een conceptversie van het meerjarenbeleidsplan 2015-2018. Daarnaast hebben de volgende werkzaamheden plaatsgevonden: - Er heeft een drietal GRIP-incidenten plaatsgevonden: brand grafkistenfabriek Burgum (GRIP 1), brand garagebedrijf Rottevalle (GRIP 1) en incident zwembad Heerenveen (GRIP 1). Alle incidenten worden standaard geëvalueerd. In overleg met de burgemeester van Heerenveen vindt voor het zwembad-incident een uitgebreide evaluatie plaats. - Er zijn 3 rampbestrijdingsplannen opgesteld, ter inzage gelegd en bestuurlijk vastgesteld. Momenteel wordt gewerkt aan de implemenatie van deze plannen. - Het Ontwerp Regionaal Risicoprofiel Fryslân is geactualiseerd. - Er zijn overeenkomsten tussen de GHOR en 5 Friese Ziekenhuizen ondertekend - Er is gewerkt aan het versterken van de regionale crisisorganisatie middels vier sporen: versterken en indikken crisisorganisatie, versterken crisiscommunicatie crisisbeheersing als professie en versterken informatiemanagement. Genoemde versterking vloeit onder andere voort uit de verbeterpunten systeemtest en staat van de rampenbestrijding. - Het huidige “Regionale Evenementenbeleid” wordt herzien naar een “Kader Evenementen Veiligheid”. De VRF gaat daarnaast afzonderlijk in gesprek met de gemeenten waar risico- en aandachtsevenementen plaatsvinden. - Ten behoeve van het grootschalige evenement Tall Ships Races zijn er scenario’s besproken en is er een multidisciplinair draaiboek en advies opgesteld. - Er is gewerkt aan een opzet voor de ontwikkeling van kwalitatieve vakbekwaamheid (functiebeschrijvingen / competentieprofielen / assesments / portfolio per medewerker) - Met betrekking tot informatiemanagement wordt onderzocht hoe informatie dient te worden ontsloten voor zowel de warme als de koude fase. Aandachtspunten • Landelijke meldkamerorganisatie: Op landelijk niveau vindt momenteel binnen de diverse bestuurlijke overleggremia overleg plaats inzake de uitwerking van het transitieakkoord meldkamer, dat de Minister heeft gesloten met alle 25 veiligheidsregio’s. Hierin zijn de afspraken op hoofdlijnen opgenomen en is het invoeringsproces beschreven. Op basis van een nulmeting worden regionale overeenkomsten opgesteld. De financiële gevolgen voor de 2 • veiligheidsregio en/of gemeenten zijn op dit moment niet goed aan te geven en vormen daarmee een aandachtspunt. (Incidentele) kosten proactie/preventie brandweer: Het aanwenden van de voorziening BDUR in het kader van de regionalisering van de brandweer heeft terecht geleid tot vragen (in uw bestuur) over het dekken van de kosten voor versterkingen aan de voorkant van de keten (proactie/preventie), mede in het kader van het op te stellen dekkingsplan 2.0 van de brandweer. Een mogelijke (nieuwe) reservering ter zake zou de implementatie van dekkingsplan 2.0 ten goede kunnen komen. De verwachting is dat de afdeling crisisbeheersing het jaar 2014 afsluit met een voordelig saldo van ongeveer € 200.000. Het voordelig saldo is een gevolg van vacatureruimte en indikking crisisorganisatie. De invulling van vacatureruimte bij de voormalige clusters zal in samenhang met de nieuwe inrichting van de afdeling worden beschouwd. GEZONDHEID Algemeen De GGD is bezig met de voorbereiding van een nieuw meerjarenbeleidsplan, dat qua periode gelijk gaat lopen met de nieuwe collegeperiode. De nieuwe colleges hebben o.a. tot gevolg dat het bestuur van de GGD (de bestuurscommissie gezondheid) van samenstelling gaat veranderen. Er is een introductieprogramma opgesteld voor de nieuwe portefeuillehouders gezondheid. Financieel laat het programma gezondheid een verwacht resultaat zien van nihil. Het negatieve resultaat van Zorg en Advies wordt gecompenseerd met het positieve resultaat van de Jeugdgezondheidszorg. Zorg en Advies Uitvoering De uitvoering van de werkzaamheden verloopt grotendeels volgens planning. In deze rapportage worden enkele bijzondere zaken uit de eerste vier maanden naar voren gehaald. Samen met Izore (laboratorium) is het project BMRO gestart, gericht op de aanpak van multiresistente micro organismen. Er is inmiddels een concept projectplan opgesteld. Er is een uitbraak van TBC in de gemeente Leeuwarden geweest die (nog steeds) de nodige inzet vraagt. Er komen meer vluchtelingen (met name uit Eritrea en Syrië), wat ertoe heeft geleid dat binnen de bestaande opvang meer mensen worden opgenomen. Dit betekent een intensivering van werkzaamheden voor deze doelgroep. Met GGD Nederland en COA is afgesproken dat deze werkzaamheden plaatsvinden op basis van nacalculatie. De samenwerking met De Friesland Zorgverzekeraar heeft geleid tot de start van twee werkgroepen rondom de Gezonde Wijk en Kennisdeling. Beide werkgroepen komen voor de zomer met een plan van aanpak. Met betrekking tot de uitvoering van klanttevredenheidsonderzoeken is de samenwerking met Zorgbelang gezocht. Hiermee wordt de onafhankelijkheid beter gewaarborgd, en kan gebruik worden gemaakt van de expertise en het netwerk van Zorgbelang op dit terrein. Binnen de Medische Milieukunde vraagt de dioxineproblematiek in Harlingen nog steeds de nodige aandacht. Inmiddels heeft de landelijke overheid besloten tot het uitvoeren van een landelijk vervolgonderzoek naar dioxine in eieren van zgn. hobbyboeren. De GGD’en in Nederland zijn betrokken bij de uitvoering van dit onderzoek. Aandachtspunten • Forensische geneeskunde: de beschikbare capaciteit voor de uitvoering van de forensische geneeskunde (lijkschouw en politiezorg) blijft een punt van aandacht. Met het oog op de aanbesteding van de politiezorg is voor Noord-Nederland een projectleider aangesteld om de mogelijkheden voor samenwerking en efficiency nader te onderzoeken. Het financiële tekort van de afdeling Z&A is grotendeels toe te schrijven aan bovenformativiteit, die o.a. ontstaat door te realiseren bezuinigingen in het kader van ‘Skerp’. Mede door de bezuinigingen wordt de kwetsbaarheid van de verschillende functies groter. Dit fenomeen doet zich voor bij meerdere GGD’en, wat reden is geweest voor het ministerie van VWS om opdracht te geven voor een onderzoek naar de borging van GGD-taken. Het eindrapport van dit onderzoek, uitgevoerd door AEF, is onlangs verschenen, en zal in het najaar worden besproken in de bestuurscommissie gezondheid. 3 Jeugdgezondheidszorg Uitvoering De uitvoering van de werkzaamheden verloopt grotendeels volgens planning. In deze rapportage worden enkele bijzondere zaken uit de eerste vier maanden naar voren gehaald. De implementatie van het werken met de indeling 0-12 jarigen en 12–19 jarigen (i.p.v. 0-4 en 4-19) verloopt volgens plan. In het kader van de voorbereiding op de transitie jeugdzorg neemt de JGZ deel aan diverse pilots: - School als Werkplaats: deze pilot loopt af in 2014; - School als Vindplaats MBO en VO - Zelfsturend team Tytsjerksteradiel - Coördinatie en opzet gebiedsteam voor de gemeente Harlingen. - Project De Basis Versterkt in Sneek met inzet van verpleegkundigen. Daarnaast is de JGZ op lokaal niveau in gesprek om de aansluiting op de gebiedsgerichte teams te realiseren. De respons op de klanttevredenheidsonderzoeken in het onderwijs is nog laag, waardoor de gegevens niet zijn te generaliseren. De bestaande gegevens laten zien, dat >90 % tevreden is over de bereikbaarheid en dat 100% van de ouders/jongeren wordt gezien binnen 30 minuten van de afgesproken tijd (tijdigheid). De overige punten uiten zich in een score van 8,7 voor de arts en 8,6 voor de verpleegkundige en assistente. Voor het Consultatiebureau zijn de scores voor de arts 8,5 en voor de verpleegkundige en cbassistente 8,4. Aandachtspunten • De voorbereiding van de implementatie van het nieuwe basistakenpakket van de JGZ in 2015. Een deel van het huidige maatwerk wordt ondergebracht in dit nieuwe basistakenpakket. Het andere deel wordt opgenomen in de nieuwe jeugdwet, over de uitvoering hiervan zijn nog geen afspraken gemaakt. Financieel laat de afdeling JGZ nu nog een overschot zien, dat vooral verklaard kan worden uit de algemene opbrengsten. PROGNOSE FINANCIEEL Per 1 januari 2014 hebben de gemeenten de brandweertaken aan Veiligheidsregio Fryslân overgedragen. Het spreekt voor zich dat de implementatie van de collectieve uitvoering van deze taken, inclusief de bedrijfsvoering, de nodige tijd vergt. Veel onderwerpen zijn ook nog in ontwikkeling. Het management van de brandweer voert in het verlengde daarvan een terughoudend beleid ten aanzien van vervangingen en het doen van uitgaven. Het betekent dat, mede gelet op de omvang van het brandweerbudget (inclusief bedrijfsvoering) ten opzichte van het geheel, een prognose op basis van de eerste maanden met grote slagen om de arm bekeken dient te worden. Reden voor het dagelijks bestuur om af te zien van het bijvoegen van een prognose op het niveau van beleidsproducten. Wij gaan er van uit dat in het kader van de achtmaandsrapportage 2014 wel een dergelijke prognose kan worden voorgelegd. Samengevat is de verwachting op dit moment als volgt: Onderdeel Z&A JGZ Crisisbeheersing Brandweer Ondersteunende diensten Totaal Verwacht resultaat -250.000 +250.000 +200.000 +2.000.000 +100.000 +2.300.000 Risico’s In het licht van deze viermaandsrapportage 2014 brengen wij de navolgende risico’s onder uw aandacht: Algemene reserve 4 Er wordt op dit moment gewerkt aan de actualisatie van de Nota Weerstandsvermogen, een actualisatie die ook nodig is in verband met de brandweertaken per 1 januari 2014. Bij de vaststelling van de eerste begrotingswijziging 2014 (invoegen brandweerbudget) is al aangegeven dat de verwachte BTW-effect in de kapitaallasten gebruikt zou kunnen worden voor een mogelijke noodzakelijke verhoging van de algemene reserve. De geactualiseerde Weerstandsnota komt aan de orde in uw vergadering van 29 oktober 2014. CAO Zoals ook is aangegeven in de ontwerpbegroting 2015 bestaat er binnen de geraamde budgetten geen ruimte voor het opvangen van mogelijke uitkomsten van CAO-onderhandelingen (met terugwerkende kracht tot 1 januari 2013). Vervanging MS Office/ILB Voor de reeds in 2013 vermelde risico’s ‘vervanging MS Office’ en ‘individueel loopbaangebonden budget (ILB)’ wordt gekeken naar structurele oplossingen. Voor het ILB is in het kader van de rekening 2013 al een beperkte reservering opgenomen. ICT Halverwege dit jaar wordt een breed ICT onderzoek opgestart, o.a. naar aanleiding van de jaarrekening en het gesprek met de auditcommissie. Met name door de decentrale uitvoering van de werkzaamheden wordt veel gevraagd van de stabiliteit en continuïteit van de ICT-omgeving. Evaluatie inrichting/omvang ondersteunende diensten Met het oog op de uitbreiding van Veiligheidsregio Fryslân met de brandweertaken zijn de ondersteunende diensten vorig jaar opnieuw ingericht. Conform de afspraak vindt halverwege dit jaar een evaluatie plaats. Deze evaluatie wordt extern ondersteund door Berenschot waarbij ook, middels benchmark, gekeken zal worden naar de personeelsomvang van de overhead. Hierbij is ook van belang dat, gelet op eerdere onzekerheden voor JGZ in het kader van de doordecentralisatie Jeugd, in belangrijke mate is gewerkt met tijdelijke aanstellingen (nu 40% bij Bedrijfsvoering) hetgeen het nodige risico met zich meebrengt wat betreft de continuïteit. Leeuwarden, 12 juni 2014 Het dagelijks bestuur 5 OPLEGNOTITIE Voorstel ter behandeling in vergadering van het algemeen bestuur Op 26 juni 2014 Onderwerp Zienswijzen gemeenten jaarstukken VRF, inclusief 1 wijziging begroting 2015 (invulling nieuw basispakket JGZ) Bijlage ten behoeve van agendapunt 4 Ambtelijk aanspreekpunt W. Kleinhuis Afdeling Algemeen directeur e Telefoon E-mail Bijlage(n) 1. Overzicht zienswijzen gemeenten Beslispunten Instemmen met de geformuleerde reactie op de zienswijzen gemeenten op de jaarstukken VRF en besluiten overeenkomstig de voorstellen. Inleiding Eind april zijn diverse financiële stukken (rekening 2013, geïntegreerde begroting 2014, begroting 2015 e en 1 begrotingswijziging 2015) overeenkomstig de gemeenschappelijke regeling aan de gemeenten voorgelegd met de mogelijkheid een zienswijze te formuleren. Teneinde in deze vergadering zicht te hebben op de te verwachten zienswijzen zijn de, op de gemeentelijke websites, gepubliceerde documenten geraadpleegd. In bijgevoegd overzicht zijn de zienswijzen (op 10 juni was informatie van 15 gemeenten beschikbaar) kort samengevat weergegeven. In het navolgende treft u aan de reactie van het dagelijks bestuur op de zienswijzen, uitmondend in voorstellen aan uw bestuur voor definitieve vaststelling van voornoemde financiële stukken. Vooraf kan worden opgemerkt dat in geen der reacties een inhoudelijke wijziging noodzakelijk wordt geacht, waaruit voorzichtig kan worden geconcludeerd dat de gemeenten inhoudelijk gezien content zijn met de uitvoering van het beleid door de veiligheidsregio. Reactie dagelijks bestuur op de zienswijzen Rekening 2013 Alle gemeenten kunnen instemmen met de door het dagelijks bestuur vastgestelde conceptjaarrekening, waarbij de gemeente Leeuwarden aangeeft dat de reservering van het resultaat feitelijk niet nodig is Pagina 1 van 2 (maar acceptabel in afwachting discussie Weerstandsnota) en dat de reservering Regionalisering kan vrijvallen in de jaarrekening 2014. Onder verwijzing naar de Viermaandsrapportage 2014 vraagt het dagelijks bestuur aandacht voor de daarin genoemde (inhoudelijke en bedrijfsmatige) risico’s en onzekerheden. Het dagelijks bestuur gaat er van uit dat in de achtmaandsrapportage meer duidelijkheid kan worden gegeven, hetgeen vervolgens zijn vertaling kan krijgen in de aan te houden reserveringen. In uw vergadering van 29 oktober wordt ook de nota Weerstandsvermogen 2015 -2018 vastgesteld. Voorstel Gelet op de instemming van de gemeenten met de conceptjaarrekening en de daarin opgenomen resultaatbestemming, mede gelet op de bespreking achtmaandsrapportage 2014 en nota Weerstandsvermogen in de vergadering van 29 oktober van het algemeen bestuur geeft het dagelijks bestuur het algemeen bestuur in overweging de jaarrekening en de resultaatbestemming 2013 ongewijzigd vast te stellen. Geïntegreerde begroting 2014 Twee gemeenten geven aan dat het budget brandkranen inclusief overhead moet worden teruggegeven aan de gemeenten. Hoewel de reactie van deze gemeenten op zich juist is, heeft het dagelijks bestuur gelet op de reeds opgelegde taakstelling in het kader van de regionalisering brandweer alsmede het onderzoek van Berenschot naar de overhead (zie Viermaandsrapportage 2014) gemeend in dit geval de overhead buiten beschouwing te moeten laten. Over de resultaten van het onderzoek Berenschot zal het dagelijks bestuur u in de volgende vergadering informeren. Omdat de verschuiving van de WABO naar de basisbrandweerzorg een correctie betreft, kan het dagelijks bestuur niet tegemoet komen aan het standpunt van Achtkarspelen. Voorstel Het dagelijks bestuur stelt het algemeen bestuur voor de geïntegreerde begroting 2014 ongewijzigd vast te stellen. Begroting 2015 Alle gemeenten kunnen instemmen met de begroting 2015. De Friese Meren wijst op het belang van de te voeren takendiscussie. Sûdwest Fryslân acht bezuinigingen na 2018 noodzakelijk. De gemeente Leeuwarden mist een verklaring voor de daling van de uitgaven met 1% bij gelijkblijvende gemeentelijke bijdragen. De daling van de uitgaven heeft te maken met de invulling van de taakstelling als gevolg van de regionalisering brandweer. Hierdoor is de stelpost (baten) vervallen en zijn de betreffende lasten verlaagd. Voorstel Het dagelijks bestuur stelt het algemeen bestuur voor de begroting 2015 ongewijzigd vast te stellen. e 1 begrotingswijziging 2015 De gemeente Leeuwarden mist een verklaring voor de kosten beleidsadvisering en samenwerking. Overeenkomstig het besluit van de Bestuurscommissie Gezondheid bereidt de JGZ zich voor op de invulling van het nieuwe basistakenpakket JGZ conform de commissie De Winter en het ontwerpbesluit. De genoemde kosten vloeien voort uit de taken genoemd in de artikelen 7 en 8 van het ontwerpbesluit Publieke Gezondheid. Voorstel e Het dagelijks bestuur stelt het algemeen bestuur voor de 1 begrotingswijziging 2015 ongewijzigd vast te stellen. Pagina 2 van 2 Bijlage 1 Overzicht zienswijzen gemeenten jaarstukken gemeente Achtkarspelen het Bildt Dantumadeel De Friese Meren Dongeradeel Franekeradeel Heerenveen Kollumerland c.a. Leeuwarden Leeuwarderadeel Littenseradiel Menameradiel Ooststellingwerf Sudwest Fryslan Tytsjerksteradiel rekening 2013 akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord (vrijval resultaat/ regionalisering) akkoord akkoord akkoord akkoord (betere onderbouwing) akkoord akkoord begroting 2014 niet akkoord (WABO) akkoord akkoord akkoord niet akkoord (overhead brandkranen) akkoord akkoord akkoord niet akkoord (overhead brandkranen) akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord begroting 2015 akkoord akkoord akkoord akkoord (takendiscussie eind 2014) akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord (verklaring daling 1%) akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord (bezuinigen na 2018) akkoord 1e wijziging 2015 akkoord akkoord akkoord akkooord akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord (verklaring beleidsadvisering) akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord akkoord OPLEGNOTITIE Voorstel ter behandeling in de vergadering van het Algemeen Bestuur Datum 26 juni 2014 Onderwerp Inrichting brandweerkamer bij VNG Bijlage ten behoeve van agendapunt 5 Portefeuillehouder T. van Bekkum Opsteller L. van Poucke Telefoon 9682 E-mail [email protected] Bijlage(n) 1. Brief Veiligheidsberaad (VB) van 21 maart 2014 betreffende dienstverleningsovereenkomst VNG - VB ter oprichting van een brandweerkamer Beslispunten 1. Stem in met de dienstverleningsovereenkomst VNG - VB ter oprichting brandweerkamer; 2. Stem in met het machtigen van de voorzitter en secretaris van het Veiligheidsberaad om namens het bestuur van Veiligheidsregio Fryslân de dienstverleningsovereenkomst te ondertekenen; 3.Stem in met het afvaardigen van de heer T. van Bekkum, portefeuillehouder Personeel in het dagelijks bestuur als lid van de brandweerkamer. Inleiding Achtergrond In uw vergadering van 19 september 2013 is het verzoek van het VB aan de orde geweest met betrekking tot de intentie de VNG te vragen een brandweerkamer in te stellen en de onderlinge afspraken ter zake vast te leggen in een conceptdienstverleningsovereenkomst tussen VNG en de veiligheidsregio's. De brandweerkamer heeft als doel tot beheer te komen van de brandweerspecifieke regelingen die nu nog onderdeel zijn van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling voor gemeentepersoneel, maar na 1-12014 niet meer. Het concept van de dienstverleningsovereenkomst is nu gereed. Met de bijgevoegde brief heeft het Veiligheidsberaad zich naar alle veiligheidsbesturen gewend met de hierboven genoemde gevraagde besluiten 1 tot en met 3. Inhoud In de dienstverleningsovereenkomst wordt de instelling en samenstelling van de brandweerkamer geregeld. Tevens zijn er afspraken te vinden over de taken en bevoegdheden, is de rol van de secretaris en de onderhandelingsdelegatie uitgewerkt en zijn afspraken opgenomen over de bekostiging. Belangrijk is dat: 1. alle veiligheidsregio’s een burgemeester afvaardigen als lid van de brandweerkamer. 2. de brandweerkamer alleen principeakkoorden kan sluiten die altijd schriftelijk ter accordering aan alle veiligheidsbesturen worden voorgelegd (gelijk de huidige situatie t.a.v. de LOGA-akkoorden voor de Pagina 1 van 3 gemeentelijke CAO); 3. in de onderhandelingsdelegatie per definitie is opgenomen dat één van de G4 gemeenten/veiligheidsregio’s is vertegenwoordigd. Afvaaardiging Het voorstel is om de heer T. van Bekkum, portefeuillehouder Personeel in het dagelijks bestuur, namens Veiligheidsregio Fryslân af te vaardigen als lid van de Brandweerkamer Kosten VNG neemt de reguliere kosten (1/2 fte) voor ondersteuning brandweerkamer voor haar rekening. De volgende kosten zijn voor rekening van de veiligheidsregio’s: 1. Een jaarlijkse financiële bijdrage van € 500,- per veiligheidsregio in verband met de aansluitingsovereenkomst van de VR met de VNG (heeft VR Fryslân al en is ook begroot). 2. Mocht er sprake zijn van werkzaamheden bovenop de reguliere werkzaamheden, bijvoorbeeld als gevolg van forse onderhandelingen dan zullen meerkosten van de VNG in rekening bij de veiligheidsregio’s worden gebracht. Voor deze kosten hanteert de VNG het standaard uurtarief van € 92,-. Beleidsmatige context Met instelling van de brandweerkamer wordt recht gedaan aan de werkgeversrol van de veiligheidsregio’s. De kosten kunnen beperkt gehouden worden omdat de VNG enkel en alleen de extra kosten in rekening brengt bij de veiligheidsregio’s. De aansluitingskosten bedragen € 500,- per jaar per veiligheidsregio, deze bestonden echter al voor VR Fryslân. Beoogd effect/resultaat Adequate betrokkenheid van VR Fryslân bij CAO-onderhandelingen betreffende een aantal brandweerspecifieke onderwerpen Argumenten voor 1. Het is wenselijk dat centraal onderhandeld wordt over brandweerspecifieke CAO-onderwerpen. Door deelname aan de Brandweerkamer is VR Fryslân hierbij betrokken Kanttekeningen/risico’s Er kunnen mogelijk extra kosten komen indien de ondersteuning van het VNG de omvang van 0,5 fte overschrijdt. De kosten worden echter gedeeld door de 25 VR's gezamenlijk. Na besluitvorming: Akkoord met voorstel Paraaf secretaris: Akkoord met voorstel met aantekening: [Vul hier de aantekening(en) in] Niet akkoord met voorstel met aantekening: [Vul hier de aantekening(en) in] Pagina 2 van 3 Origineel in archief Kopie naar ambtelijk aanspreekpunt Pagina 3 van 3 OPLEGNOTITIE Voorstel ter behandeling in de vergadering van Het Algemeen Bestuur Datum 26 juni 2014 Onderwerp Huurovereenkomsten brandweerkazernes en decharge stuurgroep Bijlage ten behoeve van Agendapunt 6 Portefeuillehouder Gerard van Klaveren, voorzitter stuurgroep Opsteller Johan Oostinga Telefoon 0651 568 529 E-mail [email protected] Bijlage(n) 1. 2. Rapport huur brandweerkazernes ROZ model huurovereenkomst met bijlagen: a. Algemene bepalingen b. Voorbeeld concept objectsheet Beslispunten 1. Instemmen met de voorgestelde uitgangspunten huren van kazernes 2. Na instemming voorgestelde uitgangspunten huren van kazernes de stuurgroep decharge te geven en op te heffen. Inleiding In het najaar van 2013 heeft het AB besloten de brandweerkazernes in Friesland over te nemen in verband met de regionalisering per 1 januari 2014. Afgesproken is dat: de kazernes in eigendom van gemeenten voor 1 januari juridisch worden overgedragen aan de VRF; de contracten van de extern gehuurde kazernes per 1 januari 2014 door de VRF worden overgenomen en het AB een voorstel wordt gedaan in 2014 hoe de huur van kazernes door de VRF van gemeenten vorm te geven. Op dit moment zijn van de 65 kazernes er 45 overgenomen, zijn er 7 gehuurd van externe partners en is de huur van de laatste 13 kazernes in 9 gemeenten n voorbereiding. Hierover gaat dit voorstel. Voorgesteld wordt om de 13 kazernes te huren op dezelfde gronden als bij de overname van de kazernes en de huur dus te baseren op: 1. Kapitaallasten 2. Onderhoud 3. Exploitatielasten 4. Servicekosten Ad 1 Kapitaallasten Hier wordt voorgesteld om de kapitaallasten, net als bij de aankoop te baseren op: De werkelijke stichtingskosten De panden af te schrijven in 40 jaar De installaties af te schrijven in 20 jaar Pagina 1 van 4 - Lineair af te schrijven met 3,5% rente Bij onbekendheid onderscheid ‘stenen en installaties’ stichtingskosten te splitsen in 75%-25%. De brandweer specifieke installaties worden door de VRF overgenomen. Met de thans beschikbare informatie zijn de stichtingskosten ca € 2mln en de kosten van brandweerspecifieke installaties ca € 200.000. Ad 2 Onderhoud De kosten voor het onderhoud worden op dezelfde wijze bepaald als bij de overgenomen panden. Het rapport van de Grontmij dient hiervoor als basis, zij het dat de eerste verbeteringen hierin hebben plaats gevonden. Dit leidt tot een prijs per M2 onderhoudstarief van indicatief € 13,82 op basis van het gehanteerde gemiddelde tarief van de totale onderhoudskosten van alle kazernes. Dit kan omdat er geen achterstanden zijn in onderhoud conform de eerder vastgestelde norm NEN 2767. Ad 3 Exploitatielasten De exploitatiekostenlasten bestaan uit OZB, verzekeringen en NUTS. De kosten voor NUTS worden conform opgave eigen meters bepaald of via opgave door de gemeente. Bij de laatste situatie worden de kosten van verbruik gerelateerd aan het aantal m2. Ad 4 Servicekosten Deze kosten worden betaald aan gemeenten conform opgave gemeente. Op dit moment worden de betreffende kazernes op detail beoordeeld . De waarde van de brandweer specifieke installaties worden op basis van werkelijke kosten door de VRF overgenomen. Indien deze onbekend zijn, splitsen we de 25% installatiekosten in 15% voor de primaire installatie en 10% voor het brandweer specifieke deel. De waarde van de brandweer specifieke installaties schatten we nu in op ca. € 200.000. De betreffende gemeenten worden gevraagd deze specificatie te accorderen om zo tot een totale huursom te komen. Dit proces moet voor de zomer zijn afgerond. De huurtermijn voor kazernes zal standaard 5 jaar zijn, al zullen sommige gemeenten opteren voor 3 jaar vanwege lokale ontwikkelingen. Gekozen wordt voor een opzegtermijn van 1 jaar. Met bovenstaande uitgangspunten komt de financiële last voor de regio totaal uit op € 280.000, bestaande uit: huur (all in) per jaar ca. € 260.000 per jaar kapitaallasten overname brandweerspecifieke installaties ca € 20.000 per jaar De jaarlijkse lasten passen binnen het totale budget voor huisvesting zoals in november 2013 door het AB vastgesteld: Item Budget voor huisvesting Taakstelling Beschikbaar (sub 1) Kosten overname kazernes Beheer Beschikbaar huur (sub 2) Rest (totaal) Euro Toelichting € 3.485.000 (€ 236.000) Gehele taakstelling bedraagt € 668.000 waarvan € 236.000 Huisvesting € 3.249.000 1060000 Afschrijvingslasten 898000 Rentelasten 484000 Onderhoud (€ 2.442.000) 2442000 (€ 250.000) € 557.000 (€ 280.000) begroting huur 'intern' (€ 163.876) begroting huur 'extern' € 113.124 Risicopost De risicopost is een restpost welke gebruikt wordt om fluctuaties binnen het programma huisvesting op te vangen. Dit omdat niet alles al volledig duidelijk is. Uiteraard vindt verantwoording plaats via de jaarrekening. Tot slot zijn er bij 3, mogelijk 4 van de 13 kazernes bijzondere omstandigheden die vragen om maatwerk en daarmee akkoord aan de Veiligheidsregio dit bestens op te lossen: 1. Schiermonnikoog kan een BTW voordeel realiseren van ca. € 80.000 door splitsing, dit proces loopt nog tot uiterlijk 1 juli 2014 (einde uitstel Belastingdienst) 2. Kazernes in gecombineerd gebruik maar zonder gemeentelijke dienst: a. De kazerne op Nes Ameland wordt mogelijk verkocht aan Kijlstra, bekeken wordt of huur van een dan externe partij opweegt tegen splitsing b. De kazerne in Mantgum wordt mogelijk verkocht aan een aannemer, bekeken wordt of huur van een dan externe partij opweegt tegen splitsing Pagina 2 van 4 c. De kazerne in Koudum is nu in gebruik bij de politie, de ambulance en de brandweer. De gemeente onderzoekt verkoop van haar pand. Kanttekeningen 1. Met bovenstaande uitgangspunten is bij de huur van brandweerkazernes een standaard model gekozen, dit in tegenstelling tot de huurovereenkomsten voor de consultatiebureau’s (CB’s). De huur van de CB’s wordt bepaald aan de hand van een all-in tarief, de VRF huurt veelal beperkt (dagdelen). Bij nieuw af te sluiten huurcontracten voor CB locaties wordt overwogen de nu gehanteerde uitgangspunten en contract model toe te passen. Na besluitvorming: Akkoord met voorstel Paraaf secretaris: Akkoord met voorstel met aantekening: [Vul hier de aantekening(en) in] Niet akkoord met voorstel met aantekening: [Vul hier de aantekening(en) in] Origineel in archief Kopie naar ambtelijk aanspreekpunt Pagina 3 van 4 Rapport huur Brandweer Kazernes Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes Project Vastgoed Brandweer Rapport huur brandweer kazernes van de gemeenten 2/13 Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes INHOUD INHOUD .................................................................................................................................................... 3 1. INLEIDING ....................................................................................................................................... 4 2. HUUR PORTEFEUILLE ................................................................................................................ 5 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5. 3. HUURVARIANTEN....................................................................................................................... 10 3.1 3.2 3.3 3.4 4 OVERZICHT VAN DE INVENTARISATIE ........................................................................................ 5 OVERZICHT DEFINITIEVE HUURLOCATIES ................................................................................. 6 W IJZIGINGEN T.O.V. DE OORSPRONKELIJK CATEGORIE ........................................................... 6 TECHNISCHE KWALITEIT............................................................................................................ 8 W AARDERING ( KAPITAALSLASTEN).......................................................................................... 8 ALGEMENE UITGANGSPUNTEN ................................................................................................ 10 HUURTERMIJNEN .................................................................................................................... 10 HUURTARIEF BEREKENING...................................................................................................... 10 HUURCONTRACT ..................................................................................................................... 11 CONCLUSIE EN AANBEVELING ............................................................................................. 12 4.1 4.2 4.3 4.4 VALIDATIE SPECIFIEK EN PRIMAIR ........................................................................................... 12 KWALITEITSBEHEERSING ........................................................................................................ 12 RISICO’S .................................................................................................................................. 12 BESLUITEN .............................................................................................................................. 12 3/13 Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes 1. Inleiding De afgelopen periode is er hard gewerkt aan het tot stand komen van één brandweer organisatie voor heel Fryslan. Deze is vanaf 1 januari 2014 binnen de gestelde wettelijke en bestuurlijke kaders functioneel. Het vastgoed wat in eigendom was bij de verschillende gemeenten is met uitzondering van enkele kazernes per 1-1-2014 overgedragen aan de Veiligheidsregio Fryslan. De overdracht van het vastgoed in eigendom naar de VRF heeft de hoogste prioriteit gekregen mede als gevolg van de aankomende BTW herziening. De uitwerking van de huurovereenkomsten tussen VRF en de diverse gemeenten staat gepland voor het eerste kwartaal van 2014. Het vastgoed wat in eigendom blijft van de gemeenten betreft de kazernes die in gedeeld gebruik zijn. Voor deze kazernes worden nieuwe huurovereenkomsten aangegaan tussen de gemeenten en de VRF. In dit rapport wordt hiervoor een voorstel gedaan dat in het kort neer komt op: - een uniforme doorbelasting systematiek - aansluiten bij de werkmethoden van de beheersorganisatie van de VRF voor eigendomspanden. In de notitie treft u vervolgens aan: Hoofdstuk 2 betreft de portefeuille en de mutaties die hebben plaats gevonden, de omschrijving van de technische kwaliteit en de waardering. In hoofdstuk 3 worden de algemene uitgangspunten omschreven, de huurtermijnen , de huurtarieven en het huurcontract. Hoofdstuk 4 betreft de validatie, de conclusie en aanbeveling en de gevraagde besluiten. 4/13 Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes 2. Huur Portefeuille De eigendom kazernes van de gemeenten solitair en in gedeeld gebruik zijn in 2013 geschouwd. Recent gebouwde kazernes, jonger dan 3 jaar zijn buiten deze schouwing gelaten aangezien de onderhoudsstaat van deze kazernes naar verwachting goed zal zijn. De kazernes waar nu een huurovereenkomst voor wordt uitgewerkt zijn de kazernes in gedeeld gebruik. De vaststelling van deze categorieën kazernes was onderdeel van de adviesrapportage “Project Vastgoed Brandweer” opgesteld door Twynstra Gudde. 2.1. Overzicht van de inventarisatie De Portefeuille die in aanmerking komt als huurlocatie zijn de kazernes in gedeeld gebruik met de gemeenten. In de advies rapportage van Twynstra Gudde zijn dit de categorie II en categorie IV kazernes. De omschrijving van categorie II, gedeelde kazernes met een substantieel BTW bedrag. Deze kazernes staan in tabel 1 weergegeven. Tabel 1 - Categorie II Gemeente Harlingen IBOW OostWeststellingwerf Schiermonnikoog Sud West Fryslan Locatie Harlingen Oldeberkoop Adres gegevens Kazerne Westerzeedijk 11, 8862 PK Harlingen Wolvegasterweg 10a, 8421 PB Oldeberkoop Schiermonnikoog Noorderstreek 40, 9166 NR Schiermonnikoog Bolsward Hichtumerweg 17, 8701 PG Bolsward De omschrijving van categorie IV, gedeelde kazernes zonder BTW. Deze kazernes staan in tabel 2 weergegeven. Tabel 2 - Categorie IV Gemeente Achtkarspelen Ameland Dantumadeel De Friese Meren Dongeradeel Littenseradiel Locatie Surhuisterveen Buitenpost Nes Damwoude Bakhuizen Ternaard Dokkum Dokkum Mantgum Adres gegevens Kazerne Badlaan 2 a, 8931 BA Surhuisterveen Vaart 4, 9285 TX Buitenpost Ballumerweg 38, 9163 GB Nes De Moarreweg 24, 9104 LA Damwoude T de Boerstrjitte 23, 8574 SC Bakhuizen G. Japiksstraat 10, 9145 RW Ternaard Stationsweg 47, 9101 HX Dokkum Rondweg Noord 28, 9101 AD Dokkum Skillaerderdyk 1, 9022 AV Mantgum 5/13 Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes Sud West Fryslan 2.2. Koudum Heeg T. van der Walstraat 32, 8723 CA Dokkum De Draei 17, 8621 CZ Heeg Overzicht definitieve huurlocaties Het definitieve overzicht van de brandweerkazernes die in aanmerking komen als huurlocatie tussen gemeenten en VRF staat in tabel 3 weergegeven. De totale portefeuille zoals hij nu dient te worden vastgesteld als huurlocatie bestaat uit 13 kazernes, verdeeld over 9 gemeenten, zie tabel 3. Tabel 3 – definitieve locaties Gemeente Achtkarspelen Ameland Dantumadeel De Friese Meren Dongeradeel Harlingen Kollumerland Littenseradiel Sud West Fryslan 2.3. Locatie Surhuisterveen Buitenpost Nes Damwoude Bakhuizen Ternaard Dokkum Harlingen Kollum Mantgum Koudum Makkum Heeg Adres gegevens Kazerne Badlaan 2 a, 8931 BA Surhuisterveen Vaart 4, 9285 TX Buitenpost Ballumerweg 38, 9163 GB Nes De Moarreweg 24, 9104 LA Damwoude T de Boerstrjitte 23, 8574 SC Bakhuizen G. Japiksstraat 10, 9145 RW Ternaard Rondweg Noord 28, 9101 AD Dokkum Westerzeedijk 11, 8862 PK Harlingen Tochmalaan 3, 9291 BV Kollum Skillaerderdyk 1, 9022 AV Mantgum T. van der Walstraat 32, 8723 CA Dokkum Waardwei 1, 8764 HB Makkum De Draei 17, 8621 CZ Heeg Wijzigingen t.o.v. de oorspronkelijk categorie De mutaties ten opzichte van de oorspronkelijke inventarisatie staan hieronder per categorie kort omschreven. Naast de wijzigingen in categorie II en IV zijn er nog specifiek wijzigingen doorgevoerd, deze staan ook kort omschreven bij overige categorieën. Wijzigingen categorie II Wolvegasterweg 10a, 8421 PB Oldeberkoop De kazerne in Oldeberkoop was niet juist gecategoriseerd, dit betreft een categorie V kazerne, een kazerne die extern wordt gehuurd en niet bij de gemeente. Noorderstreek 40, 9166 NR Schiermonnikoog De splitsing van Schiermonnikoog is in volle gang. Schiermonnikoog is over gegaan naar categorie I, dit gezien het BTW bedrag van ca. € 80.000. Tot overname is 6/13 Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes besloten in november 2013. De afronding 1e kwartaal 2014, gezien het economische eigendom zijn m.b.t. deze kazerne maatwerk afspraken met de belastingdienst gemaakt. Partijen in deze zijn de gemeente Schiermonnikoog, Natuur Monumenten en Staatsbosbeheer. Belangrijk onderhandelpunt is het bouwen van een bezoekerscentrum op de locatie van de oude brandweerkazerne. Hichtumerweg 17, 8701 PG Bolsward Bolsward is over gegaan naar categorie I, dit gezien het BTW bedrag van ca. € 196.000. De splitsing van de brandweerkazerne Bolsward is afgerond. De kazerne Bolsward is in eigendom overgegaan naar de Veiligheidsregio. De eigendomsoverdracht heeft volgens planning per 31-12-2013 plaats gevonden. Wijzigingen categorie IV Stationsweg 47, 9101 HX Dokkum De kazerne Dokkum SW wordt niet meer als kazerne gebruikt. Deze locatie is door de gemeente verkocht aan een projectontwikkelaar. De kazerne wordt geïntegreerd in de brandweer kazerne aan de rondweg in Dokkum. Deze kazerne maakt nu geen deel meer uit van de huurlocaties. T de Boerstrjitte 23, 8574 SC Bakhuizen De kazerne Bakhuizen is van categorie IV gewijzigd in categorie I. De eigendomsoverdracht heeft volgens planning per 31-12-2013 plaats gevonden. Voor het deel dat bij gemeentewerken in gebruik is, wordt een huurovereenkomst opgesteld. De reden van categorie wijzing is de verdeling van de m2 tussen gemeente en brandweer. Aanvullend dient nog wel te worden opgemerkt dat de brandweer kazerne Bakhuizen een afwijkende status heeft. Bij deze kazerne is het oppervlak wat in gebruik is bij de brandweer groter dan het oppervlak dat in gebruik is bij gemeente werken. In overleg met de gemeente is hier besloten om de situatie aan de omstandigheden aan te passen. De Veiligheidsregio Fryslan is hier de eigenaar van de locatie waarbij de gemeente het deel door haar in gebruik van de Veiligheidsregio Fryslan huurt. Wijzigingen overige categorien Tochmalaan 3, 9291 BV Kollum De Kazerne in Kollum was oorspronkelijk een categorie III kazerne. Het college van Kollumerland heeft besloten deze kazerne niet in eigendom over te dragen. Deze kazerne is nu toegevoegd aan categorie IV. 7/13 Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes De kazerne Kollum is een solitaire kazerne welke zich wel op het terrein van de gemeente bevindt. Door de gemeente Kollumerland is besloten deze kazerne niet in eigendom aan de Veiligheidsregio Fryslan over te dragen. De kazerne in Kollum is zodoende benoemd als huur kazerne. Waardwei 1, 8764 HB Makkum De kazerne in Makkum was niet juist gecategoriseerd, dit betreft geen solitaire maar een gedeeld gebruik locatie. Makkum is opgenomen in categorie 4 2.4. Technische kwaliteit Van de objecten zijn gedetailleerde technische onderzoeken uitgevoerd naar de staat van onderhoud en de hieruit voortvloeiende kosten. Om een vergelijkbaar kwaliteitsniveau van de portefeuille te bepalen is uitgegaan van de NEN 2767. Niveau 3, redelijke kwaliteit is vastgesteld als minimaal niveau waaraan alle objecten in de portefeuille dienen te voldoen. Van alle geschouwde locaties zijn onderhoudsrapportages opgesteld. De opgestelde onderhoudsrapportages voor de huurlocaties zijn in de overdrachtsmap welke aan de gemeenten zijn verstrekt opgenomen onder bijlage 2.5. De technische kwaliteit van de locatie Dokkum SW Stationsweg 47 is niet opgenomen om reden dat deze locatie op korte termijn zal worden verlaten en niet meer als Brandweer locatie zal worden gebruikt. De technische schouwing van recent gebouwde locaties, locaties jonger dan 3 jaar is op de huurlocaties niet van toepassing. 2.5. Waardering ( kapitaalslasten) Alle gemeenten zijn vanuit het HUV project (Heroverweging Uitgangspunten Vastgoed) verzocht om de activagegevens aan te leveren van de betreffende objecten. Met deze gegevens is een boekwaarde berekend volgens de uitgangspunten uit de financiële verordening van de Veiligheidsregio Fryslan. De kapitaalslasten zijn van uit het HUV project voor zowel de eigendom als de huurlocaties in overleg met de gemeenten vastgesteld en aan de gemeenten bevestigd. 8/13 Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes De in tabel 4 gehanteerde kapitaalslasten zijn de lasten die zijn overgenomen vanuit het bovengenoemde traject. Tabel 4 – Kapitaallasten huur locaties Gemeente Locatie Achtkarspelen Ameland Surhuisterveen Buitenpost Nes Cat. Validatie T/G IV IV IV € 353.616 Dantumadeel Damwoude IV € 196.229 De Friese Meren Bakhuizen III € 127.806 Dongeradeel Ternaard IV € 13.639 Dokkum RW IV € 193.641 Harlingen Harlingen € 146.074 Kollumerland Littenseradiel Kollum Mantgum III IV € 29.984 € 24.225 Sud West Fryslan Koudum IV € 436.448 Makkum Heeg III IV €0 € 3.603 Bijzonderheden Dient nog gevalideerd te worden Dient nog gevalideerd te worden Brandweer en ambulancestalling bouw en installaties Alleen afzuiging specifiek aangegeven. Wisseling afspraak i.v.m. m2 gebruik Detail brandweer specifiek. Opstal met primair t.b.v. huurtarief ontbreekt. Splitsing tussen primair en brandweer specifiek. Inclusief de verbouw om de locatie geschikt te maken voor de werkplekken brandweer. Opstal met primair ontbreekt. Splitsen tussen primair en brandweer specifiek. Categorie wisseling Specifiek detail, opstal met primair t.b.v. ontbreekt Politie, Ambulance en brandweer loopt door elkaar heen Geen info aanwezig Geen detail, alleen toegangspoort Van de gemeente Achtkarspelen zijn de Kazernes Surhuisterveen en Buitenpost nog niet gevalideerd. Deze gegevens zijn wel opgevraagd maar zijn niet door de gemeenten aangeleverd. Validatie van deze locatie dient dan ook nog te worden uitgevoerd. 9/13 Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes 3. Huurvarianten 3.1 Algemene uitgangspunten Onafhankelijk van de keuze in huurvariant zijn er een aantal uitgangspunten vast te stellen die voor iedere kazerne gelijk dienen te zijn. Deze uitgangspunten zijn hieronder weergegeven met daarbij een korte onderbouwing/uitleg - de specifieke brandweer installaties worden door de Veiligheidsregio in eigendom overgenomen het huurcontract is op basis van het model voor de Raad voor Onroerende Zaken (ROZ) op 30 juli 2003 vastgesteld. het huurcontract heeft betrekking op de opstal met zijn primaire installaties. Uitgangspunt met betrekking tot onderhoud, is onderhoudsniveau 3 (NEN 2767) voor alle kazernes gelijk als het onderhoudsniveau bij de kazernes die in eigendom zijn van de VRF 3.2 Huurtermijnen De huurtermijnen dienen per Kazerne te worden vastgesteld. In basis wordt voor iedere kazerne een huurtermijn van 5 jaar vastgesteld. Een huurtermijn van minimaal 3 jaar wordt vastgesteld voor kazernes waar op korte termijn nieuwbouw plannen zijn of waar van waarschijnlijk is dat deze in het dekkingsplan overbodig worden. In uitzonderlijke gevallen, mochten deze van toepassing zijn, kan ook worden besloten om i.p.v. een huurovereenkomst een gebruikersovereenkomst voor kortere tijd op te stellen. Beëindigen van deze overeenkomst vindt plaats door opzegging tegen het einde van een huurperiode met inachtneming van een termijn van ten minste één jaar. Opzegging dient schriftelijk te geschieden. De verrekening van de huurbijdrage is per kwartaal vooraf. De verrekening van de energie eveneens per kwartaal vooraf indien de locatie geen zelfstandige energie bemetering heeft. Aan het einde van het jaar wordt de energie op basis van daadwerkelijk gebruik afgerekend. 3.3 Huurtarief berekening Het huurtarief dient op basis van de kapitaallasten te worden vastgesteld. De kapitaallasten voor de brandweer kazerne zijn de waarde van de opstal en de waarde 10/13 Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes van de primaire installaties. De waarde bepaling geschiedt zoals eerder genoemd volgens de vastgestelde financiële verordening van de Veiligheidsregio. Het huurtarief is een all-in tarief en bevat de onderstaande componenten: - basis huurkosten op basis van kapitaallasten - onderhoudskosten - servicekosten welke in de gemeentelijk servicecontracten zijn opgenomen - energie kosten De kapitaallasten worden bepaald op basis van het bedrag van de initiële investering, het jaar van aanschaf of renovatie. De van toepassing zijnde economische levensduur volgens de financiële verordening van de VRF: - 40 jaar voor gebouwen en 20 jaar voor installaties - Stichtingskosten 75% gebouw, 25% installaties - Rente 3,5 % lineair De van toepassing zijnde rentelasten worden gebaseerd op de over te nemen boekwaarde, tegen een percentage van 3,5 % lineair. Deze componenten worden gelijk verdeeld over de resterende economische levensduur en zijn de basis voor de maandelijkse huurkosten. De onderhoudskosten voor de Kazernes zijn in kaart gebracht volgens de NEN 2767 normering. De door de Veiligheidsregio Fryslan vastgestelde onderhoudprioriteit wordt ook voor de huurlocaties gehanteerd. De uitgewerkte onderhoudsrapportages van de gedeeld gebruik locaties met daarbij de meerjaren onderhoudsplannen zijn aan de gemeenten verstrekt. Deze zijn digitaal verstrekt aan de gebouwbeheerders, en fysiek in het overdrachtsdossier (bijlage 2.5). De servicekosten hebben betrekking op door de gemeente afgesloten onderhoudscontracten op diverse gebieden zoals bijvoorbeeld glasbewassing etc. Het heeft voorkeur de gemeentelijke contacten te behouden en deze in het huurtarief te verrekenen. De kosten van energie, gas, water en elektra gaan indien de locatie een zelfstandige energie aansluiting heeft, over naar de Veiligheidregio Fryslan. Indien de locatie geen eigen bemetering heeft, wordt het energieverbruik op basis van een praktische reële verdeling in het huurcontract opgenomen. 3.4 Huurcontract Het huurcontract wordt op basis van het ROZ model per kazerne en per gemeente afgesloten. 11/13 Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes 4 Conclusie en aanbeveling 4.1 Validatie specifiek en primair De validatie van de kazernes is door Twynstra Gudde in vervolg op het HUV traject uitgewerkt. Deze validatie op basis van de financiële verordening van de VRF. Deze validatie was toereikend voor de eigendomsoverdracht aangezien deze niet nader hoefde te worden op gesplitst. De investeringen die door de gemeenten zijn gedaan om de locaties geschikt te maken als brandweerkazerne zouden door de VRF van de gemeenten worden overgenomen. Dit soort investeringen betreft voor installaties met name adem en perslucht en rookgasafvoer installaties. De bouwkundige aanpassingen ten behoeve van de brandweer zijn met name de kleedruimte, douchevoorzieningen, kantine en de instructieruimten. Nader analyse geeft aan dat voor de te huren kazernes de validatie van de specifieke brandweer installaties en bouwkundige aanpassingen onvoldoende is uitgewerkt. Om wel een juiste verrekening met de gemeenten te kunnen doen dient de waarde bepaling van specifiek brandweer op detail te worden uitgewerkt. Na deze uitwerking kan een reële verrekening met de gemeenten plaats vinden. 4.2 Kwaliteitsbeheersing De vastgestelde kwaliteitsnorm met betrekking tot het onderhoud dient op basis van normering steekproefsgewijs te worden gecontroleerd. Dit dient nog te worden uitgewerkt en wordt onderdeel van het beheersplan VRF. 4.3 Risico’s Algemeen is het risico van het huren van locaties niet aan te bevelen. Een brandweer kazerne heeft dusdanig specifieke programma’s van eisen dat bij een huur locatie hier door de verhuurder specifiek in dient te worden geïnvesteerd. Deze investering met een daarbij behorende winstopslag zal resulteren in langere huurtermijnen die het managen van een dekkingsplan zal beperken. 4.4 Besluiten In de onderstaande tabel zijn de besluiten om tot de opzet van de huurovereenkomst en de daarbij behorende vergoedingen kort samengevat. 12/13 Versie 0.3 Tjitse van Dijk 140416 Rapport huur Brandweer Kazernes Onderstaande besluitenlijst geeft duidelijkheid aan de partijen over de voortgang en de vervolgstappen. Tabel 5 - besluitenlijst Omschrijving 2.2 Overzicht definitieve locaties 2.4 technische kwaliteit 2.5 Waardering 3.2 Huurtermijnen 3.3 Huurtarief berekening 4.1 Validatie primair en specifiek Gevraagd besluit Vaststellen van Tabel 3, het definitieve locatie overzicht huurcontracten Vaststelen dat de technische kwaliteit dient te voldoen aan de VRF normering zoals deze is opgesteld in de onderhoudsrapportages Waardering ontoereikend dient nader te worden uitgewerkt zie ook punt 4.1 Vaststellen van de huurtermijnen Vaststellen van het huurtarief zoals omschreven Detail validatie van de specifieke installaties en bouwkundige aanpassingen. 13/13 HUUROVEREENKOMST KANTOORRUIMTE en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a BW Model door de Raad voor Onroerende Zaken (ROZ) op 30 juli 2003 vastgesteld. Verwijzing naar dit model en het gebruik daarvan zijn uitsluitend toegestaan, indien de ingevulde, de toegevoegde of de afwijkende tekst duidelijk als zodanig herkenbaar is. Toevoegingen en afwijkingen dienen bij voorkeur te worden opgenomen onder het hoofd 'bijzondere bepalingen'. Iedere aansprakelijkheid voor nadelige gevolgen van het gebruik van de tekst van het model wordt door de ROZ uitgesloten. ONDERGETEKENDEN ● gevestigd/wonende te ● hierna te noemen 'verhuurder', ● ● ingeschreven in het handelsregister onder nummer vertegenwoordigd door EN ● gevestigd/wonende te ● hierna te noemen 'huurder', ● ● ● ingeschreven in het handelsregister onder nummer omzetbelastingnummer vertegenwoordigd door ZIJN OVEREENGEKOMEN Het gehuurde, bestemming 1.1 Verhuurder verhuurt aan huurder en huurder huurt van verhuurder de bedrijfsruimte, hierna 'het gehuurde' genoemd, gelegen ● ● kadastraal bekend welke bedrijfsruimte nader is aangegeven op de als bijlagen bij deze overeenkomst gevoegde en daarvan deeluitmakende door partijen geparafeerde tekening en een door partijen geparafeerd proces-verbaal van oplevering, waarin wordt aangegeven welke installaties en andere voorzieningen wel, en welke installaties en andere voorzieningen niet, tot het gehuurde behoren en waarin tevens een beschrijving van de staat van het gehuurde wordt gegeven, eventueel aangevuld met door partijen geparafeerde foto’s. 1.2 Het gehuurde zal door of vanwege huurder uitsluitend worden bestemd om te worden gebruikt als ● 1.3 Het is huurder niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van verhuurder een andere bestemming aan het gehuurde te geven dan omschreven in 1.2. 1.4 De hoogst toelaatbare belasting van de vloeren van het gehuurde bedraagt ● 1 ●● paraaf huurder paraaf verhuurder Voorwaarden 2.1 Van deze overeenkomst maken deel uit de ‘ALGEMENE BEPALINGEN HUUROVEREENKOMST KANTOORRUIMTE' en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230A BW’, gedeponeerd bij de griffie van de rechtbank te Den Haag op 11 juli 2003 en aldaar ingeschreven onder nummer 72/2003, hierna te noemen 'algemene bepalingen'. De inhoud van deze algemene bepalingen is partijen bekend. Huurder en verhuurder hebben een exemplaar van de algemene bepalingen ontvangen. 2.2 De algemene bepalingen waarnaar in 2.1 wordt verwezen, zijn van toepassing behoudens voor zover daarvan in deze overeenkomst uitdrukkelijk is afgeweken of toepassing daarvan ten aanzien van het gehuurde niet mogelijk is. ●● ● ●● ● ● ● ● ●● ●● ● ● ● Duur, verlenging en opzegging 3.1 Deze overeenkomst is aangegaan voor de duur van jaar, ingaande op en lopende tot en met . 3.2 Na het verstrijken van de in 3.1 genoemde periode wordt deze overeenkomst voortgezet voor een aansluitende periode van jaar, derhalve tot en met . Deze overeenkomst wordt vervolgens voortgezet voor aansluitende perioden van telkens jaar. 3.3 Beëindiging van deze overeenkomst vindt plaats door opzegging tegen het einde van een huurperiode met inachtneming van een termijn van tenminste één jaar. 3.4 Opzegging dient te geschieden bij deurwaardersexploot of per aangetekend schrijven. Huurprijs, omzetbelasting, huurprijsaanpassing, betalingsverplichting, betaalperiode 4.1 De aanvangshuurprijs van het gehuurde bedraagt op jaarbasis € zegge: 1) 4.2 Partijen komen overeen dat verhuurder wel/geen omzetbelasting over de huurprijs in rekening brengt. Indien géén met omzetbelasting belaste verhuur wordt overeengekomen is huurder naast de huurprijs een afzonderlijke vergoeding aan verhuurder verschuldigd, ter compensatie van het nadeel dat verhuurder c.q. diens rechtsopvolger(s) lijdt dan wel zal lijden, omdat de omzetbelasting op de investeringen en exploitatiekosten van verhuurder niet (meer) aftrekbaar zijn. Het gestelde in 19.1 t/m 19.9 algemene bepalingen is dan niet van toepassing. 4.3 Indien partijen een met omzetbelasting belaste verhuur zijn overeengekomen maken huurder en verhuurder gebruik van de mogelijkheid om op grond van Mededeling 45, besluit van 24 maart 1999, nr. VB 99/571, af te zien van het indienen van een gezamenlijk optieverzoek voor een met omzetbelasting belaste verhuur. Huurder verklaart door ondertekening van de huurovereenkomst mede ten behoeve van de rechtsopvolger(s) van verhuurder, dat hij het gehuurde blijvend gebruikt of blijvend laat gebruiken voor doeleinden waarvoor een volledig of nagenoeg volledig recht op aftrek van omzetbelasting op de voet van artikel 15 van de Wet op de omzetbelasting 1968 bestaat. 4.4 Het boekjaar van huurder loopt van tot en met 4.5 De huurprijs wordt jaarlijks per voor het eerst met ingang van aangepast overeenkomstig 9.1. t/m 9.4 algemene bepalingen. 4.6 De vergoeding die huurder verschuldigd is voor door of vanwege verhuurder te verzorgen bijkomende leveringen en diensten wordt bepaald overeenkomstig 16 algemene bepalingen. Op deze vergoeding wordt een systeem van voorschotbetalingen met latere verrekening toegepast, zoals daar is aangegeven. 4.7.1 De betalingsverplichting van huurder bestaat uit: de huurprijs; de afzonderlijke vergoeding indien geen met omzetbelasting belaste verhuur is overeengekomen de over de huurprijs verschuldigde omzetbelasting indien partijen een met omzetbelasting belaste verhuur zijn overeengekomen; het voorschot op de vergoeding voor de door of vanwege verhuurder te verzorgen bijkomende leveringen en diensten met de daarover verschuldigde omzetbelasting; 4.7.2 Huurder is geen omzetbelasting meer over de huurprijs verschuldigd indien het gehuurde niet langer met omzetbelasting mag worden verhuurd, terwijl partijen dat wel waren overeengekomen. Als dat het geval is, komen de in 19.3.a algemene bepalingen bedoelde vergoedingen voor de omzetbelasting in de plaats en wordt de in 19.3.a sub I bedoelde vergoeding bij voorbaat vastgesteld op ..% van de actuele huurprijs. 1) Doorhalen wat niet van toepassing is. 2 ●● paraaf huurder paraaf verhuurder ● ● ● ● ●● ●● ● 4.8. Per betaalperiode van kalendermaand(en) bedraagt bij aanvang van de huurovereenkomst: de huurprijs € de over de huurprijs verschuldigde omzetbelasting of € de afzonderlijke vergoeding als genoemd in 4.2 indien geen met omzetbelaste verhuur wordt overeengekomen of € de in 4.7.2. genoemde vergoeding(en) indien niet meer met omzetbelasting mag worden verhuurd, terwijl partijen dat wel waren overeengekomen € het voorschot op de vergoeding voor door of vanwege verhuurder verzorgde bijkomende leveringen en diensten met de daarover verschuldigde omzetbelasting € € € ________________ ● ●● ● totaal € zegge: 4.9 Met het oog op de datum van ingang van de huur, heeft de eerste betaling van huurder betrekking op de periode ●● van tot en met en is het over deze eerste periode verschuldigde bedrag ● € . Dit bedrag is inclusief omzetbelasting, ook wat de omzetbelasting over de huurprijs betreft, doch alleen als huurder omzetbelasting over de huurprijs verschuldigd is. ● Huurder zal dit bedrag voldoen vóór of op . 4.10 De uit hoofde van deze huurovereenkomst door huurder aan verhuurder te verrichten periodieke betalingen als ● weergegeven in 4.8 zijn in één bedrag bij vooruitbetaling verschuldigd in euro’s en moeten vóór of op de eerste dag van ● de periode waarop de betalingen betrekking hebben volledig zijn voldaan. 4.11 Tenzij anders vermeld, luiden alle bedragen in deze huurovereenkomst en de daarvan deel uitmakende algemene bepalingen exclusief omzetbelasting. ● ●● ● ● ● ● Leveringen en diensten 5. Als door of vanwege verhuurder te verzorgen bijkomende leveringen en diensten komen partijen overeen - Bankgarantie 6. Het in 12.1 algemene bepalingen bedoelde bedrag van de bankgarantie wordt bij deze tussen partijen vastgesteld op zegge: . Beheerder 7.1 Totdat verhuurder anders meedeelt, treedt als beheerder op ● 7.2 Tenzij schriftelijk anders overeengekomen, dient huurder zich voor wat betreft de inhoud en alle verdere aangelegenheden betreffende deze huurovereenkomst met de beheerder te verstaan. ● ● 3 ● ●● paraaf huurder paraaf verhuurder Bijzondere bepalingen 8. ● ● Aldus opgemaakt en ondertekend in ●● plaats voud datum plaats ....................................... datum ............................................... ●● (handtekening verhuurder) (handtekening huurder) 2) Bijlagen: ● ● ● - algemene bepalingen tekening van de gehuurde bedrijfsruimte proces-verbaal van oplevering bankgarantie Afzonderlijke handtekening(en) van huurder(s) voor de ontvangst van een eigen exemplaar van de ‘ALGEMENE BEPALINGEN HUUROVEREENKOMST KANTOORRUIMTE en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a BW’ als genoemd in 2.1. ● Handtekening huurder(s): 2) Doorhalen wat niet van toepassing is en eventueel aanvullen 4 Document : 140507 objectsheet damwald Concept Objectsheet Brandweerkazerne Project: NAW Adres Postcode Plaats Gemeente Contact gegevens De Moarrewei 24 9104 LA Damwald Dantumadiel Ruimtelijk& gebruik Analyse ruimtelijk Totaal oppervlakte Bruto vloer oppervlakte Bebouwd vloeroppervlakte Terrein oppervlakte Functioneel Damwald Rapport huur Brandweer Kazerne Werkelijk 2240 235 543 n.v.t. m2 m2 BVO m2 BBO m2 terrein aanduiding grote omschrijving AKKERWOUDE I 6321 1 ha 63 a 40 ca Berging – stalling - erf- tuin stalling kantine instruct werkpl Wpl.adem kantoor slaapvrz Sportvz ja nee nee ja nee ja nee nee Stichtingsjaar Stichtingskosten Renovatie jaar Boekwaarde renovatie Resterende termijn 1998 € 297.300 2001 € 189.654 2014 - 2038 Huur Exploitatie lasten Onderhoudskosten Service kosten Totaal € 9.451 € 4.477 € 3.248 € 272 € 17.448 Boekwaarde 1-1-14 Gebouw Installatie € 189.654 € 142.240 € 40.839 Brandweer Installatie € 6.575 Gegevens specifiek Omschrijving Aanschaf waarde Gebouw Installatie € 218.475 € 78.825 Gem VRF 40 20 Jaar Boekw VRF 2001 2001 Afschr. per jaar € 157.487 €32.167 € 5.431 € 4.021 € 189.654 € 9.451 Afschrijvingslast Rente Totaal Deel BV Kosten € 9.451 € 6.638 € 16.089 100 % locatie € 9.451 Omschrijving brandweer specifiek Aanschaf waarde Gem VRF Jaar Boekw VRF Rookgasafzuig install. € 6.575 € 6.575 Exploitatielasten Gem.belastingen verzekeringen NUTS Totaal € 741,61 € 229,54 € 3.506 € 4.477.25 Onderhoudskosten m2 tarief Totaal 235 € 13,82 € 3.247,70 Terreinen Facilitair Totaal € 68 € 204 € Servicekosten 272 Eigendom VRF en te onderhouden door VRF Omschrijving Rookgasafzuig install. Bouwjaar Fabricaat / Type / Serienummer Overig OPLEGNOTITIE Voorstel ter behandeling in de vergadering van het Algemeen Bestuur Datum 26 juni 2014 Onderwerp Herbenoemen externe leden auditcommissie Bijlage ten behoeve van agendapunt 13 Portefeuillehouder W. Kleinhuis Opsteller R. Giesolf Telefoon 088-2299960 E-mail [email protected] Bijlage(n) Geen Beslispunten De heer Wobma en de heer Piek herbenoemen als externe leden van de auditcommissie Veiligheidsregio Fryslân. Inleiding Recentelijk is de bestuursstructuur van de Veiligheidsregio gewijzigd, waarbij voor de inhoudelijke kolommen afzonderlijke bestuurscommissies zijn ingericht. Om aansluiting te behouden bij de bestuurlijke structuur van de Veiligheidsregio is de samenstelling van de auditcommissie hierop aangepast. Het Algemeen Bestuur heeft op 6 maart de aangepaste Verordening op de Auditcommissie VRF, waarin de gewijzigde samenstelling is opgenomen, vastgesteld. Gelet op de aangepaste verordening dient het Algemeen Bestuur de twee externe leden te benoemen die zitting nemen in de auditcommissie. De externe leden van de auditcommissie zijn momenteel de heer Wobma en de heer Piek. De zittingstermijn van beide leden loopt in 2014 af. In de aangepaste verordening is de mogelijkheid opgenomen om zittende leden voor een tweede termijn te benoemen. Voor de continuïteit binnen de commissie is het wenselijk om de zittende externe leden te herbenoemen. Hierbij wordt voorgesteld om de heer Wobma voor een periode van twee jaren en de heer Piek voor een periode van vier jaren te benoemen. Hiermee wordt geborgd dat de twee externe leden (in de toekomst) niet gelijktijdig aftreden. Beleidsmatige context Verordening op de Auditcommissie Veiligheidsregio Fryslân. Pagina 1 van 2 Beoogd effect/resultaat Met ingang van juni 2014 is de samenstelling van de commissie conform de samenstelling volgens de Verordening op de Auditcommissie. Na besluitvorming: Akkoord met voorstel Paraaf secretaris: Akkoord met voorstel met aantekening: [Vul hier de aantekening(en) in] Niet akkoord met voorstel met aantekening: [Vul hier de aantekening(en) in] Origineel in archief Kopie naar ambtelijk aanspreekpunt Pagina 2 van 2 MEMO Aan: Burgemeesters Friese gemeenten Van: Baukje Besling/beleidsmedewerker centrumgemeente Leeuwarden Datum: 11 juni 2014 Onderwerp: Regiovisie huiselijk geweld en kindermishandeling Registratienummer: Kopie: Inleiding Op basis van de gewijzigde Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) zijn alle gemeenten verantwoordelijk voor de ketenaanpak huiselijk geweld en 1 kindermishandeling. De gemeenten hebben de opdracht gekregen om vanaf 2015 in regionaal verband met elkaar afspraken te maken over de besteding van de regionale middelen die het rijk ter beschikking stelt aan de 2 centrumgemeenten . Naast de opdracht voor het opstellen van een regiovisie hebben gemeenten ook de opdracht gekregen om een bovenlokaal Advies en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK) in te stellen. Met als doel één meldpunt voor alle vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling en meer samenhang in de aanpak ervan. Niet alleen de centrumgemeenten, maar alle gemeenten zijn verantwoordelijk voor een ketenaanpak op het gebied van huiselijk geweld en kindermishandeling. Net als in heel Nederland moet ook in Fryslân een betere sturing en samenhang in het beleid tot stand komen. Op basis van welke uitgangspunten en afspraken de gemeenten dit willen doen wordt in deze regiovisie beschreven. Met deze visie gaat Fryslân de beleidsrichting aangeven voor de geïntegreerde aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling de komende jaren. Het doel is het voorkomen van geweld en het realiseren van een duurzame veilige situatie voor het gehele gezinssysteem: kinderen en volwassenen. Geweld moet zo vroeg mogelijk worden gesignaleerd en gestopt. De centrumgemeente Leeuwarden, heeft vanuit haar rol als ontvanger van de decentrale middelen Vrouwenopvang, het initiatief genomen voor het opstellen van deze regiovisie. Noodzakelijke samenwerking, uitgangspunten en taken De aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling dient zowel vanuit de verbinding met het sociaal domein (jeugd, zorg en welzijn) als vanuit de verbinding met veiligheid te worden opgepakt. Samenwerking tussen de verschillende domeinen is essentieel. Actieve inzet van alle gemeenten is hierbij noodzakelijk. Elke gemeente dient de aanpak zo te organiseren dat problemen 1 Kamerbrief Staatssecretaris van VWS van 14 december 2011 2 Decentralisatie uitkering vrouwenopvang Blad 2 zoveel mogelijk worden voorkomen of worden aangepakt voordat er sprake is van huiselijk geweld en kindermishandeling. In deze regiovisie voor huiselijk geweld en kindermishandeling onderscheiden we vijf categorieën taken: • Preventie • (Vroeg)Signalering en melding • Planvorming en regievoering • Opvang, herstel en hulpverlening • Nazorg Elke gemeente is verantwoordelijk voor het uitvoeren van de taken op het terrein van preventie, (vroeg) signalering, melding, herstel, hulpverlening en nazorg. Het belang van het uitvoeren van deze gemeentelijke taken is groot omdat daardoor gewerkt kan worden aan het voorkomen en het duurzaam beëindigen. De lokale gebiedsteams, CJG’s (Centra Jeugd en Gezin), sociale (wijk)teams/jeugdgezinsteams zullen hierin een belangrijke rol gaan spelen. De aanvullende bovenlokale aanpak (uitvoering door de centrumgemeente in casu Leeuwarden) bestaat uit het bieden van opvangplaatsen en het zorgen dat daar goede begeleiding wordt geboden. Daarmee is deze inzet gericht op het herstellen van de veiligheid voor de slachtoffers als ze niet in hun eigen omgeving kunnen worden opgevangen. Dit betekent dat de taakverdeling in de geïntegreerde keten huiselijk geweld en kindermishandeling tussen de lokale taken en de bovenlokale taken goed op elkaar moet worden afgestemd. Daarnaast is de samenhang met de justitiële keten van belang. Door een doelmatige mix van bestuurlijke en justitiële maatregelen voor daders en hulp voor de slachtoffers te organiseren, wordt het mogelijk om een samenhangend aanpak te realiseren. In de regiovisie wordt beschreven hoe de samenhang van uitgangspunten, gemeentelijke taken, taken centrumgemeente en de gestelde doelen wordt vormgegeven. De voorgestelde uitgangspunten zijn: 1. Veiligheid voorop en die van kinderen in het bijzonder 2. Snelle en passende hulp 3. Systeemgericht (integrale aanpak via 1 gezin, 1 plan, 1 aanspreekpunt) 4. Focus op eigen kracht en sociaal netwerk 5. Lokaal wat kan en boven lokaal wat moet 6. Outreachend 7. Samenwerking tussen domeinen (lokaal/provinciaal en zorg/justitie) vraagt om heldere afspraken 8. Niet weten hoe te handelen is geen reden om niet tot actie over te gaan Proces Om er voor te zorgen dat er een regiovisie geformuleerd wordt waarvoor enthousiasme en draagvlak is bij alle Friese gemeenten wordt gewerkt met een ambtelijke begeleidingsgroep. In deze groep zijn alle regio’s afgevaardigd en zijn de domeinen jeugd, Wmo en veiligheid vertegenwoordigd. De leden van deze begeleidingsgroep hebben de taak om hun regio ambtelijk en bestuurlijk te informeren over de regiovisie. Verder worden de ambtelijke provinciale overleggen zorg en welzijn en veiligheid benut om input te krijgen voor de regiovisie. Cliënten en uitvoerende organisaties worden betrokken via werkconferenties en presentaties. Ook voor de inrichting van het AMHK in Fryslân is een provinciale ambtelijke werkgroep ingesteld met afgevaardigden uit verschillende domeinen. In afstemming met deze werkgroep, Bureau Jeugdzorg en Fier Fryslân wordt nu Blad 3 een gedragen programma van eisen opgesteld. Ook de adviesraden van BJZ en Fier Fryslân worden daar bij betrokken. BJZ en Fier Fryslân verwerken deze eisen hierna in een inrichtingsplan. De betrokken portefeuillehouders zijn geïnformeerd over de regiovisie op 5 juni ’14 via het VFG pho Sociaal Domein. De aanwezige portefeuillehouders hebben ingestemd met de uitgangspunten en de voorgestelde taakverdeling tussen de gemeenten en de centrumgemeente Leeuwarden. Tevens heeft men de hieronder voorgestelde route voor besluitvorming onderschreven. De burgermeesters worden op de hoogte gesteld van de inhoudelijke lijn tijdens het AB van de veiligheidsregio op 26 juni ’14. Voorgestelde route besluitvorming • 2 Oktober 2014 aan het VFG portefeuillehouders overleg Sociaal Domein advies vragen of de regiovisie ter vaststelling aan colleges B&W en gemeenteraden kan worden voorgelegd • Daarna stelt elke gemeenteraad voor 1 januari 2015 de regiovisie vast • Uitwerken regiovisie in gemeentelijke uitvoeringsplannen en een boven lokaal uitvoeringsplan dat door centrumgemeente Leeuwarden wordt geformuleerd. Deze uitvoeringsplannen worden vast gesteld door de betreffende colleges. Vragen: 1. Kunt u de voorgestelde inhoudelijke lijn, inclusief de voorgestelde taakverdeling tussen de Friese gemeenten en Leeuwarden centrumgemeente, onderschrijven? 2. Kunt u het voorgestelde besluitvormingsproces onderschrijven?
© Copyright 2024 ExpyDoc