WOT (Wereld Oriënterend Taalonderwijs) basis aanbod groep 3 Middelen organisatie en frequentie Taal heeft een inhoudelijk deel (onder andere: woordenschat, zinsbouw, grammatica, lezen) en een communicatief deel (onder andere: uitwisselen van ervaringen, ideeën, meningen, gevoelens). Deze onderdelen van taal krijgen expliciet aandacht tijdens de WOT lessen (Wereld Oriënterende Taal). Omdat het verwerven van kennis over de wereld voornamelijk door middel van taal gaat, hebben wij deze twee vakgebieden aan elkaar gekoppeld. Als een kind kan communiceren met andere kinderen en volwassenen, zal hij/zij kennis over de wereld opnemen en uitwisselen. Het is deze kennis die op haar beurt weer dient als basis voor het leren van taal en voor de activiteiten die in het onderwijs zullen plaatsvinden. Het is ook de kennis van de wereld die taalbegrip vergemakkelijkt. Er is geen wezenlijk taalbegrip zonder ondersteuning van deze kennis. Om deze reden zijn de WO vakken en het leergebied mondelinge taal aan elkaar gekoppeld. Zij worden thematisch onderwezen. Middelen worden door voorbereidingsgroepjes bijeengezocht. Bronnen voor deze lessen zijn, de grote reis, internet, eerder gegeven lessen door andere leerkrachten en eigen creativiteit van zowel leerkracht als leerling. De doelen van wereld oriëntatie worden per thema vastgesteld en hebben een minder prominente plek in de lessen dan de taaldoelen. Kinderen maken vooral kennis met de wereld via taal. Verkeersonderwijs en ontwikkeling sociale en emotionele vaardigheden zijn enige WO vakken die in groep 3 apart ingeroosterd staat. Frequentie: 3 uur per week Na te streven WO doelen Doelen van de wereldverkenning De kinderen hebben belangstelling voor de omringende grotere leefwereld De kinderen hebben besef en begrip van het eigen lichaam en lichamelijke bewegingen (lichaamsoriëntatie) De kinderen verkennen, ordenen, en benoemen ruimtelijke structuren (ruimtelijke oriëntatie) De kinderen verkennen, experimenteren met en ordenen tijdseenheden (tijdsoriëntatie) Brede ontwikkelingsdoelen Onderzoeken, redeneren en problemen oplossen Uiten en vormgeven Zelfsturing en reflectie Wereld verkennen Samen spelen en samen werken Actief zijn en initiatieven nemen Communiceren en taal Voorstellingsvermogen en creativiteit (jonge kinderen zijn vooral bezig met het manipuleren van materialen en experimenteren hiermee) Symbolen, tekens en betekenissen Na te streven T doelen Aan de WO lessen worden taaldoelen gekoppeld die centraal moeten staan in ofwel de groep ofwel de individuele taallessen/logopedie. In de groep ligt de nadruk op vergroten van woordenschat en communicatieve redzaamheid. Luisteren Vertelt een gedeelte van een verhaal na zonder steun van illustraties Onderscheidt met behulp van picto’s hoofdcomponenten van een verhaal (wanneer, hoe) Luistert tijdens het werken in tweetallen naar zijn medeleerlingen Voorspelt de loop van een verhaal (stelt deze indien nodig bij) Beantwoordt op aanwijzing van leerkracht vragen over een tekst of geeft dit weer (naspelen, tekening, stripverhaal ordenen) Spreken Beantwoordt vragen over het eigen verhaal Vraagt om herhaling als iets niet begrepen is Geeft de volgorde van gebeurtenissen in een eigen verhaal Heeft inbreng bij het bespreken van een probleem in de groep Heeft inbreng bij het maken van een plan in de groep Legt iets uit (hoe je een som oplost) Vraagt uitleg over de leerstof en voegt informatie toe Formuleert langere, ook samengestelde zinnen die nog vormen structuurfouten kunnen bevatten Vertelt een (voor)gelezen verhaal in grote lijnen na zonder hulp Sociaal taalgebruik Nodigt een bekende beleefd uit per telefoon Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Leerkracht aanpak Hieronder volgen een aantal aandachtspunten voor de leerkracht de communicatieve ontwikkeling te stimuleren. De leerkracht Zorgt dat hij/zij goed te zien is Spreekt duidelijk en langzaam Deelt mondelinge informatie op in stukjes Creëert veilige en uitnodigende spreeksituaties Volgt, past taal aan en voegt taal toe Beantwoordt pogingen tot communicatie positief Verwoordt handelen Benoemt de dingen om zich heen Benoemt emoties van zichzelf en het kind Stimuleert alertheid, luistergerichtheid en het opgang houden van gesprek Brengt structuur aan verhalen door samen te vatten en goed terug te geven van taal Gebruikt dagritmes e.d. Gebruikt natuurlijke gebaren Gebruikt luisterspelletjes voor de stimulering van de luistervaardigheid. Herhaalt auditief aangeboden informatie Leerkracht en logopedist gebruiken Belt een bekende op en voert beleefd een gesprek (netjes de ander aanspreken, geen ongepaste woordkeus) Biedt aan gepast zijn excuses (sorry, het spijt me) aan Troost een bekende Past bij het uitvoeren van taalhandelingen in duo’s of groepjes een aantal interactie- en gespreksvaardigheden toe (luisteren naar elkaar, elkaar laten uitpraten, om de beurt praten) Let tijdens het spreken in de groep op de gespreksregels die aan de orde zijn Verwoordt gedachtes en denkvragen (waarom is dit zo?) Is in staat om in een gesprek te redeneren, concluderen en vergelijken Mening geven Geeft gevraagd zijn mening en licht deze toe Vertelt of hij het wel of niet eens is met een mening Luistert naar de mening van anderen Woordenschat Breidt zijn woordenschat uit met woorden voor een taalniveau van 6/7 jaar Breidt zijn woordenschat uit met meer functiewoorden Breidt zijn woordenschat met woorden die nodig zijn bij het lezen en het rekenen Leidt de betekenis van een woord af uit een plaatje Vraagt hulp en uitleg als hij een woord niet weet Communicatieve redzaamheid Expliciet aandacht voor : Evaluatie Thema’s (betrokkenheid, kennis en vaardigheden): Taaldoelen (taalvorm, inhoud en gebruik): Communicatieve redzaamheid (communicatieve redzaamheid binnen en buiten de groep): Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Verhallen&Verhallen voor het aanleren van nieuwe scripts en stimulering van de conceptvorming. Leerkracht en logopedist gebruiken denk stimulerende gespreksmethodieken (DGM) om het taal-denkniveau verder te stimuleren. Voor de kringregels het beurtgedrag worden pictogrammen gebruikt die door de hele school hetzelfde zijn. Technisch lezen (<min – basisaanbod groep 3 GROEPSPLAN) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum ≥VMBO T VMBO KB/ BB PrO/LWOO PrO Groep 3 ≥E3 ZON 1 t/m 8 M3 MAAN 1 t/m 8 M3 STER 1 t/m 4 -8 ≤ M3 STER 1 t/m 4-8 4 ≥E4 8 t/m 12 M4 8 t/m 12 E3 4 t/m 8 ≤ E3 4 t/m 8 5 ≥E5 LL 7+8 E4-M5 LL (4) 5 + 6 M4 LL (2) + 3 ≤E3 LL a+b+1+ 2 6 ≥M6 -E6 9 + 10 M5-E5 6 + 7 + 8 E4 4+5 ≤ M4 F en L 1+2 +3 7 ≥M7 M6-E6 E4-E5 ≤ M4 10 9 + 10 4 + 5 + 6 + 7 +8 F en L 1+2 +3 8 PLUS 10 E6- E7 9 + 10 E5-M6 7 + 8 + 9 ≤ M5 F en L / 1 tm 6 Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak frequentie Beheersingsniveau Extra doelgericht aandacht voor fonemisch bewustzijn (doelen van groep 2) A. Sorteren van woorden op beginklank B. Synthetiseren van klanken tot een woord C. Isoleren van klanken in een woord D. Een klank in een woord toevoegen, weglaten of vervangen E. Analyseren van klanken in een woord AVI-START 1. Wijst gevraagde letters aan 2. Benoemt aangewezen letters 3. Herkent direct lidwoorden: “de, het en een”. 4. Herkent simpele woorden, zoals “teen, roos, boom” (doorzien structuur eenvoudige klankzuivere woorden) AVI-M3 5. Leest zinnen met ongeveer 6 woorden zonder hoofdletters 6. Leest korte zinnen met één zin per regel 7. Leest geen samengestelde zinnen 8. Benoemt vlot alle grafemen 9. Leest eenlettergrepige woorden zonder leesmoeilijkheden 10. Leest vlot klankzuivere (M)K(M) (jaap, om, juf, ik, pen, boos) Veilig leren lezen + spreekbeeld: Map fonologisch bewustzijn: doelen A t/m E Kern 1 t/m 5 (doelen 1 t/m 4) MAAN + STER materiaal Kern 6 t/m 8 (doelen 5 t/m 10) MAAN + STER materiaal Leerkracht aanpak * voor – koor – doorlezen * lees stimulerende spelletjes aanbieden * flitsen * zingend lezen * gevarieerd boeken aanbod * interactief voorlezen * woordkaartjes (labellen) * schrijfproducten van kinderen zichtbaar in de klas tonen * inzetten van computerprogramma VLL * consequent gebruik maken van spreekbeeld gebaren, letterlijn en lettermuur * verlengde instructie bieden 6 uur en 45 min per week Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Interventieprogramma spreekbeeld: Alle zintuigen worden geprikkeld en geactiveerd. De fonologische en/of auditieve ontwikkeling wordt gestimuleerd. Tegelijk brengt Spreekbeeld op een speelse Multi sensoriële manier foneembewustzijn tot stand. Technisch lezen (<minimum aanbod groep 3) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum ≥VMBO T VMBO KB/ BB PrO/LWOO PrO Groep 3 ≥E3 ZON 1 t/m 8 M3 MAAN 1 t/m 8 M3 STER 1 t/m 4 -8 ≤ M3 STER 1 t/m 4-8 4 ≥E4 8 t/m 12 M4 8 t/m 12 E3 4 t/m 8 ≤ E3 4 t/m 8 5 ≥E5 LL 7+8 E4-M5 LL (4) 5 + 6 M4 LL (2) + 3 ≤E3 LL a+b+1+ 2 6 ≥M6 -E6 9 + 10 M5-E5 6 + 7 + 8 E4 4+5 ≤ M4 F en L 1+2 +3 7 ≥M7 M6-E6 E4-E5 ≤ M4 10 9 + 10 4 + 5 + 6 + 7 +8 F en L 1+2 +3 8 PLUS 10 E6- E7 9 + 10 E5-M6 7 + 8 + 9 ≤ M5 F en L / 1 tm 6 Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak frequentie Beheersingsniveau Extra doelgericht aandacht voor fonemisch bewustzijn (doelen van groep 2) A. Sorteren van woorden op beginklank B. Synthetiseren van klanken tot een woord C. Isoleren van klanken in een woord D. Een klank in een woord toevoegen, weglaten of vervangen E. Analyseren van klanken in een woord AVI-START 1. Wijst gevraagde letters aan 2. Benoemt aangewezen letters 3. Herkent direct lidwoorden: “de, het en een”. 4. Herkent simpele woorden, zoals “teen, roos, boom” (doorzien structuur eenvoudige klankzuivere woorden) AVI-M3 5. Leest zinnen met ongeveer 6 woorden zonder hoofdletters 6. Leest korte zinnen met één zin per regel 7. Leest geen samengestelde zinnen 8. Benoemt vlot alle grafemen 9. Leest eenlettergrepige woorden zonder leesmoeilijkheden 10. Leest vlot klankzuivere (M)K(M) (jaap, om, juf, ik, pen, boos) Veilig leren lezen + spreekbeeld: Map fonologisch bewustzijn: doelen A t/m E Kern 1 t/m 5 (doelen 1 t/m 4) MAAN + STER materiaal Kern 6 t/m 8 (doelen 5 t/m 10) MAAN + STER materiaal Leerkracht aanpak * voor – koor – doorlezen * lees stimulerende spelletjes aanbieden * flitsen * zingend lezen * gevarieerd boeken aanbod * interactief voorlezen * woordkaartjes (labellen) * schrijfproducten van kinderen zichtbaar in de klas tonen * inzetten van computerprogramma VLL * consequent gebruik maken van spreekbeeld gebaren, letterlijn en lettermuur * verlengde instructie bieden 6 uur en 45 min per week Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Interventieprogramma spreekbeeld: Alle zintuigen worden geprikkeld en geactiveerd. De fonologische en/of auditieve ontwikkeling wordt gestimuleerd. Tegelijk brengt Spreekbeeld op een speelse Multi sensoriële manier foneembewustzijn tot stand. Technisch lezen (minimum aanbod groep 3) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum ≥VMBO T VMBO KB/ BB PrO/LWOO PrO Groep 3 ≥E3 ZON 1 t/m 8 M3 MAAN 1 t/m 8 M3 STER 1 t/m 4 -8 ≤ M3 STER 1 t/m 4-8 4 ≥E4 8 t/m 12 M4 8 t/m 12 E3 4 t/m 8 ≤ E3 4 t/m 8 5 ≥E5 LL 7+8 E4-M5 LL (4) 5 + 6 M4 LL (2) + 3 ≤E3 LL a+b+1+ 2 6 ≥M6 -E6 9 + 10 M5-E5 6 + 7 + 8 E4 4+5 ≤ M4 F en L 1+2 +3 7 ≥M7 M6-E6 E4-E5 ≤ M4 10 9 + 10 4 + 5 + 6 + 7 +8 F en L 1+2 +3 8 PLUS 10 E6- E7 9 + 10 E5-M6 7 + 8 + 9 ≤ M5 F en L / 1 tm 6 Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak frequentie Beheersingsniveau Extra doelgericht aandacht voor fonemisch bewustzijn (doelen van groep 2) A. Sorteren van woorden op beginklank B. Synthetiseren van klanken tot een woord C. Isoleren van klanken in een woord D. Een klank in een woord toevoegen, weglaten of vervangen E. Analyseren van klanken in een woord AVI-START 1. Wijst gevraagde letters aan 2. Benoemt aangewezen letters 3. Herkent direct lidwoorden: “de, het en een”. 4. Herkent simpele woorden, zoals “teen, roos, boom” (doorzien structuur eenvoudige klankzuivere woorden) AVI-M3 5. Leest zinnen met ongeveer 6 woorden zonder hoofdletters 6. Leest korte zinnen met één zin per regel 7. Leest geen samengestelde zinnen 8. Benoemt vlot alle grafemen 9. Leest eenlettergrepige woorden zonder leesmoeilijkheden 10. Leest vlot klankzuivere (M)K(M) (jaap, om, juf, ik, pen, boos) Veilig leren lezen + spreekbeeld: Map fonologisch bewustzijn: doelen A t/m E Kern 1 t/m 5 (doelen 1 t/m 4) MAAN + STER materiaal Kern 6 t/m 8 (doelen 5 t/m 10) MAAN + STER materiaal Leerkracht aanpak * voor – koor – doorlezen * lees stimulerende spelletjes aanbieden * flitsen * zingend lezen * gevarieerd boeken aanbod * interactief voorlezen * woordkaartjes (labellen) * schrijfproducten van kinderen zichtbaar in de klas tonen * inzetten van computerprogramma VLL * consequent gebruik maken van spreekbeeld gebaren, letterlijn en lettermuur * verlengde instructie bieden 6 uur en 45 min per week Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Interventieprogramma spreekbeeld: Alle zintuigen worden geprikkeld en geactiveerd. De fonologische en/of auditieve ontwikkeling wordt gestimuleerd. Tegelijk brengt Spreekbeeld op een speelse Multi sensoriële manier foneembewustzijn tot stand. Technisch lezen (basisaanbod groep 3) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum ≥VMBO T VMBO KB/ BB PrO/LWOO PrO Groep 3 ≥E3 ZON 1 t/m 8 M3 MAAN 1 t/m 8 M3 STER 1 t/m 4 -8 ≤ M3 STER 1 t/m 4-8 4 ≥E4 8 t/m 12 M4 8 t/m 12 E3 4 t/m 8 ≤ E3 4 t/m 8 5 ≥E5 LL 7+8 E4-M5 LL (4) 5 + 6 M4 LL (2) + 3 ≤E3 LL a+b+1+ 2 6 ≥M6 -E6 9 + 10 M5-E5 6 + 7 + 8 E4 4+5 ≤ M4 F en L 1+2 +3 7 ≥M7 M6-E6 E4-E5 ≤ M4 10 9 + 10 4 + 5 + 6 + 7 +8 F en L 1+2 +3 8 PLUS 10 E6- E7 9 + 10 E5-M6 7 + 8 + 9 ≤ M5 F en L / 1 tm 6 Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak frequentie Beheersingsniveau Extra doelgericht aandacht voor fonemisch bewustzijn (doelen van groep 2) A. Sorteren van woorden op beginklank B. Synthetiseren van klanken tot een woord C. Isoleren van klanken in een woord D. Een klank in een woord toevoegen, weglaten of vervangen E. Analyseren van klanken in een woord AVI-START 1. Wijst gevraagde letters aan 2. Benoemt aangewezen letters 3. Herkent direct lidwoorden: “de, het en een”. 4. Herkent simpele woorden, zoals “teen, roos, boom” (doorzien structuur eenvoudige klankzuivere woorden) AVI-M3 5. Leest zinnen met ongeveer 6 woorden zonder hoofdletters 6. Leest korte zinnen met één zin per regel 7. Leest geen samengestelde zinnen 8. Benoemt vlot alle grafemen 9. Leest eenlettergrepige woorden zonder leesmoeilijkheden 10. Leest vlot klankzuivere (M)K(M) (jaap, om, juf, ik, pen, boos) Veilig leren lezen + spreekbeeld: Map fonologisch bewustzijn: doelen A t/m E Kern 1 t/m 5 (doelen 1 t/m 4) MAAN materiaal Kern 6 t/m 8 (doelen 5 t/m 10) MAAN materiaal Leerkracht aanpak * voor – koor – doorlezen * lees stimulerende spelletjes aanbieden * flitsen * zingend lezen * gevarieerd boeken aanbod * interactief voorlezen * woordkaartjes (labellen) * schrijfproducten van kinderen zichtbaar in de klas tonen * inzetten van computerprogramma VLL * consequent gebruik maken van spreekbeeld gebaren, letterlijn en lettermuur * verlengde instructie bieden 6 uur en 45 min per week Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Interventieprogramma spreekbeeld: Alle zintuigen worden geprikkeld en geactiveerd. De fonologische en/of auditieve ontwikkeling wordt gestimuleerd. Tegelijk brengt Spreekbeeld op een speelse Multi sensoriële manier foneembewustzijn tot stand. Technisch lezen (verdiept aanbod groep 3) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum ≥VMBO T VMBO KB/ BB PrO/LWOO PrO Groep 3 ≥E3 ZON1 t/m 8 M3 MAAN1 t/m 8 M3 STER 1 t/m 4 -8 ≤ M3 STER 1 t/m 4-8 4 ≥E4 8 t/m 12 M4 8 t/m 12 E3 4 t/m 8 ≤ E3 4 t/m 8 5 ≥E5 LL 7+8 E4-M5 LL (4) 5 + 6 M4 LL (2) + 3 ≤E3 LL a+b+1+ 2 6 ≥M6 -E6 9 + 10 M5-E5 6 + 7 + 8 E4 4+5 ≤ M4 F en L 1+2 +3 7 ≥M7 M6-E6 E4-E5 ≤ M4 10 9 + 10 4 + 5 + 6 + 7 +8 F en L 1+2 +3 8 PLUS 10 E6- E7 9 + 10 E5-M6 7 + 8 + 9 ≤ M5 F en L / 1 tm 6 Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak frequentie AVI-START Wijst gevraagde letters aan Benoemt aangewezen letters Herkent direct lidwoorden: “de, het en een”. Herkent simpele woorden, zoals “teen, roos, boom” (doorzien structuur eenvoudige klankzuivere woorden) AVI-M3 Leest zinnen met ongeveer 6 woorden zonder hoofdletters Leest korte zinnen met één zin per regel Leest geen samengestelde zinnen Benoemt vlot alle grafemen Leest éenlettergrepige woorden zonder leesmoeilijkheden Leest vlot klankzuivere (M)K(M) (jaap, om, juf, ik, pen, boos) Veilig leren lezen ZON materialen + spreekbeeld: 6 uur en 45 min per week ≥AVI-E3 Leest zinnen met ongeveer 7 woorden Leest één zin per regel met hoofdletters Leest vlot nevenschikkende samengestelde zinnen Leest vlot eenvoudige tweelettergrepige of samengestelde woorden (ro-ver, voet-bal) Leest vlot eenlettergrepige woorden eindigend op dt, ng of nk Leest vlot twee en drie medeklinkers vooraan en/of achteraan MKMM/ MMKM/ MMKMM, MMMKM MKMMM Leest vlot verkleinwoorden Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Leerkracht aanpak nadrukkelijk aandacht opvoeren van het tempo. Door woorden herhaald te lezen Niet laten raden, maar voorzeggen. Strategie van directe woordherkenning aanbieden Koorlezen/simultaan lezen: samen met de leerkracht hardop lezen, met de juiste intonatie in een tempo dat de kinderen meetrekt Kauwgomlezen: de letters van het woord zo uitspreken dat er geen onderbreking plaatsvindt. Zingend lezen: de letter wordt net zo lang gerekt totdat de leerling de volgende letter weet. Een bepaalde letter of lettergroep waar de leerling moeite mee heeft markeren in de tekst. Samen lezen Boekje-bandje lezen: meelezen met een geluidsopname Begrijpend lezen (<minimum, minimum, basis aanbod groep 3 GROEPSPLAN) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum Groep ≥VMBO T VMBO KB/ BB PrO/LWOO PrO 3 4 5 6 7 ≥E3 ZON1 t/m 8 ≥E4 8 t/m 12 ≥E5 A(A) ≥M6 -E6 A ≥M7 M3 MAAN1 t/m 8 M4 8 t/m 12 E4-M5 AA M5-E5 AA M6-E6 A E6- E7 A/B M3 STER 1 t/m 4 -8 E3 M4 E4 AA E4-E5 AA E5-M6 A(A) ≤ M3 STER 1 t/m 4-8 ≤ E3 4 t/m 8 ≤ M4 AA ≤ M4 ≤ M5 4 t/m 8 ≤E3 AA AA 8 B AA ≥(E7)M8 B AA Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak frequentie Lezen Begrijpt de betekenis van veel voorkomende logo’s en picto’s Begrijpt dat illustraties en tekst een samenhangend geheel vormen Begrijpt dat tekenen en tekens produceren mogelijkheden bieden tot communicatie Geeft aan dat je een geschreven woord kan uitspreken Spreekt verwachtingen uit aan de hand van omslag en illustraties Begrijpt het permanente karakter en communicatieve doel van iets wat geschreven is (bijv. namenlijst) Geeft betekenis aan zelf gelezen woorden en zinnen Weet dat de zinnen in een tekst met elkaar verband houden Benoemt het onderscheid tussen lezen en schrijven De lessen begrijpend lezen zitten geïntegreerd in de lessen technisch lezen. De methode veilig leren lezen wordt hiervoor gebruikt. Meetbaar is het niveau vaak nog niet of niet voldoende. Dit komt doordat het technisch leesniveau eerst voldoende op gang moet zijn gekomen. Eind groep 3 wordt er wel getoetst met CITO indien het technisch leesniveau gelijk of hoger is aan midden groep 3. De leerkracht kan wel een inschatting maken of de hiernaast omschreven doelen beheerst worden. Geheel geïntegreerd in technisch leesuren . Geen apart ingeroosterde uren. Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Leerkracht aanpak Hardop nadenken over voorgelezen teksten of zelf gelezen zinnen Inspelen op vragen. Aandacht voor strategieën : voorspellen, vragen stellen, afleiden, visualiseren, verbinden en samenvatten Inzet van plaatmateriaal: voor het lezen van een tekst altijd even een plaat, bordtekening, of filmpje maken, maar ook de leerling zelf laten vertellen over hun belevenis, verhaal er bijschrijven en samen overpraten Kernwoorden ondersteunen met gebaren Veel aandacht (middels viertakt model) voor woorden uit de tekst. Begrijpend lezen ( <minimum aanbod groep 3) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum Groep ≥VMBO T VMBO KB/ BB PrO/LWOO PrO 3 4 5 6 7 ≥E3 ZON1 t/m 8 ≥E4 8 t/m 12 ≥E5 A(A) ≥M6 -E6 A ≥M7 M3 MAAN1 t/m 8 M4 8 t/m 12 E4-M5 AA M5-E5 AA M6-E6 A E6- E7 A/B M3 STER 1 t/m 4 -8 E3 M4 E4 AA E4-E5 AA E5-M6 A(A) ≤ M3 STER 1 t/m 4-8 ≤ E3 4 t/m 8 ≤ M4 AA ≤ M4 ≤ M5 4 t/m 8 ≤E3 AA AA 8 B AA ≥(E7)M8 B AA Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak frequentie Lezen Begrijpt de betekenis van veel voorkomende logo’s en picto’s Begrijpt dat illustraties en tekst een samenhangend geheel vormen Begrijpt dat tekenen en tekens produceren mogelijkheden bieden tot communicatie Geeft aan dat je een geschreven woord kan uitspreken Spreekt verwachtingen uit aan de hand van omslag en illustraties Begrijpt het permanente karakter en communicatieve doel van iets wat geschreven is (bijv. namenlijst) Geeft betekenis aan zelf gelezen woorden en zinnen Weet dat de zinnen in een tekst met elkaar verband houden Benoemt het onderscheid tussen lezen en schrijven De lessen begrijpend lezen zitten geïntegreerd in de lessen technisch lezen. De methode veilig leren lezen wordt hiervoor gebruikt. Meetbaar is het niveau vaak nog niet of niet voldoende. Dit komt doordat het technisch leesniveau eerst voldoende op gang moet zijn gekomen. Eind groep 3 wordt er wel getoetst met CITO indien het technisch leesniveau gelijk of hoger is aan midden groep 3. De leerkracht kan wel een inschatting maken of de hiernaast omschreven doelen beheerst worden. Geheel geïntegreerd in technisch leesuren . Geen apart ingeroosterde uren. Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Leerkracht aanpak Hardop nadenken over voorgelezen teksten of zelf gelezen zinnen Inspelen op vragen. Aandacht voor strategieën : voorspellen, vragen stellen, afleiden, visualiseren, verbinden en samenvatten Inzet van plaatmateriaal: voor het lezen van een tekst altijd even een plaat, bordtekening, of filmpje maken, maar ook de leerling zelf laten vertellen over hun belevenis, verhaal er bijschrijven en samen overpraten Kernwoorden ondersteunen met gebaren Veel aandacht (middels viertakt model) voor woorden uit de tekst. Begrijpend lezen (minimum/basis aanbod groep 3) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum Groep ≥VMBO T VMBO KB/ BB PrO/LWOO PrO 3 4 5 6 7 ≥E3 ZON1 t/m 8 ≥E4 8 t/m 12 ≥E5 A(A) ≥M6 -E6 A ≥M7 M3 MAAN1 t/m 8 M4 8 t/m 12 E4-M5 AA M5-E5 AA M6-E6 A E6- E7 A/B M3 STER 1 t/m 4 -8 E3 M4 E4 AA E4-E5 AA E5-M6 A(A) ≤ M3 STER 1 t/m 4-8 ≤ E3 4 t/m 8 ≤ M4 AA ≤ M4 ≤ M5 4 t/m 8 ≤E3 AA AA 8 B AA ≥(E7)M8 B AA Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak frequentie Lezen Begrijpt de betekenis van veel voorkomende logo’s en picto’s Begrijpt dat illustraties en tekst een samenhangend geheel vormen Begrijpt dat tekenen en tekens produceren mogelijkheden bieden tot communicatie Geeft aan dat je een geschreven woord kan uitspreken Spreekt verwachtingen uit aan de hand van omslag en illustraties Begrijpt het permanente karakter en communicatieve doel van iets wat geschreven is (bijv. namenlijst) Geeft betekenis aan zelf gelezen woorden en zinnen Weet dat de zinnen in een tekst met elkaar verband houden Benoemt het onderscheid tussen lezen en schrijven De lessen begrijpend lezen zitten geïntegreerd in de lessen technisch lezen. De methode veilig leren lezen wordt hiervoor gebruikt. Meetbaar is het niveau vaak nog niet of niet voldoende. Dit komt doordat het technisch leesniveau eerst voldoende op gang moet zijn gekomen. Eind groep 3 wordt er wel getoetst met CITO indien het technisch leesniveau gelijk of hoger is aan midden groep 3. De leerkracht kan wel een inschatting maken of de hiernaast omschreven doelen beheerst worden. Geheel geïntegreerd in technisch leesuren . Geen apart ingeroosterde uren. Evaluatie datum: Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Leerkracht aanpak Hardop nadenken over voorgelezen teksten of zelf gelezen zinnen Inspelen op vragen. Aandacht voor strategieën : voorspellen, vragen stellen, afleiden, visualiseren, verbinden en samenvatten Inzet van plaatmateriaal: voor het lezen van een tekst altijd even een plaat, bordtekening, of filmpje maken, maar ook de leerling zelf laten vertellen over hun belevenis, verhaal er bijschrijven en samen overpraten Kernwoorden ondersteunen met gebaren Veel aandacht (middels viertakt model) voor woorden uit de tekst. Begrijpend lezen (verdiept aanbod groep 3) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum Groep ≥VMBO T VMBO KB/ BB PrO/LWOO PrO 3 4 5 6 7 ≥E3 ZON1 t/m 8 ≥E4 8 t/m 12 ≥E5 A(A) ≥M6 -E6 A ≥M7 M3 MAAN1 t/m 8 M4 8 t/m 12 E4-M5 AA M5-E5 AA M6-E6 A E6- E7 A/B M3 STER 1 t/m 4 -8 E3 M4 E4 AA E4-E5 AA E5-M6 A(A) ≤ M3 STER 1 t/m 4-8 ≤ E3 4 t/m 8 ≤ M4 AA ≤ M4 ≤ M5 4 t/m 8 ≤E3 AA AA 8 B AA ≥(E7)M8 B AA Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak frequentie Lezen Begrijpt de betekenis van veel voorkomende logo’s en picto’s Begrijpt dat illustraties en tekst een samenhangend geheel vormen Begrijpt dat tekenen en tekens produceren mogelijkheden bieden tot communicatie Geeft aan dat je een geschreven woord kan uitspreken Spreekt verwachtingen uit aan de hand van omslag en illustraties Begrijpt het permanente karakter en communicatieve doel van iets wat geschreven is (bijv. namenlijst) Geeft betekenis aan zelf gelezen woorden en zinnen Weet dat de zinnen in een tekst met elkaar verband houden Benoemt het onderscheid tussen lezen en schrijven De lessen begrijpend lezen zitten geïntegreerd in de lessen technisch lezen. De methode veilig leren lezen wordt hiervoor gebruikt. Meetbaar is het niveau vaak nog niet of niet voldoende. Dit komt doordat het technisch leesniveau eerst voldoende op gang moet zijn gekomen. Eind groep 3 wordt er wel getoetst met CITO indien het technisch leesniveau gelijk of hoger is aan midden groep 3. De leerkracht kan wel een inschatting maken of de hiernaast omschreven doelen beheerst worden. Geheel geïntegreerd in technisch leesuren . Geen apart ingeroosterde uren. Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Leerkracht aanpak Hardop nadenken over voorgelezen teksten of zelf gelezen zinnen Inspelen op vragen. Aandacht voor strategieën : voorspellen, vragen stellen, afleiden, visualiseren, verbinden en samenvatten Inzet van plaatmateriaal: voor het lezen van een tekst altijd even een plaat, bordtekening, of filmpje maken, maar ook de leerling zelf laten vertellen over hun belevenis, verhaal er bijschrijven en samen overpraten Kernwoorden ondersteunen met gebaren Veel aandacht (middels viertakt model) voor woorden uit de tekst. Spelling (basis aanbod groep 3) Niveau Uitstroom Groep 3 ≥VMBO T Verdiept VMBO BB/KB Basis PrO/ VMBO +LWOO Minimum PrO <minimum Na te streven doelen ≥E3 VLL + BB + 1 M3 VLL + BB + 1 M3 VLL + BB + 1 ≤ M3 VLL+ BB + 1 4 5 ≥E4 2 +3 +4 M4 2 +3 +4 E3 1+2 < E3 1+2 ≥E5 5 + 6 + 7 ≥M6 -E6 8 + 9 + 10 ≥M7 11 + 12 + 13 E4-M5 4+5 +6 M5-E5 5+6+7 M6-E6 8 + 9 + 10 M4 2+3 E4 3+4 E4-E5 5+6+7 ≤E3 (BB) +1+ (2) ≤ M4 (1) + 2 + 3 ≤ M4 (1) + 2 + 3 Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak ≥ E7- M8 (13) tm 16 E6- E7 10+11 +12 E5-M6 7+8+9 ≤ M5 4+5+6 Leertijd Spelling is geïntegreerd in de methode VLL, maar moet ook gegeven worden met behulp van de methode woordbouw. Hoewel we de volledige stof van regulier groep 3 aanbieden zullen veel kinderen dit niveau niet beheersen aan het einde van groep 3. Voor hen is het belangrijk vooral vaker en meer te oefenen. Intensiever oefenen en meer instructie werkt beter dan meer opdrachten te laten doen of meer zelfstandig te laten werken. 5x 15 min woordbouw 2x half uur en 1x kwartier mag ook. M3 basisblok 1. Spelt klankzuivere woorden van 2 of 3 klanken korte klanken (vb: tak, nek ) lange klanken (vb: raak, boom) tweetekenklanken (vb: hout, roep) medeklinkers (vb: bot, pet ) E3 Blok 1 2. Spelt klankzuivere woorden met combinaties van twee medeklinkers: mkmm woorden (vb.: kast) mmkm-woorden (vb.: stap) 3. Spelt woorden met eer, oor, eur 4. Spelt woorden met aai, ooi, oei Kinderen leren BLOOON in te zetten als strategie om woorden te leren BLOOON = B=bekijken, L=lezen en uitspreken, O=opletten wat is lastig, O=omdraaien, O=opschrijven, N=nakijken en uitspreken. Let op CITO E3 vraagt ook woorden de volgende vaardigheden: deze komen pas in blok 2 aan bod (wat stof is voor groep 4). Je zult zelf een les van al deze items moeten inroosteren. Spelt woorden met ng of nk (bang, kring, streng) Spelt woorden met twee medeklinkers achteraan, die met een tussenklank worden uitgesproken (melk, warm) Spelt woorden met meer dan twee medeklinkers achter elkaar (markt, straat) Spelt woorden met sch(r) (school, taalschrift) Deze doelen komen wel deels aan de orde in Veilig leren lezen in de kernen 7 en 8 m.u.v. Woorden met drie medeklinkers en met een tussenklank. Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 6 7 Strategieën die daarbij hard op benoemd worden zijn: Horen (Her)ken je dit woord? Wat zijn lastige klanken/klankcombinaties om te herkennen/uit te spreken? Ken je andere woorden die ook zo klinken? Kunnen we het woord hakken of in klankgroepen verdelen? Wat is er lastig aan het woord? Welke medeklinker(s) hoor je vooraan/achteraan? Hoor je korte of lange klank(en)? Maak de klankgebaren erbij. Zou je dit woord kunnen schrijven zoals je het hoort? Opschrijven Wat zouden vergissingen kunnen zijn bij het opschrijven? Zie je het woord voor je? Schrijf het woord duidelijk leesbaar op Controleren Lees precies wat je hebt geschreven. Staat er nu wat je hebt gehoord/gedacht? Klopt het, geen vergissingen gemaakt? Heb je de juiste kenmerken herkend? Heb je nu aan alles gedacht? 8 Toetsen Iedere vierde les is een dictee. Na een blok ISO toets. Okt : CITO fonemisch bewustzijn Jan : CITO spelling M3 (indien mogelijk) Juni : CITO spelling E3. Rekenen (<minimum aanbod in groep 3) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum Groep ≥VMBO T VMBO BB/KB PrO/ VMBO +LWOO PrO 3 ≥E3 M3 M3 < M3 3A+ 3B xx of xxx 3A+ 3B x 3A+ 3B x PLR 3A 4 ≥E4 M4 E3 < E3 4A+ 4B xx /xxx 4A+ 4B x 4A+ 4B x PLR 3B 5 ≥E5 5A+ 5B xx / xxx E4-M5 5A+ 5B x M4 5A+ 5B x ≤E3 PLR 4A 6 ≥M6-E6 6A+ 6B xx /xxx M5-E5 6A+ 6B x E4 5B + 6A x ≤ M4 PLR 4A/4B 7 ≥M7 M6-E6 E4-E5 ≤ M4 7A+ 7B xx / xxx 7A +7B x 6B x PLR 4B/5A 8 ≥(E7)M8 E6- E7 E5-M6 ≤ M5 8A+ 8B xx/xxx 7B+ 8Ax 6B + 7A x PLR 5A/5B Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak Leertijd 3A Oriëntatie op de getallen Verder- en terugtellen tot en met 40 Cijfers schrijven Structuur van de getallen tot en met 20 (tiental en wisselende eenheden) Resultatief tellen Resultatief tellen tot en met 20 Getalbeelden tot en met 10 Grote hoeveelheden tellen Structureren Splitsingen tot en met 10 verkennen en oefenen Getalbeelden op het rekenrek verkennen en inoefenen Optellen en aftrekken tot en met 10 Vergelijken van aantallen: meer, minder of evenveel Erbij- en erafsituaties Bussommen Pijlsommen Geld De munten van 1, 2 en 5 cent Tijd De dagen van de week Serie gebeurtenissen in een logische volgorde plaatsen Klokkijken: hele uren Meten De begrippen groot/klein, voor/achter, hoog/laag etc Lengte: passen, vergelijken, meten met natuurlijke maten Oppervlakte: eerste verkenning Inhoud: eerste verkenning Meetkunde De begrippen voor/achter, links/rechts, boven/beneden Lezen en interpreteren van een plattegrond Blokkenbouwsels Standpunt bepalen Ten minste de stof van WIG 3A PLA : de leerkracht kijkt zelf of er meer dan 3A geboden kan worden (b.v. met behulp van rekenmachine toch kiezen om 3B mee te laten doen). 3A is het minste dat geboden wordt. Dagelijks 1 uur Er is veel aandacht voor het ontwikkelen van getalbeeld (dit gaat vooraf aan het inzetten van een rekenrek). Tot januari Verlengde instructie Veel beurten (op niveau) Begeleid verwerken van opdrachten Zelfstandig werken op succesniveau Maakt sommen met 1 ster Vanaf januari Sommen die niks te maken hebben met genoemde doelen worden overgeslagen Tempo wordt vertraagd (3B komt niet of nauwelijks aan de orde) Instructie volgt de leerling zo lang mogelijk met de rest van de groep. Daarna instructie en of verwerking op eigen niveau Didactiek Veel interactief oefenen (flitsen, splitsspelletjes, verliefde hartjes) Expliciet verbanden laten leggen tussen materialen - - - Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 = = Hardop verwoorden en laten verwoorden, maar leerlingen stoppen als zij foute strategieën verwoorden of lijken te zoeken. Concreet materiaal blijvend inzetten indien hardnekkig automatiseringsprobleem een rekenmachine inzetten voor b.v. steeds het laatste rijtje sommen (om zo de leerling goed af te laten sluiten en frustratie te voorkomen) Veel aandacht voor tellend rekenen en strategieën als “vriendjes sommen, verdwijnsommen, bijna verdwijnsommen, omkeren, verdubbelen Niet te veel getalbeelden tegelijk aanbieden Consequent nagaan of uitleg begrepen is Toetsen Blok toetsen Jan. CITO E2 Juni CITO M3 speciale leerling Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Rekenen (basisaanbod groep 3) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum Groep ≥VMBO T VMBO BB/KB PrO/ VMBO +LWOO PrO 3 ≥E3 M3 M3 < M3 3A+ 3B xx of xxx 3A+ 3B x 3A+ 3B x PLR 3A 4 ≥E4 M4 E3 < E3 4A+ 4B xx /xxx 4A+ 4B x 4A+ 4B x PLR 3B Na te streven doelen 3A Oriëntatie op de getallen Verder- en terugtellen tot en met 40 Cijfers schrijven Structuur van de getallen tot en met 20 (tiental en wisselende eenheden) Resultatief tellen Resultatief tellen tot en met 20 Getalbeelden tot en met 10 Grote hoeveelheden tellen Structureren Splitsingen tot en met 10 verkennen en oefenen Getalbeelden op het rekenrek verkennen en inoefenen Optellen en aftrekken tot en met 10 Vergelijken van aantallen: meer, minder of evenveel Erbij- en erafsituaties Bussommen Pijlsommen Geld De munten van 1, 2 en 5 cent Tijd De dagen van de week Serie gebeurtenissen in een logische volgorde plaatsen Klokkijken: hele uren Meten De begrippen groot/klein, voor/achter, hoog/laag etc. Lengte: passen, vergelijken, meten met natuurlijke maten Oppervlakte: eerste verkenning Inhoud: eerste verkenning Meetkunde De begrippen voor/achter, links/rechts, boven/beneden Lezen en interpreteren van een plattegrond Blokkenbouwsels Standpunt bepalen 3B Oriëntatie op de getallen tot en met 100 Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 5 ≥E5 5A+ 5B xx / xxx E4-M5 5A+ 5B x M4 5A+ 5B x ≤E3 PLR 4A 6 ≥M6-E6 6A+ 6B xx /xxx M5-E5 6A+ 6B x E4 5B + 6A x ≤ M4 PLR 4A/4B 7 ≥M7 M6-E6 E4-E5 ≤ M4 7A+ 7B xx / xxx 7A +7B x 6B x PLR 4B/5A Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak 3A en 3B WIG opdrachten met (ten minste) 1 ster Er is veel aandacht voor het ontwikkelen van getalbeeld (dit gaat vooraf aan het inzetten van een rekenrek). 8 ≥(E7)M8 E6- E7 E5-M6 ≤ M5 8A+ 8B xx/xxx 7B+ 8Ax 6B + 7A x PLR 5A/5B Leertijd Dagelijks 1 uur Didactiek Veel interactief oefenen (flitsen, splitsspelletjes, verliefde hartjes) Expliciet verbanden laten leggen tussen materialen - - = = Hardop verwoorden en laten verwoorden, maar leerlingen stoppen als zij foute strategieën verwoorden of lijken te zoeken. Concreet materiaal blijvend inzetten indien hardnekkig automatiseringsprobleem Veel aandacht voor tellend rekenen en strategieën als “vriendjes sommen, verdwijnsommen, bijna verdwijnsommen, omkeren, verdubbelen Consequent nagaan of uitleg begrepen is Vanaf januari start men met boek 3B. Vanaf nu is er systematisch aandacht voor optellen en aftrekken. Inzet van de computer voor automatiseringsoefeningen is hierbij van belang. Er wordt steeds duidelijk gemaakt met welke somtype leerlingen bezig zijn, zodat zij leren deze zelf snel te herkennen. De somtypen bij het optellen t/m 10 zijn: 1. Doortellen : erbij 1, erbij 2 2. Vijfsommen : Bijv. 5 + 4 , 5 + 3 3. Vriendjes van 10 (aanvullen tot 10) : Bijv. 9 + 1, 8 + 2 4. (Bijna)dubbelen : Bijv. 4 + 4, 4 + 3 5. Verwisselen : 1+ 7 wordt 7 + 1 De som 6 + 3 blijft als enige over. En bij het aftrekken t/m 10: 1. Terugtellen : eraf 1, eraf 2 2. Vijfsommen : 9 - 4, 9 - 5, 8 - 3, 8 - 5 3. Vriendjes van 10 : Bijv. 10 - 8, 10 - 4, 10 - 7 Toetsen Bloktoetsen Jan. M3 Juni M3/E3 eventueel versie speciale leerling. Eerste oriëntatie op de telrij tot en met 100 (tellen met sprongen van 10 en 1) Eerste oriëntatie op opbouw van getallen tot en met 100 Schrijfwijze van de getallen Contexten Optellen, aftrekken en splitsen tot en met 20 Optellen, aftrekken en splitsen tot en met 10 Eerste aanzet tot automatisering van sommen tot 10 Optellen en aftrekken tussen 10 en 20 Eerste aanzet voor het optellen en aftrekken over tiental Geld Alle munten De biljetten van 5 en 10 Geldbedragen leggen en aflezen; gepast betalen Tijd Hele uren analoog Tijdbalk Maandkalender Meten Verkennen van het begrip lengte, gewicht, inhoud en oppervlakte Meetkunde Van vogelvluchtperspectief naar plattegrond Standpunt bepalen Routes zoeken op een plattegrond Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 4. (Bijna) verdwijnsommen : Bijv. 8 - 8, 9 - 8, 7 - 6 Sommen die overblijven en apart aandacht verdienen zijn : 7 - 3, 9 - 6, deze kunnen uitgerekend worden met het rekenrek. Juist gebruik van rekenrek: bij sommen die niet behoren tot een somtype 1. Getalbeelden inoefenen; opzetten van getallen, aflezen van getallen en het inslijpen van getalbeelden met flitskaarten. 2. Optellen en aftrekken met het rekenrek • Doen : handelen op het rekenrek • Kijken : kijken naar het rekenrek • Voorstellen : denken aan het rekenrek Leerkracht aanpak hardop voordoen (denkstappen) stap voor stap aanbieden klassikale instructie en gezamenlijk verwerken (eventueel samen met assistent) veel concreet materiaal bieden Rekenen (verdiept aanbod groep 3) Niveau Uitstroom Verdiept Basis Minimum <minimum Groep ≥VMBO T VMBO BB/KB PrO/ VMBO +LWOO PrO 3 ≥E3 M3 M3 < M3 3A+ 3B xx of xxx 3A+ 3B x 3A+ 3B x PLR 3A 4 ≥E4 M4 E3 < E3 4A+ 4B xx /xxx 4A+ 4B x 4A+ 4B x PLR 3B Na te streven doelen 3A Oriëntatie op de getallen Verder- en terugtellen tot en met 40 Cijfers schrijven Structuur van de getallen tot en met 20 (tiental en wisselende eenheden) Resultatief tellen Resultatief tellen tot en met 20 Getalbeelden tot en met 10 Grote hoeveelheden tellen Structureren Splitsingen tot en met 10 verkennen en oefenen Getalbeelden op het rekenrek verkennen en inoefenen Optellen en aftrekken tot en met 10 Vergelijken van aantallen: meer, minder of evenveel Erbij- en erafsituaties Bussommen Pijlsommen Geld De munten van 1, 2 en 5 cent Tijd De dagen van de week Serie gebeurtenissen in een logische volgorde plaatsen Klokkijken: hele uren Meten De begrippen groot/klein, voor/achter, hoog/laag etc. Lengte: passen, vergelijken, meten met natuurlijke maten Oppervlakte: eerste verkenning Inhoud: eerste verkenning Meetkunde De begrippen voor/achter, links/rechts, boven/beneden Lezen en interpreteren van een plattegrond Blokkenbouwsels Standpunt bepalen 3B Oriëntatie op de getallen tot en met 100 Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 5 ≥E5 5A+ 5B xx / xxx E4-M5 5A+ 5B x M4 5A+ 5B x ≤E3 PLR 4A 6 ≥M6-E6 6A+ 6B xx /xxx M5-E5 6A+ 6B x E4 5B + 6A x ≤ M4 PLR 4A/4B 7 ≥M7 M6-E6 E4-E5 ≤ M4 7A+ 7B xx / xxx 7A +7B x 6B x PLR 4B/5A Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak 3A en 3B WIG opdrachten met 2 of meer sterren. Wanneer er sprake is van excellente leerlingen kan gekozen worden voor een plusboekje. 8 ≥(E7)M8 E6- E7 E5-M6 ≤ M5 8A+ 8B xx/xxx 7B+ 8Ax 6B + 7A x PLR 5A/5B Leertijd Dagelijks 1 uur Deze leerling vraagt nog weinig instructietijd en kan eventueel ook volstaan met 45 min rekenen per dag en b.v. wat eerder aan zijn of haar weektaak gaan werken voor andere vakken. Er is aanvankelijk veel aandacht voor het ontwikkelen van getalbeeld (dit gaat vooraf aan het inzetten van een rekenrek). Wanneer dit getalbeeld voldoende is kunnen veel opdrachten zelfstandig gemaakt worden. Vanaf januari start men met boek 3B. Vanaf nu is er systematisch aandacht voor optellen en aftrekken. Inzet van de computer voor automatiseringsoefeningen is hierbij van belang. Er wordt steeds duidelijk gemaakt met welke somtype leerlingen bezig zijn, zodat zij leren deze zelf snel te herkennen. De somtypen bij het optellen t/m 10 zijn: 1. Doortellen : erbij 1, erbij 2 2. Vijfsommen : Bijv. 5 + 4 , 5 + 3 3. Vriendjes van 10 (aanvullen tot 10) : Bijv. 9 + 1, 8 + 2 4. (Bijna)dubbelen : Bijv. 4 + 4, 4 + 3 5. Verwisselen : 1+ 7 wordt 7 + 1 De som 6 + 3 blijft als enige over. En bij het aftrekken t/m 10: 1. Terugtellen : eraf 1, eraf 2 2. Vijfsommen : 9 - 4, 9 - 5, 8 - 3, 8 - 5 3. Vriendjes van 10 : Bijv. 10 - 8, 10 - 4, 10 - 7 4. (Bijna) verdwijnsommen : Bijv. 8 - 8, 9 - 8, 7 - 6 Sommen die overblijven en apart aandacht verdienen zijn : 7 - 3, 9 - 6, deze kunnen uitgerekend worden met het rekenrek. Juist gebruik van rekenrek: bij sommen die niet behoren tot een somtype 3. Getalbeelden inoefenen; opzetten van getallen, aflezen van getallen en het inslijpen van getalbeelden met flitskaarten. Toetsen Bloktoetsen Jan. M3 Juni E3 Niet doortoetsen Eerste oriëntatie op de telrij tot en met 100 (tellen met sprongen van 10 en 1) Eerste oriëntatie op opbouw van getallen tot en met 100 Schrijfwijze van de getallen Contexten Optellen, aftrekken en splitsen tot en met 20 Optellen, aftrekken en splitsen tot en met 10 Eerste aanzet tot automatisering van sommen tot 10 Optellen en aftrekken tussen 10 en 20 Eerste aanzet voor het optellen en aftrekken over tiental Geld Alle munten De biljetten van 5 en 10 Geldbedragen leggen en aflezen; gepast betalen Tijd Hele uren analoog Tijdbalk Maandkalender Meten Verkennen van het begrip lengte, gewicht, inhoud en oppervlakte Meetkunde Van vogelvluchtperspectief naar plattegrond Standpunt bepalen Routes zoeken op een plattegrond Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 4. Optellen en aftrekken met het rekenrek • Doen : handelen op het rekenrek • Kijken : kijken naar het rekenrek • Voorstellen : denken aan het rekenrek Leerkracht aanpak Na korte instructie zelfstandig laten werken Talige vraagstukken visueel maken en gezamenlijk aanpakken Essentiele rekenkundige begrippen toelichten Verkeer basisaanbod groep 3 Na te streven Kent de kleuren van het stoplicht en hun betekenis Kent verschillende vervoersmiddelen Kijkt links, rechts, links bij het oversteken Kent de regels van het oversteken in verschillende situaties (stoplicht) Geeft op plaatjes aan of gedrag wel of niet passend is in het verkeer Kijkt extra uit bij waarschuwingssignalen zoals bel, toeter, zwaailichten en sirenes Kent de begrippen verkeerslicht, zebra, brigadier, links en rechts Begrijpt waarom je in een auto een gordel om moet Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak Klaar over groep 3 frequentie 30 min om de week Sociaal-emotionele ontwikkeling basis aanbod groep 3 Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak Zelfbeeld De leerlingen leren met gevoel voor zelfvertrouwen en zelfwaardering omgaan met de eigen mogelijkheden en grenzen en leren uiting geven aan eigen wensen, gevoelens en opvattingen. Jezelf presenteren Stelt zichzelf netjes aan een ander voor in een bekende omgeving Denkt van te voren na over wat hij wil vertellen Kijk anderen aan wanneer hij iets vertelt in de kring Reageert op positieve feedback (kijkt trots) Een keuze maken Denkt na voor hij een keus maakt Durft een andere keuze te maken dan een vriend Gaat soms mee in de keus van een ander (spelmaterialen) Opkomen voor jezelf Komt voor zichzelf op (nee zeggen) Maakt onderscheid tussen iemand die de baas speelt en echt gezag Vertelt het als hij wordt overgeslagen of als iets dat beloofd is vergeten wordt Komt voor zijn mening uit in een één op één gesprek (ik vind voetbal stom) Toont gevoelens van schaamte Omgaan met je beperking/stoornis Accepteert het gebruik van bepaalde hulpmiddelen aangereikt door de leerkracht De doelen staan los van de taalontwikkeling. Daar waar taal verwacht wordt (en waar staat “vertelt” gaat het niet om correct Nederlands. Non verbaal kan een kind ook iets “vertellen”.) Sociaal gedrag De leerlingen leren naar algemeen geaccepteerde normen en waarden omgaan met anderen en leren samenwerken aan een gezamenlijke taak of gezamenlijk spel en leren omgaan met conflictsituaties. Ervaringen delen Vertelt over situaties die hij heeft meegemaakt (in kring) Herkent gevoelens van blijdschap, angst, boosheid en verdriet bij een ander Aardig doen Helpt een ander als hij merkt dat iets niet lukt Bedankt als een ander hem iets geeft of iets voor hem doet Luistert actief naar een ander (aankijken, knikken, een vraag stellen, stil zijn) Accepteert het als een ander niet geholpen of met rust gelaten wil worden Heeft besef van ‘goed en kwaad’ in eenvoudige situaties (stelen mag niet) Laat een ander meespelen Maakt afspraken met een medeleerling over om beurten een voorwerp gebruiken waar je beiden mee wilt spelen Omgaan met ruzie Aanvaardt excuses van een ander Schakelt de leerkracht in wanneer hij zelf een ruzie niet op kan lossen Herkent bij zichzelf gevoelens van boosheid Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 De doelen worden deels geoefend middels de methode “doos vol gevoelens. Deze methode hoeft niet meer op het rooster te staan maar wel de lessen m.b.t. het vakgebied sociaal emotionele ontwikkeling. In groep 3 wordt namelijk ook een start gemaakt met de methode PAD. Soms is het nodig om te starten met Doos vol gevoelens. Dit wordt per groep bekeken. De PAD methode wordt door de leerkrachten ook wel “Probeer Anders te Denken” genoemd. PAD richt zich vooral op de preventie. Door te werken aan: achterliggende normen en waarden, gedachten en gevoelens van het kind zelf en van de andere betrokkenen en verschillende manieren om problemen op te lossen, wordt uw sociaal en emotioneel competenter. PAD helpt vooral met het vergroten van zelfcontrole, onderkennen van gevoelens en het oplossen van problemen. In elk geval komen de volgende lessen aan bod: Jezelf presenteren : les 13,16,17 Een keuze maken: les x zelf aandacht aan geven Opkomen voor jezelf: les 6,7,8,9,40,41 Omgaan met je beperking/stoornis: les Ervaringen delen: les 39 Aardig doen: les 13,14,61 Omgaan met ruzie: les 21,125,126,127,128,26,43,47 De sociaal emotionele ontwikkeling en de taalontwikkeling samen bepalen hoofdzakelijk of uw kind sociaal communicatief redzaam is. Hulpvragen hoef je niet in een mooie volzin te kunnen om het toch te doen als het nodig is, maar als je een ander niet kunt uitleggen wat je bedoelt kan frustratie optreden. In dit deel van het plan wordt echter met name de intentie beoordeeld en geoefend en bij het mondelinge taalplan wordt vooral naar het talig vermogen gekeken. Extra aandacht / aanpak voor uw kind (indien nodig) frequentie Waarschuwt de leerkracht wanneer een ruzie van anderen uit de hand loopt Vertelt waarom hij boos is op een ander Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Leren leren basis aanbod groep 3. Na te streven doelen Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak Uw kind leert belangstelling hebben voor de wereld om zich heen, uw kind leert deze gemotiveerd onderzoeken en daarin taken uitvoeren, waarbij uw kind gebruik maakt van informatie, strategieën en vaardigheden en uw kind leert reflecteren op eigen handelen. Taakaanpak Luistert eerst naar de gehele instructie voordat wordt begonnen Kijkt hoe de leerkracht een taak aanpakt en neemt deze aanpak over Werkt van links naar rechts en van boven naar onder Verbetert na aanwijzingen de manier waarop hij een taak uitvoert Voert twee taken achter elkaar uit met behulp van een planner of picto’s Zorgt voor een overzichtelijke werkplek Hulpvragen Vraagt een medeleerling om hulp bij vastlopen Zelfstandig doorwerken Werkt 10 minuten zelfstandig aan een bekende taak Maakt een langdurige opdracht af als daar af en toe aanwijzingen voor worden gegeven Werkt harder door om een taak af te krijgen als de leerkracht dit aangeeft Maakt gebruik van een wachtwerkje bij vastlopen Samenwerken Speelt een leidende en volgende rol in spel Doet wat beloofd is (vriendenboekje weer meenemen) Reflectie op werk Vertelt in een paar stappen hoe de taak is aangepakt Geeft aan wat hij makkelijk/moeilijk vindt om te doen Evaluatie Leren leren is geen apart vak. Het betreft meer een houding en gedrag van uw kind die gestimuleerd dient te worden door de leerkracht. Ter bevordering van deze doelen werken we in alle klassen met enkele vaste afspraken. Er zijn picto’s in alle klassen waarop te zien is welk kring/beurtgedrag verwacht wordt (goed zitten, kijken naar de spreker, spreken als je de beurt hebt, vragen als je iets niet snapt etc). Er zijn afspraken om de werkhouding te bevorderen (document “handelingsplan van de leerkracht”). Hierop staan vaste afspraken, zoals; • Functionele prikkels voor in de klas • Creatieve en decoratieve prikkels achter in de klas • Rustig spreken • Visualiseren • Inzet NMG Ook zijn er afspraken rondom de inrichting van iedere groep. De klassen moeten uitdagend en toch rustig zijn. Balans hiertussen is omschreven in document “uitdagende leeromgeving”. Om leerlingen te helpen goed zelfstandig te kunnen werken is er een reader gemaakt met afspraken die gelijk zijn door de hele school. Reader zelfstandig werken. Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 “Hier ben ik trots op werkjes” aan rapport toevoegen (zelf keuze maken welke er wel en niet in mag) Invoering oranje licht bij stoplicht zelfstandig werken ivm doel 30. Werken met weektaak Samen klassenafspraken maken Spel basis aanbod groep 3 Na te streven Kiest een leerling met wie hij prettig samenspeelt Speelt zonder materiaal, maar met gebaren en verbalisaties (denkbeeldig bloemen plukken, visite binnen laten) Vraagt om echte materialen (geen speelgoed) bij fantasiespel (echte bon, geld, boekje) Speelt fantasiefiguren na (sprookjes, tekenfilm) Benoemt het wanneer een ander zich niet aan de regels houdt (voor de beurt gaan) Speelt samen met materiaal dat samen gebruikt moet worden (bal, wip) Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak Tijdens buitenspelen en vrijspelmomenten frequentie Geen vast rooster onderdeel Drama (basis aanbod groep 3) Na te streven Dramatische vorming Vertolkt een rol door imitatie en aanwijzingen Beeldt een kenmerk van typische personen uit (sterke man) Maakt bewegingen bij een voorgelezen bekend verhaal Doen-alsof-situaties herkennen Benoemt in een verhaal welke figuren wel en niet echt bestaan (soldaten en prinsessen kunnen wel echt bestaan, draken en elfjes niet) Benoemt dat een stripverhaal niet echt gebeurd is Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak Rollenspelen en vrije invulling van leerkracht n.a.v. thema’s. frequentie Geen vast onderdeel op het rooster. Muziek basisaanbod groep 3 Na te streven Zingen Zingt zelf een couplet van een kinderliedje wanneer enkel de startzin wordt voorgezongen Bedenkt andere woorden in een tekst bij een goedgekend lied (springen i.p.v. klappen) Muziek maken Speelt mee met een eenvoudige melodie of ritme met twee klankstaven Speelt een ritme met afwisseling in sterkte Klapt op de maat mee die wordt voorgeklapt Luistert naar een ander zonder zelf te spelen Muziek luisteren Benoemt dat klank langer of korter is dan een andere klank Benoemt wat door muziek kan worden uitgebeeld of wijst dit aan op plaatjes: omgeving of sprookje (eng bos bij spannende muziek) Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak Muziek les in de klas en door de vakdocent Bij de muzieklessen wordt ingegaan op thema’s in de klas. frequentie 45 min per week Handvaardigheid/tekenen basis aanbod groep 3 Na te streven Expressie en fantasie Maakt een werkstuk met een combinatie van werkelijkheid en fantasie (auto met vleugels) Maakt een werkje waarin een ander het uitgebeelde voorwerp herkent Materialen en technieken Is bezig met boetseren, vouwen, knippen en plakken, stempelen en handwerken (pompoenballetjes). Tekenen en schilderen Benut de ruimte van het tekenpapier Tekent dingen bewust onder of boven op een blad (de zon bovenaan, gras beneden) Gebruikt objectkleuren (kleuren passend bij de realiteit) Gebruikt patronen en lijnen ter decoratie Kleurt egaal een kleurplaat in Werkstukken en kunst bekijken Geeft aan of hij iets van zich zelf mooi vindt of Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak Thematische werkstukken Lessen uit : moet je doen (tekenen en handvaardigheid) frequentie 1 uur per week Gym basisaanbod groep 3 Na te streven Balanceren: loopt achterwaarts over een bank, houdt balans op 1 been Klimmen: klimt omhoog en opzij, klimt tot boven het rek als deze schuin staat Zwaaien: schommelt en remt, zwaait van mat naar mat Rollen: koprol voor en achteruit Springen: sprint met twee benen tegelijk, maakt sprong tijdens rennen Gooien: gooit dat de ander kan vangen, gooit met zwaai, gooit omhoog vangen: vangt met 2 handen Balspelen: houdt ballon in de lucht (10 sec), mikt en stuitert Ren en tikspelen: huppelt en beweegt vrij door de ruimte met tikkertje Slagspelen: beweegt met hockeystick een grote bal rustig naar andere kant Stoeispelen: biedt weerstand met stoeien, rolt de ander om, duwt en trekt Pleinactiviteiten: fietsen, hinkelen, rolschaatsen Helpen opruimen: ruimt op aanwijzingen op Spelregels: herkent het als er vals gespeeld wordt, speelt zelf eerlijk Inzicht in accepteren van eigen mogelijkheden: speelt met plezier (ook wanneer verliezen een mogelijkheid is) en kijkt naar anderen hoe het moet. Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak Vakdocent + eigen leerkracht + pleinwachten frequentie Fijne motoriek en schrijven (basis aanbod groep 3) Na te streven Doelen motoriek schrijfmotoriek verfijnen goede schrijfhouding ontwikkelen oefenen van juiste pengreep Schrijven leren schrijven van losse letters leren schrijven van cijfers Motivatie plezier in schrijven krijgen/houden, zodat aangeleerde cijfers en letters ook spontaan worden toegepast Middelen organisatie, pedagogisch en didactische aanpak Novoskript groep 3 Met het stoplichtsysteem (groen=begin, oranje=pauze, rood=eind) zorgt Novoskript voor duidelijke oriëntatiepunten die het leren schrijven vergemakkelijken. Psychomotorisch verantwoord Jonge kinderen staan gewoonlijk te popelen om met leren schrijven te beginnen. Maar hun aanvankelijke motivatie kan ook weer snel verdwijnen, als zij in een te vroeg stadium verplicht worden klein, aan elkaar en tussen lijnen of in zones te schrijven. Hun schrijfmotoriek staat zulke fijne bewegingen vaak nog niet toe, met als gevolg dat ze verkrampt en gefrustreerd raken. Novoskript houdt wél rekening met de motorische ontwikkeling van kinderen en voorkomt zo schrijfproblemen. In groep drie wordt er daarom nog veel aandacht besteed aan het maken van grove patronen en het schrijven zonder lijnen. Evaluatie Arrangement kaarten groep 3 ontwerp jan 2014 frequentie Dagelijks 20 minuten
© Copyright 2024 ExpyDoc