PDF, 586.07 Kb

Veiligheidsoverleg Spoorwegexploitatie
21 januari 2014
Verslag
1. Verwelkoming en inleiding (T.Breyne - DVIS)





Er zijn geen opmerkingen op het verslag van de vorige vergadering.
De agenda wordt overlopen en na rondvraag worden er geen extra punten op de agenda geplaatst.
Mr. Breyne legt uit dat hij later in de vergadering de Terms of Reference wil laten valideren. Indien
iedereen akkoord zou blijken met de inhoud van dat document zal de structuur van het
Veiligheidsoverleg vastgelegd worden in 4 delen: een inleiding, het overlopen van de actiepunten,
strategie en visie, informatie en kennisdeling.
De werking van de DVIS werd licht gewijzigd: meer klantgericht en met versterking van de band
tussen certificatie en supervisie. (zie 1 INLEIDING - Organisatie DVIS)
Het document “Strategie van de Supervisie” wordt momenteel afgewerkt en zal u bij het begin van
elk jaar worden toegestuurd.
2. Actiepunten :
Overlopen actiepunten: zie tabel “actiepunten vorige vergadering”
3. Strategie en visie:
3.1.
Terms of Reference + validatie (T.Breyne – DVIS, zie 3.1 presentatie ToR)
Actiepunt 2.4 van het vorige Veiligheidsoverleg voorzag in de oprichting van een werkgroep
tot verbetering van het overleg binnen de sector. Deze werkgroep is bijeengekomen op
27/9/2013 en het resultaat van deze werkgroep is een document “Terms of Rerence Veiligheidsoverleg” dat u in december werd toegestuurd ter bespreking in uw organisatie.
Het Veiligheidsoverleg zal worden opgebouwd uit 2 assen: operationele strategie en
kennisdeling/overleg. Verder zal er minstens 1x per jaar een bilaterale vergadering
plaatsvinden in april/mei met elke SO en IB waarbij een draft van het veiligheidsjaarverslag
zal worden besproken en waar het ook mogelijk is om specifieke en vertrouwelijke zaken te
bespreken.
o Risico’s: te weinig input, foute prioriteiten, specifieke punten  oplossing: al doende
leren
o Randvoorwaarden: geen afbreuk doen aan de wettelijke verantwoordelijkheden van
iedereen, geleidelijke uitvoering
o Starten met uitvoering op volgende Veiligheidsoverleg in september. Dus u mag vanaf
nu alle input die kadert in deze nieuwe aanpak doorsturen naar het unieke mailadres
voor het Veiligheidsoverleg [email protected]
o Gelieve 1 contactpersoon per organisatie op te geven naar wie wij alle info en vragen
doorsturen en die persoon beslist dan in functie van de agendapunten wie het best
aanwezig kan zijn op het Veiligheidsoverleg.
o Aanvragen voor bilaterale vergaderingen kan u indienen bij [email protected]
Plaats: FOD Mobiliteit en Vervoer, City Atrium, Auditorium 3A14, Vooruitgangstraat 56, 1210 BRUSSEL
3.2.
Nieuwe aanpak voor het betrekken van de sector bij de opmaak van regelgevende
teksten met betrekking tot veiligheid en interoperabiliteit (M.Juveyns – Reglementering
Spoor, zie 3.2 nieuwe aanpak regelgeving)
o Op het Veiligheidsoverleg wordt het rolling plan van de volgende RISC meetings
meegedeeld (welke teksten voorliggen ter bespreking of ter stemming), wordt
meegedeeld welke nieuwe nationale regelgeving er in opmaak is en wordt de vraag
gesteld voor welke teksten de sector wil betrokken worden
o Ad hoc hoor-, consultatie- en informatiesessies worden buiten het Veiligheidsoverleg
georganiseerd
o Voor sommige teksten is een hoor- en consultatiesessie niet nuttig => ad hoc –
opportuniteitsbeoordeling
o Vraag Infrabel: is het mogelijk een informatiesessie te organiseren voor verordeningen?
JA
o Informatie te verkrijgen bij [email protected]
4. Informatie:
4.1.
TenT call subsidies (DOS) (P.Geens – DOS, zie 4.1 TEN-T ERTMS nl)
o
o
o
4.2.
Het trans-Europees vervoersnetwerk (TEN-V) :
 bestrijkt het gehele grondgebied van de EU
 is multimodaal en interoperabel
 maakt een makkelijk en snel verkeer van goederen en personen tussen de
verschillende lidstaten mogelijk
 maakt duurzame mobiliteit mogelijk
Call 2013 ERTMS :
 Lanceerdatum : 11 december 2013
 Sluitingsdatum : 11 maart 2014
 Budget voor ERTMS projecten : 70 miljoen €
 Periode in aanmerking voor kosten : 2013-2015
 Minimale subsidie : 500 k€
 Aanvragen voor goedkeuring moeten voor 25 februari 2014 bij de FOD MV ingediend
worden. Het is aan te raden om zo snel mogelijk reeds contact op te nemen om
eventuele aanvragen aan te kondigen (zie website
http://www.mobilit.belgium.be/nl/spoorwegverkeer/financiering/europese/; meer
informatie via [email protected])
Herziening van het TEN-V : basisprincipes
 Een beperkt aantal projecten, met een reële Europese toegevoegde waarde,
financieren.
 Een netwerk met twee niveaus definiëren : Kernnetwerk (Core Network) +
Uitgebreide netwerk (Comprehensive Network)
 Technische en operationele normen voor de infrastructuur van het TEN-V vastleggen
(naast de bestaande TSI).
 Ingebruikname van het ERTMS op de lijnen van het Core Network tegen 2030
Heeft Infrabel reeds een actieplan betreffende mogelijke uitschakeling van krokodilmemor? (vraag J. Schiepers – Ascendos, antwoord T. Breyne en C.Vanheck – DVIS, zie 4.2
Wijziging_MB_20100730)
Een actieplan is in opmaak bij Infrabel en zal later ter beschikking worden gesteld van de
SO’s.
C.Vanheck overloopt het KB 09/07/2013 – Uittreksel van blz. 46918 van het Belgische
Staatsblad van 25/07/2013 en benadrukt dat het krokodil-memor systeem zal worden
uitgeschakeld op 01/01/2016 op de lijnen waar ETCS niveau 1 (met TBL1+) in dienst is (het
gaat niet over een mogelijkheid maar wel over een verplichting)
Plaats: FOD Mobiliteit en Vervoer, City Atrium, Auditorium 3A14, Vooruitgangstraat 56, 1210 BRUSSEL
4.3.
Overzicht EU en nationale regelgeving (C.Liégeois- Reglementering Spoor)
o
o
4.4.
4.5.
Zie actiepunt 2.6
Op vraag van de deelnemers legt C. Liégeois ([email protected]) uit waar de
Spoorcodex kan geconsulteerd worden:
 Ga naar www.staatsblad.be
 1e link onderaan “de publicatie Belgisch Staatsblad”: daar vindt u de officiële
versie (pdf kopie van het Staatsblad).
 Wanneer er wijzigingen gebeuren aan de wet of in een KB is dit niet goed
leesbaar
 In de geconsolideerde, officieuze versie worden de wijzigingen leesbaar
opgenomen en deze zijn consulteerbaar via de 3e link onderaan “de databanken
(geconsolideerde wetgeving)”. Deze versie wordt altijd iets later gepubliceerd dan
de officiële versie van het Staatsblad.
Aanbevelingen OO – follow up (E. Crabbé - DVIS)
Na het afsluiten van elk onderzoek met betrekking tot een ongeval, dient het OO haar
verslag te publiceren en haar aanbevelingen over te maken aan alle betrokken partijen (art
120 van de Codex).
Jaarlijks, voor 30 september, publiceert het OO haar jaarverslag met de resultaten van haar
activiteiten.
Na de publicatie van een onderzoeksverslag door het OO, is het de taak van de DVIS om
zich ervan te verzekeren dat de IB en de SO’s alles in het werk stellen om de aanbevelingen
te realiseren. De Veiligheidsinstantie dient hierover ,jaarlijks tegen 30 juni, een verslag op te
stellen en over te maken aan het OO (art 122 van de Codex).
Teneinde deze taak te kunnen vervullen zal de DVIS:
een tabel opstellen met de aanbevelingen per onderneming;
volgens haar nieuw strategisch plan, jaarlijks en dit vanaf 2014, een bilaterale
vergadering organiseren met elke SO en twee bilaterale vergaderingen met de IB.
De DVIS zal het initiatief nemen om deze bilaterale vergaderingen te organiseren in de loop
van de maanden april en mei. De DVIS zal alle SO’s individueel uitnodigen en hen een
datum voorstellen. Bijkomende vergaderingen kunnen worden gehouden op verzoek van de
SO’s of de IB.
Vraag Infrabel: Infrabel wil een discussie hebben over de aanbevelingen van het OO en van
de DVIS in één vergadering zodat er geen twee communicatiekanalen ontstaan. De DVIS zal
dit voorstel overwegen.
Nationale veiligheidsregels – voorbereiding workshop ERA (P. Froidbise – DVIS, zie 4.5
TF NVR)
Het RISC comité heeft een Task Force opgericht om voorstellen te doen op het gebied van
harmonisatie en reductie van de nationale regels.
De Task Force heeft zijn eindverslag ingediend op 13/12/2012.
Het omvat 4 hoofdthema’s:
• definitie van de nationale veiligheidsregels;
• het verbeteren van de transparantie van het systeem;
• Voorstellen voor het nieuwe wettelijke kader;
• Opkuis van de bestaande regels.
De eerste twee onderwerpen zijn voldoende uitgewerkt in het verslag (zie CD-rom, 4.5 NSR
TF Final Report - draft ver 1).
Onthoud:
• samenvoeging van de definities van de NVR en de nationale technische regels naar
veiligheidsregels;
• de implementatie van een reeks procedures om het systeem van regels te kaderen
De ERA is verantwoordelijk voor de organisatie van workshops met de sector in de
verschillende landen (België: workshop in mei of juni van dit jaar).
De DVIS vraagt aan iedereen om het verslag door te nemen en personen af te vaardigen om
deel te nemen aan de workshop. U zal hiervoor nog een uitnodiging ontvangen.
De DVIS en de DOS zullen een actieplan opstellen voor België.
Plaats: FOD Mobiliteit en Vervoer, City Atrium, Auditorium 3A14, Vooruitgangstraat 56, 1210 BRUSSEL
Vraag NMBS Logistics: De huidige nationale regels zullen verdeeld worden over de SMS en
het nieuwe reglementair kader, maar zal de sector hierbij betrokken worden of zal de DVIS
alle beslissingen nemen?
De DVIS zal deze vraag intern bespreken.
5. Afsluitende vragen/antwoorden ronde
6. Actieplan
Opstellen van de actiepunten voor het volgende overleg: zie tabel “TO DO”
Opmerking! Dit verslag wordt gepubliceerd op de www.mobilit.belgium.be
Alle presentaties vermeld in dit verslag zijn doorgestuurd aan de deelnemers per mail en
bevinden zich ook op de CD-rom die werd meegegeven met de deelnemers. Meer info over het
Veiligheidsoverleg te verkrijgen via [email protected]
Plaats: FOD Mobiliteit en Vervoer, City Atrium, Auditorium 3A14, Vooruitgangstraat 56, 1210 BRUSSEL
2. Actiepunten vorig overleg: feedback
1. TAF TSI  OK! (J. Lutz, UIC, zie 2.1 TAF-Belgium): Regels voor geïnformatiseerde communicatie van data betreffende goederenvervoer (TAF TSI) en
personenvervoer (TAP TSI)
 TAF: doel om betrouwbaarheid en efficiëntie van de communicatie te verbeteren  uitwisseling van niet gevoelige data tussen de operatoren en de
IB die nodig is om het goederenverkeer te verzekeren.
 TAP: doel om transparantie te vergroten en aankoop van biljetten in een multimodale omgeving te stimuleren  vb. het toestaan van de
biljettenverkoop aan derden
 TAF TSI: masterplan gepubliceerd in mei 2013
 Contactpersoon voor België: Bram Van Bockxlaer ([email protected])  de contactpersoon verzekert de informatieuitwisseling
tussen enerzijds de SO en de IB en anderzijds de stuurgroep van de Commissie
Opmerking ERFA: ERFA vindt het jammer dat in België de IB geen contact opgenomen heeft met de kleinere SO’s om de implementatie te bespreken.
2. Verder rijden na ongeoorloofde seinvoorbijrijding  OK! (R. Boogaerts, Infrabel + H. Raddoux, NMBS, zie 2.2 Verderzetten Rit - Proces5):
Infrabel heeft alle SO gevraagd om een risicoanalyse in te dienen in december, maar ontving niets  NMBS en Infrabel hebben een schema uitgewerkt dat
beschikbaar is gesteld op papieren versie in dit Veiligheidsoverleg. Infrabel stelt voor dat alle SO hieromtrent hun mening geven en meewerken aan de
verdere uitwerking. Ook de DVIS wenst verder op de hoogte gehouden te worden. Basisprincipe: Bij een seinvoorbijrijding komt Infrabel altijd ter plaatse, de
SO stelt een procedure op om na te gaan of de treinbestuurder verder kan rijden, indien ja dan moet hij niet wachten op een treinbestuurder van de
permanentie (verantwoordelijkheid ligt bij SO) en kan hij verder rijden naar het volgende of vorige station, met snelheidsbeperkingen. Bij RID moet er steeds
een 2e man in de stuurpost zijn om de rit verder te zetten. Het onderzoek naar de seinvoorbijrijding wordt achteraf verder gevoerd. Ter voorbereiding van dit
Veiligheidsoverleg stuurde Strukton een presentatie over dit onderwerp zoals zij het probleem benaderen in Nederland. Zij volgen dezelfde logica en zijn
bereid dit eventueel te delen met andere SO’s.
1. NMBS logistics: Kan de IB gepast optreden als elke SO verschillende procedures heeft om te oordelen of de treinbestuurder geschikt is om verder te rijden?
 de procedure om na te gaan of de treinbestuurder kan verder rijden is een interne procedure binnen elke SO. Infrabel wil enkel horen of de
treinbestuurder kan verder rijden of niet.hoe men tot deze beslissing komt is de verantwoordelijkheid van de betrokken SO.
2. P.Geens (DOS): Zal met deze procedure tijd gewonnen worden?  de tijdswinst werd nog niet berekend en zal afhankelijk zijn van de situatie maar infrabel
denkt dat men de trein sneller zal kunnen evacueren wat zowel de punctualiteit als de veiligheid zal verhogen aangezien het obstakel sneller verwijderd kan
worden. Infrabel zal ook de VVESI aanpassen (voorzien voor maart)
3. Publicatie implantingsregels seinen  OK! (J.C. Lermusieaux, DVIS) Na een interne reflexie en discussies met Infrabel werd een principeakkoord
bereikt over de publicatie van de implantingsregels seinen in het kader van hun zichtbaarheid. Bij herinrichting worden deze regels systematisch
toegepast en als men ervan afwijkt wordt een risico studie gevoerd die hieraan moet verhelpen. Infrabel zal een werkgroep oprichten met SO’s, DVIS en
Infrabel. De SO’s kunnen een deelnemer aan deze werkgroep delegeren.
4. Oprichting van een werkgroep tot verbetering van het overleg binnen de sector  OK! (T. Breyne, DVIS, zie 3.1 presentatie ToR)
5. Standaardmodel keuringsverklaring op website DVIS  TO DO! De DVIS zal het standaardmodel opmaken
6. Samenvatting van de geldende voorschriften voor het veiligheidspersoneel en de opleidingsinstellingen  OK! (C. Liégeois, Reglementering
Spoor, zie 2.6 veiligheidspersoneel opleidingsinstellingen)
Plaats: FOD Mobiliteit en Vervoer, City Atrium, Auditorium 3A14, Vooruitgangstraat 56, 1210 BRUSSEL
7. Verantwoordelijkheid van de SO's in het geval van wagons die stilstaan in een installatie van Infrabel  OK! De DVIS ontving geen informatie
van de SO’s dus wordt dit punt afgesloten. De VVESI 4.1 werd aangepast en het gebruik van de applicatie die ter beschikking werd gesteld door de IB
(MERL-IN) wordt verplicht vanaf de reglementaire aanpassingen van juni 2014.
8. Programma FIL-IN  TO DO! De problemen met de applicatie FIL-IN bestaan nog steeds. De DVIS vraagt aan de SO’s om contact op te nemen met
de IB ingeval zij problemen vaststellen. De DVIS vraagt aan de IB om z’n medewerkers te sensibiliseren voor deze problematiek, om alle gevallen die
hen voorgelegd worden te onderzoeken en feedback te verzekeren naar de betrokken SO’s. Dit punt zal op het volgende Veiligheidsoverleg worden
besproken op basis van de geregistreerde incidenten.
6.
TO DO
1. Standaardmodel keuringsverklaring op website DVIS  De DVIS zal het standaardmodel opmaken
2. Programma FIL-IN  De problemen met de applicatie FIL-IN bestaan nog steeds. De DVIS vraagt aan de SO’s om contact op te nemen met de IB
ingeval zij problemen vaststellen. De DVIS vraagt aan de IB om z’n medewerkers te sensibiliseren voor deze problematiek, om alle gevallen die hen
voorgelegd worden te onderzoeken en feedback te verzekeren naar de betrokken SO’s. Dit punt zal op het volgende Veiligheidsoverleg worden
besproken op basis van de geregistreerde incidenten.
3. Contact Veiligheidsoverleg  Gelieve 1 contactpersoon per organisatie op te geven naar wie wij alle info en vragen doorsturen en die persoon beslist
dan in functie van de agendapunten wie het best aanwezig kan zijn op het Veiligheidsoverleg.
Plaats: FOD Mobiliteit en Vervoer, City Atrium, Auditorium 3A14, Vooruitgangstraat 56, 1210 BRUSSEL