ZN verheugd over snelle actie Zorginstituut bij spoedeisende zorg

Zorgverzekeraars Nederland
nr 32-33 / 14 augustus 2014
ZN verheugd over snelle actie Zorginstituut bij spoedeisende zorg
Zorgverzekeraars Nederland (ZN) is blij dat Zorginstituut Nederland snel stappen onderneemt om tot
kwaliteitsstandaarden voor spoedeisende zorg te komen en deze wil vastleggen in het Kwaliteitsregister. Vorige
maand heeft ZN het Zorginstituut gevraagd onafhankelijke kwaliteitsstandaarden te registreren. Het Zorginstituut
verzoekt partijen in de zorg nu om zo snel mogelijk gezamenlijk de kwaliteitsstandaarden voor spoedeisende zorg
vast te stellen. Als ze daar niet uitkomen, zal het Zorginstituut zelf een expertcommissie instellen om voorstellen te
doen. Zorgverzekeraars zijn uiteraard bereid hieraan mee te werken en hopen dat het traject spoedig zal verlopen.
Zorginstituut Nederland wil dat er snel duidelijkheid komt over wat kwalitatief goede zorg is bij complexe
spoedeisende hulp en hoe je deze kwaliteit meet. Als eerste stap verzoekt Zorginstituut Nederland de
patiëntenorganisaties (NPCF), de zorgaanbieders (NFU, NVZ, OMS) en zorgverzekeraars (ZN) om vast te stellen
over welke standaarden men het wel en niet eens is. De standaarden waarover partijen het eens zijn, kunnen dan
voor 1 november 2014 door alle partijen bij Zorginstituut Nederland worden ingediend en kort daarna geregistreerd.
Deze standaarden dienen dan meteen ook als norm voor inkoop door zorgverzekeraars. De voorstellen voor
standaarden waarover partijen met elkaar van mening verschillen, worden apart onderzocht, onder meer op hun
wetenschappelijke onderbouwing. Daarna kunnen ze alsnog worden geregistreerd, eventueel aangevuld of vervangen
worden door nieuwe standaarden.
Tom Kliphuis bestuursvoorzitter Coöperatie VGZ
Tom Kliphuis begint op 3 september 2014 als voorzitter van de Raad van Bestuur bij Coöperatie VGZ. Hij volgt
daarmee Rob Hillebrand op, die op 1 juli zijn functie om gezondheidsredenen heeft neergelegd. Met de benoeming
van Tom Kliphuis is de Raad van Bestuur van Coöperatie VGZ weer voltallig.
Tom Kliphuis (50) heeft jarenlange ervaring in de verzekeringssector. Hij werkte voor ING Insurance als CEO in
Mexico en Chili en was lange tijd verantwoordelijk voor de verzekerings- en pensioenactiviteiten van ING in Centraalen Zuid-Europa. Zijn meest recente functie was CEO-Benelux, waar hij onder andere leiding gaf aan NationaleNederlanden, met een balanstotaal van € 70 miljard, een premie-inkomen van € 6 miljard en bijna 6.000 fte de tweede
algemene verzekeraar van Nederland.
“Ik kijk enorm uit naar deze nieuwe uitdaging”, aldus Tom Kliphuis. "Als tweede zorgverzekeraar van Nederland staat
Coöperatie VGZ midden in een van de grootste maatschappelijke uitdagingen van onze tijd: het organiseren van
goede, betaalbare gezondheidszorg. Een prachtig doel waar ik me graag aan committeer.”
Naast Tom Kliphuis bestaat de Raad van Bestuur van Coöperatie VGZ uit Kees Hamster (CFO) en Ab Klink
(portefeuille Zorg). De benoeming van Tom Kliphuis is onder voorbehoud van goedkeuring door de Ledenraad van
Coöperatie VGZ en instemming door de Ondernemingsraad.
Bron: Coöperatie VGZ
Menzis helpt Alzheimer Nederland bij ontwikkeling eHealth
Menzis ondersteunt Alzheimer Nederland bij de (door)ontwikkeling van eHealth toepassingen voor mensen met
dementie en hun naaste omgeving. Deze toepassingen helpen mensen zo veel mogelijk regie te houden op hun eigen
leven in elke fase van het ziekteproces. Gea Broekema-Procházka, directeur/bestuurder van Alzheimer Nederland en
ZN journaal 32-33
14 augustus 2014
Roger van Boxtel, voorzitter Raad van Bestuur van Menzis tekenden donderdag 7 augustus de
samenwerkingsovereenkomst.
In deze samenwerking vinden beide partijen elkaar op verschillende terreinen; de verantwoordelijkheid voor het
garanderen van goede toegankelijke zorg en dienstverlening voor mensen met dementie en hun mantelzorgers én het
stimuleren van bewustwording rond een gezonde leefstijl.
Innovatieve eHealth toepassingen
Door deze samenwerking heeft Alzheimer Nederland de mogelijkheid verder te investeren in innovatief
zelfmanagement voor mensen met dementie en hun mantelzorgers. Alzheimer Nederland heeft eind 2013 een app
gelanceerd voor mensen die zorgen voor iemand met dementie: de Alzheimer Assistent. In de Alzheimer Assistent
staat informatie in tekst én in video over meer dan 60 onderwerpen. Deze adviezen worden gegeven door experts en
mantelzorgers. Het aanbod van informatie blijft groeien. Gebruikers kunnen namelijk zelf tips delen en onderwerpen
aandragen. Deze digitale applicatie wordt met de ervaring van de afgelopen periode doorontwikkeld voor de
smartphone.
Daarnaast heeft Alzheimer Nederland de ambitie om een digitaal platform te ontwikkelen waarmee ze klaar is voor de
dialoog met de patiënt en zijn naaste omgeving van nu én de nabije toekomst, waar dementie volksziekte nummer 1
wordt. Gedurende het ziekteverloop rond dementie worden hulp, informatie en dienstverlening toegankelijk en
afgestemd op de persoonlijke situatie. Dit betekent dat mensen vanaf de eerste fase van een ‘niet pluis’-gevoel tot en
met de nazorg bij overlijden van de persoon met dementie, zich ondersteund en versterkt weten. Het platform biedt op
termijn gestructureerde aandacht voor alle fasen gedurende het verloop van de ziekte.
Eigen regie
Volgens Roger van Boxtel is het belangrijk om te investeren in e-health toepassingen voor mensen met dementie. “Wij
vinden het belangrijk dat mensen die ziek zijn zo veel mogelijk de regie houden over hun eigen leven. Maar ook dat
mensen om hen heen ondersteund worden in de zorg die zij geven. Ik ben er van overtuigd dat eHealth de kwaliteit
van leven van de mensen zelf, maar ook van hun mantelzorgers verbetert. Daarom ondersteunen we Alzheimer
Nederland bij de ontwikkeling van concrete toepassingen.”
ZN-weblog
Weeffout in bekostiging wijkverpleging in 2015?
Tot mijn grote verbazing ontspint zich op dit moment op de sociale media een discussie over een mogelijke weeffout
in de bekostiging van de wijkverpleging in 2015. In mijn ogen is dit een non-discussie; wie goed leest en zich niet laat
afleiden door de titels van de prestaties, ziet dat er volgend jaar integrale en afgestemde zorg bij mensen thuis wordt
geleverd.
Eind juli zijn eindelijk de beleidsregels van de NZa voor de bekostiging van de wijkverpleging in 2015 in
Zorgverzekeringswet (Zvw) gepubliceerd. Om continuïteit van zorg te kunnen garanderen, is er voor gekozen om voor
2015 in afwachting van een nieuw bekostigingsmodel zo dicht mogelijk bij de huidige bekostiging te blijven. Dit heeft
natuurlijk nadelen, maar als groot voordeel dat je weet welke nadelen je hebt… Je voorkomt hiermee vooral dat je
twee keer in korte tijd grote veranderingen in de bekostiging moet doorvoeren. Daarbij creëer je tijd om een goed
systeem te ontwikkelen.
In 2015 hebben we aldus prestaties die op het eerste gezicht verdacht veel lijken op de prestaties van 2014, namelijk
prestaties als verpleging en persoonlijke verzorging. Maar toch verandert er wel degelijk veel: het recht op zorg wordt
fundamenteel anders. Vanaf 2015 valt de wijkverpleegkundige zorg onder de Zvw. Dat is een functioneel ingerichte
wet. Functioneel betekent dat ‘zorg zoals plegen te bieden’ is verzekerd. Zorg zoals huisartsen plegen te bieden,
ZN journaal 32-33
14 augustus 2014
zorg zoals medisch specialisten plegen te bieden etc. Daar is iedereen wel mee vertrouwd. Voor de wijkverpleging
wordt dat dus in 2015: ‘zorg zoals verpleegkundigen die plegen te bieden’, zoals ook bij de toelichting van de
prestaties door de NZa is benoemd.
Het vakgebied van de wijkverpleegkundige, dus ‘zorg zoals plegen te bieden’ is omschreven in het expertisegebied
wijkverpleegkundige die de V&VN in november 2012 heeft uitgebracht. Hierin staat onder meer: ‘Verplegen omvat:
het vaststellen van de behoefte aan verpleegkundige zorg door middel van klinisch redeneren; therapeutische
interventies en persoonlijke verzorging; informatievoorziening, educatie, advies en voorspraak; lichamelijke,
emotionele en geestelijke ondersteuning.’ Zo staat er ook in dat een wijkverpleegkundige een netwerker is: ‘De
wijkverpleegkundige heeft een netwerk in de wijk. Zij onderhoudt contact met buurtbewoners, organisaties,
professionals en gemeenteambtenaren.’
Daarmee zien we twee hele grote veranderingen. De wijkverpleegkundige stelt de behoefte aan zorg vast, dus niet
langer het CIZ. Én de wijkverpleegkundige zorgt voor afgestemde zorg voor haar cliënten. Deze nieuwe taken zijn
vanaf 2015 integraal onderdeel van die prestaties. Dus ook overleg met professionals in het sociale domein en met de
huisarts als dat voor de cliënt nodig is. De discussie die nu op de sociale media wordt gevoerd over een mogelijke
weeffout en het opknippen van de wijkverpleegkundige zorg, kent dan ook geen enkel fundament. Iedere verzekerde
heeft volgend jaar recht op wijkverpleegkundige zorg en van iedere wijkverpleegkundige wordt verwacht dat hij of zij
overleg voert/ coördineert als dat nodig is! Verzekeraars kopen dat ook zo in en knippen niets op. Goed lezen, zou ik
zeggen en je niet laten afleiden door de ouderwets ogende titels van de prestaties. (En ja, zorgverzekeraars hadden
graag een titel gezien die meer de vernieuwing verwoordt, maar daar heeft de NZa geen gehoor aan gegeven.) Geen
‘S1’ en ‘S2’ dus, maar integrale en afgestemde zorg voor iedereen!
En die nieuwe prestatie ‘wijkgericht werken’ dan? Ook daar kan ik helder over zijn, die maakt het mogelijk om
afspraken met de gemeenten te maken en de € 40 miljoen extra impuls, zoals ook door VWS benoemd, aan de
aanbieders te kunnen betalen. Daarvoor is namelijk een ‘betaaltitel’ nodig. In de Zvw mogen we eenvoudigweg niet
betalen als daar geen prestatie door de NZa voor is vastgesteld. Daar wordt dus geen individueel toewijsbare zorg
voor geleverd, en het wordt ook gericht ingezet en ingekocht. Het is geen ‘S1’ maar niet meer en niet minder dan een
vehikel voor een extra impuls in de samenwerking tussen gemeenten en zorgverzekeraars voor 2015. Hoe
zorgverzekeraars met die impuls omgaan en hoe ze er voor zorgen dat die activiteiten niet ‘losgezongen’ van de
wijkverpleegkundige zorg in de wijk wordt uitgevoerd, is verwoord in de inkoopgids wijkverpleging 2015. Deze gids is
in ZN-verband uitgebracht en doorvertaald in het inkoopbeleid van de individuele zorgverzekeraars.
Een weeffout? Nee. Het opknippen van zorg door bekostiging of inkoop? Nee.
Goed lezen, ja, dat is hard nodig! Maar nog meer is nodig dat we ophouden met deze non-discussie en gaan voor
integrale en afgestemde wijkverpleegkundige zorg voor de cliënten. Daar is in 2015 namelijk alle ruimte voor!
Mirjam Maasdam, beleidsadviseur Zorg bij ZN
ZN journaal 32-33
14 augustus 2014