Cliëntondersteuning en MEE in Dordrecht in 2015

Cliëntondersteuning en
MEE in Dordrecht in 2015
December 2014
De zelfredzaamheid en participatie van kwetsbare burgers verbeteren. Dat is de opdracht
die de gemeente Dordrecht in 2013 meegaf aan de nieuwe fusieorganisatie MEE
Drechtsteden. In MEE Drechtsteden zijn de brede Dordtse welzijnsorganisatie en de
werkorganisatie van MEEplus in Zuid-Holland Zuid verenigd, om samen wijkgerichte
ondersteuning in Dordrecht te bieden. Daarnaast vervult de organisatie de MEE-taken in
het kader van de AWBZ voor de regio Zuid-Holland Zuid. Hoe dat werkt, staat beschreven
in de eerder gepubliceerde praktijkbeschrijving. In dit artikel leest u meer of de stand van
zaken en blikken we vooruit op 2015
Terugblik
Verantwoording
Drie pilots
In Dordrecht loopt er in drie wijken een pilot met sociale
Dit artikel is gebaseerd op interviews in juni 2014
wijkteams. Daarbij is MEE een belangrijke partner. Zomer 2014
met Telma Vos, directeur MEE Drechtsteden, en
komt er groen licht voor de uitrol van deze manier van werken
Marjan van den Hoek, beleidsmedewerker van de
voor de hele stad. In deze sociale wijkteams werken
gemeente Dordrecht en belast met de inrichting
verschillende organisaties samen. Naast MEE zijn dat het
van de wijkteams/Wmo 2015.
algemeen maatschappelijk werk (Vivens), de sociaal
raadslieden, de leefbaarheidsconsulenten van de
woningcorporaties en de wijkverpleegkundigen ‘nieuwe stijl’.
Sinds mei 2014 werken ook twee mensen vanuit de CJG-functie
Telma Vos (MEE): “Er is veel urgentiebesef bij alle partijen. Men
mee. Het wijkteam werkt echt als één team. Ze zijn met elkaar
zoekt echt de verbinding met elkaar. Elkaar vinden op visie is
verantwoordelijk voor alle vragen in de wijk, iedereen werkt als
gemakkelijk. De uitvoering is soms nog moeilijk. De
generalist voor alle doelgroepen. Het komt maar zelden voor
verschillende financieringsstromen werken nog tegen. De
dat binnen het team iemand naar een generalist met een
perverse prikkels zitten er nog in om cliënten vast te houden.
bepaald specialisme wordt doorgesluisd. De partners binnen het
Dat moet in de toekomst beter worden.”
wijkteam leren volop van elkaar.
Werkwijze
Op elk team zit een kwartiermaker of coördinator die de
manier van werken bewaakt. De teams werken met de
methodiek sociale netwerkversterking zoals MEE die heeft
ontwikkeld. En met de Zelfredzaamheid Matrix (ZRM). Deze
wordt afgenomen bij het eerste contact met de cliënt,
tussentijds en bij de afsluiting van een traject. Deze werkwijze
is voortgekomen uit de achter-de-voordeuraanpak.
Marjan van den Hoek (gemeente Dordrecht): “Je merkt echt dat
de werkers zich vooral deel van het team voelen en dat zij
steeds minder vanuit hun afzonderlijke organisaties denken en
werken.“
Als laatste is de pilot in Nieuw Crispijn erbij gekomen, waar van
Voorbereiding op 2015
meet af aan al op deze manier gewerkt is. Daar zitten de
cliëntondersteuners van MEE en de andere partners van het
Cliëntondersteuning
sociale wijkteam bij elkaar in één pand samen met de
Alle gemeenten in Zuid-Holland Zuid met uitzondering van
opbouwwerkers van de voormalige welzijnsorganisatie. De
Alblasserdam – dat zijn dus de Drechtsteden, Vijfherenlanden
samenwerking over en weer komt daardoor heel organisch tot
en Hoekse Waard – hebben gezamenlijk de afspraak gemaakt
stand. Opbouwwerkers signaleren in hun contacten vaak
dat ze in 2015 van MEE de cliëntondersteuning blijven
individuele problematiek die ze doorspelen naar de
afnemen. Voor Dordrecht was dat sowieso heel logisch, omdat
generalisten van het sociale wijkteam. Op hun beurt zoeken die
de gemeente MEE als kernpartner in haar beleid heeft
voor hun cliënten soms naar collectieve oplossingen of naar
opgenomen. Bij de andere gemeenten was MEE nog niet altijd
aansluiting bij informele mogelijkheden in de wijk die de
goed in beeld. MEE heeft daarom als veranderopgave
opbouwwerkers kennen.
meegekregen om zichtbaar(der) aanwezig te zijn in de
gemeenten én de samenwerking te zoeken met andere lokale
Punt van aandacht in 2014 is nog de financiering van MEE, er is
hulp- en dienstverlenende organisaties. Na 2015 zal in principe
uitgebreid met de accountant overlegd wat MEE moet
iedere gemeente zelf besluiten hoe ze cliëntondersteuning gaat
verantwoorden aan het zorgkantoor om aan de AWBZ-eisen te
invullen.
voldoen. Om te voorkomen dat er dubbel moet worden
geregistreerd, zijn op het registratieformulier een paar extra
Voor de aansturing en inkoop van het maatwerk trekken de
vragen opgenomen die de informatie voor de AWBZ bieden.
Drechtsteden met elkaar op, maar cliëntondersteuning wordt
via lokale uitvoeringsplannen ingevuld. Dordrecht neemt in
Wat levert de samenwerking op?
haar plan voor cliëntondersteuning op, dat een brede range
Door de fusie zijn ook de welzijnswerkers anders gaan werken.
beschikbaar moet zijn, van licht en vrijwillig tot de zware
Er is sprake van een sterke gemeenschappelijke visie waarin
professionele steun zoals MEE die geeft. De Dordtse sociale
sociale netwerkversterking en inclusief denken en handelen
wijkteams bieden deze cliëntondersteuning: er zitten geen
belangrijke elementen zijn. Daar wordt ook stevig op gestuurd.
hulpverleners in, dus ze hebben zelf geen belang bij het al dan
Je merkt dat de welzijnswerkers nu ook veel beter inclusief
niet inzetten van maatwerkvoorzieningen. Ze werken
werken en minder in hokjes denken. Ze kijken met elkaar en
levensbreed en integraal, ze stellen geen indicaties en zijn echt
met de bewoners en stakeholders naar de wijk – wat is er
bezig voor en met de betrokkenen, dus onafhankelijk.
nodig? – en op basis daarvan wordt een plan gemaakt. Die
plannen zijn voor iedere wijk verschillend. Daardoor is het veel
Tegelijkertijd wil Dordrecht beter in beeld krijgen wat er
duidelijker wat er nodig is en voor wie. Mensen met
allemaal beschikbaar is aan cliëntondersteuning en hoe dat in
beperkingen worden daarbij automatisch meegenomen. De
het werkproces het beste een plek kan krijgen. Daar gaat de
waardering over en weer neemt met de betere onderlinge
gemeente 2015 voor gebruiken. Vivens werkt bijvoorbeeld al
bekendheid ook toe. De cliëntondersteuners zien veel beter wat
jaren met ggz-ervaringsdeskundigen als aanvulling op hun
welzijn kan betekenen voor wijkbewoners met beperkingen.
professionele aanbod. Deze worden via Vivens getraind en
Door de samenwerking in de sociale wijkteams zoeken de
bieden vervolgens ervaringsdeskundige ondersteuning aan
deelnemende organisaties – bijvoorbeeld Vivens en MEE –
wijkbewoners met psychiatrische aandoeningen. Zij worden nu
elkaar ook in de wijken op waar nog geen sociaal wijkteam
ook via de sociale wijkteams ingezet.
werkzaam is.
Marjan van den Hoek: “Er is een spanningsveld: enerzijds wil ik
Telma Vos: “We werken langzaam richting één gezamenlijk
de MEE-medewerkers graag in de wijk inzetten als generalist. Ik
wijkwerkplan met alle betrokken partijen. Zo kunnen we
merk ook dat ze daar hun kennis delen, zodat ook andere
elkaars krachten benutten en dubbelingen voorkomen.”
generalisten beter kunnen werken met mensen met
beperkingen. Veel organisaties nemen nu ook trainingen in het
werken volgens de sociale netwerkversterking af van MEE.
Tegelijkertijd is belangrijk dat MEE-medewerkers hun kennis
over het werken met mensen met beperkingen behouden.
Daarvoor is nodig om dit in het regionale verband te borgen.
De gemeente is met MEE in gesprek over hoe dit te realiseren.”
Jeugd en sociaal wijkteam samen
Scholing
De opzet van Dordrecht is nu dat de sociale wijkteams ook de
Voor professionals is sociale netwerkversterking de
‘voordeur’ voor de jeugd vormen voor de CJG-functies. Dat
gezamenlijke aanpak die Dordrecht promoot. MEE schoolt de
moet bij de uitrol over de hele stad meteen worden
professionals daar in. Daarnaast richt Dordrecht zich ook op
meegenomen. Voor echte zorgvragen is er dan een
vrijwilligers en hun organisaties, om te bevorderen dat ook zij
‘achtergeschakeld’ jeugdteam dat ongeveer het gebied van drie
zo veel mogelijk gekanteld werken. Vrijwillgers en hun
wijkteams ‘bedient’. Het is nog een puzzel om dit allemaal goed
organisatie zijn onderdeel van de ondersteuningsstructuur, zo
op elkaar te laten aansluiten.
vindt de gemeente. Het is belangrijk dat vrijwilligers en hun
organisaties dus ook werken aan de bevordering van eigen
Werken vanuit vertrouwen
kracht en het gebruik van algemene voorzieningen. Dordrecht
Dordrecht zet voor de relatie met de kernpartners in de
zet hier op in door het bieden van scholing.
uitvoering meer in op een gezamenlijke visie, de dialoog en het
vertrouwen, dan op inkopen, controleren en afrekenen.
Daarnaast streeft de gemeente naar samenwerking met vaste
uitvoeringspartners. Deze moeten duurzaam met elkaar
samenwerken aan de resultaten die Dordrecht op het sociaal
domein wil realiseren. Belangrijke uitgangspunten daarbij zijn:
gekanteld werken, inzetten op het vergroten van de
zelfredzaamheid van kwetsbare inwoners en het betrekken van
vitale bewoners bij de ondersteuning van kwetsbare mensen.
Ook het werken met wijkagenda’s en horizontale
verantwoording naar de inwoners horen daar bij. Dordrecht wil
dit bevorderen door het maken van afspraken met
uitvoeringspartners voor meerdere jaren en kiest dus niet voor
grote aanbestedingstrajecten.
Telma Vos: “We combineren onze expertise van
netwerkversterking en het werken met mensen met
beperkingen met het bieden van sociale activiteiten en de
samenwerking met leerwerkbedrijven die een impuls kunnen
geven voor mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Dus
echt levensbreed. We gaan daarbij uit van het credo: werk
voorkomt zorg. Hoe we daarover rapporteren, kun je zien in
onze jaarrapportage 2013.”
Meer lezen?
Movisie publiceert dit praktijkvoorbeeld in het kader
van het stimuleringsprogramma cliëntondersteuning
van VWS, VNG en MEE Nederland. Het is één van de vijf
praktijkvoorbeelden die Movisie bezocht in het najaar
van 2013 én in de zomer van 2014.
In de overzichtsartikelen 'MEE en gemeente: cliëntondersteuning in 2015 en verder, deel 1' en 'MEE en
gemeente: cliëntondersteuning in 2015 en verder, deel
2' leest u de belangrijkste conclusies. Beide artikelen
kunt u vinden op www.movisie.nl.
MOVISIE * Postbus 19129 * 3501 DC Utrecht * T 030 789 20 00 * F 030 789 21 11 * www.movisie.nl * [email protected]