Taalwerkbladen - Friesland College

> TAALWERKBLAD PARTICIPATIE
WOORDENLIJST
NEDERLANDSE TAAL
BETEKENIS (MAG IN EIGEN TAAL)
aanpak
>
coach
>
cultuur
>
deelnemen
>
doel
>
eigenschappen
>
heden
>
integreren
>
kwaliteiten
>
meedoen
>
mentor
>
nu
>
plan
>
samenleving
>
toekomst
>
vaardigheden
>
verleden
>
verwachtingen
>
wensen
>
DE WERKWOORDSTIJDEN
NU
VERLEDEN
Wat doe je nu? Wat doe je vandaag?
Wat heb je gisteren gedaan? Wat heb je vorige
week gedaan? Wat heb je vorig jaar gedaan?
>> Ik zit in de klas en luister naar de docent.
>> Jij drinkt koffie in de kantine.
>> Ik werk op dit moment niet.
>> Wij doen vrijwilligerswerk.
>> Jullie fietsen naar huis.
TOEKOMST
Wat doe je morgen? Wat doe je volgende week?
Wat doe je volgend jaar?
>> Ik heb gisteren tot 4 uur gewerkt.
>> Hij heeft vorige week met iemand van de gemeente
gesproken.
>> Ik heb in mijn eigen land als monteur gewerkt.
Vragen
Stel vragen aan je buurvrouw/buurman.
>> Je kunt dezelfde vorm gebruiken als in het NU.
>> Wat doe je nu?
>> Ik loop morgen naar school.
>> Werk je op dit moment?
>> Hij werkt vrijdag tot 6 uur.
>> Wat heb je gisteren gedaan?
>> Komen jullie morgen een kwartier eerder?
>> Wat ga je volgende week doen?
>> Heb je in je eigen land gewerkt?
Je kunt ook het werkwoord gaan gebruiken.
>> Wat heb je daar gedaan?
>> Wat ga je morgen doen?
>> Wat wil je in Nederland gaan doen?
>> Ik ga morgen werken.
>> Wat doe je over één jaar?
>> Ga jij volgende week naar Assen?
>> Zij gaat vrijdag naar een uitzendbureau.
> TAALWERKBLAD WAAR KOM IK VANDAAN?
WOORDENLIJST
NEDERLANDSE TAAL
BETEKENIS (MAG IN EIGEN TAAL)
aanpak
>
coach
>
cultuur
>
deelnemen
>
doel
>
eigenschappen
>
heden
>
integreren
>
kwaliteiten
>
meedoen
>
mentor
>
nu
>
plan
>
samenleving
>
toekomst
>
vaardigheden
>
verleden
>
verwachtingen
>
wensen
>
VERTELLEN
Vertel je buurvrouw of buurman in de groep:
>> wat je gisteren thuis hebt gedaan.
Voorbeeldzinnen:
>> wat er deze week gebeurd is.
Ik heb gisteren de krant gelezen.
>> wat je vorige week hebt gedaan.
Ik ben vorige week maandag naar de huisarts geweest.
Ik heb veel nieuwe woorden geleerd.
De vorige les ging over participatie.
Ik heb woorden bij een boom geschreven.
Vertel je buurvrouw of buurman in de groep:
Ik heb verteld wat ik deed in mijn eigen land. Dat ik
werkte op de markt en groenten en fruit verkocht.
>> wat voor nieuwe informatie je hebt gehoord of
gelezen.
>> wat je geleerd hebt in de vorige les.
>> wat je gedaan hebt.
>> wat je verteld hebt over jezelf.
Vertel tenslotte wat je de afgelopen week gedaan hebt
voor deze les.
Ik heb in de afgelopen week de woordenlijst gelezen
van deze les. Ik heb de nieuwe woorden opgezocht in
het woordenboek.
> TAALWERKBLAD DIT WIL IK, DIT BEN IK, DIT KAN IK
WOORDENLIJST
NEDERLANDSE TAAL
BETEKENIS (MAG IN EIGEN TAAL)
argumentatie
>
concentreren
>
creatief
>
eigenschap
>
idee
>
improviseren
>
interesse
>
kritiek
>
kwaliteit
>
oplossing
>
organiseren
>
overtuigen
>
precies
>
redden
>
samenwerken
>
stressbestendig
>
vaardigheden
>
zelfstandig
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
VERTELLEN
>> Vertel wat je de afgelopen week hebt gedaan
voor deze les
ARGUMENTEREN
Voorbeelden:
>> Ik ben creatief, omdat ik mooi teken.
>> Ik ben precies, omdat ik alles goed doe.
>> Ik ben handig, want ik kan dingen repareren
>> Ik ben assertief, want ik durf te zeggen wat ik wil.
PRESENTEREN
>> Presenteer jouw top 3 in de groep
> TAALWERKBLAD MOTIVATIE
WOORDENLIJST
NEDERLANDSE TAAL
BETEKENIS (MAG IN EIGEN TAAL)
motivatie
>
participatie
>
collega’s
>
sfeer
>
persoonlijke ontwikkeling
>
status
>
hoger opkomen
>
initiatief nemen
>
werkervaring
>
waardering
>
nuttig
>
afhankelijk
>
onafhankelijk
>
lui
>
actief
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
ARGUMENTEREN
>> Ik wil werken om financieel onafhankelijk te zijn.
>> Ik wil graag werken om mijn talenten te ontwikkelen.
>> Ik wil werken om contacten te hebben met de mensen.
>> Ik wil graag werken om een goed voorbeeld te zijn
voor mijn kinderen.
>> Ik wil werken om nuttig te zijn in de maatschappij.
>> Ik wil werken om mijn Nederlands te verbeteren.
PRESENTEREN
>> Presenteer aan de groep 3 argumenten waarom
je wilt werken en actief mee wilt doen in de
samenleving.
...........................................................................................
...........................................................................................
...........................................................................................
> TAALWERKBLAD KEUZES MAKEN
WOORDENLIJST
NEDERLANDSE TAAL
BETEKENIS (MAG IN EIGEN TAAL)
stijl
>
keuzestijl
>
factoren
>
tevreden
>
belemmering
>
beschikbaarheid
>
vegetarier
>
huishoudelijke apparatuur
>
process
>
haalbaarheid
>
weloverwogen
>
........................................................................................... >
........................................................................................... >
........................................................................................... ........................................................................................... >
........................................................................................... >
........................................................................................... >
........................................................................................... >
........................................................................................... ........................................................................................... ........................................................................................... >
>
........................................................................................... >
...........................................................................................
>
> TAALWERKBLAD MIJN STAPPENPLAN
WOORDENLIJST
NEDERLANDSE TAAL
BETEKENIS (MAG IN EIGEN TAAL)
logboek
>
stappenplan
>
onderzoeken
>
korte termijn
>
lange termijn
>
doel
>
traject
>
levensdoel
>
tussenstap
>
redeneren
>
trede
>
meten
>
meetbaar
>
bijhouden
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
VERTELLEN
>> Ik wil over 3 jaar een opleiding in de zorg volgen
>> Ik wil dit jaar vrijwilligerswerk vinden
>> Ik ga meehelpen op de basisschool van mijn kind
>> Ik ga een afspraak maken met een Nederlander. Hij/zij
doet hetzelfde werk als ik ook graag wil doen.
>> Ik zoek informatie over een opleiding, die ik wil gaan
volgen
>> Ik ga een beroepstest doen op internet
> TAALWERKBLAD NETWERKEN
WOORDENLIJST
NEDERLANDSE TAAL
BETEKENIS (MAG IN EIGEN TAAL)
bereikbaar
>
contacten leggen
>
CV (Curriculum Vitae)
>
emotioneel
>
feedback
>
formeel
>
hulp
>
informeel
>
instanties
>
netwerken
>
nieuweling
>
procedures
>
stage
>
troost
>
vacature
>
wederzijds
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
> TAALWERKBLAD NIEUWE CONTACTEN
WOORDENLIJST
NEDERLANDSE TAAL
BETEKENIS (MAG IN EIGEN TAAL)
benaderen
>
beroepsbeoefenaar
>
concreet plan
>
contact leggen
>
contacten
>
functie
>
netwerken initiatief nemen
>
noteren
>
ondernemen
>
taken
>
toelatingseisen
>
volwassenen
>
werkzaamheden
>
zich voorbereiden
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
VRAGEN STELLEN
Vragen (algemeen)
Vragen(opleiding)
>> Kan ik een keertje met u praten?
>> Kunt u mij informatie geven over de opleiding……
>> Ik wil graag een keer met u praten. Kan dat?
>> Kan ik hier ergens aan deelnemen?
>> Hoe lang duurt de opleiding?
>> Mag ik u een paar vragen stellen?
>> Hoe duur is de opleiding?
>> Kunt u wat vertellen over de activiteiten?
>> Kan ik studiefinanciering krijgen?
(bibliotheek, basisschool, sportclub enz.)
>> Kan ik lid worden? En hoe?
>> Is dit een opleiding voor volwassenen?
>> Is er een stage aan verbonden?
>> Wat zijn de toelatingseisen?
Vragen (werk)
>> Wat is uw beroep?
>> Wat zijn uw taken?
>> Wat zijn uw werkzaamheden?
>> Hoeveel jaar doet u dit werk al?
>> Wat is er leuk aan dit beroep?
>> Wat is er minder leuk?
>> Heeft u een opleiding gedaan?
>> Welke opleiding heeft u gedaan?
>> Hoeveel collega’s heeft u?
>> Hoe groot is dit bedrijf?
> TAALWERKBLAD ELEVATOR PITCH
WOORDENLIJST
NEDERLANDSE TAAL
BETEKENIS (MAG IN EIGEN TAAL)
afsluiten
>
eigen kracht
>
elevator pitch
>
kort en krachtig
>
lef
>
moed
>
onverwachts
>
openingszin
>
oprecht
>
overtuigen
>
uitdaging
>
zelfverzekerd
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
........................................................................................... >
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
PRESENTEREN
Voorbeeld Elevator Pitch
>> Mijn naam is… (voor- en achternaam)
>> Ik kom hier voor het eerst. Wat een leuk bedrijf.
>> Ik zou hier best willen werken.
>> Ik ben heel goed in techniek.
>> Ik kan heel goed…
>> Ik heb veel ervaring in…
>> Ik heb gewerkt als…
>> Ik kan goed met mijn handen werken
>> Ik hou van aanpakken.
>> Ik ben een doorzetter.
>> Ik kan goed samenwerken.
>> Kan ik een keer met u praten?
>> Kan ik een afspraak maken?
> TAALWERKBLAD WAT IS EEN MENTOR?
WOORDENLIJST
NEDERLANDSE TAAL
BETEKENIS (MAG IN EIGEN TAAL)
het advies
>
bereiken
>
de competentie
>
het doel
>
de keuze
>
de mentor
>
het netwerk
>
passen bij iemand
>
stimuleren
>
verzamelen
>
zelfstandig
>
het zelfvertrouwen
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>
...........................................................................................
>