Download gratis dit model

1e rij: 3 lossen als 1 stokje, *1 losse, 1 stokje *, herhaal van *tot* 8
maal in totaal, 1 losse, 1 halve vaste op de 3e losse bij het begin van
de rij.
2e rij: 1 losse, 2 vasten in elke losse van de vorige rij, 1 halve vaste
op de losse bij het begin van de rij.
3e rij: 1 losse als 1 vaste, * 5 lossen, de volgende vaste overslaan, 1
vaste op de vaste van de vorige rij *, herhaal van *tot* 8 maal in
totaal, 5 lossen, 1 halve vaste op de losse bij het begin van de rij.
4e rij: in elke boog van 5 lossen, haakt u 1 vaste, 1 stokje, 1 dubbel
stokje, 1 stokje en 1 vaste, eindig met 1 halve vaste op de vaste bij
het begin van de rij, daarna 1 halve vaste op het volgende stokje.
5e rij: 1 losse als 1 vaste, * 5 lossen, 1 vaste op het volgende stokje *,
herhaal van *tot* 17 maal in totaal, 5 lossen, 1 halve vaste op de
losse bij het begin van de rij.
23
TRUI
Nr 051-T10-523
4,5
Haak a) 30 rozetten -b) 50 rozetten - c) 66 rozetten.
nMATEN
a) 6/8 jaar - b) 10/12 jaar - c) 14/16 jaar
Telpatroon van een rozet
nKWALITEIT (aantal bollen)
KWALITEIT
KLEUR
6/8 jaar
10/12 jaar
14/16 jaar
PHIL COTON 4
BLANC
7
10
12
Samenstelling van het model:
75% katoen
25% lyocell
nHAAKNAALDEN
Nr 4
Nr 4,5
nBENODIGDHEDEN
Verkrijgbaar bij PHILDAR:
Markeerringen
nGEBRUIKTE STEKEN
= losse
Losse of kettingsteek: maak een lus, breng de draad (afkomstig
van de bol) achter de haaknaald en leg hem op de haaknaald. U hebt
1 omslag gemaakt.
Beweeg de haaknaald van links naar rechts om de omslag door de
lus te halen. Trek de knoop lichtjes aan.
Om een ketting te maken, 1 omslag maken, de haaknaald van links
naar rechts bewegen om de omslag door de lus te halen. Blijf dit
herhalen. U verkrijgt zo een basisketting.
= stokje
= halve vaste
= vaste
= dubbel stokje
nHalve rozet: (zie telpatroon)
Haak een ketting van 4 lossen en sluit tot een rondje met een halve
vaste op de 1e steek.
1e rij: 3 lossen als 1 stokje, * 1 stokje, 1 losse, *, herhaal van *tot* 4
maal in totaal, en eindig met 2 stokjes.
2e rij: 1 losse als 1 vaste, 1 vaste op het 2e stokje van de vorige rij, 2
vasten in losse van de vorige rij, eindig met 1 vaste op elk van de
laatste 2 stokjes van de vorige rij.
3e rij: 1 losse als 1 vaste, * 5 lossen, de volgende vaste overslaan, 1
vaste op de vaste van de vorige rij *, herhaal van *tot* 4 maal in
totaal, 5 lossen, 1 vaste op de losse bij het begin van de rij.
4e rij: 4 lossen als 1 dubbel stokje, 1 stokje, 1 dubbel stokje, 1 stokje
en 1 vaste in de 1e boog van 5 lossen, * in elke volgende boog van 5
lossen, haakt u 1 vaste, 1 stokje, 1 dubbel stokje, 1 stokje en 1 vaste,
daarna in de laatste boog haakt u 1 vaste, 1 stokje, 1 dubbel stokje, 1
stokje, eindig met 1 dubbel stokje op de losse bij het begin van de rij.
5e rij: 1 losse als 1 vaste, 1 vaste op het 1e stokje, * 5 lossen, 1 vaste
op het volgende stokje *, herhaal van *tot* 8 maal in totaal, 5 lossen,
1 vaste op de 4e losse bij het begin van de rij.
Halve vaste: de haaknaald in 1 steek insteken, 1 lus doorhalen en
deze meteen door de lus halen die zich op de haaknaald bevindt.
Vaste: de haaknaald in 1 steek insteken, 1 lus doorhalen, 1 omslag
en de draad door de 2 lussen halen die zich op de haaknaald
bevinden.
Stokje: 1 omslag, de haaknaald in 1 steek insteken, 1 lus doorhalen,
1 omslag, de draad door de eerste 2 lussen halen, 1 omslag en de
draad door de 2 lussen halen die zich op de haaknaald bevinden.
Dubbel stokje: 2 omslagen, de haaknaald in 1 steek insteken, 1 lus
doorhalen, 1 omslag, de draad door 2 lussen halen, 1 omslag, de
draad door 2 lussen halen, 1 omslag, en de draad door de laatste 2
lussen halen die zich op de haaknaald bevinden.
nWERKWIJZE
Haak a) 14 halve rozetten -b) 16 halve rozetten - c) 8 halve rozetten.
Rozet: (zie telpatroon)
Haak een ketting van 4 lossen en sluit tot een rondje met een halve
vaste op de 1e steek.
1
nAFWERKING HALS
Telpatroon van een halve rozet
Op een basisketting van 90 steken met de haaknaald nr 4 stokjes
haken. Verdeel hierbij in de 2e rij als volgt 10 meerderingen: 5
stokjes, * 1 meerdering, 9 stokjes *, herhaal van *tot* 9 maal in totaal,
daarna 1 meerdering en eindig met 4 stokjes. U hebt 100 stokjes.
Verdeel in de 3e rij opnieuw 10 meerderingen. U hebt 110 stokjes,
het werk afhechten.
nBIEZEN VOOR DE AFWERKING VAN DE ARMSGATEN
Op een basisketting van a) 58 steken - b) 78 steken - c) 78 steken
met de haaknaald nr 4 a) 6 cm (6 rijen) - b) c) 7 cm (7 rijen) stokjes
haken. Het werk afhechten.
Haak een tweede zelfde bies.
= losse
Patroon mouwen
= stokje
= halve vaste
= dubbel stokje
= vaste
a) 34,5 - b) 46 - c) 46
25
25
30
Patroon rug- en voorpand
23
17
23
23
Alle vermelde cijfers stemmen overeen met de patroonmaten in
centimeter, zowel in de breedte als in de hoogte
a) 34,5 - b) 46 - c) 46
41
51
61
AFWERKING
24
28
38
Naai de verschillende rozetten en halve rozetten aan elkaar op basis
van de schema’s voor de afwerking.
Naai de afwerking voor de hals in de halsopening, de biezen aan de
armsgaten aan de bovenkant van elke mouw, en naai de mouwen in
de armsgaten (zie merktekens E op het schema).
Alle vermelde cijfers stemmen overeen met de patroonmaten in
centimeter, zowel in de breedte als in de hoogte
nPROEFLAPJE
Belangrijk en onmisbaar voor het verkrijgen van een breiwerk in de
juiste afmetingen:
1 rozet, haaknaald nr 4,5 = 11,5 cm diameter.
2
Afwerkingsschema van de rozetten
Afwerkingsschema maat a)
Mouwkop
E
RUGPAND
Schouder
Schouder
E
Midden
E
VOORPAND
E
3
Afwerkingsschema maat c)
Afwerkingsschema maat b)
E
E
E
E
DOS
DOS
RUGPAND
DOS
RUGPAND
VOORPAND
VOORPAND
E
E
E
E
Mouwkop
Midden
Mouwkop
Midden
4