Knegt

Loondoorbetalingsplicht:
kaders voor beoordeling
Robert Knegt
UvA / Hugo Sinzheimer Instituut
Een stevige plicht, hoe te verantwoorden?
• Laat maar stevig: in tien jaar tijd van 0
naar 2/6, naar 52, naar 104(+) weken
• Focus op effecten, maar ook andere
kaders van beoordeling
• Moreel: aanvankelijk kwam overheid
(recht) niet binnen de poort, maar wel
morele (werkgevers)plichten
• Moreel is parallel beoordelingskader
(2)
Juridisch
• Recht constitutief door sanctioneren van
model / verantwoordelijkheidsverdeling
• Modellen:
(a) dienstverband
(b) contract (verhuur)
(c) zelfstandige
(d) dwangarbeid
• Arbeidsovereenkomst: moeizaam a + b
• Contract sluit ook uit !
• Ambiguïteit transactie / verhouding
(3)
Politiek
Doeleinden:
• Volumebeleid (jaren ‘80)
• Activerend arbeidsmarktbeleid (WRR ‘87)
• (Invloed terugpakken van sociale partners)
Middelen:
• Prikkels / premiedifferentiatie (TWVA ‘89):
bonus/malus (1992), 2/6 weken (1994)
• Privatisering van het ziekterisico: 52 weken
(1996), 104+ (2004)
Duur vd wettelijke doorbetalingsplicht: een
vergelijking tussen 29 landen
(4)
Beleidstheorie
• Ondernemingen zijn verantwoordelijk voor
preventie en reductie verzuim; financiële
prikkels zullen hen daar meer bewust van
maken -> volumereductie;
• Nauwere koppeling tussen individuele
schadekans en aandeel in de lasten (‘de
ultieme premiedifferentiatie’)
• Andere wijze van organiseren (privatisering)
-> betere bescherming tegen lagere prijs.
(6)
Werkgeversplicht ter discussie
• Malus: specifieke, geïndividualiseerde premieverhoging (‘boete’) meer vatbaar voor morele
argumentatie, ldb-plicht is generiek en stuit op
minder bezwaren;
• Beide sluiten aan op institutionele visie van
wederkerige betrekking (<-> contractuele)
• Bezwaren o.b.v. contractuele grenzen (geen
arbeid, wel loon??; oorzaken buiten werksfeer,
kan ‘t niet beïnvloeden dus niet aansprakelijk)
(7)