Lees- werkwijzer 5.4: Uit de Opstand een Republiek geboren! Tijd

Lees- werkwijzer 5.4: Uit de Opstand een Republiek geboren!
Tijd van ontdekkers en hervormers 1500- 1600 n. Chr.
Kenmerkende aspect
 het conflict in de Nederlanden, dat resulteerde in de stichting
van de Nederlandse Staat.
Paragraaf 5.4: Uit de Opstand een republiek geboren.
De kern:





Leg heel duidelijk uit, dat de opstand van de zeventien Nederlandse gewesten
tegen de Spaanse landsheer leidde tot het ontstaan van de Republiek.
Schenk daarbij aandacht aan religieuze en politieke oorzaken.
Vermeld ook de economische motieven in deze kwestie.
Wat was de kern- gedachte van de samenwerking tussen de Nederlandse
gewesten?
In hoeverre was de nieuw- ontstane bestuursvorm een uitzondering?
Geef een toelichting.
Werk tenslotte het politieke spanningsveld uit tussen het centrale landsbestuur
en de macht van de gewesten.
Een modern landsbestuur:







Werk de verschillen uit tussen de zeventien gewesten.
Hoe probeerde Karel V de macht van de adel, van de gewesten en van de
steden te verkleinen?
Welke drie raden installeerde Karel V om deze doelstellingen te bereiken?
Werk dit duidelijk uit!
Hoe regelde Karel V dit in de dagelijkse praktijk?
Hoe probeerde Karel de adel toch nog bij zijn bestuur te betrekken?
Heel centraal stond in deze jaren Karel ’s godsdienstpolitiek, maak dat
duidelijk. Wat verstaan we in dit opzicht onder de Inquisitie?
Hoe was de situatie in 1555 bij het aftreden van Karel?
Willem van Oranje:




Hoe trachtte Karel V, Willem van Oranje voor te bereiden op een belangrijke
rol bij het bestuur van de Nederlanden?
Verklaar de spanningen tussen Karel ’s opvolger, Filips II, en Willen van
Oranje.
Hoe kwam Willem, vooral na het vertrek van Filips naar Spanje (1559), bijna
buitenspel te staan?
Wat werden/ waren de twee hoofddoelen van zijn verzet?
Het jaar 1566:







Verklaar de aanbieding van het Smeekschrift in het belangrijke jaar 1566 aan
de landvoogdes, Margaretha van Parma.
Hoe is de betekenis van het woord “Geuzen” te verklaren?
Hoe reageerde Filips II op deze ontwikkelingen?
Geef twee voorbeelden van religieuze opstandigheid in 1566, met toelichting.
Hadden deze twee acties ook nog andere motieven?
Maak duidelijk, dat de aanstelling van Alva als nieuwe landvoogd “olie op het
vuur” was!
Wat zorgde in 1569 voor een nog grotere onrust in de Nederlanden?
De Opstand:







Hoe was tussen 1568- 1572 de militaire positie van het leger van Willem van
Oranje?
Waarom is 1572 een absoluut keerpunt te noemen?
In hoeverre kreeg de militaire opstand in dat jaar een politiek karakter?
Wat was vaak het ellendige lot van de veroverde steden?
Wat was het belang van de gebeurtenissen rond Leiden in 1574?
Geef aan wat het effect was van de zogenaamde “Spaanse Furie” van
Antwerpen in 1576? Tot welk verdrag leidde dat in datzelfde jaar?
Welke twee hoofd- aspecten zijn in dit verdrag terug te vinden?
Ontstaan van de Noordelijke Nederlanden:




Waardoor ontstond de Unie van Atrecht in 1579?
Leg uit dat de Unie van Utrecht daar weer een reactie op was!
Wat werd er in de Unie van Utrecht afgesproken?
Waartoe leidde deze Unie van Utrecht uiteindelijk?
Filips afgezet, Willem vermoord:




Leg uit, dat de Apologie van 1580 een “hoogtepunt” was in het conflict tussen
Willem van Oranje en Filips II.
Waartoe leidde dat uiteindelijk in het volgende jaar, 1581?
Na de moord op Willem in 1584 te Delft moesten de Noord-Nederlanders op
zoek naar een nieuwe leider. Hoe verliep die zoektocht?
Uiteindelijk resulteerde die zoektocht in 1587 in een “oplossing”. Welke?