SPELEN MET RUIMTE.key

Spe
len
met
ruim
te
Frank Weijers
Spelen met ruimte!
!
!
1e versie
Nijmegen, januari 2014
!
!
Voel je vrij om alles uit dit e-boek te gebruiken en te delen
met anderen, mits je daarbij de bron vermeldt.
!
!
!
!
Inhoudsopgave!
!
Inleiding en aanleiding
4
Leeswijzer
9
De centrale vraag
11
Het fundament
20
Een gezamenlijke opdracht
21
Vier oorzaken
23
Professionaliteit van leraren
35
Professionaliteit van schoolleiders 47
Aanpak oorzaken 1 en 2
53
Aanpak oorzaak 3
86
Aanpak oorzaak 4
92
De bedding
93
Spelen met ruimte op alle niveaus 102
Over Frank Weijers
106
Inleiding en aanleiding!
!
Er is de afgelopen decennia heel veel gepraat en
geschreven over onderwijsvernieuwing.
!
Naast over elkaar heen buitelende plannen van
opeenvolgende onderwijsministers waren er eindeloos veel
conferenties, vergaderingen, expertmeetings en meer, en is
er een enorme hoeveelheid beleidsdocumenten
geproduceerd.
!
Is het onderwijs er daardoor sprankelende en beter op
geworden?
4
Ondertussen werd het beroep van leraar er bepaald niet
aantrekkelijker op.
!
In samenhang met afnemende budgetten, toenemende
werkdruk en een afrekencultuur ervaren veel leraren steeds
minder ruimte voor invloed op ontwerp en uitvoering van
hun onderwijs.
!
Dat heeft een negatieve invloed op hun motivatie. Ofwel:
daardoor doen ze hun werk met steeds minder plezier. Dat
is niet echt bevorderlijk voor het bouwen aan prachtig
onderwijs.
5
En dat terwijl we allemaal weten dat een school zo goed is
als de leraren die er werken.
!
Ken Robinson verwoordt het in zijn TED-talk How to escape
education's Death Valley prachtig: 'Teachers are the
lifeblood of the success of schools’.
!
Is het dan niet erg voor de hand liggend om er voor te
zorgen dat leraren hun werk goed en met plezier kunnen
doen?
6
Het antwoord daarop is een volmondig ja. Dat is dé manier
om (veel) betere scholen te krijgen, waar iedereen vol zin
en plezier leert en werkt.
!
Rest de vraag: hoe?
!
Daar gaat dit boek(je) over. Niet als theoretisch
hoogstandje, maar als praktische handreiking, goed
geworteld in de dagelijkse praktijk. Het is tot stand
gekomen in interactie met de scholen waarmee ik werk.
!
Langs deze weg mijn dank aan de leraren en schoolleiders
op deze scholen, voor hun vertrouwen en moed om
hiermee aan de slag te gaan.
7
Voor wie is dit boek?!
!
Dit e-boek is bestemd voor leraren en schoolleiders die er
op uit zijn om samen te bouwen aan een (veel) betere
school, waar ze vol zin en met veel plezier kunnen werken
en leren.
8
Leeswijzer!
!
Het e-boek lees je binnen een uur uit. Er zit een logische
opbouw in. Daarom beveel ik van harte aan om het van
voor naar achter te lezen.
!
Het begint met de centrale vraag: Hoe kunnen leraren en
schoolleiders het voor elkaar krijgen om samen, vol zin en
plezier, te zorgen dat ze het best denkbare onderwijs
maken?
!
En daarop volgend komen er concrete, direct toepasbare
antwoorden op deze vraag. Zodat leraren en schoolleiders
daar vanaf vandaag samen mee aan de slag kunnen.
9
In dit e-boek beperk ik me tot de essentie van Spelen met
ruimte. In het voorjaar van 2014 verschijnt een gedrukte
versie, waarin meer verdieping en veel voorbeelden zijn
opgenomen.
!
Terwille van de leesbaarheid gebruik ik de mannelijke vorm.
Overal waar ik hij en hem gebruik, bedoel ik uiteraard ook
zij en haar.
10
De centrale vraag!
!
Hoe kunnen leraren en schoolleiders het voor elkaar krijgen
om samen, vol zin en plezier, te zorgen dat ze het best
denkbare onderwijs maken?
11
Niet door eindeloos te overleggen, stapels beleidsplannen
te schrijven en de ene vernieuwing op de andere te
stapelen. Niet door nog meer controle, vanuit de angst dat
er van alles mis gaat.
!
Niet door te klagen (over de inspectie, over elkaars
gebrekkige functioneren, over jongeren waar niks mee te
beginnen valt, over een nieuwe ronde bezuinigingen, over
'dat we er toch niks over te zeggen hebben' …).
!
Niet door in de greep te blijven van een gevoel van
machteloosheid.
!
Maar hoe dan wel?
12
Door samen te werken aan een school waar iedereen met
plezier werkt, in een sfeer van vertrouwen,
waarbij leraren over hun professionele ruimte kunnen
beschikken én ze deze ruimte voluit en goed benutten.
!
Maar hoe krijg je dat voor elkaar op een school waar een
deel van de leraren en schoolleiders van elkaar vinden dat
ze hun werk niet goed genoeg doen en waar het
vertrouwen in elkaar soms ontbreekt?
Waar (jaar)roosters nauwelijks vrije ruimte vertonen en waar
de hiërarchie maakt dat mensen invloed hebben op basis
van hun positie, en niet zozeer op basis van hun bijdrage?
13
Door de oorzaken hiervan - gebrek aan vertrouwen,
onvoldoende professionaliteit, een overkill aan overleg en
hiërarchische relaties - aan te pakken.
!
Dát is de uitdaging voor leraren en schoolleiders samen.
!
Dat vraagt vertrouwen. En waar dat ontbreekt: moed.
14
Richten, inrichten en verrichten
!
Scholen zijn er eerst en vooral om het mogelijk te maken
dat leerlingen leren. Dat doet niet iedere school op dezelfde
manier. Anders gezegd: iedere school heeft zo haar eigen
specifieke missie, visie en waarden.
!
In het ideale geval worden missie, visie en waarden door
iedereen op school gedeeld. Dat heet dan: collectieve
ambitie.
!
Deze geeft de richting aan: wat doen we wel, wat doen we
niet, hoe doen we dat wel, hoe doen we dat niet, etc.
Om samen het best denkbare onderwijs te kunnen maken.
15
Vanuit dit gevoel voor richting wordt de schoolorganisatie
ingericht. Ofwel: er wordt een manier van organiseren
bedacht die zo goed mogelijk helpt om de collectieve
ambitie te verwezenlijken.
Dat noemen we: inrichten.
!
Vervolgens ontmoeten leraren, leerlingen, schoolleiders en
ander onderwijs ondersteunend personeel elkaar: ze gaan
van alles doen (en laten) om die collectieve ambitie waar te
maken.
Dat heet: verrichten.
16
Het gaat in scholen dus om:
!
1. richten
2. inrichten
3. verrichten
17
Op veel scholen in Nederland is er geen echt gedeelde
ambitie. Er zijn wel mooie zinnen geproduceerd waarin
missie, visie en waarden zijn verwoord.
!
Zou iedereen in school zich daar werkelijk zomaar van harte
mee verbinden?
18
Wat de inrichting betreft: het zijn doorgaans de mensen op
leidinggevende posities die dat bepalen.
!
Het is opvallend dat er bijna altijd is gekozen voor een
inrichting die zou moeten helpen om processen
beheersbaar en controleerbaar te houden.
!
Beheersbaar en controleerbaar? Voor wie?
!
Het is doorgaans niet de inrichting die ertoe bijdraagt dat
leraren optimaal over hun professionele ruimte kunnen
beschikken én deze goed en voluit benutten.
!
En zoals ik hierna zal laten zien: juist dat is nodig om tot het
best denkbare onderwijs te komen.
19
Het fundament!
!
!
Spelen met ruimte is gebaseerd op vier onderling
samenhangende uitgangspunten:
!
1. Een school is zo goed als de leraren die er werken.
2. Leraren die hun werk met plezier doen en ervaren dat
ze een zinvolle bijdrage leveren, presteren aanzienlijk
beter dan hun collega's die er weinig zin in hebben.
3. Plezier en zin ontstaan bij leraren als ze zeggenschap
hebben over ontwerp en uitvoering van hun onderwijs.
Ofwel: wanneer ze kunnen beschikken over hun
professionele ruimte en deze voluit en goed benutten.
4. Leraren zijn professionals die er op uit zijn hun werk zo
goed mogelijk te doen.
20
Een gezamenlijke opdracht!
!
Als deze beweringen allemaal waar zijn, dan hebben
leraren en schoolleiders als gezamenlijke opdracht:
zorg dat leraren over hun professionele ruimte kunnen
beschikken én dat ze die volledig en goed weten te
benutten.
!
21
Voor leraren betekent dat: benut je professionele ruimte
volledig en goed.
!
En de klus voor schoolleiders is: laat leraren hun
professionele ruimte én help voorwaarden creëren om ze
in de gelegenheid te stellen deze ruimte volledig en goed
te benutten. Dat vraagt dienend leiderschap (servant
leadership) van hen.
!
Als ze daar samen in slagen hebben leraren plezier in
hun werk en ervaren ze hun bijdrage als zinvol. Daardoor
gaan ze optimaal presteren en krijgen we het best
denkbare onderwijs.
22
Vier oorzaken!
!
Hoe komt het dan dat veel leraren aangeven dat ze
onvoldoende professionele ruimte ervaren - en ze hun werk
dus niet met (voldoende) plezier doen?
!
Daarvoor zijn vier oorzaken aan te wijzen:
1. Gebrek aan vertrouwen
2. Onvoldoende professionaliteit
3. Complexiteit van de schoolorganisatie
4. Hiërarchisch leiderschap
23
Oorzaak 1!
!
Schoolleiders hebben onvoldoende vertrouwen in het
professioneel handelen van een deel van de leraren. Dat
heeft tot gevolg dat ze steeds meer gaan sturen: invloed
uitoefenen op het werk van de leraren. Die ervaren
daarmee in veel gevallen dat hun professionele ruimte
(verder) wordt ingeperkt, wat maakt dat ze steeds minder
plezier in hun werk krijgen.
!
Tegelijkertijd hebben leraren onvoldoende vertrouwen in het
professioneel handelen van sommige leidinggevenden.
24
Oorzaak 2!
!
Een deel van de leraren schiet tekort in vakbekwaamheid
en/of leiderschap en/of ondernemerschap (tezamen:
professionaliteit).
!
Datzelfde geldt voor een aantal leidinggevenden. Dat is
(uiteraard) een belangrijke reden voor het ontbreken van
vertrouwen, over-en-weer.
25
Oorzaak 3!
!
Scholen zijn complexe organisaties: iedere klant (de
leerling) heeft met vaak tien of meer professionals (de
leraren) te maken. Dat leidt tot erg veel overleg, doorgaans
vastgelegd in een jaarrooster, waardoor de vrije ruimte voor
leraren verder beperkt wordt.
!
Bovendien wordt een deel van het overleg door hen als
weinig zinvol ervaren. Dat komt mede omdat veel overleg in
te grote groepen plaatsvindt én omdat (een deel van) de
agenda niet door de leraren zelf wordt bepaald.
26
Oorzaak 4!
!
Wanneer er sprake is van hiërarchisch leiderschap
benaderen schoolleiders leraren veelal als werknemers in
loondienst met een pakket taken, waardoor deze leraren de
neiging hebben om zich ook als zodanig te gaan gedragen.
!
Ook het omgekeerde is waar: wanneer leraren zich
gedragen als werknemers in loondienst met een pakket
taken, zullen schoolleiders geneigd zijn om hen als zodanig
te benaderen.
27
Intermezzo: ruimte, vertrouwen & moed!
!
Soms zeggen schoolleiders: 'Ik geef leraren de ruimte'.
Daar klopt niets van. Die ruimte was namelijk al van leraren.
!
Daarom heet het ook professionele ruimte: de ruimte van de
professional.
!
De juiste zin (en de daarbij behorende beweging die
schoolleiders maken) is dan ook: 'Ik laat leraren hun ruimte'.
28
Iets vergelijkbaars zeggen schoolleiders over vertrouwen:
'Ik geef (anderen) vertrouwen’.
!
Dat klopt niet. Vertrouwen kun je niet geven. Je hebt
vertrouwen in anderen, of dat heb je niet.
!
En als vertrouwen ontbreekt?
Dan is er gelukkig iets anders dat je tot je beschikking hebt
om anderen hun ruimte te laten: moed.
29
Bij de oorzaken 1 en 2 gaat het om een combinatie van
gebrek aan vertrouwen (van schoolleiders en leraren in
elkaar) en onvoldoende professioneel functioneren, van
zowel leraren als schoolleiders.
!
Die twee oorzaken hangen nauw met elkaar samen: waar
onder de maat wordt gepresteerd, ontbreekt het
vertrouwen.
!
Daarnaast is een deel van het ontbreken van vertrouwen
gebaseerd op beelden die vaak niet (helemaal) juist zijn.
30
Daarbij is het goed om in het oog te houden dat de intenties
van zowel leraren als schoolleiders vast en zeker goed zijn:
ze zijn er op uit om hun bijdrage te leveren aan het best
denkbare onderwijs.
!
Zo gaat dat met professionals.
31
Het is een interessante paradox:
juist omdat ze zich zorgen maken over de kwaliteit van het
onderwijs op hun school gaan schoolleiders steeds meer
sturen.
!
Ze willen leraren hun ruimte wel laten, maar hebben er bij
een aantal van hen simpelweg onvoldoende vertrouwen in
dat ze die ruimte goed zullen benutten.
!
Vervolgens ervaren ze dat veel van dat sturen niet het
gewenste effect heeft, met als gevolg dat ze nóg meer
gaan sturen. Daardoor voelen leraren zich meer en meer
beperkt in hun ruimte, met alle gevolgen van dien.
!
32
Tegelijkertijd zeggen leraren dat ze hun professionaliteit
graag willen tonen, als hen daartoe de ruimte zou worden
gelaten.
!
Zo ontstaat een patstelling. Die wordt versterkt doordat
leraren onvoldoende vertrouwen hebben in (het
professioneel functioneren van) een deel van de
schoolleiders.
!
Het gevolg daarvan is dat ze over hen gaan klagen en hun
best doen om zich te onttrekken aan de invloed van deze
schoolleiders.
33
Om uit die patstelling te komen is het nodig dat
schoolleiders en leraren de handen ineen slaan.
!
Schoolleiders nemen daarbij de eerste stap.
!
Voordat ik die beschrijf, nu eerst eerst iets over het begrip
professionaliteit. Het gebrek hieraan wordt vaak (en ook
hier) terecht als een groot probleem gezien.
!
Maar wat is professionaliteit precies?
34
Professionaliteit van leraren!
!
Professionaliteit van leraren bestaat uit vakmanschap,
leiderschap en ondernemerschap.
!
Anders gezegd: een goede leraar is een vakman die
uitstekend leiding geeft, eerst en vooral aan zichzelf,
waarbij hij zijn ruimte voluit en goed weet te benutten en
anderen hun ruimte kan laten.
35
Professionaliteit
36
Vakmanschap!
!
De kern van het vakmanschap van een leraar omvat kennis
en vaardigheden m.b.t. het vak en de didactiek ervan
(inclusief wat vaak klassenmanagement wordt genoemd).
!
Maar er is méér nodig.
!
Een goede leraar is er immers ook op uit om zich
voortdurend verder te ontwikkelen, is benieuwd naar de
leeropbrengsten van het onderwijs dat hij verzorgt en werkt
en leert graag samen met zijn collega's.
37
Het vakmanschap van een leraar bestaat aldus uit vijf
componenten:
!
1. Vak ('ik ben een expert op mijn vakgebied')
2. Didactiek ('ik kan mijn onderwijs zo inrichten dat mijn
leerlingen goed kunnen leren')
3. Ontwikkeling (‘ik ontwikkel me in mijn vak en de
didactiek ervan’)
4. Onderzoek (‘ik doe voortdurend onderzoek naar
hetgeen leerlingen leren van mijn lessen’)
5. Samen werken en samen leren ('ik ben er op uit om met
collega's samen te werken en samen te leren')
38
Leiderschap!
!
Leiderschap is eerst en vooral: leidinggeven aan jezelf. Dat
doe je door je te verbinden met je eigen drijfveren en
verlangens, waarbij je je angsten onder ogen ziet zonder je
daardoor te laten leiden. Van daar uit verbind je je met
anderen (zoals leerlingen en collega's) en met een ambitie
die je samen deelt.
!
Tegelijkertijd ben je goed in begrenzen: het hanteren van
jouw persoonlijke grenzen en de grenzen die horen bij de
richting die voortvloeit uit de collectieve ambitie op je
school.
!
In het zich verbinden met de leerlingen zien we de
pedagogische kwaliteiten van de leraar terug.
39
In essentie bestaat leiderschap dus uit verbinden en
begrenzen, twee bewegingen die in balans met elkaar
worden gemaakt:
!
• Verbinden ('ik verbind me met mijn eigen drijfveren en
angsten, met leerlingen, met collega's, met een
collectieve ambitie, …’)
!
• Begrenzen ('ik geef met een goed gevoel voor richting,
aan de hand van onze collectieve ambitie, aan wat wel
en niet past bij onze school, ik bied structuur en
helderheid, zeg soms 'nee' en 'stop', bewaak mijn
eigen grenzen, …')
40
Ondernemerschap!
!
Een ondernemende leraar is niet alleen een vakman die
goed verbindt en begrenst, hij is zich daarbij ook bewust
van zijn professionele ruimte en neemt deze voluit en goed
in.
!
Als hij ervaart dat een deel van zijn ruimte hem ontnomen
wordt gaat hij daar niet over klagen, maar zorgt hij dat hij
die ruimte (opnieuw) kan gaan innemen.
!
Hij is er zich tevens van bewust dat dit ook voor zijn
collega-professionals geldt. Daarom kan hij hen hun ruimte
laten.
41
Ondernemerschap is dus:
!
• Ruimte nemen ('ik neem mijn ruimte voluit en goed in’)
• Ruimte laten ('ik laat anderen hun ruimte')
42
Aldus kunnen er drie categorieën leraren worden
onderscheiden:
!
A-, B- en C-leraren.
43
Een A-leraar is een 100% professional, die op alle fronten
goed scoort: het is een vakman (hij is goed in zijn vak en de
didactiek ervan, hij ontwikkelt zich voortdurend, doet
onderzoek naar de leeropbrengsten en werkt en leert graag
samen met collega's), toont leiderschap (hij weet zich goed
te verbinden met leerlingen, met collega's en anderen en
met de collectieve ambitie, waarbij hij tegelijkertijd helder
met grenzen omgaat) en ondernemerschap (hij neemt zijn
ruimte goed in en weet anderen hun ruimte te laten).
!
A-leraren zijn makkelijk herkenbaar: ze hebben
overduidelijk plezier in hun werk en iedereen heeft veel
vertrouwen in hen.
44
B-leraren schieten op één of meer onderdelen tekort in hun
professionaliteit, maar er bestaat wel het vertrouwen dat ze
zich tot A-leraren kunnen ontwikkelen.
!
Een schoolleider zegt over een B-leraar: 'Ik vertrouw hem
niet voluit in zijn professioneel handelen, maar ik heb er wel
vertrouwen in dat hij zich kan ontwikkelen tot een 100%
professionele leraar, dus tot een A-leraar.’
!
In veel scholen is dit veruit de grootste groep.
45
En dan zijn er nog C-leraren. Zij schieten tekort in hun
professionaliteit en er is geen perspectief (meer) op
ontwikkeling tot een A-leraar.
!
'Ik heb geen vertrouwen in zijn professioneel functioneren,
en ik heb er ook geen vertrouwen (meer) in dat hij zich daar
nog in kan en/of wil ontwikkelen'.
!
Je komt niet zomaar in de categorie C-leraren terecht. Dat
gebeurt pas als alle mogelijkheden voor verdere
ontwikkeling ontbreken. Maar dan is het ook echt tijd om uit
elkaar te gaan.
!
Een C-leraar op de ene school kan soms best een B- of Aleraar op een andere school zijn (of worden).
46
Professionaliteit van schoolleiders!
!
Ook de professionaliteit van schoolleiders bestaat uit
vakmanschap, leiderschap en ondernemerschap.
!
De kern van het vakmanschap van de schoolleider bestaat
uit dienstbaarheid aan het primaire proces: hij is er op uit
om te zorgen dat leraren hun werk zo goed mogelijk kunnen
doen.
!
47
Dat heeft niet alleen te maken met de houding van de
schoolleider, maar ook met een aantal
managementvaardigheden: de schoolleider als
(mede-)organisator van een goede leer- en werkomgeving
voor leraren.
!
En net als leraren willen ook schoolleiders zich voortdurend
ontwikkelen, zijn ze geïnteresseerd in het effect van hun
handelen en werken en leren ze graag samen met anderen
in school.
48
Het vakmanschap van een schoolleider bestaat dus uit vier
componenten:
!
1. Dienstbaarheid ('ik ben er op uit om te zorgen dat
leraren hun werk zo goed mogelijk kunnen doen’)
2. Ontwikkeling (‘ik ontwikkel me’)
3. Onderzoek (‘ik doe voortdurend onderzoek naar de
effecten van mijn handelen op het professioneel
handelen van leraren’)
4. Samen werken en samen leren ('ik ben er op uit om
samen met collega's te werken en te leren’)
!
En wat het leiderschap van schoolleiders betreft: net als bij
leraren (en bij wie dan ook) gaat het ook bij hen eerst en
vooral om leidinggeven aan jezelf.
49
Ook voor schoolleiders geldt dat ze in een A-, B- en Ccategorie zijn in te delen. De A-schoolleider is een ware
zegen voor leraren. Hij is een dienend leider, die er op uit is
dat iedereen zijn bijdrage goed kan leveren.
!
Net als A-leraren zijn ook A-schoolleiders makkelijk
herkenbaar. Ze verbinden zich goed met anderen en gaan
op een plezierige, heldere wijze met grenzen om. Ze
hebben overduidelijk plezier in hun werk en iedereen heeft
veel vertrouwen in hen.
50
De B-schoolleider schiet op één of enkele aspecten tekort
in zijn professionaliteit, maar er is het perspectief (en het
vertrouwen) dat hij zich kan ontwikkelen tot een Aschoolleider.
!
Bij de C-schoolleider ontbreekt dat ontwikkelperspectief: er
is geen vertrouwen dat hij zich tot A-schoolleider kan
ontwikkelen. Over deze schoolleiders wordt vaak erg veel
geklaagd.
!
In een professionele organisatie wordt dat omgezet in
feedback - en als het perspectief tot verdere ontwikkeling
ontbreekt, wordt ook hier (net als bij de C-leraar) de
conclusie getrokken dat de betrokkene niet langer op deze
school kan blijven werken.
!
51
B-leraren en -schoolleiders!
!
De categorie B-leraren en B-schoolleiders is zeer
heterogeen: hier treffen we zowel startende, veelbelovende
leraren en schoolleiders aan, alsook professionals die
(langdurig) op een of enkele gebieden tekortschieten.
!
Ze hebben met elkaar gemeen dat er vertrouwen bestaat in
hun vermogen om zich te ontwikkelen tot A-professionals.
52
Aanpak oorzaken 1 en 2!
!
Met het nu verworven inzicht in de betekenis van
professionaliteit van resp. leraren en schoolleiders gaan we
weer terug naar de oorzaken 1 en 2: onvoldoende
vertrouwen en onvoldoende professioneel functioneren.
!
Stel je nu eens voor: een school waar iedereen A-leraar of
A-schoolleider is, of zich op z'n minst graag actief in die
richting wil ontwikkelen, en daarin het vertrouwen geniet
van anderen.
53
Om dat te bereiken gebruiken we twee interventies:
• delen van verwachtingen over de gewenste
professionaliteit van leraren en schoolleiders
• feedback over het handelen in de dagelijkse praktijk,
gerelateerd aan deze verwachtingen omtrent
professionaliteit.
!
Ik laat nu zien hoe je deze interventies op een eenvoudige,
maar zeer effectieve wijze kunt toepassen. Dat begint met
een besluit.
54
Stap 1: het besluit!
!
Schoolleiders nemen het besluit om alle leraren hun
professionele ruimte te laten.
!
Professionele ruimte is de ruimte die de leraar nodig heeft
om zijn vakmanschap en leiderschap optimaal en goed te
kunnen benutten.
55
Stap 2: het A-gesprek!
!
Er vindt een A-gesprek plaats tussen schoolleider en leraar,
waarin:
A. verwachtingen over elkaars professioneel handelen
worden gedeeld, inclusief de verwachtingen mbt de
benodigde professionele ruimte van ieder;
B. ze ieder feedback op elkaars professioneel handelen
geven, gerelateerd aan de zojuist uitgesproken
verwachtingen;
C. er ontwikkelpunten worden afgesproken: waarin moeten
resp. leraar en schoolleider zich de komende tijd gaan
ontwikkelen?
56
Een A-gesprek?!
!
Dat is een Aandachtig gesprek. Niet het protocol staat
centraal, maar oprechte aandacht voor elkaar.
!
Het is ook de A van A-leraar en A-schoolleider. Want dit
gesprek vormt de start van een proces dat ertoe leidt dat
steeds meer leraren en schoolleiders zich ontwikkelen tot Aprofessional.
!
En: wie A zegt…
!
!
!
57
Stap 3: feedbackmomenten!
!
Met enige regelmaat vinden er feedbackgesprekken plaats,
waarin leraar en schoolleider elkaar feedback geven t.a.v.
de ontwikkelpunten.
!
Die feedbackgesprekken duren 10 minuten: elk geeft de
ander gedurende 5 minuten feedback. Niet meer.
58
Stap 4: vervolggesprek!
!
Op een tijdens het startgesprek afgesproken moment vindt
er een vervolggesprek plaats. Daar geven leraar en
schoolleider elkaar opnieuw feedback en wordt onderzocht
of de leraar zich ontwikkeld heeft tot A-leraar, en de
schoolleider tot A-schoolleider.
!
Hieruit resulteren mogelijk nieuwe ontwikkelpunten.
59
Het besluit!
!
De schoolleider zegt tegen de leraar: ‘Ik heb besloten dat ik
je alle ruimte laat die je nodig hebt om je werk als
professional optimaal te kunnen doen’.
!
Dat besluit wordt genomen vanuit vertrouwen als het gaat
om A-leraren. Dat is makkelijk. Van hen weet de
schoolleider immers dat ze hun ruimte voluit en goed zullen
benutten.
60
Bij een B-leraar wordt het spannender. De schoolleider
heeft onvoldoende vertrouwen in zijn professionaliteit.
!
Waar hij wél vertrouwen in heeft is het vermogen van de Bleraar om zich tot A-leraar te ontwikkelen. Daarom heeft de
schoolleider, waar hem het vertrouwen ontbreekt, moed
nodig. De moed om een B-leraren zijn ruimte te laten.
!
Dat doet hij niet blindelings. Hij heeft immers twee
instrumenten tot zijn beschikking om een B-leraar effectief
te helpen zich te ontwikkelen tot A-leraar: het delen van
verwachtingen en feedback.
61
Rest natuurlijk de vraag wat die 'ruimte' nu eigenlijk precies
inhoudt.
!
Daar heeft ieder zo zijn eigen beelden bij. Het uitwisselen
van verwachtingen helpt om die beelden helder te krijgen
en er samen afspraken over te maken.
!
!
62
Het A-gesprek!
!
Het A-gesprek vindt plaats tussen een schoolleider en een
leraar, die hun verwachtingen delen en elkaar feedback
geven. Dat is dus géén eenrichtingverkeer.
!
Zoals ik al aangaf bestaat het startgesprek uit drie fasen:
1. Verwachtingen delen over elkaars professioneel
handelen.
2. Feedback geven op elkaars professioneel handelen.
3. Vaststellen van ontwikkelpunten.
63
A-gesprek fase 1!
!
Verwachtingen delen over elkaars professioneel handelen:
!
• De schoolleider geeft aan wat hij verwacht van een 100%
professionele leraar, ofwel: een A-leraar. De leraar
reageert hierop. Samen worden ze het eens. Dat leidt tot
het eerste deel van een contract: wat mag de schoolleider
van de leraar verwachten?
• De leraar geeft aan wat hij verwacht aan professioneel
handelen van de schoolleider, zodat hij in staat is zijn
werk op het niveau van een A-leraar te kunnen doen.
Ofwel: wat hij verwacht van een A-schoolleider? Samen
worden ze het eens. Dat leidt tot het tweede deel van een
contract: wat mag de leraar van de schoolleider
verwachten?
64
A-gesprek fase 2!
!
Feedback geven op elkaars professioneel handelen:
!
• De schoolleider geeft feedback aan de leraar, gerelateerd
aan de zojuist uitgesproken verwachtingen.
• De leraar geeft feedback aan de schoolleider, gerelateerd
aan de zojuist uitgesproken verwachtingen.
65
A-gesprek fase 3!
!
Vaststellen van ontwikkelpunten.
!
Deze komen voort uit de discrepantie tussen de
verwachtingen en het feitelijke gedrag (op basis van de
zojuist gegeven feedback):
waarin gaan resp. leraar en schoolleider zich de komende
tijd ontwikkelen?
66
Verwachtingen!
!
We lopen allemaal rond met verwachtingen. Vaak blijven
die onuitgesproken. Dat zorgt voor veel onnodige ellende.
Want telkens als de realiteit zoals je die ervaart achterblijft
bij je verwachtingen, raak je teleurgesteld.
!
Door je verwachtingen uit te spreken maak je helder wat je
wilt, wat je nodig hebt. Het geeft anderen de gelegenheid
om te zeggen: 'Ja, aan die verwachting kan en wil ik wel
voldoen', of 'Nee, daar kan of wil ik niet aan voldoen, omdat
….’.
!
Daarmee is niet alleen helder voor de ander wat jij
verwacht, maar wordt de kans groter dat je het ook krijgt.
En het voorkomt dat je verwachtingen hebt die te
hooggespannen zijn.
67
68
Feedback!
!
Heldere feedback is een fantastisch middel om anderen te
helpen in hun ontwikkeling. Scholen zijn bij uitstek plaatsen
waar het geven van feedback onderdeel zou moeten
uitmaken van de cultuur. Toch blijkt dat leraren en
schoolleiders er zeer terughoudend mee omgaan. Hoe
komt dat? Waarom is het zo moeilijk om elkaar, als
collega's, feedback te geven?
!
Omdat we denken dat kritische feedback slecht is voor de
onderlinge relatie.
!
Terwijl het tegendeel waar is.
69
Nadat er overeenstemming is bereikt over wat van elkaar
als professional verwacht mag worden (fase 1 in het Agesprek) geef je elkaar feedback.
!
Houd je daarbij aan enkele eenvoudige regels van
feedback:
• Ik-boodschap: spreek vanuit jezelf, dus begin je feedback
altijd met ik.
• Concreet gedrag: beschrijf welk gedrag je hebt
waargenomen.
• Effect: geef aan welk effect het gedrag van de ander op
jou heeft.
70
71
Contract!
!
Het werken met een contract - niet in juridische zin, maar
als serieus te nemen afspraak - vormt de basis voor
ontwikkeling.
!
In het contract maak je afspraken over:
• hetgeen je van elkaar verwacht, als professional
• wat ieders ontwikkelpunten zijn.
!
Het werken met een contract helpt om vrijblijvendheid te
voorkomen en geeft richting aan ontwikkeling.
72
Het A-gesprek levert aldus een contract op, waarin is
opgenomen:
!
• verwachtingen over professionaliteit (professioneel
handelen) van leraar en schoolleider, in termen van
vakmanschap, leiderschap en ondernemerschap
• afspraken over ontwikkelpunten voor leraar en
schoolleider
• afspraken over feedback geven en feedback ontvangen
in de komende maanden
• vaststellen van een datum voor het vervolggesprek,
waarin samen wordt onderzocht in hoeverre de
ontwikkeling tot resp. A-leraar en A-schoolleider heeft
plaatsgevonden (en wanneer er al sprake was van een Aleraar en/of A-schoolleider: of dat nu nog steeds zo is).
73
Het 10 minuten feedback gesprek!
!
Na het startgesprek tref je elkaar op geregelde tijden voor
een feedbackgesprek dat telkens niet langer dan 10
minuten duurt.
!
Ieder neemt 5 minuten de tijd om de ander feedback te
geven op zijn ontwikkelpunten.
!
Beperk je tot die 2 x 5 minuten en focus op de
ontwikkelpunten.
74
Valkuilen!
!
Zoals al aangegeven: het delen van verwachtingen en
geven en ontvangen van feedback maakt op veel scholen
geen deel uit van de cultuur.
!
Door dit nu systematisch te gaan doen vindt er een ware
cultuurverandering plaats. Dat vraagt enige volharding. Het
is goed om dat niet te onderschatten.
!
Eenmalig verwachtingen uitspreken en elkaar feedback
geven is niet makkelijk. Er mee doorgaan is nog veel
moeilijker. Dat vraagt van iedereen commitment.
!
75
Wat ook even wennen is: het is tweerichtingenverkeer.
!
Verwachtingen worden immers gedeeld en de feedback
wordt aan elkaar gegeven. Dat is tegelijkertijd ook de kracht
van deze manier van werken.
76
En dan?!
!
Vervolgens zijn er twee mogelijkheden:
!
• de leraar/schoolleider ontwikkelt zich in professionaliteit
(van B naar A)
• de leraar/schoolleider ontwikkelt zich niet (van B naar C)
!
Met leraren en schoolleiders in categorie C is er uiteindelijk
nog maar één weg te gaan. En ook dat vraagt moed.
77
Daar zit natuurlijk nog wel een lastig punt: schoolleiders
kunnen een C-leraar ontslaan, maar omgekeerd kunnen
leraren een C-schoolleider niet wegsturen.
!
Toch staan leraren niet machteloos. In een school met
voornamelijk A-professionals zal hun heldere feedback de
nodige beweging veroorzaken en leiden tot het vertrek van
C-schoolleiders.
78
Uitnodiging tot reflectie!
!
Een goede voorbereiding op het startgesprek bestaat niet
alleen uit het op een rij zetten van wat je van de ander
verwacht, en in hoeverre zijn functioneren daaraan voldoet.
!
Het omvat ook het reflecteren op de verwachtingen die je
zelf hebt (en reëel vindt dat anderen die hebben) van je
eigen professioneel functioneren, en het kritisch
onderzoeken in hoeverre je aan die verwachtingen voldoet.
79
1. Wat verwacht ik van mezelf, in temen van
vakmanschap, leiderschap en ondernemerschap?
!
2. Hoe zie ik mijn eigen functioneren, gerelateerd aan die
verwachtingen?
80
De vier oorzaken: tussenstand!
!
Een school is zo goed als de leraren die er werken. Leraren
die hun werk met plezier doen presteren beter dan hun
collega's die er weinig zin in hebben. Leraren hebben meer
plezier in hun werk naarmate ze beter over hun
professionele ruimte beschikken én deze voluit en goed
weten te benutten.
!
Zo begon ik mijn verhaal.
!
81
Vervolgens vroeg ik me af hoe het dan komt dat veel leraren
aangeven dat ze onvoldoende professionele ruimte
ervaren, en daardoor hun werk niet met plezier doen?
!
Ik noemde vier oorzaken:
1. Gebrek aan vertrouwen
2. Onvoldoende professionaliteit
3. Complexiteit van de school
4. Hiërarchisch leiderschap
!
Ik heb een aanpak beschreven waarin de eerste twee
oorzaken - gebrek aan vertrouwen en onvoldoende
professionaliteit - simultaan worden aangepakt.
82
Daarmee verandert er iets in de schoolcultuur: vertrouwen
en professionaliteit gaan hand-in-hand.
!
Een school die zo ver is, is er klaar voor om oorzaak
nummer 3 succesvol aan te pakken.
!
En als ook dat is gebeurd, dan is de aanpak van de vierde
oorzaak een makkie.
!
!
83
Oorzaak 3!
!
Scholen zijn complexe organisaties.
Dat komt omdat iedere klant (de leerling) met vaak tien of
meer professionals (de leraren) te maken heeft. Dat leidt tot
erg veel overleg, grotendeels vastgelegd in een jaarrooster,
en vaak in groepen van meer dan zes mensen tegelijk. Dat
ervaren professionals als een inperking van hun vrijheid.
!
'Er wordt hier zo ontzettend veel overlegd: in vaksecties, in
teams, in projectgroepen, noem maar op. Veel van dat
overleg is weinig zinvol, omdat we met teveel mensen
samen zitten en er veel op de agenda staat waar ik echt
niet over mee hoef te praten.'
!
!
84
Het plannen van al dat overleg door de schoolleiding is een
mooi voorbeeld van sturen door de schoolleiding, waarbij
met de intentie (goed onderwijs!) niks mis is, maar waar het
gewenste effect niet wordt bereikt.
!
Het is met overleg al net zo als met onderwijs.
!
Zoals veel onderwijs niet zomaar tot veel leren leidt, zo is
veel overleg geen garantie voor het goed organiseren van
onderwijs. Vaak is zelfs het omgekeerde waar.
!
85
Aanpak oorzaak 3!
!
In een schoolorganisatie met veel A-professionals is het niet
langer wenselijk - en zeker niet nodig - om al die vormen
van overleg te structureren en plannen.
!
A-professionals zijn gedreven om samen te bouwen aan
prachtig onderwijs. Daarom zullen ze elkaar opzoeken,
waar ze dat zinvol achten.
!
Het creëren van ontmoetingsmomenten is dan voldoende;
het is aan de professionals zelf om te bepalen met wie en
waarover ze overleggen.
!
86
Vermoedelijk zullen ze dat in kleine groepen doen, omdat
ze er op uit zijn hun tijd goed en plezierig te besteden. Met
z'n twintigen tegelijk overleggen, dat gaat nu eenmaal niet.
!
Een team omvat maximaal 6-8 mensen. Worden het er
meer, dan wordt het steeds moeilijker om plezierig en
effectief samen te werken. Vergelijk het met een etentje: met
z'n zessen valt er nog prima een gesprek te voeren. Met
meer mensen wordt dat lastig, en al snel onmogelijk.
!
!
87
Een aardige tussenstap op weg naar het creëren van
ontmoetingsmomenten is het loslaten van het verplichte
karakter van al dat geplande overleg.
!
Nodig collega's uit voor vergaderingen en andere vormen
van overleg. Het aardige van uitnodigingen is, dat je ze
kunt aannemen of beleefd afslaan.
Afwezigheid is dan ook geen signaal om iemand ter
verantwoording te roepen. Het kan wel de prikkel vormen
om vol interesse te informeren naar de redenen waarom de
betrokken collega besloot verstek te laten gaan.
!
Met de informatie die dat oplevert kan besloten worden om
het overleg anders in te richten, of misschien zelfs af te
schaffen.
!
!
88
Wat er nodig is om dit te gaan doen?
!
Het vertrouwen dat leraren er op uit zijn hun werk zo goed
mogelijk te doen, en daarom kiezen voor overlegvormen die
het beste bijdragen aan goed onderwijs.
!
Zo zijn ze, die A-leraren.
!
!
89
Oorzaak 4!
!
Op bijna alle scholen is er sprake van een vorm van
hiërarchie: de leraren zijn de ondergeschikten, de
directeuren, rectoren, adjuncten, conrectoren,
afdelingsleiders en teamleiders zijn hun bazen die het
beleid maken.
!
!
!
!
90
Wanneer er sprake is van hiërarchisch leiderschap hebben
leraren nog weleens de neiging zich te gedragen als
werknemers in loondienst met een pakket taken, waardoor
schoolleiders hen als zodanig - en dus niet als
professionals - behandelen.
!
Tegelijkertijd is het omgekeerde ook waar: wanneer
schoolleiders leraren behandelen als werknemers in
loondienst met een pakket taken, zullen deze leraren zich
ook als zodanig gaan gedragen.
!
91
Aanpak oorzaak 4!
!
A-leraren zijn ware professionals die er op uit zijn hun werk
zo goed mogelijk te doen - en waar nodig hun collega's bij
te staan, zodat ook zij hun bijdrage goed kunnen leveren.
!
A-schoolleiders zijn dienende leiders: hun inspanningen zijn
er op gericht dat leraren optimaal kunnen functioneren.
!
Daarmee is de basis gelegd voor gedeeld leiderschap,
waarbij invloed niet langer op basis van positie, maar op
basis van geleverde bijdrage plaatsvindt. En dat past bij Aprofessionals.
!
92
De bedding!
!
Het op deze wijze gericht werken aan een cultuur van
vertrouwen, professionaliteit, effectief overleg en gedeeld
leiderschap vraagt een stevige bedding.
!
Zie het als het pakket aan noodzakelijke voorwaarden om
dit alles voor elkaar te krijgen.
!
!
93
Die noodzakelijke bedding omvat:
!
1. Een collectieve ambitie
2. Een basisorganisatie die goed op orde is
3. Moed
!
Het gaat bij de bedding om dus om (aspecten van) richten,
inrichten en verrichten.
!
Een werkelijk gedeelde ambitie zorgt voor richting, een
basisorganisatie die goed op orde is draagt bij aan de
inrichting en moed is hetgeen je inzet bij het verrichten wanneer het vertrouwen nog (gedeeltelijk) ontbreekt.
!
94
Collectieve ambitie!
!
Een collectieve ambitie bestaat niet zozeer (en zeker niet
uitsluitend) uit mooie zinnen op papier, maar is datgene
waarmee leraren, schoolleiders en andere collega's zich
met hart en ziel met hun school kunnen verbinden.
!
Het werken vanuit een werkelijk gedeelde ambitie vormt
een wezenlijk onderdeel van ieders leiderschap: het
verbindt mensen met de school en met elkaar en het geeft
richting.
!
Daardoor bestaat er helderheid over het speelveld, over
datgene wat wel en niet aan onderwijs wordt aangeboden,
over de wijze waarop dat gebeurt, etc.
!
!
95
Basisorganisatie op orde!
!
Leraren willen bezig zijn met onderwijs. Daarbij willen ze zo
min mogelijk last hebben van ruis er omheen.
!
Denk daarbij aan het onvolledig geïnformeerd zijn, een
rooster dat niet klopt, een stroom aan cc verstuurde mails
waar niemand op zit te wachten, onduidelijkheid over
verantwoordelijkheden, etc.
!
Het is dan ook zaak om te zorgen dat de hoeveelheid ruis
minimaal is. Ofwel: dat de basisorganisatie goed op orde is.
!
Zodat leraren zich voluit kunnen uitleven als professionals.
!
!
96
Moed!
!
De allerbelangrijkste voorwaarde om te kunnen werken aan
een cultuur van vertrouwen, professionaliteit, effectief
overleg en gedeeld leiderschap is moed.
!
97
Courage is the ability to create a relationship with the
unknown;
to create a form of friendship with what lies around the
corner over the horizon - with those things that have not yet
fully have come into being.
!
!
!
David Whyte
98
Zolang angst (voor het oordeel van de inspectie, voor
ontevreden ouders, voor klagende collega's, etc) leidend is,
zullen wantrouwen en controle de overhand hebben.
!
Daar krijgen we geen betere scholen mee: niet voor
leerlingen en niet voor de mensen die er werken.
!
Moed gaat erover dat je je laat leiden door je verlangens en
drijfveren en een werkelijk gedeelde ambitie, waarbij je
tegelijkertijd je angsten onder ogen ziet zonder dat deze
leidend worden.
!
Dat maakt het mogelijk om werkelijk betekenisvolle
veranderingen op scholen tot stand te brengen.
!
99
100
Als er een werkelijk gedeelde ambitie is (richten)
en leraren en schoolleiders werken in een sfeer van
onderling vertrouwen
waarbij ze allen als A-professionals hun ruimte innemen en
anderen hun ruimte laten (verrichten)
dan volstaat een 'lichte' wijze van inrichten
- met een basisorganisatie die op orde is waarbij professionals elkaar ontmoeten vanuit de behoefte
om samen te werken en leren, om zo te bouwen aan
prachtig onderwijs
en ze allen invloed hebben op basis van hun bijdrage.
!
101
Spelen met ruimte op alle niveaus!
!
Spelen met ruimte werkt op alle niveaus in de
schoolorganisatie.
!
Sterker nog: het werkt pas optimaal als iedereen meedoet.
Ook bestuurders.
!
102
Besturingsfilosofie!
!
Dat betekent voor bestuurders: zorg dat schoolleiders
optimaal over hun professionele ruimte kunnen beschikken
én deze goed en voluit benutten.
!
Zodat zij, op hun beurt, hun ruimte zodanig kunnen
innemen dat leraren hun werk optimaal en (dat gaat nu
eenmaal hand-in-hand) met veel plezier kunnen doen.
!
103
Loopbaanleren!
!
Leraren zijn er op uit dat hun leerlingen/studenten goed en
met plezier kunnen leren én optimaal worden voorbereid
wat er in de wereld van vandaag en morgen van hen
gevraagd wordt.
!
Daarom is het belangrijk dat leerlingen/studenten leren om
zich in hun leiderschap en hun ondernemerschap te
ontwikkelen. Zo kunnen ze leiding geven aan hun eigen
loopbaan.
!
Vroeger of later, afhankelijk van het schooltype, komt daar
een ontwikkeling in vakmanschap bij.
!
104
Binnen het beroepsonderwijs staat Spelen met ruimte
synoniem voor loopbaanleren.
!
Loopbaangesprekken zijn identiek aan A-gesprekken: de
student en de leraar/loopbaanbegeleider spreken
wederzijds hun verwachtingen uit, geven elkaar feedback
en spreken af welke ontwikkeling plaats moet vinden.
!
Zo ontwikkelt de student zich in zijn vakmanschap,
leiderschap en ondernemerschap, zodat hij de opleiding
verlaat als een startbekwame professional: een vakman met
leiderschap die zijn ruimte optimaal benut en anderen hun
ruimte laat.
!
105
Frank Weijers (1957) werkt als
adviseur, coach, procesbegeleider
en opleider/trainer met (teams van)
schoolleiders en leraren aan (veel)
beter onderwijs.
!
Daarnaast is hij als
opleider verbonden aan de Master
of Educational Management
van de NSO (Nederlandse School
voor Onderwijsmanagement.
Als leraren (weer)
over hun
professionele
ruimte kunnen
beschikken én
deze voluit en
goed weten te
benutten, doen ze
hun werk met veel
plezier en ervaren
ze hun bijdrage
als zinvol.
!
Zo krijgen we veel
betere scholen.
!
Dat is de
uitdaging waar
leraren en
schoolleiders
samen voor
staan.
106
Spelen met ruimte is een boek(je). Over hoe leraren en
schoolleiders samen kunnen werken aan veel beter
onderwijs. Het is eerst en vooral bedoeld als prikkel om
mee aan de slag te gaan.
!
Op zoek naar gerichte ondersteuning om dit traject tot een
succes te maken?
!
Mail
of bel: 06 5240 3247
!
!
!
!
!
!
!
!
!
Heldere taal, krachtig leiderschap!
06 5240 3247!
!
Verbind je LinkedIn | Volg me Twitter | Zie me Facebook | Lees mijn Blog!
!
107