Inspectierapport Eigenwijsjerijk (KDV) Handelscentrum 48 7102 AL WINTERSWIJK Registratienummer 119805984 Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport: GGD Noord en Oost Gelderland WINTERSWIJK 23-05-2014 Regulier onderzoek Definitief 11-06-2014 Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 5 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 6 Inspectie-items ................................................................................................................... 7 Gegevens voorziening .......................................................................................................... 9 Gegevens toezicht ............................................................................................................... 9 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 10 2 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 23-05-2014 Eigenwijsjerijk te WINTERSWIJK Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. Op 23 mei 2014 is Kinderdagverblijf Eigenwijsjerijk locatie Handelscentrum in opdracht van de gemeente Winterswijk bezocht voor een jaarlijks onderzoek op basis van risico-gestuurd toezicht. Het onderzoek heeft zich met name gericht op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk. Beschouwing Kinderopvangorganisatie Eigenwijsjerijk is in 2011 gestart met het aanbieden van Kinderopvang. De houder is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken op deze locatie. In dit onderzoek is de nadruk gelegd op de pedagogische praktijk, het aantal beroepskrachten op de groepen en hun diploma’s en VOG’s. In de voorgaande jaren heeft de houder steeds nauwelijks of geen overtredingen gehad. Hierdoor heeft de toezichthouder geoordeeld dat een onderzoek op een beperkt aantal items op deze locatie mogelijk is. Uit het huidige onderzoek is gebleken dat de houder voldoet aan de voorwaarden die zijn getoetst. Het samenvoegen van groepen behoeft enige aandacht. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 23-05-2014 Eigenwijsjerijk te WINTERSWIJK Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: • • • • emotionele veiligheid; persoonlijke competentie; sociale competentie; overdracht van normen en waarden. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum. Pedagogische praktijk Tijdens het interview met de beroepskrachten blijkt dat zij voldoende op de hoogte zijn van het pedagogisch beleids- en werkplan. Dit kwam ook tot uiting tijdens de observatie op de groepen. Tijdens de inspectie zijn 11 kinderen, twee medewerkers en één stagiaire aanwezig. Er zitten 8 kinderen aan tafel, een baby ligt in de hangwieg en 2 driejarige kinderen spelen bij de BSO die in de ochtend open is vanwege een studiedag op school. Het eet- en drinkmoment is bijna afgelopen en een kindje dat een zusje heeft gekregen mag trakteren. Daarna mogen de kinderen vrij spelen of meedoen aan een knutselwerkje. Een kindje dat sinds kort naar de kinderopvang gaat is erg verdrietig en wordt door de medewerker op de arm getroost. Het kind wil nauwelijks wijken van de zijde van de beroepskracht. Deze gaat hier heel geduldig mee om. Intussen worden de kleinsten verschoond en naar bed gebracht. Er is interactie tussen de medewerker en de baby en ook de groep wordt erbij betrokken: "Ga je lekker slapen? Zeg maar tot zo! Ga maar even zwaaien." Tegen de andere kinderen zegt de medewerker: "Komen jullie aan tafel? We gaan wat moois maken." De medewerker benoemt alles wat ze doet: "we gaan de schaartjes even pakken en we doen de schortjes even om..." Er wordt gewerkt rondom het maandthema 'verkeer'. Er wordt aangesloten bij het thema van de BSO en de school. De kinderen maken een stoplicht en de medewerker laat de kinderen vertellen wat ze er allemaal over weten. Er is aandacht voor alle kinderen. De medewerker zegt tegen een kindje dat aan het spelen is: "Wil je ook meedoen? Het mag wel, maar je mag ook blijven spelen." De kinderen worden regelmatig geprezen: "heel mooi, dat heb je goed gedaan!" "Zullen wij samen een boekje lezen?" vraagt een medewerker aan het kindje dat nog moet wennen. Ze gaan samen met een boekje op de bank zitten op een rustige plek. Er sluiten nog een paar kinderen aan bij het voorlezen en de medewerker neemt een baby erbij op schoot. De medewerker praat op zachte, vriendelijke toon tegen de kinderen. De kinderen zijn vertrouwd met elkaar en met de medewerkers. Gebruikte bronnen: Interview anderen Observaties Pedagogisch beleidsplan 4 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 23-05-2014 Eigenwijsjerijk te WINTERSWIJK Personeel en groepen Binnen dit domein zijn de pedagogisch medewerkers en stagiaires steekproefsgewijs gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag. De beroepskracht-kindratio en de stamgroepen zijn gecontroleerd door middel van roosters, presentielijsten en bezettingslijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt. Verklaring omtrent het gedrag Uit een steekproef op de locatie blijkt dat alle aanwezige beroepskrachten en stagiaires in het bezit zijn van een VOG die voldoet aan de voorwaarden. Passende beroepskwalificatie Uit een steekproef op de locatie blijkt dat alle aanwezige beroepskrachten in het bezit zijn van een beroepskwalificatie conform CAO. Van één beroepskracht is een verklaring van de opleiding overlegd dat de medewerker geslaagd is en in afwachting is van ontvangst van het diploma. Beroepskracht-kindratio Uit de personeelsroosters en de planningslijsten blijkt dat er voldoende beroepskrachten op de groepen werkzaam zijn, gezien het aantal en de leeftijd van de kinderen. Tijdens de inspectie is alleen de verticale groep "fantasierijk" geopend. Op dat moment zijn 11 kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar aanwezig met 2 beroepskrachten en 1 stagiaire. De houder voldoet hiermee aan de voorwaarden. Opvang in groepen Kinderdagverblijf Eigenwijsjerijk heeft twee stamgroepen. Een verticale groep "fantasierijk" voor kinderen van 0 tot en met ongeveer 3 jaar. Er worden maximaal 12 kinderen opgevangen. Een drieplusgroep "avonturenrijk" voor kinderen van ongeveer 3 jaar tot 4 jaar. Er worden maximaal 16 kinderen opgevangen. Op vrijdag worden beide groepen samengevoegd. Aandachtspunt: Uit het interview met de houder, de personeelsroosters en planningslijsten blijkt dat niet van beide groepen een vaste beroepskracht op de groep werkzaam is op vrijdag 16/05/14. Daarom kan hier geen sprake zijn van samenvoegen van groepen. Er is dan sprake van opvang in een andere dan de vaste stamgroep. In dit geval dient hiervoor een schriftelijke overeenkomst te zijn tussen de houder en de ouder voor een overeengekomen periode. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Plaatsingslijsten Presentielijsten Personeelsrooster 5 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 23-05-2014 Eigenwijsjerijk te WINTERSWIJK Veiligheid en gezondheid Binnen dit domein is het vierogenprincipe in de praktijk gecontroleerd op uitvoering en beleid. Vierogenprincipe De houder heeft het beleid ten aanzien van het vierogenprincipe zo georganiseerd dat beroepskrachten te allen tijde gezien of gehoord kunnen worden. Het beleid is voorgelegd aan de oudercommissie en de oudercommissie heeft ermee ingestemd. De ouders zijn hierover geïnformeerd. Gedurende vrijwel de gehele dag zijn er tenminste twee beroepskrachten op iedere groep aanwezig. Op momenten dat dit niet zo is zijn er meestal tenminste twee beroepskrachten op het dagverblijf aanwezig. Op de momenten dat er slechts één beroepskracht aanwezig is, wordt een babyfoon ingezet. Deze wordt op kantoor ontvangen. Tijdens de haal- en brengmomenten is er continue inloop van ouders. De verschoonruimte is open en aangrenzend aan de groepsruimte; de medewerker kan te allen tijde gehoord worden. De groepsruimte zelf is ook door ramen goed zichtbaar voor andere medewerkers. Op de slaapkamers zijn babyfoons die volgens de beroepskrachten altijd aan staan. De groepsruimte van de drieplusgroep is gelegen op de bovenverdieping. Wanneer op deze groep één medewerker aanwezig is, wordt er meegeluisterd middels de babyfoon. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke Interview anderen Notulen oudercommissie Pedagogisch beleidsplan 6 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 23-05-2014 Eigenwijsjerijk te WINTERSWIJK Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 7 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 23-05-2014 Eigenwijsjerijk te WINTERSWIJK Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Veiligheid en gezondheid Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 8 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 23-05-2014 Eigenwijsjerijk te WINTERSWIJK Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Vestigingsnummer KvK Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie : : : : : Eigenwijsjerijk http://www.eigenwijsjerijk.nl 000015597261 28 Nee : : : : Eigenwijsjerijk Schoolstraat 5 7101 GB WINTERSWIJK 09205104 : : : : : GGD Noord en Oost Gelderland Postbus 51 7300 AB APELDOORN 088-4433000 Mevr. G. Bijttebier Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats : WINTERSWIJK : Postbus 101 : 7100 AC WINTERSWIJK Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport : : : : : 23-05-2014 06-06-2014 Niet van toepassing 11-06-2014 13-06-2014 : 13-06-2014 : 18-06-2014 9 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 23-05-2014 Eigenwijsjerijk te WINTERSWIJK Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 10 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 23-05-2014 Eigenwijsjerijk te WINTERSWIJK
© Copyright 2024 ExpyDoc