Beleidsplan - DVS

“Het begint met Ambitie”
INHOUD:
1. Inleiding blz. 3
2. Voetbal bij DVS seizoen 2012-2013 blz. 4
3. Voetbaltechnisch beleid en doelstellingen 2013-2015 blz. 5
4. Positie Technische Commissie binnen DVS blz. 8
5. Rollen en verantwoordelijkheden blz. 9
6. Opleiden van jeugdvoetballers blz. 19
7. Beoordeling van spelers blz. 33
8. Indelingsbeleid blz. 35
9. Protocol doorschuiven van spelers. 37
10.Voetbalvisie DVS Aalst. 38
11. Randvoorwaarden Technisch Beleidsplan blz. 52
12. Nawoord blz. 53
2
1. Inleiding - “Het begint met Ambitie!”
Voor u ligt het Technisch Beleidsplan 2012-2015 van voetbalvereniging DVS uit Aalst-Waalre.
Dit plan beoogt:
 Vaststellen van de voetbaltechnische doelstellingen van DVS.
 Inzicht geven in de voetbaltechnische organisatie binnen DVS.
 Inhoud geven aan de wijze waarop de voetbaltechnische doelstellingen gerealiseerd kunnen worden.
Dit beleidsplan is door de Technische Commissie (TC) van DVS afgestemd met het Hoofdbestuur en zal worden ingevoerd met ingang van
seizoen 2013/2014. De TC zal zich vooralsnog focussen op het jeugdvoetbal binnen DVS. Het Hoofdbestuur blijft de
eindverantwoordelijkheid dragen voor alle besluitvorming door de TC, er zal hieromtrent regelmatig afstemming plaatsvinden tussen
Hoofdbestuur en TC. Er zal jaarlijks een review van dit beleidsplan plaatsvinden door TC en Hoofdbestuur.
3
2. Voetbal bij DVS seizoen 2012 - 2015
De vereniging DVS heeft in het seizoen 2013/14 720 in KNVB competitieverband voetballende leden die zijn ingedeeld in de volgende
elftallen:
100 senioren: DVS 1 t/m 7
133 junioren: 3 A teams, 4 B teams en 6 C teams
247 pupillen: 7 D teams, 8 E teams en 5 F teams
Daarnaast wordt elke zaterdagochtend de Mini-training georganiseerd voor de allerjongste DVS-ers (vanaf 5 jaar).
In seizoen 2013/14 zijn de standaard-elftallen als volgt ingedeeld:
DVS 1 4de klasse, seizoen 2012/13 in de 5de klasse.
DVS 2 4e klasse reserve.
A1 2de klasse
B1 / C1 / D1 1ste klasse.
B2 / C2 2de klasse.
E1 Hoofdklasse E3 reserve Hoofdklasse.
F1 1ste klasse F3 reserve Hoofdklasse.
Er kan bij DVS op zowel prestatief als recreatief niveau gevoetbald worden. Trainingen van alle teams vinden plaats volgens een vast
rooster en een veldindeling die aan het begin van het seizoen worden vastgesteld.
4
3. Voetbaltechnisch beleid en doelstellingen 2012-2015
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Warme en gezellige club zijn.
Plezier voor prestatief en recreatief.
Dat iedere speler op eigen niveau speelt.
Verbeteren van kwaliteit trainers.
Hierdoor verbeter je de kwaliteit van de spelers.
Prestatieve doelstellingen.
1. Warme club:
 Nevenactiviteiten (voor de gehele jeugd).
 Kantine (Ontmoetingsplaats voor en na wedstrijden).
 1 club niet 1 team.
 Door Vriendschap Samen(gebracht).

2. Plezier
 Ieder op zijn eigen niveau.
 In elk leeftijdsgroep op sterkte ingedeeld.
 Selectieteams 2013/2014 (A1, B1,B2, C1,C2, D1 t/m D3, E1 t/m E4, F1 t/m F3.
 Rest scharen we onder recreatief, ook hier gekeken naar sterkte, om ieder op niveau te laten spelen.
3. Dat ieder speler op eigen niveau speelt.
 Zie punt 5.
4. Verbeteren kwaliteit trainers:
 Mogelijkheid op kosten van DVS trainerscursus te volgen bij KNVB.
 September/Oktober techniekcursus voor alle jeugd trainers door J v/d Heuvel.
 TC kan voor oefenstof zorgen, waardoor de intensiviteit voor de trainers aanwezig is.
5
5. Verbeteren individuele speler:
 Techniekcursus.
 D1 t/m D3, E1 t/m E4 en F1 t/m F3 naast reguliere training ook techniek training, door Techniektrainer Lamber Roijakkers en zijn
begeleidingsteam.
6. Doelstellingen prestatieve teams:
 DVS 1 4de klasse.
 DVS 2 minimaal reserve 3e klasse nu 4e klasse.
 A1, B1, C1, D1 minimaal Hoofdklasse, nu 1ste klasse, waarvan A1 2de klasse.
 A2, B2, C2, D2 minimaal 2e klasse, nu 3e klasse, muv B2 en C2 nu 2de klasse.
 E1, F1 minimaal Hoofdklassen nu hoofdklassen/1ste klasse.
 E2, F2 minimaal 1e klasse nu 3de klasse.
 E3, F3, minimaal reserve hoofdklasse nu reserve hoofdklasse.
 E4 minimaal 3e klasse nu 3e klasse.
7. Duidelijk structuur per leeftijdscategorie.
 Het start allemaal bij onze allerkleinsten: de mini’s. Hier komen de ouders en spelertjes voor het eerst in contact met onze
vereniging, wij vinden het belangrijk dat deze mensen goed ontvangen worden en aan de hand van een kort gesprekje geïnformeerd
worden over onze vereniging (Door Vriendschap Samengebracht). Verder is het belangrijk dat er bij de mini’s enthousiast getraind
wordt en ze een paar kleine basisprincipes van het voetbal meekrijgen.
 De F jeugd niet alleen maar laten voetballen, maar ook de betrokkenheid van de vereniging laten voelen (geldt eigenlijk voor de
gehele jeugd). Techniek is de hoofdmoot die we willen gaan bieden, dit met de Coerver/Meulensteen/van Dijk visie.
 Bij onze E jeugd gaan we al wat meer kijken naar kwaliteiten van onze spelers. Onze E3 en E4 bestaan allemaal uit 1e jaars spelers
(onze F3 ook) en deze teams moeten het jaar erop de E1 en E2 gaan vormen. Hierin is het ook belangrijk dat er in alle trainingen
techniekoefeningen voorkomen. De 2e jaars E spelers gaan gedurende het seizoen al kennis maken met het grote veld d.m.v. uitleg,
trainingen en wedstrijdjes onderling of tegen een lager D team van onze vereniging.
 Bij de D jeugd wordt er aandacht besteed aan het positiespel, het individuele wordt samen gebracht met samenspel. Uiteraard blijft
techniek hier ook nog steeds het belangrijkste item, samenspel komt nu dus ook om de hoek kijken. Ook wordt er aandacht gegeven
aan talenten die voor het eerst in een competitie verband op het grote veld komen te staan. 1ste jaar D groep die kort tegen de D1 aan
zit, deze spelers moeten ons aansluiting geven naar een groter selectie beleid. Geen 14 spelers die de dienst uit maken maar 28
spelers die met elkaar de strijd aan gaan voor het hoogste niveau van DVS, uiteraard per leeftijdscategorie. Onze D3 zal bestaan uit
6


de 1ejaars afvallers van D1 aangevuld met 1e jaars overgekomen spelers, het seizoen erop zullen zij de nieuwe D1 moeten gaan
vormen en diegene die daarin net te kort komen maken toch promotie, die spelen het seizoen erop voor D2. Zo is het dat bijna
iedere speler toch een promotie maakt wat mentaal gezien voor deze leeftijdscategorie goed is.
Voor de C jeugd geldt in principe hetzelfde als bij de D jeugd, dit wil zeggen dat we met de beste 14 spelers als C1 gevormd
worden en de C2, die nu 2de klasse voetbalt, zal het talenten team zijn. Ook voor deze leeftijdscategorie geldt betrokkenheid voor de
vereniging. Ook zijn we van plan om deze spelers kennis te laten maken met de spelregels. Uitnodigen voor een scheidsrechters
cursus en hun in laten zien wat voetballen is van de andere zijde. Hiermee win je misschien weer een paar jongens die het leuk
vinden om E wedstrijdjes en later D wedstrijdjes te willen gaan fluiten en ze ervaren het hoe het is om als scheidsrechter een
wedstrijd in goede banen te leiden.
De B en A jeugd komen in de buurt van het 1ste elftal. De prestatieve voetballers zullen regelmatig met de selectie mee gaan, en de
recreatieve voetballers worden uitgenodigd om met de overige senioren teams mee te gaan. Daarbij zijn er in deze leeftijdscategorie
jongens bij, die ook betrokken zijn bij onze kleinere jeugd, zoals jeugdtrainer/leider, of zoals geleerd in de C als
jeugdscheidsrechter.
7
4. Positie Technische Commissie binnen DVS
TC leden
TC onderbouw
TC bovenbouw
Trainers
presentatief
Trainers
Techniek
presentatief
Trainer
Hoofdleider E
Hoofdleider A/B
trainers
recreatief
trainers
Hoofdleider F
Keepers
Hoofdleider C
Trainer
Hoofdleider mini's
Hoofdleider D
8
Recreatief
5. Rollen en verantwoordelijkheden
1) TECHNISCHE COMMISSIE / jeugdcoördinator.
Verantwoordelijkheden
1) Technische commissie bestaat uit 1 jeugdcoördinator onderbouw (minis + F + E jeugd), 2 jeugdcoördinatoren bovenbouw (D/C + B/A),
1 seniorencoördinator ( A+senioren), 1á2 leden coördinatoren.
2) Verantwoordelijk voor het voetbaltechnische beleid, en kijkt of de trainers hier naleven.
3) Ondersteuning, advisering en aansturing Hoofdleiders van alle leeftijdscategorieën.
4) Onderhoudt intensief contact met Hoofdbestuur, TC leden, Voorzitter Jeugd Commissie, scouting.
5) Werkt nauw samen met de selectietrainers om de voetbaltechnische kwaliteiten van de spelers te verbeteren, samenspraak hoofdleiders.
6) Werkt nauw samen met de alle trainers om de voetbaltechnische kwaliteiten van de spelers te verbeteren, samenspraak hoofdleider.
7) Verantwoordelijk voor de interne communicatie met en de opleiding en beoordeling van alle trainers.
8) Ondersteuning, advisering en aansturing jeugdtrainers. Verzorgen van cursussen en voorbeeldtrainingen voor jeugdtrainers.
9) Bezoekt regelmatig wedstrijden en trainingen van zomogelijk alle elf- en zeventallen.
10) Draagt zorg voor de gehele selectieprocedure en heeft de beslissende stem bij mogelijke geschillen.( van A- tot F jeugd).
11) Verantwoordelijk voor het spelersbeoordelingssysteem.
12) Coördineert de interne scouting en het indelingsbeleid van de jeugdteams.
13) Coördineert de doorstroming van jeugd naar senioren.
14) Coördineert de aanstelling van trainers bij jeugdteams.
Vereist
- Voetbalachtergrond.
- Affiniteit met het werken met jeugd.
- Minimaal TC-3 trainersdiploma of gelijkwaardig.
- Leidinggevende ervaring en vaardigheden.
- Communicatieve ervaring en vaardigheden.
- Didactische ervaring en vaardigheden.
- Drive / doorzettingsvermogen.
9
2) HOOFDLEIDER
Verantwoordelijkheden
1) Verantwoordelijk voor het bewaken v/d opleiding cq rode draad van de jeugdspelers.
2) Intensief contact met de voorzitters van de TC en de Jeugd Commissie.
3) Adviseert bij de interne scouting en het indelingsbeleid van de jeugdteams, en werkt volgens het spelersbeoordelingssysteem.
4) Adviseert bij de doorstroming van jeugd naar senioren.
5) Adviseert bij de aanstelling van trainers bij jeugdteams.
6) Rapporteert binnen de hoofdleidervergadering over de spelers binnen zijn categorie.
7) Geeft programma wijzigingen en afgelastingen van wedstrijden door aan de leiders, trainers.
8) Werkt nauw samen met de technisch jeugdcoördinator.
9) Geeft “persoonlijke zorg” aan spelers/ouders binnen zijn categorie.
10) Zorgt voor de stimulans bij de jeugdteams voor bindingsactiviteiten binnen zijn categorie, en helpt daar aan mee.
11) Benadert, instrueert en begeleidt nieuwe leiders/trainers van de recreatieve teams.
12) Bezoekt regelmatig wedstrijden, trainingen en toernooien binnen zijn categorie.
13) Draagt zorg voor de activiteiten rond evt. kampioenschap(pen). (i.o.m. de jeugdcommissie).
14) Draagt zorg voor informatie uitwisseling met de leiders/trainers en de jeugdcoördinator.
15) Is aanwezig op de vergaderingen van de hoofdleiders en leiders/trainers, deze vergadering die 3 keer per/jaar worden gehouden.
Deze vergaderingen worden gehouden 1ste week sept., winterstop december en eind maart..
16) Geeft mutaties van spelers, leiders en technisch kader door aan de jeugdsecretaris.
Vereist
- Verstand hebben van voetbal.
- Duidelijke affiniteit met het werken met jeugd
- Leidinggevende ervaring en vaardigheden
- Communicatieve ervaring en vaardigheden
- Didactische ervaring en vaardigheden
- Enthousiasme
- Teamworker
- Conformeert zich aan het technische beleidsplan.
10
3) TRAINER JEUGDSELECTIETEAM
Verantwoordelijkheden
1) Verantwoordelijk voor de opleiding van de spelers in het toegewezen selectieteam.
2) Verzorgen van twee trainingen per week voor het team; laat trainingen altijd doorgaan. Indien dit niet mogelijk is dan zorgt hij zelf
voor een vervanger.
3) Coachen en begeleiden van het toegewezen selectieteam tijdens alle wedstrijden.
4) Onderhoudt contact met de bevoegde TC lid en voert het opgestelde jeugdopleidingsplan uit.
5) Geeft mede gestalte aan de gemaakte afspraken binnen de spelersgroep.
6) Voert de gemaakte afspraken uit c.q. controleert deze en zal er niet voor moeten schromen maatregelen te treffen bij misbruik van
deze af spraken en motiveert dit naar de betreffende speler.
7) In nauwe samenwerking met de scout in kaart brengen van de ontwikkeling van de individuele spelers via het
spelersbeoordelingssysteem. Trainers in de D t/m A categorie bespreken deze beoordelingen 1 maal per jaar met elke speler, dit zal
plaats vinden in december.
8) Adviserende rol bij teamindeling en interne doorstroming van de eigen spelersgroep.
9) Assisteert waar nodig collega trainers.
10) Is aanwezig bij vergaderingen van de leeftijdscategorie.
11) Is verantwoordelijk voor goed gebruik van trainingsmaterialen.
12) Draagt mede zorg voor goed gedrag van spelers.
13) Stimuleert de spelers om goed te presteren en zorgt voor plezier en ontspanning bij de spelers.
Vereist
- Tenminste Diploma JVT of TC 3 Jeugd.
- Zelf gevoetbald in standaard elftallen; beheerst de oefenstof zodanig dat hij deze goed kan voordoen.
- Didactische ervaring en vaardigheden.
- Duidelijke affiniteit met jeugd en voetbal.
- Teamworker.
- Conformeert zich aan het technische beleidsplan.
11
4) TRAINER JEUGDTEAM
Verantwoordelijkheden
1) Verantwoordelijk voor de opleiding van de spelers in het toegewezen team.
2) Verzorgen van een training per week voor het toegewezen team; laat trainingen altijd doorgaan. Indien dit niet mogelijk is dan zorgt
hij zelf voor een vervanger.
3) Coachen en begeleiden van het toegewezen team tijdens alle wedstrijden.
4) In nauwe samenwerking met de scout in kaart brengen van de ontwikkeling van de individuele spelers via het
spelersbeoordelingssysteem.
5) Adviserende rol bij teamindeling en interne doorstroming van de eigen spelersgroep.
6) Assisteert waar nodig collega trainers.
7) Is aanwezig bij vergaderingen van de leeftijdscategorie.
8) Is verantwoordelijk voor goed gebruik van trainingsmaterialen.
9) Draagt mede zorg voor goed gedrag van spelers.
10) Stimuleert de spelers om goed te presteren en zorgt voor plezier en ontspanning bij de spelers.
Vereist
- Diploma JVT of Pupillentrainer.
- Zelf gevoetbald, kan leerstof zelf voordoen.
- Didactische ervaring en vaardigheden.
- Duidelijke affiniteit met jeugd en voetbal.
- Teamworker.
- Conformeert zich aan het technische beleidsplan.
12
5) KEEPER TRAINER JEUGD
Verantwoordelijkheden
1) Verzorgen van minimaal een training per week voor de toegewezen keepers; laat trainingen altijd doorgaan. Indien dit niet mogelijk
is dan zorgt hij zelf voor een vervanger.
2) Toont actieve betrokkenheid bij de keepers die getraind worden en komt regelmatig naar wedstrijden kijken.
3) In kaart brengen van de ontwikkeling van de individuele keepers via het beoordelingssysteem.
4) Naar de TC toe verantwoordelijk voor een adequate informatievoorziening ten behoeve van de teamindelingen en de interne
doorstroming van de keepers.
Vereist
- Diploma Pupillen trainer of JVT.
- Zelf gekeept in standaard elftallen; beheerst de oefenstof zodanig dat hij deze goed kan voordoen.
- Dient te kunnen werken met meerdere keepers van verschillend niveau.
- Didactische ervaring en vaardigheden.
- Geduldig.
- Duidelijke affiniteit met jeugd en voetbal.
- Conformeert zich aan het technische beleidsplan.
13
6) SCOUTING
Verantwoordelijkheden:
1) Binnen de TC verantwoordelijk voor adequate informatievoorziening ten behoeve van de teamindelingen en de interne
doorstroming.
2) Intensief contact met de TC leden, trainers en leiders.
3) Verantwoordelijk voor het systematisch volgen van alle jeugdspelers in een of meerdere leeftijdscategorieën door middel van het
spelersbeoordelingssysteem en scouting rapporten.
4) Regelmatige bezoeken van de wedstrijden in de toegewezen leeftijdscategorie(en).
Vereist
- Voetbalachtergrond
- Affiniteit met het werken met jeugd
- Leidinggevende ervaring en vaardigheden
- Communicatieve ervaring en vaardigheden
- Ervaring in het werken met beoordelingssystemen.
- Conformeert zich aan het technische jeugdbeleidsplan.
14
7) 7-TAL BEGELEIDER.
Verantwoordelijkheden:
1) Is verantwoordelijk voor de gang van zaken rond het 7-tal waarbij hij is ingedeeld.
2) Geeft mede gestalte aan de gemaakte afspraken binnen de spelersgroep.
3) Voert de gemaakte afspraken uit c.q. controleert deze en zal er niet voor moeten schromen maatregelen te treffen bij misbruik van deze
afspraken en motiveert dit naar de betreffende speler in samenspraak met trainer.
4) Houdt zoveel mogelijk contact met de trainer van de spelersgroep ten aanzien van afmeldingen, blessures, ziekte, etc.
5) Ziet in de kleedkamer erop toe dat alles op de juiste manier gebruikt wordt, voorkomt vernielingen en laat de kleedkamer veegschoon
achter.
6) Draagt zorg dat zowel hij als de spelers zich correct gedragen ten op zichten van de leiding, medespeler en spelregels (norm en waarde).
7) Betrekt ook geblesseerde/gestrafte spelers bij het wedstrijdgebeuren.
8) Vangt spelers na afloop van de wedstrijd en bij bestraffing goed op.
9) Zorgt ervoor dat hij ruim voor aanvang van de wedstrijd aanwezig is.
10) Zorgt ervoor dat de sfeer en het plezier in het voetbal gehandhaafd blijft.
11) Zorgt voor afhandeling van het wedstrijdformulier na de wedstrijd en inlevering van uitslag direct na de wedstrijd bij de DVS
wedstrijdsecretaris.
12) Zorgt voor afwikkeling van eventuele strafrapporten in overleg met de wedstrijdsecretaris.
13) Zorgt voor afwikkeling van eventuele blessures, indien EHBO verleend moet worden.
14) Bezorgt namens de vereniging een attentie bij langdurige ziekte/blessure en informeert de TC commissie.
15) Belt spelers bij afgelasting etc.
16) Verspreidt mededelingen onder de spelers.
17) Treedt tijdens de wedstrijd op als scheidsrechter.
18) Activeert en stimuleert het team- c.q. verenigingsactiviteiten.
19) Draagt zorg voor vervoersregeling bij uitwedstrijden.
Vereist
- Didactische ervaring en vaardigheden.
- Duidelijke affiniteit met jeugd en voetbal.
- Teamworker.
- Geduldig, enthousiast en gestructureerd.
- Conformeert zich aan het technische beleidsplan.
15
8) 11-TAL BEGELEIDER.
Verantwoordelijkheden:
1) Is verantwoordelijk voor de gang van zaken rond het 11-tal waarbij hij is ingedeeld.
2) Geeft mede gestalte aan de gemaakte afspraken binnen de spelersgroep.
3) Voert de gemaakte afspraken uit c.q. controleert deze en zal er niet voor moeten schromen maatregelen te treffen bij misbruik van deze
afspraken en motiveert dit naar de betreffende speler, i.o.m. trainer.
4) Houdt zoveel mogelijk contact met de trainer van de spelersgroep ten aanzien van afmelden, blessures, ziekte, etc.
5) Ziet in de kleedkamer erop toe dat alles op de juiste manier gebruikt wordt, voorkomt vernielingen en laat de kleedkamer veegschoon
achter.
6) Draagt zorg dat zowel hij als de spelers zich correct gedragen ten opzichte van de leiding, tegenstander, medespeler en spelregels.
7) Betrekt ook geblesseerde/gestrafte spelers bij het wedstrijdgebeuren.
8) Vangt de spelers na afloop van de wedstrijd en bij bestraffing goed op.
9) Zorgt ervoor dat hij ruim voor aanvang van de wedstrijd aanwezig is.
10) Zorgt ervoor dat de sfeer en het plezier in het voetbal gehandhaafd blijft.
11) Zorgt voor invulling van het wedstrijdformulier voor aanvang wedstrijd en inlevering hiervan direct na de wedstrijd bij de
wedstrijdsecretaris.
12) Zorgt voor afwikkeling van eventuele strafrapporten in overleg met de wedstrijdsecretaris.
13) Zorgt voor afwikkeling van eventuele blessures, indien EHBO verleend moet worden.
14) Bezorgt namens de vereniging een attentie bij langdurige ziekte/blessure en informeert de jeugdsecretaris.
15) Belt spelers op bij afgelastingen etc.
16) Verspreidt mededelingen onder de spelers.
17) Zorgt dat het boekje met legitimatiebewijzen bij de wedstrijd aanwezig is.
18) Treedt tijdens de wedstrijd op als grensrechter c.q. scheidsrechter.
19) Activeert en stimuleert het team- c.q. verenigingsactiviteiten.
20) Draagt zorg voor vervoersregeling bij uitwedstrijden.
Vereist
- Didactische ervaring en vaardigheden.
- Duidelijke affiniteit met jeugd en voetbal.
- Teamworker.
- Geduldig, enthousiast en gestructureerd.
- Conformeert zich aan het technische beleidsplan.
16
9) TECHNIEK TRAINER.
Verantwoordelijkheden:
1) De techniektrainer geeft specifieke technische trainingen aan kleine groepjes spelers in functie van het jeugdopleidingsplan.
2) Draagt zorg dat de trainingen gebaseerd zijn per leeftijdscategorie.
3) Draagt zorg dat de trainingen gestructureerd trainbaar worden gegeven, van algemene basis techniek naar functionele (eventueel per
positie) techniek.
4) Intentie moet liggen om spelers technisch vaardigheden mee te geven.
5) De “toolbox” van spelers uit te breiden.
6) Spelers heel veel mogelijkheden aanleren om uit elke situatie te komen.
7) Onderhoudt contact met de bevoegde TC lid/hoofdleider/jeugdtrainer en voert het opgestelde jeugdopleidingsplan uit.
Vereiste:
- Diploma JVT of Pupillentrainer.
- Goede kennis van Coerver/Meulensteen/Cock van Dijk methode.
- Zelf gevoetbald, kan leerstof zelf voordoen.
- Didactische ervaring en vaardigheden.
- Duidelijke affiniteit met jeugd en voetbal.
- Conformeert zich aan het technische beleidsplan.
17
10) SCHEIDSRECHTER BEGELEIDER
Verantwoordelijkheden:
1) De beginnende scheidsrechter vanaf de zijlijn begeleiden en na afloop van de wedstrijd zijn sterke kanten en verbeterpunten
bespreken.
2) Het samenstellen van de jeugd scheidsrechters, en daarbij ook uitnodigen.
Vereiste:
- Spelregel kennis en eventueel gediplomeerd scheidrechter.
18
6. Opleiden van jeugdvoetballers.
Doel en aandachtspunten F-jeugd training:
Het leren beheersen van de bal en het herkennen van de spelbedoelingen:
 Ontwikkel het balgevoel,
 Baas worden over de bal,
 Spelbedoeling duidelijk maken binnen de belevingswereld van het kind.
Het gaat in deze categorie vooral om het ontwikkelen van het balgevoel, de baas worden over de bal. Het is daarom belangrijk om tijdens
de training elke speler van een eigen bal te voorzien, zodat ze veel balaanrakingen hebben. Daarnaast is het van belang in te spelen op de
belevenis van het kind. Hoe leuker het kind de sport en het spel vindt, hoe beter men met een bal leert om te gaan. Voetbal moet een
blijvende hobby van het kind worden. Bij 2e jaars F-pupillen waar de genoemde doelstellingen zijn bereikt, kan al langzamerhand een start
gemaakt worden met de trainingsaccenten die bij de E-pupillen gehanteerd worden.
Leeftijdskenmerken
Inzicht:
F-pupillen zien het voetballen als een spel. Ze hebben veel plezier, zijn speels en spontaan en beseffen de bedoelingen van het voetbalspel
nog maar nauwelijks. Hij / zij is individueel gericht: geen gevoel om dingen samen te doen. Pas als zij al wat langer op de club zijn, worden
de eerste vormen van samenspel zichtbaar. Niettemin blijft dit beperkt en moet juist in deze leeftijdscategorie de nadruk liggen bij het
stimuleren van individuele acties.
Concentratie:
Het is moeilijk om deze pupillen bezig te houden, omdat ze zich op hun leeftijd nog moeilijk kunnen concentreren. Even luisteren is
moeilijk. De aandacht is zo weg, ze zijn snel afgeleid. Dit moet niet als negatief gezien worden. Ze staan juist open voor alle invloeden, ze
leren de wereld kennen en kunnen zich goed ontwikkelen.
Stilstaan is net zo'n probleem. Ze zijn constant bezig met hun lichaam. Ook dit is heel positief, ze doen namelijk veel bewegingservaring op
en leren de mogelijkheden van hun lichaam kennen. Door gebrek aan bewegingservaring, zijn de bewegingen echter slecht gecoördineerd
en overmatig. Een bal aannemen kost veel beweging en tijd.
19
Motivatie:
F-pupillen hebben nog geen wedijver met elkaar. Een wedstrijdnederlaag wordt snel vergeten. Ze zijn speels en zien het spel als een
avontuur. Belangrijk is dat de F-pupil zijn fantasie in het spelletje kwijt kan.
Trainingstof.
Aandachts-/uitgangspunten:
 Spelenderwijs met bal leren voetballen,
 Inspelen op de fantasiewereld van het kind met veel afwisseling in de training en veel herhalingen van de leerstof,
 Voor iedereen is een bal beschikbaar,
 Ruime ervaring op laten doen met het beheersen van de bal, vooral individueel veel balcontacten,
 De tijd optimaal benutten, geen lange wachtrijen (bv. bij afronden), groep indien nodig splitsen in 2 of meer subgroepjes,
 Rekening houden met de specifieke leeftijdskenmerken van een F-pupil, zoals weinig concentratievermogen en individuele
gerichtheid.
Inhoud:
 Nagenoeg alle oefeningen zonder weerstand,
 Dribbelen, drijven, stoppen, aannemen,
 Jongleren, passen, mikken, schieten,
 Diverse combinatie- en afrondingsvormen (bv. dribbelen en passen/schieten),
 Veel scoringselementen (bv. poortjes mikken),
 Veel kleine partijspelen (4-4, 2-2, 1-1), spelers krijgen meer ruimte om te voetballen dan bij grote partijtjes (minder weerstand),
waardoor zij de bal beter leren beheersen en hun technische vaardigheden goed kunnen ontwikkelen,
 Accent ligt eerder op het stimuleren van acties dan op overspelen,
 Bij balbezit: scoren,
 Bij balverlies: doelpunten voorkomen,
 Geen conditietraining, bij techniektraining krijgen ze al conditie genoeg.
20
Tips begeleiding / training.






Als je iets wil uitleggen, doe het dan meteen voor. Zet de spelers van te voren daar waar je ze wilt hebben en houd de uitleg kort,
Ga niet te lang met de stof door, maar zorg voor voldoende variatie,
Benadruk het spel en niet de wedstrijd of onderlinge strijd. Het gaat hen niet om de punten, maar om de beleving.
Bewaar het speelse in ze, zodat ze niet gehinderd worden om te presteren. Het prestatie-element komt vanzelf, wanneer ze zich met
anderen willen gaan meten,
Houdt rekening met het taalgebruik. Gebruik geen moeilijke woorden als aanbieden, vrije ruimte, diep gaan of positie, etc. Probeer
hun taal te spreken: houd de bal goed bij je, zorg dat je hem niet kwijt raakt, probeer de bal af te pakken, etc.
Bij de F en E pupillen kunnen trainingen gegeven worden door middel van het circuitmodel.
Natuurlijk zijn er ook andere vormen van training geven maar de KNVB staat achter het circuitmodel omdat er leuke resultaten mee
worden gehaald en iedereen bezig is met voetbal
21
Doel en aandachtspunten E-jeugd training:
Het ontwikkelen van inzicht en het herkennen van de spelbedoelingen en algemene uitgangspunten binnen de zogenaamde "basisvormen":
 Spelbedoeling en algemene uitgangspunten duidelijk maken,
 Baas worden over je tegenstander,
 Verdere ontwikkeling van hun technische vaardigheid,
 Leren spelen binnen een systeem.
Het gaat in deze leeftijdscategorie vooral om het ontwikkelen van individuele technische vaardigheden. Dit met vereenvoudigde
voetbalsituaties zoals de basisvormen, 4 tegen 4 en 7 tegen 7, maar blijf ook het 1 tegen 1 verder ontwikkelen. De coaching zal vooral
gericht zijn op het verbeteren van de technische vaardigheid en de lichaamscoördinatie.
Om hieraan optimaal inhoud te kunnen geven zal voortdurend moeten worden bewaakt of het spel nog wordt gespeeld, er nog plezier is en
of er nog wat wordt geleerd. De coach moet dan ook kunnen omgaan met het aanpassen van de weerstanden aan het niveau van de spelers.,
en het blijven enthousiasmeren van het individu.
Leeftijdskenmerken.
Inzicht:
E-pupillen begrijpen het voetbalspel al wat beter dan F-pupillen, maar zijn absoluut nog niet in staat de voetbalbedoelingen als team na te
streven. Vooral jonge E-pupillen spelen nog erg voor zichzelf, weten nog niet goed wat vrijlopen is, dus laat staan dat ze goed kunnen
samenspelen. Heel belangrijk is dat je als jeugdtrainer of -begeleider accepteert dat dit zo is en geduld opbrengt om samen te moeten
voetballen. Hun gedrag is vaak erg spontaan en zo voetballen ze ook. Ze overzien de complexe speelsituatie slecht en doen wat hun
spontaniteit hen ingeeft. Balverlies wisselt zich snel af met balverovering. Enerzijds komt dit door een beperkte balvaardigheid, anderzijds
door het beperkte inzicht in het spel. Op de trainingen zal op de balvaardigheden veel getraind moeten worden, het inzicht door veel kleine
partijtjes.
Concentratie:
De spelers op deze leeftijd hebben nog maar een beperkte concentratie. De aandacht is zo weg, ze zijn zeer snel afgeleid. Dit moet niet als
negatief gezien worden. Het is juist belangrijk dat ze open voor alle invloeden. Hierdoor leren ze de wereld kennen en ontwikkelen ze zich
veelzijdig. Luisteren is dan ook een grote opgave voor ze. Ze leren veel meer door te doen en te kijken dan te luisteren. Stilstaan is nog een
groot probleem voor ze.
22
Motivatie:
E-pupillen zijn ten opzichte van elkaar al een stuk socialer zijn erg beweeglijk en zijn constant bezig met lijf en leden.. Ze hebben al gevoel
voor een opdracht. Voor hen wordt geldingsdrang en individuele prestatie al belangrijk, ze willen laten zien wat ze kunnen. Dus: veel laten
spelen!
Trainingstof.
Aandachts-/uitgangspunten:
 Spelers leren door hen veel aan de bal te laten,
 Ideale leeftijd voor het aanleren van nieuwe bewegingen,
 Veel trainen op technische vaardigheden,
 Vervolgens trainen op veldbezetting en teamorganisatie (voor, achter, links, rechts: laten rouleren);
 Oefeningen uitvoeren in vereenvoudigde wedstrijdsituaties, veel spel- en basisvormen,
 Inspelen op belevingswereld van de E-pupil en zingeving oefeningen en regels duidelijk maken.
Inhoud:
 Afhankelijk van niveau geen of geringe weerstand invoeren,
 Basistechnieken en traptechnieken,
 1-1 duels en 1-2 combinaties,
 Lummelen met accent op nauwkeurige passing en balverwerking,
 Veldbezetting, bij balbezit vrijlopen, bij balverlies tegenpartij dekken en bal veroveren,
 Geen conditietraining, ook hier weer techniek is ook conditietraining.
23
Tips begeleiding / training.





Als je iets wil uitleggen, doe het dan meteen voor. Zet de spelers van te voren daar waar je ze wilt hebben en houd de uitleg kort,
Ga niet te lang met de stof door, maar zorg voor voldoende variatie,
Benadruk het spel en niet de wedstrijd of onderlinge strijd. Bij lang niet elke E-pupil gaat het al om de punten maar om de beleving.
Het willen of moeten winnen staat vaak een ontwikkeling van het spel in de weg,
Houdt rekening met het taalgebruik van het kind. Gebruik geen moeilijke woorden als knijpen, kort, in de rug, positie houden, vrije
ruimte etc,
Bij de F en E pupillen kunnen trainingen gegeven worden door middel van het circuitmodel.
Natuurlijk zijn er ook andere vormen van training geven maar de KNVB staat achter het circuitmodel omdat er leuke resultaten mee
worden gehaald en iedereen bezig is met voetbal.
24
Doel en aandachtspunten D-jeugd training:
Het ontwikkelen van inzicht en het herkennen van de spelbedoelingen en algemene uitgangspunten in de hoofdmomenten balbezit
tegenpartij (globale teamfunctie verdedigen) en balbezit (globale teamfuncties opbouwen en aanvallen):
 Spelbedoeling en algemene uitgangspunten in de verschillende linies duidelijk maken,
 Baas worden over de situatie,
 Bij balbezit tegenpartij, veldbezetting / teamorganisatie, voorkomen van goals en de bal te veroveren,
 Bij balbezit, veldbezetting / teamorganisatie, opbouwen, aanvallen en scoren.
De overstap naar 11 tegen 11 kenmerkt zich door een nieuwe veranderde coördinatie: grotere ruimte, grotere afstanden, meer spelers, meer
en complexere opties, nieuwe spelregels en andere taakverdeling. Hier zal dan ook met namen het accent liggen op de ontwikkeling van het
inzicht: eerst het inzicht in de bedoelingen binnen de drie teamfuncties leren herkennen en dan binnen een teamorganisatie kunnen
functioneren. Wanneer aan dit aspect onvoldoende aandacht wordt besteed, zal dit negatieve consequenties hebben voor de verdere
ontwikkeling op technisch / fysiek vlak van de spelers en de onderlinge communicatie.
Leeftijdskenmerken.
Concentratie:
In vergelijking met de jongere voetballertjes breekt voor de D-pupillen een nieuwe periode aan. De spelers zijn goed gebouwd, hebben al
een goede coördinatie en kunnen al veel meer concentratie opbrengen. De bewegingsdrang is in het algemeen nog vrij groot en ook dat
moet nog steeds als een positief element worden gezien, zonder die drang zou het opdoen van een veelzijdige voetbalervaring minder aan
de orde zijn.
Motivatie:
De D-pupil kan zich al aan bepaalde groepsregels houden. Ze kennen hun plaats in de groep razend snel. Ook zijn D-pupillen nog erg
leergierig en willen vaak het hoogste bereiken. Er is veel prestatievergelijking. Bepaalde oefenvormen of spelen kunnen ze al wat langer
volhouden en ze zien het nut ervan in. Kortom, er is hier sprake van een ideaal leerklimaat.
Inzicht en aandacht:
De relatie met de wedstrijd is voor deze groep in grote lijnen duidelijk. Ze zijn prestatiegericht en zetten zich voor 100% in, hoewel ze hun
krachten nog slecht kunnen verdelen. Dat je de wedstrijd niet alleen kunt winnen is de D-pupil overduidelijk. Het vermogen om samen te
spelen is sterk gegroeid. Ze zijn op dit punt goed aanspreekbaar en kunnen al beter luisteren dan hun jongere collega's.
25
Trainingstof.
Aandachts-/uitgangspunten
 Oefenstof relateren aan de wedstrijd,
 Bepaling doel van de training en keuze voor de juiste basisvorm,
 Techniek vanuit wedstrijdsituatie ontwikkelen,
 Inzicht in teamorganisatie ontwikkelen (eerst accent op het voorkomen van doelpunten en het veroveren van de bal en vervolgens
het opbouwen, aanvallen en scoren),
 De bedoelingen van de oefening / spelbedoeling duidelijk (zichtbaar / herkenbaar) maken,
 Het manipuleren van de weerstanden (makkelijker of moeilijker maken) en het gebruiken of aanpassen van de spelregels,
 Let op balaanname, verwerking en voortzetting;
Inhoud
 Werken met (aan) gepaste weerstand,
 Direct spel,
 Breedte / diepte in het spel (onderlinge afstanden),
 Spelhervattingen (bv. vrije trappen, ingooien, corners),
 Schijn- en passeerbewegingen,
 Verdedigende technieken,
 Taakaanduidingen posities,
 Positiespel (met en zonder bal),
 Conditietrainingen zoals loop- en springscholing,
 Traptechniek verder ontwikkelen.
Tips begeleiding / training.






Geef voor de training aan wat je wilt gaan doen, dat motiveert de spelers, dan weten ze waarover het gaat,
Doe de spelvorm met een aantal spelers voor, terwijl je het uitlegt; ze begrijpen het best door de oefenvorm te zien,
Houdt de uitleg kort en bondig,
Zet zoveel als mogelijk is van tevoren klaar, zodat geen kostbare voetbaltijd en concentratie verloren gaat,
Als je merkt dat de concentratie verslapt, varieer dan,
Doe een groot beroep op het samenspel, ze zijn er rijp voor.
26
Doel en aandachtspunten C-jeugd training:
Het verder ontwikkelen van inzicht en het herkennen van de spelbedoelingen en algemene uitgangspunten in de hoofdmomenten balbezit
tegenpartij (teamfunctie verdedigen) en balbezit (teamfuncties opbouwen en aanvallen):
 Eerst leren de bedoelingen binnen de drie teamfuncties te herkennen,
 Baas worden over het veld,
 De bedoelingen weten te vertalen binnen een teamorganisatie,
 Taken en functies dienen inhoud te verkrijgen.
Bij de C-jeugd wordt verder gewerkt aan de basis die de jeugd bij de pupillen hebben opgedaan. Een bijkomstige moeilijkheidsfactor is, dat
C-junioren op deze leeftijd in de puberteit terechtkomen. Hier wordt duidelijk of de C-junior stil blijft staan (of zelfs achteruit gaat) of
verder doorgroeit in zijn voetbalontwikkeling.
Leeftijdskenmerken.
Fysieke gesteldheid:
De jeugd kan in deze leeftijdsfase te maken krijgen met lichamelijke ongemakken, disharmonie. Enorme lengtegroei vormt hier geen
uitzondering. Er zal daarom met beperkte belastbaarheid gewerkt moeten worden, mede doordat de jeugd hier extra blessuregevoelig is.
Motivatie:
De C-junior (bij de een eerder, bij de ander later) raakt idealistisch ingesteld. Men wordt eigenwijs en zet zich meer af tegen het gezag.
Toelaatbaarheids grenzen worden onderzocht of zelfs overschreden, conflicten worden uitgelokt. Een kunst dus voor de trainer / coach /
begeleiding om hier goed mee om te gaan. De junior is veel met zichzelf bezig en overschat zichzelf regelmatig. De C-junior herwaardeert
de sport in hun leven t.o.v. andere interesses “waar stel ik mijn prioriteiten aan”?
Inzet aandacht:
De inzet wordt mede bepaald door de motivatie. De C-junior weet echter heel goed wat van hem verwacht wordt en zal zich bij het juist
(continue) aansturen van de begeleiding en / of de groep (oproep doen op teamverantwoording) ook goed inzetten. Er wordt meer aandacht
besteed aan de bedoelingen van de trainingen en de bedoelingen worden al beter vertaald naar de wedstrijden.
27
Trainingstof.
Aandachts-/uitgangspunten
 Voetballen, meer zonder dan mét bal, meer met je hoofd dan met je benen,
 Bedoelingen duidelijk maken bij balbezit en balbezit tegenpartij, indien dit onvoldoende is, dan zal de ontwikkeling stagneren,
 Positiespel is voorwaarde om met elkaar doelpunten te voorkomen, de bal te veroveren om vervolgens te kunnen opbouwen,
aanvallen en scoren,
 Goede techniek, uitspelen van ‘1 tegen 1’-situaties en communicatie zijn belangrijke voedingsbronnen voor positiespelen om
overtal situaties te creëren,
 Let op balaanname, verwerking, passing en opendraaien naar de vrije ruimte,
 Leren voor ontvangst van de bal gezien te hebben waarheen de bal gespeeld moet worden.
Inhoud
 Verhoging weerstand oefeningen,
 Verbaal en non-verbaal aanbieden,
 Positiespelen gericht op enerzijds het voorkomen van doelpunten en bal veroveren en anderzijds opbouwen, aanvallen en scoren,
 Breedte / diepte in het spel (onderlinge afstanden),
 Uitbreiding verdedigende technieken, storen, afschermen opbouw tegenpartij, afjagen vastzetten, duel om de bal,
 Uitbreiding / verfijning van passeertechnieken, ‘1 tegen 1’-duels, handelingssnelheid vergroten,
 Creëren en uitspelen van overtal situaties,
 Conditietrainingen zowel loop- en springscholing als lichte krachttraining,
 Traptechniek verbeteren, timing-koppen.
Tips begeleiding / training.





Heb oog heb voor individuele tekortkomingen en problemen,
Leg verwachtingen ten aanzien van prestaties niet te hoog,
Geef duidelijk toelaatbaarheids grenzen aan en wijs spelers regelmatig op hun verantwoordelijkheid als teamspeler,
Leg de trainingen regelmatig stil als de spelbedoelingen niet duidelijk genoeg zijn en / of deze verkeert worden uitgevoerd,
Laat spelers zelf de fouten te constateren, bedoelingen te achterhalen en oplossingen aan te dragen.
28
Doel en aandachtspunten B-jeugd training:
Bij de B-junioren ligt de nadruk op het rendement van handelen en het ontwikkelen van de individuele bijdrage aan het resultaat van de
wedstrijd:
 Rendement van de taakuitvoering in relatie tot het teamresultaat: herkennen en doelmatig handelen,
 Het geen waar de speler talent voor heeft verder ontwikkelen (wie is geschikt voor welke positie en taak),
 Leren omgaan met andere speelwijzen (eigen team en tegenstander),
 Consequenties, karakteristieken en voor- en nadelen.
De B-jeugd behoort de spelbedoeling en de algemene uitgangspunten zich eigen te maken. De algemene principes van positiespelen, van
een teamorganisatie en de individuele uitvoering van taken binnen een teamorganisatie moeten duidelijk worden. Wat is de plaats van het
individu in een teamorganisatie? De spelers leren inzicht krijgen op de taken van teamgenoten en het herkennen van sterke en zwakke
punten van medespelers. Bij het moment van wisseling balbezit dienen de B-junioren in te gaan zien hoe te handelen bij het moment van
balverlies en het moment van balverovering.
Leeftijdskenmerken.
Bij de B-junioren kunnen de onderlinge verschillen nog groot zijn. Er zijn er die al bijna uitgegroeid zijn, maar ook die er nog maar net
mee zijn begonnen.
Mentaliteit:
Veel B-junioren zitten ze min of meer in de puberteit, met al de kenmerken ervan, zoals lusteloosheid, onredelijkheid en humeurigheid. Dit
brengt met zich mee dat ze heel wisselend kunnen reageren op anderen, dus ook op de trainer. Ze zetten zich soms af tegen alles wat gezag
vertegenwoordigt, zoals ouders en school. De trainer gaat nog wel eens op zijn strepen staan, wat de verhouding niet altijd ten goede komt.
Beter is het om wat te relativeren of eens met een speler apart te praten, dat lost al heel veel op. Want in een groep zijn deze kinderen
moeilijker te beïnvloeden dan individueel.
Fysieke gesteldheid:
Het groeiproces heeft grote consequenties voor de blessuregevoeligheid. De spieren kunnen de groei van de botten maar nauwelijks
bijhouden. Een grote spanning op de spieren is dan het gevolg. Maximaal sprinten, springen en schieten is al gauw een te groot risico. Een
goede warming-up is dan ook zeker op z’n plaats. Gedurende de eerste 5 minuten moet niet te intensief gespeeld worden. Verbied
bijvoorbeeld tackles en slidings tijdens de warming-up, maar zorg wel dat iedereen goed meedoet. Aan het eind van de warming-up moeten
de vier belangrijkste spiergroepen worden gerekt. Dit betreffen de bovenbeenspieren voor en achter, de spieren in de lies en de kuitspieren.
29
Inzet:
Voor de B-junior is winnen belangrijker dan ooit. Een soms te fanatieke houding heeft er mee te maken dat de B-junior op zoek is naar
eigen grenzen. De junior is nog meer in staat de wedstrijdsport te beoefenen. Hij waagt zich aan acties die voor het team weinig rendement
hebben. Zijn soms te laat ingezette sliding en de wijze waarop hij buitenkantvoet speelt hebben meer te maken met het feit dat hij zichzelf
wil bewijzen. Het tempo is hoger, er wordt korter gedekt. Hij moet leren onder druk te spelen en dat gaat hem soms minder goed af. Zijn
individuele mogelijkheden moeten meer rendement voor het team gaan opleveren. Hier moet hij in leren.
Trainingstof.
Aandachts-/uitgangspunten
 Ontwikkelen teamtaken, taken per linie en taken per positie;
 Ontwikkelen individuele bijdrage aan het resultaat van de wedstrijd ;
 Het accent komt nu te liggen op het complete eisenpakket: Techniek, Inzicht en Communicatie;
 Goede gestructureerde warming-up;
Inhoud
 Kleine en grote wedstrijdvormen (en afgeleide vormen),
 Wedstrijdvormen leren qua afronding, wie doet wat,
 Dode spelmomenten als corners en vrije trappen oefenen,
 1-1 spelen op tempo, zowel verdedigend als aanvallend coachen,
 Diverse positiespelen beoefenen van 1-1, 2-2, 4-4 tot 7-7,
 Passing en verwerking van de ballen.
Tips begeleiding / training.






Denk aan het karakter van de warming-up; voorkom blessures (zie bovenstaande),
Geef voor de aanvang van de training aan wat je wilt doen; dat motiveert de spelers en ze weten waarover het gaat,
Geef een korte uitleg en laat de bedoeling zien,
Leg het spel stil indien het niet goed gaat en geef korte uitleg, blijf coachen tot het beter gaat,
Betrek de spelers in het klaarzetten/opruimen van het materiaal, ze zijn medeverantwoordelijk hiervoor,
Wees consequent in de benadering van de spelers.
30
Doel en aandachtspunten A-jeugd training:
Bij de A-junioren is het doel het leren winnen van de wedstrijd en het groeien naar competitierijpheid:
 Specifieke taken per positie beheersen,
 Specialist worden op bepaalde posities,
 Leren om in dienst van de teamprestatie te spelen.
De uitvoering van het geen is aangeleerd komt hier samen. Bij de wisseling van balbezit ligt het accent op zeer snel omschakelen van het
ene naar het andere hoofdmoment. Gelet wordt hierbij op teamverantwoordelijkheden, benutten specifieke kwaliteiten van spelers en het
ondergeschikt maken aan het teambelang. Teamorganisatie, concentratie en verhogen van het rendement van het positiespel zijn belangrijk
voor de bijdrage aan het resultaat van de wedstrijd.
Leeftijdskenmerken.
De A-junioren zijn aan het einde gekomen van de jeugdopleiding. Dat wil niet zeggen dat ze niets meer kunnen leren, maar het zegt wel
iets over het stadium waarin ze qua voetbalontwikkeling behoren te zijn. Ze behoren het spel te kennen en te beheersen. Ze weten wat er
van ze verwacht wordt op een bepaalde positie en kunnen een wedstrijd al een beetje analyseren. Waarom ging het fout, waarom verloren
we veel duels of wat was de reden waarop de tegenstander juist op het middenveld meer grip had. A-junioren zijn daarop aan te spreken en
kunnen daar iets zinnig over aangeven. In dit stadium is het een kwestie van rijpen.
De A-junior is zowel lichamelijk als geestelijk op weg naar meer evenwicht.
Een fysieke groei in de breedte en een zakelijker benadering van de gebeurtenissen zijn kenmerkend. Het onrustige wat zo kenmerkend is
voor de B-junior maakt plaats voor een beheerster optreden. Er wordt ook door de spelers onderling gelet op het spel van elkaar. Er ontstaat
een zekere eigen controle.
31
Trainingstof.
Aandachts-/uitgangspunten
 Specialisatie van het individu,
 Rendement van handelen vergroten, mentale aspecten ontwikkelen (het doen en laten),
 Leren gebruik te maken van tekortkomingen van anderen en teamkwaliteiten,
 Weerstand oefeningen opvoeren tot 100%,
 De junioren klaarstomen voor het seniorenvoetbal,
 Optimale wedstrijdmentaliteit bewerkstelligen.
Inhoud
a) Diverse positie -partijspelen beoefenen,
b) Aandacht aan warming-up,
c) Wedstrijdsituaties simuleren en trainen (bv. vrije trappen, corners),
d) Conditietraining (alleen als ‘straf’),
e) Fysieke trainingen,
f) Aandacht blijven besteden op traptechniek, balaanname, balvaardigheden en zuiverheid van inspelen.
Tips begeleiding / training.





Denk aan het karakter van de warming-up; voorkom blessures (zie bovenstaande),
Geef voor de aanvang van de training aan wat je wilt doen; dat motiveert de spelers en ze weten waarover het gaat,
Geef een korte uitleg en laat de bedoeling zien,
Leg spel indien nodig stil en geef korte uitleg met, indien nodig, voorbeelden,
Betrek de spelers nadrukkelijk bij de training, ze zijn er rijp voor.
32
7. Beoordeling van spelers.
Spelers beoordelingssysteem.
Twee maal per jaar wordt elke jeugdspeler door de leiding –trainers/leiders- van elk team beoordeeld op onderstaande onderdelen van het
voetbal:
Techniek:
Inzicht:
Persoonlijkheid:
Snelheid:
Kracht:
Balgevoel – Traptechniek – Tweebenigheid
Juiste keuzes maken – Gevoel voor positie – Anticiperen
Communicatie – Omgaan met druk – Doorzetten
Sprintsnelheid – Handelingssnelheid – Wendbaarheid
Duelkracht – Uithoudingsvermogen – Schotkracht
De scout van de leeftijdscategorie stelt ook beoordelingen op vanuit een breder overzicht over de jeugdteams. De leiding van de teams en
de scouts komen vervolgens samen tot een afgewogen beoordelingsrapport voor alle spelers in het team. Bij verschil van mening kunnen de
hoofd scouting en de hoofd jeugdtrainer worden ingeschakeld.
33
Doel van de spelersbeoordelingen:



Deze worden besproken in de TC die passende acties neemt, zoals in gesprek gaan met trainers en/of spelers, het hoger/lager
indelen van spelers, spelers hoger laten meetrainen, etc.
Deze worden door de trainers gebruikt voor individuele aandachtspunten naar spelers toe. Vanaf de D-jeugd dienen de rapporten in
de selectieteams met elke speler individueel te worden besproken door de selectietrainer. In recreatieteams is dit niet verplicht maar
mag het wel. Wel aan te raden motiveert de speler.
Deze worden gearchiveerd voor een langere termijn inzicht in de ontwikkeling van de spelers.
34
8. Indelingsbeleid
De tc is verantwoordelijk voor de indeling van de jeugdteams.
Selectieteams: op termijn de helft van de teams per leeftijdsgroep – naar beneden afgerond
Streefaantallen selectieteams: a en B: min. 15 spelers, c en d: min. 14 spelers en E en F: min. 9 spelers. De selectieteams worden in gevuld
op basis van:
 Spelersbeoordelingen.
 Advies scouts.
 Advies trainers.
 Advies jeugdcoördinator onder/bovenbouw.
 Evenwichtige teamopbouw (leeftijdsopbouw, verdedigende en aanvallende kwaliteiten).
Recreatieteams: op termijn de helft van de teams per leeftijdsgroep – naar boven afgerond.
Streefaantallen recreatieteams: a en b: 16 spelers, c en d: 15 spelers en e en f: 10 spelers. De spelers die niet in een selectieteam komen,
worden ingedeeld op basis van:
 Advies trainers.
 Advies jeugdcoördinator.
 Vriendschap.
 Leeftijd.
Indeling nieuwe leden:
Nieuwe leden die aangeven dat ze in een selectie willen/kunnen spelen worden na 3 proeftrainingen geselecteerd voor een bepaald elftal en
blijkt dat ie bij de basis moet kunnen voetballen. Nieuwe leden die in eerste instantie niet geselecteerd zijn voor een selectie elftal kunnen
na interne scouting alsnog doorstromen naar een selectie elftal.
Overgang naar een hoger elftal/ hogere leeftijdscategorie / senioren:
Tijdens het gehele seizoen is herindelingen mogelijk, ook tussen selectie- en recreatieteams.
35
Trainers en scouts kunnen hiertoe na onderling overleg samen initiatief nemen en aandragen bij de TC. Een herindeling start altijd met 3
proeftrainingen op het nieuwe niveau waarna herindeling al dan niet wordt doorgezet. De TC heeft hierbij het laatste woord.
Na de winterstop worden de spelers die hier aan toe zijn systematisch uitgedaagd:
 Meetrainen met de bovenliggende leeftijdsgroep.
 Wedstrijden meespelen in de bovenliggende leeftijdsgroep, waarbij het aantal bindende wedstrijden het maximum van 15 niet mag
overschrijden.
36
9. Protocol bij Doorschuiven spelers te kort.
Indien een presentatiefteam problemen heeft in spelers te kort dan word er gehandeld volgens onderstaande protocol.
a)
b)
c)
d)
e)
f)
g)
A1 uit A2, indien er geen niveau spelers aan handen is komen ze uit B1.
B1 uit B2, indien er geen nivaeu spelers aan handen is komen ze uit bij C1.
B2 uit B3, indien er geen nivaeu spelers aan handen is komen ze uit bij C1.
C1 uit C2, indien er geen nivaeu spelers aan handen is komen ze uit bij D1.
D1 uit D3 of uit andere D teams, indien er geen nivaeu spelers aan handen is komen ze uit bij E1 (tot minimum beperken).
E en F categorie altijd uit leeftijdcategorie spelers halen.
Bij alle catergorieen geld indien men zelf minimaal 12 spelers eigen selectie spelers heeft, eerst uit eigen leeftijdscategorie (zoals
hierboven vermeld is) gezocht word. Indien het alsnog niet mogelijk is word er een leeftijdscategorie gekozen.
Vragen van selectiespelers, volgens onderstaand protocol word er gehandeld.
h) Telefonisch of persoonlijk, trainer too trainer.
i) Vragende trainer geeft aan welke spelers en licht dit toe.
j) Gevende trainer is voor akkoord of heeft een motiverende redenen om het aftewijzen. In goed overleg word er verder gekeken.
k) Bij geen akkoord word er de desbetreffende TC lid ingelicht en geeft een bindende beslissing.
l) Uiterlijk word er op de trainingsavond overleg gepleegd, in nood gevallen kan erop zaterdag een beslissing genomen worden (denk
aan plotseling ziek).
Indien een recreactiefteam problemen heeft in spelers te kort dan word er gehandeld volgens onderstaande protocol.
a) Telefonisch en trainer too trainer.
b) Bij geen akkoord word er de desbetreffende Hoofdleider ingelicht en geeft een bindende beslissing.
Extra Voorwaarden.
a) Selectieteams gaan ten alle tijden met 13 spelers naar zijn/haar wedstrijd, streven 14 spelers.
b) Recreatieteams met minimaal 12 spelers (dit ivm doorwisselen).
c) Selectiespelers worden nooit en te nimmer gekozen voor recreatieve teams.
De Technisch commissie van DVS jeugd heeft ten alle tijden de bevoegdheid om af te wijken van de hierboven regels, inzake vragen van
spelers in een ander team. Zij moet dit wel goed onderbouwen en doorgeven aan de desbetreffende trainers/leiders en spelers.
37
10. Strategie/Visie Team DVS 1, 2 en A1
DVS Aalst wil sportief voetbal spelen op een herken- en aanvaardbaar niveau. Met attractief en bepalend spel en een goede technische &
tactische vaardigheid, waar het publiek en natuurlijk de eigen jeugdspelers zich mee kunnen identificeren.
Doelstelling
Het in de praktijk brengen van de (in de eigen jeugd aangeleerde) vaardigheden in competitie verband. Dus het goed uitvoeren van
teamtaken per linie en per positie, waarbij het rendement in de wedstrijden zichtbaar wordt. Mentale aspecten kunnen hierbij zeer bepalend
zijn.
Technische staf DVS Aalst
Hoofddoelstelling
De trainers volgen de werkwijze en visie van DVS Aalst zoals hieronder is vastgelegd en afgesproken.
Doelstelling: Korte termijn (binnen 2 jaar)
DVS Aalst wil op korte termijn een herkenbaar opleidingstraject ontwikkelen en invoeren. Dit wordt uitgevoerd door de Teams 1, 2 op
basis van de visie: Spelers taakgericht(er) opleiden en laten spelen. Hierdoor zullen de spelers en de team snel naar een kwalitatief betere
uitvoering van het spel komen. Team A1 zal meer betrokken worden bij de selectie.
Doelstelling: Lange termijn (binnen 5 jaar)
Op langere termijn is het streven dat de gehanteerde spelopvatting van de Teams 1, 2 zodanig herkenbaar is, dat spelers die
overkomen naar de selectie sneller en eenvoudiger door kunnen stromen.
Daarnaast streeft DVS Aalst ernaar dat de Team 1, 2 meer als prestatieteams worden gezien. Hiervoor moeten de
randvoorwaarden verder worden geoptimaliseerd, zodat deze teams in hun prestaties verder kunnen doorgroeien.
Spelstijl
DVS Aalst speelt technisch en tactisch goed verzorgt dominant en bepalend voetbal, waarin snelheid, sportiviteit, aantrekkelijkheid en
aanvallend voetbal gepaard gaan met een gezonde winnaarmentaliteit.
Spelsysteem
DVS Aalst speelt bij voorkeur het 1:4:3:3 systeem, maar ook het systeem 1:3:4:3 kan flexibel en tactisch gezien uitgevoerd worden.
38
Veldbezetting
Invulling van de individuele kwaliteiten van de spelers vanuit de linietaken en teamtaken die bij de betreffende positie horen.
Speelwijze
De visie van DVS Aalst is om functioneel verzorgd voetbal te spelen. DVS Aalst speelt volgens een herkenbaar spelsysteem, bij voorkeur
het 1:4:3:3 systeem. Maar ook het 1:3:4:3 systeem mag indien de situatie daarom vraagt gespeeld worden.
Algemeen tactisch plan:
Hoofdmomenten.
Bij balbezit van het eigen team wordt er altijd geprobeerd de opbouw van achteruit te verzorgen. Hierbij moet het juiste moment gekozen
worden voor de diepe bal, om zo snel mogelijk op de helft van de tegenpartij te komen om daarna aanvallend in scoringspositie te komen.
Vervolgens is het de bedoeling om kansen te creëren en uiteindelijk te scoren.
Op het moment van schakelen van balbezit naar balverlies moet er druk gezet worden op de bal en wanneer dit wordt gevolgd door
balbezit van de eigen partij, dient er eerst voor de diepte pass gekozen te worden alvorens de bal breed gegeven wordt.
Binnen de teamafspraken wordt er een keuze gemaakt tussen 3 verdedigingsbedoelingen namelijk:
- A: aanvallend/pressie, waarbij met grote ruimtes in de rug van de achterhoede wordt gespeeld. Er wordt een grote druk op de tegenpartij
gezet. (verdedigingslijn tegen de middenlijn)
- B: behoudend, van uit de teamafspraken geeft men het initiatief weg aan de tegenpartij, maar wordt er geprobeerd vanuit een compacte
teamorganisatie op het juiste moment druk te zetten. (verdedigingslijn is 20 meter eigen helft, voorhoede op 15 meter van de helft van de
tegenpartij)
- C: Controlerend, volledig het initiatief weggeven aan de tegenpartij en als collectief inzakken op eigen helft. (verdedigingslijn is 16
meter eigen helft)
Op het moment van schakelen van balverlies naar balbezit wordt er weer gespeeld vanuit de opbouw. Het schakelmoment biedt een
uitstekende kans om van de desoriëntatie bij de tegenpartij te profiteren.
Tactiek
Bij DVS Aalst wordt uitgegaan van de eigen kwaliteit en wordt geprobeerd het spel te bepalen, de speelwijze van de tegenpartij is hierbij
ondergeschikt. Maar ook wordt er gecoacht om flexibel om te gaan met de tactische keuzes van de tegenpartij en hierop creatief in te spelen
om ervan te profiteren.
39
Positiespel
Is de basis om te komen tot goed verzorgd voetbal. Het doel van een positiespel is het vinden van de vrije man (d.m.v. passing of een goede
loopactie) die aan de basis staat van een aanval, een assist verzorgt, of de aanval zelf afmaakt.
De teamtaken per linie:
Teamfunctie: Opbouwen (balbezit eigen partij)
Achterhoede.
- De opbouw begint altijd van achteren uit en het beginpunt daarin is de keeper
- De opbouw moet overgaan naar de aanval door middel van een goed functioneel positiespel
- De twee centrumopbouwers spelen breed uit elkaar en de vleugelopbouwers houden contact met de binnenkant, maar spelen iets dieper
- De opzet is om zo snel mogelijk via een middenvelder (verbindingspeler) een vrije man te creëren, dit kan ook de centrumopbouwer zijn
die doorschuift in het middenveld
- Middenvelders moeten goed samenwerken met de opbouwers (verdedigers) want zij fungeren voornamelijk als verbinding spelers, dus
niet te diep maar ook niet te dichtbij
- De technische uitvoering van de aanname, kaats, passing en dribbel moet goed verzorgt zijn om tempo in het positiespel te houden
- De snelheid waarmee wordt opgebouwd is bepalend om de verdedigende organisatie van de tegenpartij los te spelen
- Met name de twee centrumopbouwers zijn vooral de passers naar voren, maar kunnen indien nodig (b.v. om een vrije man te creëren)
inschuiven in het middenveld
- Is er een loopactie in de diepte van de vleugelverdediger dan wordt zijn positie opgevuld door de centraleopbouwers en de andere
vleugelverdediger die naar binnen komt
- Na de dieptebal naar het middenveld of de spitsen moet er direct worden aangesloten op zo de rest van de organisatie goed te krijgen en
bij de wisseling van balbezit de verdedigende organisatie te hebben staan.
Middenveld.
- Het spel zonder bal is bepalend om ook daadwerkelijk in balbezit te komen, lezen van het positiespel is belangrijk
- Middenvelders zijn verbindingspelers maar ook ruimtemakers voor andere middenvelders of spitsen (d.m.v. een loopactie in de diepte)
- Onderlinge afstanden moeten steeds goed worden bewaakt (maak de speelruimte groot)
- De samenwerking met de spitsen bestaat uit lijnen vrij maken om de bal te ontvangen en een afspeelmogelijkheid te creëren voor de
spitsen (aan- en bijsluiten)
- Balans vinden in het middenveld met een dienaar (werker), een loper en een denker
40
Voorhoede.
- In de formatie staat de centrumspits altijd het diepste weg, de vleugelspitsen aan de zijkant staan iets teruggetrokken
- De centrumspits begeeft zich altijd op de balkant om zo een aanspeelpunt te kunnen zijn
- De vleugelspitsen reageren op de loopacties die de middenvelders maken om zo aanspeelbaar te zijn
- Onderlinge afstanden steeds goed blijven bewaken
- In de onderlinge samenwerking gaat het om ruimtes creëren voor elkaar en loopacties maken voor een ander
Teamfunctie: aanvallen (balbezit eigen partij):
Achterhoede.
- Vleugelverdedigers komen op om aanvallend mee te doen en verzorgen de voorzet
- De centrumverdedigers komen op om het spel te kunnen verplaatsen, niet om aanvallend mee te doen in de eindfase
- Doelverdediger moet alert zijn op de ruimte achter de achterhoede
Middenveld.
- Alle drie de middenvelders moeten in de eindfase mee kunnen doen in aanvallend opzicht, alleen de positie van de bal bepaald wie
aanvallend, wie behoudend en wie controlerend moet denken
- Als de centrumspits naar de balkant gaat moet de aanvallende middenvelder in zijn rug de diepte gaan benutten, wanneer de linker of
rechter middenvelder dit doet moet hij reageren op de ruimte die de middenvelder achterlaat
- Meedogenloos in de afronding
Voorhoede.
- De aanval verloopt over het algemeen via de centrumspits, hij wordt als aanspeelpunt gezocht. De vleugelaanvallers worden daaruit
gevoed, dit gebeurt vaak door de middenvelders die bij de derdeman-situatie bijsluiten en de passing verzorgen op de vleugelaanvallers
- De centrumspits moet het juiste gevoel hebben voor het goede moment van komen. Ook zal hij goed moeten kaatsen, koppen en een goal
kunnen maken
- De vleugelaanvallers moeten dreiging hebben in hun actie op basis van snelheid en een functionele passeerbeweging (de voorzet moet een
kwaliteit zijn)
- Houdt het positiespel in de aanval op gang en houdt dus balbezit
- Scoringskansen creëren en scoren.
41
Teamfunctie: wisseling van balbezit naar balbezit tegenpartij:
Hele team.
- Bij breedtebal druk zetten naar balkant
- Direct een aanval op de man met bal worden gedaan. (vooruit verdedigen)
- Het dieptespel voorkomen
- De overige spelers in de directe omgeving van de bal geven steun aan de speler die de aanval op de bal doet en dekken kort opdat de kans
van onderscheppen het grootst wordt
- Het breedtespel/bal terugspelen afdwingen
- De speler moet de tegenstander leiden naar de kleine ruimtes
- De spelers dienen zo minimaal mogelijk gebruik te maken van de sliding bij het verdedigen, hierdoor is men instaat sneller over te
schakelen naar het heroveren van de bal
- Linies compact bij elkaar houden, bij balbezit al bezig zijn met het schakelmoment Balbezit tegenpartij
Teamfunctie: verdedigen (balbezit tegenpartij):
Voorhoede.
- Het storen van de 3 spitsen, de centrumspits bepaald door loopactie, balkant drukzetten en niet-balkant naar binnen komen
- Schermt af en stoort
- Bedoeling leiden naar de zijkant en niet laten ontsnappen/ diepte eruit halen
- Het moment wordt bepaald door de teamafspraak die is gemaakt
- De aanvallers proberen dieptespel te voorkomen
Middenveld.
- Hoe staat de formatie op het middenveld: punt naar voren op het middenveld/ of punt naar achteren op het middenveld
- Voorkomt dieptespel
- Onderling zal de samenwerking optimaal moeten zijn omdat spelers moeten worden overgenomen dit geldt voor de onderlinge
samenwerking op het middenveld als ook voor de samenwerking met de achterhoede. Met de voorhoede zal de samenwerking vooral
bestaan uit het coachen van de voorhoede, lijnen eruit halen. (bij loopacties van de tegenstander in de diepte en breedte)
- Waar de middenvelders beginnen te verdedigen wordt bepaalt door de voorhoede en de achterhoede (waar de verdedigingslijn wordt
neergezet)
- Leiden naar een zijkant en niet laten ontsnappen
42
- Wordt niet uit positie gespeeld en verovert de bal
- Vooruit verdedigen
- Compact spelen en de onderlinge afstanden bewaken (maak de speelruimte klein)
- Zolang mogelijk blijven staan alleen in noodsituaties een sliding maken
Achterhoede.
- Hoe staat de formatie op het middenveld: de 4 verdedigers spelen zoveel mogelijk op lijn
- Er wordt vanuit man- en zonedekking verdedigd
- De centrumverdediger aan de balkant stapt uit bij diepte loopactie van middenvelder tegenpartij en de rest vult op naar de balkant
- Er wordt dus steeds met een wisselende vrije man gespeeld
- De vrije man moet zoveel mogelijk naast de centrumverdediger spelen
- Waar er wordt verdedigd wordt bepaald door de teamafspraken die zijn gemaakt (A, B of C)
- Verovert/ onderschept de bal
- De doelverdediger coacht zijn achterhoede
- De onderlinge samenwerking gebeurd door coaching
- Er moet agressief maar fair op de bal worden verdedigd
Teamfunctie: wisseling van balbezit tegenpartij naar balbezit:
Hele team.
- Druk van de bal krijgen en houden door veel aandacht te besteden aan de aanname en het verwerken van de bal
- Na de dieptebal, doorsluiten
- Eerste gedachte moet zijn: het diep spelen van de bal
- Aanname en verwerking van de bal is bepalend om druk van de bal te houden
- De kant waar de bal niet is veroverd kan opkomen (aanvallend denken)
- Afspreken wie denkt aanvallend en wie denkt controlerend, oog hebben voor de omgeving
- Groot maken van de veld. (juiste verdeling/onderlinge afstand)
- Loskomen van je tegenstander, de ruimte vinden om aangespeeld te worden
43
De taken en functies per positie:
-DoelverdedigerBalbezit tegenpartij
Coaching, organisatie
Uitgangshouding / positie, opstelling bij schoten, voorzet en duel 1:1
Tijdens het spel verwerken van de bal, techniek
Bij spelhervattingen letten op keepervaardigheden, (voetenwerk, luchtduel, vangen, vallen)
Balbezit
Diep denken
Meedoen in positiespel
Goede voorzetting d.m.v. pass, uitworp, uittrap of doeltrap
Geen risico nemen
Goede samenwerking met eigen spelers
-Centrale verdediger (rechts/links)Balbezit tegenpartij
Rugdekking verzorgen
Afstoppen doorkomende speler
Afstoppen voor de opkomende middenvelders of centrale verdedigers (voor mandekkers)
Balbezit
Zorgen voor een man extra om tot een goede opbouw te komen
Aanspeelbaar zijn voor de terugpass
Uittrap keeper aansluiten richting de middenlijn
Inschuiven in het middenveld
Leiding geven aan medespelers
-Vleugelverdediger (rechts/links)Balbezit tegenpartij
Direct tegenstander dekken
Dicht bij eigen doel scherp dekken
Knijpen / rugdekking geven
44
Balbezit
Positie kiezen (vrij lopen, aanbieden)
Inspelen naar andere spelers met juiste balsnelheid
Verplaatsen van het spel
Terugpass mogelijk maken, maar durf initiatief voorwaarts te nemen
-Middenvelder (rechts/links)Balbezit tegenpartij
Goed in eigen zone spelen, veldbezetting optimaal
Kort dekken in de omgeving van de bal
Druk op de balbezittende speler uitoefenen
Zichzelf niet laten uitspelen
Ruimtedekking en rugdekking geven
Dieptepass voorkomen
Goed verdedigend positiespel
Balbezit
Ruimte creëren om tot goed positiespel te komen
Dieptepass voor breedtepass
Zowel een controlerende als een diepgaande taak
Bij aanval niet-balkant opduiken in het strafschopgebied (kopkracht, schieten en afstand)
-Middenvelder (centraal)Balbezit tegenpartij
Druk op de balbezittende tegenstander
Kort dekken in de omgeving van de bal
Zichzelf niet laten uitspelen
Dieptepass voorkomen, dwingen tot breedtepass
Naar zijkant dwingen, insluiten
Ruimtedekking / rugdekking
Opvangen vrije, opkomende spelers
Heeft ook controlerende taak, evenwicht, niet te ver naar voren spelen
45
Balbezit
Kiezen van de juiste positie, niet te diep spelen en dienend t.o.v. de centrale spits
Meedoen in het positiespel (schakelspeler)
Komen in scoringspositie (diepgang)
Scoren van doelpunten/ geven van assists
-Vleugelspits (rechts/links)Balbezit tegenpartij
Veldbezetting: ruimte klein maken (naar binnen knijpen)
Niet alleen verantwoordelijk voor directe tegenstander
Ruimte op het middenveld verdedigen (knijpen)
Dieptepass voorkomen (dwingen tot breedtepass)
Niet laten uitspelen, tijd winnen, zodat medespelers zich kunnen herstellen
Bal veroveren
Zichzelf niet laten uitspelen
Balbezit
Positie kiezen / ruimte creëren
Vrijlopen, aanbieden breed / diep
Voorzetten geven
1-2 combinatie / individuele actie
Bij voorzetten van de andere kan er bij zitten
Doelpunten scoren
Niet onnodig buitenspel staan
-CentrumspitsBalbezit tegenpartij
Veld kleinmaken i.s.m. vleugelspitsen op tegenstander
Zichzelf niet laten uitspelen
Dieptepass wegnemen/dwingen tot breedtepass
Druk op balbezitter, juiste moment van aanval op de bal
Opvangen van opkomende verdediger
46
Balbezit
Scoren van doelpunten
Scoringspositie komen ( meelezen van de opbouw)
Alert zijn op dieptepass
Ruimte creëren voor opkomende middenvelders en vleugelspitsen
Niet onnodig buitenspel staan
Coachtermen
Bij DVS Aalst wordt gebruik gemaakt van dezelfde coachtermen.
Kaats: wanneer een speler de tegenstander in de rug heeft en de bal gekaatst moet worden
Vast: wanneer een speler de tegenstander in de rug heeft en de bal vastgehouden moet worden
Draai: wanneer de medespeler niet kort gedekt wordt en met de bal door kan draaien
Tijd: wanneer de medespeler voldoende tijd heeft om te handelen
Rug: er komt/staat een tegenspeler in de rug van de tegenstander
Knijpen: het tijdig naar het centrum verdedigen
Sluiten: nadat er diep gespeeld is, moeten de linies aansluiten
Zakken: bij balverlies moet de speelruimte kleiner gemaakt worden
Specifiek Team DVS 1 en 2
Profiel van de trainer/coach
De trainer/coach dient te beschikken over een natuurlijke uitstraling, zodat hij overwicht heeft over het elftal. In samenhang met de visie
van DVS Aalst vergeet hij nooit de elementen plezier, beleving en wedstrijdgerichtheid. Hij weet dat hij veel aandacht moet besteden aan
het motiveren van zijn spelers. De trainer/coach reserveert tijd voor persoonlijke gesprekken, waarin hij duidelijk verteld waarom hij
bepaalde beslissingen heeft genomen. Goed kunnen communiceren is één van de belangrijkste eigenschappen. Hij moet duidelijk over
kunnen brengen wat hij van de spelers verwacht. De trainer/coach communiceert met de spelers om hen te betrekken bij de doelstellingen
van het elftal, zodat zij zich ook verantwoordelijk voelen voor de gang van zaken. Dit gebeurt voornamelijk door het vraag en
antwoordspel, waarbij de spelers (vooral tijdens de trainingen) regelmatig wordt gevraagd naar het waarom en de gevolgen van bepaalde
trainingsvormen. Voor eerste teamspelers is winnen heel belangrijk. Daarom kunnen zij worden aangesproken op hun bijdrage aan het
wedstrijdresultaat. De trainer/coach mag van zijn spelers eisen dat zij zich ondergeschikt kunnen maken aan het teambelang.
47
Leiders
Twee leiders (één technisch sterk de ander organisatorisch sterk)
De leiders zijn verantwoordelijk voor de organisatie rond het betreffende team. Hiertoe kunnen zij aangestuurd worden door de eigen
trainer.
Taken en werkzaamheden leiders
- Het regelen van alle randvoorwaarden van het betreffende team
- Het informeren van de trainer en de Technisch Coördinator
- Aanwezig zijn bij alle wedstrijden
- Regelmatig aanwezig zijn tijdens de trainingen
- Controleren of de gestelde regels worden nageleefd
- Het ontvangen van de scheidsrechters, officials, genodigden en tegenstanders
- Het aanspreekpunt zijn voor spelers en ouders
Verantwoordelijkheden leiders
- Het regelen van vervoer en materialen
- Het correct invullen van de wedstrijdformulieren
- Het organiseren van nevenactiviteiten
Bevoegdheden leiders
- Binnen de vastgestelde doelstellingen en richtlijnen uitvoering geven aan het voetbaltechnische beleid van het betreffende team van DVS
Aalst.
Functie-eisen
- Goede contactuele en sociale eigenschappen
- Goede communicatieve eigenschappen
- Beschikken over verantwoordelijkheidsgevoel
- Verstand hebben van voetbal
48
Spelers
Aantal Zoveel mogelijk met vast Team spelen (eventueel) aanvullen met de beste spelers (moeten ook een toegevoegde waarde hebben) uit
een team lager. Dit geldt voor Team DVS 1, 2 en A1.
Kwaliteit juiste kwaliteit & kwantiteit op de juiste plek. Dit geldt voor Team DVS 1 en 2.
Leerdoelstellingen
Er wordt gedetailleerd invulling gegeven aan de taken per positie, linie en team. De spelers moeten in staat zijn om te gaan met alle
aangeleerde facetten uit de vorige jaren. Ook moet worden geleerd om de individuele kwaliteiten van de spelers uit het team uit te buiten.
De wedstrijdcoaching wordt geoptimaliseerd en hieraan moeten strengere eisen worden gesteld.
Het rendement van de bijdrage aan een positief resultaat van de wedstrijd moet worden geoptimaliseerd. De wedstrijd is niet langer een
middel, maar is een doel op zich. Het resultaat (winnen) wordt het belangrijkste.
(Rand) voorwaarden
Zoals beschreven in de doelstelling, zal de komende jaren ook gewerkt moeten worden aan de optimalisering van de randvoorwaarden rond
de Team DVS 1 en 2. Dit om verdere groei in prestaties mogelijk te maken, spelers van deze teams ook gewaardeerd laten voelen en
daardoor er voor te zorgen dat zij er bij willen horen en langer onder een onderdeel willen blijven uitmaken van de selectieteams.
Training
Frequentie
Team DVS 1 en 2 twee keer per week.
Uitvoering
Bij Team DVS 1 wordt er getraind met minimaal 16 spelers (14 veldspelers en 2 keepers), hierbij
wordt zoveel mogelijk wedstrijdgericht getraind.
Ook Team DVS 2 moet zich spiegelen aan de werkwijze van Team DVS 1. Dit betekent dat ook hier
uitgegaan wordt van een groep van 16 spelers bij iedere training. Het geen resulteert dat er getraind
wordt in twee groepen van 16 spelers.
Materiaal
Voldoende en kwalitatief goed materiaal. Aandacht voor ballen en verplaatsbare doelen.
49
Veld
Team DVS 1 Di. en Do. veld 3. Team DVS 2 Di. Veld 4 en Do Veld 3.
Aantal spelers
Team DVS 1 16 spelers, Team DVS 2 16 spelers.
Trainingsblokken
Teams DVS 1, 2 en A trainen op Di. en Do
Trainen op de strategie & visie
Invulling door trainers van Team DVS 1, 2 en A1.
Wedstrijd
Bespreking
Team DVS 1 en 2 zondags voor de wedstrijd.
Verzorging 2013/14
Maarten Oomen.
Uitvoering van de strategie & visie
Invulling door trainers van Team DVS 1 en 2, door opstelling van de juiste spelers op de juiste plek en door juiste keuze van spelsysteem.
Door goede coaching en wisselbeleid de wedstrijden optimaal beïnvloeden.
Lichtwedstrijden
Het 1ste elftal moet als eerste een keuze kunnen maken uit de te spelen lichtwedstrijden. Deze wedstrijden kunnen we onderverdelen in:
a) Voorbereiding zomer dit mag geen probleem zijn (langer licht meerdere velden beschikbaar)
b) Voorbereiding 2de helft van het seizoen Het voorstel is om de maanden januari en februari de dinsdag vanaf 20.00 uur het veld vrij te
houden voor de selectie. Voor 20.00 uur zouden eventueel andere teams van het veld gebruik kunnen maken. (afhankelijk van kwaliteit
veld)
Overige dagen van de week is het veld beschikbaar voor alle teams.
50
c) Tijdens het seizoen Als de competitie normaal verloopt dan is de huidige opzet geen probleem,maar als er afgelasting plaats vind en het
1ste heeft geen wedstrijd door de week dan moet de mogelijkheid er zijn om deze in te gelasten, ook al zijn zij op dat moment niet aan de
beurt.
Hetzelfde geldt natuurlijk voor beker/inhaalwedstrijden die in dat seizoen plaats vinden, is er niets in te halen of beker of andere wedstrijd
dan is het veld/licht beschikbaar voor de selectie.
51
11. Randvoorwaarden Technisch beleidsplan
Het Hoofdbestuur ondersteunt de visie en doelstellingen in dit Technische Beleidsplan en zal bij uitvoering hiervan daar waar nodig en
mogelijk ruimte/faciliteiten creëren voor:
 Jeugdtrainers, keepertrainers en scouts.
 Opleidingen en andere nevenactiviteiten.
 Goede trainingsmaterialen, accommodatie en velden.
Alle besluiten voortkomend uit de in dit plan beschreven rollen en verantwoordelijkheden ten gevolge waarvan DVS-geld zou moeten
worden besteed, behoeven de goedkeuring van het Hoofdbestuur.
52
12. Nawoord
De reden voor het opstellen van dit voetbaltechnische beleidsplan is dat er duidelijk behoefte bestaat aan een goede, duidelijke en
herkenbare technische organisatie binnen DVS. Een grote vereniging met zoveel jeugdspelers kan eigenlijk niet zonder een
voetbaltechnisch beleidsplan.
Het is noodzakelijk dit voetbaltechnische beleidsplan jaarlijks te toetsen en aan het eind van ieder seizoen te evalueren. De TC zorgt
hiervoor, in samenwerking met het Hoofdbestuur.
Met de medewerking van onze huidige en toekomstige trainers, onze kaderleden en overige hopen wij dat dit voetbaltechnisch beleidsplan
in de toekomst zijn vruchten zal gaan afwerpen. Het begint met ambitie!
53