Belangrijkste plagen uit het waarnemersnetwerk en de

Plagen uit het waarnemersnetwerk
Mogelijkheden naar bestrijding
binnen IPM
Doel van waarnemingen
• Percelen monitoren in het aanbouwgebied
• Biologie opvolgen
• Plagen opmerken in een vroeg stadium
– Afwijkende groei, aantasting, vraat
– Vallen controleren: schadedrempels
– Input leveren voor waarschuwingsberichten
• Duurzame gewasbescherming bevorderen
– Doelgericht: juiste moment
– Economisch: enkel bij risico op verlies
– Milieusparend: minder
WN&WS als onderdeel van IPM
Preventie
Registratie
Waarnemen
Waarschuwen
Interventie
Waarnemen
Insecten en mijten
Insecten
Plagen Rupsen
Groene Druivencicade
Fruitvliegen
Luizen
Groene Druivenwants
Nuttigen OLH-beestje
Larve van Gaasvliegen
Sluipwespen
Oorwormen
Roofwants
Mijten
Groezelmijt / Roestmijt
Druivenviltmijt / Pokkenmijt
Rode Spin
Bonenspint
Roofmijten
Fluweelmijt
Insecten
Rupsen
• Aardrupsen, voorjaarsuilen en spanners
– kantrijen controleren
– Schadedrempel 2-3 % aangetaste knoppen
(Zuid-Tirol 4-5%)
(FR 10-20% van de stokken met aantasting)
• IPM benadering
– Gewas controleren tijdens kritieke stadia
• Zwellende en openbrekende knop (BBCH03)
Rupsen
• Bladrollers
– Eulia bladroller
– Trosrups
(Argyrotaenia
pulchellana)
(Lobesia botrana)
• Niet waargenomen
– Vruchtbladroller
• Niet waargenomen
(Eupoecilia ambiguella)
Rupsen - Bladrollers
– Schadedrempel
• 1ste generatie (Heuworm)
– Vraat aan bloemen
– Spinsel in jonge trossen
– >30 % aangetaste trossen of 30 rupsen/100 trossen
• 2de generatie (Sauerworm)
– Vreten aan en in de bessen
– Ras gevoelig aan Botrytis: 2 % aangetaste trossen
– Ras weinig Botrytisgevoelig: 5-10 % aangetaste trossen
– Aanwezigheid motten opvolgen met feromoonvallen
• > 15 motten/val/week
Bron: agraria.org
Bron: INRA
Feromoonvallen: vangsten ‘Eulia’ 2012 vs. 2013
2 generaties (begin mei, eind juli): geen schade
Groene Druivencicade (Empoasca vitis)
• Verkleuring in mozaïekpatroon begrensd door
nerven
• Bladrand krult op
• Piek eind augustus (2013)
• Bij sterke aantasting: bladcontrole in juni
• IPM benadering
– Vluchten opvolgen met gele kruisvallen
– Indien de haag nog voldoende kan doorgroeien
kan het verlies aan fotosynthese gecompenseerd
worden
Bron: myworldmycameraandme.com
Groene Druivencicade (Empoasca vitis)
• Schadedrempels volgens land
Land Generatie Groeistadia (BBCH)
Schadedrempel
D
CH
meestal geen behandeling nodig
1°
2°
bloeiwijze vergroot (55)
druiventros begint te sluiten (78)
250 L/100 bladeren
3-5 L/blad
FR
100 L/100 bladeren
1°
Z-Tirol
2 tot 6 bladeren (12-16)
meer dan 15 bladeren (+ 15)
gevoelige var.
2 L/50 bladeren
1 L/50 bladeren
L=larve(n)
• Afhankelijk van de hoeveelheid loof
weinig gevoelig
3L/50 bladeren
2L/50 bladeren
Fruitvliegen
• Inheemse soorten op gebarsten bessen
• Uitheemse D. suzukii
– °2008 in Europa
– Eileg met legboor in gezonde rijpende bessen
– Schade door maden
– Wespen worden aangetrokken door sap
– Botrytis ontwikkelt op aangetaste bessen
– Maden nog niet waargenomen in druiven
Fruitvliegen
• Drosophila suzukii
– Voorkeur voor donker fruit met dunne schil
• Braam-, vlier
• Donkere en rode druivenvariëteiten, minder bij witte
– Complete ontwikkeling sporadisch in druiven in
Zuid-Europa
Fruitvliegen
• IPM benadering
– Preventief:
• Oogstresten opruimen waar mogelijk
• Geen trossen laten hangen
• Pluk tijdig zodat de trossen niet overrijp worden
– Waarnemen:
• Val met appelazijn als lokstof
• Wegvangen adulten: voldoende vallen
• Starten met enkele vallen aan rand perceel
– Chemische bestrijding
• Verwachte oogstverlies
• Opletten met resistentie: 2 actieve stoffen
• Wachttermijnen respecteren 7-14d
– Vangsten interpreteren
Vitisblogwordpress.com
Luizen
• Onder schadedrempel, amper gezien
• Druivenluis (Daktulosphaira vitifoliae, Viteus vitifoliae,
Phylloxera vitifoliae)
– Schadedrempel: 1 larve vanaf 03 en 07
– IPM benadering
• Aangetaste delen: bladeren verwijderen en vernietigen
• Op juiste moment behandelen: stadium 05 en 07° blad
• Schildluis (Eulecanicum corni)
– Schadedrempel FR: ‘s zomers aanwezig op 25 bladeren
(onderkant blad)
– IPM benadering
• Behandelen op juiste moment: in voorjaar tijdens migratie
• Roetdauwschimmel beïnvloedt fotosynthese
Groene Druivenwants (Lygus spinoloï)
• Lokaal aanwezig
– Kantrijen in de buurt van gemengde vegetatie
• Perforaties in bladeren
• Behandeling
– Groene punt (09) – 3° blad (13)
• IPM benadering
– Schade markeren en opvolgen in volgend jaar
Bron: Agroscope
Bron: knnv
Mijten
Groezelmijt of Roestmijt (Caliptrimerus vitis)
• Winter:
– Schadedrempel: 20 mijten/knop (BBCH00)
• Lente:
– Schadedrempel: 3 mijten/knop (BBCH09)
– Groeiremming
• Kleine en opgekrulde bladeren
– Zigzag verkorte internodiën
• Zomer:
– Schadedrempel: 100 mijten/blad (BBCH13)
– doorschijnende bladvlekken, niet verwarren met Trips
– Bladeren bronzeren bij sterkere aantasting
Bron: JKI
Druivenviltmijt of Pokkenmijt (Colomerus vitis)
•
•
•
•
•
•
•
Vooral op jonge stokken
Groen of roodachtige blaasjes
Wit (later bruin) vilt op onderzijde
Bij hoge druk aantasting jonge tros
Schadedrempel: >20 stokken bijeen/haard
Preventief van 1-4° groeijaar
IPM benadering
–
–
–
–
Schade registreren en opvolgen in volgend jaar
Behandel op juiste moment samen met Roestmijt
Let op: gebruik nevenwerking van zwavel
Controle op roofmijten
• Rode Spin (Panonychus ulmi)
– Niet waargenomen
• Bonenspint of Spintmijt (Tetranychus urticae)
– Niet waargenomen
• IPM benadering
– Opletten met maaien en herbiciden
– Roofmijten sparen
Bron: JKI
Bron: JKI
Besluit
• Er werden weinig plagen waargenomen en de plagen
blijven onder de schadedrempel
• De inrichting en het beheer van de wijngaard
beïnvloeden het evenwicht tussen nuttigen en plagen
• Evenwicht bevorderen door bvb.:
–
–
–
–
Bloemen, hagen, akkerranden
Kunstmatige schuilplaatsen
Selectieve middelen
…
• Behandeling op juiste moment
– Waarnemen en waarschuwen
Zijn er vragen?