Jeugdcriminaliteit. Sectorwerkstuk Jeugdcriminaliteit Door: Astrid de Vegt, Jolanda van der Werff, Laura Kiers, Renske Visser & Wianda Jongsma. Klas: 4A. Datum: Begeleiders: Meneer Poeze en Mevrouw Vanca. 1 Inhoudsopgave Pagina 1 Pagina 2 Pagina 3 Pagina 4 Pagina 6 Pagina 9 Pagina 13 Pagina 19 Pagina 21 Pagina 23 Pagina 27 Pagina 30 Pagina 35 Pagina 36 Pagina 37 Voorpagina Inhoudsopgave Inleiding Hoe komen jongeren in de criminaliteit terecht? Soorten jeugdcriminelen De straffen De jeugdgevangenis De nazorg Maatregelen tegen jeugdcriminaliteit Interview bureau Halt Interview Het Poortje Enquête Hoofdvraag wat is jeugdcriminaliteit Nawoord Bronnen 2 Inleiding Wij houden ons werkstuk over jeugdcriminaliteit. Elke dag wordt er wel een jongere opgepakt, omdat diegene een delict heeft gepleegd. Zoals een snoepje bij de kruitvat stelen of zelf iemand op straat in elkaar slaan. We hebben het niet altijd door, maar het gebeurd overal om ons heen. De ouderen hebben er vaker last van dan de jongeren, want ze voelen zich vaak bedreigd en onveilig als er een groep jongeren langs de kant staat. Maar wat is jeugdcriminaliteit precies en wat gebeurd er daarna met de jongeren? Ons leek het wel een interessant onderwerp er wordt veel over gesproken. Wat er met deze jongeren gebeurd als ze worden opgepakt en alles wat er vooraf en daarna met ze gebeurd. Dat gaan we allemaal vertellen we gaan ook interviews houden. We zijn er nieuwsgierig na want we zitten zelf ook in de leeftijd. Wij dachten dat het meer in de Randstad voorkomt en door Marokkanen, maar of dat ook echt zo is? We denken al snel dat het valt allemaal wel mee en we hebben er toch nooit iets mee te maken, maar je komt er zomaar in terecht. Jongeren doen het vaak, omdat ze er bij willen horen en om stoer te doen. Maar ze beseffen vaak niet hoe erg het kan zijn voor anderen. Ze denken alleen maar aan hun zelf, of ze wel stoer genoeg zijn, en niet aan de anderen bij wie ze het aanrichten. In dit werkstuk werken we al deze vragen uit. We willen in er in dit werkstuk achter komen hoe jeugdcriminaliteit in Nederland is, wat er daarna gebeurd etc. Onze hoofdvraag is: Wat is jeugdcriminaliteit? Onze deelvragen zijn: Hoe komen jongeren in de criminaliteit terecht? Soorten criminelen. De straffen. De jeugdgevangenis. Nazorg. Maatregelen tegen jeugdcriminaliteit. 3 Hoe komen jongeren in de criminaliteit? Opvoeding Eén van de belangrijkste oorzaken van jeugdcriminaliteit ligt bij de opvoeding. Een kind kan een slechte opvoeding krijgen door bijvoorbeeld onwetendheid van de ouders, ze weten niet hoe je een kind moet opvoeden, dit komt vaak voor bij jonge ouders. Als de opvoeders zelf problemen hebben heeft dit ook gevolgen voor de opvoeding van een kind, hierbij kun je denken aan bijvoorbeeld verslavingen of psychische problemen. Doordat de opvoeders deze problemen hebben neemt de controle over het kind af, het kind gaat doen waar hij/zij zin in heeft. Ook kan het komen doordat het kind thuis problemen heeft, voorbeelden van deze problemen zijn mishandeling, drank- drugsgebruik, gescheiden ouders of te weinig aandacht door veel kinderen. Normaal leren de kinderen van huis uit wat normen en waarden zijn en om respect te tonen voor anderen, als dit dan al niet goed word aangeleerd is de kans groter dat deze kinderen later in de criminaliteit terecht komen. Leefomgeving Het heeft te maken met de leefomstandigheden omdat Wanneer je in een slechtere buurt leeft hoe meer criminaliteit er plaats vind. In grote steden bevindt zich vaak veel meer criminaliteit dan buiten de grote steden. Als er problemen thuis zijn, omdat je ouders vaak ruzie hebben of de relatie tussen het kind en de ouder niet goed verloopt gaan jongeren vaak naar buiten. Of omdat ze geen goede opvoeding hebben gehad en weinig toetreden hebben gehad van de ouders. Hoe kan onderwijs leiden tot criminaliteit? Als de probleemjongeren op school in aanraking komen met andere probleemjongeren kan dat tot een ‘gevaarlijke’ groep leiden. Ze nemen de gewoonten van elkaar over en al snel kunnen ze gaan spijbelen of gewoon wegblijven van school. Dit leid ertoe dat ze geen diploma krijgen en dan denken dat ze niks meer kunnen doen in de toekomst. Er zijn ook andere manieren waarom het onderwijs te maken heeft met jeugdcriminaliteit. Het kan namelijk ook komen doordat de jongeren zich kansloos voelen in de klas. Het niveau is te hoog gegrepen voor ze en dan denken ze dat ze niks meer kunnen en de cijfers gaan steeds verder achteruit. Dit kan leidden tot wegblijven van school en in aanraking komen met andere jongeren die van school gegaan zijn. 4 Problemen op school Er zijn veel jongeren met problemen op school. Ze halen slechte cijfers, komen vaak te laat en soms spijbelen ze zelfs! Een paar keer te laat komen is helemaal niet erg, maar als je altijd te laat komt is dit tegen de wet in. Ook spijbelen mag niet. Bij 9 keer spijbelen of bij 12 keer te laat komen kom je terecht bij bureau halt. Eerst word je in contact gebracht met de leerplichtambtenaar en als die niet kan helpen sturen ze je verder naar bureau halt. Als jongeren bij bureau halt terecht komen worden ze geconfronteerd met hun fouten en krijgen ze de kans het weer recht te zetten. Ook de ouders krijgen een grote rol om te voorkomen dat hun kind doorgaat met spijbelen en te laat komen. De straf die ze bij Halt krijgen bestaat uit 3 gesprekken, een leeropdracht en ze moeten hun excuses aanbieden. In het eerste gesprek bespreekt de Halt-medewerker samen met de jongere en de ouders het spijbelen en de mogelijke oorzaken daarvan. De jongere krijgt een leeropdracht mee die te maken heeft met het spijbelen of te laat komen. In het tweede gesprek wordt die opdracht beoordeeld en oefenen ze hoe de jongere zijn/haar excuses aan gaat bieden aan de school. De jongere moet zijn/haar excuses aanbieden aan de mentor of de conrector van de school. In het laatste gesprek worden met de jongere en zijn/haar ouders de gesprekken en de opdrachten besproken en wordt er gekeken of het spijbelen of te laat komen waarschijnlijk niet meer voorkomt. Als de jongere zich aan alle afspraken heeft gehouden die ze met halt hadden afgesproken, word dit doorgegeven aan de leerplichtambtenaar en kan de leerling zonder verdere problemen zijn school afmaken. 5 Soorten jeugdcriminelen Meelopers Deze groep laat zich gebruiken door de criminele jeugd, ze moeten bijvoorbeeld inbraken plegen in opdracht. Hierbij gaat de winst naar de criminele jeugd en krijgt de meeloper eigenlijk niks. De meelopers voelen zich vereerd omdat ze voor de criminele jeugd mogen werken. Vaak komen de meelopers in de zware criminaliteit terecht. Allochtone jeugdcriminelen Het blijkt dat allochtonen vaker in contact komen met de politie. Het begint met de opvoeding, de opvoeding tussen de Nederlanders en allochtonen is erg verschillend. Dat ligt vooral aan de verschillende culturen. In de Marokkaanse en Turkse culturen heb je te maken met de islam. De cultuur van de moslims bestaat uit strenge regels waar de jongeren zich meestal niet aan willen houden maar toch moet van hun ouders. Groepsdruk Wanneer je spreekt van groepsdruk gaat het erom dat je graag met een groep mee wilt doen en daarom al de dingen doet die de groep ook doet. Bijvoorbeeld je wilt vrienden worden met een groep en die groep doet dingen die jij normaal niet zou doen. Dat kan in positieve en in negatieve zin. Het kan te maken hebben met opvattingen over bepaalde onderwerpen, muziek voorkeur, kleding, geloof en kijk op het leven. Als die vrienden roken, drinken en blowen ga jij dat ook doen omdat je er graag bij wilt horen, als je het niet doet hoor je niet bij die groep. Sommige mensen zijn erg gevoelig voor groepsdruk, ze gaan snel mee in dingen die de groep doet en zegt. Maar als je alleen bent kan je je heel anders gedragen dan als je met een groep vrienden bent. Negatieve groepsdruk: Bij negatieve groepsdruk word je soms gedwongen om dingen te doen die je eigenlijk helemaal niet wil doen. Als je bijvoorbeeld streng tegen roken of drugs bent maar je vrienden gebruiken het en ze dwingen je er toe, ga je het ook gebruiken, omdat je bang bent om er niet meer bij te horen. Groepsdruk wordt bedoeld om iemand zo te veranderen dat het bij de groep in het plaatje past. Positieve groepsdruk Wanneer je vrienden zich richten op goed gedrag en goede cijfers, ga jij al snel mee in het goede cijfers halen en goed gedrag. Positieve groepsdruk is gericht op goede dingen zoals geen verboden dingen doen, niet roken, met mate drinken en tegen drugs zijn. 6 Groepscriminelen Jongeren trekken vaak in groepen op. Daarom vind criminaliteit vaak in groepen plaats. Meestal willen ze zichzelf bewijzen. Ze dagen elkaar vaak uit en plegen daardoor vaak strafbare feiten. Vooral met gestructureerde groepen. Een gestructureerde groep houdt in dat er één iemand de leider is, één subleider en de rest van de groep bestaat uit meelopers. In zo’n groep heeft iedereen zijn eigen plaats en doordat iedereen zijn eigen plaats heeft komt het wel eens voor dat als een jongeren tot een groep wil toetreden daarvoor iets moet doen. Zo’n groep gaat dan meestal veel verder dan wat ze anders doen. Ze durven dan vaak veel meer dan als ze alleen zijn. Ongeveer 75% van gepleegde delicten wordt door jongeren gepleegd. Als je in een groep bent zijn er altijd een paar die alleen toe kijken hoe een ander een bushokje kapot sloopt. Als een jongere ouder begint te worden gaan ze minder uit halen. Die gene die wel door gaan doen het in een klein groepje of zelfs alleen. Er zijn verschillende achtergronden en kenmerken van jeugdcriminaliteit: - leeftijd: uit onderzoek komt het volgende: als ze rond de 16 zijn bestaat de groep meestal uit 4 of meer personen. Als ze tussen de 16 – 20 jaar zijn blijkt het dat ze nog maar uit 2 personen bestaan. Als de leeftijd stijgt gaan jongeren de delicten alleen uitvoeren. - Geslacht: het blijkt dat er veel meer jongens dan meisjes betrokken zijn bij een delict. Als een meisjes een delict plegen doen ze dat meestal met een groep. Jongens doen het meestal alleen. Als een meisje bij een misdrijf is heeft ze vaak een relatie met een jongen. Het meisje is vaak ook de jongste van de groep. - Politiecontacten: Bij jongeren in een groep is de kans groter dat ze opgepakt worden dan dat ze alleen een misdrijf plegen. Het komt doordat een groep veel sneller opvalt dan als je alleen bent. Je hebt ook een grote kans dat een iemand van je groep je verraad. Iedereen heeft een andere karakter hier noem ik er 3: * Hinderlijke groepen: deze groepen geven vaak overlast aan de buurt * Overlastgevenede groepen: ze hebben vaak ernstige delicten begaan een voorbeeld is een openbaar geweldpleging. * Criminele groepen: plegen vaak ernstige misdrijven zoals inbraken of drugshandel. 7 Verstandelijke beperking Veel kinderen in de jeugdgevangenis hebben een gedagsstoornis of een verstandelijke beperking. Veel jongeren met een licht verstandelijk handicap hebben niet alleen een best laag IQ (IQ score van 50 tot 85) maar ook vinden ze het vaak erg moeilijk om zich sociaal aan te passen. Ze hebben geen controle over hun agressie en ook zijn ze meestal makkelijk te beïnvloeden. Als mensen met een licht verstandelijk handicap niet opgroeien in de goede leefomgeving komen ze al snel terecht in ‘foute’ situaties omdat ze zo makkelijk te beïnvloeden zijn en ze beseffen niet goed waar ze mee bezig zijn. Doordat ze niet goed nadenken voordat ze iets doen komen ze snel in aanraking met criminaliteit 8 De straffen Er zijn binnen het jeugdstrafrecht verschillende soorten straffen, dit hangt af van de ernst van de misdaad en de eerder gepleegde misdaden, ook hangt de straf af van de leeftijd. Het jeugdstrafrecht kent geen minimum straffen maar wel maximum straffen. Half afdoening Bij veel gevallen wordt bij het eerste politiecontact een half-afdoening voorgesteld. Een half-afdoening kan je maximaal 2 keer krijgen aangeboden en er moet dan minimaal een periode van een half jaar tussen zitten. Een half-afdoening is een taakstraf die buiten de justitie om wordt gedaan. Het voordeel hiervan is dat je geen strafblad krijgt. Als je terecht komt bij Halt vindt er eerst een gesprek plaats met een medewerker van Halt. Dit gesprek gaat over wat er is gebeurt en welke straf vastgesteld wordt. Meestal is excuses aanbieden een deel van de Halt-afdoening. Hiernaast volgt vaak een werkstraf van 20 uur. De jongeren worden hierbij begeleid door een medewerker van Halt of een externe begeleider. Bij deze werkstraf staat het herstellen van de aangerichte schade centraal. Als de jongere deze werkstraf heeft afgerond volgt er nog een eindgesprek. Halt bied ze dan nog geen leerstraf aan maar wel leeropdrachten. Deze opdrachten zijn vaak huiswerk en bestaat uit bijvoorbeeld een verslag maken over het strafbare feit. Ook heeft Halt een project. Dit project heet ‘stop voor rood’ bij dit project krijgen jongeren die door een rood licht rijden een Halt-afdoening aangeboden in plaats van een boete. Overige straffen - Het in beslagnemen van eigendommen, bijvoorbeeld scooters en illegale goederen. Het betalen van een boete of schadevergoeding. 9 Taakstraf De meest voorkomende straffen bij jongeren zijn de taakstraffen, de officier van justitie en de kinderrechter kunnen een taakstraf opleggen. Maar de officier van justitie kan nu alleen nog maar korte taakstraffen tot 40 uur opleggen. Je ouders moeten hiermee instemmen, als dit niet het geval is zal de zaak door een rechter worden behandeld. De raad van de kinderbescherming is verantwoordelijk voor de ondersteuning en voorbereiding van de taakstraffen, hiermee word bedoeld dat de Raad de jongere plaatst op een bepaald project en daarop ook toezicht houdt, en na afloop de taakstraf rapporteert aan het Openbaar Ministerie. Er zijn twee soorten taakstraffen: Leerstraf: Een leerstraf word net als een werkstraf voor een aantal uren opgelegd. Een leerstraf is een straf dat bestaat uit een cursus of een verplichte training. Het doel daarvan is dat de jongere leert omgaan met dingen wat hij moeilijk vind. Een aantal leerstraffen zijn: beter leren omgaan met agressie, geld, alcohol/drugs of seksualiteit. Het soort leerstraf dat een jongere krijgt, hangt af van wat hij nodig heeft om niet weer de fout in te gaan. Werkstraf: Bij een werkstraf moet de jongere werk doen. Het aantal uren van de straf hangt af van het gepleegde feit en of de jongere al eerder veroordeeld is. De straf word veelal gedaan bij bijvoorbeeld gemeentelijke diensten of in een zieken of verzorgingshuis. Ze krijgen hier niet voor betaald want, het is tenslotte een straf. De jongere word bij je de straf altijd begeleid door een medewerker van de Raad voor de Kinderbescherming, hiervoor vind eerst een intake gesprek plaats en er worden afspraken gemaakt. Houdt de jongere zich niet aan deze afspraken dan krijgt de jongere een officiële waarschuwing, dit kan maximaal twee keer. Houdt de jongere zich dan nog niet aan de afspraken dan word de straf terug gelegd bij de kinderrechter. De kinderrechter beslist dan wat voor straf de jongere dan krijgt. Bij een mislukte taakstraf kan de straf worden omgezet in jeugddetentie, iedere twee uur taakstraf staat dan voor een dag detentie. Stop Het jeugdstraf valt voor jongeren vanaf 12 jaar. Maar voor jongeren onder de 12 is er bij bureau Halt een STOP-reactie. Een STOP-reactie is een gesprek met de ouders en het kind, het kind moet in dat gesprek een vragenlijst beantwoorden. Door deze vragenlijst word een inschatting gemaakt van de situatie en de ontwikkeling van het kind. Als de situatie te erg is wordt er besloten om maatregelen te nemen dit kan doormiddel van excuses, als er schade is dat herstellen en een huiswerkopdracht. Als dit gedaan is en afgerond is komt er nog een eindgesprek. 10 Sepot Sepot betekent eigenlijk geseponeerd. Als dit gebeurt betekent dat dat er geen vervolging komt en geen straf voor de jongere. Wanneer een zaak geseponeerd wordt is er bijvoorbeeld geen bewijs dat de jongere betrokken was bij de zaak. Een geseponeerde zaak kan ook voorwaardelijk zijn, dat betekent dat de zaak op een proeftijd wordt gezet. De proeftijd kan dagen maar ook maanden duren. Als die jongere een strafbaar feit pleegt in die proeftijd volgt er alsnog een straf, pleegt die jongere geen strafbaar feit in die proeftijd gaat diegene gewoon vrijuit. Jeugddetentie Wanneer je een delict hebt gepleegd wat zo erg is dat het niet met een andere straf opgelost kan worden, kom je terecht in de jeugddetentie. Als je in de jeugddetentie komt word je dus eigenlijk in hechtenis genomen. Alleen door een kinderrechter kan je die straf opgelegd krijgen. Als je 16-17 jaar bent kun je maar voor 2 jaar in de jeugddetentie komen. als je 12- 15 jaar bent kun je maximaal 1 jaar in de jeugddetentie komen. Je zit dan 24 uur per dag in een cel. Maar het grootste deel van de dag verblijf je in een leefgroep. In deze groepen zijn de jongens en meisjes gescheiden van elkaar. De jongeren moeten wel naar school binnen de inrichting. In Nederland zijn er 17 justitiële jeugdinrichtingen samen zorgen zij voor 1050 opvangplaatsen en 1276 behandelplaatsen. Geldboete Voor allerlei overtredingen kun je een geldboete krijgen, bijvoorbeeld als je geen licht hebt ’s morgens als je naar school fietst, of als je jezelf niet kan identificeren. Als je een geldboete hebt gekregen, krijg je een bericht thuis gestuurd. Als je deze boete niet binnen een bepaalde tijd betaalt, krijg je 2 keer een verhoging van het bedrag. Wanneer je de geldboete dan als nog niet betaalt, stelt het centraal justitieel incassobureau een deurwaarder in. In het strafrecht word er onderscheid gemaakt tussen delicten en overtredingen. In de meeste gevallen worden er bij overtredingen een geldboete uitgedeeld. Straffen voor kinderen onder de 12 jaar Als een kind jonger dan 12 jaar iets crimineels doet mag hij/zij niet strafrechtelijk worden vervolgd. De politie mag het kind wel verhoren en fouilleren. Als het criminele gedrag van een kind onder 12 jaar echt uit de hand loopt kan de rechter hulp inschakelen van de kinderbescherming. De rechter zelf mag en kan geen straffen geven aan het kind. Als de kinderbescherming komt dan worden er maatregels getroffen als ondertoezichtstelling of zelfs uithuisplaatsing. Ondertoezichtstelling is dat er een gezinsvoogd wordt aangewezen die de ouders en het kind helpt problemen thuis op te lossen. Uithuisplaatsing komt alleen voor als het echt nodig is. Het kind wordt dan in een tehuis of een pleeggezin geplaatst. 11 Straffen voor kinderen 12 t/m 18 Jongeren vanaf 12 jaar zijn zelf verantwoordelijk wanneer ze iets strafbaars hebben gepleegd. Dat ze zelf verantwoordelijk zijn betekend dat ze volgens het jeugdstrafrecht worden berecht. Als ze een wettelijk strafbaar iets hebben gepleegd kunnen ze worden gestraft bij bijvoorbeeld bureau Halt. Je krijgt dan een Haltafdoening. Als je bij bureau Halt komt kom je niet terecht bij het openbaar ministerie en is het voordeel dat je geen strafblad krijgt. Een strafblad betekend dat de strafbare feiten die iemand heeft gepleegd worden geregistreerd bij de politie en justitie. Als iemand een strafblad heeft kan het zijn dat het moeilijker is om een baan of stageplek te vinden. Kinderen onder de 18 jaar worden dus nog niet als volwassenen behandeld maar ze zijn wel zelf verantwoordelijk voor eventuele gevolgen. Nachtdetentie Bij nachtdetentie wordt de jongere alleen s’ nachts in een justitiële inrichting geplaatst. Jongeren die iets strafbaars hebben gepleegd komen in aanmerking met nachtdetentie als er een voorlopige hechtenis wordt gevorderd voor het strafbaar feit wat hij/zij heeft gepleegd. Het schijnt dat de schadelijke effecten van een gevangenisstraf minder erg worden. De jongeren houden een band met de samenleving, waardoor ze waarschijnlijk in de toekomst minder crimineel gedrag vertonen. Bij nachtdetentie zijn wel een paar bepaalde voorwaarden : Nachtdetentie is alleen voor jongeren tussen 12 en 18 jaar. De jongere moet een zinvolle, gestructureerde dagindeling hebben. Hij/zij moet naar school of een stage hebben. De dagbesteding moet niet te ver weg zijn in verband met vervoer. De jongere moet zich houden aan de regels die gelden bij nachtdetentie. De jongere mag niet spijbelen of een andere criminele activiteit plegen anders worden er direct andere maatregels getrokken en is de kans groot dat hij/zij in een inrichting komt voor dag en nacht. De jongere moet een contract tekenen waar in staat dat hij/zij zich aan alle regels zal houden. 12 De jeugdgevangenis Hoe is de jeugdgevangenis ontstaan? Tussen 1795 en 1905. Er kwamen wetten voor zorg van criminele jongeren. Er werden 10 tallen tehuizen opgericht in de loop van de 19e eeuw. Het tehuis was bedoeld voor meisjes en jongens. In 1836 waren er nog zo’n 100 plekken en in 1905 al meer dan 800 plekken. Toen er nog geen tehuizen waren werden jongeren gewoon in gevangenissen opgesloten. Later toen er tehuizen kwamen richtten ze meer op de opvoeding en niet op de straffen die ze moesten hebben. Er waren 2 soorten: * Veroordeelden: moesten gestraft worden * Opvoeders: richten zich op de opvoeding De eerste echte jeugdgevangenis werd geopend in Rotterdam in 1833. De jongens en meisjes zaten eerst bij elkaar, maar in 1836 werden de meisjes naar Amsterdam gebracht. Bij de jongens werd in 1857 van elkaar gescheiden. De opvoeders werden apart genomen en de veroordeelden in een gevangenis gestopt. In 1886 kwam de gestichtenwet. Eerst moesten de jongeren de straffen helemaal uit zitten. De gestichtenwet houd in dat dat ze opnieuw worden opgevoed in een gesticht van de overheid. Het word ook wel de rijksopvoeding genoemd. Jongens en meisjes werden daarna niet meer in jeugdgevangenissen opgesloten. In 1901 kwam de kinderwet deze wet houd in dat de kinderen beter werden behandeld. Er kwamen ook tuchtscholen. Kinderen die korte straffen hadden kwamen hier terecht. Jongeren worden nu niet meer gestraft op wat ze gedaan hebben. Ze letten meer op de opvoeding. Zodat ze geen dingen meer doen in de toekomst 13 Bezoek in een jeugdgevangenis Ieder kind heeft recht op 1 uur bezoek in de jeugdgevangenis. Niet per dag maar in een hele week. Je mag niet zomaar een dag uitkiezen, maar er zijn speciale bezoekerstijden. Als je gewoon een dag langs komt om je kind te willen zien is dat niet mogelijk. Er zijn een aantal regels als je op bezoek wilt komen die regels zijn: - Er mogen maximaal 5 personen per keer op bezoek komen - Personen die minderjarig zijn mogen niet alleen lang komen, maar alleen met een meerderjarige erbij. - Huisdieren moeten thuis blijven en mogen niet mee Er kan ook iemand op bezoek komen wat de jongeren zelf helemaal niet wilt dat die langs komt hij/zij kan die persoon weigeren, maar niet alleen de jongeren mag dat ook de gevangenis zelf mag dat bepalen of iemand niet mag langs komen diegene mag dus ook een persoon weigeren. Dat doen ze alleen als ze iemand niet helemaal vertrouwen. Als je je kind wilt komen bezoeken moet je je legitimatie laten zien bij aankomst. Als je 12 jaar of ouder bent moet je een geldig legitimatie hebben. Dat kan zijn: 1. Geldig rijbewijs 2. Geldig paspoort 3. Identiteitsbewijs Wat mag je meenemen in de jeugdgevangenis en wat niet? Je moet eerst overleggen met iemand van de gevangenis of je iets wilt meenemen. Je mag dus niet zomaar iets meenemen. Je mag geen jas, tassen, drugs of sigaretten meenemen voor de gevangene. De controle is daar extra streng in. Je mag wel meenemen: Een literfles gevuld met frisdrank of vruchtensap 1 pak chips, snoep, koek of chocolade (onaangebroken in de originele verpakking) En je mag 1 kg fruit meenemen Overige producten zijn: Kleding, toiletartikelen, deodorant, aftershave, cd’s, haarproducten en foto’s 14 Jeugdgevangenis in het buitenland In Londen wordt er teveel geweld gebruikt in een jeugdgevangenis door de bewakers. Daar hebben ze een onderzoek naar gedaan. Als de jongeren niet gehoorzamen doen de bewakers ze onnodig pijn. In nog geen twee jaar tijd was er in een jeugdgevangenis in Engeland 15.000 keer gebruik gemaakt van geweld. Daarbij raakten veel jongeren gewond. Er worden ook kinderen naakt gefouilleerd. De jeugdgevangenissen zijn gesloten nadat ze hoorden dat zelfs een 15-jarige jongen is overleden nadat hij hardhandig werd gestraft. 15 Het Poortje. Wat is Het Poortje? Het Poortje is een jeugdinrichting waar kinderen zitten die er door de kinderrechter zijn geplaatst. De kinderen zitten er omdat ze problemen hebben. Ze hebben bijvoorbeeld een gedragsstoornis of worden thuis verwaarloosd. Ook komt het voor dat kinderen seksueel misbruikt zijn, loverboy slachtoffer zijn, drugs en/of alcohol gebruiken of diefstal of geweld plegen (mishandeling, vernieling). De kinderen die in Het Poortje zitten zijn tussen de 11 en 18 jaar oud. In Het Poortje krijgen de kinderen therapie en behandeling om hun te helpen of te beschermen. De meesten blijven ongeveer 6 maanden in Het Poortje en gaan daarna bijvoorbeeld terug naar huis, zelfstandig wonen of soms gaan ze naar een andere inrichting. Het doel van Het Poortje is om de kinderen te leren hoe ze positief en zelfstandig in onze maatschappij te kunnen leven. De geschiedenis van Het Poortje Het Poortje bestaat nu 51 jaar. Het is begonnen aan de Roodeweeshuisstraat achter de V&D. Eerst was het een weeshuis en ze besloten er een jeugdinrichting van te maken. Het Poortje heeft zijn naam te danken aan het poortje dat voor het gebouw stond. Toen het net nieuw was, was er ook een school binnen Het Poortje, ook was er een werkplaats. Het aantal kinderen die in Het Poortje terechtkwamen groeide en het gebouw werd te klein. In 1990 verhuisde Het Poortje daarom naar de rand van Groningen en zit daar nu nog steeds. In 2000 werd er een nieuw gebouw geopend in Veenhuizen. In Het Poortje in Veenhuizen zitten kinderen die echt een zwaar delict hebben gepleegd zoals : inbraak met geweld, steekpartijen of moord. Dit is het poortje in Groningen. 16 Leefgroepen Op het Poortje zijn 12 leefgroepen met maximaal 12 kinderen in een leefgroep. Elke leefgroep heeft een: keuken, zithoek met tv, een eettafel en bijvoorbeeld een pingpongtafel. Ook is er een buitenplaats waar de kinderen buiten kunnen zijn, voetballen of basketballen. Er is ook een plek om gesprekken met de kinderen te voeren. Dit is een woonkamer in het poortje. Dagindeling: corvee Elk kind heeft dagelijks corvee taken, die bestaan uit onder andere: - Afwassen en afdrogen - Wc’s schoonmaken - Vloeren dweilen - Vuilnisbakken legen - En koken De kinderen maken samen met de groepsleiding een menukaart voor 1 hele week. Elke dag koken er dan 2 kinderen samen met de groepsleiding een gerecht voor de hele groep. Dagindeling: algemeen In Het Poortje is een mediatheek waar de groepen 1 keer per week naar toe mogen gaan om: muziek te luisteren of boeken te lezen. De kinderen krijgen elke week zakgeld om daarmee snoep en drinken te kopen in het winkeltje van Het Poortje. Ranja en fruit krijgen ze onbeperkt op hun groep. De kinderen mogen 2 keer per week bezoek krijgen van familie en met toestemming mag er ook een vriend(in) komen. Elke avond kijken de kinderen naar het journaal, zodat ze goed weten wat er in de wereld gebeurt. Fasekaarten Alle kinderen in Het Poortje hebben een fasekaart. Met een fasekaart kunnen ze punten scoren. Als ze een bepaalde score halen worden ze beloond. Ze mogen bij een bepaald aantal punten extra bellen of langer op verlof. De fasekaarten worden elke dag ingevuld door de groepsleiding en de docenten op basis van hun gedrag. 17 De ISO-kamers Als de kinderen in Het Poortje erg boos of gewelddadig zijn, dan worden ze even in een isoleercel gezet om weer rustig te worden. In een isoleercel staat niks dat kapot gemaakt kan worden, er staat alleen een bed en een wc. Dit is een isoleercel. De school De kinderen in Het Poortje gaan gewoon naar school en ze kunnen daar diploma’s halen. Ze krijgen lessen zoals Nederlands, Engels, Wiskunde en Aardrijkskunde. Behalve dat krijgen ze ook praktijkvakken zoals Hout en Metaalbewerking, Kookles, Schilderen, ICT, Sport en Muziek. De kinderen kunnen ook stage lopen binnen Het Poortje. Ze kunnen bijvoorbeeld stage lopen in de technische dienst of in de kantine bijvoorbeeld. Dit is een klaslokaal in Het Poortje. Zomerschool In de zomervakantie mogen de meeste kinderen niet naar huis. Daarvoor wordt geregeld dat ze 4 weken lang mee kunnen doen aan allerlei activiteiten. Er worden activiteiten georganiseerd zoals Hiphoppen, sieraden en kleding maken, vissen en nog veel meer dingen. Op deze manier hoeven ze zich niet te vervelen hebben ze het toch nog een beetje leuk. De beveiliging In Het Poortje is dag en nacht beveiliging. Dit is voor de veiligheid van de kinderen en ook van de begeleiders en docenten. De beveiliging is er zodat de kinderen in Het Poortje nooit alleen zijn. 18 De nazorg Als jongeren uit een jeugdinrichting komen zijn er twee opties. Optie één is dat ze er niks meer aan doen en het kind gewoon verder gaat in de maatschappij. Het voordeel is hier dat het geen geld kost. De tweede optie is dat ze het kind goede nazorg geven. Het nadeel hiervan dat het erg duur is en veel inspanning kost. Het voordeel is dat de jongeren die een goede nazorg gehad hebben veel minder vaak in hun oude patroon terug vallen. Uit cijfers blijkt dat van alle jongeren die uit een jeugdinrichting komen wel 3 van de 4 terug vallen binnen een jaar weer terug in hun oude gedrag, omdat ze geen goede nazorg gehad hebben. Gemeentes zijn hard bezig om goede nazorg te regelen en ze hopen dat de overlast van jeugdcriminaliteit verminderd. De justitie werkt aan een nieuwe wetgeving waarin staat dat nazorg voor jongeren die langer dan 3 maanden in een jeugdinrichting hebben gezeten nazorg verplicht wordt. Het is nu nog op vrijwillige basis, maar er zijn eigenlijk te weinig jongeren die gebruik maken van de nazorg. Doelgroep Jongeren van 12 tot 18 jaar, die vanwege een straf in een justitiële jeugdinrichting (JJI) verblijven, zijn in drie groepen verdeeld: • • • Kinderen die verdachte zijn van een strafbaar feit en wachten de uitspraak van de (kinder)rechter af. Jeugdigen met detentiestraf: zij zitten een vrijheidsstraf uit. Jeugdigen met een PIJ-maatregel (Plaatsing in een Inrichting voor Jeugdigen): zij hebben een geweldsmisdrijf of zedenmisdrijf gepleegd en hebben een ontwikkelstoornis of een psychische aandoening; de rechter heeft een ‘plaatsing in een inrichting voor jeugdigen’ opgelegd. Achtergrond Elk jaar keren 2500 jongeren uit een jeugdinrichting terug naar hun gemeente van herkomst. De kans dat zij oud gedrag weer doen, is groot. Die kans is nog groter als zij geen goede begeleiding krijgen. Verschillende professionals zorgen voor hulp en kijken wat er nodig is om ze weer op weg te helpen. Minderjarige jongeren die uit de gevangenis komen, kunnen tot zes maanden na ontslag uit de inrichting begeleiding krijgen. De Raad van de Kinderbescherming kan deze periode één keer verlengen met nog eens zes maanden. In principe krijgen alle jongeren die door een strafbaar misdrijf in een JJI zijn geplaatst, nazorg in aansluiting op hun verblijf in de JJI. De voorbereiding van de nazorg gebeurt al tijdens het verblijf in de inrichting. Na afloop van de nazorg kan de behoefte aan zorg blijven bestaan. Deze moet in dat geval aansluiten op de nazorgperiode. 19 Verplichte en vrijwillige nazorg Bij jeugdigen met een strafrestant van drie maanden of meer krijgt de verplichte nazorg vorm in een STP (scholings- en trainingsprogramma). Jeugdigen met een langer verblijf in JJI’s moeten verplicht deelnemen aan een scholings- en trainingsprogramma. Voor jongeren die korter dan drie maanden in een JJI verblijven, geldt de verplichte nazorg niet. Deze jongeren (veelal jongeren met een voorlopige gevangenisstraf) verblijven te kort in een JJI om voor hen een STP voor te bereiden. De verplichte nazorg kan hier vorm krijgen door bijzondere voorwaarden. De rechter kan besluiten om aan de veroordeling of aan de schorsing van voorlopige gevangenisstraf bijzondere voorwaarden te verbinden. Het gaat dan bijvoorbeeld om het aangaan van intensieve begeleiding of het volgen van een leerproject. Bij verplichte nazorg aan jongeren worden vaak interventies ingezet die zich richten op gedragsverandering. Vrijwillige nazorg richt zich meestal op de dagbesteding van de jongere. Bij vrijwillige nazorg ontbreekt een strenge begeleiding, waardoor de jongeren hier niet altijd gebruik van maken. Nazorgaanbod Nazorg richt zich vooral op de opleiding, werk, vrijetijdsbesteding en sociaal netwerk. In een nazorgtraject kunnen verschillende voorzieningen nodig zijn, van begeleiding richting school en werk, tot schuldhulpverlening. Ook sociale vaardigheidstraining en trainingen waardoor je minder agressief wordt, worden veel gegeven. Vaak krijgt de jongere een persoonlijke coach als nazorgbegeleider. 20 Maartregelen tegen jeugdcriminaliteit PIJ-maatregel Plaatsing in jeugdinrichting. Als een jongere een geweldsmisdrijf heeft gepleegd, kan hij een PIJ-maatregel krijgen. Die maatregel is bedoeld om criminele jongeren met een ontwikkelingsstoornis of psychische aandoening, te behandelen en te heropvoeden. Zo’n maatregel duurt drie jaar. De jongere krijgt maximaal twee jaar een behandeling van justitie en 1 jaar afhankelijk van justitie. Voordat de jongere de maatregel krijgt, vraagt de rechter altijd aan een gedragsdeskundige hoe hij/zij daar over denkt. Als de dader last heeft van een gebrekkige ontwikkeling of een stoornis, dan vraagt hij het aan een psychiater. De PIJ-maatregel wordt ook wel jeugd-tbs genoemd. Maar het is niet helemaal hetzelfde. Voor het opleggen van tbs moet de dader een gebrekkige ontwikkeling of een stoornis van je geestvermogens (wat je hersenen kunnen) hebben. Ouders betrekken Als een minderjarig kind bij de rechter moet verschijnen zijn de ouders of verzorgers verplicht aanwezig te zijn, Zo krijgt de rechter een beter beeld van de gezinssituatie en van de jongere zelf. Als de ouders niet komen kan de rechter een ‘bevel tot medebrenging’ afgeven. De ouders worden dan opgehaald door de politie. Zij moeten dan in een cel van de rechtbank de zitting afwachten. De ouders worden voor de rechtszitting al betrokken, de Raad voor de kinderbescherming nodigt de ouders dan uit voor een gesprek. Ook word er contact opgenomen met de ouders door jeugdclassering als de voorlopige hechtenis van de jongere word opgeheven. Herhaling voorkomen De overheid probeert te voorkomen dat jongeren opnieuw de fout weer ingaan, dit proberen ze door: Een gedrag beïnvloedende maatregel op te leggen, de jongere moet dan bijvoorbeeld therapie volgen om beter te leren omgaan met zijn/haar agressie. Goede begeleiding en nazorg te geven 21 Nieuw strafrecht voor jongeren De overheid is van plan om jongeren van 15 tot en met 23 jaar te straffen volgens een nieuw soort strafrecht, het adolescentenstrafrecht. Dit strafrecht houd rekening met de ontwikkelingsfase van de jongeren. Er is dan een langere begeleiding en er zijn strengere straffen. Bijvoorbeeld als een jongere een geweldsmisdaad heeft gepleegd, krijgt hij niet alleen een taakstraf. Of ze kunnen de duur van het jeugdgevangenis verhogen van twee naar vier jaar. De nadruk kan ook meer gelegd worden op de opvoedingskant van een straf. De rechter besluit uiteindelijk welke straf de jongere krijgt. Voor sommige 16 of 17-jarige die een heel ernstig misdrijf heeft gepleegd, kan het volwassen strafrecht worden ingevoerd. Voor 19-21 jarigen, die een wat lichter misdrijf heeft gepleegd, kan een jeugdige straf in te voeren. Dit strafrecht wil voorkomen dat jongeren nog een misdaad pleegt. Het Cliënt-volgsysteem jeugdcriminaliteit (CVS-JC) Het cliënt- volgsysteem jeugdcriminaliteit is geen strafblad maar een manier om de ontwikkelingen van een jongere te volgen en maatregelen te nemen als het nodig is. Als de jongeren in aanraking komen met de politie worden ze in dit systeem geregistreerd. Dit systeem word gebruikt door het Openbaar Ministerie, de politie en de Raad van de kinderbescherming. 22 Interview HALT Voor ons sectorwerkstuk hebben Jolanda, Wianda en Renske dhr. A. Wassenaar geïnterviewd. Wat is uw functie bij bureau Halt? ‘Dat is heel ingewikkeld, want ik werk al jaren niet meer voor bureau Halt. Ik heb dat heel lang gedaan, bijna 15 jaar, maar na die tijd heb ik allerlei andere dingen gedaan. Alleen heten de lessen nog steeds Haltlessen, omdat ik er toen mee begonnen ben. Ik ben heel lang bezig geweest met jongeren in Friesland en met het Centrum van Jeugd en Gezin en daar ben ik eigenlijk nog direct mee betrokken. Maar ik blijf de lessen naast mijn andere werk nog steeds doen, en dat gaat niet alleen maar over criminaliteit maar vooral ook over andere dingen. Bijvoorbeeld jongeren leren kiezen, daar af en toe mee helpen, drugs, seksualiteit, alles wat voorbij komt wat jongeren aangaat probeer ik met jongeren te bespreken. Dat is mijn manier, je kunt ook zeggen; de taak van een mentor kan daar een belangrijke rol in spelen maar niet elke mentor is daar geschikt voor. Ik denk dat ik daar wel redelijk geschikt voor ben. Kijk, ik heb de mazzel, ik geef geen cijfers. Ik ben geen gewone leraar. Ik ben gewoon iemand van buiten die met de jongeren praat, dus durven jongeren ook wel dingen tegen mij te zeggen of te vragen. Ik werk dus niet meer voor Halt.’ Hoe bent u bij dit werk terecht gekomen? ‘Ik ben in 1980 begonnen met jongerenwerk, probleemgericht jongerenwerk in Eindhoven en Helmond. Toen heb ik de overstap gemaakt om naar Oosterwolde te komen en dat heb ik een aantal jaren gedaan. Veel met jongeren gewerkt, moeilijke jongeren, drugs gebruikende jongeren met Molukse jongeren en met jongeren die tegen de politie aanliepen, dat was mijn taak binnen het jongerenwerk. Zodoende toen dat afliep ben ik doorgestapt naar het Halt Bureau en dat heb ik dus vervolgens heel lang gedaan. Ik heb mijn opleiding ooit aan de sociale academie gedaan, met daarna nog wat losse cursussen op het terrein van opvoedkunde, pedagogiek aan de universiteit.’ 23 Wat zijn de voor en nadelen van uw beroep? ‘Een voordeel is dat ik redelijk jong blijf bij mijn werk omdat ik heel veel met jongeren optrek. Ik begin nu wel te merken dat ik te oud word. Ik ben in het oog van de jongeren langzamerhand te oud. Hun wereld is niet meer de mijne. Ik Twitter niet, ik zit niet op Facebook. Als je mij een iPad geeft word ik daar niet gelukkig van. De nieuwste telefoon hoef ik niet, en jongeren wel want dat is hun wereld. Jullie doen niet anders, op de fiets, elk moment van de dag zijn jullie er mee bezig contact met elkaar te hebben en daarvan denk ik, het zal wel, maar ik niet. Als ik merk dat ik echt het contact met jongeren kwijtraak dan heeft het geen zin om dit soort dingen te doen. Dat is dan dus moeilijk maar ik vind mensen interessant, dus ook jongeren en dat maakt het leuk. Af en toe is het ook heel moeilijk en zwaar want ik kom ook een hele boel ellende tegen. Echt hele nare dingen. Dan voel je je wel eens heel onmachtig dat je dingen niet kunt veranderen. Ik ken wel situaties van gezinnen die het al jarenlang moeilijk hebben en ze proberen wel dingen maar vallen dan toch steeds terug. Of het nu drugsgebruik is of mishandeling en dan moet je hele nare besluiten gaan nemen, zoals jongeren uit huis gaan plaatsen. Dat zijn geen leuke dingen. Zulke dingen zit niemand voor z’n plezier te doen. Het vergt ook veel energie, net als voor de klas staan, het is aan de ene kant hartstikke leuk maar ik heb nu 3 uur lesgegeven en ben nu redelijk aan het eind van mijn energie.’ Wat is het verschil tussen Justitie en Halt? ‘Halt is eigenlijk het voortraject van Justitie, jongeren die in de fout gaan, die iets uithalen, iets strafbaars doen, want het moet wel strafbaar zijn, krijgen via het Halt Bureau de mogelijkheid om uit de handen van Justitie te blijven. Bij Justitie moet je voorkomen, krijg je strafrechtzitting en dan word je veroordeeld tot een straf. Een nadeel daarvan is dat dat heel nauwkeurig word opgeschreven. Jongeren doen heel vaak hele stomme dingen uit impuls, uit erbij willen horen, uit geintjes, dan lopen dingen niet goed af er gaat wat dingen kapot, en ik ben er van overtuigd dat als je dan met die jongeren een afspraak maakt van, je hebt iets stoms gedaan, ga je best maar doen om het te herstellen, het liefst op de plek waar je het gedaan hebt, bied je excuses aan, maak het weer goed. Dan is daarmee de kous eraf en dan neemt Justitie geen straffen meer, en gaat je dan niet alsnog oproepen voor een rechtszitting. Dus door eigen initiatief door moeite te doen voorkom je straf via Justitie.’ 24 Hoe vaak kun je terechtkomen bij Halt? ‘Maximaal 2 keer, en dan moet er ook minstens een jaar tussen zitten dus niet week op week. Er wordt ook extra gekeken of het zinvol is. Het is niet een automatisme, van iedereen die voor de tweede keer gepakt word kan nog naar Halt, nee, het hangt een beetje af van het soort misdrijf want niet alles kan naar Halt. Ik heb zelf zeker in de beginjaren daar al op aangestuurd dat ik wel ook zwaardere dingen wilde. Nu is het vooral winkeldiefstal en vernieling wat doorgaat, maar ik vond in het begin ook kleine vorm van inbraken, zoals inbreken in sportkantines en daar snoep weghalen werd met een etiketje opgeplakt als inbraak maar het is gewoon jongerengedrag. Het is vooral spannend, je gaat de kantine binnen en want neem je mee, een mars en een snicker, ik noem het geen inbraak maar de politie wel. Dit soort dingen heb ik dus ook in Oosterwolde gedaan, en dat beviel ook best wel.’ Is de straf minder als iemand een verstandelijke beperking heeft? ‘Het basis uitgaanpunt is wel belangrijk, als je bij justitie terecht komt of bij Halt wordt altijd naar omstandigheden gekeken, de situatie waarin iemand er terecht in is gekomen, maar ook de persoon, hoe zit jij in elkaar, hoe gaat het op school hoe gaat het thuis en ook je intellecte vermogens, daar word rekening mee gehouden. Dat vind ik ook erg belangrijk, geen zaak is hetzelfde. Tegenwoordig oordelen mensen heel makkelijk over mensen, hij kreeg maar 6 jaar, los van alles wat er gebeurd is. Het is een moordzaak en hij kreeg maar 6 jaar. Als er een vrouw is die jarenlang is mishandeld door haar partner en in een vlaag van onmacht hem aan het mes rijgt, ja het gevolg is heel erg maar zo’n verhaal er achter veranderd wel de straf. De straf wordt opgelegd door de rechter, de officier die eist de straf, de advocaat verdedigd de verdachte en uiteindelijk legt de rechter de straf op, in moeilijke zaken zijn er niet één maar drie rechters. Maar met licht verstandelijke beperkingen en zulke dingen word altijd zwaar in meegewogen. Naast de straf wordt ook hulp ingezet, zoals bij elke straf wordt de raad van kinderbescherming ingeschakeld om onderzoek te doen hoe het thuis gaat, of de omstandigheden wel goed zijn en als het nodig is hulp in te schakelen.’ Komen er ook meer jongens dan meisjes terecht bij Halt? ‘Ja zeker, maar de meiden maken nu wel een inhaalslag. Voorheen was het hele criminele wereldje alleen met mannen en jongens, nu zie je dat het aandeel van vrouwen en meiden veel groter is geworden. En dat vind ik aan de ene kan terecht want man en vrouw zijn gelijk, alleen mannen hebben wat andere dingen nodig om zich sterk te voelen en te zijn en doen daar af en toe hele stomme dingen voor, geld is alles. We zien eigenlijk nu een daling van het aantal optreden in de hele jeugdcriminaliteit, heel voorzichtig, maar dat heeft ook te maken met dat er minder jongeren zijn. Hoe minder jongeren er zijn hoe minder dingen er worden uitgehaald. Wat wel toeneemt, is nog steeds de geweldkant met zowel wapengeweld als echt slaan en zware mishandeling, ook daar zie je meiden een inhaalslag maken. Ik verbaas me er af en toe van wat meiden uithalen op straat aan geweld, er word echt heel zwaar geslagen en ook geschopt.’ 25 Is de straf afhankelijk van de waarde van wat je steelt? ‘Het speelt wel een rol, kijk als jij iets van tien euro jat of honderdduizend euro dan maakt dat wel verschil. Maar toch wordt er gekeken naar de basis, waarom doet iemand dat, wat gebeurd er precies, wat is de schade voor het slachtoffer, al die dingen worden meegewogen en dat bepaald uiteindelijk de straf.’ 26 Interview Poortje Voor ons sectorwerkstuk hebben wij Albert van der Ploeg geïnterviewd. Albert van der Ploeg is school coördinator van jeugdinrichting Het Poortje in Groningen. Het Poortje in Groningen is een jeugdinrichting voor kinderen met ernstige gedragsproblemen en kinderen met problemen thuis en in hun omgeving. Bij Het Poortje komen kinderen vanaf 12 jaar tot maximaal 23 jaar. Ze helpen deze jongeren door middel van de juiste behandeling, begeleiding, intern onderwijs, arbeidsbegeleiding en vrijetijdsbesteding, te werken aan een goede en positieve toekomst. Wat is precies uw functie bij Het Poortje? ‘Ik ben schoolcoördinator bij Het Poortje. Dat houdt in dat als kinderen niet goed hun best doen of problemen veroorzaken, ze een gesprek met mij krijgen. De kinderen kunnen punten verdienen als ze goed in het ritme komen. Als ze hun kamer opruimen krijgen ze daar punten voor, bij elke les die ze op school komen kunnen ze punten krijgen. 0 punten betekend dat je bent verwijderd en dan krijg je met mij te maken, dan kom ik je ophalen voor een gesprek. Bij 1 punt dan heb je het heel slecht gedaan. Met 2 punten kan het beter. 3 punten is voldoende/goed en 4 punten is uitmuntend. Die punten tellen we elke dag bij elkaar op en als je een bepaald aantal punten hebt dan kun je door naar een andere fase. Daarnaast maak ik de jaarplanning van personeel en ben verantwoordelijk voor het rooster. En daarnaast vertegenwoordig ik Portalis (Het Poortje) in allerlei werkgroepen binnen de instelling.’ Waarom heeft u dit beroep gekozen? ‘Ik ben officieel onderwijzer en ben bij toeval, via een bekende uit Oosterwolde, hier 23 jaar geleden als invaller aan de slag gegaan. Na de tijd dat ik als invaller werkte ben ik blijven hangen en ik werk en nu nog steeds.’ Wat vind u het moeilijkste van uw beroep? ‘Soms zijn er dingen waar je heel weinig aan doen kunt. Soms zijn er zulke psychiatrisch moeilijke gevallen dat er eigenlijk heel weinig vooruitgang is in het proces van behandeling. Er zijn meisjes die zichzelf snijden, als ze de kans krijgen wanneer ze bijvoorbeeld glas of een ander scherp voorwerp in de buurt is. Soms moeten ze dan naar de separeer cel gebracht worden, dat is een lege cel waar je niks kapot kunt maken. Er is ook een zachte separeer cel, dat houdt in dat de muren zijn bekleed met hele dikke zachte wanden. Soms moeten ze verplicht in de separeer cel en moeten ze een scheurpak aan. Een scheurpak is een pak die niet kapot kan zodat ze het niet zelf uit kunnen trekken en zichzelf niet iets kunnen aandoen met hun kleding. Als ze dit aan moeten, moeten ze zich eerst ook uitkleden en dit gaat vaak niet vrijwillig. Het is niet dat dit soort dingen elke dag gebeurt maar als het een keer gebeurt is dat natuurlijk niet leuk om mee te maken. Voor hun is het niet leuk maar voor ons is het ook niet leuk. Iedereen bij ons heeft ook een pieper en als het uit de hand loopt kun je daar op drukken en dan komt er allemaal personeel om te helpen.’ 27 Hoe beschrijft u een normale werkdag? ‘Op een normale werkdag ben ik er rond kwart voor 8 in de ochtend. Het eerste wat ik doe is mijn mail openen en dan zie ik wat er de vorige avond en nacht gebeurd is in de inrichting. De late dienst en de beveiliging schrijven op of er nog bijzonderheden zijn gebeurd in de avond en de nacht en daar proberen we dan wat aan te doen. Als je bijvoorbeeld hoort dat je een half jaar langer in de inrichting moet blijven ben je natuurlijk niet blij. Als je dan op school komt en je bent wat vervelend of je moet huilen dan is het fijn dat wij weten wat er is gebeurd zodat we ze kunnen helpen. Na gym bij ons op school is het verplicht om te douchen. Als iemand niet wil douchen en wij weten dat hij/zij zich de vorige dag heeft gesneden begrijpen wij waarom hij/zij dat niet wil en dan kunnen we diegene naar een aparte douche brengen. Al dat soort kleine dingen die gebeuren, zijn belangrijk dat die worden gemeld/gecommuniceerd. Als ik dat heb doorgenomen is er elke dag om half 9 een vergadering dan komen al mijn collega’s. Volgens een vast patroon belt elke collega 1 van de 12 groepen en dan nemen we alle bijzonderheden door. Bijvoorbeeld wat voor afspraken er zijn met advocaten, als iemand naar een rechtszitting moet, al dat soort dingen nemen we dan door. Met die informatie kunnen we beginnen met de dag en rekening houden met de bijzonderheden die er zijn. Soms is het om 9 uur al dat ik gebeld wordt dat er iets mis is in de klas en dan moet ik diegene ophalen en dan ga ik met diegene praten, wat is er aan de hand? hoe is het gebeurd? En dan bepaal ik wat de straf is voor diegene. Soms komt het voor dat iemand bijvoorbeeld voor 10 dagen in fase teruggetrokken word. Van fase 4 naar bijvoorbeeld fase 1. Als ze zich dan goed bewijzen dat ze het wel kunnen, dan worden ze weer teruggeplaatst. De rest van de dag is altijd anders. Het kan wel 5 dagen heel rustig zijn maar het kan ook dat er om de 5 minuten wat gebeurd.’ Hoeveel kinderen zitten er ongeveer in een klas bij Het Poortje? ‘In een klas zitten ongeveer 7 personen. Dit is zodat ze extra aandacht krijgen van de docent en dat er goed op ze wordt gelet.’ Zitten jongens en meisjes bij elkaar in de klas of gescheiden? ‘Alle klassen binnen Het Poortje zijn gemengd. We hebben wel 12 woongroepen en daarvan bestaat 1 groep uit alleen jongens en 1 groep alleen meisjes. De rest van de woongroepen is ook gewoon gemengd.’ 28 Wat is het raarste/ergste wat u ooit heeft meegemaakt met uw werk? ‘Dit is al een poosje geleden, er was een jongen en hij had zijn buurmeisje van 5 aangerand en daarna vermoord, hij had haar in de kast gestopt en daarna is hij gaan biljarten in het buurthuis. Bij de ploeg waar ik volleybalde kenden best wel veel mensen deze jongen en deze jongen kwam dus in mijn klas. Dan weet je teveel, dan komt het te dicht bij. Anders zei ik altijd : ‘ik beoordeel je hoe je binnen komt. Wat je ook gedaan hebt, als je het hier goed doet daar beoordeel ik je op.’ Van deze jongen wist ik teveel. En wat hij gedaan had, was verschrikkelijk en omdat ik moeite had met hem, kregen we direct strijd. Ik moest de jongen ook nog beschermen omdat het in de gevangenis meestal zo is, dat andere gevangenen kinderverkrachters en kindermoordenaars willen pakken of pijn doen. Als ze de kans krijgen en ze kunnen degene die dat gedaan heeft pakken dan grijpen ze ook hun kans dus we moesten heel goed op die jongen letten. Daar had ik dus heel veel moeite mee omdat ik wist wat die jongen gedaan had.’ 29 Enquête jeugdcriminaliteit. …………………………………………………………………………………………………………………………………………….... Geslacht : Jongen / Meisje Hoe oud ben je? _____________________________________________________________ Welke klas zit je (+ niveau)? ____________________________________________________ ……………………………………………………………………………………………………………………………………………….. Eigen ervaring 1. Wat voor afkomst heb je? 0 Beide ouders Nederlands 0 Een van ouders van Allochtone afkomst 0 Beide ouders van Allochtone afkomst 2. Heb je wel eens iets crimineels gedaan? Ja ook een snoepje stelen bij de Kruidvat hoort hierbij (heb je hier nee dan kun je t/m 7 overslaan) Ja / Nee 3. Zo ja, waar heb je toen gedaan? 0 Stelen 0 Overval 0 Drugs handel 0 Spijbelen / te vaak te laat komen 0 Iets anders namelijk : __________________________________________________ 0 Niet van toepassing 4. Hoe oud was je toen je dat gedaan hebt? ____________________________________ 5. Ben je hiervoor gestraft? (heb je hier nee dan kun je t/m 7 overslaan) Ja / Nee 6. Zo ja, door wie ben je gestraft? 0 Ouders 0 Bureau halt 0 Politie 0 Anders namelijk : _____________________________________________________ 0 Niet van toepassing 7. Wat voor straf heb je gekregen? 0 Boete 0 Taakstraf 0 Alleen een waarschuwing 0 Anders namelijk : _____________________________________________________ 0 Niet van toepassing 30 8. Weet je van vrienden/vriendinnen of zij weleens een criminele activiteit hebben begaan? Ja / Nee Zo ja, wat vond je hier van? _______________________________________________ _____________________________________________________________________ …………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wat vind jij? 9. Wat is volgens jou crimineel?______________________________________________ _____________________________________________________________________ 10. Hoe denk je dat jeugdcriminaliteit ontstaat? 0 Slechte opvoeding 0 Slechte leefomgeving 0 Foute vrienden 0 Iets anders namelijk : _________________________________________________ ____________________________________________________________________ 11. Denk je dat alcohol en drug een rol speelt bij jeugdcriminaliteit? Ja / Nee 12. Denk jij dat jeugdcriminaliteit voorkomen kan worden? Zo ja, hoe? Ja / Nee ____________________________________________________________________ 13. Vind jij dat jeugdcriminaliteit harder gestraft moet worden? Ja / Nee ……………………………………………………………………………………………………………………………………………... Bedankt voor het invullen van onze enquête (: De gegevens van deze enquête blijven anoniem. 31 Enquête uitwerking Voor ons sectorwerkstuk hebben wij een enquête uitgedeeld aan een aantal leerlingen en leraren, in totaal waren dit er 144. Deze gegevens hebben wij uitgewerkt en hier een aantal cirkeldiagrammen van gemaakt. Hier kun je zien dat 61% van de 144 deelnemers wel eens iets crimineels heeft gedaan, dit lijkt misschien erg veel maar we rekenen het stelen van een snoepje bij de Kruidvat ook als stelen, want stelen blijft natuurlijk stelen. 32 Bij deze cirkeldiagram geld ook weer dat bij stelen ook het stelen van een snoepje bij de Kruidvat hoort, daardoor is het percentage stelen erg hoog. Hiernaast is het percentage spijbelen/te vaak te laat komen ook best wel hoog. Het is opmerkelijk dat 83% van de deelnemers die wel eens iets crimineels heeft gedaan hier niet voor is gestraft, maar hierbij zitten ook hele kleine misdaden, dit is dus ook wel begrijpelijk. 33 Het grootste deel van de deelnemers die gestraft zijn hebben een boete gekregen, hiernaast hebben ook veel deelnemers een taakstraf gekregen. Ook een aantal hebben een waarschuwing of een andere straf gekregen, bij een andere straf kun je denken aan bijvoorbeeld nablijven of huisarrest. Van deze gestrafte deelnemers zijn het grootste deel gestraft door de politie en de ouders, maar ook nog een best groot deel door Bureau Halt. Bij anders kun je denken aan bijvoorbeeld leraren. 34 Hoofdvraag : Wat is jeugdcriminaliteit? Jeugdcriminaliteit komt redelijk vaak voor in onze maatschappij. Jeugdcriminaliteit is het criminele gedrag van jongeren tussen de 12 en de 24 jaar oud. Jeugdcriminelen overtreden de normen en regels van het land en vaak staat daar ook een straf op. Het jeugdstrafrecht richt zich op jongeren van 12 tot 18 jaar. Wanneer een jongere onder de leeftijd van 12 jaar een strafbaar feit pleegt wordt er bij aanhouding door de politie in principe geen schriftelijk verslag van gemaakt. Jeugd boven de 18 jaar worden strafrechtelijk behandeld als volwassenen. Er zijn veel verschillende manieren hoe een jongere in de criminaliteit terecht kan komen. Eén van de belangrijkste oorzaken van jeugdcriminaliteit is opvoeding. Meestal leren de kinderen van huis uit wat normen en waarden zijn en om respect te tonen voor anderen, als dit dan al niet goed word aangeleerd is de kans groter dat deze kinderen later in de criminaliteit terecht komen. Ook komt het voor dat jeugd in aanraking komt met ‘foute’ vrienden. Dit zijn meestal groepen met jongeren die elkaar uitdagen. Soms zijn het jongeren die aan de drugs zitten of alcohol drinken. Vaak in zulk soort is sprake van groepsdruk. Wanneer je spreekt van groepsdruk gaat het erom dat je graag met een groep mee wilt doen en daarom al de dingen doet die de groep ook doet. De meeste soorten jeugdcriminaliteit worden wel gestraft. Dit is niet altijd met een gevangenisstraf, maar het wordt meestal opgelost met een Halt-afdoening. Er zijn verschillende soorten straffen. Een aantal voorbeelden van deze straffen zijn een taakstraf, geldboete, jeugddetentie, nachtdetentie etc. Als een kind een ernstig delict heeft gepleegd, kan het in de jeugdgevangenis terecht komen. In de jeugdgevangenis proberen ze de kinderen te ‘heropvoeden’. Ze leren de kinderen opnieuw de normen en waarden die nodig zijn om goed te functioneren in de maatschappij. In de jeugdgevangenis hebben de kinderen recht op 1 uur per week bezoek. Iets anders dan de jeugdgevangenis is een jeugdinrichting. In ons werkstuk gaat het over jeugdinrichting Het Poortje. In Het Poortje zitten niet alleen maar jongeren die crimineel zijn maar de meeste jongeren hebben wel te maken gehad met criminaliteit. Ze zijn bijvoorbeeld in aanraking gekomen met Loverboys of ze worden soms mishandeld thuis. Het Poortje leert de kinderen ook om hun leven weer goed op te pakken en om beter voor zichzelf op te komen. Voor jeugd die in de jeugdgevangenis hebben gezeten is speciale nazorg. Het blijkt dat jongeren met een goede nazorg minder vaak terug vallen in hun oude (criminele) leefpatroon. Eerst was het een keuze voor de kinderen en ouders zelf of ze wel of niet nazorg wilden hebben maar de laatste tijd komt het steeds vaker voor dat het verplicht is. Jeugdcriminaliteit is dus criminaliteit dat voorkomt bij jongeren van een leeftijd tussen de 12 en 24 jaar. Het komt redelijk vaak voor en ze proberen maatregelen te stellen om de jeugdcriminaliteit die aanwezig is in Nederland te verminderen. 35 Nawoord Dit was ons sectorwerkstuk over jeugdcriminaliteit, we vonden dit onderwerp erg interessant omdat het overal om ons heen voorkomt en het een veelvoorkomend probleem is. We hebben in dit sectorwerkstuk veel tijd gestoken maar hebben hier ook erg veel van geleerd. Voor het werkstuk hebben we iemand geïnterviewd die voorlichting gaf op scholen over jeugdcriminaliteit en iemand die werkte in de jeugdinrichting ‘Het Poortje’. Wij vonden deze interviews erg leerzaam. De enquête vonden we ook erg leuk om te doen, we kregen zo een indruk over hoe het met de jeugdcriminaliteit in en om onze school zat, de aantallen leerlingen die wel eens iets crimineels hadden gedaan vielen ons erg op, omdat we nooit hadden gedacht dat het op onze school ook zoveel voorkwam. Sommige deelvragen waren lastig omdat hier niet veel informatie over te vinden was, maar we hebben uiteindelijk toch overal wat bij kunnen vinden. Zelf zijn we erg tevreden over ons werkstuk, omdat we er veel tijd in hebben gestoken en je dit ook kunt zien aan het eindresultaat. 36 Bronnen: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/straffen-enmaatregelen/jeugdstraffen http://www.rechtspraak.nl/Actualiteiten/Nieuws/Pages/Raad-voorde-rechtspraak-kritisch-over-wetsvoorsteladolescentenstrafrecht.aspx http://www.steunpuntforensischezorg.nl/bij-politie-en-justitie/halt/ http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/jeugdcriminaliteit/vraagen-antwoord/wat-is-nachtdetentie-voor-jongeren.html http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/jeugdcriminaliteit/maatreg elen-tegen-jeugdcriminaliteit http://www.jeugdcriminaliteit.com/index_bestanden/Page766.htm http://wat-doe-je-tegen-jeugdcriminaliteit.webklik.nl/page/wat-zijnde-oorzaken-van-jeugdcriminaliteithttp://www.collegenet.nl/studiemateriaal/frames_verslagen.php?ver slag_id=4906&site= http://jeugdcriminaliteit.com/index_bestanden/Page3010.htm http://dejeugdgevangenisinfo.weebly.com/hoe-is-dejeugdgevangenis-ontstaan.html http://www.jeugdcriminaliteit.net/ http://mijn-kijk-op.infonu.nl/mens-en-samenleving/77047opvoeders-en-jeugdcriminaliteit.html http://plazilla.com/jeugdcriminaliteit-en-de-gevolgen http://www.politie.nl/onderwerpen/jeugdcriminaliteit.html#welkeinstanties-zijn-betrokken-bij-het-tegengaan-van-jeugdcriminaliteit http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/jeugdcriminaliteit?utm_ca mpaign=sea-t-openbare_orde_en_veiligheid-ajeugdcriminaliteit&utm_term=%2Bjeugdcriminaliteit&gclid=CKWYrd yL6bkCFY7HtAodOCAAhA http://www.wegwijzerjeugdenveiligheid.nl/criminele_jongeren http://www.scholieren.com/werkstuk/30277 http://jeugdgevangenis.webklik.nl/page/wat-wordt-er-van-jeverwacht-in-een-jeugdgevangenis http://www.wegwijzerjeugdenveiligheid.nl/doc/criminele_jongeren/afsluitende_ uitgave_programma_aanpak_jeugdcriminaliteit.pdf www.volkskrant.nl/vk/nl/2668/Buitenland/article/detail/811659/2006/02/17/Regim e-in-Britse-jeugdgevangenis-te-gewelddadig.dhtml http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/straffen-en-maatregelen/jeugdstraffen http://www.rechtspraak.nl/Actualiteiten/Nieuws/Pages/Raad-voor-de-rechtspraakkritisch-over-wetsvoorstel-adolescentenstrafrecht.aspx http://www.steunpuntforensischezorg.nl/bij-politie-en-justitie/halt/ http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/jeugdcriminaliteit/vraag-en-antwoord/wat-isnachtdetentie-voor-jongeren.html 37 38
© Copyright 2024 ExpyDoc