(OER) Bachelor - Rechtsgeleerdheid

Onderwijs- en Examenregeling bacheloropleidingen 2013-2014:
specifiek deel bachelor Rechtsgeleerdheid
Inhoud
Onderwijs- en Examenregeling bacheloropleidingen 2013-2014: specifiek deel bachelor
Rechtsgeleerdheid .................................................................................................................................. 1
§ 12
De bachelor Rechtsgeleerdheid: ........................................................................................... 2
Artikel 44
Toepasselijkheid van het specifieke deel van de regeling ........................................ 2
Artikel 45
Onderwijsvorm en Tentamenregelingen.................................................................. 2
Artikel 46
Doelstellingen van de bachelor Rechtsgeleerdheid ................................................. 2
§ 13
De propedeutische fase: ........................................................................................................ 3
Artikel 47
De vakken in de propedeutische fase ...................................................................... 3
Artikel 48
Propedeutisch practicum ......................................................................................... 4
Artikel 49
Opdrachten en tussentoetsen .................................................................................. 4
§ 14
De postpropedeutische fase.................................................................................................. 5
Artikel 50
Toegang tot de postpropedeutische fase en de afstudeerrichtingen ...................... 5
Artikel 51
De afstudeervariant Nederlands recht ..................................................................... 6
Artikel 52
De afstudeervariant IT Recht .................................................................................... 6
Artikel 53
De afstudeervariant Internationaal en Europees Recht ........................................... 7
Artikel 54
De afstudeervariant Notarieel Recht........................................................................ 7
Artikel 55
De afstudeervariant Fiscaal Recht ............................................................................ 8
Artikel 56
De afstudeervariant Juridische Bestuurskunde ........................................................ 9
Artikel 57
Het bachelorafsluitend onderdeel ........................................................................... 9
Artikel 58
Keuzeonderdelen.................................................................................................... 10
§ 12 De bachelor Rechtsgeleerdheid:
Artikel 44
Toepasselijkheid van het specifieke deel van de regeling
lid 1
Dit specifieke deel van de Onderwijs- en Examenregeling bacheloropleidingen betreft de
opleidingsspecifieke informatie voor de bachelor Rechtsgeleerdheid en is een aanvulling op
het algemeen deel OER bacheloropleidingen.
lid 2
Het opleidingsspecifieke deel van de bachelor Rechtsgeleerdheid oude stijl (begonnen in
2012-2013 of eerder) wordt beschreven in het deel OER bacheloropleidingen 2013-2014:
specifiek deel bacheloropleidingen in afbouw.
Artikel 45
Onderwijsvorm en Tentamenregelingen
De bijzonderheden betreffende de onderwijsvorm en de tentamenregeling van de
studieonderdelen zijn neergelegd in de omschrijvingen van de betreffende onderdelen in
Ocasys, voor zover in deze onderwijs- en examenregeling niet uitdrukkelijk anders is
aangegeven.
Artikel 46
Doelstellingen van de bachelor Rechtsgeleerdheid
Eindkwalificaties kennis en inzicht
De eindkwalificaties van de bacheloropleiding Rechtsgeleerdheid - en de daarin
opgenomen afstudeerrichtingen - op het gebied van kennis en inzicht van de
afgestudeerde zijn:
A1 kennis van en inzicht in het geldende nationale recht en de systematiek ervan.
In de afstudeerrichting Nederlands Recht gaat het hierbij in het bijzonder om het
privaatrecht, het strafrecht, het publiekrecht en het bedrijfsrecht.
In de afstudeerrichting Notarieel Recht gaat het hierbij in het bijzonder om het
notarieel recht en het privaatrecht.
In de afstudeerrichting Fiscaal Recht gaat het hierbij in het bijzonder om het
fiscaal recht.
In de afstudeerrichting IT Recht gaat het hierbij in het bijzonder om het
informaticarecht.
In de afstudeerrichting Juridische Bestuurskunde gaat het hierbij in het bijzonder
om het publiekrecht.
A2 kennis van en inzicht in het internationale en het Europese Recht, als
afzonderlijke rechtsgebieden alsmede in hun verhouding tot het nationale recht.
In de afstudeerrichting Nederlands Recht gaat het hierbij in het bijzonder om het
privaatrecht, het strafrecht, het publiekrecht en het bedrijfsrecht.
In de afstudeerrichting Notarieel Recht gaat het hierbij in het bijzonder om het
notarieel recht en het privaatrecht.
In de afstudeerrichting Fiscaal Recht gaat het hierbij in het bijzonder om het
fiscaal recht.
In de afstudeerrichting IT Recht gaat het hierbij in het bijzonder om het
informaticarecht.
In de afstudeerrichting Juridische Bestuurskunde gaat het hierbij in het bijzonder
om het publiekrecht.
A3 vertrouwdheid met de grondslagen van het recht en besef van de eigen aard van
de rechtsbeoefening met inbegrip van de juridische beroepsethiek;
A4
A5
inzicht in de problemen die zich bij rechtsvorming voordoen;
in de afstudeerrichting Fiscaal Recht kennis van en inzicht in de bedrijfseconomie
en fiscaal boekhouden;
A6 in de afstudeerrichting Fiscaal Recht kennis van en inzicht in de openbare
financiën;
A7 in de afstudeerrichting Juridische Bestuurskunde kennis van en inzicht in de
kernbegrippen en -theorieën van de bestuurskunde en de beleidswetenschap;
A8 in de afstudeerrichting Juridische Bestuurskunde kennis van en inzicht in de
inrichting en werking van de publieke sector in Nederland en Europa;
A9 in de afstudeerrichting Juridische Bestuurskunde kennis van en inzicht in
relevante kernbegrippen en -concepten uit de politieke wetenschap, de
rechtseconomie en de organisatiekunde;
A10 in de afstudeerrichting Internationaal en Europees Recht kennis van en inzicht in
de bredere (internationale) context waarbinnen het internationale en het
Europese recht functioneert.
Eindkwalificaties vaardigheden en attitude
De eindkwalificaties van de bacheloropleiding Rechtsgeleerdheid op het gebied van
vaardigheden en attitude van de afgestudeerde zijn:
B1
het in hun onderlinge samenhang kunnen beoordelen van de positiefrechtelijke,
rechtstheoretische, rechtshistorische en maatschappelijke aspecten van een
vraagstuk en daarover kritisch, reflectief en evaluatief kunnen nadenken;
B2
beheersing van de voor de juridische discipline relevante informatie- en
communicatietechnologie;
B3
het vermogen op heldere wijze mondeling en schriftelijk antwoorden te
formuleren op juridische vragen en in de afstudeerrichting Juridische
Bestuurskunde ook op bestuurswetenschappelijke vragen;
B4
het vermogen de voor de oplossing van een juridisch vraagstuk relevante
wetgeving, jurisprudentie en literatuur te verzamelen, deze te beoordelen en toe
te passen;
B5
in de afstudeerrichting Juridische Bestuurskunde de vaardigheid om
vraagstukken betreffende de inrichting en werking van de publieke sector te
analyseren vanuit een onderling samenhangend juridisch en
sociaalwetenschappelijk perspectief;
B6
in de afstudeerrichting Juridische Bestuurskunde het vermogen kritisch, reflectief
en evaluatief bestuurskundig onderzoek te verrichten ter ondersteuning van
bestuurlijke inrichting en beleidsvorming.
Eindkwalificaties studie- en beroepenoriëntatie
De eindkwalificaties van de bacheloropleiding Rechtsgeleerdheid op het gebied van
studie- en beroepenoriëntatie van de afgestudeerde zijn:
C1
kennis van en inzicht in het beroepsperspectief;
C2
het vermogen beargumenteerd keuzes te maken ten aanzien van een
vervolgstudie waarin een hoger niveau wordt gevraagd.
§ 13 De propedeutische fase:
Artikel 47
De vakken in de propedeutische fase
lid 1
De propedeutische fase van de bachelor Rechtsgeleerdheid omvat de volgende vakken met
de daarbij vermelde studielast en contacturen:
vak
ec
hc
wg
tt
1. Algemene Rechtswetenschap 1*
(10 ec)
14
42
8
Computerpracticum IT voor juristen
4
14
2. Algemene Rechtswetenschap 2
(10 ec)
28
28
8
3. Bestuursrecht 1
(5 ec)
14
14
8
4. Burgerlijk Recht 1
(10 ec)
28
28
8
5. Juridische Onderzoeksvaardigheden 1
(5 ec)
14
14
6. Rechtsgeschiedenis
(5 ec)
28
7
8
7. Staatsrecht 1
(5 ec)
28
14
8
8. Strafrecht 1
(10 ec)
28
28
8
* Algemene Rechtswetenschap 1 omvat ook het computerpracticum IT voor
Juristen (ITJ)
lid 2
Het aantal contacturen in de propedeutische fase is gemiddeld minimaal 12 uren per week
hetgeen bij vier periodes van 10 weken overeenkomt met minimaal 480 per jaar:
- introductie
2
- studiestartgroepen
10
- hoorcolleges
186
- werkgroepen (inclusief practica)
189
- tentamens (inclusief nabespreking) 56
- voorlichting
10
Artikel 48
Propedeutisch practicum
De volgende vakken van het propedeutisch examen, als genoemd in artikel 47, omvatten
een practicum in de daarbij gegeven vorm en van de daarbij vermelde omvang.
1. Algemene Rechtswetenschap 1
2. Algemene Rechtswetenschap 2
3. Juridische Onderzoeksvaardigheden 1
Artikel 49
(10 ec)
(10 ec)
(5 ec)
Opdrachten en tussentoetsen
Voor vakken genoemd in artikel 47 en 48 wordt in de vakomschrijving van het vak in OCASYS
aangegeven of en op welke wijze de toetsing plaatsvindt, en voor zover van toepassing op
welke wijze via tussentijdse toetsing bonuspunten zijn te vergaren die meetellen voor het
tentamen. Artikel 14 uit het OER Algemeen deel is in dat geval van toepassing.
§ 14 De postpropedeutische fase
Artikel 50
Toegang tot de postpropedeutische fase en de afstudeerrichtingen
lid 1
Directe toegang tot de postpropedeutische fase van de bachelor Rechtsgeleerdheid geven
vanaf 1 september 2014 de propedeutische examens van de bachelor Rechtsgeleerdheid, de
bachelor Rechtsgeleerdheid oude stijl 2012 en eerder, de bachelor Notarieel Recht, de
bachelor Fiscaal Recht, de bachelor Internationaal en Europees Recht (English stream
uitgezonderd), de bachelor Recht en Bestuur en de bachelor Recht en ICT.
lid 2
De postpropedeutische fase van de bachelor Rechtsgeleerdheid omvat de volgende
afstudeervarianten:
a
b
c
d
e
f
Nederlands Recht;
IT Recht;
Internationaal en Europees Recht;
Notarieel Recht ;
Fiscaal Recht;
Juridische Bestuurskunde .;
lid 3
Het totale vakkenpakket, zijnde het verplichte pakket van één der afstudeerrichtingen plus
eventueel afgelegde aanvullende vakken (hetzij binnen de faculteit hetzij buiten de faculteit
aan een universiteit geëxamineerd), behoeft vooraf de goedkeuring van de
Examencommissie. De Examencommissie bepaalt tevens het aantal toe te rekenen
studiepunten en behoudt zich het recht voor om aan een vak minder studiepunten toe te
kennen indien het vak overlap vertoont met een ander vak van de opleiding.
lid 4
Bij instroom in de postpropedeutische fase van deze afstudeer-varianten met een afgerond
propedeutisch programma van een bachelor in afbouw zoals vermeld in de “OER 2013-2014
specifiek deel bacheloropleidingen in afbouw”, geldt het programma zoals genoemd in de
OER opleidingen in afbouw (artikelen 55 t/m 58) waarbij de overgangsregeling voor de
bachelors in afbouw overeenkomstig van toepassing is.
Indien het programma van artikel 55 wordt afgerond, is de afstudeervariant Notarieel Recht.
Indien het programma van artikel 56 wordt afgerond, is de afstudeervariant Fiscaal Recht.
Indien het programma van artikel 57 wordt afgerond, is de afstudeervariant Juridische
Bestuurskunde.
Indien het programma van artikel 58 wordt afgerond, is de afstudeervariant IT recht.
Instroom is niet mogelijk indien de student het programma kan afronden met een beroep op
de “OER 2013-2014 specifiek deel bacheloropleidingen in afbouw”. Instroom in de in dit lid
genoemde programma’s is vanaf 1 september 2013 mogelijk.
Artikel 51
De afstudeervariant Nederlands recht
De postpropedeutische fase van de bachelor Rechtsgeleerdheid (2e en 3e jaar),
afstudeervariant Nederlands Recht, omvat m.i.v. 2013-2014 de volgende vakken met de
daarbij vermelde studielast:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
17.
18.
Artikel 52
Bestuursrecht 2
Bestuursrecht 3
Burgerlijk Procesrecht 1
Burgerlijk Recht 2
Burgerlijk Recht 3
Europees Recht
Handelsrecht
Inleiding Sociaal Recht
Internationaal Publiekrecht
Juridische Onderzoeksvaardigheden 2
Keuze uit:
- Inleiding Rechtsfilosofie
- Inleiding Rechtsinformatica
- Inleiding Rechtssociologie
Rechtseconomie
Romeins Recht
Staatsrecht 2
Staatsrecht 3
Strafrecht 2
Strafrecht 3
Studentenrechtbank
Totaal
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(10 ec)
120 ec
De afstudeervariant IT Recht
De postpropedeutische fase van de bachelor Rechtsgeleerdheid, afstudeervariant IT Recht,
omvat de volgende vakken met de daarbij vermelde studielast:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
Bestuursrecht 2
Bestuursrecht 3
Burgerlijk Procesrecht 1
Burgerlijk Recht 2
Burgerlijk Recht 3
Computercriminaliteit
Europees Recht
Handelsrecht
ICT Contracten
Inleiding IT-Recht
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(10 ec)
(10 ec)
(5 ec)
11.
12.
13.
14.
15.
16.
17.
Artikel 53
Inleiding Rechtsinformatica
Juridische aspecten van kennismanagement
Recht en Informatiemanagement
Rechtsvinding
Strafrecht 2
Strafrecht 3
Studentenrechtbank
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(10 ec)
Totaal
120 ec
De afstudeervariant Internationaal en Europees Recht
De postpropedeutische fase van de bachelor Rechtsgeleerdheid, afstudeervariant
Internationaal en Europees Recht, omvat de volgende vakken met de daarbij
vermelde studielast:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
17.
Artikel 54
Bestuursrecht 2
Bestuursrecht 3
Burgerlijk Procesrecht 1
Burgerlijk Recht 2
Burgerlijk Recht 3
European Law
Handelsrecht
Introduction to Common Law
Introduction to Political Science
Keuze uit:
- Theory of International relations
- Decision making in the EU
Public International Law
Rechtseconomie
Research Seminar European Law
Research Seminar International Law
Strafrecht 2
Strafrecht 3
Studentenrechtbank
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
Totaal
120 ec
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(10 ec)
De afstudeervariant Notarieel Recht
De postpropedeutische fase van de bachelor Rechtsgeleerdheid, afstudeervariant
Notarieel Recht, omvat de volgende vakken met de daarbij vermelde studielast:
1. Bedrijfseconomie voor notariëlen
2. Belastingrecht 1
(5 ec)
(10 ec)
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
Artikel 55
Burgerlijk Procesrecht 1
Burgerlijk Recht 2
Burgerlijk Recht 3
Europees Recht
Fiscale Aspecten registergoederen
Handelsrecht
Juridische Onderzoeksvaardigheden 2
Notarieel Onderzoeksproject
Notariswet
Personen-, Familie- en Erfrecht
Rechtspersonen en Personenvennootschappen
Registergoederenrecht
Relatievermogensrecht
Romeins Recht
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(10 ec)
(5 ec)
Totaal
120 ec
De afstudeervariant Fiscaal Recht
De postpropedeutische fase van de bachelor Rechtsgeleerdheid, afstudeervariant
Fiscaal recht, omvat de volgende vakken met de daarbij vermelde studielast:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
Bedrijfseconomie voor fiscalisten
Belastingrecht 1
Burgerlijk Recht 2
Burgerlijk Recht 3
Europees Recht
Fiscaal Comptabele Verantwoording
Formeel Belastingrecht 1
Handelsrecht
Inkomstenbelasting
Juridische Onderzoeksvaardigheden 2
Loonbelasting
Omzet- en Overdrachtsbelasting
Openbare Financiën
Studentenrechtbank*
Vennootschapsbelasting
Winst
(5 ec)
(10 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(10 ec)
(5 ec)
Totaal
120 ec
Artikel 56
De afstudeervariant Juridische Bestuurskunde
De postpropedeutische fase van de bachelor Rechtsgeleerdheid, afstudeervariant
Juridische Bestuurskunde, omvat de volgende vakken met de daarbij vermelde
studielast:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
17.
18.
Artikel 57
Lid 1
Beleidsanalyse
Bestuur en Recht
Bestuurskundig Onderzoeksproject*
Bestuursrecht 2
Bestuursrecht 3
Burgerlijk Recht 2
Burgerlijk Recht 3
Elementaire Bestuurskunde
Europees recht
Inleiding Politicologie
Internationaal Publiekrecht
Methoden Sociaal Wet. Onderzoek
Openbare Financiën
Organisatie en Bestuur
Rechtseconomie
Staatsrecht 2
Staatsrecht 3
Theorie Sociale Wetenschappen
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(10 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
(5 ec)
Totaal
120 ec
Het bachelorafsluitend onderdeel
Het bachelorafsluitend onderdeel is:
voor de afstudeervarianten Nederlands Recht, IT Recht, Internationaal en
Europees Recht en Fiscaal Recht: de Studentenrechtbank (zie lid 2 t/m 4);
voor de afstudeervariant Notarieel Recht: Notarieel Onderzoek (zie lid 5);
voor de afstudeervariant Juridische Bestuurskunde: Bestuurskundig
onderzoeksproject (zie lid 6):
lid 2
Aan de Studentenrechtbank kan worden deelgenomen als een student op 12 augustus direct
voorafgaand aan de inschrijving, tenminste 90 ec, inclusief alle propedeuseonderdelen, in
Progress geregistreerd heeft staan.
De toelating van studenten die niet aan deze vereisten voldoen is uitgewerkt in een nadere
regeling. Inschrijving door de student voor de Studentenrechtbank is bindend. De
Examencommissie kan op grond van bijzondere omstandigheden op verzoek van de student
anders beslissen dan hiervoor is aangegeven.
lid 3
Het practicum Studentenrechtbank bestaat uit de volgende onderdelen:
1. Bibliotheekinstructie
2. 1e schriftelijk referaat (wetenschappelijk essay + wetenschappelijke
casusoplossing)
3. 2e schriftelijk referaat
4. Ontwerp casus + wetenschappelijke casusoplossing
5. Communicatietraining
6. Eindzitting.
lid 4
Voor een voldoende resultaat dient een student aan alle onderdelen van het practicum deel
te nemen. Het door een deelnemer behaalde resultaat voor het practicum wordt uitgedrukt
in een eindcijfer. Dit eindcijfer is het gemiddelde van het cijfer voor het schriftelijke werk (ex
lid 6 sub 2, 3, en 4) en de mondelinge presentatie op de zitting (ex lid 6 sub 6).
Indien een student niet aan één of meer onderdelen van het practicum heeft deelgenomen
wordt als resultaat ‘ONVOLDOENDE’ geboekt. De onderdelen waaraan de student wel heeft
deelgenomen vervallen aan het eind van dat studiejaar. Het vak kent geen vervangend
tentamen
Lid 5
Een student mag starten met het Notarieel Onderzoeksproject wanneer minimaal 100 ec
(waaronder de propedeuse) van de afstudeervariant Notarieel recht zijn behaald.
Lid 6
Een student mag starten met het Bestuurskundig Onderzoeksproject wanneer minimaal 100
ec (waaronder de propedeuse) van de afstudeervariant Juridische Bestuurskunde zijn
behaald
Artikel 58
Keuzeonderdelen
lid 1
De student kan onder goedkeuring van de Examencommissie een of meer onderdelen kiezen
ter aanvulling op het programma van de door hem gekozen afstudeervariant.
lid 2
Een student kan daarbij kiezen uit:
a. (een) keuzevak(ken);
b. een kleine scriptie (min. 8 blz, max. 14 blz excl noten); 4-7 ec
c. een Recht in Praktijk onderdeel
Tot de Recht in Praktijk onderdelen behoren:
Stage, zoals uitgewerkt in het facultaire stage reglement:
Stage IER buitenland:
Stage IER Washington/Brussel:
Participatie Teimun
(alleen studenten afstudeerrichting IER en de bachelor IEL) :
7 ec
7 ec
14 ec
5 ec
Rechtswinkel Groningen:
Kinderrechtswinkel:
Het Juridisch Spreekuur:
Groninger Masterclass Procederen in Arbeidszaken:
Kamerbewoneradviesbureau:
SOG-Rechtsbureau:
Belastingwinkel:
Nationale Pleitwedstrijd van
de Nederlandse Vereniging voor Europees Recht
Bestuurlijke Pleitwedstrijden:
Civielrechtelijke Pleitwedstrijden:
Fiscale Pleitwedstrijden:
VAR Pleitwedstijden:
European Law Moot Court:
International Moot Competition (W.C. Vis):
Internationale Pleitwedstrijden (Cassin, Telders etc.):
Internationaal Studieproject SGOR:
Internationaal Studieproject JFV:
Redacteurschap Ars Aequi:
Studentenparlement:
Bezoekgroep Norgerhaven:
9 ec
9 ec
9 ec
6 ec
9 ec
7 ec
7 ec
4 ec
4 ec
4 ec
4 ec
4 ec
6 ec
9 ec
9 ec
4 ec
4 ec
7 ec
6 ec
3 ec
lid 3
Aanvullende keuzevakken in de bachelor kunnen bestaan uit postpropedeutische vakken op
B of M4 niveau. Keuzevakken op M4 niveau zijn toegankelijk voor bachelor studenten met
een afgeronde juridische WO-propedeuse (en voor studenten die zijn toegelaten tot een
masteropleiding van de Faculteit Rechtsgeleerdheid). Indien dit M4-vak als keuzevak wordt
afgerond tijdens de bacheloropleiding kunnen de studiepunten niet meetellen voor een
masteropleiding. Zie voor de niveau-indeling van de vakken OCASYS.
Lid 4
In bijzondere gevallen kan de Examencommissie toestaan dat een of meer onderdelen van
andere universitaire masterprogramma’s worden gekozen.
lid 5
Een verzoek tot goedkeuring van de keuzevakken wordt door de student ten minste drie
maanden voordat deze zich voor een keuzevak/de keuzevakken wil aanmelden, ingediend bij
de Examencommissie via Progress.www.
lid 6
Een besluit goedkeuring te onthouden wordt door de Examencommissie gemotiveerd
genomen.
lid 7
De Examencommissie beslist binnen zes weken na ontvangst van het verzoek. Academische
vakanties worden buiten beschouwing gelaten. De Examencommissie kan de beslissing voor
ten hoogste veertien dagen verdagen. Van de verdaging wordt voor de afloop van de in de
eerste volzin genoemde termijn mededeling gedaan aan de student.
lid 8
De student wordt van de beslissing onverwijld in kennis gesteld.
lid 9
Studenten die bij hun Masterdiploma de aantekening 'Master aangevuld met
Rechtstheoretisch verdiepingstraject' op het diplomasupplement willen verkrijgen, moeten
binnen hun bachelorexamen of Inleiding Rechtsfilosofie of Inleiding Rechtssociologie of
Inleiding Rechtsinformatica of Denken over Democratie (B-niveau; deze vakken tellen niet
mee voor invulling keuzeruimte master) hebben behaald en kunnen indien gewenst de in lid
1 en 2 bedoelde keuzeonderdelen invullen met de vakken Antropology of Law, Politicologie,
of Gelijke monniken, gelijke kappen. Zie voor de overige eisen de Master-OER.