c, 1 13 RIJKSDIENST VOOR DE I JSSEIMEERWLDERS L E L Y S T A D I ZIRLIOTtiE!X RIJKSDITiI'ISl VOO.7 C E IJYSELkIEZR?OLCCri9 1 I W e r k d o c u m e n t 1973-33 B1 EEN VERGELIJKING VAN DE PACHTWAARDE VAN DE GRONDEN IN DE IJSSEIMEERPOLDERS (NOORDOOSTPOLDER EN OOSTELIJK FLEVOLAND) MET DIE VAN HET NOORDELIJKE ZEEKLEIGEBIED EN HET ZUIDWESTELIJKE Z'EEKLEIGEBIED door . . I n g . N. D r o k I N H O U D 1 . INLEIDING . . 2 . BESCHRIJVING VAN DE ONDERZOCHTE GEBIEDEN 2 . 1 . De bodemgesteldheid . . 2 . 2 . De waterhuishouding 2 . 3 . Het klimaat . 2 . 4 . De verkaveling 2 . 5 . De bedrijfsgrootte. 3 . ALGEMENE GEGEVENS VAN DE BEDRIJVEN 3 . l . Het bouwplan . . 3 . 2 . De fysieke opbrengsten 3 . 3 . De bemestingskosten 3 . 4 . ' ~ ekosten voor zaaizaad, pootgoed en diversen. 3 . 5 . De bewerkingskosten . 3 . 6 . De bewerkbaarheid van de grond ' 3 . 7 . Het aantal werkbare uren 3 . 8 . De externe produktfe-omstandigheden . 4 . PRODUKTIE-OMVANG, GELDELIJKE OPBRENGSTEN, KOSTEN - . . . EN RENDEMENT 4 . 1 .. Produktie-omvang en geldelijke:opbrengsten 4 . 2 . Opbrengsten van grond en gebouwen voor de eigenaar 4 . 3 . Rendement van gebouwen in ~osteli jk Flevoland 4 . 4 . Netto-pacht 5. PACHT~VAARDEVAN GROND EN GEBOUWEN 5 . 1 . Algemeen 5 . 2 . Beloning pachter 5 . 3 . Vergoeding voor grond e n gebouwen 5 . 4 . Verdeling van de winst 5 . 5 . Conclusie 6 . SAMENVATTING LITERATUURLIJST BIJLAGEN 1 T/M 6. . . 24 24 24 25 28 30 . ! 1. INLEIDING . :i .,... , , . . . . Bij hetvaststellen van de pachtprijzen,voor grond en gebouwen zal enerzijds de pachter z,ich afvragen of voor hem de pachtprijs binnen de vastgestelde normen niet te hoog is, terwijl aan de andere kant de vei-pachter zal t'rachten binnen deze iormen een zo hoog mogelijke pacht te bedingen. Hoewel de Groridkamers in dezen regelend en bindend optreden, zal toch de vraag blijven bestaan of de in het Pachtnormenbesluit genoemde zeekleigronden zo weinig van elkaar verschillen, dat er tussen de beste en slechtste gronden in deze rubriek een gering pachtprijsverschil van f 130/ha we1 reeel is. Deze vraag dient zich bv. aan wanneer men de gronden in de ~~sgelmeerpolders vergelijkt met die in het noordelijke en het zuidwe~telijkezeekleigebied. Het pachtnormenbesluit kent namelijk.bij *ijiiging'ian 16 juli 1971 onder rubriek I zeekleigronden drie pachtwaarden'die inclusief de maximale toeslag uiteenlopen van f 380/ha voor de beste klei- of zavelgronden tot f 230/ha voor afwijkende zavelgronden. De pachtwaarde, vastgelegd in het Pachtnormenbesluit, is opgebouwd uit een vergoeding voor de grond (bedoeld wordt voor het produktievermogen 'van de grond, waarbij voor de externe produktie-omstandigheden 'een toeslag of aftrek kan worden gegeven wanneer deze afwijkt van het gemiddelde) en een vergoeding voor het bedrijfsgebouw. Voor de woning wordt een hoogst toelaatbare pachtprijs vastgeste1d.0vereenkomstig.de huurprijs van ~ergelijkbarewonin~en in de omgeving. In deze verhandeling wordt de woning buiten beschouwing gelaten als behorende tot de priv6-sector._. Uit het..vervolgvandeze verhandeling blijkt dat het verschil i n . ; netto-pacht ber ha voor de onderscheiden gebieden meer dan f 100 per ha kan bedragen. Men kan zich"echter afvragen of in gebi'eden met .de. hoogste pacht en het hoogste rendement.de pacht voor de verpachter hoog .. genoeg is om hem een redelijke vergoeding voor de produktiemiddelen I grond en gebouwen te geven, zonder dat daarbij afbreuk wordt gedaan aan het in de pachtwet genoemde criterium, dat bij de vaststelling-vande .. pachtprijzei deze in redelijke verhouding dienen te staan tot de bedrijfsuitkomsten bij een goede bedrijfsvoering. In dit rapport zal worden getracht een antwoord op deze vraag te geven. Het onderzoek beperkt zich tot de akkerbouwbedrijven in de genoemde gebieden en is uitgevoerd aan de hand van de bestaandefinanciele , jaaroverzichten van de bedrijven van het Landbouw Economisch Instjtuut en aan de .hand.van de financiele resuitaten van de bed& jven in eigen beheer:in de Noordoostpo1der:en Oostelijk Flevoland. Het onderzoek strekt zich uit over de jai-en 1966 t/m 1969. Vooraf wordt een bekndpt overzicht gegeven van de b~dem~esteldheid, het klimaat, de waterhuishouding, de verkaveling en de bedrij'f~~rootte, voor zover deze op de akkerbouwgebieden betrekking hebben: .. I. .' 2..BESCHRIJVING VAN DE ONDERZOCHTE GEBIEDEN . 2.1.De boderngesteldheid . Hoewel de bij het onderzoek betrokkengebieden alle tot de zeekleigebieden behoren, bestaan er tussen deze gebieden grote verschillen in bodemgesteldheid (tabel I), terwijl ook binnen de gebieden nog weer verscheidenheid wordt aangetroffen. ~. Eet-nooElelidke_see!!1.eigebie-d .. ~. ~ ~~ ~ . ~ . De bedrijven die in dit gebied in het onderzoek van het Landbouw Economisch Instituut (L.E.I.) zijn opgenomen, liggen wat Groningen betreft in.het Oud- en Nieuw-Oldambt en in de noordelijke bouwstreek (het Hogeland).' Het oostelijke deel (de jonge-Dollardpolders)heeft kalkrijke, zware homogene gronden en wordt daaromtot de beste grond van Groningen gerekend. . . Het Oud-Oldambt bestaat grotendeels uit stugge, zware, kalkarme kleigronden: In,het centrale midden - ten noorden van Groningeri - komen oude zware,.humusrijke brakwatergronden voor. De jonge =eeklei.$ronden in het noorden hebbe?,;bijna alle een lichte ondeigrorid ei; een 'bovendek . . van wisselende zwaarte en dikte. --------------- ---------- Het zuidwesteliJke zeeklbigebied ----De akkerb~uw~ebieden op de ~eeuwkeeilanden treft men in het algemeen aan op de zg. nieuwlandgronden, waarvan het profiel kan worden gekarakteriseerd door slib-op-zand. De zwaarte en de dikte van het slibdek kunnen uiteenlopen, waardoor zowel goede vochthoudende zavel- of kleigronden, als verdrogend: 'gronden,(piaatgronden) voorkomen. De gronden in.het zeek~ei~ebied "an Noord-Brabant lopen uiteen van zeer zware kleigronden (relatief kleine oppervlakte) tot lichte-zavelgronden van goede kwaliteit. . De akkerb0uwgebieden:van de Zuidhollandse eilanden kunnen voornamelijk tot de jonge ~eekiei~ebieden' worden gerekend; ze bestaan overwegend uit kalkrijke, niet te zware zavelgronden en zijn van goede kwaliteit. \ De IJsselmeerpolders (Noordoostpolder en Oostelijk Flevoland) .. . . Deze polders worden tot de jonge ~eeklei~ronden gerekend. In de' Noordoostpolder komen de akkerbouwbedrijven vrijwel alleen voor op de kalkrijke zavelgronden, in ~ostelijkFlevoland echter zowel op kalkrijke zavelgronden als op kleigronden. Deze gronden kunnen tot de,zeer:goede gronden worden gerekend. Tabel 1. Overzicht van de geschatte gemiddelde gehalten aan afslibbare delen ( < 16 mu) van de bouwvoor in de verschillende gebieden. ~NoordelijkeBouwstreek Groningen 29% Zeeuws Vlaanderen 29% Walcheren 32% Centrale Bouwstreek Groningen 42% Noord- en Zuld-Beveland 30% Noordoostpolder 32% Tholen e.a. eilanden 22% Oostelijk Flevoland 45% b - 3 - ., I..... ,- 2.2. ' ~ waterhuishouding e In het noordelijke zeekleigebied.is de waterhuishoudkundige toestand in de laatste tien jaar $eel verbeterd. Vele kleine waterschappen werden samengevoegd, afvoerkanalen verruimd en 'gemalen gebouwd. Ook in het zuidwestelijke zeekleigebied hebben de waterschappen en polders in verband met de Delta-werken aanpassingenvan uiteenlopende aard moeten doen, omdatde natuur1,iijke lozing door de afdammingen op verschillende plaatsen ging verdwijnen. Op de ~uidhollandse' eilanden is de waterbeheersing over het algemeenvrij goed. In Zeeland is ten gevolge van de herverkaveling veel verbeterd in de waterstaatcundige toestand,Veel kleine waterschappen werden tot enkele grote waterschappen samengevoegd. De ontwatering van de akkerbouwgebieden (overwegend op nieuw1andgronden)is over het algemeen dank zij de hoogteligging en de doorlatendheid van de grond goed te noemen. Bij die~e.optwateringkan echter verdroging ontstaan, vooral als het zand!.door een dunne sliblaag ((50 cm) is afgedekt. Het zeekleigebied van Noordwest-Brabant bestaat grotendeels nog uit een aaneenschakeling van polders'. Volgens gegevens van de Provinciale Waterstaat is de waterstaatkundige toestand van 60% van het polderland' vrij matig, van 35% redelijk goed en 5% zeer goed. Voor meer gegevens over de waterhuish~udkundi~e'toestand kan worden verwezen naar de beschrijvingen van de Conimissie Onderzoek Landbouwwaterhuishouding Nederland-T .N.0. (C.O.L.N. ) (1j en naar de jaarverslagen van de Cultuurtechnische Dienst (6). In de IJsselmeerpolders, waar kunstmatige lozing van het overtollige water wordt toegepast, heeft men het waterpeil goed-inde hand. . 2.3. Het klimaat Het verschil in klimaat tussen de gebieden koit 0.a. tot uiti'ng in de gemiddelden van de temperatuur, de neerslag en de verdamping. Zo bestaat er gerekend over de laatste 30 jaar een gemiddeld jaarlijks 0 temperatuurverschil tussen Groningen en Zeeland van 1,4 C ten gunste van Zeeland. De hogere temperatuur in Zeeland komt tevens tot uiting in de jaarlijkse verdamping; deze is volgens gegevens' van het K.N.M.1.' per jaar voor een vrij wateroppervlak volgens de formule van Penman voor Zeeland 749.mm tegen 690 mm in Groningen en 709 mm voor het IJssel. meer. De jaarlijkse neerslag is voor deze gebieden'respectievelijk 695, 713 en' 727 mm. . Op de vraag wat deze klimaatverschillen nu vior de opbrengsten van de gewassen ijetekenen, heeft VAN DER PAAUW (7) het antwoord trachten te vinden door de tarwe- en erwtenopbrengsten in de noordelijke bouwstreek in Groningen en in Zeeland in verband te brengen met de neerslag in deze gebieden. Hij kwam hierbij voor tarvie op een meeropbrengst ten gunste van Zeeland van 12% en voor erwten van 53%. . .Dezerzijdswerd voor de Noordoostpolder de neerslag over de 13-jarige periode in een sommatiekromme weergegeven en vergeleken met die '. van VAN DER PAAUW voor Groningen en Zeeland (zie bijlage 1). Hieruit blijkt dat voor de jaren tussen 1949 en 1961 de neerslagkromme van de Noordoostpolder in 11 van de 13 gevallen (uitzonderingen zijn 1949 en 1950) tussen die van Zeeland en Groningen in,ligt. Ten opzichte van Groningen zijn de opbrengsten van tarwe en erwten in de Noordoostpolder respectievelijk'l4 en 44% hoger; ten opzichte van Zeeland is dit voor de tarwe gemiddeld over 13jaren 2%. De opbrengst :van de erbten ligt'in Zeeland echter gemiddeld 7% hogec dan in de Noordoostpolder. Deze gemiddeld lagere opbrengst-in de Noordoostpolder wordt vooral veroorzaakt door een zeer slechte opbrengstvan de erwten in - ,. - . . . . ' - I , ... '. - - - 1956; deze.was in dat jaar gerekend naar hetgemiddelde voor de Noordoostpolder over een aantal jaren - 1.800 kg per ha lager en gerekend naar het gemiddelde voor Zeeland 900 kg. Bij berekening van de gemiddelden zonder 1956 liggen de gemiddelde opbrengsten voor beide gebieden gelijk. VAN DER PAAUW vond zoals reeds werd opgemerkt bij vergelijking van de neerslag-sommatiekromme (zie bijlage 1) met het verloop van de opbrengsten in de praktijk en op.de proefvelden eemgrote mate van overeenstemming. Door een vergelijking te maken tussen de jaren 'met extre- .. me weersverschillen en de overige jaren kan v o l g ~ shem een indruk wor- den verkregen van het deel van het gemiddelde opbrengstverschil dat op zijn minst aan het weer zou moeten worden toegeschreven. Zo bleek dat het gemiddelde opbrengstverschil tussen Zeeland en ~roningenvoor drie extreem verschiilende jaren voor t a m e 660 kg/ha bedroeg en 310 kg/ha in de overige jaren; voor de Noordoostpolder was dit zelfs 960 kg tarwe per ha voor de drie extreme jaren tegen 570 kg in de overige jaren. Voor de erwten werd gevonden 1760 kg en 960 kg per ha voor Zeeland en 1440 kg en 1070 kg voor de Noordoostpolder. Volgens VAN DER PAAUW zou men hieruit mogen afleiden dat de mate waarin de opbrengsten in Zeeland en de Noordoostpolder ten opzichte van ~ r o n i n ~ e n in deze drie jaren meer verschillen dan in de overige jaren, geheel zijn veroorzaakt door de weersverschillen. 2.4. De verkaveling Bekend is dat de verkaveling in een groot deil van het.noordelijke zeekleigebied verre van ideaal.is. Uitzonderingen hierop zijn echter 'de jonge Dollardpolders in het oostelijke deel van het Oldambt, de jonge kustpolders en de reeds uitgevoerde ruilverkavelingsgebieden. In het Oud-Oldambt is de verkaveling slecht en strekken de landerijen zich veelal aanbeide zijden van de weg uit in opstrekkende heerden van 2 tot 4 km bij een breedte van 80 tot 120 m. Gewoonlijk zijn de percelen al1een:bereikbaar via onverharde kleilanen.' In de ruilvekkavelingsgebieden is de verkaveling vergeleken met de oude toestand zeker verb.eterd, maar blijft vergeleken met die van de IJsselmeerpolders ver ach- - , ' ter;zoals uit de gegevens van de Cultuurtechnische Di,enst blijkt (6). '0ok in de overige bouwlandgebieden inGroningen laten de verkav'eling en de ontsluiting nog veel te wensen over. Dit komt ook tot u i ting in de vele ruilverkavelingen die zijn aangevraagd voor vrijwel de gehele noordelijke bouwstreek. Enkele ruilverkavelingen kwamen reeds tot stand of zijn in uitvoering (Marnegebied). In vele delen van Zeeland kwam een betere verkaveling en inrichting tot stand als gevolg.van de herverkaveling. Ondanks grote,verbeteringen . . .inrichting . in het nadeel in vergelijking blijven de verkaveling en. .de met de ~~sselmeerpolders, zoals overzichten van de ~ultuurtechnische Dienst laten zien. . . Op de Zuidhollandse eilanden is in de Hoeksche Waard een ruilverkaveling in uitvoering, terviijl deze voor het eiland Voorne-Putten 'in voorbereiding is, evenals voor het oostelijke deel van de ~oeksche Waard. In het zeekleigebied van Noordwest-Brabant zijn enkele kleine ruilL verkavelingen tot stand gekomen; andere zijn inuitvoering. Hoewel de verkaveling over het algemeen n'iet ongunstig is te noemen, is bijna voor dit hele gebied ruilverkaveling aangevraagd. . In vergelijking met het noordelijke en het zuidwestelijke zeekleigebied hebben de IJsselmeerpolders een zeer goede verkaveling en . inrichting. Verreweg het grootste deel van de kavels heeft een rechthoekige . . vorm; afwijkende kavelvormen komen slechts weinig voor. -Voor de Noordoostpolder en Oostelijk .Flevoland zijn de grootten - . , -- van de standaardkavels respectievelijk 24 en 30 ha (300 x 800 m en 300 x 1000 m ), terwijl alle bedrijven aan een verharde weg liggen, hetgeen in de gebieden van het noordelijke en het zuidwestelijke zeekleigebied waar nog geen ruilverkaveling tot stand kwam, niet altijd het geval zal zijn. 2.5. De bedrijfsgrootte Bij het onderzoek werden zoveel mogelijk alleen bedrijven betrokken i.n de grootte van 30 tot 70 ha. Dit bleek echter voor het noordelijke eri het zuidwestelijke zeekleigebied niet altijd mogelijk. Er kon namelijk niet zonder meer worden uitgegaan van de gegevens van de b.edrijfsuitkomsten in de landbouw (B.U.L.) van het L.E.I., omdat in deze publikaties (5) ook kleine en zeer grote bedrijven i n d e gemiddeiden waren opgenomen. Met medewerking van het L.E. I. kon echter worden beschikt'.over de cijfers van groepsgemiddelden in de verschill'ende gebieden, zodat alleen die groepen in het onderzoek konden worden be- ,. trokken die ten aanzien van de grootteklassen het dichtst bij de gewenste grootte van 30 tot 70 ha.kwamen. .. Voor de bedrijven in eigen beheer in de'Noordoostpolder en Ooste. lijk Flevoland kon.uiteraard we1 over de gegevens van:,3O tot 70 ha worden beschikt, maar'hier zijn - ter wille van.het aantal - ook de.be. drijven van respectieJelijk 21 tot 30 k cn;,"u1,23tot :30 ha in het, onderzoek betrokken, mede omdat ook in debeide andere zeekleigebietlen in enkele jaren bedrijven kleiner dan 30'ha voorkwamen. Een overzicht van de aantalden bedrijven met de grootteklassen in de onderscheiden gebieden wordt in bijlage 2 gegeven. ' ' . 3. ALGEMENE GEGEVENS Vtli'.DE BEDRIJVEN 3 .l. Het bouwplan Het bouwplan zoals dit z i c h i n d e vier jaren van onderzoek voordeed, is weergegeven in tabel 2. ~ o o r het noordelijke zeekleigebied betreft het het gemiddelde van de bouwplannen van de noordelijke bouwstreek en van het Oldambt. De Friese bouwstreek is buiten beschouwing gebleven in verband methet voorkomen van veel klei'ne bedrijven en gardeniersbedrijven in de~gemiddeldegroepscijfers voor deze streek. Voor het zuidwestklijke zeekleigebied heeft het gemiddelde bouwplan betrekking op de Zuidhollandse en de Zeeuwse eilanden en westelijk Noord-Brabant. Zoals bekend mag worden verondersteld, zijn de verschillen tussen de bouwplannen in de vier gebieden vrij groot. Het valt op dat het aantal gewassen in het noordelijke en het zuidwestelijke zeekleigebied nogal Wat groter is dan in de IJsselmeerpolders, a1 valt er in de laatste jaren vooral in de Noordoostpolder een kleine toename van het aantal gewassen te zien. In het bouwplan in de Noordoostpolder komen op verschillende bedrijven de laatste jaren tuinbouwgewassen voor. Omdat de verbouw van aardappelen en suikerbieten niet verder kan worden uitgebreid, tracht men door tuinbouw~ewassen.te. telen, de kostenverhogende werking van lonen en pri jzen op te vangen. In het noordelijke e n het zuidwestelijke zeekleigebied nemen voora1 de handelsgewassen, de peulvruchteh eh de landbouwzaden (dit laatste vooral in Groningen), samen met de "overige gewassen", een,vrij grote plaats in het bouwplan in, respectievelijk 26 en .22%, tenvijl deze gewassen' bij de bedrijven in eigen beheer in de ~~sselmeer~olders in veel mindere- mate voorkomen; voorde Noordoostpolder en Oostelijk Flevoland respectievelijk 84 en 2%. De landbouwzaden ontbreken in-deze polders geheel, evenals in het zuidwestelijk&.zeekleigebied. D e verschillen in gewassinkeuze kunnen enigszins samenhangen met het klimaat, terwijl ook traditi'e-en grondsoort invloed op het bouwplan uitoefenen, zodat een zekere specialisatie'in bepaalde teelten ontstaat. Z o zal de grote oppervlakte granen (60% van de bedrijfsoppervlakte) in het noorden zeker mede 'in verbind.staan met de onder vroegere verhoudingen ontstane strokartonindustrie, terwijl suikerbieten en erwten vanouds belangrijke gewassen iwzeeland zijn. Verder kan ook de verkaveling - met name in het Oldambt (lange smalle percelen) - een alzijdig gebruik van de grond bemoeilijken (geen bieten~achteropde lange kavels zonder verhard pad). Tabel 2. Gemiddelde bouwplannen in procenten,van de oppervlakte bouwland voor de bedrijven in de vier bij het onderzoek betrokken gebieden over de jaren 1966 t/m 1969. Gewassen Granen Aardappelen Suikerbieten Handelsgewassen Peulvruchten Landbouwzaden Luzerne en klaver Overige gewassen .Noordoost~oordelijk ~uidwestelijk polder zeekleigebipd zeekleigebied (b.i.e.b.)l) . 60 7 7 3 2, 3 6 3, 2 12 4) Voor voetnoten zie bladz. 7. 41 17 20 59 5, '54 ' - 1 10 40 26 254 . Oostelijk Flevoland 1) (b.i.e.b.1 46 259 269 . - 44 24 - 13 7, - 1 6) . . 1 ) b . i . e . b . = b e d r i j v e n i n , e i g e n beheer .. 2 ) v l a s , graszaad en koolzaad 3 ) - b i e t e n z a a d , karwijzaad en s p i n a z i e z a a d 4 ) p o o t h i e t j e s , z a a i k l a a r verhuurd l a n d , l u z e r n e en k l a v e r , voedergewa'ssen 5 ) v l a s , graszaad en ulen 6) tuinbouwgewassen ( s p r u i t k o o l , w i t l o f , k n o l s e l d e r i j , bloembollen) en z a a i k l a a r verhuurd l a n d 7 ) a l l e e n conservenerwten.' H e t . l a g e percentage r o o i v r u c h t e n i n h e t noordelijke.=zeekleigebied z a l , behalve met weersinvloeden en v e r k a v e l i n g , t e v e n s verband houden met de zwaarte van d e grond,.waarvan bovendien d e s t r u c t u u r i n , v e e l g e v a l l e n t e wensen o v e r l a a t ( i n h e t 0ud-01dambt ikomt aardappelte&t z e l f s helemaal n i e t voor vanwege d e zware, s t u g g e k l e i ) . B i j e e n hoog percent a g e granen en een l a a g percentage rooigewassen i s men.gedwongen naar andere gewassen u i t t e z i e n i n v e r b a n d m e t een.20 g u n s t i g mogelijke vruchtopvolging. Zoals r e e d s werd opgemerkt komt d e t e e l t v a n aardappelen i n h e t Oldambt op d e s t u g g e , , z w a r e k l e i . n i e t voor, m e t u i t z o n d e r i n g e c h t e r van een z e e r g e r i n g e t e e l t van f a b r i e k s a a r d a p p e l e n op enliele b e d r i j v e n met een k l e i n e o p p e r v l a k t e v e e n k o l o n i a l e grond, ook i n d e n o o r d e l i j k e bouws t r e e k i s h e t percentage rooigewassen (19%) vergeleken m e t d a t van d e I J s s e l m e e r p o l d e r s (52%) l a a g . D e e e n z i j d i g e g r a a n t $ e i t i n droningen z a l i n verband m e t d e vruchto p v o l g i n g ~ v a a kgraan , n a g r a a n ) t o t l a g e r e graanopbrengsten en i n d i r e c t ook, t o t l a g e r e opbrengiten van. d e a n d e r e gewassen (aardappelen en s u i k e r b i e t e n ) leeden; zoi vor?d'GROOTENHUIS ( 7 ) d a t n a a r s c h a t t i n g d e gemiddelde opbrengst van d e z e l f d e g r a a n r a s s e n van tarwe en zomergerst i n Noord-Gro' ningen 6 & 7% l a g e r was dan i n ~ o o r d - ~ r i e s i a n en d Zeeland, d i t a l l e e n . . : , . . ... a l s gevolg van v e r s c h i l i n voorvrucht. 0ok kunnen z i e k t e n of beschadi. . .. gingen, z o a l s bv. d o o r h e t o p t r e d e n van de Hessische v l i e g . . a l s g e v o l g van d e e e n z i j d i g e g r a a n t e e l t , h e t o p b r e n g s t n i v e a u - z e e r o n g u n s t i g be.. invloeden. H e t bouwplan i n h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d komt voor Wat d e . . &ran.& b e t i ' e f t. .' v ~ ,r,.i j w e l overeen met d a t van d e Noordoostpold6r (41%): "~et"percenf&~e"aardappelen en s u i k e r b i e t e n l i g t e c h t e r 15% l a g e r dan i n d e I J s s e l m e e r p o l d e r s , maar d r i e maal z o hoog a l s i n h e t n o o r d e l i j k e zeek1eigebied:Verder komt i n h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d een v r i j : groot percentage (10%) " o v e r i g e gewassen" voor, voornamelijk b e s t a a n d e u i t tuinbouwgewassen a l s . s ' p r u i t k o o l , w i t l o f , k n o l s e l d e r i j en e n i g e , bloembollenteelt. ' De bouwplannen op d e b e d r i j v e n i n e i g e n beheer i n d e IJsselmeer.. poldersvertonen een hoog p e r c e n t a g e a a r d a p p e l e n , e n s u i k e r b i e t e n (gem. 52%). H e t p e r c e n t a g e granen i s . i n O o s t e l i j k Flevoland 46, wat 6% . . hoger i s dan i n d e Noordoostpolder. De oorzaak h i e r v a n moet worden gezocht i n d e a a n l o o p j a r e n v a n e e n a a n t a l b e d r i j v e n i n e i g e n beheer d i e i n d e j a r e n van onderzoek (1966 t / m 1969) i n O o s t e l i j k Flevoland van s t a r t z i j n gegaan. D e p e r c e n t a g e s handelsgewassen ( v l a s en g r a s ~ a d ) , peulvruchten en "Overige gewassen" (0.a. w o r t e l e n , bloembollenj Z i j n daarentegen i n de Noordoostpolder hoger; m o g e l i ' j k . w i l m e n - b i j h e t 0u-' d e r worden van de g r o n d e n n a a r w a t m e e r s p r e i d i n g i n d e gewaqsen t o e , , .. maar mogelijk b e w e r k s t e l l i g t , ook d e hogere b e w e r k i n g s c a p a c i t e i t deze ,; verschuiving. Dat de gebiedsgewijze u i t e e n l o p e n d e bouwplannen i n v l o e d hebben Op'. . d e g e l d e l i j k e uitkomsten van de b e d r i j v e n b l i j k t u i t t a b e l 3 , waar VOpr... d e v i e r o n d e r z o c h t e j a r e n d e gemiddelde s a l d i voor de gewassen, zeals deze voorkomen i n d e g r o e p s o v e r z i c h t e n van h e t L.E.1. en i n d e j a a r ~ ' . ' ', L . o v e r z i c h t e n van d e b e d r i j v e n i n e i g e n beheer z i j n weergegeven. Tabel 3. Overzicht van de s a l d i van d e voornaamste gewassen i n d e v i e r gebieden (gemiddeld voor 1966 t / m 1969, g l d . p e r h a ) Gewassen I Noord. zeekleigebi Zuidw. Noordoost 1560. 1625~~ Zomergerst Haver Cons:aardappelen SuiKerbieten .. . . .. 1267 2310 1922 3418 2592 . , 3886 2998 Oostelijk Flevoland . 1463 1018 1069 1189 4315 2875 . . ' D u i d e l i j . k , , b l i j k t d a t j u i s t h e t hoge percentage a a r d a p p e l e n en s i i i k e r b i e t e n i n h e t bouwplan.de d o o r s l a g g e e f t voor een hoger b e d r i j f s - resu1taat:Verder v a l t op d a t ' d e granen i n O o s t e l i j k Flevoland nog wat. l a g e r e s a l d i p e r h a t e . z i e n geven dan i n d e andere d r i e gebieden. Voora 1 van d e zomertarwe en zomergerst z i j n - d e z e aan d e l a g e kant ( i n 1966 ,,. a l s gevolg van v e e l n e e r s l a g l a g e opbrengsten); deze gewassen beslaan i , . . .: e l k echfer,gemiddeld over d e v i e r j a a r maar 2,5% tegen 2 8 , 5 en 12,5% . . van r e s p e c t i e v e l i j k wintertarwe en haver. ' Ook ' i n d e Noo?doostpolder z i j n d e p e r c e n t a g e s d i e 'de gewassen zomertarwe en z o i k k g e r s t ' innemen op d e b e d r i j v e n i n e i g e n beheer v r i j l a a g , r e s p e c t i e v e l i j k 4 , l en l',S%.tegen 24 en 10%voor r e s p e c t i e v e l i j k w i n t e r t a r w e en haver. Hoe deze perbentages i n h e t n o o r d e l i j k e en het ~uidwestelijkezeeklei~ebied l i g g e q i s n i e t aan t e geven, omdat d e ge- : gevens i n d e groepsoverzichten van h e t L.E;I. a l l e e n "granen" vermelden. 3.2. " Fysieke opbrengsten < . en o v e r z i c h t van de f y s i e k e opbrengsten over d e v i e r j a r e n van onderzoek wordt gegeven i n b i j l a g e 3. D e opbrengsten van poot- en consumptieaardappelen en van v l a s , hebben i n h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d a l l e e n b e t r e k k i n g op d e noord e l i j k e bouwstreek van Groningen, t e r w i j l i n h e t z u i d w e s t e l i j k e zeek l e i g e b i e d d e pootaardappelen a l l e e n i n 1966 z i j n verbouwd en w e 1 i n . . n o o r d w e s t e l i j k Noord-Brabant. Zoals r e e d s werd opgemerkt b l i j k e n e r t u s s e n Groningen en d e an-. d e r e gebieden v e r s c h i l l e n i n opbrengsten t e bestaan a l s gevolg van d e i n v l o e d van e e n o n g u n s t i g k l i m a a t en een e e n z i j d i g e vruchtopvolging. Ook HAGTING (12) vond d a t n a t t e j a r e n een ongunstige invloed op de opb r e n g s t e n uitoefenden..Zo b l e e k d a t i n d e j a r e n 1965 en 1966 met overv l o e d i g e hoeveelheden n e e r s l a g i n O o s t e l i j k Flevoland de opbrengsten van een a a n t a l gewassenwaren v e r l a a g d . Zo bleven i n 1965 d e opbrengs t e n van granen, v l a s , aardappelen en s u i k e r b i e t e n a c h t e r , . t e r w i j l 1966 een v e r l a g i n g t e z i e n gaf van de opbrengsten.van gramen, v l a s en s u i k e r b i e t e n , maar een s t e r k e s t i j g i n g van d e a a r d a ~ p e l o p b r e n ~ s t . Ook u i t h e t i n 1964 verschenen r a p p o r t van h e t I n s t i t u u t voor Bodemvruchtbaarheid ( 7 1 . b l i j k e n v e r s c h i l p u n t e n tussdn h e t n o o r d e l i j k e en h e t z u i d w e s t e l i j k e zeekleigebied., De invloeden van de b e l a n g r i j k ste f a c t o r e n d i e i n Groningen vergeleken met Zeeland ongunstig werkt e n , .waren samengevat volgens FERRARI: k a l i v o o r z i e n i n g voor aardappelen en b i e t e n 44 7%; d i r e c t e i n v l o e d van d e vruchtopvolging 6 ti 7% b i j tarwe en g e r s t , i n v l o e d van d e hoogte van de pH voor s u i k e r b i e t e n , tarwe en erwten 2%; a l l e e n voor aardappelen een g u n s t i g e invloed van d e pH, - - - . - 3- invloed van de s t r u c t u u r 2%, de invloed van f o s f a a t v e r s c h i l l e n was g e r i n g (1 14%). Verbetering van d e bodemvruchtbaarheidstoestand zou volgens genoemd 25%) r a p p o r t de gevonden v e r s c h i l l e n t u s s e n d e opbrengsten (van 20 meer dan de h e l f t kunnen terugbrengen. U i t t a b e l 4 b l i j k t d a t d e o p b r e n g s t v e r s c h i l l e n t u s s e n Groningen en Zeeland i n d e j a r e n 1966 t / m 1969 nog w e 1 d e g e l i j k bestonden, terw i j l de v e r s c h i l l e n i n opbrengst t u s s e n h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d en de I J s s e l m e e r p o l d e r s nog g r o t e r z i j n , z o a l s t a b e l 4 l a a t z i e n . - - - Tabel 4. Gemiddelde opbrengsten i n kg of tonnen p e r ha van 1966 t / m 1969 i n d e v e r s c h i l l e n d e akkerbouwgebieden op z a v e l en k l e i Gewassen Wintertarwe Zomertarwe Zomergerst Haver Suikerbieten Pootaardappelen Cons .aardappelen Noordelijk Zuidwestel. Noordoost- O o s t e l i j k Flevoland zeekleigebied zeekleigebied polder 4675 4192 3923 4674 42,6 27,O 28,l 5045 4353 4378 4982 52,O 22,5 36,2 4942 4083 4405 4820 55,6 28,3 40,6 5050 3917 4582 5189 56,9 29,O 44,8 V e r g e l i j k i n g van h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d m e t de TJsselmeerpolders g e e f t t e z i e n , d a t wat d e granen b e t r e f t de opbrengsten i n h e t eerstgenoemde gebied g e l i j k of i e t s l a g e r z i j n (voor zomertarwe e c h t e r i e t s h o g e r ) ; van de aardappelen en d e s u i k e r b i e t e n z i j n d e opbrengsten i n h e t zuiden e c h t e r r e s p e c t i e v e l i j k 12 en 9% l a g e r dan i n O o s t e l i j k Flevoland. , Verder b l i j k t d a t ook t u s s e n d e Noordoostpolder en O o s t e l i j k F l e voland nog eni.ge v e r s c h i l l e n i n opbrengst b e s t a a n ; de opbrengsten van w i n t e r t a r w e , zomergerst en haver z i j n gemiddeld i n 0 o s t e l . i j k Flevoland wat hoger (zomertarwe e c h t e r i e t s l a g e r ) , t e r w i j l ook d e opbrengsten van de s u i k e r b i e t e n en d e aardappelen e c h t e r boven d i e . v a n d e Noordoostp o l d e r uitkomen. In v e r h o u d i n g s c i j f e r s u i t g e d r u k t l i g g e n de opbrengsten voor d e vers c h i l l e n d e gewassen i n d e v i e r gebieden, wanneer h e t n o o r d e l i j k e zeek l e i g e b i e d op 100 wordt g e s t e l d , voor h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d , d e Noordoostpolder en O o s t e l i j k Flevoland r e s p e c t i e v e l i j k op 113, 117 en 121%. Deze g e t a l l e n z i j n berekend aan de hand van d e r e l a t i e v e o p b r e n g s t , c i j f e r s voor d e gewassen i n d e v i e r gebieden, w a a r b i j r e k e n i n g i s gehouden m e t d e percentages d i e de gewassen i n h e t gemiddelde bouwplan inned men ( t a b e l 2 ) . Naast granen en rooigewassen werden nog r e l a t i e v e OPb r e n g s t c i j f e r s berekend voor v l a s en groeneierwten. Hoewel d e f y s i e k e opbrengsten w e 1 van b e l a n g z i j n voor ilet Winstleverend vermogen van d e gronden, z i j n z i j n i e t d e e n i g e bepalende f a c t o r , omdat n a t u u r l i j k ook d e k o s t e n een r o l s p e l e n . Enkele s o o r t e n kost e n z u l l e n h i e r n a worden behandeld. Voor h e t v a s t s t e l l e n van d e bemestingskosten werd u i t g e g a a n van kosten d i e per b e d r i j f s g r o e p i n d e v e r s c h i l l e n d e gebieden waren b e s t e e d . Een o v e r z i c h t van de k o s t e n i n d e v e r s c h i l l e n d e gebieden g e e f t . t a b e 1 5. Deze kosten lopen per gebied u i t e r a a r d n o g a l u i t e e n a l s gevolg van vers c h i l i n bouwplan en v e r s c h i l i n grondsoort. T a b e l 5. Kunstmestkosten i n d e verschi'llende gebieden over de j a r e n 1966 t / m 1969 ( g l d . p e r h a ) Zuidwe'stel. Noordelijk ~ o o r d o o s t p o l d e rO o s t e l i j k Flevoland . . - -.. ., zeekleigebied zeek,leigebied (b.i.e.b.) (b.i.e.b.) . .~. . 1966 1967 1968 1969 178 191 197 508 198 203 20.4 zi5. Gem. 193 204 210 221 "235~ 226 ' I . 194 223 I I - ., 174 188 203 211 t I ..', De L.E. I .-uitgaven " ~ e d rj if s u i t k o h s t e n i n . d e Landbouw" (no. ' s ;. 3.22 e n 3.26 ( 5 ) ) geven i n f o r m a t i e o v e r d e hoeveelheden g e s t r g o i d e z u i v e r e s t ' i k s t o f (N), f o s f a a t (P 0 ) en k a l i ( K O ) , i n jaargemiddel2 den voor 'de b e t r e f f e n d e gebieden? 5n t a b e l 6 wordt h i e r v a n een overz i c h t gegeven en worden deze .vergeleken met d e g e s t r o o i d e hoeveelheden i n de IJsselmeerpolders. D e kosten waren voor de .Noordoostpo,lder h e t hoogst; gemiddeld , o v e r d e v i e r j a a r f 223 per h a , . g e v o l g d (door h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i gebied met f 204 p e r ha, t e r w i j l deze voor O o s t e l i j k Flevoland en h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d r e s p e c t i e v e l i j k f 194 en f 193 per:ha-bedroegen T a b e l 6. Gemiddeld g e s t r o o i d e hoeveelheden z u i v e r e N , P 0 e'n K 0 i n 2 5 2 kg p e r ha c u l t u u r g r o n d voor de b e t r e f f e n d e j a r e n i n d e v i e r gebieden en d e gemiddelde k o s t e n over d e v i e r jaren: .. Noord.zeekleigebied g 2o < 1966 1967 1968 1969 . gemiddeld gekiddelde k o s t e n 102 121 118 116' 118, f Zuidw.zeekleigebied zuivere kgN e o K O 2 5 2 Noordoostpolder zuiveretkg N P O K O . 2 5 2 . . 60 50 114 63 60 -71 83 130 67 67 68 87 135 66 77 66 80 138 ' 66 79 66 , 7 5 1 2 9 , 65 , 7 1 f 204 193 , ' 117 134 144 147 135, f 90 80 90 70 98 83 90 85 92 . 8 0 223 Oostelijk. Flevoland zuivere kg N P O K O 2 5 2 110 122 121 125 119, f 45 64 71 75 64 , 194 2 3 2 2 2 Vergeleken met h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d en O o s t e l i j k Flevoland z i j n d e t o t a l e k u n s t g e s t k o s t e n i n d e Noordoostpolder dus f 30 per ha hoger en i n v e r g e l i j h i n g m e t h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d f 20 p e r ha.-Gezien d e g e s t r o o i d e hoeveelheden s t i k s t o f , f o s f a a t en k a l i zou men de k o s t e n h i e r v o o r i n O o s t e l i j k Flevoland l a g e r hebben verwacht dan b v . ! i n h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d met g e l i j k e k o s t e n per ha. U i t de gegevens van d e b e d r i j v e n i n e i g e n b e h e e r ' i n O o s t e l i j k Flevoland b l i j k t e c h t e r d a t i n d e v i e r j a a r van onderzoek nogal wat duurd6re meststoyfen z i j n g e s t r o o i d , z o a l s c h i l i s a l p e t e r en samengestelde meststoffen,,: t e r w i j l i n de j a r e n 1967 en.1969 ook p a t e n t k a l i werd ge.. b r u i k t , waarvan de . p r i j s p e r kg K 0 n o g a l w a t hoger l i g t , ' d a n van ande2 r e kalizouten. , . k e t v e r s c h i l van f 30 p e r .ha t u s s e n de Noordoostpolde; en Oostel i j k Flevoland z a l voor een k l e i n d e e l aan d e s t i k s t o f ; maar voorname- . . . . l i j k ' aan d e kalibemesting moeten worden toegeschreven..De k a l i v o o r r a a d i n de nog jonge g r o n d e n v a n O o s t e l i j k Flevoland i s dermate g r o o t , d a t ' d e landbouwvoorlichtingsdienst voor d e j a r e n 1966 t / m 1969 nog geen kalibemesting nodig oolideelde, d i t i n t e g e n s t e l l i n g t o t d e Noordoostp o l d e r , waar op 90 t o t 95% van de zware grond voor aardappelen 80 t o t 100 kg z u i v e r e K 0 en voor s u i k e r b t e t e n 40 t o t 80 kg z u i v e r e K 0 werd 2 2 geadvi seerd. Ook i s de hoeveelheid z u i v e r f o s f a a t i n O o s t e l i j k Flevoland 30.'kg/ ha l a g e r geweest dan i n d e ~ o o r d o o s t p o l d e $ . Het a d v i e s van de landbouwvoorlichtingsdienst b e r u s t t e i n 1 9 6 6 ' 0 ~d e j a a r l i j k s e f o s f a a t o n t t r e k k i n g door de gewassen. Hoewel e r een gro'te f o s f a a t v o o r r a a d i n d e zwaardere gronden i n O o s t e l i j k Flevoland aanweiig i s , y e r d door. genoemd e d i e n s t hiermee geen r e k e n i n g gehouden b i j h e t . a d v i e s , a i n g e z i e n d i t was gebaseerd op d e f o s f a a t v o o r z i e n i n g o p \ , l a n g e - t e r m f j n , t e r w i j l d e '.. . . v o o r l i c h t i n g s d i e n s t van o o r d e e l i s d a t de gewassen i n h e t v o o r j a a r over e e n voldoende hoeveelheid gemakkelijk opneembaar f o s f a a t m o e t e n kunnen beschikken. B l i j k b a a r hebben d e b e d r i j v e n i n e i g e n beheer i n O o s t e l i j k Flevoland z i c h n i e t gehouden aan d i t a d v i e s , gezien de l a g e r e f o s f a a t g i f t . D i t kan ook verband houden met d e aanweiigheid van h e t jonge ~ ~ s s e l m e e r s l i(Ym-afzetting), k omdat d i t o v e r h e t algemeen r i j k e r i s ' a a n f o s f a a t dan d e wat oudere gronden van d e Z u i d e r z e e - a f z e t t i n g e n en op d e eerstgenoemde gronden i n O o s t e l i j k Flevoland het g r e n s c i j f e r = 30) s t e e d s wordt overschreden. voor d e f ~ s f a a t b e m e s t i n(~P . Ten aanzien van d e . s t i & i E Z f akan worden opgemerkt d a t men op gronden met 25% lutum ( l i c h t e - k l e i g r o n d e n ) , d i e i n O o s t e l i j k Flevoland v e e l voorkomen, i e t a v o o r z i c h t i g e r m e t deze m e s t s t o f z a l z i j n dan i n de'Noordoostpolder; z o a l s d e g e t a l l e n i n t a b e l 6 l a t e n z i e n , b e d r a a g t h e t v e r s c h i l 16 kg z u i v e r e s t i k s t o f . 3.4. D e kosten voor z a a i z a a d , pootgoed en d i v e r s e n A l s gevo'lgvan v e r s c h i l i n bouwplan geven d e k o s t e n voor z a a i z a a d , pootgoed. en d i v e r s e n voor d e v i e r gebieden een v e r s c h i l i e n d b e e l d t e z i e n . Een o v e r z i c h t h i e r v a n g e e f t . t a b e l 7 . Zoals u i t . d e t a b e 1 b l i j k t z i j n zowel d e k o s t e n voor z a a i z a a d en . p o o t g o e _ d ; . ~ a l s . d e o v e r i g e k o s t e n ( b e s t r i j d i n g s m i d d e l e n , k o s t e n voor verl i c h t i n g , :byandstof enz. ) ' i n d e I J s s e l m e e r p o l d e r s hoger- d @ i n h e t ' noordelijke'en z u i d w e s f e l i j k e z e e k l e i g e b i e d . Het bouwpian i n d e I J s s e l meerpolders i s intensiever,:wat een hogere u i t g a v e v r a a g t voor s u i k e r b i e t e n z a a d - e n pootahrdappelen, t e r w i j l hiermee ook de hogere k o s t e n . vobr bestrijdiqgsmidd,elen s a ~ e p h a ~ g edni e i n de "overige kosten" z i j n opgenomen. Deze k o s t e n z i j h hierin>'opgenomen ,aangezien d e z e ' b i j d e L.E. I . .. b e d r i j v e n n i e t a p a r t waren:vermeld; ~ u s i e nh a a k j e s i s h e t b e d r a g a i n veevoeder gegeven; d i t behoort nog b i j d e "overige kosten" t e worden g e t e l d . . . ~ i th e t bedrag aan veevoeder b l i j k t d a t i n Groningen d e rundveehouderij (voornamelijk mester i j ) van e n i g e b e t e k e n i s is, gevolgd door h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i gebied. I n d e I J s s e l m e e r p o l d e r s is deze p r o d u k t i e r i c h t i n g op de akkerbouwbedrijven v a n w e i n i g b e t e k e n i s . Opvallend is v o o r t s d a t i n 1969 deze p-odukti.etak i n Groningen afnam; t e r w i j l deze i n h e t zuidwestel i j k e z e e k l e i g e b i e d wat toenam. - .. ' , . r T a b e l 7 . Kosten van z a a i z a a d , pootgoed en o v e r i g e onkosten (gld. p e r h a ) I oord.zeekleigebied~~uidw.zeekleigebied~Noordoostpolder l o o s t e l i j k Zaaizaad,(Overige ( Z a a i z a a d , ( O v e r i g e ( 2 a a i i a a d ; ( 0 v e r i g e ( Zaaizaad,(Overige pootgoed kosten I 199 Gem. ., .' ( . ' ,\ ) - = ' b e d r a g i a n veevdeder; ' d i t i s n i e t begrepen i n d e o v e r i g e k o s t e n , maar moet . h i & - nog worden b i j g e t e l d . 5 3.5. D e bewerkingskosten D e bewerkingskosten, b e s t a a n d e u i t lonen voor. b e t a a l d e en z e l f v e r r i c h t e a r b e i d , werk door derden (loonwerk):en'werktuigkosten, vormen t e samen met h e t netto-overschot h e t bewerkingsinkomen of d e bewerkingsopb r e n g s t . In b i j l a g e 4 wordt een o v e r z i c h t gegeven van d e totale.bewerkingskost e n en van de z o j u i s t genoemde qnderdelen. Verder g e e f t deze b i j l a g e de, a r b e i d s k o s t e n ( a r b e i d en loonwerk) en h e t percentage d a t deze kosten u i t maken van de bruto-geldopbrengst. I n t a b e l 8 z i j n per g e b i e d ' d e gemiddeld e bruto-geldopbrengsten p e r ha o v e r d e j a r e n 1966 t / m 1969, d e gemiddeld e a r b e i d s k o s t e n e n de p e r c e n t a g e s d i e deze uitmaken van de bruto-opbrengst; samengevat. . . Tabel 8. Bruto-opbrengst, a r b e i b k o s t e n en a r b e i d s k o s t e n a l s percent a g e van d e bruto-opbrengst. Arbeids- Arbeidskosten Brutoi n procenten van opbrengst kost'en ( g l d . / h a ) (gld./ha) d e bruto-opbrengst Noordeli j k z e e k l e i g e b i e d Zuidwestelijk ~ e e k l e i g e b ~ e d Noordoostpolder .. O o s t e l i j k Flevoland , ,2364 2850 3478 4040 952 1003 929 1061 40 35 27 26 U i t d i t o v e r z i c h t b l i j k t d a t op d e b e d r i j v e n i n eigen beheer i n O o s t e l i j k Flevoland d e hoogste bruto-geldopbrengsten p e r ha worden verkregen b i j n a a r ;erhouding d e l a a g s t e a r b e i d s k o s t e n ; de Noordoostpolder v o l g t h i e r o p . d e v o e t , maar d e a f s t a n d wordt voor h e t z u i d w e s t e l i j k e ieekleigebied a 1 g r q t e r , . t e r w i j l ' h e t noordelijke zeekleigebied het s l e c h t s t voor de d-ag komt. 0 n d e r bunt 3 . 7 : ~ ~ e l d e l i j kopbrengsten" e komen de bewerkingskost e n nogmaals aan d e orde. . . ,3.'6. D e bewerkbaarheid van d e grond . . Z o a l s bekend b e z i t t e n jonge zeekleigronden een groot porit3nvolume, waardoor z e geniakkelj:'jker t e bewerken z i j n . Naarmate de gronden ouder worden wordt d i t v o l u m e s t e e d s k l e i n e r , hetgeen 0.a. i n d e i n k l i n k i n g t o t u i t i n g komt; h i e r d o o r worden d e gronden langzamerhand m o e i l i j k e r t e bewerken. ' B i j een i n 1963 u i t g e v o e r d onderzoek n a a r d e veranderingen i n de . . f y s i s c h e eigenschappen d i e optreden na h e t d r o o p a l l e n , waren d e gemiddelde porienvolumesvan de genomeli monsters op e e n g r o o t ' a a n t a l plekken i n d e bouwvqo~op di&ptbn.van 2-7 en 12-17 cm h e t hoogst i n Oostel i j k Flevoland (56,4%j, gevolkd door d e Noordoostpolder (50,9%), t e r w i j l deze i n d e 125 j a a r oude Waard- e n , G r o e t p o l d e r op gronden van d e z e l f d e .. zwaarte (ca. 20% lutum) 47,2% bedroegen.. . U i t d e a n a l y s e s van d e 10 onderzochte monsters u i t e l k van de d r t e gebieden bleek d a t h e t percentage o r g a n i s c h e s t o f n i e t v e r u i t e e n l i e p . . ' ~ o od r e Noordoostpolder was. d i t gemiddeld 3 , 2 % (van. 2 , 9 t o t 3 , 4 % ) , voor O o s t e l i j k Flevoland gemiddeld 2,4% (van 2,O t o t 3,1%) en voor d e Waarden Groetoolder gemiddeld':3., 7% (van 3.0 t o t 4 , 5 % ) . Op deze p e r c e l e n w e r den ook trekkrachtmetingen v e r r i c h t . D e trekkrachtbepali.ngen b i j h e t ploegen werden a l l e u i t g e v o e r d m e t h e t z e l f d e r i s t e r . U i t d e metingen b l e e k d a t de s p e c i f i e k e grondweers t a n d i n d e Waard- en Groetpolder h e t g r o o t s t was (gem. 59,8 k g p e r dm ), gevolgd door de Noordoostpolder met 53,O k g ' p e r dm2, t e r w i j l - deze voor . D. l t onderzoek werd dm 2 ).. O o s t e l i j k Flevoland h e t l a a g s t l a g (41,4 kg . v e r r i c h t door h e t I n s t i t u u t voor Landbouwtechniek en R a t i o n a l i s a t i e ( I . L . R . ) i n same'nwerking m e t h e t I n s t i t u u t voor ~odemvi"chtbaarhei;i. d e R i j k s d i e n s t voor d e 1 J s s e l m e e r p o l d e r s en d e ~ijkslandbouwvoorlichtingsdienst. I n 1969 werd door h e t I.L.R. i n h e t n a j a a r op een a a n t a l proefvelden 'een a a n t a l r i s t e r t y p e n b i j v e r s c h i l l e n d e r i j s n e l h e d e n met e l k a a r vergeleken (11). Van deze proeven z i j n d i e b i j Numansdorp i n d e Hoeksche Waard en d i e i n O o s t e l i j k Flevoland van belang, omdat de gegevens van d e i e b e i d e gebieden kunnen worddn g e b r u i k t voor een v e r g e l i j k i n g t u s s e n , . d e z e gebieden, H e t percentage a f s l i b b a r e d e l e n was voor h e t p e r c e e l ' i n Numansdorp 53,9 en voor O o s t e l i j k Flevoland 52,9; de p e r c e n t a g e s o r g a n i s c h e s t o f waren r e s p e c t i e v e l i j k 4 , 5 en 2 , 8 , d e percentages k o o l z u r e k a l k 5.4 en 9.7 en h e t porienvolume r e s p e c t i e v e l i j k 5 0 , 3 ( l a a g 15-20 cm) en 58,5 ( l a a g 2-7 en 13-18 cm). E r werd m e t 12 risters op b e i d e p r o e f p e r c e l e n ' . , geploegd, t e r w i j l v i e r v e r s c h i l i e n d e r i j s n e l h e d e n (van 1 , 5 t o t ruim 5.km/u) werden beproefd. Voor e l k e s n e l h e i d werd d e p r o e f 66n k e e r ' herha'ald. T i j d e n s h e t onderzoek z i j n d e h o r i z o n t a l e langscomponent van d e trekkra'cht, alsmede d e p l o e g b r e e d t e en - d i e p t e gemeten en daarna . . . . p e r s n e l h e i d u i t g e d r u k t i n d e s p e c i f i e k e ploegweerstand (kgf/dm2): Hoewel h e t onderzoek was opgezet om v e r s c h i l l e n d e r i s t e r v o r m e n i n d e d i v e r s e gebieden met e l k a a r t e v e r g e l i j k e n , v a l t u i t d e r e s u l t a t e n v a n ' h e t onderzoek a f t e l e i d e n d a t d e s p e c i f i e k e p l o e g w e e r s t q d i n a l ' , l e g e v a l l e n i n O o s t e l i j k Flevoland l a g e r was dan i n ~umansdorp. Met 11' van de 12 risters werd zowel i n O o s t e l i j k Flevoland, a l s in.Numansdorp m e t a l l e i e r snelheden tweemaal geploegd. De. gemiddelde plo&eerstand i n kgf/dm van de 8 8 m e t i n g e n waren i n ~ o s t e l i j kF l e v o l a n d ' 5 0 , 3 t e g e n 62,9 i n Numansdorp, terwijl d e benodigde t r e k k r a c h t i n kg over d e 88 metingen r e s p e c t i e v e l i j k 512 en 586 bedroeg. H i e r u i t b l i j k t overduidel i j k d a t d e jonge zeekleigronden z i c h gemakkelijker e n dus.met minder . ' k o s t e n l a t e n bewerken dan d e oudere.-gronden, t e r w i j l , v e r d e r mag worden geconcludeerd d a t de grondbewerking i n b o s t e l i j k Flevoland b e s l i s t mind e r i n t e n s i e f kan z i j n . ' - .. . .. . . , 3 3.7. Het a a n t a l w e r k b a r e - i r e n I n b i j l a g e 5 wordt e6n o v e r z i c h t gegeven van de a a n t a l l e n werkbare uren voor de v e r s c h i l l e n d e veldwerkzaamheden i n d e d r i e gebieden ( I J s s e l meerpolders, Groningen en Zeeland). Voor h e t a a n t a l werkbare uren voor d e IJsselmeerpolders kon worden . b e s c h i k t over waarnemingen van d e R i j k s d i e n s t voor de I J s s e l m e e r p o l d e r s i n de j a r e n 1 9 6 5 . t o t en met 1970. Voor h e t n o o r d e l i j k e e n h e t zuidweste- l i j k e z e e k l e i g e b i e d werd g e b r u i k gemaakt van d e a a n t a l l e n uren; z o a l s deze door h e t I n s t i t u u t voor Landbouwtechniek en R a t i o n a l i s a t i e werden v e r s t r e k t . Deze uren werden op b a s i s van verbanden t u s s e n h e t weer en ,bet a a n t a l velduren met b e h u l p van gegevens van h e t K.N.M.I. bepaald. Omdat de basisgegevens, iehoudens d e regenval, n i e t op gerneten waarden b e r u s t e n , kan s l e c h t s worden gesproken van ruwe s c h a t t i n g e n ( 9 ) . Verder bleek h e t a a n t a l waarnemers b i j h e t I.L.R. n i e t toereikend t e z i j n voor d e opname van h e t voorjaarswerk i n h e t algemeen. W e 1 i s een verband gevonden t u s s e n p r e c i s i e z a a i e n van s u i k e r b i e t e n en d e ge. middelde -regenval p e r halfmaandeli j k s e periode. D i t verband werd d o 6 h e t I . L . R . g e b r u i k t voor h e t bepalen van h e t a a n t a l werkbare uren voor a 1 h e t gemechaniseerde veldwerk i n h e t v o o r j a a r . Het a a n t a l werkbare uren voor h e t maaidorsen b e r u s t we1 op waarnemingen. vdbr h e t r o o i e n van aardappelen werd h e t b e s t e verband gevonden tuSSen h e t a a n t a l ' g e s c h i k t e uren en d e gemiddelde regenval. De gegeven a a n t a l l e n uren z i j n van d i t verband a f g e l e i d . Het gevonden verband t u s s e n e n e r z i j d s d e gemiddelde r e g e n v a l en h e t a a n t a l droge dagen en a n d e r z i j d s h e t a a n t a l werkbare u r e n v o o r b i e t e n r o o i e n , werd t e v e n s geb r u i k t voor h e t v a s t s t e l l e n van h e t a a n t a l werkbare uren voor gemechan i s e e r d werk t e v e l d e i n h e t n a j a a r . Omdat h e t a a n t a l werkbare uren b i j h e t I . L ; R . , i s v a s t g e s t e l d t u s s e n 6.00 en 22.00 uur i s ook h e t waargenomen a a n t a l werkbare uren van 6.00 t o t 20.00 uur van d e I J s s e l m e e r p o l d e r s h i e r b i j aangepast. De a a n t a l l e n uren van h e t I . L . R . b e r u s t e n op een v e i l i g h e i d s g r a a d van 60%, d i e van d e ~ ~ s s e l m e e r ~ o l d op e r s50$; hetgeen b e t e k e n t d a t i n een p e r i o d e van 10 j a a r i n 6 of 5 j a a r h e t v e r m e l d e a a n t a l uren kanworden verwacht. E r i s uitgegaan van een v i j f d a a g s e werkweek. Voor de najaarswerkzaamheden, z o a l s h e t zaaiklaarmaken, h e t z a a i e n ' e n h e t wintervoorploegen w e r d e n d o o r het I.L.R. de a a n t a l l e n werkbare uren a f g e l e i d van d e werkb a r e uren voor h e t bietenrooien: D e gegevens i n b i j l a g e 5 z i j n m o e i l i j k t e i n t e r p r e t e r e n , aangezien d i e van h e t I.L.R. e n ' v a n d e I J s s e l m e e r p o l d e r s op v e r s c h i l l e n d e manie-, r e n t o t s t a n d kwamen. Omdat d e uren van h e t I.L.R. voor h e t n o o r d e l i j k e en h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d werden berekend door c o r r e l a t i e t u s sen h e t weer en h e t a a n t a l werkbare, u r e n , zij.n de a a n t a l l e n uren voor deze twee gebieden w e 1 v e r g e l i j k b a a i - . Het b , l i J k t dan d a t . i n Zeeland voor d e v e r s c h i l l e n d e werkzaamheden meer werkbar'e uren voorkomen dan i n Groningen, hetgeen n i e t zo v e r w o n d e r l i j k i s , omdat de n e e r s i a g i n deze l a a t s t e p r o v i n c i e a a n z i e n l i j k g r o t e r i s , z o a l s bleek b i j punt 2.3. "het klimaat" . . . 3.8. D e e x t e r n e produktie-omstandigheden ! B i j de b e s c h r i j v i n g van d e gebieden i s b i j punt 2 . 4 . ( v e r k a v e l i n g ) r e e d s opgemerkt d a t de gebieden i n h e t noorden en h e t z u i d e i d u i d e l i j k h e t nadeel hadden van een minder g u n s t i g e verkaveling. T o t de e x t e r n e produktie-omstandigheden worden e c h t e r n i e t a l l e e n gerekend de v e r k a v e l i n g , maar ook d e waterhuishouding, de o n t s l u i t i n g , d e perceelsvorm en d e l i g g i n g van h e t land t e n o p z i c h t e van d e gebouwen. B i j h e t bepalen van d e k o s t e n d i e aan deze f a c t o r e n z i j n verbonden, moet met d e volgende f a c t o r e n rekening worden gehouden: voor d e waterhuishouding de k o s t e n voor h e t onderhoud van de s l o t e n , voor d e o n t s l u i t i n g d e k o s t e n v a n Wet kavelpad, voor d e v e r k a v e l i n g h e t v e r s c h i l t u s s e n kad a s t r a l e o p p e r v i a k t e en d e o n b e t e e l b a r e o p p e r v l a k t e a l s gevolg van s l o t e n en onland, vo.or.de perceelsvorm en - g r o o t t e : d e kopakkerverliezen, de v e r l i e z e n aan d e randen van d e p e r c e l e n , d e v e r l i e z e n d i e o n t s t a a n door afwijkende vorm:van.de p e r c e l e n en d e wendkosten van d e machines, voor d e l i g g i n g van h e t land t e n o p z i c h t e van d e gebouwen: de kosten van h e t v e r v o e r van d e produkten, d e l e e g l o o p van t r e k k e r s en werktuigen en de v e r l o o p u r e n van d e a r b e i d s k r a c h t e n . I n 1968 i s door VAN IWAARDEN ( 8 ) e e n o n d e r z o e k i n g e s t e l d n a a r d e k o s t e n voor d e e x t e r n e produktie-omstandigheden o p e e n a a n t a l gee n q u e t e e r d e Zeeuwse b e d r i j v e n e n o p b e d r i j v e n i n O o s t e l i j k F l e v o l a n d i n v e r s c h i l l e n d e g r o o t t e k l a s s e n . I n t a b e l 9 wordt h i e r v a n e e n samenv a t t i n g gegeven. D e k o s t e n z i j n b e r e k e n d a a n d e hand van gemiddelde bouwplannen p e r groep. T a b e l 9. Kosten, samenhangend m e t d e e x t e r n e produktie-omstandigheden op g e e n q u 8 t e e r d e b e d r i j v e n i n Z e e l a n d en o p b e d r i j v e n ' i n O o s t e l i j k Flevoland ( i n gld. p e r h a ) Zoals u i t d i t overziclit b l i j k t z i j n d e versch,illen tussen d e kosten v o o r d e e x t e r n e produktie-omstandigheden i n ~ e e l a n ' de n ' o o s t e l i j k Flevol a n d voor d e k l e i n e r e b e d r i j v e n n o g a l beduidend e n nemen d e z e a f n a a r mate d e b e d r i j f s o p p e r v i a . k t e g r o t e r w o r d t . U i t z b n d e r i n g h i e r o p .komt v o o r b i j d e g r o e p 45 h a - b e d r i j v e n i n 2eeland;waar d e k o s t e n p e i ; . h a j u i s t hog e r z i j n dan b i j d e g r o e p van 3 0 h a . D e d r i e Zeeuwse b e d r i j v e n van 45 h a z i j n e c h t e r n i e t g e h e e l r e p r e s e n t a t i e f , omdat op BBn van d e b e d r i j v e n v e e l s l o o t o n d e r h o u d voorkomt, t e r w i j l d i t b e d r i j f bovendien v e e l k a v e l paden h e e f t . Van h e t a n d e r e b e d r i j f i s d e v e r k a v e l i n g o n g u n s t i g , t e r w i j l h e t s l o o t o n d e r h o u d voor e e n g r o o t d e e l d o o r h e t w a t e r s c h a p p l a a t s v i n d t . B i j d e b e d r i j v e n g r o t e r d a n 60 h a b l i j k t h e t v e r s c h i l t u s s e n d e Zeeuwse b e d r i j v e n e n d e b e d r i j v e n i n O o s t e l i j k F l e v o l a n d s l e c h t s f 8/ha t e bedragen, hetgeen k l e i n i s e n b i j n a t e verwaarlozen. D i t k l e i n e vers c h i l van f 8/ha voor d e e x t e r n e produktie-omstandigheden komt ook v o o r t u s s e n b e d r i j v e n m e t goede e x t e r n e produktie-omstandigheden i n O o s t e l i j k Flevoland. Dat d e afname van d e k o s t e n v o o r d e e x t e r n e produktie-omstandigh-eden o p d e Zeeuwse b e d r i j v e n b i j h e t g r o t e r worden van d e b e d r i j v e n h e t dubbe$e i s van d a t van d e b e d r i j v e n van O o s t e l i j k F l e v o l a n d l a a t z i c h v e r s t a a n , a l s men bedenkt d a t e e n z e e r g u n s t i g e v e r k a v e l i n g i n O o s t e l i j k F l e v o l a n d ook r e e d s o p d e b e d r i j v e n van 3 0 h a voorkomt, t e r w i j l i n Z e e l a n d b i j d e g r o t e r e b e d r i j v e n (ook van d e n i e t - h e r v e r k a v e l d e ) d e p e r c e e l s g r o o t t e i n d e meeste g e G a l l e n t o e n e e m t , waardoor d e k o s t e n van d e e x t e r n e produktie-omstandigheden d a l e n . .; H e t b e h o e f t geen b e t o o g d a t d e k o s t e n voor d e e x t e r n e p r o d u k t i e omstandigheden i n h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d i n Groningen, g e z i e n d e m o z a l e k v e r k a v e l i n g i n d e c e n t r a l e b o u w s t r e e k en d e o p s t r e k k e n d e h e e r d e n i n h e t Oldambt, nog g r o t e r z i j n d a n i n Z e e l a n d , waar b o v e n d i e n o n g e v e e r d e h e l f t van d e gronden o p d e Zeeuwse e i l a n d e n e e n h e r v e r k a v e l i z i g h e e f t ondergaan i n t e g e n s t e l l i n g t o t d i e i n Groningen. D e b e d r i j f s - o ' f - k a v e l a f m e t i n g e n i n Groningen e n m e t name i n h e t Oldambt z i j n p l a a t s e l s j k z e l f s z o , d a t e e n a l z i j d i g g e b r u i k v a n ~ d egrond er d o o r wordt b e m o e i l i j k t (wein i g h a k v r u c h t e n i n verband m e t d e o p s t r e k k e n d e h e e r d e n ) . ' , .. -c Z e l f s van een i n een r ~ i l v e r k a v e l i n ~ s ~ e b gelegen ied bedrijf zijn d e omstandigheden nog o n g u n s t i g e r dan i n d e 1Jsselmeerpolders..Zo:.is .<........,i n* ., h e t r u i l v e r k a v e l i n g s g e b i e d "de Marne" d e bestaande s i t u a t i e van ken bed r i j f van ongeveer 50 ha m e t 25 percelen.met een gemiddelde ~ ' ~ p e r v l a k t e van 1,98 ha veranderd i n een b e d r i j f . v a n 5 percelen m e t 'een gemidd e l d e opperGlakte van 10,26 ha (van 7,07 ha t o t l 3 , 9 2 h a ) . I n d e ver-. b e t e r d e s i t u p t i e houdt h e t b e d r i j f nog ca. 3500 m s l o o t o v e r , t e r w i j l h e t ' v e r s t e punt van h e t b e d r i j f ruim 4 . 5 ' k m v a n d e gebouwen l i g t ; op d ditrespgc. ~. ongeveer - . . . .. 50 ha i n O o s t e l i j k _ ~ l e v o ~ l a ni s . .. een - b e d r i j f .van t i e v e i i ~ j k2400 m (waarvan 600 m Gagsloot) en 1 , 5 km en dan nog i n h e t : geval d a t h e t bedrijfsgebouw i n d e hoek v a n h e t b e d r i j f , dus z o ong u n s t i g mogelijk, i s gelegen. , D e k o s t e n voor O o s t e l i j k Flevoland en d e iYoordoostpolder z i j n v r i j ~ we1 g e l i j k , z o a l s u i t een berekening u i t de i n t e r n e n o t a van VAN IWAARDEN (8) b l i j k t . D e v e r k l a r i n g van deze b i j v e r s c h i l l e n d e kavelafmetingen gel i j k e ' u i t k o m s t e n l i g t e n e r z i j d s i n h e t f e i t d a t op een g r o t e k a v e l per ha minder m e t e r s t o c h t en wegsloot behoeven te worden onderhouden en er minder r a n d v e r l i e z e n p e r ha z i j n , t e r w i j l a n d e r z i j d s d e verloopuren voor d e a r b e i d s k r a c h t e n , d e l e e g l o o p van t r e k k e r s en werktuigen en de vdrvoerskosten hoger z i j n . B i j v e r g r o t i n g van d e k a v e l l e n g t e van 800 naar 1000 m h e f f e n d e kostenverhogende f a c t o r e n d e k ~ s t e n v e r i a ~ e n d e - f a c t o r e n e l k a a r ongeveer op. D e v o o r d e l i g s t e kavelafmetingen voor Zuid e l i j k Flevoland w a a r b i j d e t o t a l e k o s t e n voor ~ e ; ~ a c h t e.en r pachter zo l a a g mogelijk z i j n , l i g t volgens een onderzoek van SMITS (16) b i j een % r e e d t e van 500 m.en een l e n g t e van 1500 m ( 7 5 h a ) . .. . ' ~ e ' b e t e k e n i kvan d e externe'. produktie-omstandigheden voor d e hedendaagse lgem$chaniseerde b e d r i j f s v o e r i n g wordt s t e e d s g r o t e r . B e t e r e of . .s l e c h t e r e e x t e r n e produktie-omstandigheden z u l l e n h e t rendement van h e t b e d r i j f dan ook a a n z i e n l i j k . kunnen belnvloeden, hetgeen z o a l s bleek, v o o r a l voor d e k l e i n e r e b e d r i j v e n i n he,t n o o r d e l i j k e ' e n , h e t zuidweste. ., l i j k e z e e k l e i g e b i e d van b e t e k e n i s i s . ~ , . .> . .. 4. PRODUKTIE-OMVANG, GELDELIJKE OPBRENGSTEN, KOSTEN EN RENDEMENT 4.1. Produktie-omvang en geldelijke opbrengsten Ten einde de geldelijke opbrengsten in de vier gebieden te kunnen vergelijken zijn alle basisgegevens omgerekend naar dezelfde kengetallen, zoals die in de bedrijfsuitkomsten voor de landbouw van het L.E.I. worden gehanteerd. Een moeilijkheid hierbij was dat de groepsoverzichten van,het L.E.I., 'diedoor dit' Instituut beschikbaar waren gesteld, geen informatie gaven over de aantallen standaardbedrijfseenheden' (S.B.E.), de gezamenlijke rentekosten vhn het omlopende kapitaal, de . rente van het in het bedrijf gestqken kapitagl voor de dode en d e leven. . ,. de inventaris en voor de'inve&tering .in de.gebouwen, zo$ls aard-.., :-. appelbewaarplaats en/.of .graansi16's. De rente van het onilopende kapi-. . taal kon echter worden berekend aan'de hand van debouwplannen en de . normen van het L.E.I. Voor de rente van' de dode inventaris werd uitgegaan van de nieuwwaarde. (vervangingswaarde) per ha cultuurgrond, zoals deze voorkwam in d e g~oepsoverzichten.~ a n ~ e n o m ewerd n dat de werktuigen voor 50% waren, afgeschreven, zodat voor het overigedeel de rentekosten konden worden berekend aan de hand van de door het L.E.I. gehanteerde rente-percentages voor de verschillende jaren. ., Voor de berekening van het rentkbedrag van irivdsteiingen in de 'be- ' .. .. staande gebouwen werd contact opgenomen met de plaatselijke medewerkers van het L.E.I., gedetacheerd bij. d6 landbouwconsulentschappen in het noordelijke en het zuidwestelijke zeekleigebied. Op basis van de door hen verstrekte gegevens kon dit .rentebedragwordeli berekend. De rente voor de levende inventaris werd vastgesteld aan de hand van de aantallen melkkoeien en grootvee-eenhkden, :zeals die waren'ver- . . meld in de groepsoverzichten van het L.E;I.: en waarbij het vee werd gewaardeerd naar de geldende prijzen voor de verschillende jaren, terwijl tevens het rentepercentage van het L.E,I. voor het betreffende jaar werd aangehouden. . , Voor de berekening van het aantal standaardbedrijfseenheden (S.B.E.) werd gebruik gemaakt van het percentage van het totale aantal bewerkingseenheden (B .E.) voor de marktbare gewassen en de rundveehouderij, zoals deze voor de groepsgemiddelden van het L:E:I. waren vermeld, terwijl de omrekening werd uitgevoerd aan de hand van de vaste verhouding die er bestaat tussen de B.E. en de S.B.E. voor akkerbouwgewassen en voor derundveehouderij.(incl. voedergewassen). . Vooq..deberekening van de verschillende kengetallen kon verder wor- . , den beschikt over de gegevens van de bedrijven in eigen beheer in de . , beide IJsselmeerpolders. Het netto-overschot op pachtbasis of eigendomsbasig 'is het verschi'l . (I tussen do totale geldopbrengst en'de totale kosten. 'Het geeft echter .nog , 'geen'vollediguitslui.tse1 of het bedrijf rendabel is; hiervoor z ~ men l . zich moeten:afvragen of het.netto-overschot een voldoende beloning voor . .~ de bedrij'f~leidin~ inhoudt. '1n tabel 10 wordt een overzicht gegeven van. het netto-overschotper ha voor de bedrijfsgroepen in de onderscheiden . gebieden. ' . . . . . ..\ 1 % ! ' . . - Tabel 10. Netto-overschot in het noordelijke en het zuidwestelijke zeekleigebied en de ~~sselmeerpolders' over de jar& 1966 t/m 1969 in guldens per ha. I 1 b i d I . I I ~uidw Oostelijk zeekleigebied Noordoostpolder Flevoland 1966 1967 1968 1969 143 127 56 305 417 314 444 940 717 558 283 1472 648 721 593 1841 Gem. 139 524 765 1041 .* it de gemiddelden over de vier jaar blijken duideiijk de grote verschillen.die er tussen de gebieden bestaan. De gemiddelde nettooverschotten zijn respeptievelijk voor het noordelijke zeekleigebied, het zuidwestelijke zeekleigebied, de Noordoostpolder en Oostelijk Flevoland'f 139, f 524; f 765;en f 1041 per ha. De geldelijke opbrengsten in de verschillende gebieden worden ~ e e l ' ~ e ~ e vin e n tabel 11 eri.wel voor de bfuto-opbrengst per,ha en het arbeidsinkomen per 'bedrijf. Tabel 11. Bruto-opbrengst per ha en'arbeidsinkomen per bedrijf in de verschillende gebieden. I Gemiddeld 1966/1969 .Aantal Bruto Aantal Bruto Aantal Bruto Aantal Bruto . Bruto bedr;. gld/ha 'bedr; gld/ha bedr., gld/ha bedr. gld/ha gldlha . 1966 Gebied 1967 1968 1969 . ~ruto-geldopb'rengst Noord.zeeklei'gebied 65 Zuidw.zeekleigebied 70 Noordoostpolder 18 Oostelijk ~levoland 9 . 2219 2612 3266 3307 47 58 17 14 2385 2598 3227 3640 59 50 22 16 2381 2788' 3097 3714 29 49 22 19 2629 3452 4273 4956 2364 2850 3478 4040 . gld/bedri jf 23.859 54.239 69.559 82.910 gld/bedr 17.527 30.622 41: 512 50.169 ua Arbeidsinkomen Noord.zeekleigebied Zuidw.zeekleigebied Noordoostpolder Oostelijk Flevoland . ' . . . . gld/bgdri jf gldhedrijf .18.036 16 .'403, . 23.404 22.066. 40.282 33.371 . 33.160 . 35.923 gld/bedri jf 15.035 27.508 20.763. 33.354 Zoals deze tabel laat zien is het gemiddelde arbeidsinkomen op'de bedrijven in eigen beheer in'oostelijk Flevoland in de jaren 1966 t/m 1968 tweemaal zo'hoog en in1969 ruim driemaal zo hoog als in het noordelijke .zeekleigebied. In 1966 lag het 'arbeidsinkomenin Oostelijk Flevoland echterlager dan in-de~oordoostpolder.Als oorzaak moet worden genoemd de start,"an vier van de negeri bedrijven .in dat jaar. Na Oostelijk Flevoland volgen de Noordoostpolder en het zuidwestelijke zeekleigeljied. Het lage financiele resultaat in de Noordoostpolder in.,,l968is : tei-ug.te brbngen .tot v'erandering van bedrijfsleiders en slechte i-esultaten met de..pootaardappel'enop een aantal bedrijven; : In de tabellen 10 en,ll zijnreeds de netto-ove'rschotten en de brut; geldelijke opbrengsten genoemd. Behalve deze kengetallen; waa? naar.de bedrijfsresultaten kunnen worden beoordeeld, kunnen dok de 1' kengetallen bewerkingseenheden (B.E.) en standaardbedrijfseenheden ' ' . ., .. . . . . . . .. ' . .- ' (S .B;E;) worden gehanteerd. , Bij toepassing van de kengetallen B.E. en S.B.E. wordt niet uitgegaan van het werkelijke gebruik van de produktiemiddelen, maar van de beh0eft.e aan de produktiemiddelen onder genormaliseerde omstandigheden en bij'een doelmatige toepassing. "an het aantal B.E. per produkt is nagegaan. Voor het ~aitst~llen ' welk bedrag aan be~erkin~skosten (kosten voo? arbeid, werktuigen .en .werk door,derden)bij een doelmatig produktieproces en bij het prijspeil in.het jaar 1958 noodzakelijk was voor de voortbrenging .van BBn ha vanelk gewas en voor BBn dier per diersoort (5). , Ten einde de totale produktie-omvang van het gehele,bedrijfte, meten geeft het kengetal 9;B.E. meer informatie dan het kengetal'B.E., . omdat het aantal S.B.E. per bedrijf een maatstaf'is voor de drie zoge. naamde primaire produktiefactoren (grond, Bi-beid enkapitaal) die te.zahen het produktieproces op een bedrijf mo'gel,%jk maken. opbrengsten en . kosten per S.B.E. geven verder 'een indruk van de efficigntie waarmee grond, arbeid en-kapitaalzijn gebruikt. . ' Bij de vaststelling van het aantal S.B.E. wordt uitgegaan van de zogenaamde factorkosten (grond, arbeid en kapitaal). Een produktieomvang met f 200 produktiekosten voor grand, arbeid,en kapitaal per ha en per dier, onder genormaliseerde omstandigheden bij een doelmatige bedrijfs~oer~ng en het prijspeil in 1968, wordt 66n.S.B.E. genoemd. Wanneer het aantal S.B.E. per ha graan op 3 is gesteld, dan betekent dit dus dat de factorkosten per ha graan in 1968 bij een doelmatige bedrijfsvoering onder genormaliseerde omstandigheden t .a.v. bijvoorbeeld grondsoort, perceelsoppervlakte en verkaveling 3 x f 200 = f 600 bedroegen. Een overzicht van het aantal S.B.E. per gewas wordt gegeven in bijlage 6. Deze zijn ontleend aan de pubiikatie van het L.E.I. no. 3.26 (5). Tabel.12 geeft over de vier jaar in de verschillende gebieden de aantallen B.E. en S.B.E. Hierdoor wordt het mogelijk de efficigntie te meten, yaarmee de ~roduktiemiddelengrbnd, arbeid en kapitaal iijn benut, omdat de.werkelijk gemaakte kosten worden vergeleken met de kosten die volgens d e norm noodzakelijk worden geacht . Tabel 12. Overzicht van een aantal kengetallen per gebied (gemiddeld over 4 jaren). Noord-zpe- Zuidw.zee- Noordoost- Oostelijk Flevoland kleigebied kleigebied polder Aantal bedrijven gemiddeld over vier jaren Oppervl. cultuurgrond (ha) Aantal volw. arbeidskr. Bewerkingskosten per 100 B.E. S.B.E. per bedrijf S.B.E. per ha cvltuurgrond S.B.E. per volw. arbeidskr. Arbeidskosten per S.B.E. . Factoropbrengsten per S.B.E. Bewerkingsk. per S .B:E. Netto-overschot per S.B.E. a 49 46,7 2.7 1026 . . 192 491 71 188 307 257 50. , 57 40,6 2,3 962 190 497 84 168 339 227 112 15 39,7 290 951 234 599 117 134 394 217 177 20 43,2 237 825 227 593 84 155 369 223 146 .. . Uit tabel 12 blijkt dat de gemiddelde produktie-omvang per bedrijf in ~osteiijkFievoland het grootst is (aantal S.Q.E. per bedrijf 234), gevolgd door de bedrijven in de ~oordoostpolder'met.227, het noordelijke zeekleigebied met 192 (relatief veelvee) en het zuidwestelijke zeekleigebied met. 190. Het aantal S .B.E. fier volwaardige arbeidskracht (vak) . . . , c l o o p t hiermee n i e t g e h e e l p a r a l l e l , hetgeen verband houdt met een grot e r e gemiddelde a r b e i d s b e z e t t i n g p e r ' b e d r i j f i n h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i gebied en op d e b e d r i j v e n i n e i g e n beheer i n d e Noordoostpolder. Het a a n t a l S.B.E. p e r vak en d e a r b e i d s k o s t e n per S.B.E. i n de v e r s c h i l l e n d e gebieden verlopen t e g e n g e s t e l d ; b e i d e k e n g e t a l l e n vormen zo een goede maatstaf voor d e a r b e i d s p r o d u k t i v i t e i t . Alleen zou men deze a r b e i d s p r o d u k t i v i t e i t op grond van h e t t o t a l e a a n t a l S.B.E. per b e d r i j f i n d e Noordoostpolder iets hoger hebben verwacht. ~ e ' a r b e i d s . . k o s t e n per S.B.E. b l i j k e n i n . d e Noordoostpolder e c h t e r l a g e r t e liggen dan i n h e t ..zuidwest,e.lijke .. z e e 1 e A g e b i e d met h e t ' e e l f d e - a a n t a l S.B.E.~. per vak, w a a r u i t . m a g worden geconcludeerd d a t d e arbei-d ,o? de, b e d r i j .ven i n de Noordoostpolder goedkoper i s geweest. D i t b l i j k t u i t d e tot a l e berekende a r b e i d s k o s t e n ( b e t a a l d e a r b e i d en loonwerk) van h e t a a n t a l ha p e r man maal d e a r b e i d s k o s t e n per ha. Deze l i g g e n voor de Noordoostpolder ca. f 3.000 l a g e r dan i n h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i gebied. Verder i s d e post loonwerk op d e b e d r i j v e n i n d e Noordoostpold e r beduidend l a g e r ( z i e b i j l a g e . 7 ) geweest. Een en a n d e r b l i j k t ook u i t d e bewerkingskosten p e r 100 B . E . , d i e voor d e Noordoostpolder het l a a g s t z i j n van a l l e gebieden., Tabel 1 2 l a a t v e r d e r q i e n " d a t met h e t toenemen van de t o t a l e produktie-omvang ( a a n t a l S.B.E.) p e r b e d r i j f ook d e f a c t o r o p b r e n g s t (nettooverschot + a r b e i d s l o o n +- n e t t o - p a c h t + r e n t e + 45% van de k o s t e n van werk door d e r d e n ) p e r S.B.E. toeneemt en d e bewerkingskosten p e r S.B.E. afnemen, waardoor h e t netto-overschot p e r S.B.E. g u n s t i g e r wordt. De gemidde1de.bedrijfsgrootte i n ha h e e f t h i e r o p geen g u n s t i g e invloed gehad; h e t t e g e n d e e l i s h i e r h e t g e v a l . D i t b l i j k t u i t h e t a a n t a l S.B.E. p e r h a , d& i n h e t n o o r d e l i j k g z e e k l e i g e b i e d - h e t l a a g s t i s , gevolgddoor h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d en de Noordoostpolder, t e r w i j l d i t k e n g e t a l i n O o s t e l i j k Flevoland h e t hoogst i s . Het n o o r d e l i j k e see, k l e i g e b i e d m e t d e g r o o t s t e gemiddelde b e d r i j f s o p p e r v l a k t e k o m t d u s h e t s l e c h t s t en O o s t e l i j k Flevoland m e t d e ' k l e i n s t e gemiddelde, oppervlakte p e r b e d r i j f h e t b e s t e voor d e d*g. .Deze v e r s c h i l 1 e n : w o ~ d e n ~ & ~ o o r e a a k t door d e uiteenlopbnde bouwplannen ( t a b e l 2 ) , d e opbrengstniveaus i n deze gebieden ( b i j l a g e 3 ) en d o o r ' e e n e f f i c i e n t e r gebruik van d e primaire produktierniddelen ( t a b e l 1 2 ) . 4.2. . ;' , '. Opbrengst van g r o n d e n gebouwen.voor de e i g e n a a r i A l s o p b r e n i s t e n van grond en g&bouwen i s genomen d e netto-pacht, d.w.2. de w e r k e l i j k b e t a a l d e bruto-pacht voor grond en gebouwen ver-, minderd met d e e i g e n a a r s l a s t e n . Deze netto-pacht kan a l s maatstaf dienen voor d e r e n f e o v e r h e t i n grond en gebouwen g e b v e s t e e r d e kapit a a l . U i t d e b e d r i j f s u i t k o m s t e n van h e t L.E.I. b l i j k t d a t voor d e berekening van d e n e t t o - p a c h t d e h e l f t werd genomen va,n d e w e r k e l i j k bet a a l d e of b i j e i g e n a a r s b e d r i j v e n berekende p a c h t ; d i t b e t e k e n t d e pacht voor grond en gebouw i n c l u s i e f d e " p a c h t e r s i n v e s t e r i ~ g i !z o a l s aardappel. o f graanbewaring i n d e gebouwen. Voor d e I J s s e l m e e r p o i d e r s i s d e z e l f d e werkwijze gevolgd, hoewel b l e e k d a t na a f t r e k van w a t e r s c h a p s l a s t e n , g r o n d b e l a s t i n g en onderhoudskosten h i e r de netto-pacht meer dan d e h e l f t ."an d e bruto-pacht bedroeg. Toch i s deze werkwijze gevolgd,, omdat dac een b e t e r e v e r g e l i j k i n g t u s s e n d e gebieden mogelijk was. De netto-pacht p e r gebied i s weergegeven i n t a b e l 1 3 . Gemiddeld over d e v i e r ja'ar'bed r o e g deze r e s p e c t i e v e l i j k o v e r h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d , h e t zuidw e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d , d e ~ o o r d o o s t ~ o l d eenr O o s t e l i j k Flevoland f 148, f 155, f 207 en f 240 p e r ha. , Tabel 13. ~ e t t o - p a c h t l ) voor d e v i e r v e r s c h i l l e n d e b i j h e t onderzoek betrokken gebieden i n guldens per ha. Noord. zeekleigebied 1966.: 1'967 1968 1969 ' Gemidd. , Zuidw. zeekleigebied Noordoostpolder, 140 148 149 164 141 153 158 172 196 202 21 6 213 148 155 207 O o s t e l i jk Flevoland 214 229 243 259 240 ' 1 ) i n c l u s i e f k o s t e n voor " p a c h t e r s i n v e s t e r i n g " H i e r u i t b l i j k t d a t i n O o s t e l i j k Flevoland d e netto-pachf g&middeld o v e r d e v i e r j a a r ca. f 100 p e r ha g r o t e r was dan i n h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d . Ten o p z i c h t e van h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d i s d e netto-pacht i n h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d iets l a g e r , m a a r . z i j w i j k t h i e r v a n n i e t v e e l a f . De n e t t o - p a c h t i n de ~ o o r d o o s t p o l d e rl i g t gemidd e l d over d e v i e r j a a r f 50 p e r ha hoger dan i n h e t zuidwesten, maar;. ruim f 30 l a g e r dan i n O o s t e l i j k Flevoland. 4.3. Rendement van gebouwen i n O o s t e l i j k Flevoland . , De b e h o e f t e aan en de omvang v a n , b e d f T j f s r u i m t e i s i n hoge mate a f h a n k e l i j k van h e t bouwplan en d e b e d r i j f s v o e r i , n g . Dez6 z i i n e c h t e r . onderhevig aan verandering en hiermee 'dus ook. d e b e d r i j f sgebouwen. : . B i j h e t s t i c h t e n van d e bedrijfsgebouwen i n d e ~ ~ s s e l m e e r p o i d e r s g a a t d e Rijksdien'st v6or d e I J s s e l m e e r p o l d e r s u i t van norm& d i e over- ' eenstemmen m e t de h u i d i i e i ~ z i c h t e ni n gewassenkeuze en b e d r i j f s v o e ' r i n g , t e r w i j l v o o r t s i o goed mogelijk r e k e n i n g ~ o r d k ~ e h o u d emne t d e ; e i s e n d i e ,men i n de n a a s t e toekomst mag verwachten. Z i j behoort z i c h e c h t e r b i j h e t s t i c h t e n van de gebouw,en'.wel a f t e vragen o f . d e z e b i j d e d o o r d e Grondkamer v a s t g e s t e l d e p a c h t p r i j z e n een r e d e l i j k e b e l o n i n g opleveren van h e t i n d e gebouwen g e l n v e s t e e r d e k a p i t a a l . ' Aangezien h e t rendement van h e t i n de bedrijfsgebouwen gelnvest e e r d e k a p i t a a l b i j de h u i d i g e ' p a . c h t p r i j z e n l a a g i s , hebben BONTJE en VAN O M M E E N (13) i n 1969 voor de R i j k s d i e n s t voor d e I J s s e l m e e r p o l d e r s een onderzoek, i n g e s t e l d m e t h e t doe1 na t e gaan of d e . i n d e afgelopen .j a r e n i n O o s t e l i j k Flevoland g e $ t i c h t e bedGijfsgebouwen a l s produktiemiddel w e 1 een met andere i n v e s t e r i n g e n v e r g e i i j k b a a r r e n d e m e n t o p l e v e r e n , m. a . w. of d e i n v e s t e r i n g e n i n d e b e d r i j f sgebouwen eco,nomisch . ,:. .verantwoord waren. Hun berekening van d e opb^ieigst vah h e t bedrijfsgebouw, b e s t a a n d e u i t een b e s p a r i n g op a f s c h r i j v i n g en onderhoud van werktuigen (3%) en ; een besparing door de m ~ ~ e l i j k h e i d v ahne t z e l f bewaren en s o r t e r e n van aardappelen l e v e r d e 'na a f t r e k van onderhouds- en verzekeringskost e n (pachters- en v e r p a c h t e r s a a n d e e l ) een "opbrengst-saldo" op d a t bes c h i k b a a r kwam voor r e n t e en a f s c h r i j v i n g van h e t gebouw. I n door hen gemaakte berekeningen v o o r . t w e e typen b e d r i j f s s c h u r e n voor b e d r i j v e n ,,van 30 en 60 ha l i e p " h e t o p b r e n g s t - s a 1 d o " u i t g e d ~ u k t i n procenten van de s t i c h t i n g s k o s t e n u i t e e n van, 6,36% t o t 7,10% vpor .. d e twee typen van h e t 30 h a - b e d r i j f en van 16,14% t o t 17,14% voor d e twee typen van h e t 60 h a - b e d r i j f . B i j e e n a f s c h r i j v i n g i n '50 j a a r : l o o p t h e t rendement op annut-. t e i t s b a s i s b i j h e t &egeven "opbrengst-saldo" voor d e schuren u i t e e n van 6,02% voor BBn van de typen van h e t 30 h a - b e d r i j f t o t 1-7,13% . . voor BBn van d e typen v a n ' h e t 60 h a - b e d r i j f . Op e i g e n a a r s b a s i s i s deze opbrengst voor een gebouw op e e n ' b e d r i j f van 30 ha volgens hen dan j u i s t voldoende en op d e g r o t e r e b e d r i j v e n ruim voldoende om h e t geinvesteerde bedrag rendabel t e l a t e n z i j n , d.w.z. d i t tegen d e m a r k t r e n t e t e belonen. B i j pacht moet h e t "opbrengst-saldo" e c h t e r over d e p a c h t e r en d e v e r p a c h t e r worden verdeeld. H e t aan d e . v e r p a c h t e r op b a s i s van d e pacht- w e t t o e v a l 1 e ~ d e ; d e e lb e l i e p voor h e t b e d i i j f van 30 ha i n h e t onguns t i g s t e gevai s l e c h t s 2,5% van d e s t i c h t i n g s k o s t e n en i n h e t g u n s t i g s t e .. - - geval 2,9%.- Voor-de b e d r i j v e n van -60--ha l a g e n deze -percentages respec-' t i e v e l i j k op 3,4% en 4,1%. H e t rendement van h e t g e l n v e s t e e r d e k a p i t a a l i s dan voor d e v e r p a c h t e r b i j een a f s c h r i j v i n g i n 5 0 j a a r op a n n u i t e i t s b a s i s voor h e t b e d r i j f van 30 ha i n h e t o n g u n i t i g s t e geval 0,9% en voor een b e d r i j f van 60 ha i n h e t g u n s t i g s t e geval 3,3%. B i j d e b e o o r d e l i n g ' v a n d i t rendement i s h e t volgens BONTJE en VAN OMMEREN (13) goed t e bedenken, d a t de h u i d i g e pachtnormen van t i j d t o t t i j d worden aangepast a'an d e veranderingen i n d e landbouw en aan d e veranderingen i n d e geldwaarde. Zouden deze aanpassingen zodanig z i j n d a t d e koopkracht van h e t voor de v e r p a c h t e r r e s t e r e n d e dee1,van h e t "opbrengst-saldo" voor a f s c h r i j v i n g ' e n r e n t e i n r e e l e waarde cons t a n t b l i j f t , dan i s h e t verdedigbaar d a t een rendement van 3% voldoend e is om d e p r o d u k t i e f a c t o r " k a p i t a a l " t e belonen. B i j h e t h u i d i g e rent e b e s t a n d van 8% kan men i m m e r s s t e l l e n d a t ca. 5% v e r l o r e n g a a t a a n , ' , . j a a r l i j k ~ e ' i n f l a t i e z~o, d a t 3% reele r e n t e overb1ijft:In d a t geval l e v e r e n a l l e e n . d e schuren van h e t t y p e PL 3 op 60 ha-bedrijven een voldoende rendement op. Om .een rendement van minimaai 3 % o v e r h e t door d e v e r p a c h t e r gei n v e s t e e r d e k a p i t a a l te v e r k r i j g e n , zouden de i n 1969 geldende'pacht, , ' p r i j z e n met 47% voor een bedrijfsgebouw voor 30 ha (type.PG 6 ) en met .- . .O% v o o r ' h e t t y p e PL voor 60 ha .moeten worden verhoogd. H e t d e e l d a t d e p a c h t e r a l s b e l o n i n g voor z i j n o n d e r n e m e r s c h a p .-;an.het "opbrengst-saldo" van d e bedrijfsgebouwen ontvangt is::dus.:%eel gro7 t e r . d a n dat'>van.'de v e r p a c h t e r en l o o p t u i t e e n van 3 , 5 t o t 13,7% van d e door d e v e r p a c h t e r b e t a a l d e s t i c h t i n g s k o s t e n voor gebouwen van respect i e v e l i j k 30 en 60 ha. .. - '' , . 4.4. Netto-pacht . . ' ' ._; Hoe-. :.>de hoogte l;an'.de netto-pacht ( h e t d e e l d a t beschikbaar b 1 i ; j f t v o o r . r e n t e . v a n h e t i n . g r o n d - en gebouwen gestoken k a p i t a a l na a f t r e k van e i g e n a a r s l a s t e n ) i n d e v e r s c h i l l e n d e gebieden i s , b l i j k t u i t 'tabel 14. H i e r b i j wordt opgemerkt d a t d e b e s t a a n d e bedrijfsgebouwen i n Groningen en": i n z u i d w e s t e l i j k ~ e d e r l a n di n d e loop v a n ' d e t i j d door d e veranderde bed r i j f s v o e r i n g z i j n verouderd, hoewel o p . d e b e t e r g e l e i d e b e d r i j v e n v e r b e t e r i n g e n z i j n aang,ebracht. . , , . - '.':. .. . T a b e l 14. 'Netto-pacht v e r d e e l d n a a r . g r o n d en gebouwen..in d e v i e r g e b i e d e ~bij.. . een.:pachtpri js behorende b i j d e :doelmatigheidsklasse. . Gemidd. oppervl;. i n ha Geb i ed .. . <: : ,. . ? . , ., : ...,, ZG: zeekl*i.gebie po,lder 0;. Flevoland . . .- .. , . ,;-.. ~ r d . ? . e e k ~ e i & b i e d . &6,5;. N.O. ~ o e i m a t i g h e i d s k l a s s egebouw voldoende ;. . 2' vo1doende:tot' ... geed . .. pacht. i n gld/ha pachts:in gld/Ii+ ; d.es - voor -voor d e voor h e t voor .. - h e t . ,grond grotid" 'geboG+'" - gebouw Nettopacht x ). . i n .gld/ha . I l . 41,O 43,5 39,5 '148 , . 15.5. , 207 .. 240 X) volgens norm van h e t L . E . I . 79 83 142 .,. 69 72 65 . d e h e l f t van d e bruto-pacht; .. voor d e i g . ; "pachtersinvestering'!.. 165 75 i n c l u s i e f kosten +. ' .,. , .. - . In Groningen treft men veelal in het oude Oldambt veel grote hoge schurenaan met naar verhouding weinig vloeroppervlakte. Deze bedrijfsgebouwen in het Oldambt en die in de centrale bouwstreek zijn overwegend in de doelmatigheidsklasse "voldoende" ondergebracht, terwijl ook van de noordelijke bouwstreek de bedrijfsgebouwen over het algemeenals ?voldoende" zijn geklasseerd. Volgens mondelinge inlicht'ingen van het L . E . " ~ . behoren de gebouwen van deze bedrijven in de middenklasse (voldoende) thuis. In d e Noordoostpolder zijn de bedrijfsgebouwen .in deze polder volgens gegevens van het Rentambt voor het overgrote deel van de akkerbouwbedrijven in de doelmatigheidsklasse "voldoende" geplaatst, waarbij overhet algemeen nog een kleine aftrek van f 5 of f 10 wordttoegepast. Bij de doelmatigheidsklasse~"voldo&de" met een aftrek van f 5 wordt de bruto-pacht voor een bedrijf van grootteklasse van 45 ha f 75/ha voor het gebouw. In Oostelijk Flevoland waar de doelmatigheidsklassen uiteenlopen van "goed" of "goed minus f 5 of f 10" tot "voldoende met f 10 of. 15 aftrek", i.s voor ruim 300'akkerbouwbedrijven de pacht voor het gebouw berekend. Voor eei gemiddelde bedrijfsgrootte van 4 5 ha wordt een bruto-pachtprijs van 'f'85 per ha voor het gebouw betaald. Wanneer voor de bedr%jfsgebouwen van de L.E.1.-bedrijven in het noordelijke en het zuidwestelijke zeekleigebied de doelmatigheidsklasse ?voldoendeW wordt aangehouden en de hierbij behorende pachtprijzen van 1967,worden-gehanteerd,dan.zijn de vergoedingen voor grond en gebouwen in de verschillende gebieden zoalstabel 14 deze laat zien. Uit.dit overzicht blijkt dat de vergoeding voor het bedrijfsgebouw voor de verschillende gebieden niet zover uiteenloopt. Op grond van het grote verschil tussen de nieuwere typen schuren in de ~~ss&lmeerpplders en de verouderde bedrijfsgebouwen in de zeekleigebieden, waaivan"de fiscale waarde naar schatting niet meer dan de helft zal bedragen van de stichtingskosten van.de schuren in de IJsselmeerpolders, zou men een groter verschil verwachten! . . 5. PACHTWAARDE VAN DE GROND EN DE GEBOlMTEN 5.1. Algemeen ~- ~ . . ' . . . . ~ e i st zonder meer d u i d e l i j k d a t een grond met een hogere geldel i j k e opbrengst b i j d e z e l f d e kosten a l s een a n d e r e grond, een hogere pachtyaarde h e e f t . I n n o g , g r o t e r e ma.te i s d i t h e t g e v a l , wanneer deze hogere gel'delijkeopbrengstwordt verkregen t e g e n . l a g e r e k o s t e n . .. D i t l a a t s t e nu is het. geval voor de gronden i n O o s t e l i j k Flevoland en . -. i n. d e Noordoostpol.der l n v e r g e l i j k i n g met d e . g r o n d e n . i n het. n o o r d e l i j k e en' i n h e t z u i d w e s t e l i j k e zeekleigebied. D e voornaamste reden voor d e keuze van d e v i e r gebieden was d a t z i j behoorden t o t d e zeekleigronden en a l s zodanig vaak m e t e l k a a r werden vergeleken. I n a e I J s s e l m e e r p o l d e r s worden op deze gronden b i j een i n t e n s i e v e r bouwplan met n a a r verhouding l a g e r e bewerkingskosten v e e l hogere fysieke o p b r e n g s t e n b e h a a l d ; v o o r a l voor aardappelen en s u i k e r b i e t e n . D e bemest i n g s k o s t e n p e r ha z i j n g e l i j k of voor de i ~ s s e l m e e r p o l d e r si e t s hoger. De u i t g a v e n voor z a a i z a a d en pootgoed z i j n voor O o s t e l i j k Flevoland h e t dubbele van h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d (f 140 p e r ha meer) en f 115 meer dan van h e t z u i d w e s t e l i j k e e e e k l e i g g b i e d ; h e t v e r s c h i l t e n o p z i c h t e Van d e Noordoostpolder was f 49 i n h e t nadeel van O o s t e l i j k - . ~livoland. . De e x t e r n e produktie-omstandigheden z i j n voor de IJsselmeerpolders g u n s t i g e r . ( p e r ha f 76 l a g e r dan i n Zeeland voor een b e d r i j f van 45 h a ) . D e pacht voor de grond i s dan ook hoger. D e z e i s voor O o s t e l i j k Flevoland f 90/ha hoger dan voor h e t n o o r d e l i j k e en h e t z u i d w e s t e l i j k e zeekleigebied: I n de i n l e i d i n g werd d e vraag g e s t e l d i n hoever i n gebieden met een hoog rendement voor d e p a c h t e r d e pacht voldoende zou kunnen worden verhoogd om ook aan d e v e r p a c h t e r een r e d e l i j k e .vergoeding voor h e t produktiemiddel grond ( i n c l . gebouwen) te geven. Om h i e r o p een antwoord t e geven z a l men ervan u i t moeten gaan d a t d e ondernemer een r e d e l i j k e beloning dientl:te ontvangen voor i i j n ondernemerschap, handenarbeid, l e i d i n g en t o e z i c h t , z o a l s i n h e t ; b r v o l g wordt aangegeven. 5.2. Beloning p a c h t e r l Volgens i n 1953 t u s s e n d e r e g e r i n g en d e toenmalige S t i c h t i n g . voor de Landbouw (.thans 'Landbouwschap) gemaakte a f s p r a k e n moet d e handenarbeid van de b o e r worden gewaardeerd op C.A;O.-basis. V O O ~l e i d i n g en toezicht,kwam daarbovenop een bepaald bedrag-per h a , a f h a n l i e l i j k van h e t gewas. I n latere j a r e n werd d i t door h e t L . E . 1 . op 10% van de f a c t o r k o s t e n g e s t e l d , . t e r w i j l d e l a a t s t e j a r e n voor l e i d i n g en t o e z i c h t .. een v a s t bedrag p e r S.B.E. w o r d t gerekend. Aangenomenwordt d a t de ondernemer v o l l e d i g meewerkt i n h e t bed r i j f . Het a r b e i d s l o o n op C.A.0.-basis z a l over-.de j a r e n 1966 t / m 1969 gemiddeld f 12.000 i n c l u s i e f s o c i a l e l a s t e n hebben bedragen. Vervolgens sou h i e r 10%,vari de f a c t o r k o s t e n voor l e i d i n g en t o e z i c h t moeten worden b i j g e t e l d . D i t b e t e k e n t d a t voor d e v i e r v e r s c h i l l e n d e gebieden gemiddeld de volgende beloningen b i j d e gegeven b e d r i j f s g r o o t t e a l s redel i j k zouden kunnen worden v e r o n d e r s t e l d : Nrd. z e e k l e i g e b i e d Zw. z e e k l e i g e b i e d Noordoostpolder O o s t e l i j k Flevoland f 12.000 + + 12.000, + f 12.'000 f f 12.000 + f 4.900 f 4.300 f 5.050 f 4.200 = f 16.900 = f 16.300 = f 17.050 = f 16.200 H e t berekende gemiddelde arbeidsinkomen o v e r de v i e r j a r e n van onderzoek bedroeg r e s p e c t i e v e l i j k voor de v i e r gebieden: f 17.527, . . f 30.622, f 41.512 en f 50.169 ( z i e t a b e l 11 ,op b l a d z . 8 . Voor h e t n o o r d e l i j k e zeeklexgebied b l i j k t e r dus n e t voldoende inkomen '(f 17.527) t e z i j n voor h e t C.A.0.-loon + de b e l o n i n g voor l e i d i n g en t o e z i c h t . Voor d e o v e r i g e d r i e g e b i e d e n b l i j f t na a f t r e k van h e t C.A.0.-loon voor handena r b e i d en vergoeding voor l e i d i n g en t o e z i c h t nog a l s "winst" o v e r : f 14.322 voor h e t z u i d w e s t e l i j k z e e k l e i g e b i e d . " 24.462 voor de Noordoostpolder " 33.969 voor O o s t e l i j k Flevoland. 5.3. Vergoeding voor grond en gebouwen Volgelis VAN OMMEREN (14) i s d e grond r e l a t i e f waardevast; de nominale waarde s t i j g t b i j een voortdurende i n f l a t i e . Ook HOEVE (15) kwam t o t d e c o n c l u s i e d a t landbouwgrond t o t nu t o e r e d e l i j k waardevast i s ' geweest. Deze c o n c l u s i e werd gebaseerd op een onderzoek n a a r d e koopp r i j z e n v a n b o e r d e r i j e n van 1872 t o t 1971, g e c o r r i g e e i d voor d e koopk r a c h t (1971 = 100). Om deze reden mag, z e k e r i n een t ' i j d van geldontwaarding, h e t netto-rendemen! van:,het i n grond g e l n v e s t e e r d e .k a p..i t a a l y e e l lqger. z i j n , d a n van l a n g lopende leiiingen. iedelkjke ~ e ~ g o e d i n g Lobr h e t . p r 6. d.u..k t.i..e, .m . ,i.d.d.e. l grond' wbrdt.:in:.het algemeen,op 2 , 5 ,3% dan de marktwaa?de g e s t e l d . .. ' B i j Gerkobp van e e r s t e k l a s gronden aan p a c h t e r s i n ~ o s t e l i j kFlevoland wordt 11.000 per h a . i n r e k e n i n g g e b r a c h t . Volgens. VAN OMMEREN (1965) zou de g e s c h a t t e waarde voor e e n . e i g e n a a r - g e b r u i k e r van.een grond met een bouwoor van zware z a v e l en op een b e d r i j f van 35 t o t 55 h a . o p b a s i s van gegevens van 1958 t o t en met 1962 f 11.460 per ha bedragen. Of deze p r i j s i n O o s t e l i j k Flevoland b i j e e n . v r i j e markt z a l worden b e t a a l d i s n i e t met zekerheid bekend, maar gezien d e bedragen d i e voor h e t erf-. p a c h t s r e c h t worden b e t a a l d i s t e verwachten, d a t z i j z a l worden overtroffen. Uitgaande van een p r i j s voor d e gro>d i n O o s t e l i j k Flevoland van f 11.000 per ha zou de netto-pacht b i j . een rendement v a n 3 8 f 330 p e r ha moeten bedragen; deze was e c h t e r s l e c h t s f 165 per ha ( t a b e l 1 5 ) . I n paragraaf 4.3. "Rendement van gebouwen i n O o s t e l i j k Flevoland" werd r e e d s opgemerkt d a t h e t rendement o v e r h e t i n geb.ouwen g e l n v e s t e e r d e k a p i t a a l i n h e t o n g u n s t i g s t e geval en b i j een a f s c h r i j v i n g i n 50 j a a r op a n n u z t e i t s b a s i s voor de v e r p a c h t e r 0 , 9 % was voor een bedrijfsgebouw voor een b e d r i j f van 30 ha en 3,3% i n h e t g u n s t i g s t e g e v a l voor een bedrijfsgebouw voor een b e d r i j f van 60 ha. Voor a l l e bedrijfsgebouwen van b e d r i j v e n k l e i n e r dan 60 ha i s h e t rendement van h e t g e l n v e s t e e r d e kapit a a l t e l a a g . Voor een bedrijfsgebouw van een b e d r i j f van 45 ha i s d i t rendement voor d e d r i e typen gebouwen gemiddeld 2%. Om a a n een geWenSt rendement van 3% t e komen z a l d e pacht voor d i t t y p e gebouw nog met f 28 p e r ha dienen t e worden verhoogd. I n t a b e l 1 5 wordt e e n , o v e r z i c h t gegeven van d e b r u t o - en d e n e t t o . pacht voor grond en gebouwen, z o a l s deze i n O o s t e l i j k Flevoland i s en ::zeals d i e b i j een rendement van 3% zou moeten z i j n . en 1 a f t r e k van d i t bedrag nog Voor h e t n o o r d e l i j k e pacht t e verhogen t o t een arbei.dsinkomen j u i s t hoog C.A.0.-loon t e belonen en t o e z i c h t op t e v o e r e n . f 6.204 aan "winst" o v e r . z e e k l e i g e b i e d i s h e t e c h t e r n i e t mogelijk d e rendement van 3% i s b e r 6 i k t , aangezien h e t g e n o e g i s o m de- h a n d e n a ~ b e i dvolgens h e t nog 10% van d e f a c t o r k o s t e n voor l e i d i n g en Tabel 16. Hoogte van bruto- en netto-pacht voor grond en gebouwen b i j een rendement van 3% en b i j t o e d e l i n g van de o v e r b l i j v e n d e winst volgens de f a c t o r k o s t e n ( g l d . / h a ) Arbeidsinkomen ondernemer c Beloning b o e r (C.A.0.-loon 10%f a c t o r k o s t e n voor l e i d i n g en t o e z i c h t B l i j f t over ( t o t a l e w i n s t ) Meer pacht b i j 3% rendement Nog over aan "winst" Netto-pacht b i j 3% rendement 207 281 300 330 Netto-pacht voor d e grond i s ( z i e t a b e l 13). 79 83 142 165 1,1 0 ~ 9 194 1,5 128 198 158 165 22 - 110 191 Netto-pacht i n procenten van d e verkoopwaarde .. I i S t i j g i n g van de netto-pacht/ ha b i j 3% rendement B i j t o e d e l i n g van d e overb l i j v e n d e winst ( i n verhoud i n g van de f a c t o r k o s t e n ) s t i j g t de netto-pacht/ha m e t - D e netto-pacht wordt dan, - 303 410 521 296 530 715 864 2630 10000 13650 17350 . voor de grond . De bruto-pacht voor grond en gebouwen wordt dan Netto-pacht g e k a p i t a l i s e e r d tegen 3% l e v e r t d e verkoopwaarde van'de grond/ha Hoogte van bruto- en netto'-pacht b i j t o e d e l i n g van d e t o t a l e w i n s t aan d e grond (Ricardo) N o o r d e l i j k Zuidwest. Noordoost- O o s t e l i j k I zeekleizeeklei~ievoland polder gebied gebied , Extra-pacht b i j t o e d e l i n g van winst - ( 3 de t o t a l e .. . . . - .e . rege-I.-van ... boven: tabel:l6): aan d e grond - . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 349 562 860 Bruto-pacht ( i n c l . p a c h t e r s investeririg) i s . :. 296 310 414 480 ~ o t i l ebruto-pacht ( b i j gel i j k e beloning boer) 296 659 976 1340. 79 504 769' 1100 2630 16780 Netto-pacht b i j deze berekening . G e k a p i t a l i s e e r d t e g e n 3% zou de verkoopwaarde van de grond zijn 25600 : 36650 b 5.4. Verdeling v a n d e w i n s t . Wordt de pacht a l s r e s t p o s t beschouwd ( ~ i c a r d o ) , d u snadat de produktiemiddelen a r b e i d e n k a p i t a a l z i j n beloond, dan z o u . h e t gehele iest e r e n d e bedrag, i n . t a b e l 1 6 a l s t o t a l e w i n s t aangeduid, aan d e grond kunnen toevallen.. D e bruto-pach't zou dan kunnen s t i j g e n t o t d e ' b e d r a . gen, zodat . d i e i n h e t o n d e r s t e . d e e l v a n - t a b e l l 6 8 s t a a n vermeld en d i e u i t e e n l o p e n van f 296 p e r ha voor h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d t o t f 1340 per ha voor O o s t e l i j k Flevoland. Aangezien d e w i n s t e c h t e r wordt verkregen door de.:combinatie van de d r i e p r i m a i r e p r o d u k t i e f a c t o r e n l i j k t h e t r e d e l i j k om de.'winst te verdelen over deze d r i e p r o d u k t i e m i d d e l e n en' d e i e n i e t a l l e e n aan de grond t e l a t e n t o e v a l l e n . Deze, " e r d e i i n g kan worden u i t g e v o e r d naar de' percentages d i e d e a r b e i d s k o s t e n ( i n c l u s i e f 45% van h e t loonwerk), de r e n t e k o s t e n en d e ' n e t t o - p a c h t van d e f a c t o r k o s t e n uitmaken. Voor de netto-pacht z a l dan wokden u i t g e g a a n van een ,hoogte verkregen b i j een rendement van 3%. B i j deze v e r d e l i n g ( b i j een verhouding van 7 , 9 . : 2 , 8 . : 4,3 voor a r b e i d , r e n t e en 3 % n e t t o - p a c h t ) zou van d e o v e r b l i j v e n d e winst van f 665 p e r ha i n O o s t e l i j k Flevoland aan a r b e i d , k a p i t a a l en grond ( i n c l . gebouwen) r e s p e c t i e v e l i j k f 350, f 124 en f 191 p e r ha :'-. t o e v a l l e n , , z o d a t d e bruto-pacht voor deze p o l d e r op deze b a s i s u i t e j n d e l i j k zou kunnen w o r d e n : , f 673 + f 191 = f 864 p e r h a . . Voor d e b e d r i j v e n i n d e Noordoostpolder zou de v e r d e l i n g ( b i j een verhouding v a n . 8 , l : 1 , 5 : 4,O voor a r b e i d , r e n t e en 3% netto-pacht) voor a r b e i d , k a p i t a a l en grond ( i n c l . gebouwen) r e s p e c t i e v e l i j k i ~ n : f 213, f 41 en f 110 per h a , zodat d e . b r u t o - p a c h t h i e r f 605 + f 110 = ' f 715 zou k u n n e n z i j n . Voor h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d zou b i j d e z e l f d e berekening d e bruto-pacht kunnen s t i j g e n t o t f 530 p e r ha. B i j deze v e r d e l i p g van d e o v e r b l i j v e n d e w i n s t , nadat de verpacht e r r e e d s 3% n e t t o pakht zou hebben ontvangen, zouden d e bruto-pachten dus kumen worden: O o s t e l i j k Flevoland f 864 p e r ha f 715 p e r ' h a Noordoostpolder Z u i d w e s t e l i j k z e e k l e i g e b i e d f 530 p e r ha. :.' - 29 - .. Voor h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d b l i j f t de bruto-pacht f 296 d e r .. ha, maar h e t netto-rendement voor d e grond i s d a n . s l e e h t s 1,1%. Wanneer e c h t e r b i j g e l i j k e b e l o n i n g v a n . d e b o e r i n . d e v i e r gebieden d e t o t a l e winst aan d e grond wordt toegerekend kan d e bruto-pacht %. bedragen : voor O o s t e l i j k Flevoland f 1340 p e r ha' voor de Noordoostpolder f 976perha . voor h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d f 659 p e r ha. voor h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d b l i j f t deze f 296 per ha. D e netto-pacht voor d e onderscheiden gebieden wordt bi'j v e r d e l i n g . van de winst i n a f h a n k e l i j k h e i d van de f a c t o r k o s t e n z o a l s i n t a b e l . 1 6 s t a a t vermeld. Gaat men d e z e ' k a p i t a l i s e r e n tegen 3%, dan z a l de verkoopwaarde van de grond s t i j g e n t o t f 10.000 voor h e t zuidweste1,ijke' z e e k l e i gebied, t o t f 13.650 voor d e Noordoostpolder en t o t f 17.350/ha voor O o s t e l i j k Flevoland. Wat de I J s s e l m e e r p o l d e r s b e t r e f t , d u s ver boven d e t h a n s aangehouden verkoopwaarde. D e verkoopwaarde van d e gronden i n h e t n o o r d e l i j k e z e e k l e i g e b i e d d a a l t b i j deze berekening e c h t e r van f 6920 n a a r f 2630 p e r ha. B i j beschouwing van t a b e l 16, waar ook de bruto-pachten s t a a n vermeld na v e r d e l i n g van de o v e r b l i j v e n d e w i n s t i n a f h a n k e l i j k h e i d van d e f a c t o r k o s t e n , i s h e t goed t e bedenken d a t op h e t arbeidsinkomen d e ' b e t a a l d e pacht v i a de kosten a 1 i n mindering is gebracht: B i j een v e r d e l i n g van de w i n s t n a a r verhouding van d e f a c t o r k o s t e n z a l h e t t o t a l e inkomen van de ondernemer er a l s v o l g t u i t komen t e z i e n : Tabel 1 7 . Inkomen van de boer/ondernemer b i j , v e r d e l i n g v a n d e o v e r b l i j vende winst n a a r verhouding van de f a c t o r k o s t e n , ( i n g l d . ) Zuidwestelpjk Noordoost- O o s t e l i j k Flevoland zeekleigebied polder .. C.A.0.-loon + l e i d i n g en t o e z i c h t 16.300 ' 17.050 16.200 9.633. 1.771 13.895 4.922 B i j verdeling overblijvende winst valt toe: aan: a r b e i d aan: k a p i t a a l 4.100 630 Totaal ~ a n b e r e k e n d er e n t e voor de gedane i n v e s t e r i n g e n l ) werd r e e d s a l s k o s t e n afgetrokken Algeheel inkomen' 28.454 35.017 ,4.953 6.553 11.155 25.963 35.007 46.172 21.030' .. '! . , 1 ) aangenomen wordt d a t geen vreemd k a p i t a a l i s aangetrokken. B i j een t o e d e l i n g ,van d e g e h e l e w i n s t ( n a d a t d e : b o e r r e e d s de belo-' n i n g volgens de C.A.O. + l e i d i n g en t o e z i c h t h e e f t ontvangen) aan d e grond, z a l d e netto-pacht , k u n n e n ' s t i j g e n t o t ' w a a r d e n z o a l s aangegeven i n h e t o n d e r s t e d e e l van t a b b l 16a.. :De vergoeding van de r e n t e voor. d e ., gedane i n v e s t e r i n g e n i s r e e d s v i a d e k o s t e n verrekend. . B i j k a p i t a l i s e r i n g van deze netto-pachten t e g e n 3% s t i j g e n d e g r o n d p r i j z e n t o t z e e r hoge waarden, z o a l s aangegeven. U i t deze berekeningen b l i j k t welke u i t z o n d e r l i j k e p l a a t s de I J s s e l - , meerpolders innemen. .. 5.5. Conclusie ---- In de inleiding werd de &aag geiteld.pf het We1 reeel is dat het ~achtnormenbesluitaan zeekleigrondexi van uiteenlopende kwaliteit .. . , slechts een verschil in pachtwaarde van f 130/ha toestaat. Uit deze . : :. verhandeling blijkt dat, gezien de uiteindelijke bedrijfsresultaten tussen de'zeekleigebiedenaanzieblijk hogere pachten voor de betere gronden gerechtvaardigd zijn. Het Pachtnormenbesluit, laatstelijk gewijzigd in 1971, kent voor ., zeekleigronden drie klasseringen, uiteenlopend van f 250 (inclusief - - - . - maximale-toeslag) -tot-f 380-per-haCinclusief-maximale-toes.lag);-De- l marge,tussen de drie onderscheiden gronden is slechts f 130 per ha; ; deze laat dus geen ruimte voor gronden met zeer goede bedrijfsresultaten, waarvan de pachten zouden kunnen zijn zoals voor de IJsselmeer-' polders werd berekend. Het verdient daarom aanbeveling het Pachtnormen-. besluit te wijeigen, zodat in gebieden met verhoudingsgewijze zeer goe-' d e bedrijfsuitkomsten (0.a. Oostelijk ~levoianden de.Noordoostpolder) tenminste een redelijke,beloning van grond en,gebouwen (van jminstebs 3% netto'van de verkoopwaarde) wordt verkregen. - '- - - - -. % 6. SAMENVATTING . . .-. - .. . Teneinde e n i g i n z i c h t t e v e r k r i j g e n i n de t o e l a a t b a r e hoogte van d e pacht van de gronden i n d e I J s s e l m e e r p o l d e r s ( O o s t e l i j k Flevoland en de Noordoostpolder) en van de gronden i n h e t n o o r d e l i j k e en, zuidw e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d i s h i e r n a a r een onderzoek i n g e s t e l d , waarvan de r e s u l t a t e n i n d i t rapport z i j n v a s t g e l e g d . ' D i t onderzoek r i c h t t e z i c h z o v e e l m o g e l i j k op b e d r i j v e n i n .de grootte..van 30 t o t 70 ha, hoewel' o o k b e d r i j v e n beneden 3 0 ha voorkwamen (bijlage. 2). .. ' . . ~ o e w e la l l e v i e r gebieden van onderzoek t o t . d zeekleigebieden ~ behoren bleken er .ondei-ling nogal v e r s c h i l l e n t e b e s t a a n . De n o o r d e l i j k e en z u i d w e s t e l i j k e ~ e e k l e i ~ e b i e d ebne s t a a n g r o t e n d e e l s u i t oudere en oude zeekleigronden,, t e r w i j l d e ~ ~ s s e l m e e r p o l d e f s ' t d o et jonge z e e k l e i - " gronden moeten worden gerekend, hetgeen t o t u i t i n g komt i n een gemakke-:. l i j k e bewerkbaarheid en een b e t e r e s t r u c t u u r van de grond. De water; huishouding i s i n deze p o l d e r s geheel volgens d e e i s e n ; i n de noordel i j k e en z u i d w e s t e l i j k e , g e b i e d e n l a a t d t t n o g a l e e n s t e wensen o v e r , a 1 i s e r i n d e l a a t s t e twee decennia v e e l v e r b e t e r d . Ook t e n aanzien van d e v e r k a v e l i n g verkeren de I J s s e l m e e r p o l d e r s i n h e t voordeel, z o a l s b l i j k t u i t d e kosten voor de e x t e r n e produktie-omstandigheden ( t a b e l 9 o p . b l z . 1 5 ) , waar de v e r s c h i l l e n t u s s e n z e e l a n d e n O o s t e l i j k Flevoland u i t e e n l i e p e n van f 3 5 tbt f 76/ha voor b e d r i j v e n van 30 t o t 6 0 ' h a . H e t bouwplan. g e e f t t i s s e n . de v i e r gebieden nogal , v e r s c h i l l e n t e z i e n ( t a b e l 2, b l z . '6); Zo overheersen i n d e ~ ~ s s e l m e e r p o l d e rde s rooivruchten (aardappelen en s k i k e r b i e t e n samen 52%). In h e t z u i d w e s t e l i j k e . z e e k l e i g e b i e d nemendeze gewassen 37% van d e o p p e r v l a k t e i n en i n h e t z e e k l e i g e b i e d van Groningen 14%. Daarentegen i s h e t percentage granen i n h e t l a a t s t g e n o e m d e g e b i e d v e e l hoger dan i n d e I J s s e l m e.e.r p o l d e r s , namelijk 60% voor Groningen tegen r e s p e c t i e v e l i j k 40 en 46%voor d e . . Noordoostpolder en O o s t e l i j k Flevoland; voor h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i gebied l i g t d i t percentage op 41. ., De f y s i e k e opbrengsten i n de I J s s e l m e e r p o l d e r s b l i j k e n v o o r a l voor de.aardappelen en s u i k e r b i e t e n hoger t e z i j n z o a l s u i t d e navolgende cijfers blijkt. Gemiddelde opbren'gsten i n kg of tpnnen p e r ha van de voornaamste gewassen i n ' d e j a r e q 1 9 6 6 t / m 1969 Gewassen Noordelijk Wintertarwe Haver S u i k e r b i e t e n .. Pootaardappelen Cons.aardappelen 42,6 27,O 28,l , . Z u i d w e s t e l i j k Noordoostzeekleigebied polder Flevoland 5050 5189 -. Dat deze bouwplannen g r o t e i n v l o e d hebben op de g e l d e l i j f b "itkomst van de b e d r i j v e n l a a t z i c h v e r s t a a n . D i t b l i j k t b i j v p o r b e e l d .. u i t d e gemiddelde s a l d i voor d e gewassen z o a l s deze i n . ' d e volgende: t a b e l worden weergegeven. ' . . .~ Overzicht van d e s a l d i van d e voornaamste gewassen (gemiddeld voor 1966 t / m 1969). I' Noordelijk Z u i d w e s t e l i j k Noordoost- O o s t e l i j k Flevoland zeekleigebied zeekleigebied polder Gewas Wintertarwe Haver Suikerbieten Cons.aardappelen ~ .. . . .. . - .. .. ~~~ ~ 1625 1267 1922. 2310 . 1500 1177 2592 3418. . ,1463 1189 2875 4315 1560 1284 2998 3886 .. D u i d e l i j k b l i j k t u i t d e volgende t a b e l d a t j u i s t e i n hoger perdent a g e aardappelen en b i e t e n i n h e t bouwplan de d o o r s l a g g e e f t v o o r , e e n hoger b e d r i j f s r e s u l t a a t . H e t gemiddelde arbeidsinkomen i n g l d . / b e d r i j f over d e j a r e n 1966 t / m 1969 was: f 17.527 Noordelijk zeekleigebied . . Z u i d w e s t e l i j k z e e k l e i g e b i e d . f 30.622 Noordoostpolder f 41.512, O o s t e l i j k Flevoland f 50.169 D e v e r s c h i l l e n z i j n n i e t veroorzaakt door v e r s c h i l i n b e d r i j f s g r o o t t e , omdat h e t . l a a g s t e arbeidsinkomen i n h e t Groninger zeekleigebied werd behaald op gemiddeld d e g r o o t s t e b e d r i j v e n (46'7 h a ) , t e r w i j l i n O o s t e l i j k Flevoland m e t gemiddeld de k l e i n s t e b e d r i j v e n (39,7 h a ) de . . , b e s t e r e s u l t a t e n werden verkregen. Naast h e t bouwplan, d e hogere f y s i e k e opbrengsten, d e b e t e r e ver.kaveling en e e n . b e t e r e s t r u c t u u r van d e g r o n d , . h e e f t ook een e f f i c i e n t e r e b e d r i j f s v o e r i n g m e t een l a g e r k o s t e n c i j f e r t o t d e b e t e r e b e d r i j f s r e s u l t a t e n g e l e i d . Zo b l i j k t u i t t a b e l 12 op b l z . 19 d a t h e t a a n t a l S.B.E. ( b l z . 1 9 ) p e r volwaardige a r b e i d s k r a c h t i n h e t Groninger zeekleigebied h e t l a a g s t i s , ( 7 1 ) en i n O o s t e l i j k Flevoland h e t h o o g s t . ( l l 7 : ) , t e r w i j l voor d e a r b e i d s k o s t e n p e r S.B.E. j u i s t h e t omgekeerde h e t g e v a l i s , namelijk r e s p e c t i e v e l i j k f 188 en f 134. DeZe.,betere b e d r i j f s r A s u l t a t e n werden i n de I J s s e l m e e r p o l d e r s ber e i k t b i j hogere p a c h t p r i j z e n voor grond en gebouwen, z o a l s . b l i j k t u i t de bedragen i n t a b e l 14 op b l z . 22. De netto-pacht per ha i n h e t noprd e l i j k e z e e k l e i g e b i e d was gemiddeld i n de j a r e n 1966 t / m 1969 f 1 4 8 , tegen f 155 i n h e t z u i d w e s t e l i j k e z e e k l e i g e b i e d , t e r w i j l d i t i n de Noordoostpolder e n ' o o s t e l i j k Flevoland r e s p e c t i e v e l i j k f 207 en f 240 p e r ha .bedroeg (de n e t t o - p a c h t i s volgens d e L.E.1.-norm d e h e l f t van d e bruto-pacht, i n c l u s i e f d e "pachtersinvesteringen") B i j e e n g e l i j k e b e l o n i n g van de boer i n d e v i e r gebieden (C.A.0.loon + 10% van d e f a c t o r k o s t e n voor t o e z i c h t en l e i d i n g , 1 . 24). zou, wanneer d e o v e r b l i j v e n d e w i n s t g e h e e l aan de grond zou t o e v a l l e n '(Ricardo) de brute.-pacht voor d r i e van d e v i e r gebieden kunnen worden verhoogd met d e bedragen u i t h e t volgende o v e r z i c h t ( z i e ook t a b e l 16 op b l z . 27/28). . ' - ~ Overzicht van d e bruto-pacht ( i n c l u s i e f " P a c h t e r s i n v e s t e r i n g " , zeals dez e i s e n zou kunnen z i j n b i j t o e d e l i n g van d e t o t a l e w i n s t aan de grond Noordelijk Zuidwesteli j k z e e k l e i g e b i e d zeekleigebied p o l d e r -- ' - ~levoland ~~ Bruto-pacht 1966 tyn 1969 Extra pa,cht b i j t o e d e l i n g t o t a l e winst, aan de grond .' 562 " 'B60 T o t a l e pacht. kan dan z i j n f 976 f 1340 f 480. ~ .- Een verdeling van de overblijvende winst over de drie primaire produktiefactoren lijkt echter redelijker, aangezien de winst wordt verkregen met behulp van de gezamenlijke produktiefactoren grond, arbeid en kapitaal. Wordt deze verdeling uitgevoerd naar de. veFhAuding die de arbeidskosten, de rentekosten en de netto-pacht (bij een rendement van'3%) van de factorkosten uitmaken, dan zal de bruto-pacht kunnen stijgen tot: f 864/ha Oostelijk Flevoland Noordoostpolder f 715/ha Zuidwestelijk zeekleigebied f 508/ha Hierbij is reeds rekening gehouden met een netto-pacht van 3% van de verkoopwaarde van de gronden. Bij deze wijze van verdeling van dewinst is het totale inkomen van de boer, inclusief de reeds berekende.rente van het gefnvesteerde kapitaal voor het zuidwestelijke zeekleigebied, de Noordoostpolder en .. Oostelijk Flevoland respectievelijk f 25.963, f 35.007 en f 46.172 (zie tabel 17). Het lijkt dus alleszins billijk dat in de uitzonderlijkepositie waarin de grondgebruikers in de IJsselmeerpolders verkeren van hen een zodanige pacht wordt gevraagd, dat de verpachter een rendement van 3% ontvangt. Dit is thans niet het geval (zie tabel 15 op blz. 26). Om dat mogelijk te maken is het nodig dat het Pa.chtnormenbesluitwordt gewijzigd, aangezien de bestaande normen niet de nodige ruimte laten voor een verhoging van de pachtprijs. .. LITERATUURLIJST 1. Rapporten Commissie Onderzoek Landbouwwaterhuishouding Nederland T.N.O. voor Groningen, Noord-B'rabant, Zuid-Holland en Zeeland. - 2. ~esultatenlandbouwbedrijven (groepsoverzichten) 1966 t/m 1969 van het Landbouw Economisch Instituut. - ~. . 3. Jaarverslagen en Financiele verslagen van de bedrijven in eigen beheer in de Noordoostpolder over de ja'ren 1966 tYm 1969. . - 4. daarverslagen en Financiele verslagen van de bedrijven in eigen beheer in Oostelijk Flevoland over de jaren 1966 t/m 1969. . ~ ~ 5. Bedrijfsuitkomsten Landbouwbedrijven van het Landbouw Economisch Instituut no.'s3.22 en 3.26. 6. Jaarverslagen van de Cultuurtechnische Dienst over de jaren 1958 t/m 1970. 7. Paauw, F. van der en anderen. ~erschillenin opbrengst tussen de noordelijke en de zuidwestelijkezeekleigebieden. Instituut voor Bodemvruchtbaarheid. Rapport no. 16. 8. Iwaarden, J.W.van. De externe produktie-omstandigheden van akkerbouwbedrijven op zeekleigronden in Oostelijk Flevoland en in zeeland. 9. N.N. Uren voor veldwerk. Publikatie van het Instituut voor'Land-. . bouwtechniek,en .Rationalisatie. . 4 ' . .lo.' ~indenbergh,A.G. De rechtsvorm van.hetgrondgebruik in de IJsselmeerpolders. .. 11. Klooster, .. J.J. en M.C. Sprong. Ristertypen en ploegsneden. Rapport 177 van het Instituut voor Landbouwtechniek en Rationalisatie. ? '12. Hagtin=, A. De invloed van overmatige neer=lag op de opbrengsten op jonge en oudere zgekleigronden. Intern rapport Rkjksdienst voor de ~~sselmeei-polders no. 82. 13. Bontje, G.J. en.A.G. van Ommeren. Rehdement van bedrijfsgebouwen in 1967 op akkerbouwbedrijven.in Oostelijk Flevoland. Flevobericht 64 van de Rijksdienst voor de:~~sselmeer. . polders. 14. 0-eren, A.G.. van. De waarde van het erfpachtsrecht in d e IJssel-, m6erpblders. Interne nota Rijksdienst voor .de ~~sselmeer-. polders. .. < . . 15. Hoeve, H. Landbouwgrond en grondbank. Inleiding voor de.3 Centra-le Plattelands ~on~erenor~anisaties.. 9 mrt. 1972 te Amersfoort. 16. Smitg,ti; Over de meest gewenste kavelafmetingen in Zuidelijk Flevoland . ' Tarwe opbrengst in kg/ha ' . , jaar jaar Bijlage 2. Overzicht van -debij het onderzoek betrokken aantallen bedrijven naar grobtteklassen in de vier gebieden. ~oordeli jk zeekleigebied Noordelijke bouwstreek Oldambt . . . IJsselmeerpolders .. . Zuidwestelijk zeekleigebied ~uid-~011. eilanden . zeeuwse eilanden Westeli jk Nrd;-Brabant ~osteli jk ~levoland Noordoostpolder GrootteGrootteGrootteGrootteGrootteGrootteGrootteAantal klasse' Aantal klasse Aantal klasse Aantal klasse Aantal klasse Aantal klasse Aantal klasse in ha in ha in ha in ha 'in ha ih ha in ha 36 . 29-94 , , 29 32-92 22 25-53 24 24 24-52 27-50 18 . 28-71 6 Zuidw.Nederland 30 31-59 17 .32-86 58 17 30-55 29-71 31 11 33 30-70 . 21 32-63 50 30-50 .. Noordelijk zeekleigebiedl)- 6 21-30 12 30-7i 29 23-63 49 30-70 6 .21-30 - . , 12 30-71 . 1) Nrd.-Bowstreek, Oldambt en 4 Friese.bedrijven in de'grootteklasse van 23,50 tot 53,50 ha. . . 30-55. 25-30 30-55 .. 25-30 1 .., 1 25-30 25-56 ' .. Bijlage 3 . . B i j l a g e 4.. Bewerkingskosten i n guldens p e r ha g e s p l i t s t n a a r a r b e i d , loonwerk en werktuigkosten . ~oordoostpolder' ~ o s t e l i j kF' l w o l a n d Zuidw-zeekleigebied ' Noord.zeek1eigebied .. Loon- WerktuigLoon- WerktuigLoon- WerktuigLoon- Werktuig- -.' ' Tot. Tot.: ~ r b e i d Tot. Arbeid Arbeid .~ o t ~. r - b e i hwerk kosten werk kosten werk k o s t e n werk kost&. 1966 619 350 318 1287 567 354 338 1259 665 192 422 1279 484. 483 403 1370 1967 686. 270 306 1262 590 398 305 1293 649 225 438 1312 554 442 483 1479 1968 687 264 331 1282 ,628 414 312 1354 783. 232 432 1447 640 495 511 1646 1969 626 307 374 - 1307 662 ,398 385 1445 752 221 416 1389 584 564 552 1700 Gem. 654 298 332 1284 612 391 335 1338 712 217- 427' 1357 565 496 487 1549 . opbri:st. ' I n d e h i e r b n d e r s t a a n d e t a b e l z i j n d e a r b e i d s k o s t e n ( a r b e i d en.werk door derden) i n t o t a a l gegeven en d e percent a g e s d i e d e arbeidsko'sten van d e bruto-geldopbrengsten uitmaken. T o t a l e ai-beidskosten i n guldens p e r ha en de percentages van deze k o s t e n i n verhouding t o t de bruto-geldopbrengst 1 1 I Zuidw. z e .Noord.;zeekleigebied Totale I % van I arbeids' ,, kosten opbrengst ,brute- 869 . ' 39 Totale a;b6idskosten . 921 bruto. stpolder % van akos;;;, r b e i d s - brutoopbrengst 874 1015 Gem. 30 973 35 .929 O o s t e l i j k Flevoland I % van I Totale ' I , B i j l a g e 5. Aantal werkbare uren voor d e aangegeven werkzaamheden p e r halfmaandelijkse periode. I IJsselmeerpolders , I Groningen (Finsterwolde) Zaaien en s t i k s t o f Voorjaarswerkzaamh. Strooien ( i n c l . bemesting en sproeien) Voorjaarswerkzaamh. ( i n c l . bemesting en sproeien) maart l e periode 2e p e r i o d e 32 69 95 april l e periode 2e p e r i o d e 74 97-einde z a a i periode 80 85 mei l e periode 2e p e r i o d e 1 4 1 - e i n d e s t i k s t o f - 80 s t r .koolzaad140 75 juni l e periode 137-einde s t i k s t o f - 75 str. op granen 2e p e r i o d e - Maaidorsen juli l e periode 2 e periode Maai- C.aard. S.B. dorsen rooien rooir 60 .. . . 55 95 44 - Maai- C.aard. S .b. dorsen rooien r o o i e n 75 75 120 augustus le p e r i o d e . 2e p e r i o d e 58 95 septeinber C.aard. rooien le, p e r i o d e ) 2e p e r i o d e 218 .. 55 55 90 95 70 75 110 120 370 60 110 95 S.bieten rooien ' 125 60 60 : 100 i05 115 . 110 Zaai-en winterv. ploegen oktober l e periode 2e p e r i o d e I 71 121 127 125 125 104 87 123 110 110 110 125 125 105 105 november l e periode 2e p.eriode december l e periode 2e p e r i o d e . : 66 " . . 45 Bijlage.6. van het aantal bewerkingseenheden (BE) en standaard bedrijfs.Overzicht . eenheden (SBE).. ..:* BE. SBE Gewassen per ha ' Granen I 90 390 Pootaardappelen 275 9,0 Suikerbieten 190 Groene envten 115 4,s Conservenerwten 85 3,O Ongerepeld vlas 90 1 6.5 3,5 I .. Per gemiddeld aanwezig 'dier, BE SBE krbn Kalveren 12 0 ~ 7 Jongvee 12 0 ~ 7 Mel'kkoeien 55 , . Mestvee Mestkalveren ' 2,5 20 0,8 8 094 I
© Copyright 2024 ExpyDoc