Communicatieboodschap BO Farmacie inz

Slotafspraken Bestuurlijk Overleg Farmacie medicatiebeoordeling en medicatieoverdracht
Medicatiebeoordeling
Erken het belang van medicatiebeoordeling als wezenlijk onderdeel van de farmaceutische zorg.
Handel daar naar. Zet de medicatiebeoordeling in op het juiste moment bij de juiste patiënt.
Toelichting
Medicatiebeoordeling is een wezenlijk onderdeel van de farmaceutische zorg. De zorg wordt verleend
volgens de Multidisciplinaire Richtlijn Polyfarmacie bij Ouderen en de KNMP Richtlijn
medicatiebeoordeling. Het succes van een medicatiebeoordeling zit in de samenwerking tussen de
apotheker en de huisarts en het betrekken van de patiënt bij deze zorg. En natuurlijk dient deze zorg
in voldoende mate voor hun verzekerden te zijn gecontracteerd door zorgverzekeraars.
Volgens de criteria van de Richtlijn komen 700.000 ouderen in aanmerking voor een
medicatiebeoordeling. In de huidige praktijk is er op dit moment niet genoeg capaciteit om al deze
personen een medicatiebeoordeling te geven. Niet alle 700.000 personen hebben daarnaast altijd
evenveel baat bij een medicatiebeoordeling. Het is zorg op maat, samen met de patiënt. Huisarts en
apotheker bespreken samen welke (risico-)patiënten in hun praktijken in ieder geval baat hebben bij
een medicatiebeoordeling.
Alhoewel er vorig jaar al 70.000 medicatiebeoordelingen door artsen en apothekers zijn uitgevoerd,
kan het nog beter. Voor een brede implementatie van de medicatiebeoordeling volgens de Richtlijn in
de praktijk is binnen de Kwaliteitsagenda Farmacie een Meerjarenagenda opgesteld. Op vier
hoofdonderwerpen werken de ondertekenaars samen aan verbetering:
1.
onderzoek: welke groep patiënten heeft het meeste baat bij een medicatiebeoordeling en wat
zijn concreet de effecten van een medicatiebeoordeling voor een patiënt?
De KNMP financiert daartoe twee wetenschappelijke onderzoeken naar de zogenaamde
patiëntselectie en uitkomsten van deze zorg.
2.
implementatie & communicatie: de samenwerking tussen (huis)arts en apotheker is cruciaal
voor een effectieve medicatiebeoordeling. Om deze samenwerking verder te stimuleren,
werken KNMP en LHV samen aan een set samenwerkingsafspraken. Hiermee kunnen
zorgverleners de taken en verantwoordelijkheden naar elkaar toe helder maken, maar ook
naar de patiënt. Deze afspraken zijn ook basis voor het toezicht door IGZ op de kwaliteit en
veiligheid van deze farmaceutische zorg.
Goede informatie over deze zorg is ook voor patiënten van wezenlijk belang. De NPCF heeft
daarom patiëntkaarten ontwikkeld voor in de apotheek. Deze leggen uit wat de zorg inhoudt
en wat de patiënt zelf kan doen bij een medicatiebeoordeling.
3.
ICT: optimale ondersteuning door de ICT en beschikbaarheid van voldoende en juiste
informatie in het proces. Voor een medicatiebeoordeling is een volledig dossier met relevante,
juiste gegevens nodig, afkomstig van de apotheker en de (huis)arts.
4.
meten en zichtbaar maken van zorg: KNMP ontwikkelt met het NHG een aantal indicatoren
dat de kwaliteit van de medicatiebeoordeling zichtbaar kan maken. Een vijftal
kwaliteitsindicatoren voor de farmacie levert in 2014 al informatie op over de mate van
implementatie, opleiding en samenwerking bij medicatiebeoordeling in de praktijk.
Voor deze vier onderwerpen heeft de KNMP samen met o.m. LHV, ZN en NCPF een gezamenlijke
actielijst opgesteld met een planning en prioritering in 2014 en 2015.
IGZ heeft in 2014 haar toezichtkader gereed en richt zich daarin met name op de afspraken tussen
arts en apotheker m.b.t. de samenwerking bij medicatiebeoordeling. IGZ start in januari 2015 met
handhaving.
Richting patiënt
Gebruikt u chronisch (langdurig) vijf of meer medicijnen per dag en voelt u zich hier niet goed bij?
Meld u dan bij uw apotheker of huisarts. Zij kijken in overleg met u wat hier aan te doen is. Indien
nodig, krijgt u van uw apotheker of huisarts een zogeheten medicatiebeoordeling.
Slotafspraken Bestuurlijk Overleg Farmacie medicatiebeoordeling en medicatieoverdracht
Toelichting
Voor patiënten en cliënten van zorgverzekeraars komt er een gezamenlijke korte uitleg
medicatiebeoordeling in de vorm van een webtekst voor de aangesloten organisaties bij de
slotafspraken (inclusief de veel geraadpleegde publiekswebsite www.apotheek.nl) en een flyer voor in
de apotheek en in de huisartsenpraktijk.
Medicatieoverdracht
Richting zorgverleners, in het bijzonder openbaar apothekers, ziekenhuisapothekers en de care.
Het bewustzijn van patiënten over eigen betrokkenheid bij / verantwoordelijkheid over
medicatieoverdracht moet worden verhoogd. Zorgverleners hebben hier een belangrijke taak om dit in
hun patiëntencontacten en contacten met andere zorgverleners te benadrukken en daar naar te
handelen.
Toelichting
Medicatieoverdracht is van belang rond ziekenhuisopnames en ontslag uit het ziekenhuis, maar zeker
ook bij opname en verblijf in verpleeg- en verzorgingstehuizen. Daarnaast gaat de IGZ vanaf 2015 op
medicatieoverdracht handhaven. De Richtlijn medicatieoverdracht wordt daarom in 2014 herijkt. Het is
belangrijk dat de richtlijn werkbaar en uitvoerbaar in de praktijk is, voor zorgverleners en patiënten. Al
met al is het van belang dat patiënten, wanneer zij zich bewust zijn van het belang van
medicatieoverdracht, zich aanmelden voor het LSP.
In het algemeen dient er aandacht te worden besteed aan het verhogen van het belang dat patiënten
hechten aan actuele gegevens in hun dossier. Dit geldt niet alleen voor de medicatiegegevens maar
geldt zorgbreed. Een patiënt gaat er vaak vanuit dat het wel geregeld zal zijn. Daarbij gaat de patiënt
ook voorbij aan het eigen belang om zeker te stellen dat de juiste gegevens ook beschikbaar zijn bij
de juiste zorgverlener, bijvoorbeeld door toestemming te geven, of het ophalen van een actueel
medicatieoverzicht indien hierom verzocht. Een eerdere campagne heeft aangetoond dat gerichte
informatie een doeltreffend middel is.
De medicatieoverdracht is hier de ‘trekker’ om als subdoelstelling de patiënt te bewegen tot opt in voor
het LSP.
Bijlage medicatieoverdracht
* Voorschrijvers: bij het voorschrijven van medicatie, raadplegen artsen vooraf de gebruikte medicatie,
een actueel overzicht van de patiënt met betrekking tot het medicatiegebruik en gestopte medicatie en
dragen er zorg voor dat de door hen geïnitieerde wijzigingen eenduidig in een elektronisch
uitwisselingssysteem worden geregistreerd.
* De Orde van Medisch Specialisten zal activiteiten in gang zetten om het elektronisch voorschrijven te
bevorderen onder de medisch specialisten.
* Verpleegkundigen en artsen vragen bij patiëntencontact actief of de medicatiegegevens mogen
worden opgenomen in een gestandaardiseerd elektronisch uitwisselingssysteem.
* De NPCF draagt ervoor zorg dat hun achterban op de hoogte is van het patiëntveiligheidsbelang om
hun gegevens op te nemen in een gestandaardiseerd elektronisch uitwisselingssysteem. De patiënten
zijn ervan op de hoogte dat deze vraag moet worden gesteld.
* Halverwege het jaar 2014 brengen veldpartijen in kaart welke knelpunten zijn opgelost en wat er
voor nodig is om het einddoel (implementatie van het LSP om zodoende een goede
e
e
medicatieoverdracht tussen de 1 en 2 lijn te hebben) te behalen. Daarnaast zal er een onderzoek
zijn naar best practices met betrekking tot elektronische uitwisseling van medicatiegegevens
(bijvoorbeeld bij twee ziekenhuizen) om van te leren. Tijdens dit onderzoek kan de IGZ haar
toezichtkader uittesten.
Slotafspraken Bestuurlijk Overleg Farmacie medicatiebeoordeling en medicatieoverdracht
* Apothekers hebben een ICT-Raad. Komende tijd zal de ICT-Raad aan het gebruik van het LSP
prioriteit geven.
* Partijen werken onder regie van VWS aan een herijking van de Richtlijn medicatieoverdracht. De
huidige richtlijn is in 2008 opgesteld en men ging bij het opstellen uit van opt-out in plaats van opt-in
en een werkend EPD. De resultaten van het Onderzoek Medicatieoverdracht t.a.v. de overgehevelde
middelen (eindrapportage april 2014, uitgevoerd door Significant) worden bij de uitwerking van de
herijking van de Richtlijn betrokken. De Richtlijn zal 1 juli 2014 gereed zijn en afgestemd met de IGZ.
* Per 1 juli 2014 heeft de IGZ een toezichtprotocol ontwikkeld. Vanaf 1 januari 2015 zal de IGZ
conform dit protocol handhaven en op basis van de per juli 2014 herziene Richtlijn
medicatieoverdracht.
* Zorgverzekeraars hebben zorgplicht en moeten zorgdragen voor een juiste contractering van
medicatieoverdracht. De aflevering en verificatie van geneesmiddelen (dus het hebben van een
actueel medicatieoverzicht alvorens een geneesmiddel te verstrekken) valt onder prestatie 1
Terhandstelling van een UR-geneesmiddel.
* Prestatie 5 Farmaceutische begeleiding bij ziekenhuisopname en polikliniekbezoek en prestatie 6
Farmaceutische begeleiding i.v.m. ontslag uit het ziekenhuis bevatten de farmaceutische zorg rondom
medicatieoverdracht bij opname en ontslag. Prestatie 5 en 6 zijn van toepassing bij zogenaamde
transitiemomenten tussen zorgverleners.
* De NZa ziet erop toe dat voldoende verantwoorde zorg wordt gecontracteerd, dus ook met
betrekking tot medicatieoverdracht.
* Tenminste eenmaal per jaar vindt de Stuurgroep Medicatieoverdracht plaats onder voorzitterschap
van het ministerie van VWS.