Heb goeden moed Heb goeden moed

Heb goeden moed
Schriftgedeelte: Handelingen 23 vers 1-11.
Misschien gevoelen sommigen onder u de noodzaak om bemoedigd te worden. Heeft u ooit
opgemerkt hoeveel van onze gezangen juist spreken over dit punt - óf een gebed erom, óf
de zoete bemoediging ervan? Dit is een gezegend gebed:
“Bemoedig onze moedeloze harten,
Gij hemelse Parakleet;
Geef ons met nederige hoop te liggen,
Aan des Verlossers voeten.”
Mijn gedachten zijn naar de Heere Jezus gegaan. Bij meer dan één gelegenheid gebruikte Hij
de uitdrukking: Heb goeden moed. En misschien is dit juist wat u gevoelt nodig te hebben dat de Heere tot u zegt: Heb goeden moed.
Ik wil enkel een of twee gelegenheden onder uw aandacht brengen waar de Heere Jezus
zegt: Heb goeden moed. Dan heeft die zondaar niets te vrezen. En de Heere Jezus verbindt er
altijd een reden aan, en die reden beantwoordt alles wat de oorzaak was waarom hij vreesde. Welnu, u zult bemerken dat de wereld vaak zegt: “Houd moed”. De filosofie van de wereld schijnt nutteloos te zijn. Er is geen vaste grond voor iemand om moed te houden. Aan
de ene kant is het de filosofie van de wereld: “Misschien gebeurt dit nooit”, of aan de andere
kant: “Het zou erger kunnen”. Dit is de filosofie van de wereld.
Welnu, luister naar de Heere Jezus: Zijt welgemoed, uw zonden zijn u vergeven. Er zijn velen
die zo terneergeslagen zijn, die zo moedeloos zijn vanwege de zonde. Zij voelen het van binnen oprijzen; zij kennen hun schuld. Zovele zonden in woorden; zovele zonden in gedachten.
En er is de besmetting en de bewustheid ervan. De Heere Jezus zegt tot deze moedeloze
zondaar: Zijt welgemoed. Waarom? Uw zonden zijn u vergeven. Dan is er grond voor heilige
vreugde, als zondaren die de hel verdienen, bevinden dat er vergeving is bij de Heere opdat
Hij gevreesd mocht worden, en als zij het fundament aanschouwen dat vast staat. Wie is een
God gelijk Gij, Die de ongerechtigheid vergeeft. Uw zonden zijn u vergeven.
Een andere gelegenheid was, toen de Heere Jezus kwam wandelende over de stormachtige
zee. De discipelen waren zo vol vreze en dat mochten zij inderdaad wel zijn vanwege de
storm, de wind en de golven die hen dreigden te vernielen. Zij pijnigden zich zeer; want de
wind was hun tegen. Zij maakten geen vaart. En dan, op het donkerste ogenblik, kwam Jezus
Zelf nabij, en Hij kwam recht over die stormachtige golven: Zijt welgemoed, Ik ben het, vreest
niet. Misschien zijn het de winden die u tegen zijn, de storm, de baren en de duistermakende
lucht, die u terneerslaan. Moge u in staat zijn om van dit alles af te zien tot de Heere Jezus,
en Zijn macht over de winden en de storm en de zee te zien. Ik ben het, vreest niet.
Nu nog één andere gelegenheid. De Heere Jezus, vlak voordat Hij stierf, zei dit: In de wereld
zult gij verdrukking hebben. Hij zei niet, dat Zijn volk in staat zou zijn om er aan te ontkomen
en het te omzeilen, maar: Hebt goeden moed, Ik heb de wereld overwonnen. En nog steeds
Meditaties voor de zaterdagavond
Pagina 1 van 2
www.gospelstandardvrienden.nl
heeft Gods volk verdrukking, en wat verdrukking is voor de een is het niet voor de ander.
Maar hun verdrukking is in de hand des Heeren. Hebt goeden moed, Ik heb de wereld overwonnen.
Misschien zegt u: dit heeft niets met Handelingen 23 te maken. Wel, het gedeelte spreekt
van goeden moed. De Heere Jezus, in Zijn dagen op aarde, sprak zo liefelijk heb goeden
moed, tot de geraakte die van vier gedragen werd; tot Zijn discipelen die zich pijnigden om
het schip voort te krijgen; en opnieuw tot de dierbare discipelen voordat Hij hen verliet om
te gaan naar Golgotha. Maar de Heere Jezus is niet meer hier op de aarde. Hij is opgestaan,
verhoogd, verheerlijkt. Wel, hier gaat het om: nog steeds zegt Hij: Heb goeden moed.
Dit hoofdstuk is na de opstanding. Jezus is niet langer op de aarde; Hij is verheerlijkt. Maar
hier is een kind van God in pijnlijke ellende, maar de Heere stond bij hem en zei: Heb goeden
moed. Dat doet Hij nog steeds. En, als dat kind van God werkelijk in ellende, werkelijk in
nood is, dan staat de Heere Jezus bij hem. Dat is Zijn genadige tegenwoordigheid en Zijn tegenwoordigheid bemoedigt de ziel. De Heere Jezus komt nabij en staat bij hem en zegt: Heb
goeden moed. Lees de rest van het hoofdstuk. Als er ooit een man in gevaar was, dan was
het Paulus! Wat was het? Veertig mannen, ja, meer dan veertig, verbonden door een eed
dat zij niet zouden eten of drinken tot zij hem gedood hadden. Er was geen haar op zijn
hoofd die verloren kon gaan. Hij was in de handen des Heeren en de Heere zei: Heb goeden
moed.
Wel, als u terneergeslagen bent, mocht u dan in staat zijn te zien op diezelfde Jezus, en
mocht u Zijn stem horen, zeggende: Heb goeden moed, en mocht u die dierbare waarheid
leren dat “niets u kan schaden als Jezus nabij is”.
Uit: Saturday Evening Meditations, B.A. Ramsbottom.
Meditaties voor de zaterdagavond
Pagina 2 van 2
www.gospelstandardvrienden.nl