Werkloos // Jarenlang werd gedacht dat er m eer a rtsen nodig waren // Nu er wordt bezuinigd zijn ze met te veel // Afgestudeerde specialisten zitten werkloos thuis, of vertrekken naar h et b u itenla nd Eindelijk arts, heb je geen werk ENZO VAN STEENBERGEN O Over h et o nd erz o ek Beroepsvereniging De Jonge Specialist hield een enquête onder 1.322 medisch specialisten die de afgelopen drie jaar afstudeerden. Ze werden ondervraagd over hun arbeidsperspectieven. 79 procent van de ondervraagden was medisch specialist en 21 procent arts in opleiding tot specialist (Aios). 57 procent van de respondenten was vrouw, 43 procent man. 44 % H eeft een tijd elijk e a a nstelling 5 procent van de ondervraagde artsen heeft een uitkering en 5 procent werkt in het buitenland. 44 procent heeft een tijdelijke aanstelling en 44 procent een vaste aanstelling. Bij 2 procent is een andere situatie van toepassing. 22 % U itz ic h t o p va ste b a a n vo o r m ensen m et tijd elijk e f u nc tie Slechts 22 procent van de artsen met een tijdelijke functie heeft uitzicht op een vaste baan. 32 procent heeft geen uitzicht op een vaste baan, 46 procent weet het niet. 1.000 M ed isc h sp ec ia listen stu d eren ja a rlijk s a f Jaarlijks ronden ongeveer duizend medisch specialisten hun opleiding af. Ze zijn dan gemiddeld 30 tot 35 jaar. pleiding geneeskunde: zes jaar zwoegen. Opleiding tot medisch specialist: nog eens zes jaar keihard werken in een ziekenhuis. Leeftijd bij afstuderen: 30 tot 35 jaar. Kosten voor je opleiding opgehoest door de belastingbetaler: minimaal 600.000 euro. Grootste wens: een baan, een partner, een huis en een hond. Maar wat heb je? Helemaal niets. Een uitkering. Misschien een tijdelijke baan. Dit is het verhaal van steeds meer net afgestudeerde medisch specialisten. Hun baanzekerheid – tot voor kort onomstreden – is verleden tijd. Dat zegt Frank de Grave, voorzitter van de Orde voor Medisch Specialisten, naar aanleiding van een enquête onder jonge ‘klaren’, (zo worden net afgestudeerde medisch specialisten genoemd). De enquête is afgenomen door beroepsvereniging De Jonge Specialist. Ruim 1.300 medisch specialisten die de afgelopen drie jaar afstudeerden werden ondervraagd over hun arbeidsperspectieven. Uit de enquête blijkt dat 5 procent een uitkering heeft. Dat strookt met eerdere cijfers. Het echte probleem, zeggen de beroepsverenigingen, is de trek naar het buitenland. Vijf procent van de jonge ‘klaren’ gaat noodgedwongen in een buitenlands ziekenhuis werken. Dat is vijf keer zoveel als vorig jaar. De Orde van Medisch Specialisten spreekt van een ‘braindrain’ en wil dat beroepsverenigingen, ziekenhuizen, zorgverzekeraars en de overheid een ‘banenplan’ ontwikkelen voor jonge medisch specialisten. Wat is de oorzaak? Jonge specialisten moeten zich ineens zorgen maken over werkloosheid, zegt De Grave. Jarenlange groei in de zorgsector heeft volgens hem geleid tot „te optimistisch” inschatten van benodigde opleidingsplaatsen voor medisch specialisten. De Grave: „De laatste jaren zijn we bezig de kosten in de zorg beheersbaar te maken. Daar horen minder banen bij, maar het aantal opleidingsplaatsen is er nog niet op aangepast.” De trek naar het buitenland heeft verlies van belastinggeld en het vergooien van kennis als gevolg. Medisch specialisten volgen eerst zes jaar de opleiding geneeskunde. Daarna specialiseren ze zich zes jaar, door op een bepaalde afdeling in het ziekenhuis te werken onder de vleugels van een specialist. Deze jaren worden betaald uit een opleidingsfonds. Dat fonds bestaat grotendeels uit belastinggeld. Opleiden voor het ene specialisme is duurder dan voor het andere, maar de totale gemeenschapskosten voor het opleiden van een medisch specialist liggen tussen de 600.000 en 900.000 euro. De Grave: „Dat geld, door de belastingbetaler betaald, gooien we weg als jonge klaren naar het buitenland vertrekken.” Marjolein Kremers, bestuurslid van De Jonge Specialist en derdejaars internist in opleiding, denkt dat nog niet afgestudeerde specialisten bang zijn om hun vergunning te verliezen. Kremers: „Als je enkele jaren werkloos bent als medisch specialist, verlies je de beroepsregistratie. Dat is een dusdanig ernstig scenario, dat jonge specialisten alle kansen aangrijpen om Interviews Ik ben cardioloog. Nu laat ik me omscholen werk te krijgen, ook in het buitenland.” Het plaatje was altijd zo perfect. Medisch specialisten studeerden weliswaar op relatief late leeftijd af, maar hadden dan direct een goed salaris. Ze konden een huis kopen en zich settelen. Kremers: „Medisch specialisten studeren af op een belangrijke leeftijd. Als ze dan voor het buitenland kiezen, is de kans aanzienlijk dat ze daar blijven en hebben wij er niets meer aan.” Voor bijna niemand is het werken in een buitenlands ziekenhuis de eerste keuze, blijkt uit de enquête. Meer dan 80 procent van de respondenten verklaart niet naar het buitenland te willen. Kremers: „Toch is het risico op werkloosheid in Nederland zo groot dat vijf keer zoveel specialisten als vorig jaar vertrekken.” De cijfers van De Jonge Specialist worden ondersteund door gegevens over de arbeidsmarkt voor medisch specialisten, die onlangs van uitkeringsinstantie UWV kwamen. Vakblad Medisch Contact schreef dat 327 ziekenhuisspecialisten, huisartsen en basisartsen een WWuitkering hebben. In absolute cijfers niet veel, maar wel 30 procent meer dan in maart vorig jaar en 80 procent meer dan een jaar eerder. Onder de werklozen zijn bijna 170 ziekenhuisspecialisten. De Orde van Medisch Specialisten denkt, afgaand op de enquête van De Jonge Specialist, dat deze groep grotendeels wordt gevormd door net afgestudeerde specialisten. Slim kiezen kan voor studenten de oplossing zijn. Het specialisme klinische geriatrie – ouderenzorg – kent, niet verrassend, helemaal geen werklozen. Dat zal gezien de vergrijzing ook niet snel veranderen. De longgeneeskundigen hebben het zwaarder; 14 procent van de respon- Marieke Ludwig (38). Kan geen baan vinden als (specialistisch) cardioloog en laat zich omscholen tot medisch adviseur bij een verzekeringsmaatschappij. DAT GELD GOOIEN WE WEG ALS J ONGE M ED IS C H S P EC IALIS T EN NAAR HET BUITENLAND VERTREKKEN denten ontvangt een uitkering, 7 procent is naar het buitenland vertrokken. Het hoogste aandeel van alle specialismen. Het aandeel vaste- en tijdelijke banen onder de respondenten is precies gelijk: 44 procent. Van de specialisten met een tijdelijke baan hebben er maar weinig zicht op een vaste aanstelling. ‘Hoppen’ van tijdelijk werk naar tijdelijk werk is, anders dan vroeger, ook bij medisch specialisten normaal geworden. Een banenplan dus. Dat wil de Orde van Medisch Specialisten. Of, zoals De Grave het zegt, „constructies bedenken waardoor specialisten niet achter de geraniums verdwijnen”. Een potentiële oplossing wil hij wel geven. Medisch specialisten die onderling in een maatschap werken (samenwerkingsverband van specialiste) zouden meer ruimte moeten bieden aan jong talent. En er zijn op dit moment CAOonderhandelingen gaande voor de beroepsgroep van medisch specialisten in vaste dienst bij het ziekenhuis. De Grave: „We proberen erdoor te krijgen dat de vaste werkweek korter wordt. Als medisch specialisten iets minder lange werkweken maken, ontstaat ruimte voor jong talent. Maar ook weer niet te korte werkweken, want bij te veel overdrachtsmomenten ontstaat patiëntonveiligheid.” Cardioloog Marieke Ludwig (38): „Nu denk ik weleens: wat heb ik me uitgesloofd.” FOTO NIELS BLEKEMOLEN „Vier jaar geleden verhuisde mijn gezin voor mijn werk van Maarn naar een dorpje bij Groningen. De vakgroep cardiologie van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) had namelijk als één van de weinige in Nederland uitbreidingsplannen. Ik begon met een tijdelijk contract, ik zou een zogenaamde ‘superspecialisatie’ doen, en vervolgens zou ik een vaste baan krijgen – zo werd me althans beloofd. Ik volgde twee specialisaties: in aangeboren hartafwijkingen, en in de implantatie van pacemakers en icd’s, andere pacemakerachtige apparaten. Maar de leiding van de vakgroep werd teruggefloten door de directie van het ziekenhuis: er mochten geen nieuwe cardiologen meer worden aangenomen. Ik kon nog twee jaar blijven, maar het vaste contract dat me was beloofd, kreeg ik niet. Daar zat ik dan, met mijn gezin in Groningen. De regioziekenhuizen hadden natuurlijk geen superspecialist nodig, maar er was ook geen vraag naar algemeen cardiologen. Even leek er een oplossing te zijn: in Delfzijl kon ik invallen voor een zieke cardioloog, met uitzicht op een vaste plek. Ik werd ingehuurd als ‘waarnemer’. Dat betekent dat je alleen betaald krijgt wanneer je werkt. Als je ziek bent, of arbeidsongeschikt raakt, moet je er zelf voor opdraaien. Na een half jaar kreeg ik te horen dat ze heel tevreden met me waren, maar me niets konden bieden. De zieke cardioloog was nog steeds onderdeel van de maatschap, en kreeg dus maandelijks zijn deel. Aangezien maatschappen mogelijk door de politiek worden afgeschaft, durfde de maatschap uitbreiding niet aan. Ik mocht wel blijven, maar alleen als ‘waarnemer’ op eigen risico. Ik heb drie kinderen en ben de hoofdkostwinner van het gezin, mijn man heeft een eigen bedrijf. Ik vond het te link voortaan op eigen risico te werken. ‘T ak e it or l eav e it’, zei de maatschap. Zelfs over een tijdelijk contract viel niet te praten. Gelukkig kon ik even terugkomen bij het UMCG, maar in november loopt mijn contract af. Ik heb ongelofelijk veel brieven gestuurd. Aanvankelijk wilde ik vasthouden aan het vak waar ik al die jaren voor heb gewerkt en waar mijn hart ligt, maar inmiddels heb ik een draai gemaakt. Ik heb een baan gevonden als medisch adviseur bij een verzekeringsmaatschappij. Iets totaal anders, ja. Ik laat me omscholen. De patiënten waren altijd heel blij met mij, ik vind het vreselijk hen achter te laten. Als ik er te veel bij stil sta, moet ik huilen. Maar ik zie geen andere uitweg. Het drukt enorm op je gezin als je weet dat je werkloos wordt, als je zorgen hebt dat je straks de hypotheek niet kunt betalen, en je geen idee hebt waar je het zoeken moet. Het is verdrietig, maar hopelijk krijg ik er een prettiger werkomgeving voor terug. Eerlijk gezegd was het een enorme opluchting te merken dat de verzekeraar mijn deskundigheid zo waardeerde, en in mij wil investeren. Dat heb ik bij mijn andere werkgevers erg gemist. Met drie kleine kinderen was het soms een heel gegoochel alles voor elkaar te MIJN VAARDIGHEDEN ALS CARDIOLOOG ZULLEN VERLOREN GAAN, ZONDE VAN DE TIJD EN HET GELD breien. Nu denk ik weleens: wat heb ik me uitgesloofd. Al die extra uren, al die weekenden dat ik niet bij mijn man en kinderen was. Maar ik deed het omdat ik houd van mijn vak en mijn patiënten. Mijn vaardigheden als specialistisch cardioloog zullen verloren gaan. Dat is niet alleen zonde van mijn tijd en energie, het is ook kapitaalvernietiging voor de maatschappij. De overheid betaalt ongeveer 1 miljoen euro om een arts te laten opleiden tot specialist. Ik begon in 2002 aan mijn opleiding tot cardioloog, nu ben ik op de toppen van mijn kunnen. Ik zie een hele generatie specialisten tussen de wal en het schip vallen. Ze trekken met hun gezin van hot naar her door het land, steeds voor tijdelijke banen. Ik weet dat veel artsen zich schamen voor hun werkloosheid, ik vind het daarom des te belangrijker mijn verhaal te vertellen. Zo kunnen mijn patiënten in de krant lezen waarom hun arts, met wie ze in vier jaar een hechte band hebben opgebouwd, straks plotseling is verdwenen.” Lees meer interviews op pagina 6
© Copyright 2025 ExpyDoc