Klik hier voor de omgangsvormen op het Coenecoop College.

Omgangsvormen op het Coenecoop College
Respect
Op het Coenecoop hebben we een aantal afspraken. Deze afspraken zijn nodig om op een goede manier met
elkaar samen te werken op school. Om alle jongeren/leerlingen de mogelijkheid te geven om te leren, te groeien
en zich te ontwikkelen.
De afspraken vloeien als het ware vanzelfsprekend voort uit de kernwaarden van het Coenecoop; respect,
ontplooiing, zelfstandigheid en verantwoordelijkheid, kwaliteit.
In onderstaand schema wordt een passende houding bij elke kernwaarde voor de medewerker en de leerling
omschreven. Daarna worden enkele regels benoemd die daar bij horen en enkele procedures die in werking
treden als de regels worden overtreden.
Kernwaarden Zo doen we dat (medewerker)
Zo doen we dat (leerling)
zijn.
Respect tonen voor elkaar, de leerlingen en de
Respect tonen voor elkaar, de docenten en de
schoolorganisatie
schoolorganisatie
Ingrijpen bij pesten, discrimineren of (seksuele)
intimidatie
Niet (meedoen aan) pesten, discrimineren of
(seksuele) intimidatie en pestgedrag van je
medeleerlingen aan de kaak stellen
Openstaan voor vragen over je handelswijze
Rekening houden met elkaar, vriendelijk en
beleefd zijn, anderen niet onnodig storen
Leerlingen kansen bieden, ruimte bieden om
zich te ontplooien, fouten laten maken.
Zelfstandigheid en
Verantwoordelijkhei
d voor leerlingen
Actie ondernemen wanneer leerlingen extra
steun of zorg nodig hebben
Uitgaan van vertrouwen in de leerling.
Kwaliteit
Ontplooiing
Anderen vanuit een positief/kritische houding
bevragen en feedback geven
Een lerende houding aannemen, gericht op een
doorgaand proces van verbetering
Leerlingen aanspreken op hun
verantwoordelijkheid
Een professionele opstelling, je manier van
omgaan met leerlingen en collega’s past bij je
functie
Opkomen voor jezelf
Anderen aanspreken op hun gedrag en zelf
aanspreekbaar zijn op je gedrag
Uitdagingen aangaan
Op de hoogte zijn van wat er kan en wat er
mag
Bijdragen aan een goede sfeer en een positief
werkklimaat
Met vragen en problemen naar je docent en
naar je mentor gaan
Het jezelf en anderen mogelijk maken om
samen te leren, dus:
 Je bent in de les aanwezig en goed
voorbereid (boeken en andere
benodigdheden mee)
 Je doet actief mee aan de les
 Je bent positief
 Je stoort anderen niet
Regels voor leerlingen:











Je houdt je aan de omgangsvormen.
Je hebt altijd je schoolpasje bij je.
Eten en drinken op school doe je in de aula of op het plein, kauwgom is in het gebouw
verboden.
In de klas zijn jassen en in het gebouw zijn petten verboden.
Je gebruikt je digitale hulpmiddelen / individuele media niet tijdens de les en niet in de
lokalen, mits je uitdrukkelijke toestemming van de docent of een andere medewerker hebt
deze voor onderwijsdoeleinden te gebruiken.
Geluid- en/of beeldopnames maken van mensen in en om de school gebeurt alleen met
expliciete toestemming van de schoolleiding en de afgebeelden.
Op het terrein wordt niet gerookt (geldt voor alle genotmiddelen inclusief de E-sigaret).
Onderbouwleerlingen mogen gedurende de schooldag het terrein niet verlaten.
Je houdt de school schoon.
je houdt je aan de speciale regels in de aula, mediatheek etc.
Je volgt de aanwijzingen op van medewerkers van de school.
(Voorlopig en beperkt) statuut: Rechten en plichten voor leerlingen:
In overleg met de leerlingenraad wordt gewerkt aan een nieuw leerlingstatuut.











Je hebt recht op onderwijs. Dat wil zeggen dat wij zoveel mogelijk lessen opvangen en je
alleen in uiterste gevallen uit de les verwijderen.
In bijzondere omstandigheden kan je rooster de hele dag worden aangepast. Je moet
daarom je rooster steeds controleren tijdens je normale lestijden. We gaan er van uit dat
roosterwijzigingen die voor half acht op SOM zijn gezet, nog voor het eerste uur worden
gelezen.
Je hebt de plicht om het in SOM opgegeven huiswerk te doen (maken en/of leren). Indien je
hiertoe niet in staat bent geweest dien je dit bij aanvang van de les bij de docent te melden.
De dag na een vakantie van minstens een week, is voor de onderbouw altijd huiswerkvrij.
Toetsen in de onderbouw moeten zijn vermeld in het PTD en minimaal vijf dagen van te
voren aangekondigd zijn in SOM.
Met uitzondering van de toetsweken, krijg je hooguit drie toetsen per week opgelegd. Je
krijgt verder in de onderbouw (met uitzondering van de toetsweek) hooguit één toets per
dag.
Als je een toets gemist hebt, moet je je zo snel mogelijk bij de docent melden om een
oplossing te bespreken.
Toetsen in de bovenbouw komen in aanmerking voor een herkansing, tenzij in het PTA
anders is vermeld, toetsen in de onderbouw komen in aanmerking voor herkansing in de
tweede en derde periode, tenzij in het PTD anders is vermeld.
De afdelingsleider kan de leerling het recht op een herkansing ontnemen als de leerling
aantoonbaar diverse afspraken om in te halen niet na is gekomen. De afdelingsleider kan dan
besluiten de toets met een 1 te beoordelen. Overigens is het totaal aantal herkansingen
beperkt.
De (voorlopige) beoordeling en bespreking van toetsen moet binnen twee schoolweken
worden gerealiseerd en in SOM worden vermeld. Indien dit niet het geval is, kunnen
leerlingen zich na overleg met de docent melden bij de afdelingsleider.
De (voorlopige) beoordeling en bespreking van werkstukken moet binnen vier schoolweken
worden gerealiseerd en in SOM worden vermeld. Indien dit niet het geval is, kunnen
leerlingen zich na overleg met de docent melden bij de afdellingsleider.
2
PROTOCOL “Gebruik individuele media”
Coenecoop College
Versie: 22 mei 2014
3
Protocol gebruik individuele media
Bij niet toegestaan gebruik van individuele media (o.a. mobiel) kan de docent het betreffende
apparaat innemen. De schoolleider van de dag plaatst het apparaat in de kluis. De leerling maakt een
werkafspraak met de conciërge. De conciërge houdt bij hoe vaak een apparaat bij de leerling is
ingenomen en meldt dit bij overschrijding van 4 maal bij de afdelingsleider.
De leerling krijgt om 16.00 uur van dezelfde dag op vertoon van het werkbriefje, het ingenomen
apparaat van de schoolleider van de dag terug.
4
PROTOCOL “Te laat”
Coenecoop College
Versie: 22 mei 2014
5
Protocol te laat
Indien je te laat bent, moet je je met je schoolpas melden bij de balie. Je krijgt een te laat briefje,
waarmee je de les nog in kunt. Meer dan een kwartier te laat betekent dat je de les gemist hebt.
Als de leerling zich niet houdt aan het protocol worden de sancties verzwaard. Het niet melden (voor
een werkafspraak of om 7.30) verdubbelt de opgelegde sanctie. Als de leerling zich ook aan die
afspraak onttrekt, legt de afdelingsleider een vierkant rooster op. Verzwaring van de sanctie kan ook
gelden indien je je schoolpas niet bij je hebt.
TE LAAT
1e & 2e KEER TE LAAT
Maatregel
Geen
Protocol
Alle volgende keren
Werkafspraak bij conciërge (klas
1 en 2 (Waddinxveen) en klas 1
t/m 3 (Boskoop))
De volgende schooldag om 7.30
melden bij de receptie (alle
overige klassen)

3e KEER TE LAAT
Brief naar ouders
6e KEER TE LAAT
Gesprek met ouders
9e KEER TE LAAT
Melding bij Leerplicht
waarschuwing
Vanaf 9e KEER TE LAAT
Herhaalde melding bij Leerplicht
 Verzuimcoördinator stuurt
ouders brief
 Afdelingsleider en mentor
ontvangen vooraf een
notificatie
 Verzuimcoördinator stuurt
ouders brief ondertekend
door de afdelingsleider met
het verzoek om een
(telefonisch) gesprek met de
ouders.
 Afdelingsleider spreekt
binnen een week met de
ouders /verzorgers, legt
verslag en handelt af in SOM.
 Verzuimcoördinator stuurt
ouders brief ondertekend
door de afdelingsleider met
de mededeling dat de
leerling wordt gemeld bij
Leerplicht.
 De verzuimcoördinator doet
melding via het verzuimloket
van DUO.
 De verzuimcoördinator doet
melding via het verzuimloket
van DUO.
6
Verzuimcoördinator maakt
maatregel aan in SOM
PROTOCOL “Ongeoorloofd verzuim”
Coenecoop College
Versie: 22 mei 2014
7
Protocol ongeoorloofd verzuim
1) Docent doet constatering van afwezigheid in de les en meldt dit in SOM.
2) Op het eerst mogelijke moment levert de leerling ondertekend briefje met een geldige reden
in. indien er binnen vijf dagen na de eerste mogelijkheid geen ondertekend briefje met een
geldige reden is ingeleverd, wordt het verzuim als ongeoorloofd aangemerkt. Bij twijfel over
een briefje neemt de afdelingsleider telefonisch contact op met de ouders.
Ongeoorloofd absent
Maatregel
Protocol
Iedere constatering
werkafspraak
(gemiste tijd dubbel
inhalen ).

> 1 en < 10 uur in 4 weken, maar
< 3 aaneengesloten dagen
Gesprek met ouders
 Verzuimcoördinator stuurt ouders
brief ondertekend door de
afdelingsleider met het verzoek om
een (telefonisch) gesprek met de
ouders.
 Afdelingleider spreekt binnen een
week met de ouders /verzorgers,
legt verslag en handelt af in SOM
> 10 en < 16 uur in 4 weken, maar
< 3 aaneengesloten dagen
Brief aan ouders
16 uur of meer in 4 weken OF
3 aaneengesloten dagen
Brief aan ouders
ondertekend door
afdelingscoördinator:
Maatregel: vierkant
rooster ,
 Verzuimcoördinator stuurt ouders
brief ondertekend door de
afdelingsleider met de mededeling
dat gedrag niet verbeterd is en dat
melding aan leerplicht dreigt.
 Verzuimcoördinator stuurt ouders
brief ondertekend door de
afdelingsleider met de mededeling
dat de leerling wordt gemeld bij
Leerplicht.
 De verzuimcoördinator doet
melding via het verzuimloket van
DUO.
 De maatregel wordt vermeld in
SOM
8
Verzuimcoördinator maakt
maatregel aan in SOM
PROTOCOL “Verwijdering uit de les”
Coenecoop College
Versie: 22 mei 2014
9
Protocol verwijdering uit de les
Het protocol “Verwijderd uit de les” is gebaseerd op onze pedagogisch uitgangspunten: het
klassenmanagement van een docent wordt versterkt wanneer hij of zij de regie in handen heeft voor
wat betreft het corrigeren en eventueel bestraffen van leerlingen. De leerlingen zullen hierdoor
direct voelen dat ze zich bij alle docenten moeten gedragen en als ze dat niet doen, zal de
desbetreffende docent daar direct naar handelen. Het individuele klassenmanagement zal worden
versterkt wanneer er voor wordt gezorgd dat er uniformiteit is wat betreft de aanpak van corrigeren
en verwijderen.
Wanneer de situatie daarom vraagt, komt de afdelingsleider van de afdeling natuurlijk in actie om
een docent te ondersteunen.
Hoe gaan we met elkaar samenwerken?
1) Van alle collegae wordt verwacht dat verwijdering uit een les als uiterste redmiddel wordt
gehanteerd.
2) Als alternatief kan de docent de leerling ter afkoeling op de gang aan een opdracht laten werken
(dat is dus geen officiële verwijdering).
3) De afdelingsleider en de docent hebben na een verwijdering altijd even contact om te bespreken
hoe de verwijdering verder wordt afgehandeld. Eventueel wordt een hulpvraag geformuleerd.
4) Bij herhaalde verwijdering wordt besproken of gesprekken tussen de leerling/ouders en de
docent/mentor/afdelingsleider nodig zijn.
Registratie van de verwijdering uit de les:
De docent:
De docent verwijdert een leerling uit de les wanneer een leerling ontoelaatbaar gedrag vertoont. De
verwijderde leerling meldt zich bij zijn of haar afdelingsleider en indien deze niet aanwezig is bij de
schoolleider van de dag of in het uiterste geval bij de receptie. Daar krijgt de leerling een ‘rode kaart’
die door de leerling wordt ingevuld. De afdelingsleider bespreekt vervolgens met de leerling waarom
hij of zij eruit is gestuurd en de leerling wordt (apart) aan het werk gezet. Eventueel deelt de
afdelingsleider een extra straf uit (bovenop de straf van de docent).
Na afloop van de les meldt de leerling met een ingevulde ‘rode kaart’ zich weer bij de docent. De
docent bespreekt vervolgens samen met de leerling de oorzaak van de verwijdering en bespreekt de
strafmaatregelen ter voorkoming van een herhaling van het ontoelaatbare gedrag. De docent
noteert vervolgens de inhoud van de ‘rode kaart’ in SOM.
De afdelingsleider:
Wanneer er sprake is van veelvuldige of zeer ernstige verwijdering uit de les, neemt de
afdelingsleider extra maatregelen.
De registratie van een eruit gestuurde leerling kan, wanneer de reden ongegrond is, door de
afdelingsleider worden teruggedraaid.
De administratie:
Verzendt wanneer nodig de brieven voor de ouders van de leerlingen die er te vaak zijn uitgestuurd.
De betreffende afdelingsleider ondertekent deze brieven.
10
Sancties zijn als volgt:
Verwijdering:
Maatregel:
Protocol:
Bij iedere verwijdering
Wanneer een leerling door de
docent uit de les wordt
verwijderd, bestraft de
desbetreffende docent
hem/haar daarvoor.
1) De docent verwijdert een leerling en laat de leerling zich bij zijn of
haar afdelingsleider (schoolleider van de dag) melden. Van de
afdelingsleider krijgt de leerling een “Rode kaart”. Deze moet de
leerling in zijn geheel invullen. Vervolgens bespreekt de
afdelingsleider de oorzaak van de verwijdering.
2) De verwijderde leerling gaat aan het werk in een speciaal voor
hem of haar gereserveerde plaats of ruimte. Na afloop van de les
meldt de leerling zich weer bij de docent. De docent bespreekt op
dat moment of op een later afgesproken moment met de leerling
de oorzaak van de verwijdering en geeft aan wat zijn of haar
strafmaatregelen is om herhaling te voorkomen.
3) Docent geeft op de “Rode kaart”en in SOM aan waarom de
leerling is verwijderd en wat zijn strafmaatregel is om herhaling te
voorkomen.
4) Docent neemt contact op met de afdelingsleider n.a.v. de
verwijdering uit de les.
1) In overleg met de afdelingsleider stuurt de verzuimcoördinator
ouder(s)/verzorger(s) naar aanleiding van 3 maal verwijdering
een (standaard)brief. De brief wordt door de afdelingsleider
ondertekend. In de brief wordt aangegeven wat de volgende
sancties zijn en welke mogelijkheden voor telefonisch overleg er
zijn (mentor, afdelingsleider).
1) De afdelingsleider noteert in SOM dat de desbetreffende leerling
een vierkant rooster heeft ontvangen.
2) De afdelingsleider zorgt ervoor dat het vierkant rooster ook
ingevuld en wordt ingeleverd en noteert dit in SOM.
de
Brief naar ouders
de
Vierkant rooster:
de
Een gesprek met de
afdelingsleider
Bij 3 KEER verwijderd
Bij 4 keer verwijderd
Bij 5 keer verwijderd
de
Brief naar ouders
Gesprek met ouders.
Één dag interne schorsing
de
Brief naar ouders
Twee dagen interne schorsing
6 verwijderd
7 KEER verwijderd
ste
8
de
KEER verwijderd
9 KEER verwijderd
Brief naar ouders
Gesprek met ouders
Eén dag externe schorsing
De conrector wordt
ingeschakeld. Er worden door
de conrector in het verlengde
van de eerdere gesprekken,
maatregelen getroffen.
1) De verzuimcoördinator stuurt ouder(s)/verzorger(s) naar
aanleiding van 6 maal verwijderd een (standaard)brief. De brief
wordt door de afdelingsleider ondertekend.
2) Afdelingsleider spreekt binnen een week met de ouder(s)
/verzorger(s) en noteert in SOM de uitkomst van het gesprek.
1) De verzuimcoördinator stuurt ouder(s)/verzorger(s) naar
aanleiding van 7 maal verwijderd een (standaard)brief. De brief
wordt door de afdelingsleider ondertekend.
1) De afdelingsleider stuurt in samenwerking met de administratie
een brief naar huis.
2) Leerling is één dag niet welkom op school.
3) Op korte termijn vindt er een gesprek met de ouders plaats.
1) De conrector neemt passende maatregelen, deelt deze in een
brief mee aan de ouder(s)/verzorger(s) van de desbetreffende
leerling en noteert ze in SOM.
11
BIJLAGE I
Beschrijving maatregelen:
Een vierkant rooster:
De leerling is één of meerdere dagen lang van 8.10 tot 16.30 op school aanwezig. De leerling laat buiten de
lesuren en in tussenuren zijn rooster aftekenen door (mediatheek)medewerkers. De leerling moet dit na afloop
van de maatregel bewijzen met behulp van een afgetekende vierkante rooster. Het vierkante rooster wordt
overigens per dag door de ouder(s) of vertegenwoordiger(s) ondertekend.
In de uren buiten de lesuren dat de leerling) op school aanwezig is, gaat hij/zij aan het werk met het in SOM
vermelde huiswerk. De leerling is zelf verantwoordelijk voor het meenemen van voldoende materiaal om de tijd
nuttig te kunnen besteden.
Interne schorsing:
Leerling meldt zich één of meerdere dagen om 8.10 uur. Hij/zij werkt tot 16.30 uur in een speciaal voor hem of
haar gereserveerde plaats of ruimte. De leerling is zelf verantwoordelijk voor het meenemen van voldoende
materiaal om de tijd nuttig te kunnen besteden.
Toetsen en/of S.O. moeten tijdens een interne schorsing nog wel door de leerling worden gemaakt.
Externe schoring:
De leerling is één of meerdere dagen niet welkom op school. De leerling is zelf verantwoordelijk voor het
bijhouden van het schoolwerk (maken van huiswerk wat in SOM is opgegeven) en voor het inhalen van gemiste
toetsen en/of SO’s.
12