Zorgmodule Begeleid Wonen

Zorgmodule Begeleid Wonen
Zorgaanspraak:
Zorgaanbieder:
Jeugdhulp Thuis Individueel
Entréa
HULPVRAAG
Doelgroepen.
De doelgroep bestaat uit normaal begaafde jeugdigen van 16-23 jaar, woonachtig in de regio
Gelderland-Midden of –Zuid. Zowel jeugdigen die hulp krijgen vanuit het vrijwillige kader als zij die hulp
krijgen vanuit het justitiële kader (Voogdij/Gezinsvoogdij en Jeugdreclassering) behoren tot de
doelgroep.
De module Begeleid Wonen richt zich op jeugdigen die:
-
op zichzelf willen gaan wonen en bij hun ontwikkeling naar zelfstandigheid ondersteuning nodig
hebben;
-
niet meer kunnen of willen verblijven bij (pleeg)ouders of in een leefgroep maar nog niet over de
benodigde vaardigheden beschikken om zelfstandig te wonen;
-
vanwege psychosociale problemen onvoldoende naar zelfstandigheid hebben kunnen
groeien en/of versneld zelfstandig dienen te worden.
Het kan daarbij gaan om een jeugdige die problemen heeft met zijn omgeving, bijvoorbeeld wanneer er
sprake is van een verstoorde relatie met de ouders en/of problemen in het tweede (school, buurt) en
derde (maatschappij, instanties) milieu. Daarnaast kan het gaan om een jeugdige die problemen heeft
met zichzelf t.a.v. bijvoorbeeld identiteit, culturele achtergrond of verwerking van gebeurtenissen. Deze
psychosociale problemen belemmeren de jeugdige in het zelfstandig worden op praktisch, sociaal en/of
emotioneel gebied. De ontwikkelingsachterstanden die zijn ontstaan, hebben veelal betrekking op
sociale en praktische vaardigheden
Binnen de doelgroep kunnen drie deelgroepen worden onderscheiden:
1. jeugdigen die kunnen profiteren van een groepsgericht aanbod, waar gezonde interactiepatronen
tussen de jeugdigen onderling en tussen de jeugdigen en de ambulante hulpverleners die deze
hulpvorm uitvoeren worden versterkt;
2. jeugdigen die niet kunnen functioneren in een groep en/of die uit de justitiële sfeer komen, en bij
wie een louter individueel ambulant begeleidingstraject beter past;
3. jonge moeders die bij het zelfstandig leven en wonen met hun baby of kindje begeleiding en
ondersteuning behoeven.
Doelstellingen
Binnen deze zorgmodule worden de doelen vastgesteld door de jeugdige, de ambulant hulpverlener van
Begeleid Wonen, de casemanager van BJz en, indien van toepassing (jeugdige < 18 jaar) de
ouder(s)/verzorgers. De doelen uit de indicatiestelling vormen daarbij het uitgangspunt. Deze doelen zijn
toegesneden op de specifieke situatie van de jeugdige, en dus per casus verschillend. De doelen die in
deze module gesteld worden zijn veelal afkomstig uit de KWIS-domeinen gedrag, persoonlijkheid,
lichaam en omgeving en zijn geformuleerd in eindtermen per KWIS-domein. Voorbeelden van doelen
zijn:
Gedrag
-
de jeugdige beschikt over voldoende en adequate copingstrategieën;
-
de jeugdige heeft controle over zijn/haar gedrag;
- de jeugdige beschikt over voldoende en adequate sociale vaardigheden.
Persoonlijkheid
-
de jeugdige heeft een reëel besef van normen en waarden;
-
de jeugdige heeft een reëel zelfbeeld;
- de jeugdige is in staat passende keuzes te maken.
Lichaam
-
de jeugdige heeft een gezond eet- en drinkpatroon;
-
de jeugdige heeft een gezond dag- en nachtritme;
- de jeugdige gaat op een verantwoorde wijze om met seksualiteit.
Omgeving
-
de jeugdige heeft en onderhoudt een structurele dagbesteding (school en/of werk);
-
de jeugdige heeft en onderhoudt een zinvolle vrijetijdsbesteding;
-
de jeugdige beheert en verzorgt adequaat de eigen woonruimte;
-
de jeugdige beheert adequaat de eigen financiën;
-
de jeugdige onderhoudt adequaat sociale en maatschappelijke contacten.
Indicaties en contra-indicaties
Indicaties:
-
de jeugdige is 16 tot 23 jaar en afkomstig uit de regio Gelderland-Zuid of –Midden;
-
de jeugdige kan of wil niet meer in het (pleeg)gezin van herkomst of in een leefgroep verblijven
en beschikt nog niet over voldoende vaardigheden om zelfstandig te kunnen wonen en
functioneren;
-
de jeugdige heeft vanwege psychosociale problemen nog onvoldoende naar zelfstandigheid
kunnen groeien om zelfstandig te kunnen wonen en functioneren;
Contra-indicaties:
- er is bij de jeugdige sprake van een (ernstige) gediagnosticeerde psychiatrische, lichamelijke
en/of verstandelijke problematiek die niet begeleidbaar is met orthopedagogische middelen;
- er is bij de jeugdige sprake van drugsverslaving, gebruik van of handel in harddrugs;
- er is bij de jeugdige sprake van (te) moeilijk hanteerbaar gedrag, een te geringe
agressieregulatie;
- de jeugdige vormt een nadrukkelijk gevaar voor zichzelf en/of de ander(en);
- er is bij de jeugdige sprake van een IQ < 80;
- de jeugdige is niet gemotiveerd, is niet bereid zich aan regels te houden, afspraken na te komen,
de huur te betalen;
- de jeugdige heeft geen eigen inkomen en is niet bereid om met begeleiding na te gaan hoe
alsnog een eigen inkomen kan worden gerealiseerd;
-
de ouders van de jeugdige, indien van toepassing (jeugdige < 18 jaar en vrijwillig kader), geven
geen toestemming voor inzet van deze module.
HULPAANBOD
Visie
Een jeugdige heeft recht op (geïndiceerde) jeugdzorg wanneer dit noodzakelijk wordt geacht voor zijn
ontwikkeling. De zorg dient zo tijdig mogelijk plaats te vinden, zo licht mogelijk van aard te zijn, zo kort
mogelijk te duren en zo dicht mogelijk bij huis geboden te worden.
Wanneer hulp en begeleiding noodzakelijk zijn, bijvoorbeeld door een uithuisplaatsing, heeft de jeugdige
recht op deze hulp bij zijn ontwikkeling naar zelfstandigheid, zo mogelijk en zonodig in samenwerking
met de ouders.
Uitgangspunten hierbij zijn:
-
de begeleiding is zo tijdelijk mogelijk van aard;
-
de begeleiding is erop gericht de jeugdige zo snel mogelijk in staat te stellen zelfstandig te
functioneren;
-
de jeugdige en zijn ouders zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Er wordt, indien gewenst en
mogelijk, gestreefd naar het realiseren van een nieuw evenwicht met het gezin van herkomst.
Rol en houding begeleidingsteam.
Het begeleidingsteam bestaat uit ambulant hulpverleners, een behandelcoördinator en
afdelingsmanager.
De ambulant hulpverlener
-
is de tijdelijke begeleider van de jeugdige;
-
heeft een vooral ondersteunende, stimulerende en coachende rol, waarin hij aansluit bij de
beleving van de jeugdige;
-
heeft de intentie de jeugdige ontbrekende vaardigheden te leren en optimale
ontwikkelingsmogelijkheden te bieden in zijn groei naar zelfstandigheid;
-
kiest een hulpvraaggerichte en dienstverlenende opstelling;
kiest een houding die zich kenmerkt door afstandelijke betrokkenheid;
werkt samen met derden, zoals plaatsende instantie en andere maatschappelijke betrokkenen;
-
is beschikbaar, geduldig, consequent, voorspelbaar en betrouwbaar;
-
draagt zorg voor invulling van het mentorschap van één of meerdere jeugdigen.
De behandelcoördinator
- is verantwoordelijk voor het verloop en de inhoud van de hulp
- draagt zorg voor de inhoudelijke werkbegeleiding van de ambulant hulpverleners
- levert een bijdrage aan beleid- en methodiekontwikkelingen
- is voorzitter van de evaluatiebesprekingen
- is verantwoordelijk voor de inhoud van de zorgovereenkomsten
De afdelingsmanager
- faciliteert de ambulant hulpverleners;
- is leidinggevende van de ambulant hulpverleners;
- is eindverantwoordelijke voor de inhoud en het verloop van de plaatsing;
De inhoudelijke werkbegeleiding van de ambulant hulverleners eens in de drie weken plaats,
gedurende 1 uur. Daarnaast is vindt er eens in de drie weken intervisie plaats.
Methodiek
De ambulant hulpverleners die de module Begeleid Wonen uitvoeren, maken in hun werkwijze gebruik
van methodieken oplossingsgericht werken, competentiegericht werken en ervaringsleren.
Oplossingsgericht werken:
In de begeleiding wordt uitgegaan van de mogelijkheden van de jeugdige om op zoek te gaan naar
zijn eigen oplossingen. Middels verschillende (gespreks)technieken (schalen, zoeken naar de
uitzonderingen etc) wordt de jeugdige uitgedaagd een oplossing te vinden voor zijn probleem.
Competentiemodel:
in de begeleiding wordt er vanuit gegaan dat de jeugdige in zijn ontwikkeling naar zelfstandigheid een
aantal vaardigheden dient te ontwikkelen om zichzelf te kunnen handhaven op de diverse leefgebieden
waarin hij zich beweegt: scholing/werk, sociaal netwerk, gezondheid, vrijetijdsbesteding, financiën,
hulp/dienstverlening. Competentiegericht werken richt zich door middel van gedragstherapeutische
technieken op het aanleren van nieuwe en gewenste gedragsvaardigheden. Er wordt gewerkt vanuit een
positieve gedachte: uitgangspunt is het versterken en uitbreiden van de reeds aanwezige, gewenste
vaardigheden.
Ervaringsleren:
in de begeleiding wordt er vanuit gegaan dat de jeugdige via ervaringen die hij opdoet of heeft
opgedaan, leerbaar is in het zoeken naar alternatieve manieren om met problemen om te gaan.
Ervaringsgericht werken gaat uit van het leren op basis van nieuwe inzichten aan de hand van opgedane
ervaringen. Dit gebeurt onder andere door de jeugdige gedragsalternatieven aan te reiken, die hij
vervolgens in de praktijk kan uitproberen, waarbij hij zal ervaren dat hij inderdaad iets kan veranderen
aan negatief geladen situaties. Andere belangrijke technieken die gebruikt worden zijn modeling en
instructie.
Voor verdere informatie over methodische uitgangspunten en theoretische achtergronden wordt
verwezen naar de onderstaande literatuur:
-
Ruikes, TH. Ervaren en leren. Theorie en praktijk van ervaringsleren voor
jeugdhulpverlening, jeugdbescherming en jeugdwerk. Utrecht 1994. SWP.
-
Slot, N.W. & Spanjaard, H.J.M. Competentievergroting in de residentiële jeugdzorg.
Hulpverlening voor kinderen en jongeren in tehuizen. Duivendrecht 2000. PI Research BV.
-
De Jong, P & Kim Berg, I. De Kracht van de oplossingen.
Duur en frequentie
De module Begeleid Wonen is een vorm van hulp die in afnemende intensiteit begeleiding biedt. De duur
is afhankelijk van de ontwikkeling van de jeugdige en het bereiken van de gestelde doelen/gewenste
zelfstandigheid. Voor verlenging van de module is ieder jaar een herindicatie nodig van Bureau
Jeugdzorg. Voorwaarde voor herindicatie is dat er geen reden is voor vroegtijdige beëindiging.
De intensiteit, frequentie en duur van de begeleiding zijn mede afhankelijk van de gekozen vorm van
Begeleid Wonen. Hierin zijn 4 varianten te onderscheiden:
- Begeleid Wonen voor jeugdige:
de jeugdige huurt een gestoffeerde kamer in een pand van Entréa en deelt een aantal
voorzieningen met 2 à 3 andere jeugdigen. De begeleiding is zowel individueel als groepsgericht.
De ambulant hulpverlener bezoekt regelmatig het pand. Wekelijkse individuele
mentorgesprekken vormen een belangrijk en verplicht onderdeel van de begeleiding. Per
jeugdige zijn 4 begeleidingsuren per week beschikbaar. De gemiddelde duur bedraagt 1 jaar.
- Begeleid wonen jonge moeder
de jonge moeder huurt een gestoffeerde kamer in een pand van Entréa en deelt een aantal
voorzieningen met een andere jonge moeder. De begeleiding is zowel individueel als
-
-
groepsgericht. De ambulant hulpverlener bezoekt regelmatig het pand. Wekelijkse individuele
mentorgesprekken vormen een belangrijk en verplicht onderdeel van de begeleiding. Per
jeugdige zijn 8 begeleidingsuren per week beschikbaar. De gemiddelde duur bedraagt 1 jaar.
Begeleid Wonen Ambulant:
de jeugdige of jonge moeder huurt zelfstandig elders woonruimte. De ambulant hulpverlener
bezoekt de jeugdige thuis en de begeleiding is individueel. Mentorgesprekken vormen een
belangrijk en verplicht onderdeel van de begeleiding. Er zijn 4 begeleidingsuren per week
beschikbaar. Begeleid Wonen Ambulant kan volgen op een van de voorgaande varianten. De
gemiddelde duur bedraagt 1 jaar.
Begeleid Wonen HAT:
Als Begeleid Wonen Ambulant, echter de jeugdige of jonge moeder huurt een HAT-woning van
Entréa. Een mogelijke reden voor plaatsing in de HAT-variant kan zijn dat de jeugdige niet in
staat en/of bereid is te profiteren van een meer groepsgerichte vorm als Begeleid Wonen. De
gemiddelde duur bedraagt 1 jaar.
Iedere 6 maanden worden de voortgang, de samenwerking en de zorgovereenkomst geëvalueerd
tijdens de evaluatiebespreking.