Schoolgids 2014-2015 - Welkom: Basisschool de Twijn

Schoolgids 2014 – 2015
Prof. Zeemanstraat 216
4532 JM Terneuzen
0115 - 613041
[email protected]
http://www.de-twijn.nl
1
Schoolgids 2014-2015
Inhoud
1.
VOORWOORD
6
2.
MEDEWERKERS VAN BASISSCHOOL DE TWIJN
7
3.
BESTUURLIJKE AANSTURING
8
4.
WAAR STAAT ONZE SCHOOL VOOR
9
4.1.
Gedeelde missie
9
4.2.
Kernwaarden als pijlers voor identiteit
9
4.3.
Twee denominaties, één school
9
4.4.
Visie op opbrengsten van het onderwijs
9
4.5.
Visie op leren
9
4.6.
Visie op organisatie van het onderwijs
10
4.7.
Visie op samenwerking en kwaliteiten van leerkrachten
10
4.8.
Visie op schoolklimaat en schoolcultuur
10
4.9.
Visie op contacten met ouders
10
4.10.
Visie op contacten met de omgeving
10
5.
VEILIGHEID
11
6.
LEERLINGPOPULATIE
11
7.
DE ORGANISATIE VAN ONS ONDERWIJS
12
7.1.
Het onderwijsconcept van de school
12
7.2.
Convergente differentiatie
12
7.3.
Tour de France - model
12
7.4.
Schoolgrootte en groepsindeling
13
7.5.
De organisatie van de inzet
13
8.
DE ONDERWIJSACTIVITEITEN
14
8.1.
Activiteiten in groep 1-2
14
8.2.
Het onderwijsaanbod in de groepen 3 t/m 8
14
8.2.1.
Lezen
14
8.2.2.
Taal
14
2
Schoolgids 2014-2015
8.2.3.
Schrijven
14
8.2.4.
Rekenen
14
8.2.5.
Wereld oriënterende vakken
14
8.2.6.
Aardrijkskunde
15
8.2.7.
Geschiedenis
15
8.2.8.
Natuur en techniek
15
8.2.9.
Verkeer
15
8.2.10.
ICT
15
8.2.11.
Cultuureducatie
15
8.2.12.
Sociaal/emotionele vorming
15
8.2.13.
Engels
16
8.2.14.
Muzikale – en creatieve vorming
16
8.2.15.
Lichamelijke opvoeding
16
8.2.16.
Levensbeschouwelijk onderwijs
16
8.2.17.
Burgerschap
16
9.
HUISWERK
17
9.1.
Doel en functies van huiswerk
17
9.2.
Afspraken m.b.t. het niet maken/leren van huiswerk
17
9.3.
Huiswerk voor de individuele leerling
17
9.4.
Agenda
17
9.5.
Tips voor ouders/verzorgers
17
10. GYMTIJDEN
18
11. REGELING SCHOOL – EN VAKANTIETIJDEN
18
11.1.
Regels voor aanvang en einde schooltijd
18
11.2.
Vakantierooster schooljaar 2014 / 2015
18
12. DE RESULTATEN VAN ONS ONDERWIJS
19
12.1.
Teamscholing en onderwijsontwikkeling
19
12.2.
Positieve beoordeling door de inspectie en hoe nu verder?
19
12.3.
De resultaten van de cito-eindtoets over de afgelopen 3 jaar per school
20
12.3.1. OBS Zuidlandschool
20
3
Schoolgids 2014-2015
12.3.2.
De uitstroomgegevens van de afgelopen 3 jaar:
20
12.3.3.
RKbs Op de Hoogte
20
12.3.4.
De uitstroomgegevens van de afgelopen 3 jaar:
20
13. DOUBLEREN
21
14. ZORG VOOR KINDEREN
21
14.1.
Uitgangspunten van het handelingsgericht werken
21
14.2.
Onderwijsondersteuning aan kinderen
22
14.3.
Basisondersteuning (niveau 1+2)
23
14.4.
Het leerlingvolgsysteem
24
14.5.
De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs
25
15. OUDERCONTACTEN EN OUDERPARTICIPATIE
25
15.1.
Oudercontacten – communicatie met ouders
25
15.2.
Inschrijven en opvang van nieuwe leerlingen
26
15.3.
Algemene ouderavonden
26
15.3.1.
Opening van het schooljaar
26
15.3.2.
Voorlichting VO ouders groep 8
26
15.3.3.
Incidentele thematische ouderavonden
26
15.4.
Individuele ouderavonden
27
15.4.1.
Kennismaking leerkracht ouders / ouders leerkracht
27
15.4.2.
Ouderavonden gekoppeld aan rapporten – opbrengsten LVS van Cito
27
15.4.3.
Adviesgesprekken groep 8
27
15.5.
Incidentele oudercontacten
27
15.5.1.
Oudercontact op uitnodiging van de leerkracht/verzoek van de ouders
27
15.5.2.
Telefonisch contact met ouders
27
15.6.
Schriftelijke informatie
28
15.6.1.
Rapporten
28
15.6.2.
De tussenrapportage
28
15.6.3.
Uitvoering van de rapporten
28
15.6.4.
Leerlingenrapport eindtoets cito
29
15.6.5.
Schoolgids
29
4
Schoolgids 2014-2015
15.6.6.
Ouderportaal
29
15.6.7.
Nieuwsbrief
29
15.6.8.
Website
29
15.7.
Ouderparticipatie
29
15.7.1.
De medezeggenschapsraad (MR)
29
15.7.2.
De activiteitencommissie
30
16. PRIVACY
30
17. HET LEERLINGENDOSSIER
31
17.1.
De bewaartermijnen
31
17.2.
Het inzagerecht van ouders
31
17.3.
Inzage door derden
31
18. TOELATING, WEIGERING, TIME-OUT, SCHORSING EN VERWIJDERING
31
18.1.
Time-out
32
18.2.
Schorsing
32
18.3.
Verwijdering
33
19. TUSSENSCHOOLSE OPVANG
33
20. VRIJWILLIGE OUDERBIJDRAGE
34
21. LEERPLICHT EN VERLOFAANVRAGEN
34
22. GEDRAGSCODE
35
23. KLACHTENREGELING
36
24. ROUWPROTOCOL
37
25. KINDERDAGVERBLIJF, BSO EN PEUTERGROEP
37
5
Schoolgids 2014-2015
SCHOOLGIDS
Naam school
: De Twijn
Naam directeur
: Dhr. R. Bertram
Adres school
: Prof. Zeemanstraat 216
4532 JM Terneuzen
Telefoon
: 0115 - 613041
e-mail
: [email protected]
website
: http://www.de-twijn.nl
6
Schoolgids 2014-2015
1. VOORWOORD
Waarom een schoolgids voor ouders?
De basisschool vormt een belangrijke periode in een kinderleven en is daarom ook van groot belang voor u als
ouder of verzorger. Jarenlang is er diezelfde weg van huis naar school en weer terug. Voor een periode van acht
jaar lang vertrouwt u uw kind dagelijks toe aan de zorg van ‘de juffen en de meesters’. Een periode van acht
jaar, die mede de basis legt voor de verdere ontwikkeling van uw zoon of dochter.
Een school kiezen valt dan ook niet mee, want scholen verschillen in werkwijze, in aanpak, in sfeer en ook in
resultaten. Ze verschillen in kwaliteit en dat maakt het kiezen soms moeilijk. Want wat is nou precies ‘kwaliteit’ en
hoe houdt u daar als ouder rekening mee?
De overheid ziet dit probleem ook en vraagt daarom aan de basisscholen om een schoolgids te maken. Deze gids
kan u helpen bij het kiezen van de school waar uw kind de komende jaren naar toe gaat.
In een schoolgids schrijft een school over de werkwijze en de sfeer, maar ook over de resultaten die men
behaalt.
Deze gids is bestemd voor ouders die nu al kinderen op onze school hebben én voor ouders van toekomstige
leerlingen. Je zou kunnen zeggen dat we door middel van onze schoolgids aan de huidige ouders verantwoording
afleggen en aan de toekomstige ouders uitleggen wat zij bij ons kunnen verwachten.
Wij wensen u veel leesplezier toe. Vanzelfsprekend bent u altijd van harte welkom voor een vraag of een
toelichting.
7
Schoolgids 2014-2015
2. MEDEWERKERS van basisschool DE TWIJN
Team
Functie
Dhr.
Richard Bertram
Directeur
Mevr.
Thea Wiskerke
Adjunct directeur en leerkracht groep 3
Mevr.
Sandra Ortelee
Intern Begeleider
Mevr.
Merel Huisman
Leerkracht groep 1
Mevr.
Suzanne Weterings
Leerkracht groep 1
Mevr.
Monique Kolijn
Leerkracht groep 2
Mevr.
Els de Smet
Leerkracht groep 2 en groep 3
Mevr.
Nathalie Vermeulen
Leerkracht groep 4
Dhr.
Peter Deseijn
Leerkracht groep 5
Mevr.
Elly Scheppers
Leerkracht groep 6
Mevr.
Barb Koopmans
Leerkracht groep 6
Mevr.
Esther Braafhart
Leerkracht groep 7
Mevr.
Annet Becht
Leerkracht groep 7 en groep 4
Mevr.
Liesbeth van Loon
Leerkracht groep 8
8
Schoolgids 2014-2015
3. BESTUURLIJKE AANSTURING
Onze school maakt onderdeel uit van Onderwijsgroep Perspecto. Dit is een onderwijsorganisatie met 31
basisscholen. Met ongeveer 3780 leerlingen in de gemeenten Terneuzen en Hulst.
Onderwijsgroep Perspecto heeft scholen voor zowel Openbaar, PC als RK onderwijs. Onze school is een
samenwerkingsschool ontstaan uit de fusie van OBS Zuidlandschool en RKbs Op de Hoogte.
Onderwijsgroep Perspecto is een professionele organisatie voor onderwijs, voortkomend uit verschillende
voormalige besturen. Deze samenwerking garandeert kwalitatief sterk onderwijs op hoog niveau, met een
professionele aansturing en een financieel sterke basis.
Kwalitatief sterk onderwijs is voor Onderwijsgroep Perspecto: ontwikkeling van taal- lees en rekenvaardigheid,
inzet van specifieke talenten van kinderen en ontwikkeling van persoonlijkheid waardoor kinderen in staat zijn
verantwoording te dragen voor eigen gedrag en rekening houden met de omgeving.
Onderwijsgroep Perspecto streeft er naar om op verantwoorde wijze kind-nabij onderwijs te verzorgen.
De Onderwijsgroep wordt aangestuurd door een College van Bestuur en een bovenschoolse directie. Het College
van Bestuur bestaat uit een voorzitter, dhr. Peter de Jong MGM en een lid, dhr. Ronny van den Broecke.
Bovenschools directeur onderwijskwaliteit is dhr. Theo Sarneel. Zij worden daarbij ondersteund door een
stafbureau. De werkzaamheden van het College van Bestuur en de bovenschoolse directie worden verricht vanuit
het bestuurskantoor dat is gevestigd aan de Markt in Axel (voormalige stadhuis).
Er is een Raad van Toezicht die op hoofdlijnen toezicht houdt op het functioneren van het College van Bestuur.
Dat wil zeggen dat zij enkele keren per jaar, aan de hand van verschillende rapportages, de ontwikkelingen
binnen Onderwijsgroep Perspecto met het College van Bestuur bespreekt.
Adresgegevens:
Onderwijsgroep Perspecto
Markt 1 (3e en 4e etage)
4571 BG Axel
Tel. 0114 347880
Email: [email protected]
Website: www.onderwijsgroepperspecto.nl
Postadres: Postbus 4, 4570 AA Axel
9
Schoolgids 2014-2015
4. WAAR STAAT ONZE SCHOOL VOOR
4.1.
Gedeelde missie
In de missie geeft een school kort en krachtig aan welke kernopdracht ze heeft. Een missie is inspirerend,
sturend en nodigt alle betrokkenen uit om actief en intensief mee te bouwen aan de bruggen naar de toekomst.
In essentie beantwoordt de missie aan een aantal basisvragen: wat willen wij, hoe willen wij dat bereiken en
welke waarden en normen vinden wij belangrijk.
De scholen die bij Onderwijsgroep Perspecto horen hebben allemaal één missie:

Kwalitatief sterk onderwijs op de beste scholen.
Voor een optimale ontwikkeling van de kinderen, zodat ze goed zijn voorbereid op hun toekomst.
In de volgende paragrafen, over identiteit en visie, beschrijven we wat dat betekent voor onze school.
4.2.
Kernwaarden als pijlers voor identiteit
Allereerst willen we een veilige schoolomgeving bieden waar alle betrokkenen zich ongeacht hun culturele,
religieuze of sociale achtergrond, geborgen, gerespecteerd en gewaardeerd voelen om wie ze zijn.
We werken samen aan een goede voorbereiding op deelname aan de samenleving, zowel op het gebied van
kennisoverdracht als opvoeding en sociaal emotionele ontwikkeling.
In de keuzes die we maken om dit te realiseren laten we ons inspireren en leiden door onze kernwaarden:
kwaliteit - veiligheid - respect - structuur - duidelijkheid - samen waarbij


respect en veiligheid een sfeer creëren waarin kinderen, ouders en leerkrachten op elkaar kunnen
vertrouwen en in vertrouwen met elkaar kunnen omgaan.
veiligheid, respect, duidelijkheid en samen de basis vormen voor de collegialiteit die het team bindt,
motiveert en stimuleert om met elkaar inhoud te geven aan het onderwijs.
4.3.
Twee denominaties, één school
4.4.
Visie op opbrengsten van het onderwijs
Onze school is een samenwerkingsschool op informele basis. De openbare identiteit van OBS Zuidlandschool en
de Rooms Katholieke identiteit van RKbs Op de Hoogte zijn beiden in onze school geborgd en herkenbaar
vormgegeven:
Ouders en kinderen die de school bezoeken, zijn zich bewust van de verschillen in cultuur en religie, respecteren
deze en leren daarmee omgaan. Ze accepteren de ander in zijn mening en overtuiging. Vieringen, rituelen en
symbolen worden vanuit de religieuze en of levensbeschouwelijke achtergrond van het kind verdiept en
besproken, waarbij ruimte is voor ieders persoonlijke beleving.
Een goed pedagogisch klimaat is de basis voor leren en resultaten. Een positieve en ontspannen sfeer zorgt voor
veiligheid en rust. Afstemmen op individuele mogelijkheden en interesses van kinderen maakt dat zij intrinsiek
gemotiveerd zijn om te leren, zich te ontwikkelen en optimale resultaten te behalen.
Onderwijs draagt in belangrijke mate bij aan de ontwikkeling van kinderen en de voorbereiding op hun rol in de
maatschappij. Binnen het onderwijs op onze nieuwe school zijn cognitieve vaardigheden, studievaardigheden en
kennis van wereld en maatschappij belangrijke voorwaarden om andere doelen, die we met ons onderwijs
voorstaan, te bereiken.
Denkend aan het profiel van de leerling, die straks onze school verlaat, zien we voor ons dat deze in hoge mate
zelfstandig kan functioneren en in staat is om verantwoordelijkheid te dragen voor eigen gedrag. Bovendien zijn
deze kinderen sociaal, weerbaar en flexibel. Dit alles gebaseerd op een realistisch en positief zelfbeeld.
4.5.
Visie op leren
Om bovenstaande doelen te realiseren is het noodzakelijk, dat kinderen leren beseffen, dat ze zelf invloed hebben
op hun eigen leerproces en daarbij niet (alleen) afhankelijk zijn van hun leerkrachten.
Dit komt het best tot zijn recht als het onderwijs zo ingericht wordt, dat de betrokkenheid van kinderen optimaal
is en het eigen initiatief en de eigen sterke kanten ruimte krijgen. De leerkracht heeft dan ook als taak uitdagend
onderwijs te organiseren.
10
Schoolgids 2014-2015
Elk kind heeft eigen mogelijkheden en talenten. Afstemmen op onderwijsbehoeften is een belangrijke voorwaarde
om leerlingen optimale ontwikkelingskansen te bieden. Actuele methoden zorgen voor borging van de inhouden
van het onderwijs. ICT en digitale communicatie hebben hierin een duidelijke plaats.
Een goede zorgstructuur waarborgt een passend onderwijsaanbod voor iedere leerling.
4.6.
Visie op organisatie van het onderwijs
Onderwijs op maat staat centraal. Gedifferentieerde instructie, gebaseerd en afgestemd op reële streefdoelen is
een voorwaarde om optimale ontwikkeling van elke leerling mogelijk te maken.
Zelfstandig werken en zelfstandig leren gebruiken wij om eigen verantwoordelijk van de leerlingen voor hun
leerproces te vergroten en betrokkenheid te genereren. Om dit te realiseren is effectief klassenmanagement en
een doorgaande lijn vanaf groep 1 noodzakelijk.
4.7.
Visie op samenwerking en kwaliteiten van leerkrachten
Er is sprake van een professionele cultuur, met als basis collegialiteit, betrokkenheid, openheid en respect.
Gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het bereiken van schooldoelstellingen is van belang. Wij willen hierbij
elkaars ervaring en deskundigheid benutten.
Onze visie moet zichtbaar zijn in het dagelijks handelen van de leerkrachten in interactie met leerlingen. Dit
vraagt specifieke kwaliteiten van hen om dit te realiseren, zoals:







Inlevingsvermogen
Een positieve instelling en vertrouwen in ontwikkelkracht van kinderen
Enthousiasme
Kennis van leerlijnen, ontwikkelingslijnen en leerdoelen
Kennis van materialen en methodes
Goed kunnen schakelen tussen leiden, begeleiden en coachen
Gedifferentieerd les kunnen geven en daardoor afstemmen op onderwijsbehoeften van leerlingen in de
groep
Vanuit gezamenlijke verantwoordelijkheid willen we samen werken en samen bouwen aan kwalitatief goed
onderwijs op de nieuwe school.
4.8.
Visie op schoolklimaat en schoolcultuur
4.9.
Visie op contacten met ouders
Vanuit deze visie werken leerkrachten eraan een schoolklimaat te realiseren, waarin kinderen zich veilig en
geborgen voelen. Normen en waarden zijn de basis voor de omgang met elkaar.
Het respect voor de ander draagt ertoe bij, dat veel regels niet nodig zijn. Regels die er zijn hebben tot doel het
onderwijs optimaal te laten verlopen (regels voor klassenmanagement), of gevaren te voorkomen (spelen op
speeltoestellen). Onderlinge verhoudingen worden geregeld door de grondhouding van openheid en respect.
Feesten en vieringen worden georganiseerd om sociale verbondenheid te versterken en de identiteit uit te
dragen.
Om brede ontwikkeling en belangstelling te stimuleren worden activiteiten rondom sport, cultuur en natuur
georganiseerd.
De ouders worden beschouwd als belangrijke partners met een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het
onderwijs van hun kind. De basis voor contacten met ouders zijn openheid en respect. Zowel ouders als
leerkrachten hebben hun specifieke verantwoordelijkheid en deskundigheid.
4.10.
Visie op contacten met de omgeving
Om optimale ontwikkeling van alle leerlingen te realiseren is een nauwe samenwerking met ketenpartners
noodzakelijk. Hierbij is het van belang om in open communicatie duidelijke kaders te scheppen, zodat kennis en
deskundigheid goed benut kunnen worden. De school heeft hierin een duidelijke regierol.
De school wordt niet gezien als een eiland, maar als een actief lid van de gemeenschap. De interactie met
ketenpartners, omgeving en maatschappij waarvan wij deel uit maken is een essentieel aspect in het leren van en
met elkaar.
De school maak je samen: kinderen, ouders, medewerkers en maatschappelijke voorzieningen en instanties.
Schoolgids 2014-2015
11
5. VEILIGHEID
Veiligheid is een van de kernwaarden van onze school. In de beslissingen die we nemen en de keuzes die we
maken, weegt deze waarde zwaar mee. Met onze inzet en interventies willen we een leef- en leeromgeving
creëren die aan alle leerlingen, leerkrachten, ouders en verzorgers, een gevoel van veiligheid geeft. Het scheppen
van een veilig klimaat is geen eenrichtingsverkeer, het is geen zaak van school alleen. Het is een taak die we
graag samen met u en onze leerlingen op ons nemen. Daarom is het goed om te delen wat wij onder een veilige
school verstaan, zodat we daarvoor gezamenlijkheid de verantwoordelijkheid kunnen nemen.
-
-
-
Onze school als veilige school is zich bewust van de noodzaak om op dat punt beleid te voeren, normen te
stellen, gedrag af te spreken en toepassing te verzekeren, te handhaven.
Onze school als veilige school realiseert zich dat onderwijs begint met opvoeding. Niemand kan de
verantwoordelijkheid van de ouders overnemen, maar je kunt wel een samen inhoud geven de manier
waarop je met elkaar omgaat.
Onze school als veilige school is duidelijk in zijn pedagogische overtuiging en handeling. Aandacht en
geborgenheid, respect en tolerantie zijn uitdrukking van een gedeelde missie
Onze school als veilige school staat in voor ieders veiligheid, we houden toezicht op wat er mis kan gaan en
maken melding van risico's, bedreiging en schade. Dat onze school er van binnen en van buiten ook netjes
en overzichtelijk uitziet, spreekt vanzelf. Ordelijke en overzichtelijke indeling van ruimtes, of dat nu het
klaslokaal of het schoolplein is, is een indirecte factor van belang voor veiligheid.
Op onze school als veilige school voelen kinderen, ouders, verzorgers en leerkrachten zich thuis en worden
zij als het nodig is beschermd, zodat het daar plezierig werken en leren is. Er wordt veel aandacht
geschonken aan het voorkómen en aan het oplossen van conflicten. Pesten wordt niet getolereerd, het
gebruik van geweld wordt afgewezen.
6. LEERLINGPOPULATIE
Onze school start dit jaar met 181 leerlingen. De kinderen die onze school bezoeken komen vooral uit de wijk
Serlippens.
Onze school is onderdeel van brede school ‘De Twijn’. Naast het basisonderwijs is er ook een kindercentrum en
een peuterspeelzaal. Ook is de wijkvereniging Serlippens is het pand gehuisvest.
We kunnen dus met recht zeggen dat we een wijkschool zijn die midden in de gemeenschap staat. Dit betekent
dat we als school een actieve bijdrage willen leveren aan de leefbaarheid in de wijk.
Helaas is het niet altijd mogelijk om overal aan mee te doen en moeten we heel bewust kiezen hoe we met onze
tijd en aandacht omgaan. In dat geval komt de keuze voor onderwijs altijd op de eerste plaats.
De kinderen die onze school op 4-jarige leeftijd binnenkomen hebben bijna allemaal de peuterspeelzaal bezocht.
Doordat de peuterspeelzaal en de basisschool beiden onderdeel uitmaken van brede school ‘De Twijn’. verloopt
de overgang van peutergroep naar kleuterklas vrij soepel. De omgeving is voor de kinderen immers bekend.
Daarnaast wordt door de samenwerking tussen peuterspeelzaal en basisschool voorzien in voldoende
mogelijkheden tot overleg tussen peuterleidsters en groepsleerkrachten. Hierdoor is de leerlingenoverdracht goed
georganiseerd.
12
Schoolgids 2014-2015
7. DE ORGANISATIE VAN ONS ONDERWIJS
7.1.
Het onderwijsconcept van de school
Ons werkconcept is gebaseerd op het handelingsgericht werken (HGW) en het opbrengstgericht werken (OGW).
Dit betekent dat we in onze benadering en begeleiding van kinderen de individuele onderwijsbehoeften centraal
stellen en inzetten op een maximaal leerrendement voor elke leerling.
7.2.
Convergente differentiatie
Kiezen voor convergente differentiatie houdt in dat de doelen voor de hele groep in grote lijnen hetzelfde is. De
groep blijft zo lang mogelijk bij elkaar. De leerkracht geeft klassikale groepsinstructie en wil met álle leerlingen
dezelfde minimumdoelen bereiken. Pas in de verwerkingsfase wordt er gedifferentieerd.
7.3.
Tour de France - model
Convergent betekent letterlijk: op één punt richten. De differentiatie is op één doel gericht. Het gaat erom de
verschillen tussen de kinderen kleiner te maken en niet groter.
Lesmodel interactieve gedifferentieerde directe instructie (IGDI) met convergente differentiatie
Verkorte instructie
Basisinstructie
Verlengde instructie
Start van de les:
o Dagelijkse terugblik
o Lesdoelen aangeven
o Actualiseren van de voorkennis
Presentatie
Interactieve directe
groepsinstructie
De leerkracht:
o Onderwijst in kleine stappen
o Geeft concrete voorbeelden
o Denkt hardop
o Demonstreert / doet voor
o Legt uit
Begeleide inoefening:
De leerkracht:
o Laat de leerlingen onder begeleiding inoefenen doet voor / doet
samen / laat leerling(en) voor doen
o Geeft korte duidelijke opdrachten
o Stelt veel vragen; bv vanuit denken – delen –uitwisselen
o Differentieert in vraagstelling
Instructie onafhankelijke
leerlingen
Instructie gevoelige leerlingen
Instructie afhankelijke
leerlingen
Zelfstandig werken
Verlengde instructie
Verlengde instructie
Zelfstandig werken
Zelfstandig werken
Feedback :
Op het gemaakte werk: hoe is het gegaan, wat ging er goed , wat ging er niet goed, wat is er nodig.
Afsluiting:
Doelen, knelpunten werkhouding, vooruitblik
En eventueel een korte activerende afsluiter
13
Schoolgids 2014-2015
Directe instructie, georganiseerd binnen het ‘Tour de France-model’, vormt de basis van ons onderwijs. Met deze
aanpak krijgt iedere leerling gericht uitleg en instructie over de basisstof; iedereen doet mee. Daarnaast geeft het
ruimte om ons onderwijs af te stemmen op de verschillende niveaus en de specifieke onderwijsbehoeften van alle
individuele leerlingen.
Populair gezegd rijden alle kinderen steeds met z’n allen dezelfde etappe. De hele groep vertrekt gezamenlijk aan
de start, het vastgestelde les- of leerdoel, en rijdt vervolgens als één peloton naar de finish. De tijd en
begeleiding die ze als individuele deelnemer nodig hebben om de finish te bereiken is verschillend, maar de inzet
is dat ze allemaal aankomen. Tijdens elke etappe in de tour geven we extra hulp aan de achterblijvers want we
willen bij de volgende rit alle kinderen weer aan de start hebben.
Het Tour de France - model komt neer op het starten met de hele groep en differentiëren al naar gelang de
ervaren moeilijkheden.
7.4.
Schoolgrootte en groepsindeling
Onze school gaat het eerste fusiejaar in en telt momenteel 181 leerlingen. Op basis van dit leerlingenaantal
kunnen we normaal gesproken 7 groepen formeren. Door de extra inzet van fusiemiddelen is het mogelijk om dit
eerste jaar met 8 groepen te starten.
7.5.
De organisatie van de inzet
Inzet leerkrachten
ma
o
di
m
o
woe
m
o
do
o
vrij
m
o
Groep 0 - 1
Juffrouw Suzanne
Juffrouw Merel
Juffrouw Sabrina
Groep 2
Juffrouw Els
Juffrouw Monique
Groep 3
Juffrouw Thea
Juffrouw Els
Groep 4
Juffrouw Nathalie
Juffrouw Annet
Groep 5
Meester Peter
Groep 6
Juffrouw Elly
Juffrouw Barb
Groep 7
Juffrouw Esther
Juffrouw Annet
Groep 8
Juffrouw Liesbeth
Juffrouw Barb tot december
Meester Richard
Interne begeleiding
Juffrouw Sandra
Vervangt juffrouw Merel en juffrouw Suzanne t/m 16 november 2014
m
14
Schoolgids 2014-2015
8. DE ONDERWIJSACTIVITEITEN
8.1.
Activiteiten in groep 1-2
In groep 1 en 2 wordt gewerkt met projecten, o.a. uit de methode ’Schatkist’. Gaandeweg het schooljaar willen
we overstappen naar een nieuwe methode nl. ‘Onderbouwd’.
Tijdens kringactiviteiten doen we taal- en rekenspelletjes, lezen we interactief voor, zingen we liedjes en hebben
we aandacht voor de sociaal- emotionele ontwikkeling. Het digibord is hierbij een goede aanvulling op ons
lesprogramma.
Tijdens de werklessen maken de kinderen kennis met verschillende technieken en leren deze ook toe te passen.
Werkbladen die passen bij de leerdoelen worden in een kleine groep aangeboden. Aandacht wordt besteed aan
het zelfstandig werken.
Kinderen die daar behoefte aan hebben krijgen pre-teaching, verlengde instructie of extra uitdagend materiaal.
Lichamelijke oefening vindt plaats tijdens spel of gymlessen en bij buitenspel.
8.2.
Het onderwijsaanbod in de groepen 3 t/m 8
Bij de keuze voor onderwijsmethodes laten we ons leiden door onze visie op onderwijs zoals beschreven in
hoofdstuk 4 en ons werkconcept zoals beschreven in hoofdstuk 6.
8.2.1. Lezen
Voor het leesonderwijs maken we in groep 3 gebruik van ‘Veilig leren lezen’. In groep 4 tot en met 8 wordt
‘Estafette’ ingezet. Beide methodes zijn uitermate geschikt voor het organiseren van gedifferentieerd onderwijs.
Alle leerlingen worden minimaal drie keer per jaar getoetst op hun technisch leesniveau.
Vanaf groep 4 besteden we aandacht aan begrijpend en studerend lezen met behulp de methode LeesLink en de
‘Cito hulpboeken Begrijpend Lezen’.
Voor studievaardigheden maken we in groep 7 en 8 gebruik van Blitz.
8.2.2. Taal
Voor het taalonderwijs gebruiken we de methode ‘Taal op maat’ voor groep 4 tot en met groep 8. Alle
taalaspecten, zoals spelling, woordenschat , komen hierin aan bod.
8.2.3. Schrijven
We maken gebruik van de methode ‘Pennenstreken’. Naast het aanleren van het schrift en het oefenen van de
schrijfvaardigheid, sluit deze methode in groep 3 goed aan op ‘Veilig Leren Lezen’. Op deze manier vindt extra
inoefening plaats van de nieuwe woordjes. In de kleutergroepen ligt het accent op de ontwikkeling van de fijne
motoriek.
8.2.4. Rekenen
Voor het rekenonderwijs maken we gebruik van de methode ‘Reken zeker’. De uitgangspunten van Reken zeker:




leren rekenen op basis van vertrouwen: stap voor stap
éérst de basisvaardigheden
veel oefenen, automatiseren en herhalen
één onderwerp per les, één strategie per onderwerp
Met een goede instructie, voldoende tijd en veel vertrouwen kan ieder kind leren rekenen. Reken zeker is een
nieuwe methode, waarin de meest recente inzichten op het gebied van rekenonderwijs zijn verwerkt.
Zowel goede als zwakke rekenaars ontwikkelen met deze methode basisvaardigheden én begrip. Snel en zonder
omwegen, dankzij een heldere structuur. Duidelijke instructie en veel herhalingsoefeningen zorgen voor het
nodige vertrouwen. Zodra dat er is, kan iedere rekenaar op zijn of haar eigen niveau kennis verdiepen en
vaardigheden toepassen in contexten.
8.2.5. Wereld oriënterende vakken
Op heel veel momenten wordt gesproken over de wereld om ons heen en brengen we kinderen kennis bij over
het heden en verleden. Soms gebeurt dit in aparte vakken aan de hand van moderne methoden, maar ook d.m.v.
spreekbeurten, schooltelevisie, het maken van werkstukjes, etc.
15
Schoolgids 2014-2015
8.2.6. Aardrijkskunde
Hiervoor maken we gebruik van de ‘Meander’. Deze methode is vooral speciaal door de manier waarop het laat
zien dat aardrijkskunde overal in ons dagelijkse leven aanwezig is. Meander leert kinderen om zich heen te kijken
en daagt ze uit om de betekenis en samenhang van alledaagse dingen te zijn.
Groep 5 neemt, voor wat topografie betreft, de namen van de provincies en de provinciehoofdsteden voor zijn
rekening. In groep 6 wordt de topografie van Nederland behandeld, in groep 7 die van Europa en in groep 8
komt de topografie van de wereld aan de orde.
8.2.7. Geschiedenis
Dit jaar starten we met nieuwe methode ‘Eigentijds’. ‘Eigentijds’ is een volledig digitale methode die optimaal
aansluit bij de verschillende manieren waarop kinderen informatie verwerken. Verschillende tijden worden bijna
letterlijk ingeprent op het netvlies van de leerlingen. Ook de bijbehorende muziek, stemmen en geluiden helpen
leerlingen om zich te verplaatsen in een andere tijd.
8.2.8. Natuur en techniek
Ook voor natuur en techniek starten we met een nieuwe methode. ‘Binnenste/Buiten’ is net zoals ‘Eigentijds’ een
volledig digitaal. Met aansprekende filmpjes, haalbare proeven en onderzoekjes wordt kinderen geleerd wat de
rol van natuur en techniek in hun leven is.
Daarnaast maken we gebruik van het ‘Ontdekkasteel’. Eén keer per week doen leerlingen op praktische wijze
ervaring op met de dagelijkse toepassingen van techniek.
8.2.9. Verkeer
We hechten veel waarde aan verkeersonderwijs dat aansluit bij de ervaringen van kinderen en praktisch
toepasbaar is. Om die reden maken we gebruik van de verkeerseducatielijn van Veilig Verkeer Nederland:



Verkeerswerkblad Stap Vooruit (groep 4)
Verkeerswerkblad Op Voeten en Fietsen (groep 5 en 6)
Verkeerswerkblad Jeugd Verkeerskrant (groep 7 en 8)
In groep 7 worden de leerlingen opgeleid voor het jeugd-verkeersexamen. Dit examen bestaat uit een theoretisch
en praktisch gedeelte. De kinderen die dit examen niet halen, kunnen in groep 8 herkansen.
8.2.10. ICT
Onze school heeft een centraal computerlokaal, waarvan alle groepen gebruik kunnen maken. Daarnaast hebben
alle klassen de beschikking over twee computers in het leslokaal. Computers worden op dit moment ingezet ter
ondersteuning van het dagelijkse onderwijsaanbod. De groepen 1 en 2 werken met programma’s waarbij vooral
de kleuren, de vormen, geheugentraining en de muisvaardigheid centraal staan.
Groep 3 tot en met 8 werkt voornamelijk met methodesoftware voor de vakken rekenen, taal, spelling en
begrijpend lezen. De vakken geschiedenis en natuur en techniek worden volledig digitaal aangeboden.
De functie en inzet van ICT-middelen ter versterking van ons onderwijs wordt gaandeweg het schooljaar 20142015 nader uitgewerkt.
8.2.11. Cultuureducatie
In de loop van het schooljaar maken alle kinderen kennis met cultuur in het kader van de ‘Cultuurmenu’s’ . Het
aanbod is erg divers en varieert van een bezoek aan de schouwburg, tot zelf muziek maken of het bezoeken van
een museum. Het streven is om alle leerlingen minimaal één keer gedurende hun basisschoolperiode kennis te
laten maken met alle verschillende cultuurvormen zoals beeldende kunst, toneel, dans, fotografie of schrijven.
8.2.12. Sociaal/emotionele vorming
Dit jaar starten we voor de derde keer op rij met een cursus weerbaarheid. Twee jaar geleden zijn we hiermee
begonnen voor de groepen 5, 6, 7 en 8. Vorig schooljaar hebben de groepen 6, 7 en 8 de vervolgcursus gedaan.
Dit jaar vervolgen we het programma voor 7 en 8.
16
Schoolgids 2014-2015
Daarnaast gebruiken we gebruiken de methode ‘KlasBouwers’ om te bouwen aan een positief klasklimaat. De
‘Klasbouwers’ dragen bij aan de wederzijdse waardering en respect. Daarnaast heeft het een positief effect op
het zelfvertrouwen van kinderen.
8.2.13. Engels
Engels wordt aangeboden vanaf groep 5. We gebruiken hiervoor de methode ‘Take is easy’. Deze methode
dompelt leerlingen als het ware onder in de Engelse taal: van begin tot het einde van de Engelse les wordt Engels
gesproken. Door onderdompeling en herhaling stijgt het taalniveau van de leerlingen extra snel.
8.2.14. Muzikale – en creatieve vorming
Voor de expressievakken hebben we geen specifieke methode. Ideeën en technieken halen we uit onder andere
‘Uit de Kunst’, ‘Tekenvaardig’, ‘Textielvaardig’ en ‘Moet je doen’.
Deze vakken brengen evenwicht in het lesprogramma; niet alleen het leren heeft op school de nadruk, ook de
creatieve vorming. We zien deze vakken niet als louter ontspannend. Ook hier wordt les gegeven en streven we
kwaliteit na. In groep 1 en 2 is de creatieve vorming geïntegreerd in het totale lesprogramma.
Voor de muzikale vorming gebruiken we de methode ‘Moet je doen’.
8.2.15. Lichamelijke opvoeding
In groep 1 en 2 staat lichamelijke oefening dagelijks op het rooster. Motorische vaardigheden worden aangeleerd
tijdens het vrij buitenspel of gericht aangeboden tijdens begeleide kleutergym in het speellokaal of op het
kleuterplein.
Alle leerlingen van groep 3 t/m groep 8 hebben 2 keer per week gymnastiek. In die lessen wordt aandacht
besteed aan de verschillende bewegingsvormen zoals bijvoorbeeld rollen, klimmen, duikelen, springen met en
zonder toestellen. Daarnaast is er steeds een les waarin allerlei spelvormen worden aangeleerd met en zonder
materialen, bijvoorbeeld slagbal, handbal. Accent ligt daarbij op samenspel en sociaal gedrag.
We gebruiken de methode ‘Het Zeeuwse Bewegingsonderwijs’.
8.2.16. Levensbeschouwelijk onderwijs
Onze school is ontstaan uit de fusie tussen OBS Zuidlandschool en RKbs Op de Hoogte. De openbare en Rooms
Katholieke identiteit van beide scholen zijn de pijlers van onze samenwerkingsschool en vormen het fundament
voor de manier waarop het levensbeschouwelijk onderwijs is ingericht.
Elke groep begint de schooldag met de ‘Inspiratiekalender’. De ‘Inspiratiekalender’ is gebaseerd op de
kernwaarden van het openbaar onderwijs. Leraren kunnen de kalender gebruiken om de schooldag of het
kringgesprek op een inspirerende wijze te beginnen.
Daarnaast heeft elke groep één keer per week een verdiepingsmoment, waarin religieuze en/of
levensbeschouwelijke thema’s centraal staan. Kennis hebben van de grote wereldgodsdiensten en hun vieringen
staat centraal, waarbij kennis van elkaars geloof de basis is voor het realiseren van wederzijdse waardering en
respect. De verdiepingsmomenten worden gegeven aan de hand van de methode ‘Hemel en Aarde’ en/of ‘Kleur’.
Beide methodes worden komend schooljaar uitgeprobeerd. Op basis van de opgedane praktijkervaring zal het
team een keuze maken.
8.2.17. Burgerschap
Als samenwerkingsschool is onze school de plek waar elke leerling kennismaakt met de verschillende
achtergronden en culturen.
Maatschappelijke ontwikkelingen vragen scholen actief burgerschap en sociale integratie te bevorderen. Wij
verstaan onder actief burgerschap: het kúnnen en willen deelnemen aan de samenleving. Burgerschap gaat in
onze visie over diversiteit, acceptatie en tolerantie. Het vraagt ook reflectie op het eigen handelen van de
kinderen, een respectvolle houding en een bijdrage aan de zorg voor je omgeving. In ons onderwijs komt dit niet
als een apart vak terug maar besteden we de hele week door aandacht aan deze visie. Het is een geïntegreerde
visie die zowel bij de kennisgebieden als aardrijkskunde, geschiedenis en natuur wordt uitgewerkt, maar ook
wordt toegepast in de lessen bewegingsonderwijs, spel, buitenspelen, drama, enzovoorts. Dit alles in relatie met
elkaar en de omgeving waarvan je deel uitmaakt.
17
Schoolgids 2014-2015
9. HUISWERK
9.1.
Doel en functies van huiswerk
Huiswerk is nooit een doel op zich. Het is altijd een middel om te komen tot een ander doel. Binnen school wordt
huiswerk als zinvol gezien en tracht men door middel van het regelmatig opgeven van huiswerk de volgende
doelen te bereiken:




Bevordering van de zelfstandigheid en de zelfverantwoordelijkheid van de leerlingen; kinderen leren
plannen en hun doorzettingsvermogen wordt gestimuleerd.
Uitbreiding van de leertijd, met de bedoeling het leerresultaat positief te beïnvloeden.
Voorbereiding op het vervolgonderwijs, waar leerlingen veelvuldig met huiswerk in aanraking komen.
Bevordering van de ouderbetrokkenheid.
9.2.
Afspraken m.b.t. het niet maken/leren van huiswerk
Wanneer een leerling het huiswerk niet gemaakt/geleerd heeft wordt hierover gesproken met de leerling. Bij het
eenmalig vergeten van huiswerk wordt hier een aantekening van gemaakt door de leerkracht. Gebeurt het daarna
nogmaals dan krijgt de leerling naast het opgegeven werk een extra opdracht mee. Komt dit regelmatig voor
neemt de leerkracht contact op met de ouders van de leerling en proberen beide partijen tot een oplossing te
komen.
9.3.



Huiswerk voor de individuele leerling
Mocht er huiswerk gegeven worden in het kader van zorgverbreding dan wordt dit doorgesproken met
de ouders.
Bij vraag naar individueel huiswerk door een ouder beslist de leerkracht.
Indien het om individueel huiswerk gaat kan dit tijdens het zelfstandig werken met de leerling besproken
worden.
9.4.
Agenda
De leerlingen van groep 7 en 8 leren werken met een agenda. Om dit goed aan te kunnen leren is het belangrijk
dat alle leerlingen dezelfde agenda hebben. De agenda’s worden door school aangeschaft.
9.5.










Tips voor ouders/verzorgers
Stel je op als coach, luister en stel vragen
Een eigen plek in huis is ideaal. De plek moet voldoende ruimte en licht bieden. Er moet niet teveel
afleiding zijn.
Een vaste plek in huis waar het huiswerk ligt en waar het kind en ouders er aan herinnerd worden.
Samen kijken wat het huiswerk is en dan inplannen samen met het kind.
Agenda vaak inkijken en blijven vragen of er huiswerk is.
Steeds zelfstandiger worden richting groep 8, dus steeds minder hulp.
Eerst tijd voor huiswerk, dan tijd voor leuke dingen.
Kinderen moeten zelf zorg dragen leren dragen voor hun huiswerk.
Huiswerk voor taal/spelling/rekenen laten maken en samen met uw kind nakijken. Probeer daarna de
fout te laten ontdekken en te herstellen.
Vragen naar het resultaat, compliment geven en wanneer nodig aanspreken op verantwoording.
Schoolgids 2014-2015
18
10.
GYMTIJDEN
Rooster gymtijden groep
maandagmiddag
6
13.15 – 14.00
7
14.00 – 14.45
8
14.45 – 15.15
dinsdagochtend
3
09.30 – 10.15
4
10.30 – 11.15
5
11.15 – 12.00
donderdagochtend
3
09.30 – 10.15
4
10.30 – 11.15
5
11.15 – 12.00
donderdagmiddag
6
13.15 – 14.00
7
14.00 – 14.45
8
14.45 – 15.15
Groep 1 en 2 maken bij slecht weer gebruik van de inpandige speelzaal.
11.
REGELING SCHOOL – EN VAKANTIETIJDEN
Schooltijden groep 1 tot en met 8
Maandag
08.30 uur – 12.00 uur en van 13.15 uur – 15.15 uur
Dinsdag
08.30 uur – 12.00 uur en van 13.15 uur – 15.15 uur
Woensdag
08.30 uur – 12.00 uur
Donderdag
08.30 uur – 12.00 uur en van 13.15 uur – 15.15 uur
Vrijdag
08.30 uur – 12.00 uur en van 13.15 uur – 14.45 uur
11.1.
Regels voor aanvang en einde schooltijd
De kinderen van groep 1 en 2 mogen voor schooltijd, vanaf 8.15 uur, door de ouders naar hun lokaal worden
gebracht.
De leerlingen van de overige groepen zijn voor schooltijd op het schoolplein tot de zoemer gaat. Bij slecht weer
mogen de leerlingen voor schooltijd naar hun klaslokaal.
11.2.
Vakantierooster schooljaar 2014 / 2015
Vakantierooster schooljaar 2014 / 2015
Herfstvakantie:
maandag 20 oktober
Kerstvakantie:
vrijdag 19 december
Voorjaarsvakantie:
maandag 16 februari
Paasvakantie:
vrijdag 3 april
Meivakantie:
Maandag 27 april
Hemelvaart:
Donderdag 14 mei
Pinksteren:
Maandag 25 mei
zomervakantie:
Vanaf vrijdag 17 juli
vrijdag 24 oktober
vrijdag 2 januari
vrijdag 20 februari
maandag 6 april
vrijdag 8 mei
Vrijdag 15 mei
Dinsdag 26 mei
19
Schoolgids 2014-2015
Incidentele vrije dagen
10 november 2014
Collectief ADV
11 februari 2015
Studiedag
3 juni 2015
Perspectodag
3 juli 2015
Studiedag
12.
12.1.
DE RESULTATEN VAN ONS ONDERWIJS
Teamscholing en onderwijsontwikkeling
Onze school is continu in ontwikkeling. In ons streven om het onderwijs zo optimaal mogelijk in te richten en te
organiseren, stellen we onszelf ieder jaar uitdagende doelen. Deze ontwikkeldoelen zijn vastgelegd in ons
jaarplan.
Daarnaast volgt ieder teamlid, zowel de leerkrachten als de directie, jaarlijks scholing. Dit kan variëren van
workshops tot kortlopende cursussen of volledige opleidingen. We kunnen met recht stellen dat De Twijn een
lerende organisatie is.
In het schooljaar 2013/2014 is op de Zuidlandschool veel aandacht besteed aan de kwaliteit van ons onderwijs.
Er zijn trajecten geweest op het gebied van:

Klassenmanagement

Opbrengstgericht werken

Handelingsgericht werken

Uitvoeren van het kwaliteitsplan rekenonderwijs (invoeren van de methode ‘Reken Zeker’)
12.2.
Positieve beoordeling door de inspectie en hoe nu verder?
De Inspectie van het Onderwijs beoordeelt de kwaliteit van het onderwijs op onze school. Dat gebeurt door
middel van schoolbezoeken, het beoordelen van de tussentijdse leeropbrengsten en de scores van de CITOeindtoets.
11 april 2013 heeft de inspecteur van onderwijs de Zuidlandschool bezocht en op basis van haar waarnemingen
en bevindingen de school een basisarrangement verleend. 14 november 2013 heeft het periodiek onderzoek door
de inspectie op Op de Hoogte plaatsgevonden. Ook hier werd op basis van de waarnemingen en bevindingen het
basisarrangement verleend. Het fundament van onze school is dus goed, maar dat betekent niet dat we er al zijn.
Door een goede zorgorganisatie en nadrukkelijk aandacht voor het organiseren van opbrengstgericht onderwijs
willen we hogere opbrengsten realiseren, zodat we met recht kunnen zeggen dat we het optimale uit iedere
leerling halen.
Om dit te bewerkstelligen richten we ons het komend schooljaar op de volgende items:

Verbeteren van het opbrengstgericht werken door:
scholing op het gebied van effectief klassenmanagement, scholing in het toepassen en uitvoeren van het
directe instructiemodel, effectieve analyse van leerlingengegevens / onderwijsopbrengsten op
individueel-, groeps- en schoolniveau, het opstellen en uitvoeren van doelgerichte
interventieprogramma’s op basis van toets analyses en het stellen van ambitieuze doelen per leerling en
per groep.

Optimaliseren van de interne zorg door:
organiseren van onderwijs op maat voor alle leerlingen, vastgelegd in groepshandelingsplannen op basis
van toets analyses (methodetoetsen en cito-LOVS) en structureel geplande leerlingen- en
groepsbesprekingen. Het veranderteam van onze school (directie en IB-er) begeleiden, coachen en
bewaken de voortgang van dit proces. Hierbij worden ze ondersteund door het RPCZ.
Schoolgids 2014-2015

Doelgericht en effectief volgen van de sociaal emotionele ontwikkeling van onze leerlingen door:
scholing in het doelmatig gebruik van het leerlingvolgsysteem ZIEN. Dit betreft het invullen van de
vragenlijsten door leerkrachten en leerlingen, correct verwerken en analyseren van de gegevens en deze
verwerken in een groepshandelingsplan gericht op de sociaal emotionele ontwikkeling.

Vergroten van de competenties van alle medewerkers door:
teamscholing op bovengenoemde items, interne coaching en ondersteuning door het zorgteam, externe
coaching en ondersteuning (op verzoek of indien nodig) door het RPCZ, het organiseren van collegiale
consultatie en klassenbezoeken en het opstellen van een persoonlijk ontwikkelplan voor iedere
leerkracht in overleg met de schooldirectie.
12.3.
De resultaten van de cito-eindtoets over de afgelopen 3 jaar per school
In groep 8 wordt de keuze gemaakt voor het voortgezet onderwijs. Het is ook de groep waar we meedoen aan de
landelijke CITO-eindtoets. Die helpt mee om een verantwoorde keuze voor uw kind te maken.
12.3.1. OBS Zuidlandschool
Jaar
2014
2013
2012
Schoolscore
531,5
530,3
532,5
Landelijk gemiddelde
534,0
533,8
535,1
Ondergrens inspectie
532,0
531,8
533,1
VWO
HAVO/
VWO
VMBO/
HAVO
VMBO T
VMBO K/T
VMBO B/K
VSO
2014
2013
2012
Aantal
leerlingen
uitgestroomd
uit groep 8
23
13
36
TTO
Jaar
12.3.2. De uitstroomgegevens van de afgelopen 3 jaar:
1
1
-
4
3
5
2
7
2
10
4
2
2
4
9
6
7
3
12.3.3. RKbs Op de Hoogte
Jaar
2014
2013
2012
Schoolscore
536,4
538,7
535,4
Landelijk gemiddelde
535,7
536,0
538,0
Ondergrens inspectie
533,7
534,0
534,8
VWO
HAVO/
VWO
VMBO/
HAVO
VMBO T
VMBO K/T
VMBO B/K
VSO
2014
2013
2012
Aantal
leerlingen
uitgestroomd
uit groep 8
13
18
25
TTO
12.3.4. De uitstroomgegevens van de afgelopen 3 jaar:
Jaar
20
3
-
2
5
6
2
5
2
2
2
8
2
2
-
1
8
2
1
1
2
-
21
Schoolgids 2014-2015
13.
DOUBLEREN
Leertijd versus ontwikkeltijd…
Leertijd is die tijd die een kind nodig heeft om zich bepaalde kennis of vaardigheden eigen te maken. De reguliere
basisscholen binnen Perspecto hanteren een leerstofjaarklassensysteem en binnen dat systeem moet een kind in
een bepaalde leertijd een bepaalde hoeveelheid kennis en vaardigheden verwerven. Er zijn kinderen waarvoor die
leertijd tekort is en er zijn ook kinderen waarvoor die tijd te lang is. Binnen de scholen Perspecto is in het
overgangsprotocol beleid vastgelegd over het verlengen van de leertijd waarbij de scholen onderling de
besluitvorming van elkaar respecteren.
Omdat verlengen van leertijd, doubleren van een groep, een ingrijpende gebeurtenis is voor een leerling en
zijn/haar ouders, moet de keuze zorgvuldig gemaakt worden. Voor- en nadelen moeten goed overwogen worden,
aan de hand van duidelijke criteria, die in een vroeg stadium met de ouders moeten worden besproken. Binnen
het leerstofjaarklassensysteem differentiëren we naar tempo, naar niveau, naar leertijd en naar
instructiebehoefte. Voor leerlingen die uitvallen proberen we minstens de minimumdoelen te halen. Tegen het
einde van het schooljaar betekent dit voor bijna alle kinderen overgang naar de volgende groep en voor een
enkeling een doublure.
In het overgangsprotocol is speciale aandacht voor de kleuters geboren in de maanden oktober, november of
december. Bij deze ‘najaarskleuters’ geldt de afweging of ze in 7.7-7.9 jaar of in 8.5-8.9 jaar de basisschool
doorlopen. De 1 oktoberregeling, waarbij de geboortedatum de beslissing gaf over wel of niet doorstromen naar
de volgende groep, is niet meer van toepassing, het is niet de datum van 1 januari die bepalend is, maar de
persoonlijke ontwikkeling van de kleuter.
Kinderen die in oktober, november of december in groep 1 komen worden in de loop van het schooljaar uitvoerig
besproken. De school garandeert een ononderbroken ontwikkeling. Voor deze leerlingen geldt dat de doorstroom
naar groep 2 uitsluitend plaatsvindt wanneer de leerling voldoende is toegerust voor het aanbod in groep 2. Het
onderwijs vervolgen in groep 1 geldt niet als een doublure.
De beslissing voor een doublure ligt bij de school. De school neemt de ouders mee in het proces van
besluitvorming via bovenstaande stappen.
Ouders zijn echter verantwoordelijk voor hun kind. Als zij niet akkoord gaan met het door de directie genomen
besluit, kan deze hen adviseren uit te zien naar een andere school, die beter aansluit bij dat wat de ouders van
de school verlangen met het oog op de begeleiding van hun kind. Het overgangsprotocol is op te vragen bij de
directie van de school.
14.
14.1.
ZORG VOOR KINDEREN
Uitgangspunten van het handelingsgericht werken
De zorg op onze school is georganiseerd volgens het Onderwijs Ondersteuningscontinuüm (OOC) van Perspecto.
Alle scholen werken vanuit de visie van het handelingsgericht werken.
Bij handelingsgericht werken wordt uitgegaan van de leerling in zijn totaliteit. De leerlingenkenmerken worden zo
volledig mogelijk onderzocht en beschreven. Daarbij gaan we niet uit van de zwakke kanten van de leerling, maar
van zijn sterke punten. Denken in kansen.
De 7 uitgangspunten van HGW die met elkaar samenhangen zijn:
1. De onderwijsbehoeften van leerlingen staan centraal
2. Het gaat om afstemming en wisselwerking
3. De leerkracht doet er toe
4. Positieve aspecten zijn van groot belang
5. We werken constructief samen
6. Ons handelen is doelgericht
7. De werkwijze is systematisch, in stappen en transparant
Voor kinderen is een onderwijsaanbod waarmee doelgericht en systematisch aan de onderwijsbehoeften wordt
voldaan cruciaal voor een optimale ontwikkeling.
22
Schoolgids 2014-2015
Om tot onderbouwde plannen te komen is het belangrijk dat de leerkracht over adequate competenties beschikt.
Hierbij gaat het altijd om het handelingsgericht kunnen werken van de leerkracht. Met andere woorden: kan de
leerkracht de onderwijsleersituatie aanpassen met behulp van voldoende gegevens van de leerling, de omgeving
school en thuis en vanuit reflectie op eigen leerkrachtgedrag? Het clusteren van leerlingen met gelijke
onderwijsbehoeften is een ingrediënt voor de onderwijsplanning van de groep. Deze worden opgenomen in een
of meerdere pedagogische en didactische groepsplannen. Om handelingsgericht werken werkbaar te maken
wordt met groepsplannen gewerkt.
Het is van belang dat gebruik wordt gemaakt van handelingsgerichte informatie en dat er zicht is op de
stimulerende en belemmerende factoren van zowel het kind als zijn omgeving.
Door observaties en registraties van leerprocessen en met behulp van gegevens uit het leerlingvolgsysteem
worden leerlingen op een systematische wijze gevolgd.
14.2.
Onderwijsondersteuning aan kinderen
Onderwijsondersteuningscontinuüm… Waar hebben we het eigenlijk over? Deze term is in maart 2012
geïntroduceerd in het kader van de vormgeving van Passend Onderwijs. Het Onderwijsondersteuningscontinuüm
(OOC) heeft als doel om voor alle kinderen in een bepaalde regio een passend onderwijs- en
ondersteuningsaanbod te realiseren. Voor die tijd werd gesproken over een zorgcontinuüm. Waar voorheen
aparte structuren bestonden voor lichte en zware ondersteuning (basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en
speciaal onderwijs) werken nu alle scholen in één structuur regionaal samen. Voor het primair onderwijs in
Zeeuws Vlaanderen en dus ook voor alle Perspectoscholen (waaronder onze school) zijn zowel organisatorisch als
inhoudelijk afspraken gemaakt. Dit alles moet ertoe leiden dat voor ieder kind, woonachtig in de regio Zeeuws
Vlaanderen, passend onderwijs kan worden geboden.
Perspecto onderschrijft de ambities die het huidige bestuur van het samenwerkingsverband ‘Stichting
Samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Zeeuws Vlaanderen’ (SSPPOZV) heeft uitgesproken:
Het oplossingsgericht vermogen van het regulier onderwijs is zo groot, dat…

er verantwoord voldaan kan worden aan de onderwijsbehoeften van de kinderen waar het
samenwerkingsverband verantwoordelijk voor is, en

daardoor slechts een beperkte groep kinderen in een speciale onderwijssetting onderwijs volgen.
Het oplossingsgericht vermogen van de basisscholen wordt gekenmerkt door goede, competente leerkrachten
die in hun ondersteuning aan de kinderen een beroep kunnen doen op goede, effectieve en passende
schoolinterne voorzieningen en zogenaamde tussenvoorzieningen.
Het vergroten van de opnamecapaciteit en het oplossingsgericht vermogen van scholen kent ook grenzen. Een
belangrijk criterium is het welbevinden van het kind. De beste onderwijsplaats is daar waar het kind zich optimaal
kan ontwikkelen en waar alles eruit gehaald wordt wat binnen de mogelijkheden van het kind ligt. Dit kan
betekenen dat het kind gebruik moet maken van speciale voorzieningen – binnen of buiten de regio.
Het OOC is een samenhangend geheel van mogelijkheden, arrangementen en voorzieningen, waar leerkrachten
c.q. scholen op terug kunnen vallen als zij specifieke vragen hebben omtrent een kind of groep kinderen. Het
OOC kenmerkt zich ook door een cyclisch proces. Telkenmale moet beoordeeld worden of het arrangement
voldoet aan de eerder genoemde eisen en ook werkelijk een antwoord geeft op de gestelde vraag van kind,
leerkracht en ouders.
Perspecto heeft het OOC in 4 niveaus van ondersteuning gekaderd. Waarbij niveau 1 en 2 vallen onder de
‘basisondersteuning’ en niveau 3 en 4 onder de ‘extra ondersteuning’ zoals bedoeld in de wetgeving Passend
Onderwijs.

Niveau 1 omvat het handelen in groep

Niveau 2 wordt gezien als de interne ondersteuningsstructuur binnen de eigen basisschool

Niveau 3 extra ondersteuning door externen; leerling blijft binnen de eigen basisschool

Niveau 4 ondersteuningsmogelijkheid binnen de voorzieningen zoals SO en SBO.
23
Schoolgids 2014-2015
14.3.
Basisondersteuning (niveau 1+2)
Op onze school is sprake van een heldere ondersteuningsstructuur die voldoet aan de meest recente eisen van
het toezichtkader primair onderwijs. Deze basisondersteuning is op onze school beschreven in het school
ondersteuningsprofiel.
Op groepsniveau kenmerkt de basisondersteuning zich door:

Handelingsgericht, data gestuurd en opbrengstgericht werken. Er is sprake van een helder
leerlingvolgsysteem wat zicht geeft op de totale ontwikkeling van kinderen. Op basis hiervan worden
onderwijsbehoeften bepaald.

De leerkracht werkt planmatig met groepsplannen binnen niveau 1 en 2 van de interne
ondersteuningsstructuur.

Ontwikkelingsperspectief en uitstroomprofiel worden opgesteld in situaties waar de basisondersteuning
wordt geïntensiveerd naar extra ondersteuning vanuit niveau 3.
Op schoolniveau kenmerkt de basisondersteuning zich door:
24
Schoolgids 2014-2015










De leerkracht die de gelegenheid heeft om een beroep te doen op collega’s (collegiale consultatie) in
situaties waar een ontwikkeling is gesignaleerd die niet overeenkomt met gestelde verwachtingen.
De leerkracht die in staat is om de eigen ondersteuningsvraag te formuleren.
Een ondersteunende en coachende rol van de intern begeleider/leidinggevende
Een handelingsgerichte aanpak.
Voldoende handen in de klas om basisondersteuning te kunnen bieden.
Een heldere systematiek om vroegtijdig problemen te herkennen.
Een planmatige werkwijze.
Een heldere overlegstructuur.
Een helder school ondersteuningsprofiel.
De mogelijkheid om ondersteuningsarrangementen in te zetten die vallen in de categorie “eenvoudige
preventieve of licht curatieve interventies”, te weten:
o schoolmaatschappelijk werk
o consultatie vanuit Bovenschoolse Ondersteuning en S(B)O
o lichte –kortdurende - begeleiding vanuit Bovenschoolse Ondersteuning en S(B)O
In het schoolondersteuningsprofiel zijn deze kenmerken beschreven binnen verschillende domeinen, te weten
onderwijs, ondersteuning, beleid, organisatie, resultaten en deskundigheid.
Er wordt gebruik gemaakt van door Perspecto aangeboden scholing, ontwikkelde handreikingen en protocollen op
de volgende gebieden:

Handelingsgericht werken

Lezen in de vorm van een leesprotocol

Anderstaligen; neveninstromers voor de groepen 3-8

Rekenen en wiskunde in de vorm van een rekenprotocol

Werken met een ontwikkelingsperspectief, in samenhang met het beleid op niveau van het
samenwerkingsverband

Excellentie en hoogbegaafdheid

Overgangscriteria

Pedagogisch klimaat het gedeelte i.h.b rouwprotocol en pestprotocol

Toetskalender waarop de minimaal af te nemen toetsen zijn vastgelegd.

Meldcode Kindermishandeling

Plan van aanpak om het onderwijs in begrijpend lezen te optimaliseren
14.4.
Het leerlingvolgsysteem
Door nauwgezet te registreren hoe leerlingen scoren op toetsen kunnen we de vaardigheidsgroei en ontwikkeling
van duidelijk in beeld brengen. Hiervoor gebruiken we het digitale leerlingvolgsysteem van Parnassys en KIJK.
We maken onderscheid tussen de cito toetsen en de methodetoetsen. De citotoetsen worden twee keer per jaar
afgenomen (lezen, begrijpend lezen (vanaf groep 5 1x), spelling, woordenschat en rekenen voor groep 3 tot en
met 8 en ‘rekenen voor kleuters’ en ‘taal voor kleuters’ voor groep 1 en 2).
Elk hoofdstuk van een methode wordt afgesloten met een methodetoets. Het komt regelmatig voor dat de scores
van de cito toetsen en de methodetoetsen niet overeenkomen.
De methodetoetsen meten of kinderen de leerstof die de afgelopen weken is aangeboden en in de klas is
geoefend, begrijpen en kunnen toepassen. De citotoetsen meten of leerlingen alle leerstof van het afgelopen
(half) jaar (nog steeds) beheersen en effectief kunnen toepassen.
25
Schoolgids 2014-2015
Cito toetskalender 2014-2015
Toetsen groep 1 en 2
sept
okt
nov
dec
jan
feb
ma
apr
mei
Rekenen voor kleuters
M2
E2
Taal voor kleuters
M2
E2
Signalering beginnende
geletterdheid
M2
E2
KIJK-registratie groep 1-2
Twee keer per jaar
Toetsen groep 3 tot en
met 8
sept
okt
Herfstsignalering
meetmoment 1
nov
dec
jan
feb
ma
apr
mei
juni
juni
B3
Wintersignalering
meetmoment 2
M3
LOVS DMT
M3 – M8
E3 –
E7
LOVS Technisch lezen AVI
M3 – M8
E3 –
E7
LOVS Spelling
B8
M3 – M8
E3 –
E7
LOVS Begrijpend lezen
B8
M5–
M8
E4
LOVS Woordenschattoets
B8
M3–
M8
E3 –
E7
LOVS Rekenen Wiskunde
B8
M3–
M8
E3 –
E7
Eind
8
Eindtoets basisonderwijs
Sociaal emotioneel ZIEN
Minimaal één keer per jaar
Groep 8 de Cito eindtoets. Deze toets geeft een indruk van de capaciteiten van de leerling en geeft, naast het
oordeel van de groepsleerkracht, mede richting aan het schooladvies.
14.5.
De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs
De leerlingen van groep 8 gaan tijdens hun laatste schooljaar een kijkje nemen in het voortgezet onderwijs.
Als de uitslagen van de Cito eindtoets van de leerlingen bekend zijn, heeft de groepsleerkracht van groep 8 een
schoolkeuze-gesprek met de ouders. Op basis van de mening van de groepsleerkracht en de Cito eindtoets wordt
een schooladvies voor het voortgezet onderwijs gegeven.
Nadat de leerling aangemeld is bij het voortgezet onderwijs, vindt er een gesprek plaats tussen de
brugklascoördinator en de groepsleerkracht van groep 8. Wanneer de leerlingen in de brugklas van het
voortgezet onderwijs zitten, is er meestal in november weer een gesprek tussen de brugklasmentoren en de
groepsleerkracht van de basisschool.
15.
15.1.
OUDERCONTACTEN EN OUDERPARTICIPATIE
Oudercontacten – communicatie met ouders
We hechten er veel waarde aan het opbouwen en onderhouden van een goede relatie met ouders. In onze visie
op onderwijs hebben wij dat als volgt verwoord:

De ouders worden beschouwd als belangrijke partners met een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor
het onderwijs van hun kind. De basis voor deze contacten zijn openheid en respect. Zowel ouders, als
leerkrachten hebben hierin hun specifieke verantwoordelijkheid en deskundigheid.
26
Schoolgids 2014-2015

De school maak je samen: kinderen, ouders, medewerkers en maatschappelijke voorzieningen en
instanties.
Een goede relatie met ouders verhoogt de betrokkenheid van ouders bij:

De school in het algemeen

De schoolontwikkeling

De gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de (leer)ontwikkeling van hun kind(eren)
Om tot een goede relatie te komen is het van belang om duidelijk en helder te communiceren:

De communicatiekanalen (organisatie en middelen) moeten helder en doelgericht zijn.

We moeten duidelijk zijn in onze verwachtingen en we moeten helder hebben wat de verwachtingen van
ouders zijn.

We moeten helder zijn in onze doelen op gebied van schoolontwikkeling en de doelen die we stellen ten
aanzien van de ontwikkeling van onze leerlingen.
Op basis van bovenstaande uitgangspunten is inhoud gegeven aan de manier waarop we met ouders
communiceren.
15.2.
Inschrijven en opvang van nieuwe leerlingen
Het aanmeldingsgesprek gebeurt in twee fases. In eerste instantie is er een informatief, oriënterend gesprek met
de directeur. Tijdens dit gesprek brengt de directeur u op de hoogte van het onderwijs op onze school en is er
een korte rondleiding door de school, zodat u een beeld krijgen van de indeling, de inrichting en de sfeer.
Aan het eind van het bezoek krijgt u het inschrijfformulier, de oudervragenlijst ‘start schoolloopbaan’, een
informatieboekje en de schoolgids mee.
Het is gebruikelijk dat nieuwe leerlingen voor de vierde verjaardag vijf dagen komt inlopen. De dagen waarop
worden in overleg met de directeur tijdens het tweede gesprek vastgelegd. Daarnaast worden het
inschrijfformulier en de oudervragenlijst kort doorgenomen en kan de nieuwe leerling alvast kennis maken met de
leerkracht. Het inschrijfformulier moet door beide ouders ondertekend ingeleverd worden. In
uitzonderingsgevallen kan hiervan worden afgeweken. Voor inschrijving is, naast het inschrijvingsformulier, ook
een kopie van paspoort of ID nodig.
1 maand voor de vierde verjaardag krijgt onze nieuwe leerling een welkomstkaart toegestuurd.
15.3.
Algemene ouderavonden
15.3.1. Opening van het schooljaar
De opening van het schooljaar bestaat uit een drietal onderdelen:
1. Ouders worden geïnformeerd over het jaarplan. Er wordt uitleg gegeven over de schoolontwikkeling,
wat de speerpunten zijn, welke doelen we stellen en hoe we daarmee aan de slag gaan.
Daarnaast is er aandacht voor algemene informatie. Bijvoorbeeld (nieuwe) regels en afspraken, hoe
gaan we met elkaar om (sociaal emotioneel – en pedagogisch beleid), enz.
2. Mogelijkheid voor de MR en AC om het jaarverslag en de activiteitenbegroting te presenteren.
3. Ouders krijgen de gelegenheid om de ‘nieuwe’ klas van hun kind(eren) te bezoeken. Er is gelegenheid
om de klas bekijken en de methodes die gebruikt worden in te zien. De leerkracht is aanwezig om
vragen te beantwoorden en zaken toe te lichten.
15.3.2. Voorlichting VO ouders groep 8
In voorbereiding op de schoolkeuze krijgen de ouders informatie over de twee scholen voor voortgezet onderwijs
in Terneuzen.
15.3.3. Incidentele thematische ouderavonden
Naar noodzaak of behoefte kunnen incidentele ouderavonden worden belegd.
Het gaat om thema’s waarover ouders geïnformeerd moeten worden en/of hun instemming aan moeten geven.
Bijvoorbeeld informeren over andere schooltijden, de organisatie daarvan en de consequenties voor ouders en
kinderen.
27
Schoolgids 2014-2015
15.4.
Individuele ouderavonden
15.4.1. Kennismaking leerkracht ouders / ouders leerkracht
Kort na aanvang van het schooljaar worden alle ouders uitgenodigd voor een kennismakingsgesprek met de
nieuwe leerkracht. De nadruk van het gesprek ligt op ‘warme overdracht’. Ouders worden in de gelegenheid
gesteld om informatie over hun kind met de leerkracht te delen (HGW), waardoor de leerkracht meer in staat is
om aan te sluiten bij de specifieke behoeften van iedere leerling. Hiervoor maken we gebruik van het
‘vragenformulier - ouders’
Doel van het gesprek is vooral gericht op informatie-uitwisseling m.b.t. het algemeen welbevinden van de
leerling. Hoe gaat het in de klas, hoe is de relatie (omgang) met anderen, hoe is de leer- en werkhouding. De
ouders kunnen informatie geven over de manier waarop hun zoon/dochter school beleeft, hoe wordt omgegaan
met huiswerk en andere zaken die van belang zijn voor de leerkracht.
Het gesprek wordt afgesloten met een korte bespreking van de leerontwikkeling aan de hand van de gegevens
uit het LOVS, weergegeven in ontwikkelingsgrafieken. De leerkracht kan op basis van de te verwachten
ontwikkeling, de doelen voor het komend schooljaar benoemen.
15.4.2. Ouderavonden gekoppeld aan rapporten – opbrengsten LVS van Cito
Alle ouders worden uitgenodigd voor een 10-minutengesprek.
Doel van het tweede gesprek is ouders informeren over de ontwikkeling van hun kind(eren) en de leerresultaten.
Aan de hand van de tussenmeting worden ouders geïnformeerd over de mate waarin de gestelde doelen bereikt
zijn. Deze zijn tijdens de eerste ouderavond door de leerkracht benoemd a.d.h.v. de gegevens uit het LOVS.
Bij groep 1 en 2 wordt de KIJK-registratie met de ouders besproken.
Het oudercontact wordt gepland voor uitgave van het eerste (volledige) rapport.
Ouders, verzorgers worden niet structureel uitgenodigd voor een oudercontact n.a.v.:
De tussenrapportage
Het eindrapport
Incidentele afspraken over de leervorderingen of het gedrag van leerlingen kunnen elk willekeurig moment
worden gepland. Het initiatief hiertoe kan zowel door ouders als leerkrachten (mogelijk in opdracht van de IBer/directeur) worden genomen.
15.4.3. Adviesgesprekken groep 8
Alle ouders van groep 8 worden hiervoor uitgenodigd. De leerkracht groep 8 geeft, namens de school, een advies
aan de ouders over de meest geschikte vorm van voortgezet onderwijs . Dit advies wordt gebaseerd op de
ervaringen van de leerkrachten, de gegevens uit het leerlingendossier, het LOVS van Cito en de eindtoets groep
8.
15.5.
Incidentele oudercontacten
15.5.1. Oudercontact op uitnodiging van de leerkracht/verzoek van de ouders
Als de ontwikkeling of het gedrag van een leerling reden geeft tot zorg en de leerling gebaat is met een gerichte
aanpassing van het onderwijsaanbod of de algemeen geldende omgangsregels, dan nodigt de leerkracht de
ouders uit om de situatie uit te leggen, toe te lichten en aan te geven waaruit deze aanpassing bestaat en met
welk doel deze wordt gedaan.
De ouders kunnen ook op eigen initiatief een gesprek met de leerkracht(en) aanvragen.
15.5.2. Telefonisch contact met ouders
Bij afwezigheid van een leerling (die niet gemeld is) neemt de leerkracht tijdens de kleine pauze contact op met
de ouders, verzorgers om de reden van afwezigheid vast te stellen. Dit wordt genoteerd in Parnassys.
Bij calamiteiten worden ouders telefonisch benaderd. Het doel is om ouders correct te informeren over
incidentele zaken die zich op school hebben voorgedaan. Op deze manier voorkomen we misverstanden of
miscommunicatie.
28
Schoolgids 2014-2015
15.6.
Schriftelijke informatie
15.6.1. Rapporten
Het schooljaar wordt verdeeld in twee rapportperiodes:
1. Start van het schooljaar tot eind januari.

Het rapport gaat mee als de tussenmeting van cito is afgerond.

De rapportage wordt besproken tijdens de ouderavond in februari (10-minutengesprekken).
Aansluitend worden op vrijdag alle rapporten meegegeven.
2. Februari tot einde schooljaar.

Het rapport gaat de laatste lesdag mee.

Het LOVS-overzicht wordt tijdens de eerste ouderavond (kennismaking na 6 weken) kort met de
ouders besproken. Op basis daarvan worden verwachtingen voor komend schooljaar uitgesproken
en doelen benoemd.
Beide rapporten bestaan uit:
1. Een overzicht van de gemiddelde punten per vakgebied.

Het rapportcijfer is het gemiddelde van alle punten voor één vak in één rapportperiode.
We rapporteren het werkelijk behaalde punt. Als het gemiddelde lager is dan een vier, dan wordt
een vier als ondergrens genoteerd. Het werkelijke gemiddelde wordt wel in Parnassys opgenomen
en met de ouders gecommuniceerd.

Door het centraal en digitaal vaststellen van de toetsnormering voor alle methodetoetsen
voorkomen we verschillen in registratie en waardering. De doorgaande lijn wordt op deze manier
gegarandeerd.
2. Een overzicht van de leerontwikkeling op basis van de citotoetsen. Deze worden weergegeven in een
ontwikkelingsgrafiek, zodat niet alleen de laatste toetsscore duidelijk is, maar ook de
ontwikkelingsgroei/afname.
3. Een waardering van vaardigheden die van invloed zijn op de individuele ontwikkelingsgroei. Namelijk:
taakgerichtheid, werkhouding, concentratie en samenwerking.
15.6.2. De tussenrapportage
In november wordt een tussenrapport meegegeven. Dit is een indicatie voor de ouders van de leerresultaten tot
dan toe en bestaat uit het gemiddelde van alle methodetoetsen die zijn afgenomen.
Door het uitgeven van de tussenrapportage kunnen we de lange periode tot de uitgave van het eerste rapport
(februari) verantwoord overbruggen.
We spreken bewust van een tussenrapportage, omdat het overzicht niet volledig is. De tussenrapportage geeft
ouders een indicatie over de leerresultaten op dat moment. Op basis van de toetsen die nog volgen, kan het
gemiddelde nog veranderen..
De term ‘tussenrapportage’ is niet op het overzicht vermeld. De punten van de tussenrapportage staan onder de
kolom ‘Eerste rapport’. Het gemiddelde wordt in januari automatisch aangepast.
15.6.3. Uitvoering van de rapporten
Elke leerling krijgt een rapportenmap. Hierin wordt alle rapportage over een periode van 8 jaar basisschool per
leerling gebundeld.

De tussenrapportage:
Eén A4 met het puntengemiddelde van de methodetoetsen en vier punten m.b.t. sociaal emotionele
aspecten.

-
Rapport februari en juni:
Eén A4 met het puntengemiddelde van de methodetoetsen en vier punten m.b.t. sociaal emotionele
aspecten.
Eén A4 met de toetsresultaten van cito (score laatst afgenomen toets + grafiekweergave
ontwikkeling).
De map gaat ter inzage mee naar huis en wordt na inzage en ondertekening door de ouders terug op school
ingeleverd.
De data van uitgifte en inleveren zijn opgenomen in de jaarkalender van school.
29
Schoolgids 2014-2015
15.6.4. Leerlingenrapport eindtoets cito
Zodra de leerlingrapporten van de eindtoets via de post binnen zijn, worden ze in een gesloten envelop aan de
kinderen meegegeven. De standaardscores worden niet in de groep voorgelezen of besproken.
15.6.5. Schoolgids
Bij aanvang van het schooljaar ontvangen alle ouders/verzorgers een nieuwe schoolgids. De gids bevat:

informatie over de visie en missie van de school

De organisatie van het onderwijs

De zorg voor de kinderen

Ouderbetrokkenheid

De ontwikkeling van het onderwijs in de school

De resultaten van het onderwijs

Regelingen school- en vakantietijden
De schoolgids wordt samengesteld en geschreven door de directeur.
Het streven is om het concept eind mei ter info voor te leggen aan het team.
Voor wie is de schoolgids:
Alle gezinnen die kinderen op school hebben
Alle ouders/verzorgers tijdens de intake/aanmelding.
Ouders die zich oriënteren op een school.
De schoolgids verschijnt zowel op papier als digitaal. De digitale versie komt ook op de website van school.
15.6.6. Ouderportaal
Informatieve brieven worden verspreid d.m.v. het ouderportaal van Parnassys. Ouders die uitdrukkelijk
aangeven dat ze hiervan geen gebruik willen (kunnen) maken, ontvangen de brieven via hun kind(eren).
15.6.7. Nieuwsbrief
De nieuwsbrief komt minimaal 1 keer per kwartaal uit en wordt verspreid onder alle ouders via het ouderportaal.
In de nieuwsbrief worden ouders geïnformeerd over:
het schoolbeleid (organisatie), de schoolorganisatie, het onderwijsbeleid
afspraken / verzoeken op schoolniveau
De nieuwsbrief wordt samengesteld onder redactie van de directie.
15.6.8. Website
De structuur van de website is bovenschools vastgesteld. Het menu geeft aan waarover geïnformeerd wordt.
Via het groepsjournaal (groepspagina’s) informeren de leerkrachten ouders en verzorgers over groepsspecifieke
activiteiten.
15.7.
Ouderparticipatie
Binnen onze school zijn 2 organisaties actief waarin ouders vertegenwoordigd zijn
15.7.1. De medezeggenschapsraad (MR)
Via de oudergeleding van de medezeggenschapsraad zijn alle ouders vertegenwoordigd in het overleg met de
schoolleiding. De MR bestaat dit schooljaar nog uit 5 leerkrachten en 6 ouders. Zowel de ouders als de
leerkrachten worden door middel van stemming gekozen door de groep die ze vertegenwoordigen.
De MR geeft adviezen en neemt besluiten over schoolbeleid. Waarover de MR advies kan geven en in welke
gevallen de MR om instemming moet worden gevraagd, is bij wet vastgelegd. Zo wordt bijvoorbeeld deze
schoolgids ter instemming aan de MR voorgelegd.
De directeur is geen lid van de MR, maar woont de vergadering bij als adviseur. Daarnaast is hij aanspreekbaar
als vertegenwoordiger van het bevoegd gezag.
30
Schoolgids 2014-2015
Medezeggenschapsraad
Voorzitter
Lid van de MR. Dit wordt de eerste vergadering vastgesteld
Secretaris
Lid van de MR. Dit wordt de eerste vergadering vastgesteld
Leden
Mevr. A. Becht (leerkracht)
Mevr. N. Hoogesteger (leerkracht)
Mevr. B. Koopmans (leerkracht)
Mevr. E. Scheppers (leerkracht)
Mevr. T. Wiskerke (leerkracht)
Mevr. L. Weerheijn
Mevr. S. de Doelder
Mevr. A. Meeuwsen
Mevr. M. de Haay
Dhr. W. van Hoeijen
Dhr. J. Hangoor
15.7.2. De activiteitencommissie
De activiteitencommissie bestaat geheel uit ouders. Het doel van deze commissie is het organiseren van schoolse
en naschoolse activiteiten. Dit gebeurt in overleg en samenwerking met het team, onder
eindverantwoordelijkheid van de directeur. Het activiteitenprogramma wordt jaarlijks door het team vastgesteld
en ter advisering aan de MR voorgelegd.
Activiteitencommissie
Voorzitter
Lid van de AC. Dit wordt de eerste vergadering vastgesteld
Penningmeester
Lid van de AC. Dit wordt de eerste vergadering vastgesteld
Secretaris
Lid van de AC. Dit wordt de eerste vergadering vastgesteld
Leden
Mevr. L. Weerheijn
Mevr. A. de Bakker
Mevr. L. Oppeneer
Mevr. A. de Vries
Mevr. M. van Boven
Dhr. P. van Poorten
Vivian Alewijnse
Joyce Vergracht
Chantal van Ooijen - de Bakker
16.
PRIVACY
Onze school gaat voorzichtig en terughoudend om met leerlinggegevens en gegevens die ouders aan school
verstrekken. De school zorgt ervoor dat de gegevens goed beveiligd zijn. U kunt de gegevens die de school van u
of uw kinderen bijhoudt inzien en zo nodig vragen deze te corrigeren.
Soms staat informatie over of foto’s van de kinderen in de nieuwsbrieven of op de website of sociale media. Te
denken valt aan verjaardagen, uitslagen van toernooitjes, rollen bij de schooluitvoering, enz. Als er bezwaren
bestaan tegen het verspreiden van deze informatie verzoeken we u dat aan te geven bij de directie van de
school.
Op onze website of in sociale media worden o.a. werkstukjes en foto’s van kinderen geplaatst. Ouders die tegen
publicatie van werk gemaakt door kinderen en/of foto’s van hun kinderen zijn, wordt gevraagd hiertegen bezwaar
te maken. Bij bezwaren zal degene die de website onderhoudt deze informatie verwijderen. Strikt persoonlijke
informatie wordt niet geplaatst op de website.
Omdat we ons houden aan de Privacy-wetgeving worden ook geen privé-gegevens van medewerkers van de
school, Onderwijsgroep Perspecto, medezeggenschapsraad, ouderraad of vrijwilligers aan derden beschikbaar
gesteld. Deze zijn altijd via de school te benaderen.
31
Schoolgids 2014-2015
17.
HET LEERLINGENDOSSIER
Het leerlingendossier is een dossier dat een school bijhoudt over een kind. Het leerlingendossier bestaat uit de
leerlingenadministratie, een onderwijskundig rapport en soms ook een psychologisch rapport.



De leerlingenadministratie bevat gegevens over verzuim, in- en uitschrijving en gegevens van leerlingen
en hun ouders die nodig zijn voor het berekenen van de bekostiging.
Het onderwijskundig rapport geeft inzicht in de resultaten van een leerling, zijn houding, het
schooladvies en eventuele aandachtspunten. De precieze invulling van het rapport is niet wettelijk
vastgelegd.
Wanneer een kind heeft deelgenomen aan een psychologisch onderzoek, worden de resultaten hiervan
bij het leerlingendossier gevoegd.
17.1.
De bewaartermijnen
De twee componenten van het leerlingendossier hebben eigen bewaartermijnen.


De leerlingenadministratie moet vijf jaar worden bewaard nadat de leerling is uitgeschreven. De
gegevens voor het berekenen van betalingen moeten worden vernietigd binnen acht weken nadat de
leerling van school is.
Het onderwijskundig rapport en het psychologisch rapport dienen te worden vernietigd binnen twee jaar
nadat een leerling van school is.
17.2.
Het inzagerecht van ouders
Ouders hebben als wettelijk vertegenwoordiger van hun kind recht op inzage in het leerlingendossier.



Ouders kunnen een afspraak met het schoolbestuur maken om het dossier in te zien. Hierbij is altijd
iemand van de school aanwezig in verband met de privacy van anderen.
Ouders mogen een kopie maken van het dossier en onjuiste informatie laten verbeteren of verwijderen.
Ouders ontvangen een afschrift van het onderwijskundig rapport wanneer hun kind naar het voorgezet
onderwijs of naar een andere school voor basisonderwijs gaat.
17.3.
Inzage door derden
In enkele gevallen is de school verplicht om gegevens uit het leerlingendossier aan derden te geven. Dit is
bijvoorbeeld het geval bij:



de aanvraag van een leerlinggebonden budget (rugzakje)
de plaatsing van de leerling op een school voor speciaal onderwijs
de overgang naar een andere school, bijvoorbeeld het voortgezet onderwijs of een andere basisschool
Voor de overige gevallen moeten de ouders eerst toestemming geven voordat derden gegevens uit het
leerlingendossier van hun kind mogen inzien.
18.
TOELATING, WEIGERING, TIME-OUT, SCHORSING EN
VERWIJDERING
Onze school staat graag open voor alle kinderen. We willen ze graag toelaten en ze goed onderwijs bieden. Soms
kunnen we een kind niet toelaten. Daar hebben we gemotiveerde regels voor.
De weigeringsgronden kunnen als volgt zijn:



De groep is vol.
De school kan de nodige zorg niet bieden.
Ernstige verstoring van de rust en orde dreigt (dit geldt bij zowel leerlingen als ouders).
32
Schoolgids 2014-2015
Als school en ouders het niet eens kunnen worden over plaatsing of weigering van een leerling die extra
ondersteuning nodig heeft, dan kunnen zij een beroep doen op een onderwijsconsulent. Die kan helpen om een
passende onderwijsplek voor het kind te vinden.
Mocht het advies van de onderwijsconsulent niet tot een oplossing leiden, dan kunnen de ouders bezwaar
indienen bij het schoolbestuur. Ook kunnen zij een klacht indienen bij de Commissie Gelijke Behandeling of naar
de rechter stappen.
De scholen van Onderwijsgroep Perspecto hanteren een protocol rondom time-out, schorsing en verwijdering.
Het is een eenduidig protocol en treedt in werking als er sprake is van ernstig ongewenst gedrag door een
leerling, waarbij psychisch en of lichamelijk letsel aan derden is toegebracht. Er worden 3 vormen van
maatregelen genomen:



Time-out
Schorsing
Verwijdering
18.1.
Time-out
Een ernstig incident leidt tot een time-out met onmiddellijke ingang. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:







In geval van een time-out wordt de leerling voor de rest van de dag de toegang tot de school ontzegd.
Tenzij redelijke gronden zich daartegen verzetten worden de ouders/verzorgers onmiddellijk van het
incident en de time-out gemotiveerd op de hoogte gebracht (zie noot 1).
De time-out maatregel kan eenmaal worden verlengd met 1 dag. Daarna kan de leerling worden
geschorst conform de schorsingsprocedure. In beide gevallen dient de school vooraf of – indien dat niet
mogelijk is – zo spoedig mogelijk na het effectueren van de maatregel contact op te nemen met de
ouders.
De ouders/verzorgers worden op school uitgenodigd voor een gesprek. Hierbij is de groepsleerkracht en
een lid van de directie van de school aanwezig.
Van de het incident en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de
ouders voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen (zie noot 2).
De time-out maatregel kan alleen worden toegepast na goedkeuring door de directie van de school.
De time-out maatregel wordt na toepassing schriftelijk of per mail gemeld aan het bevoegd gezag.
18.2.
Schorsing
Pas bij een volgend ernstig incident, of in het afzonderlijke geval dat het voorgevallen incident zo ernstig is, kan
worden overgegaan tot een formele schorsing. De wettelijke regeling voor het openbaar onderwijs is hierbij van
toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:







Het bevoegd gezag van de school wordt voorafgaand aan de schorsing in kennis gesteld van deze
maatregel en om goedkeuring gevraagd.
Gedurende de schorsing wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd. Voor zover mogelijk
worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van de leerling
gewaarborgd kan worden (zie noot 3).
De schorsing bedraagt maximaal 1 (één) week (zie noot 4).
De betrokken ouders/verzorgers worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de
maatregel. Hierbij dienen nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden te worden verkend, waarbij de
mogelijkheden en de onmogelijkheden van de opvang van de leerling op de school aan de orde komen.
Van de schorsing en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de
ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen.
Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan:
o Het bevoegd gezag
o De ambtenaar leerplichtzaken
o De inspectie onderwijs
Ouders kunnen beroep aantekenen bij het bevoegd gezag van de school. Het bevoegd gezag beslist
uiterlijk binnen 14 dagen op het beroep.
33
Schoolgids 2014-2015
18.3.
Verwijdering
Bij het zich meermalen voordoen van een ernstig incident, dat ingrijpende gevolgen heeft voor de veiligheid en/of
de onderwijskundige voortgang van de school, kan worden overgegaan tot verwijdering. De wettelijke regeling
voor het onderwijs is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:








Verwijdering van een leerling van school is een beslissing van het bevoegd gezag.
Voordat men een beslissing neemt, dient het bevoegd gezag de betrokken leerkracht en de directie te
horen. Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders ter kennis worden gesteld en door de
ouders voor gezien wordt getekend.
Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar
o De ambtenaar leerplichtzaken
o De inspectie onderwijs
Het bevoegd gezag informeert de ouders schriftelijk en met redenen over het voornemen tot
verwijdering, waarbij de ouders gewezen wordt op de mogelijkheid van het indienen van een
bezwaarschrift.
De ouders krijgen de mogelijkheid binnen zes weken een bezwaarschrift in te dienen.
Het bevoegd gezag is verplicht de ouders te horen over het bezwaarschrift.
Het bevoegd gezag neemt een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst van het
bezwaarschrift.
Een besluit tot verwijdering is pas mogelijk nadat een andere basisschool of een andere school voor
speciaal onderwijs is gevonden om de leerling op te nemen of dat aantoonbaar is dat het bevoegd
gezag, gedurende acht weken, er alles aan heeft gedaan om de leerling elders geplaatst te krijgen.
Noot 1: Als veiligheid voorop staat, en dat zal regelmatig het geval zijn, moet de time-out niet afhankelijk gesteld
worden van het contact met ouders. De vraag blijft dan staan wat er moet gebeuren als de ouders niet
te bereiken zijn. Het verwijderen uit de klas en opvang elders is dan nog een oplossing.
Noot 2: De time-out is geen officieel instrument, maar kan niettemin bruikbaar zijn bij onveilige situaties of bij
het herstellen van de rust binnen de school: het is principieel geen strafmaatregel maar een
ordemaatregel in het belang van de school; daarom geen aantekening van de time-out maar van het
incident in het dossier van de leerling.
Noot 3: Schorsing mag niet betekenen dat het doen van toetsen (denk aan cito-entree of eindtoetsen) wordt
belemmerd. Dit vraagt passende maatregelen, bijv. het wel tot de school toelaten voor het doen van
deze toets. Daarnaast kan het beschikbaar stellen van (thuis)studiemateriaal tot de mogelijkheden
behoren.
Noot 4: Wezenlijk is dat de schorsing aan een maximum termijn gebonden is; zij mag geen verkapte
verwijdering worden; de termijn is zo gekozen dat in het ernstigste geval de school voldoende tijd ter
beschikking heeft om een eventuele verwijderingsbeslissing op zorgvuldige wijze voor te bereiden.
19.
TUSSENSCHOOLSE OPVANG
De tussenschoolse opvang wordt georganiseerd door ouders onder verantwoordelijkheid van de schooldirectie.
Het aantal medewerkers is dagelijks afhankelijk van het aantal kinderen dat gebruik maakt van het overblijven.
Kinderen kunnen iedere maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag tussen de middag overblijven. Het overblijven
vindt plaats in de gemeenschapsruimte.
Overblijven kost € 1,50 per keer. Er zijn drie verschillende manieren waarop de overblijfbijdrage kan worden
voldaan:
Mogelijkheid 1:
Voor kinderen die elke schoolweek een vast aantal dagen overblijven, vragen wij om een vooruitbetaling. Dit kan
een betaling zijn per jaar of half jaar.
Aantal dagen per week
Bijdrage overblijven tot einde schooljaar 2014-2015
1 dag
2 dagen
3 dagen
4 dagen
€ 57,50
€ 115,00
€ 172,50
€ 230,00
34
Schoolgids 2014-2015
Mogelijkheid 2:
Voor kinderen die regelmatig overblijven hebben we een strippenkaart. Met deze kaart kunnen de kinderen 20
keer overblijven. De kaart wordt thuis bewaard. Wanneer de kinderen overblijven, nemen ze de kaart mee en
stempelt een TSO medewerker één strip af. Wanneer de kaart vol is, kan een nieuwe kaart t.w.v. € 30,00 (20 x
€1,50) worden aangeschaft.
In beide gevallen kan de bijdrage worden overgemaakt op IBAN NL 66 RABO 0133218473 ten name van
Stichting Vrienden van OBS Zuidlandschool.
Mogelijkheid 3:
Alléén voor kinderen die slechts incidenteel overblijven, kan er per keer €1,50 gepast worden meegegeven in de
broodtrommel. Wij hebben géén wisselgeld.
Voor drinken wordt gezorgd, brood moeten de kinderen zelf meenemen.
Voor kinderen die incidenteel overblijven, is een telefoontje naar school, voor 09.00 uur voldoende. Als uw kind
onverwacht niet overblijft, wilt u dit dan a.u.b. ook voor 09.00 uur (telefonisch) doorgeven aan de school.
De kinderen zijn tijdens het overblijven verzekerd.
20.
VRIJWILLIGE OUDERBIJDRAGE
Uw kind moet conform de leerplichtwet verplicht naar school en daarom hoeft u voor het onderwijs van uw
kinderen niet te betalen. Onze school vraagt, net als veel andere scholen, wel een financiële bijdrage voor extra
activiteiten die niet tot het gewone lesprogramma behoren, zoals de schoolreis en het schoolkamp, aanvullend
lesmateriaal, excursies, het sinterklaasfeest en allerlei andere activiteiten. De ouderbijdrage hiervoor is vrijwillig.
De school mag leerlingen uitsluiten van activiteiten als hun ouders de vrijwillige ouderbijdrage niet betalen, maar
biedt dan wel een alternatief programma aan. Onze school zal leerlingen niet weigeren, van school sturen of
uitsluiten van het reguliere onderwijsprogramma als ouders de vrijwillige bijdrage niet of slechts gedeeltelijk
willen betalen. Met andere woorden: de toegankelijkheid van het onderwijs wordt niet beïnvloed door de
vrijwillige ouderbijdrage. De school zal aan de andere kant wel haar best doen om leerlingen niet de dupe te
laten worden van het feit dat hun ouders de vrijwillige bijdrage niet betalen.
De hoogte van de vrijwillige ouderbijdrage wordt elk jaar vastgesteld in een openbaar toegankelijke vergadering
van de medezeggenschapsraad. Daarbij is de instemming van de oudergeleding vereist. Voor het schooljaar
2014-2015 is de vrijwillige ouderbijdrage vastgesteld op een bedrag van € 25,00. Voor de schoolreis wordt dit
jaar een vrijwillige ouderbijdrage gevraagd van ± € 25,00 Dit is voor de leerlingen in de groepen 3 t/m 8.
De vrijwillige ouderbijdrage voor het schoolkamp bedraagt dit schooljaar ± € 50,00
De bijdragen voor de voor-, tussen- en naschoolse opvang zijn geen ‘vrijwillige ouderbijdragen’.
21.
LEERPLICHT EN VERLOFAANVRAGEN
De leerplicht geldt voor iedereen die in Nederland woont. Ook kinderen met een niet-Nederlandse nationaliteit,
asielzoekers in de leerplichtige leeftijd en kinderen die illegaal in Nederland verblijven zijn leerplichtig en moeten
dus verplicht naar school. De leerplicht begint bij 5 jaar. Een kind moet naar school vanaf de eerste dag van de
maand nadat het kind 5 jaar is geworden. Als het kind bijvoorbeeld in oktober 5 jaar wordt, moet het op 1
november van dat jaar naar school. De meeste kinderen gaan al naar school als ze 4 jaar zijn. Leerlingen van 4
jaar vallen niet onder de leerplicht, ook niet wanneer ze zijn ingeschreven op een basisschool.
De leerplichtwet geeft de directeur van een school zelf de bevoegdheid of deze een leerling van zijn school, na
schriftelijk verzoek van de ouders, vrijstelling verleent van de leerplicht voor een periode van maximaal 10 dagen
per schooljaar. Daarvoor gelden wel een aantal criteria.
35
Schoolgids 2014-2015
1.
Ziekte. Wanneer een kind ziek is, meldt u dat meteen dezelfde dag op school.
2.
Religieuze feestdagen. Een kind kan ook vrijstelling krijgen wanneer het vanwege geloofs-, of
levensovertuiging niet op school kan zijn, bijvoorbeeld op een religieuze feestdag. Dat moet dit uiterlijk 2
dagen voor de afwezigheid bij de schooldirecteur worden gemeld.
3.
Gewichtige omstandigheden. Een kind kan een vrijstelling krijgen voor gewichtige omstandigheden,
zoals een huwelijk of een begrafenis van bloedverwanten of aanverwanten of een verhuizing van het
gezin. De schooldirecteur moet toestemming geven voor het verzuim. Een andere ‘speciale’ gewichtige
omstandigheid is het buiten de schoolvakanties een kind meenemen op vakantie. Een ouder mag een
kind niet mee op vakantie nemen buiten de schoolvakanties. Doet een ouder dit wel, dan is dit in strijd
met de Leerplichtwet. De wet biedt echter de mogelijkheid een verzoek in te dienen voor vrijstelling of
verlof om buiten de schoolvakantie op vakantie te gaan. Dat kan alleen als een ouder door zijn/haar
beroep of dat van zijn/haar partner niet weg kunt in de schoolvakanties. Een verzoek tot vrijstelling heet
officieel ‘beroep op vrijstelling'. Een verzoek tot verlof buiten de schoolvakanties moet ten minste aan de
volgende voorwaarden voldoen:
a.
b.
c.
het gaat om een gezinsvakantie
de vakantie kan in niet plaatsvinden in de vastgestelde schoolvakanties vanwege het beroep
van u of uw partner
het verlof valt niet in de eerste 2 weken na de zomervakantie
Een ouder kan het kind maximaal 1 keer per jaar buiten de schoolvakanties meenemen op
vakantie. De ouder moet dan wel voldoen aan alle voorwaarden voor vrijstelling en
toestemming hebben van de directeur van de school. De vakantie mag niet langer dan 10
schooldagen duren. Bij een aanvraag voor een langere duur wordt die verstuurd aan de
leerplichtambtenaar.
Er mag géén vrij worden gegeven om de volgende redenen:
•
Goedkopere vakanties buiten het seizoen
•
Door anderen betaalde vakanties
•
Het ophalen van familie
•
Midweek of weekend vakanties
•
Al jaren niet op vakantie geweest
•
Reeds ticket gekocht of reservering gedaan
•
Meereizen met anderen
•
Reeds een ander kind vrij
•
Vlak voor de vakantie wordt er toch bijna geen les meer gegeven
22.
GEDRAGSCODE
Ook onderwijspersoneel wordt helaas met regelmaat geconfronteerd met intimiderende ouders. Scholen moeten
direct duidelijk maken dat zij van dergelijk gedrag niet gediend zijn. Niet voor niets is er de overheidscampagne
‘Veilige Publieke Taak’. Deze campagne vraagt aandacht voor correcte omgang met personeel in openbare
functies, dus ook in het onderwijs. In het kader van een correcte omgang is de volgende gedragsnorm voor
ouders met kinderen op scholen van Onderwijsgroep Perspecto, of de intentie hebben hun kind(eren) aan te
melden op één van de scholen van Onderwijsgroep Perspecto, ontwikkeld. Bij aanmelding van een nieuwe
leerling neemt de directeur deze gedragsafspraken door en vraagt instemming voor deze afspraken aan de
ouders. De afspraken zijn:
•
Agressie en geweld, zowel fysiek als verbaal, tegen medewerkers, directie, stagiaires, leerlingen of
bestuur van de school wordt nooit getolereerd
•
Werknemers in de school moeten de ruimte krijgen om hun werk goed te doen
•
Hun aanwijzingen moeten worden opgevolgd
•
De orde mag op geen enkele wijze worden verstoord
•
Houdt u aan de schoolregels die ook voor de kinderen gelden
36
Schoolgids 2014-2015
•
Benader uw kind, andere kinderen, de leerkracht en andere ouders positief
•
Breng uw kind op tijd in de klas
•
Bewaar de rust in het schoolgebouw
•
Maak een afspraak met de leerkracht als u iets wilt bespreken
•
Uit mogelijke ontevredenheid naar de leerkracht of de directie zonder schelden, dreigen of schreeuwen.
De school doet via haar bestuur te allen tijde aangifte bij de politie tegen (fysiek of verbaal) agressieve ouders,
waarbij de vertrouwensinspecteur en de leerplichtambtenaar gelijktijdig worden geïnformeerd. Daarnaast geldt de
toepassing van de regeling voor time-out, schorsing en verwijdering (zie de klachtenprocedure).
23.
KLACHTENREGELING
Als ouder heeft u, op het moment dat uw kind vier jaar werd, gezocht naar een school, die past bij het kind en bij
uw gezin. U heeft toen voor onze school gekozen en wij hopen dat u dit nog steeds een goede keus vindt en dat
uw kind een fijne tijd bij ons doormaakt.
U bouwt meestal goede contacten op met de leerkrachten en de directie van de school. Deze contacten gebruikt
u ook, als u vragen of opmerkingen heeft over de gang van zaken binnen de groep of binnen de school. Ook
indien er sprake is van een verschil van mening leiden de contacten er meestal toe dat er snel een oplossing
gezocht en gevonden wordt. Goede communicatie is hierin het sleutelwoord. Onze school probeert daar dan ook
constant aan te werken door te overleggen met onze ouderraad en medezeggenschapsraad, die veelal
spreekbuizen vormen van veel ouders. Ook de opmerkingen van individuele ouders nemen wij serieus, opdat wij
constant alert zijn op hetgeen er leeft. In eerste instantie bespreekt u problemen met de groepsleerkracht van uw
kind.
Toch kan het voorkomen dat bij een bepaalde situatie meer overleg noodzakelijk is. Naast de leerkracht komt dan
de directie in beeld om in gemeenschappelijk overleg te bekijken hoe een en ander opgelost kan worden.
Uiteindelijk lukt het in de meeste gevallen ook hier een oplossing te vinden. Mocht een gesprek met de directie
niet tot een oplossing leiden, dan kunt u uw probleem voorleggen aan de contactpersoon van de school. Die kan
ook benaderd worden als er sprake is van een officiële klacht. De contactpersoon heeft de taak u verder te
informeren over de stappen die u kunt nemen. De directeur van de school kan u vertellen wie de contactpersoon
op school is.
A.
Wat doet u als u een klacht heeft?
Bij bezwaren of klachten worden de volgende stappen ondernomen:
1.
Bespreek de klacht of het bezwaar met de groepsleerkracht.
2.
Komt u daar niet uit, bespreek de klacht of het bezwaar dan met de directeur van de school.
3.
Als dit geen oplossing biedt, dan kunt u schriftelijk uw klacht indienen bij het College van
Bestuur van Onderwijsgroep Perspecto, Postbus 4, 4570 AA Axel. Vanaf dat moment wordt er
ook een dossier gevormd.
4.
Als u niet tevreden bent met de afhandeling van de klacht of uw bezwaar door het College van
Bestuur, dan kunt u de vertrouwenspersoon inschakelen (zie onder B).
5.
Mocht dat geen oplossing bieden, dan kunt u uw klacht indienen bij de Landelijke
Klachtencommissie (zie onder C) voor verdere afhandeling. Deze klachtindiening kunt u doen
met of zonder de hulp van de vertrouwenspersoon.
B.
Vertrouwenspersoon.
Het bestuur van Onderwijsgroep Perspecto geeft ouders en leerkrachten de mogelijkheid extern een
vertrouwenspersoon in te schakelen bij conflicten. U kunt de vertrouwenspersoon bereiken per mail:
[email protected] of via het secretariaat van Onderwijsgroep Perspecto, tel. 0114
347880.
C.
Een klacht indienen.
Op de websites van Onderwijsgroep Perspecto (www.onderwijsgroepperspecto.nl ) vindt u het beleid:
Klachten bij Onderwijsgroep Perspecto. Daarbij ook het reglement van de Landelijke Klachtencommissie
Onderwijs. U vindt dit onder de menukeuze: Regelingen, klachten. Natuurlijk hopen wij als school dat al
deze procedures niet gelopen moeten worden, maar dat we ontstane problemen samen op een zo goed
mogelijke manier oplossen.
37
Schoolgids 2014-2015
24.
ROUWPROTOCOL
Op school kunnen we te maken krijgen met het overlijden van kinderen, ouders of een teamlid. Veel scholen
hebben een rouwprotocol klaar liggen voor dit soort situaties. Wij hebben dat als school ook. U kunt het volledige
rouwprotocol vinden op onze website onder de menuknop: regelingen, rouwprotocol. In het rouwprotocol staat
welke stappen genomen moeten worden na de melding van overlijden, wie verantwoordelijk is voor contact, hoe
ouders en kinderen ingelicht worden en vele andere zaken. Wij lopen dit rouwprotocol regelmatig om te zien of
het nog voldoet aan de wensen en de situatie van de school.
In ons rouwprotocol staan de volgende zaken beschreven: Wat te doen als het bericht binnenkomt, het vormen
van een crisistijd, het vormen een crisisteam, informatievoorziening, aan wie en hoe, hoe vertellen we het de
kinderen en hoe werken we aan de verwerking. Tot slot hoe gaan we om met ouders in een dergelijke situatie?
Ook aan de nazorg besteden we aandacht in het rouwprotocol.
25.
KINDERDAGVERBLIJF, BSO EN PEUTERGROEP
Juultje De Twijn, onderdeel van Stichting Prokino, biedt een kinderdagverblijf, BSO en peutergroep aan in het
gebouw van Brede School De Twijn. Onderlinge samenwerking en afstemming tussen de verschillende
zorgverleners in het complex dragen bij aan een optimale begeleiding van uw kind.
Op het kinderdagverblijf van Juultje De Twijn worden de allerkleinsten tot 4 jaar opgevangen. Onze deskundige
leidsters organiseren voor hen tal van uitdagende en ontwikkelingsgerichte spelactiviteiten. Pim Pam Poentje is
de peutergroep van Juultje De Twijn. De peuterspeelzaal is bedoeld voor kinderen van 2 tot 4 jaar. Uw peuter
kan tweemaal per week een ochtend komen spelen en zich alvast voorbereiden op de komende jaren op de
basisschool.
Bij Juultje De Twijn werken wij met het Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) programma Uk & Puk. Uw kind
beleeft samen met speelkameraadje handpop Puk de leukste avonturen en leert spelenderwijs de wereld kennen.
Bij dit programma komen de eerste stapjes op het gebied van rekenen, taal en sociale vaardigheden uitgebreid
aan bod. Door de duidelijke dagstructuur op onze kinderopvang raakt uw kind geleidelijk aan bekend met het
ritme van de basisschool.
Onze professionele BSO biedt voorschoolse en naschoolse opvang voor kinderen van 4 tot 13 jaar. Wij werken
met verticale groepen waarbij kinderen van verschillende leeftijden bij elkaar in de groep zitten, zoals in een
gezin. Op de BSO wordt gewerkt met het speciaal door Prokino ontwikkelde Activiteitenprogramma DOEN! De
aan het programma gerelateerde thema’s worden uitgewerkt aan de hand van diverse spelactiviteiten, telkens in
een tijdspanne van 3 tot 5 weken.
Tijdens de schoolvakanties wordt er naast het basisprogramma een extra keuzemenu aan activiteiten
aangeboden. Ook wordt de lunch in de vakantieweken gekoppeld aan het behandelde thema en bereiden we
samen met de kinderen deze maaltijd.
Openingstijden
Kinderdagverblijf: maandag t/m vrijdag van 08:00 uur tot 18:30 uur*.
Peuterspeelzaal: maandag, dinsdag, woensdag en donderdag geopend van 08.30 tot 12.00 uur.
BSO: maandag t/m vrijdag. De voorschoolse opvang vanaf 07.00 uur tot aanvang school en de naschoolse
opvang begint na schooltijd en eindigt om 18.30 uur*.
* Op aanvraag is zowel vervroegde opvang vanaf 06:30 uur, als ook verlengde opvang tot 19:00 uur mogelijk.
Voor meer informatie over de opvangmogelijkheden, kunt u contact met Juultje De Twijn opnemen!
Tot ziens bij Juultje De Twijn!
Juultje De Twijn
Professor Zeemanstraat 216
4532 JM Terneuzen
0115-686100
[email protected]