01 Allemaal mensen

allemaal mensen
mijn lichaam
Thema:
Ter informatie:
Bedenk eens hoe het was toen uw
kind geboren werd. Hoeveel
mensen hoorden toen tot zijn of
haar kleine leventje? Nu uw kind op
school zit en steeds meer
deelneemt aan het openbare leven,
is het aantal mensen rondom uw
kind al bijna niet meer te overzien.
Het project allemaal mensen waar
we deze weken mee aan de slag
gaan, gaat over mensen. We
besteden aandacht aan de kinderen
zelf, aan hoe ze eruit zien en wat ze
doen. We kijken zowel naar de
mensen die dichtbij de kinderen
staan als naar de mensen ver weg
in de wereld.
Wilt u eens zien wat de juf vandaag met de kinderen gaat
doen? Kijk eens naar het dagritmepakket aan de muur.
Met behulp van deze kaarten worden de onderdelen van
de dag gevisualiseerd: in de kring zitten, een boekje
lezen, werkles, gymmen, poppenkast etcetera.
Boekentips:
Alle kinderen hebben een eigen pictogram/sticker. Zo
kunnen ze precies zien waar ze hun jas mogen hangen.
Ook wordt dit pictogram gebruikt bij het werkbord dat in
de klas hangt. Op deze manier kunt u zien wat uw kind
die ochtend tijdens de werkles gaat doen: een spelletje
met de juf, in de huishoek, achter de computer, een
knutselactiviteit, de kralenplank etcetera.
Op de deur van het lokaal hangt geregeld “post” voor
ouders. Dit kan een verzoek voor het sparen van
materialen zijn (wc-rollen, eierdozen e.d.) , maar ook een
foto of kaart. Handig om in de gaten te houden!
In de kleuterklas wordt er volop getekend en geknutseld.
Een heleboel gaat aan het einde van een thema mee naar
huis. Maar wist u dat er ook een plakboek voor elk kind
wordt aangelegd? Aan het eind van groep 2 gaat deze
map mee naar huis. Op de avonden van de 10-minuten
gesprekken, krijgt u ook de mogelijkheid om ze te
bekijken.
Mensen, mensen Mijn lieve familie
wat een mensen Kathleen Amant
Peter Spier
Tip: Maak foto’s van de knutselwerkjes van uw kind. Zo
hoeft
u niet alles te bewaren, maar is er toch een
Spelinloop:
herinnering.
Ook dit schooljaar is het mogelijk om gebruik te maken
van de spelinloop. Ouders, opa’s, oma’s, de oppas of
oom’s en tantes zijn van harte welkom om samen met uw
kind een werkje te doen. De schoolafspraak is om geen
broertjes of zusjes mee te nemen. U bent elke maandagen donderdagmiddag van harte welkom tussen
13.15 - 13.45. U mag zo vaak komen als u wilt.
Tips voor thuis:
Gekke buren
Themaletter
Schubert
Kayo en haar kleine
zusje
n
Hayashi
Wat begrijpt uw kind al van de familielijnen? Weet het van
wie opa en oma de vader en de moeder zijn? En hadden
die nog meer kinderen? Dat zijn uw broers en zusjes, de
ooms en tantes van uw kind. Probeer eens om daar over
te praten en gebruik er familiefoto’s bij om het duidelijker
te maken. Dit is nog best moeilijk! Het is ook leuk om uw
kind te laten bekijken op wie het het meest lijkt of wie er
in de familie op elkaar lijkt.
Tellen:
Kun jij er 6 van maken door er plaatjes bij te tekenen of door plaatjes weg te strepen?
Versje:
Liedje:
Een kleuter speelt
de hele dag lang
hij is lief of stout
en soms wat bang
Een kleuter speelt
op school in de hoeken
met blokken en poppen
en prentenboeken
Om voor te lezen:
Jip en Janneke, Wij spelen samen.
Jip liep in de tuin en hij verveelde zich zo. Maar kijk, wat zag hij daar?
Een klein gaatje in de heg. Wat zou er aan de andere kant van de heg
zijn, dacht Jip. Een paleis? Een hek? Een ridder? Hij ging op de grond
zitten en keek door het gaatje. En wat zag hij ? Een klein neusje. En een
klein mondje. En twee blauwe oogjes. Daar zat een meisje. Zij was net zo
groot als Jip. Hoe heet je? vroeg Jip. Janneke, zei het meisje. Ik woon
hier. Gisteren woonde je nog niet hier, zei Jip. Vandaag woon ik hier, zei
Janneke. Kom je met mij spelen? Ik zal door het gat kruipen, zei Jip. En
hij stak eerst zijn hoofd door het gat. En toen zijn ene arm. En toen zijn
andere arm. En toen zat hij vast. En Janneke trok aan zijn ene arm. En
toen aan zijn andere arm. Maar het hielp niet. Jip zat vast. En Jip huilde.
En hij gilde.
Daar kwam Jips vader aangelopen in het ene tuintje. En Jannekes vader kwam aanlopen in het
andere tuintje. En samen hielpen zij Jip weer terug. Zo, zei Jips vader, nu heb je een buurmeisje.
Maar je moet eerst netjes de voordeur uitgaan en bij Janneke de voordeur in. Dan mag je samen
spelen. En zo gebeurde het. Jip en Janneke speelden samen. De ene dag in Jips tuintje. De andere
dag in Jannekes tuintje. En zij speelden vader en moedertje.
Themawoorden ‘het lichaam’
de buik
de benen
het hoofd
de armen
de rug
de nek
de schouder
de pols
de elleboog
de knie
de enkel
de wimpers
de wenkbrauwen
hij
zij