Beste jongens en meisjes,

Preek in de gezinsdienst in De Samaritaan, Rotterdam (Opstandingskerk), 23 februari 2014
Het thema is: ‘Als je bidt, zal Hij je geven’. We lezen uit de Bijbel: Handelingen 3: 1-10
1. Je vraagt om iets te eten en je krijgt een stok!
Het is al bijna avond. De dag loopt naar zijn einde. Juan
zit aan de kant van de weg, ergens in één van de
straten van Buenos Aires, in Argentinië. Dat is een heel
ver land. Wie weet in welk werelddeel Argentinië ligt?
(...) Weet je wat Juan doet? Juan is aan het bedelen. Hij
vraagt aan de mensen, of ze wat te eten hebben, of
misschien wat geld. Eigenlijk schaamt Juan zich ervoor.
Want de vader van Juan had eerst een goede baan als
timmerman. Maar nu heeft hij al een jaar geen werk
meer, en al het spaargeld is op.
Een paar straten verderop zit het jongere broertje van
Juan. Dat is Garcia. Garcia is vier jaar, en Garcia zit ook
te bedelen.
‘Hé,’ denkt Juan, ‘daar komt een mevrouw aan, en ze
komt mijn kant op! Wat heeft ze in haar hand? Een
pakketje! Wat zou dat zijn?’
‘Heeft u wat geld? Of wat te eten?’ roept Juan.
‘Hier hoor jongen’, zegt de mevrouw. ‘Eet maar lekker
op!’
Juan vouwt het pakketje open, en weet je wat er in zit?
Kijk maar! (...)
Twee vissen! Om op te eten! Juan krijgt een kleur van
blijdschap!
‘Dankuwel mevrouw!’ roept hij nog, maar de mevrouw is
al weer weg. En Juan rént naar huis.
Als hij thuiskomt, is Garcia er ook al.
‘Heb jij wat?’ vraagt Garcia.
‘Ja! Moet je kijken!’ zegt Juan. En hij vouwt het papier
open. ‘Ooooh!’ roepen ze allemaal uit. ‘Wat een
heerlijke vissen!’
‘Ik heb helemaal niks!’ zegt Garcia huilend. ‘Ik heb
alleen maar een stok gekregen. Kijk maar.’
‘Een stok?’ zegt Juan. ‘Wat heb jij gekregen? Nee joh!
Dat is helemaal geen stok! Weet je wat dat is? Dat is
een hengel! Een hele mooie! Zó zeg!! Kijk, je kunt hem
uitschuiven, en er zit al tuig aan, en een dobber, en een
haakje! Hé, maar dat is gaaf! Nu kunnen we voortaan
zelf vissen gaan vangen in de rivier!’
‘Écht?’ zegt Garcia. Zijn gezicht klaart op! ‘Dan kunnen
we élke dag vis eten!’
Ja, als je nu vraagt om wat te eten, wat is dan fijner om
te krijgen: een vis of een hengel? (...)
Juan heeft gekregen wat hij vroeg. Hij vroeg om iets te
eten, en hij kreeg iets te eten. Maar Garcia kreeg niet
wat hij vroeg. Hij vroeg ook om iets te eten, en hij
kreeg... een stok! En met die hengel kon hij vanaf nu
elke dag vissen vangen!
Dus soms krijg je niet wat je vraagt, en tóch is het beter!
2. Soms krijg je wat beters dan dat wat je vraagt
Dat is ook precies wat er gebeurt in het bijbelverhaal,
dat we vandaag hebben gelezen. Daar zit ook iemand
te bedelen.
‘Mijnheer! Heb medelijden met mij! Heeft u wat geld?
Om iets te eten of te drinken? Mijnheer! Mevrouw!’
Wat is dat voor een man, die bedelaar?
Weet je, die man is verlamd, al vanaf zijn geboorte. Hij
is al ouder dan veertig jaar, staat er in hoofdstuk 4. Dus
al meer dan veertig jaar is hij gewend dat hij niet kan
lopen, niet kan springen, niet zelf kan gaan en staan
waar hij wil. Altijd moeten anderen hem helpen. Hoe
zou jij dat vinden, als je altijd geholpen moest worden?
Dat andere mensen jou moeten dragen van de ene
plaats naar de andere? Rolstoelen waren er nog niet in
die tijd, dus deze man werd ’s morgens gewoon daar
neergezet, en dan moest hij daar maar de hele dag
zitten, op datzelfde plekje, bij de poort van de tempel.
Maar nu gebeurt er iets vreemds. Twee mannen blijven
staan. De bedelaar weet niet wat ze willen. Ze kijken
hem aan met een bijzondere blik in hun ogen.
‘Heeft u misschien wat geld voor mij?’ vraagt de
bedelaar?
‘Nee,’ zegt één van de mannen. Het is Petrus. ‘Nee,
aan geld kan ik je niet helpen. Dat heb ik zelf ook niet.
Maar ik heb wel wat anders, en dat zal ik je geven. In de
naam van Jezus Christus, de Man uit Nazareth:
Wandel!’ En hij pakt hem stevig vast en trekt hem
omhoog. De bedelaar weet niet wat hem overkomt! Wat
doet die voorbijganger? Opeens gebeurt er iets! Hij
voelt de kracht door zijn benen stromen. Dat heeft hij
nog nooit gevoeld! Dit is helemaal nieuw! En verder...
ja, niet te geloven! Hij kan staan!!! Hij kan staan!!! En
lopen!!! Ja, maar dan kan hij zich niet meer inhouden!
Hij loopt niet alleen! Nee, hij gaat dansen en springen
van blijdschap! En hij looft God! Hij is helemaal in de
wolken! Ongelooflijk! Niet te filmen! Eindeloos!!!
Hij vroeg om wat geld. Hij kreeg niet wat hij vroeg, nee,
hij kreeg veel méér dan dat! Nu kan hij lopen, nu kan hij
zelf geld gaan verdienen! En als hij nu zelf een bedelaar
tegenkomt, staat hij aan de andere kant. Aan de kant
van de gezonde mensen. Er is een hele wereld
opengegaan voor deze man!
Maar dat is nog niet alles! Er is nóg meer. Want er
komen van alle kanten mensen aanlopen, om te zien
wat er is gebeurd. En dan gaan Petrus en Johannes
vertellen: over Jezus, over Zijn koninkrijk, en wat het
betekent om Hem te dienen. En geloof maar dat die
bedelaar geluisterd heeft! Enorm goed geluisterd! Zo
krijgt hij eigenlijk nóg een cadeau: niet alleen een
gezond lichaam, maar ook een gezonde ziel, ook van
binnen wordt hij gezond. Het kan niet op! Zoveel zegen
van God voor die ene man, die verlamd was en beter
werd.
Deze bedelaar krijgt niet wat hij vraagt, hij krijgt geen
geld. Maar hij krijgt iets veel beters. Hij krijgt
gezondheid, en hij krijgt Jezus. Straks gaan wij samen
bidden, dan gaan we ook een aantal dingen vragen aan
de Here God. Net als die bedelaar mogen we heel
gewone dingen vragen: ‘Here God, wilt U ons eten en
drinken geven, wilt U geven dat er voedsel mag groeien
op deze wereld.’ Want eten en drinken hebben we
nodig. We mogen ook vragen, of God ons wil helpen op
school, en bij alle andere dingen die we doen. We
mogen eigenlijk alles vragen waarvan we denken dat
God het goedvindt.
Maar God geeft niet altijd waar wij om vragen. Garcia
vroeg om eten, en kreeg een hengel. De bedelaar vroeg
om geld, en kreeg genezing. Soms geeft God iets heel
anders dan wij vragen. Maar dan is het altijd, omdat Hij
weet wat er béter is voor ons. Jij vraagt dan
bijvoorbeeld: ‘Here God, wilt U mij helpen op school,
want ik vind het zo moeilijk!’ En misschien moet je dan
toch een jaartje overdoen. Eerst vind je dat misschien
wel heel erg. Maar het kan goed zijn dat je later zegt:
‘Ja, het was goed om dat jaar over te doen. Ik ben er blij
3. Het allermooiste cadeau: leven met Jezus!
En weet je, uiteindelijk is het állermooiste cadeau wat
God ons kan geven: dat wij Jezus kennen. Dat wij Hem
op de allereerste plaats zetten in ons leven. Dat we
steeds denken: ‘Wat zou de Here Jezus willen van mij?’
Als je zó leeft, dan word je echt gelukkig. Dan kun jij ook
zingen en dansen van blijdschap, net als die bedelaar.
Zul je het onthouden? Je mag alles vragen aan de Here
God. Bid maar gerust! En het is echt waar: als je bidt,
zal Hij je geven, als je klopt op de deur, zal Hij
opendoen, als je zoekt, dan zul je ’t vinden, halleluja!
Misschien krijg je wat je vraagt. Dat kan. Maar als Hij
nou niet geeft wat jij graag wilt, dan heeft Hij vast nog
een mooier cadeau voor jou klaarliggen. Iets waar jij
nog meer aan hebt. Denk maar aan die vishengel: daar
heb je meer aan dan aan één vis. En denk ook maar
aan de verlamde man: aan genezing heb je meer dan
aan geld. Als God niet geeft wat jij vraagt, dan wil Hij
vast nóg iets mooiers geven. En het allermooiste is
leven met Jezus. Dat is het mooiste cadeau wat je ooit
kunt ontvangen.
Vraag dan maar: ‘Here Jezus, wilt U de belangrijkste
zijn in mijn leven, want dicht bij u is het goed.’
Ja, zo is het: dichtbij Jezus zijn, dat is het mooiste dat er
is!
Amen.
Ik bad, God gaf
Ik bad om kracht,
en God gaf zorgen om mij sterk te maken.
Ik bad om wijsheid,
en God gaf mij problemen om te leren oplossen.
mee dat het zo gegaan is. Ik heb nu veel leukere
vrienden gekregen, en heb veel meer plezier in mijn
schoolwerk.’ Dat kan, zoiets.
Reageren? Bel of mail: René van Loon, 010-442 6280,
[email protected]
Ik bad om welvaart,
en God gaf mij verstand en spieren om te werken.
Ik bad om moed,
en God gaf mij gevaren om te overwinnen.
Ik bad om liefde,
en God gaf mij lastige mensen om te helpen.
Ik bad om gunsten,
en God gaf mij gunstige gelegenheden.
Ik kreeg niets van wat ik gevraagd had,
ik kreeg alles wat ik nodig had.
Mijn gebed is verhoord !!
(Auteur onbekend)