DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.

DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
SPIE NEDERLAND BV
REVISIE 01
14 MEI 2014
© SPIE NEDERLAND B.V.
ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN. DE DISTRIBUTIE EN VERMENIGVULDIGING VAN DIT DOCUMENT OF DELEN HIERVAN IS
ALLEEN MET SCHRIFTELIJKE TOESTEMMING VAN SPIE TOEGESTAAN.
AFGEDRUKTE VERSIES VAN DIT DOCUMENT ZIJN ONBEWAAKTE EXEMPLAREN. VOORDE MEEST ACTUELE VERSIE DIENT
ALTIJD SPIE INTRANET GERAADPLEEGD TE WORDEN.
M.A. van Dijck
DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
INHOUDSOPGAVE
1. Doel van dit document.................................................................................. 4 2. Inleiding ........................................................................................................ 5 2.1 2.2 2.3 SPIE Nederland B.V....................................................................................................... 5 Boundary ........................................................................................................................ 5 Scope 3 CO2 emissies ................................................................................................... 5 3. Methodiek ..................................................................................................... 6 3.1 3.2 3.3 Rapportage principes ..................................................................................................... 6 Emissie categorieën ....................................................................................................... 7 Beoordelingscriteria ....................................................................................................... 8 4. Dominantieanalyse ....................................................................................... 9 4.1 Toelichting dominantieanalyse ..................................................................................... 10 4.1.1 Gekochte goederen en diensten .......................................................................... 10 4.1.2 Productiemiddelen ................................................................................................ 10 4.1.3 Brandstof- en energie gerelateerde activiteiten ................................................... 10 4.1.4 Upstream transport en distributie ......................................................................... 10 4.1.5 Geproduceerd afval door het bedrijf ..................................................................... 10 4.1.6 Zakelijk vervoer (werk-werk) ................................................................................ 11 4.1.7 Woon-werkverkeer ............................................................................................... 11 4.1.8 Upstream gehuurde activa ................................................................................... 11 4.1.9 Downstream transport en distributie..................................................................... 11 4.1.10 Verwerken van verkochte producten .................................................................... 11 4.1.11 Gebruik van verkochte producten en diensten..................................................... 11 4.1.12 Recycling van verkochte producten ..................................................................... 12 4.1.13 Downstream gehuurde activa............................................................................... 12 4.1.14 Franchises ............................................................................................................ 12 4.1.15 Investeringen ........................................................................................................ 12 Bijlage 1 Detailanalyse ingekochte goederen en diensten ............................... 13 Bijlage 2 Gegevens afvalscheiding ................................................................... 13 Bijlage 3 Berekening investeringen .................................................................. 13 DATUM: 28-5-2014
B.V_nog niet goedgekeurd.docx
PAGINA 3 /13 4.A.1.1 Dominantieanalyse SPIE Nederland
DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
1. Doel van dit document
Dit document beschrijft de dominantieanalyse van Scope 3 emissie stromen van SPIE Nederland B.V.
Deze analyse dient als basis van de selectie van 2 waarde generende ketens die geanalyseerd zullen
worden. Om deze reden is de dominantieanalyse een grove berekening waarin waar mogelijk gegevens
kwantitatief worden gepresenteerd. Dit kwantitatieve overzicht wordt aangevuld met kwalitatieve
indicatoren als ‘invloed’ van SPIE Nederland B.V. op de emissiestroom.
Deze analyse vind plaats in het kader van van certificering voor de CO2 prestatieladder niveau 5.
DATUM: 28-5-2014
B.V_nog niet goedgekeurd.docx
PAGINA 4 /13 4.A.1.1 Dominantieanalyse SPIE Nederland
DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
2. Inleiding
2.1
SPIE Nederland B.V.
SPIE is Europees leider wat betreft diensten op het gebied van elektriciteit, mechanica, HVAC, energie
en communicatiesystemen. SPIE verbetert de kwaliteit van onze leefwereld en draagt bij aan de verdere
ontwikkeling daarvan door overheden en ondernemingen te begeleiden bij het ontwerp, de realisatie, het
gebruik en onderhoud van installaties die minder energie verbruiken.
De gezamenlijke ambitie van SPIE is het ontwikkelen van een betere toekomst door het aanbieden van
innoverende en duurzame oplossingen. Als leider op het gebied van Multi-technische dienstverlening
willen wij doorgaan met onze Europese ontwikkeling op de markten van energie-efficiënte producten en
diensten die steeds sneller zullen groeien om te kunnen voldoen aan de milieuproblematiek van
vandaag en morgen.
Om deze redenen is het voor SPIE Nederland B.V. logisch om zich te certificeren voor de CO2
prestatieladder. De CO2 Prestatieladder geeft een concrete invulling aan CO2 reductie binnen en buiten
de organisatiegrenzen. Om dit extra te benadrukken gaat SPIE Nederland op voor niveau 5 van de CO2
Prestatieladder. Het hoogste niveau dat deze ladder kent.
2.2
Boundary
De boundary van scope 3 emissiestromen omvat de volgende entiteiten:

SPIE Nederland B.V.

SPIE Controlec Engineering B.V.

KIN Sprinklertechniek B.V.

Klotz B.V.

Gebr. Van der Donk B.V.

Gebr. Van der Donk Civiel B.V.

Infrastructure Services & Projects B.V.
De boundary is bepaalt in het document ‘Boundary bepaling 2014’.
2.3
Scope 3 CO2 emissies
Volgens het algemeen erkende Greenhouse Gas (GHG) protocol vallen CO2 emissies in één van 3
‘scopes’. Scope 1 betreft emissies door de eigen organisatie (bijv. brandstof). Scope 2 emissies zijn
emissies die ontstaan voor de opwekking van elektriciteit die wordt gebruikt door de organisatie. Ook
zakelijke reizen valt volgens het CO2 prestatieladder handboek versie 2.2. onder scope 2 emissies.
Scope 3 emissies zijn emissies die een gevolg zijn van de activiteiten van de organisatie, maar die niet
door de organisatie worden uitgestoten. Zie figuur 1 voor een grafische toelichting.
DATUM: 28-5-2014
B.V_nog niet goedgekeurd.docx
PAGINA 5 /13 4.A.1.1 Dominantieanalyse SPIE Nederland
DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
In deze dominantieanalyse richten wij ons op de scope 3 emissies. Scope 1 en 2 emissie zijn al
meegenomen in de CO2 footprint die SPIE Nederland B.V. publiceert. Als basis voor de inventarisatie
dient de ‘Corporate Value Chain (Scope 3) Reporting and Accounting Standard’. Deze standaard geeft
criteria voor de bepaling van materialiteit van emissies. Het doel van de dominantieanalyse is om op
basis van een grove berekening te komen tot een rangorde van meest materiële Scope 3 CO2 emissies.
De rangorde dient om aan te geven voor welke CO2 emissiestromen het voor de hand ligt om een CO2
reductie aanpak te ontwikkelen. Het heeft bijvoorbeeld geen zin om CO2 reductie na te streven in een
keten die geen grote CO2 uitstoot heeft en/of er geen invloed op uit te oefenen valt. Uit de opgestelde
rangorde worden 2 ketens geselecteerd waarvan een gedetailleerde ketenanalyse wordt opgesteld.
3. Methodiek
Als methodiek voor de dominantie analyse is de ‘Corporate Value Chain (Scope 3) Accounting and
Reporting Standard’ gehanteerd.
3.1
Rapportage principes
Om zorg te dragen voor een betrouwbare Scope 3 CO2 emissie inventarisatie te waarborgen bestaan er
5 accounting principes:
1. Relevantie; Draag er zorg voor dat een CO2 emissie inventarisatie daadwerkelijk de CO2 uitstoot
van het betreffende bedrijf reflecteert.
2. Compleetheid; Zorg ervoor dat uitsluitingen CO2 emissies voldoende onderbouwd zijn.
DATUM: 28-5-2014
B.V_nog niet goedgekeurd.docx
PAGINA 6 /13 4.A.1.1 Dominantieanalyse SPIE Nederland
DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
3. Consistentie; Draag zorg voor een consistente methodologie om de performance door de tijd
vergelijkbaar te houden.
4. Transparantie; Bespreek alle relevantie problemen op een open, transparante en herleidbare
manier.
5. Nauwkeurigheid; Draag er zorg voor dat CO2 emissies niet systematisch worden over- of
onderschat.
Op basis van deze principes is deze rapportage opgesteld.
3.2
Emissie categorieën
Om een rangorde van emissiestromen te bepalen zijn in het ‘Corporate Value Chain (Scope 3)
Accounting and Reporting Standard’ emissie categorieën gedefinieerd. Bij Scope 3 CO2 emissie
categorieën wordt een onderscheidt gemaakt tussen upstream en downstream emissiestromen.
Upstream emissiestromen zijn CO2 emissies gerelateerd aan het aankopen van goederen en of
diensten. Downstream CO2 emissies zijn CO2 emissies gerelateerd aan verkochte goederen of diensten.
In totaal worden 15 verschillende emissietypen gedefinieerd:
Upstream emissies:
ID
Categorie
Nederlandse vertaling
Uitleg
1
Purchased goods and
services
Gekochte goederen en
diensten
Alle upstream emissies die het gevolg
zijn van door het bedrijf gekochte
goederen en die niet worden
meegenomen in stromen 2-8.
2
Capital Goods
Productiemiddelen
Alle aangeschafte productiemiddelen die
gebruikt worden door het bedrijf.
3
Fuel- and energy-related
activities
Brandstof- en energie
Emissies gerelateerd aan de productie
gerelateerde activiteiten van brandstoffen en energie, maar die
buiten scope 1 en 2 vallen.
4
Upstream Transportation and
distribution
Upstream transport en
distributie
Vervoer van aangekochte goederen die
door derden vervoerd worden.
5
Waste generated in
operations
Geproduceerd afval
door het bedrijf
Emissies die kunnen worden toegekend
aan de verwerking van afval door
derden.
6
Business Travel
Zakelijk vervoer (werkwerk)
Deze is al, volgens het CO2
prestatieladder handboek, meegenomen
in scope 2 en zal verder buiten
beschouwen worden gelaten.
7
Employee Commuting
Woon-werkverkeer
Emissies gerelateerd aan het woon-werk
verkeer van werknemers.
8
Upstream leased assets
Upstream gehuurde
activa
Emissies gerelateerd aan activa die
wordt ingehuurd en niet zijn
meegenomen in scope 1 en 2 emissies.
Downstream emissies:
DATUM: 28-5-2014
B.V_nog niet goedgekeurd.docx
PAGINA 7 /13 4.A.1.1 Dominantieanalyse SPIE Nederland
DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
ID
Categorie
Nederlandse vertaling
Uitleg
9
Transportation and
distribution of sold products
Downstream transport
en distributie
Emissies van het transport en distributie
van verkochte producten door derden.
10
Processing of sold products
Verwerken van
verkochte producten
Emissies van het verder verwerken van
verkochte producten.
11
Use of Sold products
Gebruik van verkochte
producten
Emissies als gevolg van het gebruik van
verkochte goederen.
12
End-of-life treatment of sold
products
Recycling van
verkochte producten
Emissies van de afvalverwerking van
verkochte producten die het einde van
de levensduur hebben bereikt.
13
Downstream leased assets
Downstream gehuurde
activa
Emissies ten gevolge van downstream
geleasde/verhuurde activa.
14
Franchises
Franchises
Concessies en franchises
(overeenkomst/afspraak om exclusief
goederen te mogen leveren namens een
partij) van het bedrijf.
15
Investments
Investeringen
Emissies gerelateerd aan investeringen
door het bedrijf.
3.3
Beoordelingscriteria
De 15 emissie categorieën worden gekwantificeerd aan de hand van 7 criteria. Deze criteria bepalen in
hoeverre een scope 3 in aanmerking komt om hierop een CO2 reductie programma op te realiseren.
Volgens het CO2 prestatieladder handboek dient het criterium ‘omvang’ het zwaarst gewogen te worden
aangezien het geen nut heeft om voor een kleine emissiestroom een reductie aanpak te ontwikkelen.
Naast het criterium ‘omvang’ geven wij ook het criterium ‘invloed’ een hogere factor, omdat het van groot
belang is om een reductie aanpak te ontwikkelen voor een keten waar SPIE Nederland B.V. wel invloed
op heeft. De overige factoren zullen waar van belang ook uiteen gezet worden.
Criteria
Uitleg
Omvang
Activiteit draagt significant bij aan de verwachte totale scope 3
emissie van het bedrijf.
Invloed
Activiteit biedt potentiële reductiemogelijkheden waar het bedrijf
invloed op kan uitoefenen.
Risico
Activiteit draagt bij aan het risicoprofiel van het bedrijf (op het gebied
van klimaat gerelateerde risico’s)
Stakeholders
Ze worden gezien als kritiek door stakeholders van het bedrijf
Uitbesteden
Activiteit wordt door het bedrijf uitbesteed, maar werd voorheen door
het bedrijf zelf uitgevoerd of wordt door vergelijkbare bedrijven in de
sector niet uitbesteed.
Sector
Ze worden in de sector als belangrijk gezien.
Overig
Ze voldoen aan andere criteria opgesteld door het bedrijf of door de
sector.
DATUM: 28-5-2014
B.V_nog niet goedgekeurd.docx
PAGINA 8 /13 4.A.1.1 Dominantieanalyse SPIE Nederland
DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
Voor het criterium ‘overig’ heeft SPIE Nederland B.V. geen aanvullende criteria. Daarom wordt dit
criterium niet meegenomen.
4. Dominantieanalyse
Aan de hand van rapportage principes, emissiecategorieën en de beoordelingscriteria is een
dominantieanalyse uitgevoerd.
De onderstaande tabel geeft de CO2 uitstoot per emissiecategorie weer.
ID Categorie Van toepassing op SPIE Nederland B.V. 1
2
3
Ja
Nee
Ja
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
Gekochte goederen en diensten
Productiemiddelen
Brandstof- en energie gerelateerde
activiteiten
Upstream transport en distributie
Geproduceerd afval door het bedrijf
Zakelijk vervoer (werk-werk)
Woon-werkverkeer
Upstream gehuurde activa
Downstream transport en distributie
Verwerken van verkochte producten
Gebruik van verkochte producten
Recycling van verkochte producten
Downstream gehuurde activa
Franchises
Investeringen
Ja
Ja
Ja, maar scope 2
Ja
Ja, maar scope 1, 2
Ja, deels scope 1
Nee
Ja
Ja
Nee
Nee
Ja
Omvang CO2 uitstoot (ton CO2) 5198
‐
580
Meegenomen in cat. 1
456
‐
738,9
‐
Meegenomen in cat. 1
‐
363.333
Meegenomen in cat. 5
‐
‐
130
Op basis van de scores op van emissie categorieën komen wij tot de volgende rangorde van 6
belangrijkste categorieën (van groot naar klein):
1. Gebruik van verkochte producten en diensten
2. Gekochte goederen en diensten
3. Woon-werkverkeer
4. Brandstof- en energie gerelateerde activiteiten
5. Geproduceerd afval door het bedrijf
6. Investeringen
In de volgende paragraaf wordt de rangorde en de score op criteria toegelicht.
Volgens CO2 prestatieladder handboek dient één keten van de 2 grootste ketens en 1 keten uit de top 6
geselecteerd te worden om daar een ketenanalyse en reductie aanpak voor te formuleren. De eerste
ketenanalyse gaat over het gebruik van sluizen die worden onderhouden door SPIE Nederland B.V. de
tweede ketenanalyse gaat over de woon-werk verkeer.
DATUM: 28-5-2014
B.V_nog niet goedgekeurd.docx
PAGINA 9 /13 4.A.1.1 Dominantieanalyse SPIE Nederland
DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
4.1
Toelichting dominantieanalyse
4.1.1
Gekochte goederen en diensten
De emissiecategorie gekochte goederen en diensten is voor SPIE Nederland B.V. zeer van toepassing.
Als installatiebedrijf koopt SPIE Nederland B.V. goederen in en ontwerpen, realiseren, gebruiken en
onderhouden deze voor onze klanten. Daarnaast huurt SPIE Nederland B.V. onderaannemers in om
aanvullende diensten uit te voeren. Aangezien SPIE Nederland B.V. bepaalt welke leveranciers
geselecteerd worden om goederen en diensten aan te leveren is de invloed op deze categorie ook groot.
De CO2 uitstoot van deze categorie is bepaald door kentallen voor CO2 emissie per inkoopomzet te
gebruiken. Aangezien het om een grove benadering gaat hebben wij de CO2 uitstoot berekend over de
meest belangrijke inkoop categorieën, namelijk kabels, staal en onderaannemers. De totale CO2 uitstoot
van deze inkoop categorieën is 5198 ton CO2. In bijlage 1 is een detailoverzicht van deze berekening te
vinden.
4.1.2
Productiemiddelen
SPIE Nederland B.V. huurt een groot gedeelte van zijn productiemiddelen in door middel van
onderaannemers. Deze vallen onder de categorie gekochte goederen en diensten. Een zeer klein
gedeelte voor specifieke toepassingen is wel in eigendom van SPIE Nederland B.V. Hierbij moet
bijvoorbeeld worden gedacht aan de machines die worden ingezet bij de bouw van hoogspanningslijnen.
Doordat SPIE Nederland B.V. weinig eigen productiemiddelen heeft is hiervoor ook geen CO2 uitstoot
berekend.
4.1.3
Brandstof- en energie gerelateerde activiteiten
Brandstofverbruik voor projecten wordt meegenomen in de scope 1 en 2 CO2 footprint. Energieverbruik
op locatie is wel voor SPIE Nederland B.V. van toepassing. SPIE Nederland B.V. heeft invloed op CO2
reductiemogelijkheden al zal dat moeten worden afgestemd met de klant. De CO2 uitstoot per keet
bedraagt 170 kWh per dag1. Uitgaande van gemiddeld 30 bouwketen die 250 dagen per jaar in gebruik
zijn, geen gasaansluiting hebben en gebruik maken van grijze stroom is de totale CO2 uitstoot 580 ton.
4.1.4
Upstream transport en distributie
Upstream transport en distributie wordt veelal geregeld door de leverancier. SPIE Nederland B.V. heeft
alleen invloed op de selectie van de leverancier. Er wordt geen aparte vervoerder door SPIE Nederland
B.V. ingehuurd. Daarom is deze categorie is meegenomen in de categorie gekochte goederen en
diensten en wordt niet apart berekend.
4.1.5
Geproduceerd afval door het bedrijf
Het afval van SPIE Nederland B.V. inclusief de project wordt verwerkt door Van Gansewinkel. Het afval
wordt voor een groot deel gescheiden ingezameld waardoor CO2 reductie wordt behaald. De totale CO2
uitstoot van het verwerken van afval in 2013 bedraagt 456 ton. Een toelichting op deze berekening is te
vinden in bijlage 2. Het afval wordt deels gescheiden ingezameld, maar er is nog steeds potentieel voor
verdere scheiding om de CO2 emissie verder te reduceren.
1
Op basis van onderzoek VolkerWessels; Flyer de duurzame bouwplaats gebruiksaanwijzing. Conversiefactor CO2 prestatieladder 455g
CO2/kWh
DATUM: 28-5-2014
B.V_nog niet goedgekeurd.docx
PAGINA 10 /13 4.A.1.1 Dominantieanalyse SPIE Nederland
DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
4.1.6
Zakelijk vervoer (werk-werk)
Deze categorie wordt meegenomen in Scope 2 van de CO2 footprint conform het handboek CO2
prestatieladder. Deze categorie is daarom niet van toepassing.
4.1.7
Woon-werkverkeer
Werknemers van SPIE Nederland B.V. krijgen een gemaximaliseerde reiskostenvergoeding waardoor
het mogelijk is een inschatting te maken van de CO2 uitstoot van het woon-werk verkeer. Deze CO2
uitstoot bedraagt in 2013 738.9 ton. Het is aannemelijk dat dit een onderschatting is van de
daadwerkelijke CO2 uitstoot vanwege de eerder genoemde gemaximaliseerde vergoeding. SPIE
Nederland B.V. heeft invloed op deze categorie door andere vervoermethoden mogelijk te maken. Dat er
ook andere ketenanalyses op dit gebied zijn laat zien dat het op de criteria Risico en Sector ook hoger
scoort.
4.1.8
Upstream gehuurde activa
SPIE Nederland B.V. huurt/leaset alleen gebouwen. Het energieverbruik van de gebouwen is al
meegenomen in de scope 1 en 2 emissies. Deze categorie is verder niet van toepassing.
4.1.9
Downstream transport en distributie
Downstream transport wordt deels uitgevoerd door vrachtwagens en busjes waarvan het
brandstofverbruik is meegenomen in de scope 1 en 2 emissies. Daarnaast gebruikt SPIE Nederland B.V.
transportbedrijven voor het overig vervoer. Deze emissies zijn al meegenomen in de categorie gekochte
goederen en diensten.
4.1.10
Verwerken van verkochte producten
SPIE Nederland B.V. verkoopt geen halffabricaten. Deze categorie is daarom niet van toepassing op
SPIE Nederland B.V.
4.1.11
Gebruik van verkochte producten en diensten
Het betreft hier emissies als gevolg van het gebruik van de verkochte goederen en diensten van SPIE
Nederland B.V. SPIE Nederland B.V. is veelal betrokken bij de installatie van technische systemen.
SPIE Nederland B.V. heeft voornamelijk invloed op het energieverbruik van technische installaties indien
ook het onderhoud wordt uitgevoerd. In dit geval heeft SPIE Nederland B.V. de mogelijkheid om
energiezuinige alternatieven aan te dragen voor bestaande installaties. Het is echter de opdrachtgever
die bepaald of energiezuinige alternatieven ook geplaats kunnen worden. De totale CO2 uitstoot voor 2
grote projecten is per jaar 363.333 ton CO2. Het gaat hier om het project PPU-Nat waarin onder andere
7 sluizen worden onderhouden en de installatie van 34 matrixborden in de gemeente Rotterdam.
Aangezien dit al veel meer is dan enige andere categorie inventariseren wij niet de overige projecten.
DATUM: 28-5-2014
B.V_nog niet goedgekeurd.docx
PAGINA 11 /13 4.A.1.1 Dominantieanalyse SPIE Nederland
DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
Object
Sluizen
Drips
CO2
kWh
Conversiefactor uitstoot
Aantal
(p.j.)2
(g CO2/kWh)
(ton CO2)
7 244500
455,0 354.323,3
34
1280
455,0
9009,7
Totaal
4.1.12
363333,0
Recycling van verkochte producten
SPIE Nederland B.V. heeft weinig invloed op deze categorie, omdat SPIE Nederland B.V. veelal
installeert. Het staal dat wordt gebruikt in constructies kan veelal al worden gerecycled waardoor deze
categorie klein is. SPIE vervangt soms oude installaties door nieuwe installaties. Veelal blijft het
sloopmateriaal eigendom van de opdrachtgever. In enkele gevallen wordt het resterende materiaal
eigendom van SPIE en voert zij dit af als afval. In dat geval is sprake van hetgeen beschreven is onder
paragraaf 4.1.5.
4.1.13
Downstream gehuurde activa
SPIE Nederland B.V. verhuurt geen activa. Deze categorie is daarom niet van toepassing.
4.1.14
Franchises
SPIE Nederland B.V. heeft geen franchises. Deze categorie is daarom niet van toepassing.
4.1.15
Investeringen
SPIE Nederland B.V. heeft een aandeel van 50% in de Gietwalsonderhoudcombinatie BV. Om de CO2
emissie te bereken bepalen wij de CO2 uitstoot over de geschatte omzet. De geschatte CO2 uitstoot van
deze BV is 130 ton CO2. De berekening is uiteengezet in bijlage 3.
2
Op basis van gegevens SenterNovum
DATUM: 28-5-2014
B.V_nog niet goedgekeurd.docx
PAGINA 12 /13 4.A.1.1 Dominantieanalyse SPIE Nederland
DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.
Bijlage 1 Detailanalyse ingekochte goederen en diensten
Ingekochte
goederen
Staal
Kabel
Onderaannemers
CO2
conversiefactor
(ton CO2/
CO2
€ in mln.
€mln.)
uitstoot
7,47475545
1,06
7,9
2,87721133
275,72
793,3
48,85559736
90
4397,0
Totaal
5198,2
Bijlage 2 Gegevens afvalscheiding
Afvalstroom
CO2 emissie (Ton)
CO2 uitstoot indien geen scheiding
Scheiding bouw- en sloopmateriaal
Scheiding hout
Scheiding papier/karton
Scheiding schroot
Scheiding vertrouwelijk papier
Scheiding vetten
Scheiding wit/bruingoed
701
-17
-113
-12
-95
-3
0
-4
Totale CO2 uitstoot
Bron
Ketenanalyse Visser & Smit
Bouw
Gegegevens van gansewinkel
Gegegevens van gansewinkel
Gegegevens van gansewinkel
Gegegevens van gansewinkel
Gegegevens van gansewinkel
Gegegevens van gansewinkel
Gegegevens van gansewinkel
456
Bijlage 3 Berekening investeringen
% verkoop GWOC
Omzet SPIE
Geschatte omzet Kental (ton CO2/ €mln.
Totale CO2
t.o.v. SPIE NL
2013 (mln.)
GWOC
Omzet; SPIE 2013)
uitstoot
1,6%
311
4,976
26,2
130,4
DATUM: 28-5-2014
B.V_nog niet goedgekeurd.docx
PAGINA 13 /13 4.A.1.1 Dominantieanalyse SPIE Nederland